68 Conclusie Beeldfusie van de FCH PET/CT- met DW

4 Beeldfusie van [18F]-fluoromethyl­
choline PET/ CT en diffusiegewogen MRI
voorspelt betrouwbaar de aanwezigheid
van lymfekliermetastasen bij patiënten
met primair prostaatcarcinoom
T.D. de Haan, J. Beukinga, P.L. Jager, M.F. Boomsma,
M. van ’t Veer-ten Kate, B. Ladde, J. van Dalen en
Conclusie
Beeldfusie van de FCH PET/CT- met DW MRI-scan
voorspelt betrouwbaar de aanwezigheid van lymfekliermetastasen bij patiënten met een hoogrisicoprostaatcarcinoom. Op grond van deze resultaten zou kunnen worden afgezien van extended PLND indien de
gefuseerde FCH PET/CT- en DW MRI-beeldvorming
positief is.
M.G. Steffens
Isalaklinieken, Zwolle
Introductie
Zowel [18F]-fluoromethylcholine (FCH) PET/CT als
diffusiegewogen (DW) MRI wordt toegepast bij de
lymfeklierstadiëring bij prostaatcarcinoom. Beide
technieken hebben hun beperkingen voor betrouwbare stadiëring. Beeldfusie van beide technieken kan leiden tot een meer accurate stadiëring.
Deze studie onderzocht prospectief de accuratesse van
softwarematig gefuseerde FCH PET/CT- en DW MRIbeelden met histologie als gouden standaard.
Materiaal en methoden
18 patiënten met een hoog risico op lymfekliermetastasen (> 30% MSK-nomogram) kregen een FCH PET/
CT- en een DW MRI-scan voorafgaand aan een extended PLND (lymfeklierdissectie). Het preparaat werd
op een in acht regio’s verdeeld anatomisch model gespeld op dezelfde plaats waar het was uitgenomen en
aangeboden voor histologisch onderzoek, waarbij elke
lymfeklier afzonderlijk werd beoordeeld. Deze lymfeklier‘mapping’ werd gebruikt als gouden standaard.
FCH PET/CT- en DW MRI-beelden werden na softwarematige fusie beoordeeld, waarbij een lymfeklier
positief werd beoordeeld indien deze op MRI zichtbaar
was (cutoff 5 mm) en opname te zien was van FCH.
Resultaten werden vergeleken met histologie op drie
manieren: overall per patiënt, per kant (links/rechts) en
per regio.
Resultaten
11 van de 18 patiënten hadden histologisch bewezen
lymfekliermetastasen, waarbij 18 kanten en 25 regio’s
positief waren. Op patiëntniveau scoorde gefuseerde
FCH PET/CT- en DW MRI-stagering een sensitiviteit
van 82% en een specificiteit van 100% met een positive
predictive value (PPV) en een negative predictive value
(NPV) van 100% en 78%, respectievelijk. Analyse per
kant (n = 36) gaf een sensitiviteit en specificiteit van
61% en 94% met een PPV en NPV van 92% en 71%.
Analyse per regio (n = 144) gaf een sensitiviteit en specificiteit van 52% en 98%, met een PPV en NPV van
87% en 91%. Analyse per regio werd bemoeilijkt door
vergelijking van driedimensionale beeldvorming met
het tweedimensionale anatomisch model.
68
5 M R- TRUS-fusiegeleide biopten bij
klinische verdenking prostaatcarcinoom,
gerelateerd aan de P I -RADS-score: een
pilotstudie
J.S. Sipkens, H. Vergunst, J.P.A. van Basten en
D.M. Somford
Canisius Wilhelmina Ziekenhuis, Nijmegen
Introductie
Bij patiënten met een verhoogd PSA en negatieve
TRUS-geleide biopten wordt met MR-geleide biopten
(MRGB) in 41-63% van de gevallen alsnog prostaatcarcinoom (PCa) gedetecteerd. MRGB is echter beperkt beschikbaar, tijdrovend en kostbaar. Gerichte
biopten van op een MRI-scan voor PCa suspecte gebieden met behulp van MR-TRUS-fusie zouden een
praktisch alternatief kunnen zijn voor MRGB.
In deze pilotstudie worden de haalbaarheid en effectiviteit van MR-TRUS-fusiegeleide prostaatbiopsie onderzocht.
Materiaal en methode
Bij 22 patiënten (gemiddelde leeftijd: 68 jaar; mediaan
PSA: 10,0 (bereik 1,2-29 ng/ml); mediaan aantal
TRUS-geleide negatieve biopsiesessies: twee (bereik
één tot vier sessies)) werd een 3-Tesla multiparametrische detectie-MRI-scan verricht. Middels MR-TRUSfusie werden voor PCa verdachte gebieden gemarkeerd, en vond vervolgens transperineale gerichte biopsie plaats. Bij vier patiënten betrof het herhaalbiopten binnen een active surveillanceprotocol (AS), bij één
patiënt was er sprake van een biochemisch recidief na
externe radiotherapie. In totaal werden 30 laesies gepuncteerd, waarvan 24 met een bekende PI-RADSscore.
Resultaten
Bij patiënten met eerdere negatieve TRUS-geleide biopten (n = 17) werd in 58,8% van de gevallen PCa gedetecteerd. In de AS-groep (n = 4) werd bij één patiënt
geen PCa gevonden, bij twee patiënten werd een Gleason 3+3 = 6 PCa bevestigd en bij één patiënt werd
Gleason 3+4 = 7 PCa vastgesteld. Geen enkele PIRADS 2-laesie bleek positief voor PCa. Bij PI-RADS
3- en 4-laesies werd in 16,7% respectievelijk 50% van
Tijdschrift voor Urologie mei 2014 - nr. 3