Raadsvoorstel Voor de gemeenteraadsvergadering d.d. Juni 2014

Raadsvoorstel
Voor de gemeenteraadsvergadering d.d.
Juni 2014
Documentnummer :
Zaaknummer:
Advies van de raadscommissie:
Raadscommissie Veiligheid, Financiën, en Algemene en
Bestuurlijke zaken
Onderwerp:
Jaarstukken 2013
Aan de gemeenteraad.
Arnhem, 22 april 2014
VOORSTEL
Voorgesteld wordt
1. het jaarverslag, de jaarrekening 2013 en de bijlage verbonden partijen vast te stellen
2. het college van burgemeester en wethouders decharge te verlenen voor het gevoerde beheer en
beleid in 2013
3. kennis te nemen van de afdoening van de motie ‘een Fractie teveel Frictie’
4. de resultaatbestemming volgend uit de toepassing reeds genomen raadsbesluiten vast te stellen
5. de overige mutaties op de bestemmingsreserves vast te stellen
5A. dotatie bestemmingsreserve Innovaties Sociaal Domein € 2.000.000
5B. dotatie bestemmingsreserve overloop BTW Gelders Archief € 39.000
5C. dotatie bestemmingsreserve overloop Frictiekosten ODRA € 347.000
5D. Onttrekking bestemmingsreserve Cultuur in Rijnboog verhuizing museum € 192.000
5E. genoemde bestemmingsreserve met saldo nihil opheffen
5F. genoemde bestemmingsreserves met saldo nihil handhaven
6. het resultaat 2013 van € 2.561.000 ten gunste van de Algemene Reserve te brengen
7. In 2014 een nieuwe bestemmingsreserve ICT in te stellen,uit het voordeel als gevolg van niet opvullen
vacatureruimte in 2013 ad € 1,4 miljoen een deel van € 1.000.000 te doteren aan deze reserve en de begroting
2014 op grond van dit besluit te wijzigen
8. In 2014 het doel van de bestemmingsreserve WWB werkdeel uit te breiden, deze te hernoemen tot
Bestemmingsreserve Participatie, uit het voordeel 2013 WWB inkomen ad € 1,3 miljoen een deel van
€ 1.000.000 te doteren aan deze reserve en de begroting 2014 op grond van dit besluit te wijzigen
9. De winstpotentie grondexploitatie vanaf 2013 niet meer mee te nemen in de beschikbare
weerstandscapaciteit tot het moment waarop er meer generiek winstpotentie ontstaat.
10. Kennis te nemen van het bijbehorende rapport van bevindingen, opgesteld door Ernst & Young
1.
AANLEIDING / PROBLEEMSTELLING
Jaarstukken
Met de jaarstukken, bestaande uit het jaarverslag en de jaarrekening, legt het college verantwoording
af over de realisatie van de door de raad in de begroting vastgelegde beleidsvoornemens. De raad
beoordeelt op grond van de jaarstukken of het college in overeenstemming met de in de begroting
gestelde kaders heeft geopereerd. Ook dienen de jaarstukken mede ter beoordeling van de
rechtmatigheid, doelmatigheid en doeltreffendheid van het gevoerde beheer en beleid.
Verantwoordelijkheid accountant:
De verantwoordelijkheid van de accountant is om een oordeel te geven over de jaarrekening. Dat
wordt gedaan op basis van de uit te voeren accountantscontrole.
De controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de
bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De keuze van de uit te voeren werkzaamheden is
afhankelijk van de professionele oordeelsvorming van de accountant, waaronder begrepen zijn
beoordeling van de risico’s van afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten.
Tevens omvat een controle onder meer een evaluatie van de aanvaardbaarheid van de toegepaste
grondslagen voor financiële verslaggeving, van de redelijkheid van schattingen die het college van
burgemeester en wethouders van de gemeente heeft gemaakt, een evaluatie van het algehele beeld
van de jaarrekening, alsmede een evaluatie van het normenkader voor rechtmatigheid zoals
vastgesteld door de gemeenteraad op 20 november 2012 en de operationalisering van het
normenkader voor rechtmatigheid in de beheersorganisatie van de gemeente.
De bij de controle toegepaste goedkeuringstolerantie bedraagt voor fouten 1% en voor onzekerheden
3% van de totale lasten. Deze goedkeuringstolerantie is door de gemeenteraad bij raadsbesluit van 13
december 2013 vastgesteld.
Accountantsverklaring
De accountantsverklaring voor een gemeente bestaat uit 2 oordelen, te weten een oordeel over de
getrouwheid en een oordeel over de rechtmatigheid.
Getrouwheid
Getrouwheid is het oordeel of de jaarrekening een getrouw beeld geeft van zowel de baten en lasten
als de grootte en samenstelling van het vermogen. Een getrouw beeld houdt in dat de uitkomsten van
het gevoerde financieel beheer getrouw in de jaarrekening worden weergegeven, waarbij rekening is
gehouden met het doel waarvoor de verantwoording is opgesteld. In het geval van de gemeente is het
doel van de jaarrekening het afleggen van verantwoording aan de raad over de realisatie van de
begroting. Een getrouw beeld impliceert dat de jaarrekening niet zodanige fouten en/of onzekerheden
bevat dat het oordeel van de gebruiker (de gemeenteraad) beïnvloed wordt.
Rechtmatigheid
Het oordeel van de rechtmatigheid betreft het tot stand komen van lasten, baten en balansmutaties
met de begroting en van toepassing zijnde wettelijke regelingen, waaronder verordeningen. Wettelijke
regels zijn wetten in formele zin of regelingen krachtens de wet.
Oordeel 2013
Naar het oordeel van Ernst & Young geeft de jaarrekening van de gemeente Arnhem een getrouw
beeld van de grootte en de samenstelling van zowel de baten en lasten over 2013 als van de activa en
passiva per 31 december 2013 in overeenstemming met het Besluit begroting en verantwoording
provincies en gemeenten.
Voorts is Ernst & Young van mening dat de in deze jaarrekening verantwoorde baten en lasten
alsmede de balansmutaties rechtmatig tot stand zijn gekomen. Er zijn in een aantal processen fouten
geconstateerd die niet geheel in overeenstemming zijn met de van toepassing zijnde wettelijke
regelingen waaronder gemeentelijke verordeningen. Het geconstateerde effect blijft echter onder de
tolerantiegrens.
Rapport van bevindingen Accountant
Hierbij ontvangt u het rapport van bevindingen. In dit rapport van bevindingen doet Ernst & Young
verslag van de uitkomsten van de controle. Daarbij gaan zij nader in op de scope en reikwijdte van de
accountantscontrole en geven zij een nadere toelichting op de accountantsverklaring.
Het College heeft met voldoening kennis genomen van dit rapport.
Het rapport van bevindingen is integraal onderdeel van de rapportage aan het Ministerie inzake de
sisa-verantwoording.
2.
DOEL
Het doel van de vaststelling van het jaarverslag door de gemeenteraad is het verlenen van decharge
aan het college van burgemeester en wethouders voor het gevoerde beheer en beleid.
3.
ARGUMENTEN
Beslispunt 1-2:
het jaarverslag, de jaarrekening 2013 en de bijlage verbonden partijen vast te stellen
het college van burgemeester en wethouders decharge te verlenen voor het gevoerde beheer
en beleid in 2013.
Het College van B&W is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening, alsmede voor het
opstellen van het jaarverslag, beide in overeenstemming met het Besluit Begroting en Verantwoording
Provincies en Gemeenten. Deze verantwoordelijkheid houdt onder meer in dat de jaarrekening zowel
de baten en lasten als de activa en passiva getrouw dient weer te geven. En dat de in de jaarrekening
verantwoorde baten, lasten en balansmutaties rechtmatig tot stand zijn gekomen. Rechtmatige
totstandkoming betekent in overeenstemming met de begroting en met de van toepassing zijnde
wettelijke regelingen waaronder gemeentelijke verordeningen.
Volgens de wettelijke kaders, zijnde het Besluit Begroting en Verantwoording voor Provincies en
Gemeenten, bestaan de jaarstukken van een gemeente ten minste uit het jaarverslag en de
jaarrekening.
Waarbij het jaarverslag ten minste bestaat uit:
a. de programmaverantwoording;
b. de paragrafen.
En de jaarrekening bestaat uit:
a. de programmarekening en de toelichting;
b. de balans en de toelichting;
c. de bijlage met de verantwoordingsinformatie over specifieke uitkeringen (sisa)
Volgens de gemeentewet is het College van B&W verplicht ieder jaar vóór 15 juli het door de
gemeenteraad vastgestelde jaarverslag met bijbehorende jaarrekening aan te bieden aan het
ministerie van BZK, de provincie Gelderland en het CBS.
Voor een nadere toelichting op de behaalde resultaten, zowel financieel als beleidsinhoudelijk, wordt
verwezen naar het jaarverslag en de jaarrekening zelf.
Beslispunt 3:
Kennis te nemen van de afdoening van de motie ‘Een fractie teveel frictie’
Op 11 november 2013 wordt bij de behandeling van de MJPB 2014-2017 de motie ‘een fractie teveel
frictie’ aangenomen door de Raad. In deze motie draagt de raad het college op:
- De gemeenteraad kwalitatief en kwantitatief te informeren over de ontwikkeling van het
personeelsbestand, BLOeM, frictiekosten en de acties die daaromtrent zijn genomen.
- Hiertoe elk kwartaal een bondige rapportage aan te bieden.
In ieder document van de beleidscyclus, MJPB-Turap-Jaarverslag, is hierover verslag gedaan en zal
hierover in de toekomst verslag over worden gedaan. Op grond van de aanbevelingen van de
accountant zal vanaf dit jaarverslag de uniformering inzake de rapportage worden bewaakt en de
leesbaarheid bevordert. Gelet op het hiervoor beschrevene beschouwen wij de motie hiermee als
afgedaan.
Beslispunt 4:
de resultaatbestemming volgend uit de reeds genomen raadsbesluiten vast te stellen:
In de afgelopen jaren zijn over diverse mutaties van bestemmingsreserves reeds raadsbesluiten
genomen. In de jaarrekening is in paragraaf 2.2.8 per reserve aangegeven wanneer het raadsbesluit
is genomen. In het jaarverslag is per deelprogramma onder de mutaties reserves opgenomen
wanneer het onderliggende raadsbesluit is genomen.
Beslispunt 5 :
de overige mutaties op de bestemmingsreserves vast te stellen
Een aantal mutaties zijn nog niet door de Raad vastgesteld en zullen via dit raadsvoorstel bij de
jaarrekening moeten worden vastgesteld. Deze mutaties zijn in de jaarrekening en jaarverslag
aangemerkt als ‘JV 2013’ bij de datum raadsbesluit.
5A. Dotatie bestemmingsreserve Innovaties Sociaal Domein € 2.000.000
In de kadernota veerkrachtige samenleving, die op 16 december 2013 door de Raad is vastgesteld,
staat onder punt 24 (pag.27) opgenomen dat de voordelen op de huidige WMO middelen (exploitatie
overschotten) bestemd worden voor de BR innovaties sociaal domein met een maximum van € 2.0
miljoen ten behoeve van preventie en innovatie in de jaren 2014 t/m 2017. Conform dit besluit wordt
Voorgesteld € 2 miljoen te doteren aan de BR innovaties sociaal domein.
5B. Dotatie bestemmingsreserve Taakmutaties/overloop: BTW Gelders Archief € 39.000
Op de budgetten van het Gelders Archief rust een taakstelling van € 141.000 vanaf 2014. Om deze
taakstelling deels in te kunnen vullen, wordt voorgesteld het BTW voordeel van 2013 op het Gelders
Archief te reserveren voor de invulling van de taakstelling in de komende jaren. Voorgesteld wordt een
extra dotatie te doen aan de BR Taakmutaties/overloop voor het reserveren van de middelen BTW
Gelders Archief van € 39.000.
5C. Dotatie bestemmingsreserve Taakmutaties/overloop: Frictiekosten ODRA € 347.000
Voorgesteld wordt om ten behoeve van verrekening van de frictiekosten € 1.010.000 (€ 155.000 uit
2012 en € 855.000 uit 2013) over te hevelen naar het jaar 2014. Dit was in 2013 gereserveerd om
kosten te dekken die samenhangen met de ontvlechting van taken uit de gemeentelijke organisatie
naar de ODRA. De Arnhemse organisatie, als gastheer van de ODRA, voert op dit moment
overheadtaken uit die de overige deelnemers weg moeten bezuinigen. Door het vervullen van de
gastheerrol heeft Arnhem relatief lagere frictiekosten. In het regionale gemeentesecretarissenoverleg
met vertegenwoordigers van alle partners is daarom afgesproken om frictiekosten, voor- en nadelen,
onderling te verrekenen. Deze verrekening zal in de loop van 2014 zijn beslag krijgen zodra alle
frictiekosten bij alle partners bekend zijn. De gezamenlijke bestuurders van de partners hebben tijdens
de oprichtingsvergadering van de ODRA op 14 november 2012 ingestemd met de uitgangspunten
voor de onderlinge verrekening van frictie. Deze regeling is beschreven in de “Begroting ODRA 2013”,
waarmee de raad op 25 maart 2013 heeft ingestemd
Voorgesteld wordt om een extra dotatie te doen van € 347.000 aan de BR Taakmutaties/overloop voor
het reserveren van de frictiekosten ODRA. Deze dotatie ligt in het verlengde van het raadsbesluit dd
13.12.2013 inzake een eerste dotatie van € 508.000.
5D. Onttrekking BR Cultuur in Rijnboog (€ 192.000)
In het Raadsbesluit van 28 maart 2011 is de bestemmingsreserve Cultuur in Rijnboog ingesteld. Een
van de beslispunten in dit raadsbesluit betreft:
“Toekomstige exploitatieresultaten van het Kennis- en Kunstencluster te onttrekken uit / te doteren aan de
bestemmingsreserve Cultuur in Rijnboog voor zover het saldo van de reserve het mogelijk maakt”.
De verhuiskosten naar en de inrichting van het museum in Rozet zijn hoger dan de beschikbare begroting
van het museum. Op grond van de directe relatie tussen de gerealiseerde kosten en de exploitatie van het
museum, dat gehuisvest is in Rozet, stellen wij voor deze exploitatietekorten conform het bovengenoemde
raadsvoorstel uit de bestemmingsreserve te onttrekken.
5E. Bestemmingsreserves nihil opheffen
De volgende bestemmingsreserves zijn per 31.12.2012 nihil en het achterliggende doel is niet meer
van toepassing. Hiervan wordt voorgesteld deze op te heffen:
BR Donaties CNME
Deze bestemmingsreserve wordt gevoed door eventuele giften van de ‘vrienden van CNME’. Indien
deze giften in de toekomst worden gegeven, zullen deze middelen beschikbaar moeten blijven voor de
CNME en derhalve als een voorziening worden gepresenteerd. De middelen zijn niet vrij besteedbaar.
BR Onderhoud fietspaden
Het voorstel is om het saldo ad € 183.000 van deze bestemmingsreserve te doteren aan de BR Groot
onderhoud en vervolgens deze expliciete bestemmingsreserve op te heffen.
BR integraal jeugdbeleid
In 2013 hebben zich i.v.m. de ombouw naar het ambulant jongerenwerk frictiekosten bij de
uitvoerende instelling voorgedaan. Op grond van de reservering van deze middelen is dit ten laste van
deze bestemmingsreserve gebracht. Daarmee is het doel van de middelen uit deze
bestemmingsreserve bereikt.
BR Schade Eigen Risico
Na de onttrekking als gevolg van het eigen risico bij de brand Breezandpad is deze
bestemmingsreserve nihil. Aangezien voor het eigen risico ook een risico opgenomen is in het
benodigde weerstandsvermogen is het niet noodzakelijk deze bestemmingsreserve aan te houden.
5F. Bestemmingsreserves nihil niet opheffen
De volgende bestemmingsreserves zijn per 31.12.2012 nihil, maar hiervan wordt in verband met de op
te vangen schommelingen in de toekomst verzocht deze aan te houden:
BR Grondexploitatie
BR Voorstudies
BR Strategische posities
BR Museumcollectie
BR Monumentale kunsten
BR Bouw en sloopleges
Beslispunt 6:
het resultaat van € 2.561.000 ten gunste van de Algemene Reserve te brengen
Het verloop van het totale eigen vermogen laat een stijging van € 6 miljoen zien in 2013:
Verloop eigen vermogen
Algemene Bestemmings
Reserve
reserves
Totaal
Bedragen x € 1.000,--
Saldo 31.12.2012
Resultaat voorgaand boekjaar
Extra dotatie BR frictie
38.815
95.613
3.056
134.428
3.056
-1.398
1.398
0
1.226
31.206
32.432
-100
-31.742
-31.842
Saldo 31.12.2013
41.599
96.475
138.074
Resultaat boekjaar
2.561
0
2.561
44.160
96.475
140.635
5.345
862
6.207
Dotaties
Onttrekkingen
Saldo na resultaatbestemming
Mutaties
Beslispunt 7:
Een nieuwe bestemmingsreserve ICT in te stellen in 2014 en hieraan € 1.000.000 te doteren ten
laste van de Algemene Reserve
De afgelopen jaren is er ook fors bezuinigd op ICT en zijn vervangingen uitgesteld. Gezien de
verouderde ICT omgeving en de instabiliteit van het huidige systeem is het noodzakelijk een forse
impuls te geven op de ICT omgeving. De systemen zijn verouderd en er is onvoldoende geïnvesteerd
in het personeel en als gevolg van bezuinigingen is er te weinig capaciteit. De ondersteuning op onze
huidige Office omgeving komt te vervallen door de verouderde versie. Ten behoeve van de
informatiebeveiliging zijn diverse acties noodzakelijk.
Voor 2014 worden twee centrale ambities onderkend:
1. Betrouwbare IT (basis op orde)
Snel, Safe & Simpel IT voorziening. Door werken onder Architectuur wordt gewerkt aan een
belangrijke voorwaarde voor vereenvoudiging en vergroting van de flexibiliteit van de IT, een
volwassen IT-organisatie en veilige informatievoorziening door voortvarende maatregelen te nemen
om de veiligheid van onze informatievoorziening te verbeteren
2. Klant centraal (inwoner, ondernemer en medewerker)
Versterking samenwerking, ruimte op innovatie en oriëntatie op klant.
Er is een strategie ontwikkeld langs deze ambitie met een focus op een beperkt aantal projecten.
Deze worden verdeeld in 4 prioriteitsgroepen. Voor ieder project wordt een business gemaakt. De
belangrijkste projecten voor 2014 zijn:
 Zaakgericht werken,
 Ondersteuning van samenwerking,
 Informatieveiligheid,
 Informatievoorziening van regionale samenwerking (regionale belastingsamenwerking, ICTdiensten) Digitale dienstverlening aan inwoners/ ondernemers.
Dit vraagt om investeringen die op dit moment niet zijn begroot. Dit betreft een totaal bedrag van € 1
miljoen:
 Tijdelijke extra formatie (5 fte) bedoeld om het mogelijk te maken de geplande projecten
doorgang geven naast het op orde brengen van het IT-beheer € 500.000
 Standaardiseren directory services: € 50.000
 Upgrade servers: € 200.000
 Vervanging koppelvlak informatieuitwisseling voor open source oplossing: € 50.000
 Vervanging Groupwise: € 200.000 - € 600.000
Om dit te kunnen financieren wordt voorgesteld om een nieuwe bestemmingsreserve ICT in te stellen
van € 1 miljoen. Deze middelen kunnen ingezet worden voor capaciteit om de basis op orde te
brengen, een plan maken ter verbetering en snel een eerste aantal noodzakelijke aanpassingen te
doen. Bij het opstellen van de begroting 2015 – 2018 zal ook bekeken moeten worden of er structureel
meer middelen voor ICT worden vrijgespeeld. Een moderne efficiënte organisatie kan niet zonder een
up to date ICT-omgeving.
Beslispunt 8:
In 2104 het doel van de bestemmingsreserve WWB werkdeel te verbreden, deze te hernoemen
tot bestemmingsreserve Participatie en in 2014 hieraan € 1.000.000 te doteren ten laste van de
Algemene Reserve
Deze reservering dient voor de invoering van de nieuwe wetgeving per 1 januari
2015, namelijk de wetgeving Maatregelen WWB en de Participatiewet. De invoering van deze wetten
is dusdanig complex dat er veel voorbereiding nodig is. Vooralsnog wordt in de kosten hiervan niet
voorzien door het Rijk. Samengevat kunnen 3 ontwikkelingen worden genoemd:
Stijging klantenaantallen
De economische ontwikkelingen in het vervolg van 2013 hebben gezorgd voor een verdere toename
van de werklast. De jaarlijkse instroom van aanvragen komt zal naar alle verwachting in 2014 verder
toenemen. Deze stijging en de daarbij behorende werkzaamheden laat zien dat voor een tijdige
afwerking van deze werklast extra inzet noodzakelijk is. Op grond van het AEF model leidt tot een
noodzakelijke verhoging van 4,8 FTE voor 2014 € 265.000.
Het structurele karakter van deze ophoging kan niet met zekerheid worden vastgesteld. De huidige
CPB-groeicijfers gaan wel uit van een verdere stijging. In 2015 zal worden bezien, afhankelijk van de
ontwikkeling van een verdere groei dan wel daling van het klantenaantal, in hoeverre de formatie dient
te worden geactualiseerd.
Nieuwe participatiewet
Per 1-1-2015 worden de regelingen Wsw, Wajong (nieuwe instroom) en WWB samengevoegd in de
Participatiewet. Met de Participatiewet krijgt de gemeente te maken met een flinke toename van het
klantenbestand. In de voorbereidingsfase maar met name in de uitvoering na 1-1-2015 zullen de
formatieve consequenties aanzienlijk zijn. Budget voor de voorbereidingen en de implementatie van
de nieuwe wetgeving wordt niet vanuit het Rijk verstrekt, terwijl daarvoor wel kosten worden gemaakt.
Hiervoor is 2,0 FTE noodzakelijk voor 2014 voor een bedrag van € 145.000. Deze formatie wordt
ingezet voor de voorbereidingen en implementatie van de Maatregelen WWB enerzijds en de
voorbereidende werkzaamheden die samenhangen met de implementatie van de Participatiewet per
1-1-2015.
Voortzetting van de werkwijze Slagkracht
Het blijvend in beeld houden van het gehele bestand op zowel recht- als doelmatigheid in lijn met de
aanscherping WWB (handhaven op sollicitatie en arbeidsverplichtingen, enzovoorts) zal extra
capaciteit vergen. In de huidige organisatie zijn deze activiteiten niet geborgd.
Deze werkzaamheden kunnen worden gezien als een verdere voortzetting van het project Slagkracht
dat vanuit politieke besluitvorming vanaf juli 2013 is ingezet. Om het bestand blijvend in beeld te
houden is extra formatie noodzakelijk. 5,0 FTE voor een half jaar, kosten € 277.000
Behalve de kosten van de extra capaciteit zullen ook kosten gemaakt moeten worden voor de
aanpassing van systemen als gevolg van de nieuwe wetgeving.
4.
FINANCIËN
Beslispunt 9:
De winstpotentie grondexploitatie vanaf 2013 niet meer mee te nemen in de beschikbare
weerstandscapaciteit tot het moment waarop er meer generiek winstpotentie ontstaat
De winstpotentie in de grondexploitatie wordt vanaf 2013 vanuit extra behoedzaamheidoverwegingen
niet meer meegenomen in de beschikbare weerstandscapaciteit. Deze overweging is gemaakt tegen
de achtergrond dat het lang zal duren voordat de vastgoed- en grondmarkt zich goed heeft hersteld
De winstpotentie is kwetsbaar omdat het middelen betreft die nog niet ten gelde zijn gemaakt.
De winstpotentie wordt weer meegenomen als er meer generiek op diverse projecten winstpotentie
gaat ontstaan.
Het benodigde weerstandsvermogen wordt bepaald aan de hand van de onderkende risico’s binnen
de gemeente (inclusief de grondexploitatie). Op basis van beleidsnota weerstandsvermogen dient de
beschikbare weerstandscapaciteit minimaal 75% van de risico’s af te dekken.
Na verwerking van de dotatie van het resultaat aan de Algemene Reserve en de aanpassing van de
winstpotentie wordt de grens van 75% bereikt. Na verwerking van de voorgestelde mutaties in de
bestemmingsreserves ICT en WWB werkdeel = participatie blijft het beschikbare
weerstandsvermogen boven de 75%-grens norm.
Onderstaande tabel geeft dit cijfermatig weer:
Jaarrekening
2013
90%
75%
x € 1.000,--
Benodigde weerstandscapaciteit
Beschikbare weerstandscapaciteit
Verschil
54.633
49.196
52.570
-2.063
3.374
Effect 2014 uit raadsvoorstel jv 2013
Dotatie BR ICT
-1.000
Dotatie BR WWB werkdeel = Participatie
-1.000
Verschil wordt
-4.063
1.374
Het weerstandsvermogen is verbeterd ten opzichte van de MJPB 2013-2016 en Turap 2
2013. Deze verbetering is het gevolg van twee majeure ontwikkelingen in 2013:
 Een verbetering van de vermogenspositie. Het resultaat 2013 is beter dan in MJPB 2013-2017
en Turap was voorspeld.
 Een vermindering van de benodigde weerstandscapaciteit voor het grondbedrijf.
Een nadere toelichting wordt gegeven in de paragraaf weerstandsvermogen in het jaarverslag.
Beslispunt 10:
Kennis te nemen van het bijbehorende rapport van bevindingen, opgesteld door Ernst & Young
In dit rapport van bevindingen doet Ernst & Young verslag van de uitkomsten van haar onderzoek
naar het getrouwe beeld en de rechtmatige totstandkoming van lasten en baten en balansmutaties
van de jaarrekening 2013. Daarnaast wordt nader ingegaan op de scope en reikwijdte van de
accountantscontrole. Het College heeft met voldoening kennis genomen van dit verslag van de
accountant.
5.
RISICO’S
Voor de risico’s met betrekking tot het weerstandsvermogen wordt onder meer verwezen naar de
paragraaf weerstandsvermogen in het jaarverslag.
6.
BURGERPARTICIPATIE / INSPRAAK
Niet van toepassing
7.
UITVOERING EN EVALUATIE
De accountant heeft een toelichting gegeven op het rapport van bevindingen behorende bij het
jaarverslag aan de auditcommissie.
De Raadscommissie Veiligheid, Financiën, en Algemene en Bestuurlijke zaken zal over dit voorstel
advies uitbrengen.
Het advies van deze commissie wordt u separaat voorgelegd.
Wij geven U in overweging bijgaand ontwerp-besluit vast te stellen.
Hoogachtend
het college van burgemeester en wethouders van Arnhem,
de secretaris,
de burgemeester,
Bijlage(n)
1. Jaarverslag 2013
2. Jaarrekening 2013
3. Bijlage verbonden Partijen
4. Rapport van bevindingen Ernst & Young
5. Begrotingswijziging 2014
Besluit van:
24 juni 2013
Documentnummer
Zaaknummer
DE RAAD VAN DE GEMEENTE ARNHEM;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 16 april 2013, nummer xxxx;
gelet op artikel 197 van de Gemeentewet;
besluit:
1. het jaarverslag, de jaarrekening 2013 en de bijlage verbonden partijen vast te stellen
2. het college van burgemeester en wethouders decharge te verlenen voor het gevoerde beheer en
beleid in 2013
3. kennis te nemen van de afdoening van de motie ‘een Fractie teveel Frictie’
4. de resultaatbestemming volgend uit de toepassing reeds genomen raadsbesluiten vast te stellen
5. de overige mutaties op de bestemmingsreserves vast te stellen
5A. dotatie bestemmingsreserve Innovaties Sociaal Domein € 2.000.000
5B. dotatie bestemmingsreserve overloop BTW Gelders Archief € 39.000
5C. dotatie bestemmingsreserve overloop Frictiekosten ODRA € 347.000
5D. Onttrekking bestemmingsreserve Cultuur in Rijnboog verhuizing museum € 192.000
5E. genoemde bestemmingsreserve met saldo nihil opheffen
5F. genoemde bestemmingsreserves met saldo nihil handhaven
6. het resultaat 2013 van € 2.561.000 ten gunste van de Algemene Reserve te brengen
7. In 2014 een nieuwe bestemmingsreserve ICT in te stellen en hieraan € 1.000.000 te doteren uit de
Algemene Reserve en de begroting 2014 op grond van dit besluit te wijzigen
8. In 2014 het doel van de bestemmingsreserve WWB werkdeel uit te breiden, deze te hernoemen tot
Bestemmingsreserve Participatie, € 1.000.000 te doteren uit de Algemene Reserve en de begroting 2014
op grond van dit besluit te wijzigen
9. De winstpotentie grondexploitatie vanaf 2013 niet meer mee te nemen in de beschikbare
weerstandscapaciteit tot het moment waarop er meer generiek winstpotentie ontstaat.
10. Kennis te nemen van het bijbehorende rapport van bevindingen, opgesteld door Ernst & Young
De griffier,
De voorzitter,