Van Nicholas Ventus SE

Van Nicholas Ventus SE
Titanenstrijder
D
e Duitse chemicus Klaproth
wist evenwel niet dat drie
jaar eerder William Gregor
al op hetzelfde metaal was
gestoten en dat de Britse chemicus/
clericus het mineraal menachanite had
genoemd naar de parochie Menaccan
waar hij zijn ontdekking had gedaan. De
benaming ‘titanium’ die Klaproth bedacht, bleef overeind in de geschiedenis
en hoewel het zilvergrijze element met
atoomnummer 22 ruim voorradig is op
onze planeet (het is het negende meest
aanwezige element in de aardkorst)
werd titanium pas sinds 1940 commercieel geproduceerd. Titanium is qua
sterkte vergelijkbaar met staal, maar
is 45 procent lichter en heeft een zeer
hoge smelttemperatuur. Logisch dus dat
titanium en titaniumlegeringen zeer gegeerd zijn in de luchtvaartindustrie die
zestig procent van de titaniumproductie
afneemt. De resterende veertig procent
vind je onder andere in de zeevaart
(omdat titanium niet roest bij contact
met zout water), in de medische sector
(omdat het menselijk lichaam titanium
niet afstoot), in de pyrotechnische sector (de zilverwitte gensters bij sommige
vuurpijlen zijn afkomstig van titanium),
in de militaire wereld (om een koetswerk kogelwerend te maken zonder dat
het voertuig loodzwaar wordt) en gelukkig ook in de fietsensector.
Eenvoud siert
Toen de Duitse chemicus Heinrich Klaproth in 1794 een nieuw
metaal ontdekte, noemde hij het metaal ‘titanium’ waarmee hij
refereerde aan de titanen uit de Griekse mythologie. 320 jaar
later is titanium nog altijd een prima materiaal voor fietsers die
heroïsche ritten en andere titanenstrijden in gedachten hebben …
92 | Grinta!
Net zoals er onnoemelijk veel soorten
aluminium zijn en ook het ene staal het
andere niet is, zo vallen onder de noemer ‘titanium’ een hele hoop legeringen. Van Nicholas maakt het frame van
de Ventus uit 3AL/2.5V titanium buizen
wat even veel wil zeggen als dat er aan
94,5% puur titanium 3% aluminium en
2,5% vanadium werd toegevoegd voor
de beste prestaties van het materiaal in
buisvorm. Het betreft naadloze buizen
die overal een gelijke wanddikte hebben, voor sommige duurdere modellen
worden wel hydroformed titanium
buizen met een variabele wanddikte
gebruikt. Om de natuurlijke satijnen
glans van het metaal voor eeuwig en
drie dagen op te wekken worden de
buizen na het lassen en het etsen van
het balhoofdplaatje geborsteld, met die
klassieke titanium finish als resultaat.
Het frame is ronduit schitterend en
geeft je de kans om er op drie manieren
van te genieten: van op een afstand,
van dichtbij en van in het zadel. Neem
je een paar meter afstand, dan bekijk
je een tijdloze fiets met doordachte
buisvormen. De bovenbuis is licht
slooping, de balhoofdbuis licht conisch,
de liggende achtervork met mannetje
lichtjes S-bent en de onderbuis licht
oversized. Alles ‘lichtjes’ dus zodat geen
enkele buis te groot, te lomp of juist te
dunnetjes uitvalt. Ga je dichterbij kijken, dan bemerk je schitterende details
zoals het geëtste logo in de balhoofdbuis
en de fabelachtig mooie CNC gefreesde
achterpatten waar het Van Nicholas
logo in is verwerkt. Mochten ze die
dingen als sieraad aanbieden, ik deed
er mijn vrouw meteen eentje cadeau.
Naast de merknaam op de onderbuis en
de bedrijfsslogan ‘Nothing looks – rides
– lasts like titanium’ op de zitbuis staat
er op de rest van het frame nog één en
ander geschreven, maar aangezien de
kleur van de letters amper verschilt van
de kleur van de titanium buizen stoort
die overdaad aan tekst niet.
Op wolkjes rijden
Op de binnenkant van de linker liggende achtervork vind je het nogal
opschepperige ‘Original Dutch Master­
piece’, maar al na twintig meter in
het zadel van de Ventus ben je er van
overtuigd dat Van Nicholas hier de
nagel op de kop slaat. Want inderdaad,
niks rijdt zoals titanium. Ondanks de
vrij basic framevorm rijdt de Ventus
als op wolkjes, vergelijkbaar met wat
we op de Jaegher Phantom ervoeren.
Maar terwijl de stalen Jaegher zowel in
de kop als in het bracket wedstrijdstijfheid mist, komt de Van Nicholas in de
beide zones wel strakker voor de dag
met een heel allround inzetbare fiets als
resultaat. Ben je een wielrenner die last
heeft van de rug en niet met een luie
carbon fiets met ‘endurance geometry’
wil gaan rijden, dan vind je in titanium
een prima alternatief. En in de winter
kan je probleemloos de hele tijd met je
titanium karretje blijven door kachelen
zonder dat het strooizout je hele frame
weg vreet. Van Nicholas koppelt het
1.099 euro kostende Ventus frame aan
een Easton EC70-vork met carbon vorkpoten en een aluminium vorkpijp.
Comfort voor de massa
De Ventus kan je met een ‘Bike configurator’ op de website van Van Nicholas
naar eigen voorkeuren samenstellen en
dan beginnen de prijzen bij 2.412 euro.
Om de titaniumbeleving laagdrempeliger te maken zette Van Nicholas evenwel de Ventus SE in de markt, een fiets
die het Ventus-frame afwerkt met een
Sram Apex 10-speed-onderdelengroep,
Mavic Aksium-wielen en een aantal
aluminium onderdelen (stuur, stuurpen,
zadelpen) die het VNT Elements-logo
dragen, Van Nicholas Technology-huisspulletjes uit aluminium dus. De Sram
Apex draaiende onderdelen (compact
crankstel met 50/34 kettingbladen, 1228 cassette met medium cage achterderailleur) worden aan een KMC-ketting
gekoppeld en functioneren voor een
fiets uit deze prijsklasse prima.
De voorderailleur beschikt niet over de
Yaw-technologie die er voor zorgt dat je
een Sram Red- en Force-voorderailleur
niet meer moet bijtrimmen, maar echt
storend is dat niet. De Apex-remmen
werken heel goed en bieden fijn te
doseren remkracht, jammer dat het aluminium crankstel er nogal basic uitziet.
De Mavic Aksium Race-wielen zijn ook
instapwielen, al kan je uiteraard geen
topwielset verwachten als je een frame
van 1.099 als basis gebruikt voor een
complete racefiets van 1.924 euro.
De Ventus SE kan je al voor 1.899 euro
kopen, maar dan krijg je de fiets met
Schwalbe Lugano-bandjes terwijl onze
testfiets van 1.924 euro uitgerust was
met Vredestein Fortezza TriComprubber. Een terechte keuze trouwens om
de vrij rudimentaire wielset te voorzien
van wat soepeler banden, hou er bij de
aanschaf van de Ventus SE wel rekening
mee dat het frame niet geschikt is voor
bandjes van meer dan 25 mm breedte. ■
Conclusie
Zonder pedalen weegt de Ventus SE een
nette 8,3 kilogram. Mik je er na je eerste
trainingswinter de zware Aksium-wielen uit
en zet je er een paar lichtere wieltjes in, dan
maak je deze Van Nicholas met één klap een
halve kilo lichter en kan je complexloos aan
een (klim)koersje deelnemen. Collega-testredacteur Johan van Oosten had het helemaal bij het rechte eind toen hij twee edities
geleden de Van Nicholas Ventus opnam op
zijn twee pagina’s Productnieuws 2014. “De
geometrie is gericht op een balans tussen
comfort bij een lange rit en voldoende stijfheid bij een sprint. Daarmee is de Ventus SE
geschikt voor zowel clubritten en trainingen
als voor wedstrijden. Van Nicholas biedt levenslange garantie aan. Dat is pas zorgeloos
fietsen.” Ik had het echt niet beter kunnen
verwoorden, beste Johan …
www.vannicholas.com
< De Easton EC70-vork past perfect bij de Ventus.
< Eenvoud siert of sierlijk eenvoudig? Kiest u zelf maar.
Staalharde bewijzen
Zoals zo vaak mocht ook voor deze
vergelijkende test het groepje makkers
waarmee ik op zondag ga fietsen als
klankbord dienen. Kom ik op een aluminium frame aan, dan kijkt niemand daar
van op of krijg ik hoogstens een ‘Is het
dat maar?’ als reactie. Bij staal hoort
een verwonderde ‘Maken ze dat nog?’
terwijl titanium duidelijk nog steeds een
zweem van mystiek over zich heeft die
heel veel interesse wekt. De manier
waarop er op aluminium wordt neer
gekeken, is overdreven want het blijft
een prima materiaal om budgetvriendelijke fietsen mee te maken, al leent het
zich vanuit zijn eigenschappen beter
om er een no-nonsense criteriumracer
mee te bouwen dan een comforttoerder want dan moeten er meer trucjes
toegepast worden. Staal is heerlijk
comfortabel en klassiek om mee te
rijden maar de liefhebber van dit metaal
zal toch diep in de buidel moeten tasten
om zijn retro emoties aan hedendaagse
prestaties te koppelen. Op dat vlak
heeft titanium een streepje voor. Het
is even tijdloos als staal, lichter en een
tikkeltje strakker zodat de Van Nicholas
wat mij betreft de revelatie van deze
vergelijkingstest is. Een aanrader voor
elke toerfietser die uitgekeken is op al
dat carbon en voor wielrenners die op
zoek zijn naar een comfortabele trainingsfiets die niet kan roesten. En op
de lak geraak je ook nooit uitgekeken
want er zit geen op!
Grinta! | 93