Ramus Communicans blokkade

Maatschap Anesthesiologie / Pijncentrum
Ramus Communicans
blokkade
Diaconessenhuis Leiden
Ramus Communicans blokkade
Algemeen
De anesthesioloog/pijnspecialist adviseert u een blokkade van de Ramus
Communicans. In deze folder vindt u algemene informatie over de
behandeling.
Wat is een Ramus Communicans blokkade?
De Ramus Communicans is de verbindingstak die loopt aan de zijkant van
een wervellichaam en die een deel van de pijn, afkomstig van de tussenwervelschijf, doorgeeft naar het ruggenmerg. De tussenwervelschijf (discus) is
een veerkrachtige schijf tussen twee wervels in de wervelkolom. Door de
behandeling wordt de pijngeleiding vanuit de tussenwervelschijf aan de
voorzijde van de wervelkolom beïnvloed. In veel gevallen treedt er
pijnvermindering op. Soms is het nodig om op meerdere wervelniveaus te
behandelen.
Klachten waarvoor een Ramus Communicans blokkade geschikt kan zijn:

Chronische lage rugklachten, afkomstig uit de tussenwervelschijf
(discus).

Behandeling van pijnklachten door een ingezakte wervel.
Voorbereiding
Thuis hoeft u geen voorbereidingen te treffen, tenzij dit is vermeld. U hoeft
op de dag van de behandeling niet nuchter te blijven.
Wij adviseren u comfortabel zittende kleding aan te trekken.
De behandeling vindt in plaats bij het Pijncentrum (route 37) en wordt
uitgevoerd door de pijnspecialist. De verpleegkundige en/of de pijnspecialist brengen u naar de behandelkamer (OK). U heeft nog gelegenheid om
vragen te stellen.
2
Diaconessenhuis Leiden
Ramus Communicans blokkade
De behandeling
In de behandelruimte ziet u een televisiemonitor, röntgenapparaat en
echoapparatuur opgesteld.
Gedurende de behandeling ligt u op uw buik. Onder röntgendoorlichting
en/of echobeelden bepaalt de pijnspecialist de juiste plaats. De juiste
plaats wordt afgetekend en gedesinfecteerd met een koude heldere
ontsmettingsvloeistof. De huid wordt plaatselijk verdoofd. Dit kan een
brandend gevoel geven dat snel wegtrekt.
Dan start de pijnspecialist de behandeling.
Deze vindt plaats met behulp van speciale naalden. Na het plaatsen van de
naald(en) wordt met contrastvloeistof de juiste positie gecontroleerd.
Er zijn twee behandelmethoden mogelijk:

Infiltratie behandeling
Op de juiste plaats worden een lokaal verdovingsmiddel en een corticosteroïd ingespoten. Het corticosteroïd werkt ontstekingsremmend wat het
geïrriteerde gebied rustiger moet maken.

(Pulsed) Radio-frequente (RF) behandeling
Bij deze behandeling worden er teststroompjes door de punt van de naald
gezonden. De pijnspecialist zal u vragen hem te vertellen wat u voelt. Op
deze manier kunt u de arts helpen de positie van het naaldje nogmaals te
controleren. Daarna wordt er een verdovingsvloeistof ingespoten.
Vervolgens start de behandeling door middel van een RF stroom (warmte)
of pulsed RF stroom (opwekken van een elektromagnetisch veld). Hiervan
zult u weinig tot niets voelen.
Na de behandeling
Na de behandeling verlaat u onder begeleiding van de pijnconsulent de
behandelkamer en verblijft u nog enige tijd op de uitslaapkamer. Voordat u
naar huis gaat, komt de pijnspecialist nog even bij u langs. U hoort dan
binnen welke termijn uw vervolgafspraak is. Deze wordt door de secretaresse gemaakt.
Als de plaatselijke verdoving is uitgewerkt (ongeveer één tot enkele uren na
de behandeling), kunt u last hebben van napijn. Dit komt doordat de naald
is geplaatst in een al geïrriteerd gebied. De pijn kan dus de na de
behandeling toenemen. Dit duurt meestal enkele dagen. U kunt hiertegen
pijnstillers innemen. Dit kan uw eigen pijnmedicatie zijn of paracetamol
volgens de dosering die op de bijsluiter staat.
Het is belangrijk dat u met een begeleider naar het ziekenhuis komt, zodat
deze u kan thuisbrengen. Op de dag van de behandeling mag u namelijk
niet zelfstandig deelnemen aan het verkeer.
Gedurende de dag van de behandeling is het raadzaam om het rustig aan
te doen. U mag doen wat u kunt, maar het verrichten van zware werkzaamheden wordt sterk afgeraden.
3
Diaconessenhuis Leiden
Ramus Communicans blokkade
Bijwerkingen
De behandeling wordt zorgvuldig uitgevoerd. Toch bestaat er een geringe
kans op de volgende bijwerkingen of complicaties:

Tijdelijk een warmer been aan de behandelde zijde.

Tijdelijk een lichte kracht en/of gevoelsvermindering van het been
aan de behandelde zijde.

Bloeduitstorting, deze kan ontstaan als een bloedvat is geraakt.

Na een infiltratie behandeling kunnen bij vrouwen opvliegers
optreden en kan de menstruatie korte tijd worden verstoord.

Bij diabetespatiënten kunnen de bloedsuikerwaarden variëren.
Resultaat
Het resultaat van de behandeling kan pas na 6 - 8 weken worden beoordeeld. Het is echter goed mogelijk dat u al eerder merkt dat de pijnklachten zijn verminderd. Het is handig om in deze periode aantekeningen te
maken van de mate van pijn die u voelt. 6 tot 8 weken na de behandeling
volgt een controleafspraak. Tijdens deze afspraak wordt het verdere beleid
met u besproken.
Let op









In verband met röntgenstraling is het belangrijk om te weten of u
zwanger bent. De straling kan schadelijk zijn voor uw ongeboren
kind. Als u zwanger bent of vermoedt dat u zwanger bent, vertel dit
dan aan de pijnspecialist of de verpleegkundige.
Als u ziek bent of koorts hebt op de dag van de behandeling neemt
u contact op met het pijncentrum.
Indien u bloedverdunners gebruikt zoals Sintrom, Acenocoumarol,
Marcoumar, of Fenprocoumon waarvoor controle bij de trombosedienst noodzakelijk is, moet u deze tijdelijk stoppen. Uw behandelend pijnspecialist informeert u hierover.
Gebruikt u één van de bloedverdunners zoals Ascal, Acetylsalicylzuur
of Plavix, dan hoeft u hier niet mee te stoppen voor de behandeling.
Wanneer u meerdere van deze bloedverdunners gebruikt, is het belangrijk dat u dit van te voren meldt aan de pijnspecialist.
Heeft u een allergie voor jodium of andere ontsmettingsmiddelen,
pleisters, contrast- of verdovingsmiddelen? Meld dit dan voor aanvang van de behandeling.
Informeer uw pijnspecialist over de medicatie die u gebruikt.
U meldt zich minimaal een kwartier voor de aanvang van de
behandeling bij de balie van het pijncentrum.
Het is niet toegestaan om na de behandeling zelfstandig aan het
verkeer deel te nemen. Zorg voor begeleiding!
Uw begeleider mag vanwege de privacy van de andere patiënten niet
mee naar de behandelkamer of de uitslaapkamer.
Neem contact op met uw huisarts of huisartsenpost als:

u na de behandeling koorts krijgt (meer dan 39ºC);

er ten gevolge van de behandeling plotseling krachtsverlies optreedt
in een arm of been;
4
Diaconessenhuis Leiden
Ramus Communicans blokkade

U problemen krijgt met plassen.
Tot slot
Wij hopen dat u door het lezen van deze folder goed bent geïnformeerd.
Als u nog vragen heeft, kunt u terecht bij de pijnconsulent. Zij is op
maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag bereikbaar van 9.00 – 12.00 uur,
telefoonnummer 071 – 517 81 78, sein 21343.
Vragen en aantekeningen
…………………………………………………………………
………………………………………………………………….
…………………………………………………………………
…………………………………………………………………
…………………………………………………………………
…………………………………………………………………
Pijnconsulent
Telefoonnummer 071 – 517 81 78, sein 21343
Maatschap anesthesiologie
Telefoonnummer: 071 - 517 81 78
0614/707989/DIA1312
5