Wmo-Raad Gouda t.a.v, de heerJ, van lngen Postbus 2148 2800 BG Gouda directie/afdeling telefoon mo/Maatschappelijk beleid contactpeBoon gouda 8738 15 juli 2014 uw kenmerk C.A.M. van de Zilver ons kenmerk 2014-06-30-009 879117 onderwerp verzonden Participatie in de buurt 'I 7 JULI 2016 Geachte voorzitter en leden van de Wmo-raad, Op 30 juni 2014 ontvingen wij uw advies betreffende de nota "Met gebundelde krachten participeren in de buurt". U hebt in een zeer korte tijd een gedegen en zorgvuldig opgesteld advies uitgebracht, waarvoor onze waardering en dank. In uw inleiding geeft u terecht aan dat deze nota een abstract karakter heeft. Wij hebben bewust voor deze abstractie gekozen, zodat de aanbieders ook echt de ruimte hebben om bij de ontwikkeling van hun aanbod creatief en flexibel in te spelen op de vraag van de deelnemers. Wij zien inmiddels vele mooie nieuwe initiatieven ontstaan in de stad. Organisaties zoeken nieuwe wegen en ontdekken inspirerende mogelijkheden. Zij doen dat niet alleen vanuit een groepje vakbekwame professionals, maar weten steeds beter de kracht van cliënten en vrijwilligers aan te boren. Er komt een enorme creativiteit los waarbij cliënten niet langer cliënt zijn, maar deelnemers die zelf ook hun handen uit de mouwen steken. Vrijwilligers zijn niet langer de onbetaalde professional die vanwege de bezuinigingen de tekorten op moeten vangen, maar zijn onderdeel van het systeem dat draait op enthousiasme en inzet van de betrokkenen zelf. Die krachten willen wij benutten en stimuleren, omdat wij zien dat daar veel potentie zit. En vooral: veel plezier voor iedereen die daaraan mee doet. De periode 2015-2017 beschouwen wij als een overgangsperiode waarin de uitvoering van participatie in de buurt vorm en inhoud krijgt. Dit betekent dat de activiteitencentra in 2015 open blijven. Deze centra ontvangen voor 2015 op basis van het aantal (huidige) cliënten met een geldige indicatie per 1 januari 2015, een vergoeding. Dit zal via een apart inkoopproces worden geregeld. De activiteitencentra zullen in de loop van 2015 de cliënten voor wie dat passend en haalbaar is, begeleiden naar een andere vorm van dagbesteding. Voor kwetsbare burgers die participatie in een algemene voorziening niet aan kunnen, blijft de mogelijkheid voor een maatwerkvoorziening open staan. Wij denken dan bijvoorbeeld aan deelnemers met een bijzondere begeleidingsvraag of sterk afwijkend gedrag waardoor de rust en veiligheid voor de overige bezoekers van de voorziening niet meer gegarandeerd kan worden. gemeente gouda Postbus 1086, 2800 BB Gouda telefoon 14 0182 e-mail €[email protected] webs te www..qouda.nl [ ÿFsc MIX Paplervan verantwooÿeheÿomsl FSCÿC018958 Mijn ervaring met de aanbieders is dat zij inmiddels zeer voortvarend inspelen op de komende veranderingen en er al tal van nieuwe initiatieven zijn ontstaan die passen binnen de dagbesteding van de toekomst. We hebben er dan ook alle vertrouwen in dat de aanbieders, binnen de geboden ruimte, in staat zijn om in deze overgangsperiode een goed en gedegen aanbod te ontwikkelen. De brief met aanbevelingen van het ROG die u in uw advies noemt, zullen wij direct richting het ROG beantwoorden. Met bovenstaande inleiding hebben wij een reactie gegeven op uw inleiding en uw adviezen: 1, 2, 7, 12, 20, 24, 25. Onderstaand beantwoorden wij puntsgewijs uw overige adviezen, vragen en opmerkingen. 3. Uw adviesraad adviseert om de aanbevelin.qen uit de 'handreikin.q dagactiviteiten bij dementie' over te nemen. De handreiking is bij ons bekend, evenals bij de aanbieders. We zijn op dit moment in gesprek met VGZ en enkele zorgaanbieders om de zorg aan en dagbesteding voor inwoners met dementie goed op elkaar af te stemmen. 4. Uitgangspunten De adviesraad adviseert om vooraf criteria te formuleren op basis waarvan kan worden bepaald in hoeverre een individuele burqer in staat is om eiqen verantwoordelijkheid te dragen. Uitgangspunt is dat iedereen die moeite heeft om hun eigen daginvulling vorm te geven, begeleiding krijgt bij het invullen van hun activiteitenprogramma. 5. Mantelzorgers U adviseert om ontlastinq van de mantelzor.q alsno.q in de uit.qan,qspunten op te nemen. Naar aanleiding van uw advies hebben wij het volgende uitgangspunt toegevoegd: 'Dagbesteding kan als vorm van respijtzorg ondersteuning bieden voor mantelzorgers'. 6. De adviesraad adviseert om mantelzorgondersteuninR alsnog uit te werken of in de nota aan te ,qeven in welk beleidsonderdeel dit aspect concreet wordt uitqewerkt. Een nadere uitwerking van het beleid voor mantelzorgondersteuning hebben wij opgenomen in de integrale beleidsnota 'Iedereen doet mee' welke nog voor formele advisering aan u zal worden voorgelegd. 8. "Diversiteit is een kracht." Om te voorkomen dat er teveel in onduidelijke en voor meerdere uitleq vatbare zinsneden beland, adviseert de adviesraad het uit.qan,qspunt betreffende de balans tussen professionele en informele inzet concreet uit te werken in de nota. De toelichting op dit uitgangspunt hebben wij naar aanleiding van uw advies als volgt gewijzigd: Ook mensen met een beperking hebben kwafiteiten waardoor ze iets voor anderen kunnen betekenen. Door die kracht in te zetten zullen ze zich sneller bijzonder, gelijkwaardig en gewaardeerd voelen. 9. Financiële kaders U adviseert om de extra middelen voor da,qbestedinq voor de dementerenden te oormerken voor dit beoo,qde doel. Uw advies raakt in dit geval de inkoop van de maatwerkvoorziening en valt om die reden buiten de reikwijdte van dit voorstel. Aan organisaties met specifiek aanbod voor deze doelgroep zal de mogelijkheid worden geboden, om een beroep te doen op deze middelen. 10. Sociaal makelaar U adviseert om eniqe verhelderin,q over de functie van de sociaal makelaar te geven. Op dit moment zijn we in gesprek met de huidige welzijnspartners over de invulling van de functie van sociaal makelaar in de sociaal teams. Hierover is een opmerking ter verduidelijking aan de nota toegevoegd. 11. Aantal deelnemers dagbesteding nieuwe stijl pagina 2 U adviseert om uit te gaan van de huidiqe 420 gebruikers van da.qbestedin.q waarbij u aan.qeeft dat in de loop van 2015 dit aantal, op basis van de werkeliike aantallen, alsno.q kan worden bii,qesteld. Onze inschatting is dat voor ongeveer de helft van de huidige geïndiceerde gebruikers van dagbesteding, een maatwerkvoorziening nodig zal zijn. U .qeeft aan dat dagbesteding nieuwe stijl niet moet leiden tot het ontstaan van een soort 'buurthuis- oplossin,q' en vraagt het college hier duideliikheid in te verschaffen. Dat is niet mijn intentie. Het is nadrukkelijk de bedoeling dat kwetsbare burgers - eventueel met begeleiding als dat nodig is - zoveel mogelijk gaan participeren in het brede algemene aanbod dat al bestaat. Daarnaast zullen er altijd veilige inloopcentra (huiskamers) blijven waar mensen in een meer beschutte omgeving activiteiten kunnen ondernemen. 12. Dagbesteding met aanbod van activiteiten in relatie tot doelgroepen Zie inleiding. 13. Aanvullende ondersteuning De adviesraad adviseert concrete handreikinqen te geven aan de coördinator van het in[oopcentrum om te bewerkstelli.qen dat er voldoende adequate en doelqerichte vakkundiqe be.qeleidin.q aanwezig is. Hierbij wijst de adviesraad op de huidi.qe eisen aan be.qeleidin.q van mensen met psychiatrische achter,qrond in de huiskamer. De invulling van begeleiding en persoonlijke verzorging en inpassing binnen het participatieaanbod is per definitie maatwerk. Per groep of centrum zal steeds op basis van de vraag van bezoekers bekeken moeten worden welke begeleiding noodzakelijk is, wie die kan geven en op welke dagdelen deze begeleiding of verzorging aanwezig moet zijn. Juist omdat het om maatwerk gaat, willen wij dit niet nu al vastleggen in afspraken met de aanbieders. 14. Paragraaf 3.1 : meedoen naar vermogen U adviseert in de nota specifiek aandacht te schenken aan die mensen die, door de aard van hun problematiek, tussen wal en schip drei.qen te vallen en waarbii de beoo.qde vorm van dagbestedin.q nu iuist een .qoede stap zou kunnen ziin. Vanuit de sociale teams, de sociaal makelaar en de samenwerking met de huisartsen zullen deze mensen zoveel mogelijk in beeld worden gebracht en geholpen worden een juiste vorm van dagbesteding te vinden. 15. Uw adviesraad adviseert om, samen met de verschillende aanbieders, een overkoepelend en concreet plan op te stellen welke .qericht is op werving, training en behoud van vrijwilligers. Voor de werving en ondersteuning van vrijwilligers kunnen we in Gouda al rekenen op het VIP. In de subsidieaanvraag zullen we aanbieders expliciet vragen om hun beleid ten aanzien van vrijwilligers. Dit beleid zal meegewogen worden bij de beoordeling van de aanvraag. 16. Paragraaf 3.2: Doel De adviesraad adviseert bij het doel in punt 3.2 toe te voeqen: het ondersteunen en onderhouden van vaardiqheden. De ondersteuning bij participatie heeft ook betrekking op vaardigheden die nodig zijn om participatie mogelijk te maken, maar niet op het ondersteunen en onderhouden van individuele vaardigheden in het algemeen. Om die reden nemen wij uw advies op dit aspect niet over. 17. Paragraaf 3.3: Doelgroep De adviesraad adviseert bij de opsomminq van kwetsbare mensen toe te voe.qen: Mensen met een verstandelijke beperking Deze suggestie is overgenomen maar in verband met aansluiting op de overige tekst met de volgende omschrijving: Begrip van hun omgeving en zelfredzaamheid. Het onderstaande punt mensen met psychosociale problematiek is omwille van de eenduidige omschrijving eveneens aangepast. 18. Paragraaf 3.4: Uitgangspunten De adviesraad adviseert de bezoekers van de da.qbesteding niet over één kam te scheren. pagina 3 Daar kunnen wij alleen maar mee instemmen. Er is hier gezocht naar een omschrijving van de gelijkwaardigheid van de bezoekers: zij worden aangesproken op hun kracht, rekening houdend met hun beperkingen. 19. Paragraaf 3.5: Participeren in de buurt in stappen De adviesraad adviseert de drie stappen uit paragraaf 3.5 nader te concretiseren mede in het licht van het streven naar een inclusieve samenlevin,q. Deze drie stappen geven drie mogelijkheden aan waarop iemand kan participeren. Op deze wijze is er voor iedereen een mogelijkheid die past. Aan de hand van deze indeling zijn beleidsdoelstellingen opgesteld waar we subsidies op inzetten. Voor organisaties geeft dit duidelijkheid over welke inzet we van hen verwachten. 21. Paragraaf 4.1 : De Huiskamer U geeft aan dat kerken en andere orqanisaties op dit moment al concrete daq-invullingen voor bijvoorbeeld ouderen aanbieden door middel van een ouderensoos of bijeenkomsten in clubverband en le.qt aan het college voor om ook deze initiatieven in het totaal van dit beleid een plaats te geven. Hier zijn wij het helemaal mee eens, er zijn veel goede initiatieven waar bij aangesloten kan worden (stap 1). Belangrijk is daarom al deze initiatieven beter in beeld te krijgen. Via een website (stap 2) kunnen inwoners van Gouda (of hun ondersteuners) deze initiatieven vinden. Een huiskamers biedt een veilige omgeving voor hen die extra beschutting nodig hebben. In de nota is bij" Zorgpartners (blz. 6) aangeven hoeveel huiskamers er momenteel zijn. De verwachting is dat dit aantal nog verder zal uitbreiden. 22. Paragraaf 4.3: (Begeleiding bij) vervoer U adviseert geen drempel op te werpen als het om het vervoer gaat. Vooralsnog is de stelling dat zoveel mogelijk mensen participeren in de buurt waardoor vervoersstromen sterk zullen afnemen. Deze nota betreft de participatie van inwoners van Gouda die geen maatwerkvoorziening bezoeken. Daarmee is het voorbeeld dat u geeft hier niet van toepassing. 23. Uw adviesraad adviseert voor de mensen die niet met het openbaar vervoer kunnen komen vanwege hun handicap of vanwege het ontbreken van openbaar vervoer, een vervoersvoorzieninq te treffen. Voor mensen die wel van het openbaar vervoer gebruik zouden kunnen maken, zou ook de mo.qelijkheid van de Groeneharthopper geboden dienen te worden. Vervoer is een hoge kostenpost voor de organisatie van dagbesteding. Wij zijn het met u eens dat vervoer geen reden mag zijn om niet te participeren. Er zijn veel voorbeelden in het land van vervoersdiensten die door vrijwilligers gerund worden, al dan niet met subsidie van de gemeente. We gaan kijken wat hierin voor Gouda mogelijk is. Individueel vervoer wordt verder uitgewerkt in de nota "Vervoer sociaal domein". 24. Paragraaf 4.4 Het Participatie-arrangement Zie inleiding 25. Paragraaf 4.5 De kosten voor de bezoeker Zie inleiding 26. Hoofdstuk 5: Van transitie naar Transformatie De adviesraad adviseert om hier met de bestaande aanbieders afspraken over te maken over een zorqvuldig uit.qevoerde overgang, de zogenaamde 'zachte landing'. In de inleiding hebben wij aangegeven dat het inkoopproces het mogelijk maakt voor organisaties deze zachte landing te realiseren. Om een gezonde organisatie te houden worden er ook maatregelen genomen om niet rendabele afdelingen te sluiten. Sluiting is meestal erg vervelend voor diegene die nog gebruik maken van dit aanbod, maar biedt ook kansen aan nieuwe initiatieven. Wij zien momenteel in de stad ook veel nieuwe mooie initiatieven ontstaan. 27. Tekstuele aanpassingen U adviseert over een aantal tekstuele aanpassingen. Deze zijn allen overgenomen. pagina 4 Eindadvies De WMO-Raad Gouda adviseert uw colleqe het daarheen te leiden dat de aan.qereikte adviserin£ in de betreffende nota zal worden opgenomen en ziet met belan.qstellinfl uw reactie op dit eindadvies teqemoet. Daar waar wij het kunnen vinden in uw adviezen en de advisering aansluit bij het karakter van de nota is dit over genomen. Uw adviezen die niet zijn overgenomen komen zeker nog van pas bij de verdere ontwikkelingen en zullen als aandachtspunt meegenomen worden. Wij gaan ervan uit dat u met deze brief voldoende toelichting heeft gekregen op de vragen en opmerkingen uit uw advies. Hoogachtend, namens burgemeester en wethouders van ,Gouda I : ,/ j--ÿ «J _ i-J> Werger sociale zaken pagina 5 MINUUT Afschrift aan: 1. Secretariaat MBL 2. Dimphie Meij 3. Judith Willemen 4. Ellen van de Zilver pagina 6
© Copyright 2024 ExpyDoc