Bestek CBO Nr.9 - Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen

CBO Nr.9
Fase 1 van de onderhandelingsprocedure
VMSW - Cel overheidsopdrachten
BIJZONDER BESTEK VM/B 2013
FASE 1 VAN DE ONDERHANDELINGSPROCEDURE
Bijzonder bestek CBO Nr.9
INLEIDING
Dit bijzonder bestek is integraal van toepassing op overheidsopdrachten van werken door sociale
woonactoren, de SHM’s in het bijzonder. De Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen (VMSW),
Koloniënstraat 40 te 1000 Brussel, bewaakt de technische conformiteit van de woonprojecten van
die sociale woonactoren en adviseert hen over de conformiteit van de voorontwerpen en ontwerpen
van hun woonprojecten. De VMSW verleent ook advies aan de aanbestedende overheden bij de
plaatsing en uitvoering van overheidsopdrachten van werken. Naast het technisch aspect heeft de
VMSW ook de opdracht om te voorzien in een efficiënte financiering van de projecten van de SHM’s
en de betaling aan aannemers. Dit gebeurt door de betalingen uit te voeren in naam van de SHM’s,
hetzij met de middelen van de SHM’s die door de VMSW beheerd worden, hetzij met een financiering
die door de VMSW wordt verstrekt.
Het bestek bestaat uit drie delen:
-
Het eerste deel wordt per opdracht ingevuld door de aanbestedende overheid en omvat
specifieke administratieve informatie over de opdracht, incl. het inschrijvingsformulier I
2013.
-
Het tweede deel bevat de toegelaten aanvullingen op de bepalingen van het KB van 15 juli
2011 (plaatsing overheidsopdrachten) en van het KB van 14 januari 2013 (algemene
uitvoeringsregels overheidsopdrachten); deze zijn onontbeerlijk voor de bijzondere eisen van
de betreffende opdracht.
Alle vermelde artikels in dit deel zijn van toepassing op opdrachtbedragen vanaf 30.000
euro met uitzondering van ‘borgtocht’ en ‘prijsherziening’.
De artikelnummers verwijzen naar het KB van 14 januari 2013 tenzij anders vermeld.
-
Het derde deel tenslotte bevat praktische inlichtingen voor de inschrijvers in verband met
de vorm en inhoud van hun offerte.
Alle vermelde bedragen zijn bedragen zonder btw.
Door het feit alleen van zijn offerte in te dienen, ziet de aannemer ervan af om het even welke
bepalingen of voorwaarden in te roepen die afwijken van het bijzonder bestek VM/B 2013.
VM/B 2013
versie 4 juli 2013
1
VMSW - Cel overheidsopdrachten
EERSTE DEEL
Aan dit eerste deel van het bestek VM/B 2013 is een roze inschrijvingsformulier I 2013 gehecht
dat door de inschrijver gebruikt moet worden.
A.
VOORWERP VAN DE OPDRACHT(EN)
De opdrachten hebben betrekking op de grondverwerving, het ontwerp en de opbouw van
kleinschalige kernversterkende projecten. Dit voor een globaal voorzien maximumbudget (zie
artikels 1 en 2 van de Bijzondere Beschrijving).
B.
DE PARTICERENDE BESTUREN
Zie art. 4 van de Bijzondere Beschrijving
C.
GUNNING VAN DE OPDRACHT(EN)
De overeenkomst(en) zal (zullen) worden gesloten ingevolge een
onderhandelingsprocedure met bekendmaking.
D.
PRIJSBEPALING VAN DE OPDRACHT(EN)
De opdrachten vormen elk afzonderlijk een overeenkomst tegen globale prijs.
E.
RAADPLEGING VAN HET DOSSIER
Het dossier kan worden geraadpleegd:
1.
op elektronische wijze via: http://www.vmsw.be/nl/professionelen/cbo-pps/cbo-/cbo-nr9
F.
TAALGEBRUIK
De inschrijver gebruikt uitsluitend het Nederlands in zijn mondelinge en schriftelijke relatie met de
aanbestedende overheid.
Van documenten die enkel in een andere taal beschikbaar zijn, kan de overheid een, desgevallend
beëdigde, vertaling eisen.
VM/B 2013
versie 4 juli 2013
2
VMSW - Cel overheidsopdrachten
G.
VERZENDING, ONTVANGST EN INTREKKING VAN DE OFFERTES
De offertes worden eerst in een ‘definitief gesloten omslag’ geschoven waarop de volgende gegevens
worden vermeld: de datum van de zitting waarop de offertes worden geopend en de vermelding:
‘offerte CBO Nr. 9 – fase 1’
De offertes die aangetekend worden verzonden, moeten in een tweede gesloten omslag worden
geschoven met nogmaals de vermelding ‘offerte Nr. 9 – fase 1’ en gericht worden aan: De gedelegeerd
bestuurder van de VMSW, Koloniënstraat 40 - 1000 BRUSSEL. (e).
De offertes in vijfvoud (zoals beschreven in art. 7 van de Bijzondere Beschrijving), moeten uiterlijk
daags vóór de opening van de bieding aangetekend worden verzonden.
De offertes in vijfvoud mogen ook worden afgegeven aan de voorzitter van de zitting voordat hij/zij de
zitting voor geopend verklaart.
Indien een inschrijver een reeds opgestuurde of ingediende offerte wenst in te trekken, dient hij
hiertoe een schriftelijke ondertekende verklaring aangetekend te verzenden of af te geven aan de
voorzitter van de zitting voor de opening der biedingen, vooraleer deze de zitting voor geopend
verklaart.
H.
OPENING VAN DE OFFERTES
De opening van de offertes vindt plaats op 15 oktober 2014 om 14.00 uur, te Koloniënstraat 40,
Brussel, lokaal 2.125.
I.
VERBINTENISTERMIJN VAN DE INSCHRIJVER
Zie art. 12 van de Bijzondere Beschrijving.
J.
GRONDSLAG VAN DE OPDRACHT
1.
de wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor
werken, leveringen en diensten (Belgisch Staatsblad van 15 februari 2007);
2.
het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende de plaatsing van overheidsopdrachten
klassieke sectoren (Belgisch Staatsblad van 9 augustus 2011);
3.
het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van
de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken (Belgisch Staatsblad van
14 februari 2013);
4.
het koninklijk besluit van 2 juni 2013 tot bepaling van de datum van inwerkingtreding van de
wet overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten van 15
juni 2006 en van de koninklijke uitvoeringsbesluiten ervan;
5.
de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen
inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten;
6.
dit bestek, dat o.a. bevat:
-
VM/B 2013
het Bijzonder bestek VM/B 2013, eerste, tweede en derde deel;
versie 4 juli 2013
3
VMSW - Cel overheidsopdrachten
-
een inschrijvingsformulier I2013;
-
inlichtingen voor de inschrijvers;
-
checklist uitsluitingcriteria met betrekking tot de ligging van de site, de inschrijver en de
in te dienen documenten
-
modelovereenkomst van lastgeving SHM’s - VMSW;
-
bijlage i.v.m. de omschrijving van het globaal gebied;
-
bijlage i.v.m. de woonbehoeften van de SHM’s, met opgave van de woningtypologie;
-
K.
de Bijzondere beschrijving bestaande uit 15 bladzijden en een bijlage 1: maximum
prijsplafond FS3-tabel;
verklaringen inzake al dan niet risicogrond; verklaring inzake tijdige sanering van
verontreinigde grond en verklaring inzake bezwaardheden grond;
typecontracten met ontwerper 98.2_2006 en ontwerpteam 2011;
GELIJKTIJDIGE WERKEN
Zie artikel 7 van de bijzondere beschrijving
L.
PRIJS VAN HET DOSSIER: GRATIS
VM/B 2013
versie 4 juli 2013
4
VMSW - Cel overheidsopdrachten
TWEEDE DEEL VAN HET BIJZONDER BESTEK VM/B 2013
Borgtocht (art. 17 § 2 en art. 25 van het KB van 14 januari 2013)
Er wordt geen borgtocht geëist voor opdrachten waarvan het opdrachtbedrag kleiner is dan
vijftigduizend euro (50.000,00 euro).
De borgtocht wordt berekend op basis van het opdrachtbedrag.
Ook wanneer verscheidene percelen aan één enkele aannemer worden toevertrouwd, stelt deze
laatste een borgtocht per perceel.
Verzekeringen (art. 24 van het KB van 14 januari 2013)
De aannemer is ertoe gehouden, op zijn kosten, de gebouwen te verzekeren tegen elk brandgevaar
en natuurrampen, dit voor de waarde van zijn werken.
De verzekering moet gesloten worden ten voordele van de aanbestedende overheid voor de volledige
duur van de opdracht, tot aan de 30ste dag na de voorlopige oplevering van de hoofdopdracht.
Hij overhandigt een dubbel van de verzekeringspolis aan de aanbestedende overheid: hij kan ertoe
gehouden worden op ieder ogenblik het bewijs te leveren dat de verschuldigde premies betaald zijn.
Uitvoeringstermijn (art. 76 van het KB van 14 januari 2013)
De uitvoeringstermijn wordt altijd uitgedrukt in kalenderdagen. Deze termijn wordt vermeld in het
1ste deel van het VM/B 2013 en betekend aan de aannemer in de bestelbrief.
In geval van tegenstrijdigheid is het de termijn vermeld in het 1ste deel van het VM/B 2013 die de
overhand heeft.
In geval van offerteaanvraag is de termijn, voorgesteld in de offerte van de inschrijver en aanvaard
door de aanbestedende overheid, de enige die geldt.
Gelijktijdige werken (art. 77 van het KB van 14 januari 2013)
De aannemer moet rekening houden met alle andere werken die gelijktijdig met zijn opdracht
uitgevoerd worden om tot afwerking en bewoonbaarheid van het geheel te komen.
In geval van twijfel vraagt hij aan de afgevaardigde van de aanbestedende overheid hem het
gedeelte van de grond dat hij zonder bezwaren mag gebruiken, precies aan te duiden.
Als het gaat om wegen-, riolerings- en om het even welke andere nutsvoorzieningswerken mag geen
enkele inrichting gebeuren op het gedeelte van de grond dat voor de uitvoering van deze werken
voorbehouden is.
Hij moet er op letten de hierboven bedoelde werken niet te bemoeilijken; daartoe moet hij alle
nodige maatregelen treffen.
Hij moet de ontwerper wijzen op de werken die door andere aannemers moeten uitgevoerd worden
om zelf ononderbroken verder te kunnen werken, anders zal hij mee verantwoordelijk gesteld
worden voor de vertraging die aan zijn gebrek aan vooruitzicht zou te wijten zijn.
Deze gelijktijdigheid van werken kan niet resulteren in welke schadeclaim dan ook ten opzichte van
de aanbestedende overheid.
Opdrachten andere dan de hoofdopdracht, die de afwerking van de woningen beogen, moeten ook
rekening houden met de vordering van de hoofdopdracht. Deze werken zullen in gedeelten of in hun
geheel uitgevoerd worden zo dat zij zich in de vordering van de hoofdopdracht inpassen.
Ook moeten zij zich strikt houden aan de instructies die zij van de aanbestedende overheid of zijn
VM/B 2013
versie 18 juli 2013
1
VMSW - Cel overheidsopdrachten
afgevaardigde ontvangen. Zij zullen in ieder geval moeten beëindigd zijn voor of desgevallend
samen met de einddatum van de hoofdopdracht.
Prijsherziening (art. 20 van het KB van 15 juli 2011)
Alleen voor de opdrachten (percelen) waarvoor het opdrachtbedrag gelijk is aan of hoger is dan
honderdtwintigduizend euro (120.000,00 euro) wordt een forfaitaire verrekening opgemaakt voor de
schommelingen van de lonen en sociale lasten en voor de schommelingen van de prijzen van de
materialen en producten aangewend of verwerkt in de aanneming, en dit tegen de hierna bepaalde
voorwaarden.
1. TOEPASSING
De aannemer wordt verondersteld het bedrag van zijn inschrijving te hebben vastgesteld op basis
van het geheel van de economische en sociale voorwaarden van de arbeidsmarkt, van de
marktprijzen van de in de opdracht aangewende of verwerkte materialen en van de dienstmarkten.
De prijsherziening wordt opgemaakt door de aannemer op grond van de maandelijkse staten van de
uitgevoerde werken waarvan sprake is in de rubriek “betalingsmodaliteiten” hierna.
De aannemer is vrij in zijn keuze tot het al dan niet toepassen van prijsherziening. Echter, die keuze
is bindend en wordt toegepast op het geheel van de opdracht, eventuele verrekeningen inclusief.
2. BEREKENINGSWIJZE
De prijsherziening wordt opgemaakt volgens de hierna vermelde forfaitaire formule :
p = P1 (a s1 + b i1 + c) + P2 (a s2 + b i2 + c) + ....+ Pn (a sn + b in + c)
S
I
S
I
S
I
D = p - (P1 + P2 +...+ Pn)
a+b+c=1
waarin :
p
= aangepaste prijs van de werken, rekening houdend met de schommelingen die
aanleiding geven tot prijsherziening.
P1, P2.. Pn-1 = werkelijke bedragen van de werken die tijdens de verschillende maandelijkse
perioden worden uitgevoerd. Die bedragen worden opgemaakt op grond van de
gegevens van de maandelijkse staten van de uitgevoerde werken waarvan sprake in de
rubriek “betalingsmodaliteiten” hierna.
Pn
= bedrag van de werken uitgevoerd gedurende de laatste periode van de contractuele
uitvoeringstermijn.
a
= conventionele parameter van het in de opdracht opgenomen aandeel van de
handenarbeid, zowel deze die op de bouwplaats als deze die in de fabriek en de
werkplaats wordt verricht.
Deze parameter wordt vastgesteld op 0,40 voor al de opdrachten van werken,
voltooiingwerken inbegrepen, met uitsluiting van de afzonderlijke opdrachten van
schilderwerken waarvoor de parameter is vastgesteld op 0,60 en van
verwarmingsinstallaties of herstelling van dergelijke installaties en het installeren van
personen- en goederenliften, waarvoor de parameter 0,55 bedraagt.
S
= S wordt uitgedrukt in een getal met drie decimalen voor de categorieën A, B, C & D
en een getal met vier decimalen voor de categorieën Elektrische installaties &
Liftinstallaties. Deze term vertegenwoordigt het conventionele gemiddelde loon van
kracht 10 kalenderdagen vóór de uiterste datum welke vastgesteld is voor het indienen
der offertes.
VM/B 2013
versie 18 juli 2013
2
VMSW - Cel overheidsopdrachten
De waarde S geeft de voor het Bouwbedrijf geldende loonschalen en percentages van
sociale lasten en verzekeringen weer zoals bepaald door de federale overheidsdienst
Economie, K.M.O., Middenstand en Energie.
Categorie A: Algemene aanneming, ruwbouw;
Categorie B: Dakbedekkingen – Voegwerken;
Categorie C: Bevloering – Plafonnering – Bepleistering;
Categorie D: Andere afwerkingen of Schilderwerken of Verwarmingsinstallaties (nietelektrisch).
Er wordt onderscheid gemaakt tussen ondernemingen van 20 of meer werknemers en
ondernemingen van minder dan 10 werknemers.
Voor ondernemingen met een aantal werknemers van 10 tot en met 19 wordt de waarde
S toegepast voor ondernemingen van 20 of meer werknemers.
Voor de afzonderlijke opdrachten betreffende installaties van personen- en
goederenliften, wordt rekening gehouden met het nationaal referentieloon dat door de
federale overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie wordt aangenomen
voor de metaal- en machinebouw: fabriek en werkplaats verhoogd met het percentage
sociale lasten en verzekeringen.
Voor de afzonderlijke opdrachten betreffende elektrische installaties wordt rekening
gehouden met het minimumuurloon van de hulpwerkman verhoogd met het percentage
sociale lasten.
Categorie: Elektrische installaties
Categorie: Liftinstallaties
Er wordt onderscheid gemaakt tussen ondernemingen van 10 of meer werknemers en
ondernemingen van minder dan 10 werknemers.
Per opdracht is slechts 1 categorie van toepassing.
De categorie moet gekozen worden volgens het belangrijkste aandeel van de werken in
die opdracht.
s1, s2...sn
= gemiddeld uurloon (vastgesteld volgens dezelfde methode als die aangewend voor de
berekening van S) van kracht op de 1ste dag van de in de vorderingsstaat beschouwde
periode.
s1 vertegenwoordigt het gemiddeld uurloon van kracht vanaf de aanvangsdatum van de
werken en sn vertegenwoordigt het gemiddeld uurloon van kracht op de eerste dag van
de laatste staat van de uitgevoerde werken, opgemaakt tijdens de contractuele
uitvoeringstermijn.
b
= conventionele parameter van het in de opdracht opgenomen aandeel van de
aangewende of verwerkte producten.
Deze parameter is op 0,35 vastgesteld. Voor de afzonderlijke opdrachten van
schilderwerken wordt hij op 0,15 vastgelegd en voor de afzonderlijke opdrachten voor
de installatie of herstelling van verwarmingsinrichtingen en van personen- en
goederenliften, wordt hij op 0,20 vastgesteld.
I
= maandelijks indexcijfer berekend op grond van een jaarlijks verbruik van de
bijzonderste materialen en stoffen door het Bouwbedrijf op de binnenlandse markt,
vastgesteld door de federale overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie
die betrekking hebben op de kalendermaand vóór de uiterlijke datum die werd
vastgesteld voor het indienen van de offertes (= indexcijfers van de materialen).
i1, i2...in-1
= zelfde indexcijfer, betrekking hebbend op de kalendermaand vóór de eerste dag van
de in de vorderingsstaat beschouwde periode.
in
= zelfde indexcijfer, betrekking hebbend op de kalendermaand vóór de eerste dag van
de laatste termijn die binnen de contractuele uitvoeringstermijn valt.
VM/B 2013
versie 18 juli 2013
3
VMSW - Cel overheidsopdrachten
c
= vast deel dat niet voor herziening vatbaar is (c = 0,25).
D
= bedrag van de prijsherziening.
De verhoudingen
s
i
en
worden beperkt tot een getal met 5 decimalen, waarvan de vijfde
I
S
verhoogd wordt met 1 wanneer de zesde gelijk is aan of hoger is dan 5.
De uitkomsten van de vermenigvuldiging van de op deze wijze bekomen quotiënten met de waarde
van de parameters "a" en "b" worden beperkt tot 5 decimalen, waarvan de vijfde verhoogd wordt
met 1 wanneer de zesde gelijk is aan of hoger is dan 5.
De parameters a, b & c, noch de gekozen categorie, mogen in de loop van de opdracht gewijzigd
worden.
3. BEREKENINGSWIJZE BIJ VERTRAGING (art. 94 van het KB van 14 januari 2013)
De prijs van de werken die tijdens een aan de aannemer te wijten periode van vertraging worden
uitgevoerd, wordt op grond van de voor de aanbestedende overheid meest voordelige
berekeningsmethode vastgesteld volgens de bepalingen van art. 94.
De gemiddelde prijsherzieningscoëfficiënt wordt ook tot op het vijfde decimale cijfer berekend.
Betalingsmodaliteiten (art. 66 en 95 van het KB van 14 januari 2013)

DEFINITIE
Betalingen in mindering zijn mogelijk volgens maandelijkse vorderingsstaten op te maken door de
aannemer.
Bij maandelijkse vorderingsstaten begint de periode van de eerste vorderingsstaat op de
contractuele begindatum van het werk en eindigt op de laatste dag van die lopende kalendermaand.
De tweede en volgende vorderingsstaten lopen van de eerste dag van de maand tot de laatste dag
van die maand.
De laatste vorderingsstaat eindigt op de werkelijke voltooiingdatum.
Als er een bepaalde maand niet wordt gewerkt maakt de aannemer een nulstaat op.
Het totaal van de betalingen in mindering wordt evenwel gelimiteerd op 95% van het totaal van het
opdrachtbedrag en de door de aanbestedende overheid goedgekeurde wijzigingen aan de opdracht.
Betalingen in mindering, die van het eindbedrag moeten afgetrokken worden, worden toegekend
tegen de voorwaarden bepaald hierna.

WERKWIJZE
De aannemer staaft zijn aanvragen om betalingen in mindering door de voorlegging van de
periodieke staten van de uitgevoerde werken.
Die maandelijkse vorderingsstaten worden genummerd, gedateerd en ondertekend per opdracht (per
perceel), en dit voor elk toegewezen perceel.
Telkens wordt daarbij een gedateerde en ondertekende schuldvordering gevoegd.
De maandelijkse vorderingsstaten moeten de verschillende posten in dezelfde volgorde vermelden
als de bij de offerte gevoegde samenvattende opmeting, met aanduiding, voor elk van die posten,
van het volgnummer, de voorziene hoeveelheid, de eenheidsprijs, de werkelijk uitgevoerde
hoeveelheid (totaal sinds aanvang van de werken) en het product van de eenheidsprijs met deze
hoeveelheid.
Hierna worden de regelmatig goedgekeurde wijzigingen aan de opdracht en bijkomende werken op
dezelfde manier vermeld.
VM/B 2013
versie 18 juli 2013
4
VMSW - Cel overheidsopdrachten
De betaling van de prijsherzieningen waarvan sprake is in de rubriek “prijsherziening” hiervoor
gebeurt samen met de maandelijkse vorderingsstaat van uitgevoerde werken waarop zij betrekking
hebben.
Het uitgevoerde bedrag, na aftrek van de eventueel bij de offerte toegestane korting, wordt daartoe
vermenigvuldigd met de van toepassing zijnde prijsherzieningscoëfficiënt.
Onmiddellijk na het verstrijken van een maandelijkse periode, verstuurt de aannemer de
schuldvordering, de maandelijkse vorderingsstaat van de uitgevoerde werken, samen met de
berekening van de prijsherziening, in tweevoud en aangetekend naar de aanbestedende overheid.
Hij mag deze ook bezorgen tegen een gedateerd en ondertekend ontvangstbewijs of tegen een
bewijs dat regelmatig wordt geacteerd in het dagboek van de werken.
Vanaf de ontvangst van de schuldvordering en de vorderingsstaat beschikt de aanbestedende
overheid over een verificatietermijn van 30 kalenderdagen waarin als volgt wordt gehandeld:
-
de hoeveelheden van de uitgevoerde werken, de prijsherziening en de 95%-limiet, worden op
verantwoordelijkheid van de ontwerper nagezien en zo nodig door hem verbeterd.
De ontwerper plaatst zijn handtekening voorafgegaan door de vermelding: “Vorderingsstaat
goedgekeurd en voor betaling aanvaard”.
-
De ontwerper verstuurt de (verbeterde) vorderingsstaat van de uitgevoerde werken naar de
aanbestedende overheid.
Die maakt een proces-verbaal op met de vermelding van de werken die voor betaling zijn
aanvaard en het volgens haar verschuldigde bedrag inclusief prijsherziening.
Ze brengt de aannemer hiervan onmiddellijk op de hoogte.
De aannemer dient binnen de vijf kalenderdagen zijn factuur in.
Dadelijk na ontvangst van die factuur verstuurt de aanbestedende overheid (een kopie van) de
goedgekeurde vorderingsstaat samen met een geldaanvraag en exemplaar van de desbetreffende
factuur naar de VMSW1.
De facturatie van de btw gebeurt overeenkomstig de geldende btw-wetgeving.
De betalingen van voorschotten mogen niet aanzien worden als betaling van een gedeelte van de
opdrachtsom in de zin van artikel 1791 van het Burgerlijk Wetboek: zij moeten beschouwd worden
als voorschotten op de uitbetaling van de totale prijs zodanig dat de verantwoordelijkheid van de
aannemer onverminderd blijft over het geheel tot bij de definitieve oplevering.

EINDSALDO
De prijs van de opdracht wordt vereffend na de volledige uitvoering van de werken.
Bij het toekennen van het eindsaldo zullen de boeten, de waarborgen die tussen de aanbestedende
overheid en de aannemer worden overeengekomen en/of andere afhoudingen die conform de
voorschriften van het contract werden toegepast, afgehouden worden.
Binnen een termijn van 30 kalenderdagen wordt de goedkeuring van het proces-verbaal van
voorlopige oplevering en het bedrag van het goedgekeurd saldo aan de aannemer meegedeeld.
Deze termijn begint te lopen op de datum van de voorlopige oplevering.
De aannemer dient dan binnen de vijf kalenderdagen zijn factuur in waarvan het bedrag
overeenstemt met het saldo dat goedgekeurd werd.
Dadelijk na ontvangst verstuurt de aanbestedende overheid die desbetreffende factuur samen met
een geldaanvraag naar de VMSW.
Boeten mogen de heffingsbasis van de btw niet verminderen.
1
Modelformulieren voor het berekenen van prijsherzieningen en voorschotten zijn te raadplegen via www.vmsw.be (professionelen -> ABC ->
A2013 -> formulieren -> uitvoeringsfase -> rubriek MPV).
VM/B 2013
versie 18 juli 2013
5
VMSW - Cel overheidsopdrachten
Dagboek der werken (art. 83 van het KB van 14 januari 2013)
Het Dagboek der werken wordt afgeleverd door de aannemer, ten laatste op de dag waarop de
werken aanvangen, en wordt uitsluitend door de aanbestedende overheid bijgehouden voor iedere
opdracht.
Het Dagboek der werken moet zich altijd op de bouwplaats bevinden in het lokaal aangeduid door de
aanbestedende overheid, tot aan de voorlopige oplevering van de opdracht.
De aannemer kan het ter plaatse vrij raadplegen.
Hij ontvangt wekelijks het voor hem bestemde afschrift van de notities.
Notities opgenomen in werfverslagen maken integraal deel uit van dit dagboek.
Verrekeningen (art. 40, 80 en 81 van het KB van 14 januari 2013)
1. Vermoedelijke Hoeveelheden (VH)
De hoeveelheden vermeld op de samenvattende opmeting zijn forfaitair, behalve de hoeveelheden
die volgens de documenten tegen prijslijst worden uitgevoerd en die voorafgegaan of gevolgd
worden door de vermelding "VH" (Vermoedelijke Hoeveelheid).
De afrekening van alle posten in vermoedelijke hoeveelheden worden opgenomen in het document
VA12
2. Wijzigingen aan de opdracht
Iedere wijziging, toevoeging of weglating van werken moet het voorwerp uitmaken van een
verrekening VA23
Deze worden altijd opgemaakt voor de uitvoering van de werken die het voorwerp uitmaken van de
verrekening.
De verrekeningen worden uitsluitend opgemaakt op grond van de werkelijke hoeveelheden in meer
en/of in min, zoals zij voortvloeien uit de noodzakelijk gebleken wijziging(en).
Als bij de offerte een korting werd toegestaan worden de eenheidsprijzen van alle posten
verminderd in dezelfde verhouding, dit zowel voor de bestaande eenheidsprijzen uit de offerte als
voor overeengekomen eenheidsprijzen.
Alle prijzen vermeld op de verrekeningen (VA1 & VA2) zijn exclusief korting. Deze korting wordt pas
verrekend bij het opmaken van de documenten van de eindafrekening.
De nieuwe overeengekomen prijzen worden verondersteld teruggerekend te zijn naar datum opening
bieding en zijn aldus vatbaar voor prijsherziening.
Eventuele termijnwijzigingen door onvoorziene omstandigheden worden in een VA2 vastgelegd.
Na de voorlopige oplevering wordt geen enkele verrekening voor wijziging, toevoeging of weglating
van werken aanvaard, behalve voor uitgestelde werken (zie rubriek voorlopige oplevering hierna).
Verrekeningen mogen niet gebruikt worden om, bij de aanbesteding, niet-gesignaleerde fouten van
het dossier recht te zetten.
2
3
Modelformulieren VA1 zijn te raadplegen via www.vmsw.be (professionelen -> ABC -> A2013 -> formulieren -> uitvoeringsfase -> rubriek VA1).
Modelformulieren VA2 zijn te raadplegen via www.vmsw.be (professionelen -> ABC -> A2013 -> formulieren -> uitvoeringsfase -> rubriek VA2).
VM/B 2013
versie 18 juli 2013
6
VMSW - Cel overheidsopdrachten
Voorlopige oplevering (art. 92 van het KB van 14 januari 2013)
Behoudens uitdrukkelijke aanvraag heeft geen enkele voorlopige oplevering plaats tijdens het
jaarlijkse bouwverlof, vastgesteld voor de regio waar de werken worden uitgevoerd.
Het proces-verbaal van voorlopige oplevering of weigering van de voorlopige oplevering zal in dat
geval binnen de 15 kalenderdagen na het einde van het bouwverlof opgesteld worden.
Als voorbehoud gemaakt wordt tijdens het opmaken van de documenten van de eindafrekening,
heeft dit geen enkele weerslag op de geldigheid van de voorlopige oplevering maar enkel op de
eindafrekening van de opdracht.

Uitgestelde werken
Wanneer de aannemer zich tijdelijk in de onmogelijkheid bevindt sommige werken uit te voeren
ingevolge omstandigheden onafhankelijk van zijn wil en/of van de wil van de aanbestedende
overheid, mogen de partijen beslissen dat die werken na de voorlopige oplevering zullen uitgevoerd
worden, onder voorbehoud dat een "protocol van de uitgestelde werken" (VO74) wordt opgemaakt.
Aansprakelijkheid van de aannemer (art. 84 van het KB van 14 januari 2013)
De aannemer die gedurende de waarborgtermijn bepaalde werken of bepaalde delen van werken
hermaakt, herstelt of verbetert, is ertoe gehouden ook de bij die gelegenheid veroorzaakte schade
aan de aangrenzende delen (zoals schilderwerk, behangwerk, parket, enz...) te herstellen.
Het gebruik van eigendommen door wie dan ook mag door de uitvoering van werken op geen enkele
manier gehinderd worden. De aannemer is ertoe gehouden op zijn kosten alle maatregelen te nemen
die noodzakelijk zijn om dit gebruik zonder enig gevaar verder mogelijk te maken.
4
Modelformulieren VO7 zijn te raadplegen via www.vmsw.be (professionelen -> ABC -> A2013 -> formulieren -> einde contract -> rubriek VO7).
VM/B 2013
versie 18 juli 2013
7
VMSW – Cel overheidsopdrachten
DERDE DEEL VAN HET BIJZONDER BESTEK VM/B 2013
In dit onderdeel van het bestek vindt men de bepalingen terug die door de inschrijver in acht
genomen dienen te worden bij het opstellen en indienen van een offerte. Hierbij komen de
essentiële onderdelen van een offerte aan bod, met name het inschrijvingsformulier en de
samenvattende opmetingsstaat, inclusief hun bijlagen.
Het inschrijvingsformulier I 2013
-
-
-
-
Inschrijvers dienen verplicht gebruik te maken van het rooskleurig formulier I 2013, waarvan
een exemplaar bij het bijzonder bestek gevoegd is. Men dient hierbij nauwgezet te werk te
gaan, vermits een onvolledige inschrijving nietig verklaard kan worden.
De exacte juridische vorm en volledige naam van de firma of vennootschap die de offerte
indient, moet worden vermeld. Bovendien dient de inschrijver vertegenwoordigd te worden
door een hiertoe gemachtigde persoon, met vermelding van diens functie binnen de firma of
vennootschap. Indien de offerte wordt ingediend door een combinatie zonder
rechtspersoonlijkheid, dienen deze gegevens voor iedere deelnemer aan de combinatie te
worden opgenomen op het inschrijvingsformulier. Bovendien dient men in dit geval, in een
bijlage bij de offerte, de persoon aan te duiden die de combinatie zal vertegenwoordigen
tegenover de aanbestedende overheid.
Het totale offertebedrag dient voluit en in cijfers te worden vermeld en afgerond tot op de
eurocent.
In het geval een opdracht opgeplitst is in percelen, moet de inschrijver prijs geven per perceel,
vermits ieder perceel het voorwerp moet kunnen uitmaken van een afzonderlijke overeenkomst.
Wanneer de inschrijver een offerte indient voor meerdere percelen, dienen de verschillende
offertebedragen op 1 inschrijvingsformulier te worden ingevuld.
Eventueel toegestane prijskortingen dienen eveneens te worden vermeld op het
inschrijvingsformulier en voorzien van de handtekening van de inschrijver.
In het geval van een opdracht in meerdere percelen, is het toegestaan aan de inschrijver om
een prijskorting aan te bieden indien hem meerdere percelen worden gegund. Deze korting
dient eveneens te worden vermeld op het inschrijvingsformulier en voorzien van de
handtekening van de inschrijver.
Inschrijvers dienen het inschrijvingsformulier te ondertekenen en te dateren. Indien de offerte
wordt ingediend door een combinatie zonder rechtspersoonlijkheid, moeten al de deelnemers
aan deze combinatie de offerte ondertekenen.
De samenvattende opmetingsstaat (Niet nodig voor fase 1)
-
-
Inschrijvers maken bij voorkeur gebruik van de samenvattende opmetingsstaat die bij het
bijzonder bestek is gevoegd. Dit vrijwaart de inschrijver van het maken van onvrijwillige fouten
die eventueel de onregelmatigheid van de inschrijving met zich mee kunnen brengen. Bovendien
vergemakkelijkt dit de controle van de offerte door de aanbestedende overheid.
Indien inschrijvers er toch voor opteren gebruik te maken van een zelfgemaakte samenvattende
opmetingsstaat, moet deze identiek zijn aan de originele samenvattende opmetingsstaat en
dient men rekening te houden met de volgende elementen:
o Inschrijvers dragen de volledige verantwoordelijkheid voor fouten die eventueel in hun
zelf aangemaakte samenvattende opmetingsstaat sluipen en waarvan ze geen weet
hebben.
o Inschrijvers kunnen geen aanspraak maken op enige vorm van schadevergoeding of
bijkomende betalingen, ten gevolge van mogelijke fouten in hun zelf aangemaakte
samenvattende opmetingsstaat die niet door de aanbestedende overheid ontdekt
werden, hetzij in de gunningsfase hetzij in de uitvoeringsfase.
o Inschrijvers dragen de volledige verantwoordelijkheid voor elke eventuele schadeclaim
die de aanbestedende overheid ontvangt, ten gevolge van fouten in de door de
inschrijver zelf aangemaakte samenvattende opmetingsstaat die door de aanbestedende
overheid niet ontdekt zijn en die deze laatste misleid hebben bij het nemen van de
gunningsbeslissing.
o Gezien het doorslaggevende belang van de kolommen 8 t.e.m. 11 voor het nazicht van
de inschrijvingen, is het noodzakelijk dat inschrijvers deze voorzien indien zij gebruik
VM/B 2013
versie 4 juli 2013
1
VMSW – Cel overheidsopdrachten
-
maken van een zelf aangemaakte samenvattende opmetingsstaat.
Bij het invullen van de samenvattende opmetingsstaat, dienen de inschrijvers de volgende
richtlijnen in acht te nemen:
o Indien de inschrijver fouten vaststelt in de hoeveelheden, dient hij zijn bevindingen toe
te lichten in een verklarende nota. De inschrijver vermeldt zijn verbeterde
hoeveelheden in kolom 4 van de samenvattende opmetingsstaat en maakt op basis
hiervan de berekening van de gedeeltelijke som voor de betrokken artikels. Bij de
artikels waarvoor er geen gewijzigde hoeveelheid werd gesignaleerd, blijft kolom 4
blanco.
o Indien men vaststelt dat er sprake is van een leemte in de samenvattende
opmetingsstaat, dient men dit te vermelden in de rubriek ‘gesignaleerde leemten’ bij
de samenvattende opmetingsstaat. Men voegt hier een verklarende nota aan toe,
evenals de omschrijving, afmetingen e.d. van de als leemte gesignaleerde producten,
wanneer deze niet zijn opgenomen in de opdrachtdocumenten. Bovendien dient de
kostprijs van de gesignaleerde leemte door de inschrijver bij de totaalprijs gevoegd te
worden.
o Eenheidsprijzen moeten voluit geschreven worden en afgerond op de eurocent.
o Doorhalingen, overschrijvingen, aanvullingen of wijzigingen in de samenvattende
opmetingsstaat dienen door de inschrijvers te worden ondertekend.
o Inschrijvers dienen de samenvattende opmetingsstaat te dateren en te ondertekenen. In
het geval van een combinatie zonder rechtspersoonlijkheid, geldt dit voor alle partners
van deze combinatie.
Bijlagen
-
-
-
Inschrijvers dienen aan te tonen dat de persoon die hen vertegenwoordigt en de offerte
ondertekent, hiertoe gemachtigd is. Dit kan door het bijvoegen van de authentieke of
onderhandse akte waaruit deze bevoegdheid blijkt of via een afschrift van de volmacht. De
inschrijver kan eventueel ook verwijzen naar het nummer van de bijlage van het Belgisch
Staatsblad waarin de akte bij uittreksel is bekendgemaakt (cfr. art. 82, § 3 van het KB van 15
juli 2011).
Indien een offerte wordt ingediend door een combinatie van inschrijvers zonder
rechtspersoonlijkheid, dienen zij in een bijlage bij hun offerte de persoon aan te duiden die de
combinatie zal vertegenwoordigen tegenover de aanbestedende overheid.
Inschrijvers dienen een lijst bij te voegen met de oorsprong van de te leveren producten en de
te verwerken materialen die afkomstig zijn van buiten de Europese Unie (cfr. art. 81, 5° van
het KB van 15 juli 2011).
Attest betreffende de betaling van de bijdragen inzake sociale zekerheid (cfr. art. 62 van het
KB van 15 juli 2011):
o Inschrijvers die personeel tewerkstellen dat onderworpen is aan de Belgische sociale
zekerheidswetgeving, dienen geen attest bij te voegen. De aanbestedende overheid zal
zelf, via elektronische weg, het attest opvragen bij de Rijksdienst voor Sociale
Zekerheid, waaruit blijkt dat de inschrijver voldaan heeft aan de vereisten inzake de
betaling van de bijdragen voor de sociale zekerheid.
o Inschrijvers die personeel tewerkstellen uit een andere lidstaat van de Europese Unie
moeten daarentegen wel een attest bijvoegen, uitgereikt door de bevoegde overheid,
waarin bevestigd wordt dat ze op de dag voor de opening der biedingen voldaan hebben
aan de voorschriften inzake de betaling van de bijdragen voor sociale zekerheid.
Attest van erkende aannemer (cfr. art. 70 van het KB van 15 juli 2011):
o Inschrijvers voegen een attest bij hun offerte waaruit blijkt dat zij beschikken over de
vereiste erkenning.
o Indien inschrijvers nog niet beschikken over de vereiste erkenning, maar wel een
aanvraag hebben ingediend tot het bekomen van deze erkenning bij de Commissie voor
erkenning der aannemers, voegen zij de nodige bewijsstukken bij hun offerte om deze
aanvraag te staven.
VM/B 2013
versie 4 juli 2013
2
BIJZONDERE BESCHRIJVING VOOR FASE 1 VAN
DE CBO-PROCEDURE Nr. 9.
ONDERHANDELINGSPROCEDURE VOOR HET AFSLUITEN VAN
MEERDERE AANNEMINGSCONTRACTEN TER REALISATIE VAN
BIJKOMENDE SOCIALE WOONGELEGENHEDEN,
WAARBIJ PER CONTRACT DE OPRICHTING VAN EEN
GEBOUWENCOMPLEX/GROEPSBOUW INCLUSIEF HET ONTWERP EN DE
VERWERVING VAN DE GROND WORDT BEOOGD.
Versie: 19.06.2014
1
INHOUD
Artikel 1.Doel :
3
Artikel 2.De Procedure :
3
Artikel 3.Omschrijving van het gebied en van de minimumeisen die worden gesteld aan de voorgestelde grond :
7
Artikel 4.De Bouwheren :
9
Artikel 5. De selectiecriteria gesteld aan de inschrijvers:
11
Artikel 6. De gunningscriteria :
11
Artikel 7. In te dienen inschrijvingsdocumenten in de eerste fase van deze onderhdelingsprocedure:
11
Artikel 8. Betalingsmodaliteiten :
14
Artikel 9. Eisen gesteld aan de ontwerper :
14
Artikel 10. Eisen gesteld aan de aannemer :
14
Artikel 11. Eisen gesteld aan de veiligheidscoördinatoren :
15
Artikel 12. Timing – geldigheid van de offertes :
15
Versie: 19.06.2014
2
Artikel 1. Doel
Het afsluiten van één of meerdere aannemingsovereenkomsten tot de oprichting van sociale huuren koopwoningen , inclusief het ontwerp en tot de verwerving van de grond die is gerelateerd aan
deze woningen. De woningen mogen in een groter gemengd project zijn geïntegreerd: in dat geval
worden enkel de door de sociale huisvestingsmaatschappij (SHM) te verwerven woningen
beoogd.
Elke offerte omvat maximum 50 sociale woongelegenheden. Voor gemengde opdrachten moeten
eventuele appartementen worden aangeboden zonder te delen eigendom van gemeenschappelijke
lokalen, d.i. tenminste per trapzaal, zodat de afnemer (de sociale huisvestingsmaatschappij) niet
via een syndicus met particulieren over het onderhoud van het gebouw moet onderhandelen.
Het is belangrijk om te weten of er in het kader van het BSO (bijzonder sociaal objectief) nog
sociale huur- of koopwoningen nodig zijn in de gemeente waar een projectgrond ligt. U
informeert u hierover best vooraf bij de betrokken gemeente en SHM.
Artikel 2. De Procedure
De aannemingscontracten zullen afgesloten worden ingevolge een onderhandelingsprocedure
met naleving van de bekendmakingsvoorschriften, krachtens artikel 26 van de Wet van
15.06.2006 inzake overheidsopdrachten.
Voor de onderhavige procedure wordt een globaal budget voorzien ten belope van maximum 60
miljoen euro, zodat meerdere inschrijvingen uiteindelijk aanleiding kunnen geven tot een
effectieve gunning. Dit budget zal alle kosten moeten dekken voor de realisatie van de
woongelegenheden en de aankoop van de gerelateerde gronden, rekening houdend met de
eventueel te bekomen subsidies.
De opdeling in fasen.
Om de kosten voor de inschrijvers te beperken wordt de onderhandelingsprocedure in 3 fasen
gevoerd. Fase 1 omhelst een beoordeling van de inschrijver en de voorgestelde site. In fase 2
dienen inschrijvers een offerte in en in fase 3 onderhandelen de overgebleven inschrijvers met de
betreffende Sociale Huisvestingsmaatschappij (SHM)
Fase 1: beoordeling van de inschrijver en de voorgestelde site.

Hier zal de VMSW oordelen of de inschrijver aan de vooropgestelde selectiecriteria
beantwoordt. De VMSW gaat ook na of de voorgestelde grond beantwoordt aan de
gestelde eisen. Indien de selectie of het grondvoorstel negatief wordt beoordeeld zal de
inschrijver niet verder deelnemen aan de onderhandelingsprocedure
Versie: 19.06.2014
3
Fase 2: de offerte.
2.1.
Inhoud
In deze fase zullen de inschrijvers die aan de selectiecriteria beantwoorden en waarvoor
de grond aan de gestelde eisen voldoet, uitgenodigd worden om een voorontwerp uit te
werken. In verband met de voorgestelde site zal het bestek de belangrijkste criteria i.v.m.
de woongelegenheden aan de inschrijver meedelen (de sitecriteria). De specifieke eisen
gesteld aan de voorgestelde grond blijven uiteraard gelden.
Die criteria zullen de belangrijkste constructieonderdelen en of –gehelen beschrijven
zodat over de kwaliteit van de offerte kan geoordeeld worden.
De inschrijvers geven ook de globale en forfaitaire prijs bepalen voor de opbouw van de
woongelegenheden (inclusief kosten voor ontwerp, studies, werfopvolging architect,
EPB-verslaggeving, grondverzet en veiligheidscoördinatie voor ontwerp; opsomming
niet-limitatief: cfr. de Bijzondere beschrijving voor de CBO-fase 2, art. 2) én voor de
grond die gerelateerd is aan deze woongelegenheden.
Op de forfaitaire prijs voor de opbouw van de woongelegenheden zal bij uitvoering een
herziening worden toegepast op basis van de loons- en materiaalindexen.
Andere prijsherzieningen van welke aard ook zullen niet toegestaan worden bij de
opbouw (bv. funderingen).
2.2.
Beoordeling en Rangschikking
Tijdens deze fase beoordeelt de VMSW alle inschrijvingen op basis van de volgende
gunningscriteria, in volgorde van afnemende belangrijkheid. Voor ieder criterium dient
voldoende te worden gescoord (min. 50% van de punten voor maximumscore).




1.
De prijs
De architecturale en stedenbouwkundige waarde
De technische kwaliteit
De uitvoeringstermijn
De prijs
a. Voor de opbouw.
De beoordeling van de prijs voor de opbouw zal gebeuren op basis van de FS3simulatietabel, waarbij de overschrijding van het prijsplafond telkens
automatisch de niet-rangschikking van de offerte zal betekenen. Een kopie van
die simulatietabel is aan dit bestek toegevoegd als bijlage 2.
b. Voor de grond
De prijs voor de gerelateerde grond wordt voor huurwoningen bepaald op basis
van de maximale prijsplafonds zoals voorzien in het artikel 5 § 2 van het
Financieringsbesluit en beperkt tot het schattingsbedrag. Voor koopwoningen
geldt enkel dit schattingsbedrag.
Versie: 19.06.2014
4
Die schatting wordt afgenomen door een erkende landmeter die de sociale
huisvestingsmaatschappij voordraagt als fase 1 afgerond is. De inschrijver is dan
verplicht die schatting te laten uitvoeren en ze bij de indiening van de offerte bij
fase 2 toe te voegen.
De grondwaarde wordt bepaald op basis van een onbebouwd terrein. Met de
waarde van de eventueel bestaande gebouwen, die gesloopt moeten worden,
wordt geen rekening gehouden. De eventuele sloopkosten zijn ten laste van de
inschrijver.
Alle eventuele infrastructuurwerken op het openbaar terrein (wegen, riolering,
nutsvoorzieningen of openbare groenaanleg) zijn eveneens ten laste van de
inschrijver. Het is niet mogelijk om hiervoor SSI-subsidies van de VMSW te
ontvangen. De ingediende offerteprijs is daarin dus definitief en omvat ook de
eventuele en noodzakelijke uitrusting met infrastructuur.
2.
Architecturele en stedenbouwkundige waarde en de technische kwaliteit.
De beoordeling van de elementen voor de architecturale en stedenbouwkundige
waarde én de technische kwaliteit zal gebeuren door een Gemengde Technische
Commissie. Overeenstemming met de sitecriteria zal blijken uit de offerte.
3. De uitvoeringstermijn wordt beoordeeld op basis van uitvoeringscurves die
rekening houden met de soort en het aantal woongelegenheden.
Daarna maakt de VMSW een rangschikking op van àlle aanvaarde inschrijvingen op basis van de
initieel ingediende voorontwerpen. Op het einde van fase 2 duidt de jury de inschrijvingen aan die tot
de fase 3 van de onderhandelingsprocedure kunnen toetreden.
Met volgende zaken zal rekening worden gehouden :
 De rangschikking voortspruitend uit fase 2
 De globale financiële haalbaarheid van de inschrijving, rekening houdend met alle in
aanmerking komende subsidies.
 Het eventueel overaanbod van woongelegenheden in een bepaald gebied ingevolge meerdere
gunstig gerangschikte biedingen.
2.3. Clausule voor koopwoningen
Indien de inschrijver het ingediende project met koopwoningen wil realiseren is het
noodzakelijk dat dat project principieel in aanmerking komt voor SV-subsidies. De
voorwaarden voor deze subsidie vindt u terug in het Financieringsbesluit, maar ook als
bijlage 3 bij dit bestek. Wonen-Vlaanderen attesteert op bovengenoemde jury of aan de
voorwaarden is voldaan.. Als aan deze voorwaarden niet voldaan is kan de VMSW het
project enkel toewijzen aan een huurmaatschappij. Dit is zeker belangrijk in gemeentes
waar enkel koopmaatschappijen meedoen aan de CBO-procedure (zie voor een
overzicht van de deelnemende SHM’s bijlage 4).
Versie: 19.06.2014
5
Fase 3: Onderhandeling / uitvoeringsdossier / stedenbouwkundige vergunning / aankoop grond
/ gunning
In deze fase kan met de aangeduide inschrijvers verder onderhandeld worden omtrent de
prijs, de architecturale en stedenbouwkundige waarde, de technische kwaliteit en de
uitvoeringstermijn van hun offertes. Dit aan de hand van de bevindingen van de Gemengde
Technische Commissie die de rangschikking in de fase 2 van de onderhandelingsprocedure
opmaakte. Hierbij verzoekt de SHM de inschrijver een definitief uitvoeringsdossier op te
maken.
De SHM zal een exemplaar van het volledig uitvoeringsdossier aan de VMSW voorleggen.
Dit wordt door de VMSW nagekeken op volledigheid, waarna ze de financiering vastlegt. Het
nazicht voor technisch- en planadvies is een dienstverlening die de VMSW voorziet. Bij
indiening laat de SHM weten of zij van deze dienst gebruik wil maken of zij tot zo snel
mogelijke bestelling der werken wil overgaan. Het volledig uitvoeringdossier moet minstens
de volgende documenten bevatten :
 de uitvoeringsplannen en detailtekeningen
 het Technisch Bestek
 de berekeningen om te voldoen aan de EPB-regelgeving
 het veiligheids- en gezondheidsplan
 een grondsonderingsverslag, indien speciale funderingen voorzien zijn
 de volledige stabiliteitsstudie
 de gedetailleerde meetstaat en raming
 in voorkomend geval, het oriënterend en/of beschrijvend bodemonderzoek en het
besluit van de OVAM
 Technisch verslag i.f.v. het Grondverzet
Al deze documenten worden bij voorkeur opgesteld aan de hand van de VMSW-richtlijnen in
de “Algemene Handleiding Woningbouw A2001”, hoofdstuk 2, rubriek 21.3Uitvoeringsdossier.
Het Bouwtechnisch Bestek B2005 wordt in de loop van 2014 vervangen door een nieuwe
versie. Deze versie dient beschouwd te worden als VMSW-referentiedocument bij het
opstellen van het uitvoeringsdossier.
Uit de ingediende documenten moet op éénduidige wijze afgeleid kunnen worden of de bouw
van deze woongelegenheden en het materiaalgebruik overeenstemmen met de eisen die
gesteld worden in de B2005 en de VMSW-handleiding C2008 – “Concepten voor sociale
woningbouw” en waar zich eventuele afwijkingen situeren.
Na goedkeuring van dit uitvoeringsdossier en het bekomen van de stedenbouwkundige
vergunning kan de grond aangekocht worden, waarna wordt gegund en de werken kunnen
aanvangen.
Stedenbouwkundige haalbaarheid van de inschrijving: Indien de inschrijver de
stedenbouwkundige vergunning niet bekomt binnen de 18 maanden nà de betekening door het
bestuur van het akkoord voor toetreding tot fase 3, kan het bestuur de onderhandelingen van
rechtswege en zonder ingebrekestelling automatisch als definitief afgesloten beschouwen,
zonder gunstig gevolg, en kan de offerte als niet meer bestaande beschouwd worden (zie ook
Versie: 19.06.2014
6
artikel 12, opmerking 4). Mits een grondige motivering, verstuurd ten minste 30
kalenderdagen voor het verlopen van bovenvermelde termijn, kan de SHM een verlenging tot
6 maand van deze termijn verkrijgen.
Artikel 3. Omschrijving van het gebied en van de minimumeisen die
worden gesteld aan de voorgestelde grond
1. Omschrijving van het globale gebied.
De aangeboden gronden moeten gelegen zijn in het aangeduide werkgebied van één van de
SHM’s die betrokken zijn bij het CBO-project (zie artikel 4 hierna). Elke SHM kan binnen
haar werkgebied bepaalde gemeenten, deelgemeenten, zones voor deelname uitsluiten.
Een overzicht van de gebieden die in aanmerking komen voor een CBO-project alsook de
desiderata van de SHM’s worden respectievelijk als bijlage 4 “Omschrijving van het gebied
waarin woongelegenheden kunnen gerealiseerd worden” en bijlage 5 “Lokale woonbehoeften
met opgave van de woningtypologie” toegevoegd. De projecten die van de opgegeven
woontypologie afwijken kunnen minder gunstig beoordeeld worden door de jury.
2.
Specifieke eisen gesteld aan de voorgestelde grond.
1. De grond dient zich te situeren in een woongebied of deel uit te maken van een
goedgekeurd APA, BPA of RUP, dat bebouwing van dat gebied toelaat (indien gelegen in
een woonuitbreidingszone moet de grond in de atlas van de woonuitbreidingen als
aansnijdbaar vermeld staan)
2. Inzake ligging van de site moet in de fase 1 minstens aan de hiernavolgende kwalitatieve
eisen voldaan worden (uitsluitingscriteria, op straffe van absolute nietigeheid van de
ingediende offerte).
Versie: 19.06.2014
2.1.
Tenminste drie van de volgende basisvoorzieningen (in volgorde van
belangrijkheid) komen binnen een straal van circa 1 km van het project
voor:
o voedingswinkel(s);
o dienstverlenende voorzieningen voorhanden zijn (zoals openbaar
vervoer, parkeerplaatsen, winkels, scholen, sportgelegenheid,
kinderdagverblijf, groenzones, …);
o basisschool;
o ontmoetingsruimte met centrumfunctie, bijv. kerk, gemeentehuis, …
2.2.
Om hoge concentraties te vermijden, moeten bij de terreinkeuze de nieuw
op te richten sociale woningen, bij voorkeur gelegen zijn op minstens 100
m van een reeds bestaande sociale huurwoonwijk.
2.3.
Het project is gelegen buiten de invloed van bewoning - in – het - gedrang
- brengende omgevingsfactoren (abnormale geluidsoverlast, nabijheid van
stortterreinen, autosnelwegen zonder afscherming, enz…) en buiten de
7
zone van vervuilende of storende industrie (minimum vogelvlucht-afstand
300m).
2.4.
Het project is niet gelegen in een gebied met overstromingsgevaar. Indien
het terrein toch gelegen is in een gebied met overstromingsgevaar dan
moet de inschrijver een verklaring van de gemeente voorleggen dat er
voldoende maatregelen genomen zijn of zullen worden genomen om te
voldoen aan de voorwaarden van de watertoets.
3. Vervuilde gronden worden niet aanvaard.Voor elk terrein (bebouwd of onbebouwd)
wordt een verklaring (van de grondeigenaar of de inschrijver) geëist inzake dat het
aangeboden project al dan niet geheel of gedeeltelijk wordt uitgevoerd op een risicogrond
als vermeld in artikel 2, 13° van het decreet van 27 oktober 2006, betreffende de
bodemsanering en de bodembescherming. Indien het terrein een risicogrond is dan moet
de inschrijver het resultaat van het oriënterend en/of beschrijvend bodemonderzoek samen
met het advies van OVAM voorleggen èn dient deze de nodige garanties te bieden dat de
eventueel vereiste sanering van de gronden uiterlijk binnen de 18 maanden nà de
betekening door de SHM van de uitnodiging voor toetreding tot de onderhandelingsfase 3
zal beëindigd zijn.
Indien tijdens de uitvoering der werken vervuiling van bepaalde gronden wordt
vastgesteld, dan zullen deze door de inschrijver, op zijn kosten, gesaneerd of verwijderd
dienen te worden.
4. De inschrijver dient aan te tonen dat het bezit of de toezegging tot verwerving effectief en
uitsluitend betrekking heeft op de volledige volle eigendom (zie bijgevoegde verklaring
“bezwaardheden grond”)
5. De volledige volle eigendom van het aangeboden goed dient toe te komen aan de
inschrijver. Indien de eigendom toekomt aan een derde zoals bijvoorbeeld een
dochteronderneming
of
enige
andere
onderneming
dient
een
samenwerkingsovereenkomst te bestaan tussen de inschrijver en de derde in het kader van
de hier gevoerde procedure (zie ook artikel 7.3).
6. De inschrijver dient eveneens aan te tonen dat het aangeboden onroerend goed vrij van
gebruik is en dat het met geen enkel voorkeurrecht tot aankoop, noch enig contractueel,
wettelijk of decretaal voorkooprecht of wederinkooprecht, noch met een
vervreemdingsverbod bezwaard is. Zie bijgevoegde verklaring ‘Bezwaardheden’ grond.
7. De aangeboden grond moet onbebouwd zijn of de bestaande constructies moeten gesloopt
worden met het oog op de realisatie van een nieuwbouwproject. Deze sloop moet zijn
uitgevoerd vóór de overdracht van de grond aan de SHM. Renovatieprojecten worden
uitdrukkelijk uitgesloten.
8. Aanbiedingen waarvan de grond of een deel van de grond in het bezit is van een
gemeente, een OCMW of een autonoom gemeentebedrijf of die zullen worden
overgedragen door een gemeente, een OCMW of een autonoom gemeentebedrijf, kunnen
eveneens aanvaard worden.
Versie: 19.06.2014
8
9. Bovenvermelde vereisten in verband met het aangeboden onroerend goed worden
beschouwd als substantiële regelmatigheidscriteria die bij niet-naleving tot de absolute
nietigeheid van de offerte kunnen leiden.
Artikel 4. De Bouwheren
De VMSW voert fase 1 en fase 2 van de onderhandelingsprocedure. De SHM verleenden hiervoor
een mandaat aan de VMSW (bijlage 6). In fase 3 neemt de SHM de onderhandelingsfase voor
zijn/haar rekening.
Eén van volgende SHM’s verbond er zich toe om dit te doen met de inschrijvers die aangeduid
worden in fase 2 van de onderhandelingsprocedure (zie artikel 2) en dit naargelang de aangeboden
grond in hun werkgebied ligt :
HUUR
De Ideale Woning te Antwerpen
A.B.C. te Anwerpen
Woonhaven Antwerpen te Antwerpen
Volkswoningen van Duffel te Duffel
Maatschappij voor de Huisvesting van het Kanton Heist-op-den-Berg te Heist-op-den-Berg
Eigen Haard te Herentals
Lierse Maatschappij voor de Huisvesting te Lier
Molse Bouwmaatschappij voor de Huisvesting te Mol
Eigen Woning te Puurs
De Ark te Turnhout
De Voorkempen te Brecht
Samenwerkende Maatschappij voor Goedkope Woningen te Aarschot
Providentia te Asse
Diest Uitbereiding te Diest
Gewestelijke Maatschappij voor Volkshuisvesting te Sint-Pieters-Leeuw
Volkswoningbouw te Herent
Dijledal te Leuven
Elk zijn Huis Gewestelijke Maatschappij voor de Huisvesting te Tervuren
Huisvesting Tienen te Tienen
Brugse Maatschappij voor huisvesting te Brugge
Vivendo te Brugge
Ons Onderdak te Ieper
Goedkope Woning te Kortrijk
Izegemse Bouwmaatschappij
De Gelukkige Haard te Oostende
De Oostendse Haard te Oostende
Helpt Elkander te Waregem
De Leie te Wervik
Eigen Haard te Zwevegem
Meetjeslandse Bouwmaatschappij te Eeklo
De Gentse Haard te Gent
WoninGent te Gent
Volkshaard te Gent
SHM Denderstreek te Aalst
Versie: 19.06.2014
9
Merelbeekse Sociale Woningen te Merelbeke
Ninove-Welzijn te Ninove
Gewestelijke Maatschappij voor Volkswoningen van Sint-Gillis-Waas
Sint-Niklase Maatschappij voor de Huisvesting te Sint-Niklaas
Bouwmaatschappij van Temse te Temse
Kantonale Bouwmaatschappij van Beringen voor Huisvesting te Beringen
Nieuw Dak te Genk
Hasseltse Huisvestingsmaatschappij te Hasselt
Cordium te Hasselt
Kempisch Tehuis te Houthalen-Helchteren
Ons Dak te Maaseik
Nieuw Sint-Truiden te Sint-Truiden
Woonzo te Tongeren
KOOP
Klein Brabant te Puurs
Gewestelijke Maatschappij voor de KLE van Mechelen en omstreken te Mechelen
SBK Arro Antwerpen
Vooruitzien te Beringen
Kleine Landeigendom te Tongeren
Het Volk te Gent
Waasse Landmaatschappij te Sint-Niklaas
Als bijlage 4 vindt u een overzicht van
-De gemeentes waar huur-, koop-, en huur/koop-maatschappijen actief zijn.
-Een overzicht van gemeentes per betrokken SHM.
Na het succesvol beëindigen van fase 3 van deze onderhandelingsprocedure zal een van deze SHM’s
dan ook overgaan tot:
- de aankoop van de grond
- het sluiten van de aannemingsovereenkomst voor de opbouw van de
woongelegenheden.
Versie: 19.06.2014
10
Artikel 5. De selectiecriteria gesteld aan de inschrijvers
Gezien in dit stadium van de onderhandelingsprocedure geen aannemingsbedrag voor het
ontwerp en de opbouw is gekend zal de VMSW bij zijn beoordeling van het profiel van de
inschrijver rekening houden met een aannemingsbedrag van circa 125.000,- EURO per
woongelegenheid.


Indien de inschrijver een volgens de Wet van 20/03/1991 voldoende erkende aannemer is
bij de inschrijving dient hij te voldoen aan de selectiecriteria die worden bepaald in het
K.B. van 15.07.2011 inzake de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken,
leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken.
Indien de inschrijver geen volgens de Wet van 20/03/1991 voldoende erkende aannemer
is bij de inschrijving, dient hij de nodige inlichtingen over zijn toestand te verstrekken en
de voorgeschreven formaliteiten te vervullen voor de evaluatie van de minimale
financiële, economische en technische capaciteiten.
Bij zijn beoordeling zal de VMSW zich laten leiden door financiële eisen die gesteld zijn
door de wet van 20/03/1991 houdende regeling van de erkenning van aannemers van
werken en zijn uitvoeringsbesluiten.
Artikel 6. De gunningscriteria
6.1.Voor de grond: zie artikel 3 van de deze bijzondere beschrijving.
6.2.Voor ontwerp en opbouw: de vijf criteria, aangehaald in artikel 2 van deze Bijzondere
beschrijving, zullen geëxpliciteerd worden in het Bijzonder Bestek voor de fase 2 van deze
onderhandelingsprocedure.
Artikel 7. In te dienen inschrijvingsdocumenten in de eerste fase van
deze onderhandelingsprocedure
De inschrijver bezorgt de onderstaande gevraagde stukken voor de fase 1 van deze
onderhandelingsprocedure uiterlijk op de door de VMSW vooropgestelde datum voor indiening
(zie dienaangaande punt E van eerste deel van het bijzonder bestek voor de CBO-fase 1) aan de
VMSW. Het niet naleven van deze verplichting is een substantiële onregelmatigheid, die de
absolute nietigheid van de globale offerte met zich meebrengt. De VMSW zal de offerte als niet
meer bestaande beschouwen. Dit wegens de vereiste gelijke behandeling en beoordeling van alle
inschrijvers.
In 1 exemplaar:
1. Een ondertekend inschrijvingsformulier I 2013. Het ontbreken van dit ondertekend formulier
heeft de ongeldigheid van de inschrijving tot gevolg (zie bijlage 7 “Formulier I 2013” en bijlage
8 “Inlichtingen voor de inschrijvers”).
Versie: 19.06.2014
11
2. Als het een erkende aannemer betreft:
o de bewijzen dat voldaan werd aan de geldende voorschriften inzake erkenning.
o Een RSZ-attest m.b.t. de bijdragen voor de sociale zekerheid en bestaanszekerheid van het
voorlaatste kwartaal wordt opgevraagd door de VMSW.
3. Als het geen erkende aannemer betreft:
o in te dienen documenten m.b.t. de identiteit van de inschrijver:
o naam en rechtsvorm van het bedrijf, nationaliteit, maatschappelijke zetel (adres), naam van
de vertegenwoordiger.Een RSZ-attest m.b.t. de bijdragen voor de sociale zekerheid en
bestaanszekerheid van het voorlaatste kwartaal wordt opgevraagd door de VMSW.
4. De jaarrekeningen van de laatste 2 jaren
5. Passende verklaringen van bankinstellingen waar hij de afgelopen 5 jaar cliënt is geweest
en waarin wordt bevestigd dat de inschrijver bij de betreffende bankinstellingen zijn
verplichtingen tijdens deze periode steeds correct is nagekomen.
6. In te dienen documenten m.b.t. de technische capaciteit :
o een referentielijst van uitgevoerde gelijkwaardige werken gedurende de laatste 5
jaar met vermelding van de opdrachtgever(s), de plaatsen en de bedragen van de
uitgevoerde werken en telkens een korte omschrijving van de uitgevoerde
opdracht (een kopie van het proces - verbaal met betrekking tot deze werken zal
worden bijgevoegd);
o een opsomming van het eigen beschikbare personeel, met vermelding van het
opleidingsniveau van het personeel.
In 5 exemplaren:
1.
In verband met de aangeboden grond:
o Een liggings- en kadastraal plan, met duidelijke afbakening van de te bebouwen percelen
o Een kopie van de geldige eigendomstitel, verkoopovereenkomst of verkoopbelofte,
waarin minimaal de volgende gegevens zijn opgenomen: identificatiegegevens verkoper,
identificatie- gegevens koper, beschrijving van het verkochte/te verkopen goed,
verkoopprijs, datum overeenkomst/belofte, handtekening van de contracterende partijen.
Bovendien dient uit de verklaring inzake ‘Bezwaardheden’ grond, bijgevoegd als bijlage
9, te blijken dat het aangeboden onroerend goed vrij van gebruik is, dat het met geen
enkel voorkeurrecht tot aankoop, noch enig contractueel, wettelijk of decretaal
voorkooprecht of wederinkooprecht, noch met een vervreemdingsverbod bezwaard is,
alsook dat het bezit of de toezegging tot verwerving effectief en uitsluitend betrekking
heeft op de volledige volle eigendom. Indien de eigendomstitel, verkoopovereenkomst of
verkoopbelofte niet zou toekomen of toegezegd zijn aan de inschrijver zelf maar aan een
derde zoals bijvoorbeeld een dochteronderneming of enige andere onderneming dient bij
de inschrijving kopie van de daartoe tussen partijen (inschrijver en grondeigenaar)
ondertekende en gedateerde overeenkomst gevoegd. U dient hiervoor het model te
gebruiken dat als bijlage 10 bij dit bestek is gevoegd.
Versie: 19.06.2014
12
o Een verklaring vanwege de grondeigenaar of de inschrijver inzake al dan niet risicogrond,
volledig conform het modelformulier “Verklaring risicogrond”, gevoegd als bijlage 11.
Deze verklaring dient volledig ingevuld te zijn, ondertekend en gedateerd. Indien de
grond een risicogrond is: het resultaat van het oriënterend en/of beschrijvend
bodemonderzoek samen met het advies van OVAM. Hierbij moet eveneens een
verklaring van de inschrijver worden gevoegd dat deze gronden tijdig zullen gesaneerd
zijn, volledig conform het modelformulier “Verklaring tijdige sanering verontreinigde
grond”, gevoegd als bijlage 12. Deze verklaring dient volledig ingevuld te zijn,
ondertekend en gedateerd. Het ontbreken van voormelde verklaringen conform de
terbeschikkinggestelde modelformulieren heeft de ongeldigheid van de offerte tot gevolg.
Bodemattesten worden niet aanvaard als plaatsvervangende documenten voor de
gevraagde verklaringen;
o Indien gronden gelegen zijn in een risicogebied voor overstromingsgevaar, een verklaring
van de gemeente dat er voldoende maatregelen genomen zijn of zullen worden genomen
om te voldoen aan de Watertoets;
o Bij voorkeur een opmetingsplan;
o Het stedenbouwkundig statuut (bestemming van de grond en bijzondere voorschriften
zoals aantal bouwlagen, eventueel BPA - RUP - APA - Verkaveling).
2.
In verband met de visie van de inschrijver inzake de opbouw :
Hier beschrijft de inschrijver summier het concept in verband met het project en geeft hij tevens
een schematische voorstelling van het geplande project. Ook de beantwoording van de voorgestelde
opbouw aan de voor dit project geldende sitecriteria en de woongelegenheden zélf die het voorwerp
zullen uitmaken van het aannemingscontract dienen toegevoegd te worden.
Belangrijk is zijn visie omtrent :
- de inplanting
- het voorziene aantal bouwlagen en, indien mogelijk, het gabarit van het te construeren
volume
- het aantal woongelegenheden
- het type of de types van woongelegenheden (= appartementen, rijwoningen,…)
- het voorziene aantal parkeerplaatsen of garages (in privé-ruimte)
- de publieke ruimte: omgevingsaanleg, wegenis, vereist aantal parkeerplaatsen, etc.(zie ook
het artikel 12.6).
In de mate van het mogelijke zal hiermee in de verdere fases van de onderhandelingsprocedure
rekening gehouden worden (zie art. 2 – 2e fase van deze bijzondere beschrijving).
3.
Gelijktijdige werken :
Hier wordt vooral melding gemaakt van de eventueel noodzakelijk geachte
infrastructuurwerken. Tevens wordt melding gemaakt van eventueel noodzakelijke afbraakwerken.
Versie: 19.06.2014
13
Artikel 8. Betalingsmodaliteiten
8.1. Voor de grond: Betaalbaar 3 maanden na het verlijden van de akte op basis van het
vereffeningsvoorstel vanwege het aankoopcomité.
8.2. Voor de opbouw: naargelang de vordering van de werken zullen maandelijks voorschotten
betaald worden die in overeenstemming zijn met de waarde van de werkelijk uitgevoerde werken.
Hierop zal de loons- en materiaalsverrekening worden toegepast.
Alle betalingsmodaliteiten zullen geëxpliciteerd worden in het Bijzonder Bestek voor de fase 2
van deze onderhandelingsprocedure.
Artikel 9. Eisen gesteld aan de ontwerper
De ontwerper wordt door de inschrijver aangesteld. De verplichtingen van de ontwerper t.o.v. de
toekomstige bouwheer (de SHM) zijn dezelfde als de verplichtingen die opgenomen zijn in het
modelcontract VMSW zoals het voor niet-CBO-projecten wordt afgesloten tussen SHM’s en
ontwerper volgens het typecontract 2006 voor nieuwbouw en vervangingsbouw (bijlage 13) of
het typecontract 2011 ontwerpteam (bijlage 14).
De inschrijver doet er derhalve goed aan deze voorwaarden tussen hem en de ontwerper in een
overeenkomst, aan dewelke de bouwheer uiteraard volledig vreemd is, vast te leggen.
Het ontwerpersteam bestaat uit minstens één architect die ingeschreven is bij de Orde van
Architecten en welke verzekerd is volgens door de Orde opgelegde verplichtingen.
De ontwerper dient een dossier op te stellen overeenkomstig de richtlijnen van het onderhavig
bestek en de algemene richtlijnen van de VMSW, waarbij hij zich akkoord verklaart gebruik te
maken van de VMSW-documenten.
Voor het toezicht op de werf dienen de inschrijver en de ontwerper er rekening mee te houden
dat er controle zal zijn door een bouwkundige deskundige, aangesteld door de bouwheer (de
SHM) : zij zullen rekening dienen te houden met door de aangestelde gemaakte bemerkingen.
Artikel 10. Eisen gesteld aan de aannemer
De hoofdaannemer die de werken uiteindelijk zal uitvoeren en potentieel derhalve een andere
natuurlijke of rechtspersoon dan de inschrijver kan zijn, zal met betrekking tot deze werken en dit
voor de gehele duur ervan als uitsluitend bevoegde- en verantwoordelijkheid dragende
contractpartij van de bouwheer fungeren. Deze aannemer zal derhalve als enig en exclusief
aanspreekpunt van de bouwheer dienen te ageren, hetgeen zeer nadrukkelijk impliceert dat alle
rechten en plichten dewelke de uitvoering van de werken als dusdanig voor de bouwheer
genereren of meebrengen rechtstreeks, integraal en exclusief zullen worden besproken en
afgehandeld met deze enkele aannemer.
Evenzeer zal de bouwheer alle mogelijke betwistingen en aansprakelijkheidsvorderingen dewelke
desgevallend uit de uitvoering van deze werken zouden kunnen resulteren rechtstreeks, integraal
en exclusief met of op deze enkele hoofdaannemer beslechten of verhalen.
Versie: 19.06.2014
14
Voor het geval de inschrijver niet tevens hoofdaannemer is, doet hij er derhalve goed aan de
praktische voorwaarden van de betrekkingen (d.w.z. de definiëring van de rechten en plichten)
tussen hem als inschrijver en de uiteindelijke hoofdaannemer in een overeenkomst, aan dewelke
de bouwheer uiteraard volledig vreemd is, vast te leggen.
De hoofdaannemer moet op het ogenblik van de gunning gekend zijn en op dat ogenblik
beantwoorden aan de gestelde voorwaarden inzake registratie en RSZ in het K.B. van 08/01/1996,
en aan de voorwaarden gesteld in de wet van 20 maart 1991 houdende regeling van de erkenning
van aannemers van werken.
Artikel 11. Eisen gesteld aan de veiligheidscoördinatoren
De coördinatoren voldoen inzake diploma en vereisten aan het KB van 25.01.2001 betreffende
tijdelijke en mobiele bouwplaatsen.
11.1. De coördinator-ontwerp: De coördinator-ontwerp wordt door de inschrijver aangesteld.
11.2.De coördinator-verwezenlijking: De coördinator-verwezenlijking wordt aangesteld door
de bouwheer.
Artikel 12. Timing – geldigheid van de offertes
De gestanddoening van de offertes voor de fase 1 beloopt 100 kalenderdagen vanaf de datum
voor indiening van de biedingen. Bij uitnodiging door de VMSW van de inschrijver tot het
indienen van een voorontwerp in fase 2 binnen de voormelde gestanddoeningstermijn, wordt
deze termijn automatisch verlengd met 250 kalenderdagen (de nieuwe totale
gestanddoeningstermijn is dan 350 kalenderdagen).
Bij uitnodiging door het bestuur tot deelname aan de onderhandelingsfase 3 binnen de
laatstvermelde gestanddoeningstermijn, wordt de gestanddoening in elk geval opnieuw
automatisch verlengd met 300 bijkomende kalenderdagen (de nieuwe totale
gestanddoeningstermijn beloopt dan 650 kalenderdagen). Hierbij is een termijn van 75
kalenderdagen voorzien te rekenen vanaf de uitnodiging door het bestuur tot deelname aan de
onderhandelingsfase 3 waarover de inschrijver beschikt om zijn offerte te vervolledigen met
stukken gevraagd in fase 3 van deze onderhandelingsprocedure, evenals om te voldoen aan
eventuele gemaakte bemerkingen door het bestuur.
Versie: 19.06.2014
15
Belangrijke bemerkingen
 Zo de inschrijver de gevraagde stukken voor de fase 1 van deze onderhandelingsprocedure
niet uiterlijk op de door de VMSW vooropgestelde datum voor indiening (zie dienaangaande
punt E van eerste deel van het bijzonder bestek voor de CBO-fase 1) aan de VMSW bezorgt
zal dit de ongeldigheid van de globale offerte met zich meebrengen, en zal de VMSW de
offerte als niet meer bestaande beschouwen. Dit wegens de vereiste gelijke behandeling en
beoordeling van alle inschrijvers.
 Zo de inschrijver de gevraagde stukken voor de fase 2 van deze onderhandelingsprocedure
niet binnen de door de VMSW vooropgestelde datum voor indiening (zie dienaangaande punt
E van eerste deel van het bijzonder bestek voor de CBO-fase 2) aan de VMSW bezorgt zal dit
de ongeldigheid van de globale offerte met zich meebrengen, en zal de VMSW de offerte als
niet meer bestaande beschouwen. Dit wegens de vereiste gelijke behandeling en beoordeling
van alle inschrijvers.
 Zo de inschrijver de gevraagde stukken voor fase 3 van deze onderhandelingsprocedure niet
binnen de gestelde termijn aflevert kan het bestuur beslissen dat dit de ongeldigheid van de
globale offerte met zich meebrengt en ze als niet meer bestaande beschouwen ofwel een
bijkomende termijn toestaan, die dan automatisch de geldigheid van de offerte (initieel 650
kalenderdagen) met deze bijkomende termijn verlengt.
 Eenmaal het uitvoeringsdossier door het bestuur werd aanvaard blijft de offerte geldig tot het
bekomen van alle nog ontbrekende administratieve stukken die nodig zijn voor de aankoop
van de grond en de gunning met de effectieve start van de bouwwerken, behoudens wat volgt:
 Indien het bekomen van deze administratieve stukken abnormale problemen stelt kunnen
partijen mits motivatie uit de procedure stappen;
 Voor projectvoorstellen langs bestaande wegenis of met wegenaanleg door de inschrijver zal
de uiteindelijke toewijzing van de opdracht evenwel afhankelijk zijn van het tijdig bekomen
van de stedenbouwkundige vergunning (uiterlijk 18 maanden na de betekening van de
uitnodiging voor toetreding tot de fase 3) ;
 Voor projectvoorstellen waarbij de gronden vervuild zijn en waar een bodemsanering in
uitvoering is of nog moet worden opgestart, zal de uiteindelijke toewijzing van de opdracht
afhankelijk zijn van een tijdige beëindiging van deze noodzakelijke bodemsanering (uiterlijk
18 maanden na de betekening van de uitnodiging voor toetreding tot de fase 3).
 Tenzij reeds de vereiste stedenbouwkundige vergunning werd bekomen moet deze
vergunning (door de inschrijvers) via de “reguliere” procedure in de zin van artikel 4.7.1 § 1
Vlaamse codex ruimtelijke ordening aangevraagd worden.
 Het is aangewezen dat de inschrijvers tijdig de gemeenten waarvoor projecten zullen worden
ingediend dienaangaande raadplegen, zowel n.a.v. de eerste procedurefase (structuurplanvisie
van de gemeente nopens de site?) als n.a.v. de tweede fase (visie van de gemeente nopens de
woonbehoeften?), omdat de gemeente een belangrijke partner is bij de advisering. De
inschrijver kan een toelichtingnota nopens de visie van de gemeente toevoegen aan zijn
dossier voor de procedurefase 1, wat door de VMSW als een pluspunt zal beschouwd
worden.
 Als bijlage 15 is er ook een standaardbrief toegevoegd die de SHM kan hanteren bij het
bestellen van de werken.
Versie: 19.06.2014
16
€
=
m²
?
7. Oppervlakte- en prijsnormen
7.1 HISTORIEK
Om het prijsniveau van sociale huisvestingsprojecten beter te beheersen werd in 1996 een referentiesysteem van oppervlaktenormen
en maximumprijzen ingevoerd. Op basis van concrete projectgegevens wordt elk project sindsdien getoetst aan een maximumkostprijssimulatie. De systematische opname van deze gegevens in de projectendatabank en verwerking ervan laat bovendien toe
een adequaat beeld te krijgen op prijsevoluties binnen het gerealiseerde patrimonium. Het systeem met maximum prijzen per m2 en
prijsforfaits werd sedert 1996 op regelmatige basis geïndexeerd. Zo steeg de indexcoëfficiënt in de periode 1996-2012 meer dan 50%.
In 2008 werd voor de sociale huurwoningen een parallel systeem van prijsplafonds ingevoerd voor de financiering van de projecten.
Hierdoor kwam de maximumprijs, zoals berekend op basis van de simulatietabel VMSW, enigszins op het tweede plan te staan. Tegelijk
konden de financieringsplafonds NFS2 in min of in meer afwijken van de berekende maximumprijs uit de kostprijssimulatie VMSW,
doordat binnen NFS2 een andere berekening met uniforme prijsforfaits per type wordt gehanteerd. Achtergrond hierbij is dat een sterk
vereenvoudigd NFS2 systeem met bovenplafonds voor de gesubsidieerde renteloze leningen, primair de focus legt op de realisatie van
bijkomend aanbod aan sociale huurwoningen volgens potentiële bezetting. Daarbij werd aan shm’s een hoge mate van vrijheid en verantwoordelijkheid gegeven bij de concrete invulling van dit woningaanbod en de kostprijsbeheersing binnen elk project (bv. zeer compacte
woningen en een wat hogere m2-kost versus wat ruimere maar eenvoudig afgewerkte woningen met minder extra voorzieningen).
De maximum kostprijssimulatie VMSW bleef hiernaast fungeren als kostprijsevaluatie meer op maat van de projecten. Door prijsdifferentiaties per
type volgens de effectief gerealiseerde woningoppervlakte en ook bijhorende voorzieningen zoals de aanwezigheid van een fietsenberging, tuinbergingen, zonneboilers, e.d. forfaitair in rekening te brengen, biedt dit systeem een meer nauwkeurige afspiegeling van de maximum kostprijs.
De geplande evaluatie van het systeem van financieringsplafonds NFS2 vormde in 2012 een aanleiding om de pluspunten van beide
systemen te helpen integreren in één vernieuwd maximum kostprijssysteem VMSW. Samen met een vernieuwde simulatietabel
komt dit nu het betreffend hoofdstuk 7 uit de C2008 te vervangen.
Bij deze herziening werden een aantal punten uit het financieringssyteem NFS2, zoals de verhogingspercentages voor het bouwen in
centrumsteden en aanpasbare woningen geïntegreerd. Anderzijds wordt vastgehouden aan de gedifferentieerde prijsberekening volgens effectief gerealiseerde woningoppervlakten en de diverse extra voorzieningen. Nieuw is dat bijkomend rekening wordt gehouden
met energetische prestaties van de woningen en de hieraan verbonden meerkosten. Tegelijk werden de basisminimum -maximum WO
per woningtype uit de C2008 bijgesteld, gezien bleek dat de vernieuwde eisen uit de C2008 inzake planfunctionaliteit en gestelde
minimum oppervlaktes per lokaal niet volledig overeenstemden met de minimum WO zoals nog overgenomen uit de C2001.
7.2 SIMULATIETABEL
•• Voor elk sociaal huisvestingsproject geldt een maximum kostprijs, gekoppeld aan minimum en maximum oppervlakten.
•• Om de maximum kostprijs per woning en voor het volledige project te bepalen, werd een simulatietabel ontwikkeld en in
een handig rekenblad verwerkt, zodat ontwerpers zeer vlug zicht krijgen of hun ontwerp aan de gestelde oppervlakte- en
kostprijsnormen van de VMSW voldoet
•• De simulatietabel moet bij iedere fase (voorontwerp, definitief ontwerp, basisaanbesteding en gunning) opgemaakt worden en ingediend.
•• Wanneer zou blijken dat het project niet voldoet aan de maximumprijs, wordt van de ontwerpers verwacht dat ze naar
besparingen zoeken of het project herwerken. De berekende maximumprijzen dienen naar aanbesteding toe als een bovengrens te worden beschouwd en vormen de limiet voor de financiering.
132
VMSW - C2008 - herziening volgens FS 3 (2013)
7. Oppervlakte- en prijsnormen
VMSW - C2008
C 2008- herziening volgens FS 3 (2013)
€
=
m²
?
133
€
=
m²
?
7. Oppervlakte- en prijsnormen
Oppervlaktenormen beogen enerzijds het ruimtecomfort te bewaken, maar anderzijds ook een rem te zetten op reeds hoge woningprijzen.
Kwantitatieve criteria met minimum en maximum oppervlaktegrenzen houden echter geen absolute kwaliteitsgaranties in. Zo moet men er
rekening mee houden dat een wat ruimere woning minder vaak aan verhuizing en bijgevolg slijtage zal blootstaan, waardoor al te doorgedreven oppervlaktebeperkingen op termijn een valse besparing kunnen zijn. De marges tussen de minimum en maximumgrenzen (circa 20
%) verlenen de ontwerper alleszins voldoende flexibiliteit tot het creëren van verantwoorde woningtypes. De minimum oppervlakten moeten
strikt worden nageleefd. Aanvullend worden in hoofdstuk 5 Planfunctionaliteit & comfort minimum oppervlakten opgegeven voor de diverse
woonlokalen. Bij overschrijding van de maximum woningoppervlakte, wordt de maximumprijs berekend op dit WO-plafond.
Op de voorgaande pagina wordt een voorbeeld gegeven van een simulatietabel, waarna de verschillende onderdelen verder toegelicht worden. Onderstaand voorbeeld, blanco rekenblad (Excel-file) en een handleiding voor de simulatietabel zijn ook terug te vinden op de website
van de VMSW (www.vmsw.be).
7.3 TOELICHTING ONDERDELEN SIMULATIETABEL
In de simulatietabel wordt eerst aan de hand van specifieke projectgegevens getoetst of aan de oppervlaktenormen voldaan is.
Vervolgens wordt in de volgende kolommen een maximum kostprijs per woningtype berekend. Na toevoeging van eventuele projectspecifieke posten (‘Diversen’) resulteert dit uiteindelijk in een maximum kostprijs voor het totale project. De ramingsprijs, het
bestelbedrag en het eindbedrag van het project zullen telkens worden vergeleken met deze maximumkostprijs.
De gekleurde zones moeten door de ontwerpers ingevuld worden met de projectgegevens. De witte zones worden automatisch
berekend in het rekenblad.
Per woningtype of diverse voorziening wordt vooraan iedere rij het soort werk en de bestemming opgegeven.
•• SOORT WERK
-- NB = Nieuwbouw
-- VB = Vervangingsbouw
-- REN = Renovatie maximum 80% nieuwbouw
-- REN+ = Renovatie aan 100% nieuwbouw (erfgoed, hoogbouw, reconversie, ...)
•• BESTEMMING
-- H = bestemming Huurwoningen
-- K = bestemming Koopwoningen
-- A = bestemming Andere (bv. kinderkribbe, ADL-centrum, ...)
•• OMSCHRIJVING: duidelijke naamgeving per type, overeenstemmend met aanduiding op plan
•• TYPE: aanduiding volgens gebouwtype
-- A: appartement = gebouwafhankelijke wooneenheid, geïntegreerd in een appartementsgebouw of collectief geheel
van onderling geschakelde en gestapelde wooneenheden (= minimum 2 appartementen die geen duplexwoning zijn).
Individuele appartementen kunnen meer dan één woonlaag bestrijken.
-- D: duplexwoning = gestapelde woning, bestaande uit één gelijkvloerse wooneenheid (benedenwoning) en één wooneenheid op de verdieping, meestal voorzien van een bijkomende woonlaag (bovenwoning). Let wel: galerijflats, meervoudig
gestapelde duplex- (of multiplex-) appartementen in een collectief gebouwgeheel behoren niet tot deze typologie.
-- E: eengezinswoning = grondgebonden verdiepingswoning, met 2 of meer bouwlagen (het dag- en nachtgedeelte situeren zich traditioneel op verschillend niveau). Er bevinden zich geen andere woningen boven of onder de woning.
134
VMSW - C2008 - herziening volgens FS 3 (2013)
7. Oppervlakte- en prijsnormen
€
=
m²
?
-- B: bungalowwoning= grondgebonden gelijkvloerse ééngezinswoning, waarin alle hoofdfuncties zich situeren op de
gelijkvloerse verdieping (minimum één hoofdslaapkamer en badkamer). Er bevinden zich geen andere woningen boven
of onder de woning. In geval van een extra dakruimte of dakuitbouw met 1 tot 2 bijkomende slaapkamers blijft de
woning te beschouwen als een (semi-)bungalow.
•• #SLPK: aantal slaapkamers
•• #PERS: aantal personen (volgens bezettingsgraad van de slaapkamers)
•• #STUK: aantal woningen van dit type
(onderaan bij TOTALEN verschijnt automatisch de som van het aantal woningen voor het hele project)
7.4 OPPERVLAKTENORM
•• WO-meting = woningoppervlakte
Som van de oppervlakten per woonlaag, gemeten tussen de afgewerkte binnenzijde van de buitenwanden en vanaf 150 cm
hoogte. In afwijking op de netto bewoonbare oppervlakte, bevat de WO-meting dus ook de oppervlakte ingenomen door
binnenwanden, leiding & verluchtingkokers binnen de woning, bergingen, vides, circulatieruimte en trappen. Trapvides
mogen worden mee gemeten, volledig open videruimte niet.
•• WO-MAX en WO-MIN:
Volgens bestemming i.f.v. gezinsgrootte (# slaapkamers / # personen), werd een basisminimum- en een basismaximumoppervlakte vastgelegd (zie tabel). De basisminima zijn afgestemd op de aanbevolen minimum oppervlakten per lokaal
zoals beschreven in
- hoofdstuk 5 Planfunctionaliteit & comfort.
€
=
m²
?
Type *
Basis MIN WO
Basis MAX WO
0/1
34 m
44 m
0/2
42 m2
52 m2
1/1
44 m2
54 m2
1/2
52 m2
64 m2
2/3
2
65 m
80 m2
2/4
75 m2
90 m2
3/4
78 m
95 m2
3/5
88 m2
105 m2
3/6
98 m
115 m2
4/5
90 m2
4/6
100 m
122 m2
4/7
110 m2
132 m2
4/8
120 m2
142 m2
5/6
102 m
124 m2
5/7
112 m2
134 m2
5/8
2
122 m
144 m2
5/9
132 m2
154 m2
5/10
142 m
164 m2
2
2
2
2
110 m2
2
2
2
Voor de bepaling van de minimumWO en maximum-WO, op maat van
een woningtype, worden de opgegeven basisminima en -maxima
automatisch verhoogd met:
-- ‘m2 surplus’ voor de verticale
circulatie (ruimte trap),
-- ‘m2 berging’ voor de binnen de
woningoppervlakte voorziene
bergruimten.
Bij de maximum-WO zal de
bijkomende oppervlakte voor
de berging automatisch worden
begrensd met een plafond, gelijk
aan 1 + 2 m2/persoon (type 2/4
2
 9 m berging). De minimum
oppervlakte voor de berging
bedraagt 1 + 1 m2 per persoon
(type 2/3  4 m2, type 4/8  9
m2 berging)
* type 2/4 = woning met 2 slaapkamers geschikt voor gezin tot 4 personen
VMSW - C2008
C 2008- herziening volgens FS 3 (2013)
135
€
=
m²
?
7. Oppervlakte- en prijsnormen
•• WO PLAFOND: voor de berekening van de maximumprijs per type wordt een WO-prijsplafondoppervlakte bepaald
 indien WO-meting < WO-maximum, dan WO-prijsplafond = WO-meting
 indien WO-meting > WO-maximum, dan WO-prijsplafond = WO-maximum
•• % t.o.v.: na invullen van de WO-meting verschijnt het conformiteitspercentage t.o.v. de toegelaten maximale woningoppervlakte (in het rood indien groter dan 100%)
•• De gemiddelde marge tussen de basisminimum en -maximum oppervlakte schommelt rond 20%
Bij het ingeven van het woningtype, het aantal slaapkamers en aantal personen verschijnen automatisch de toegelaten basismaximumoppervlakte (kolom WO MAX) en de basisminimumoppervlakte (kolom WO MIN). Deze basiswaarden kunnen
vervolgens worden verhoogd door ingave van het aantal ‘m2 surplus’ voor de verticale circulatie en het aantal ‘m2 berging’.
•• m2 surplus:
Afhankelijk van het aantal bouwlagen per wooneenheid kan een bepaalde oppervlakte extra gerekend worden om de
verticale circulatieruimte in rekening te brengen:
-- Gelijkvloers woningtype of appartement: 0 m2
-- Woningen met 2 bouwlagen of duplexappartementen: 6 m2
-- 3 of meer bouwlagen (bijv. een bel-etagewoning of een duplexwoongelegenheid op de verdieping met een geprivatiseerd inkomgedeelte op de benedenverdieping): 10 m2
•• m2 berging: per woningtype wordt de (som van de) effectief beschikbare netto bergingsoppervlakte opgegeven. De minimum bergingoppervlakte bedraagt 1 + 1 m2 per persoon, als maximum bergingoppervlakte wordt 1 + 2 m2 per persoon
gehanteerd bij de berekening van de maximum woningoppervlakte volgens type.
•• OPPERVLAKTECOËFFICIËNT
In specifieke gevallen kunnen afwijkingen op de oppervlaktenormen worden toegestaan, waardoor bv. de bovengrens van de
prijsplafondoppervlakte kan wordt verhoogd (aanpasbare woningen).
Die afwijkingen moeten expliciet vermeld worden op het inlichtingenformulier.
-- bij aanpasbare woningen voor rolstoelgebruikers, mag de WO-maximum worden verhoogd met respectievelijk 20 % (tot 2
slaapkamers), en 15 % (3 of meer slaapkamers). Deze aanpassing gebeurt automatisch bij de ingave van een prijsverhogingspercentage voor aanpasbaar bouwen (2% / 6%).
-- bij huurwoningen buiten het sociale huurstelsel en/of koopwoningen bestemd voor zgn. middeninkomens (VLABINVEST),
kunnen meeroppervlakten worden toegestaan tot 10 %.
-- bij invulbouw waar stedenbouwkundige verplichtingen het integraal opvolgen van de normen onmogelijk maken kan tot 10
% worden afgeweken. Eenzelfde afwijking kan worden toegestaan bij het benutten van restruimtes onder het dak of bij het
inrichten van dakappartementen bovenop bestaande gebouwen
-- bij herbestemming van waardevolle gebouwen kunnen afwijkingen worden toegestaan mits een gegronde motivatie en sociaal
verantwoorde kostprijs
-- bij renovatie van eigen patrimonium kan mits motivatie worden afgeweken van de minimum WO, indien het vergroten of
samenvoegen van woningtypes geen haalbare optie vormen.
136
VMSW - C2008 - herziening volgens FS 3 (2013)
7. Oppervlakte- en prijsnormen
€
=
m²
?
7.5 MAXIMUM PRIJSNORM
••
•• REFERENTIEPRIJS/m2:
Per woningtype binnen een project wordt de maximumprijs berekend waarbij:
Basismaximumprijs = WO PLAFOND x referentieprijs/m2
-- referentieprijs/m2  volgens prijzentabel (m2 oppervlakte en resp. prijscategorie H/A (met H = huizen & duplexen
en A = appartementen), zie bijlage & rekenblad
 prijscorrecties/m2: de referentieprijzen/m2 kunnen d.m.v. prijscorrecties/m2 worden verhoogd met
een percentage volgens energetische prestaties, met een toeslag voor speciale funderingen of
verlaagd met een prijsvermindering voor ontbrekende posten (bv. keukens, vloerafwerking, …)
-- prijsforfait: de berekende basismaximumprijs kan worden verhoogd met een forfait voor een bij het woningtype behorende autoberging (geïntegreerde garage, carport, …)
-- op de resulterende maximumkostprijs per woningtype wordt vervolgens een prijscoëfficiënt toegepast. Voor nieuwbouw bedraagt deze standaard 1,00, voor renovatiewerken 0,80. Volgens aard van het projecten/of woningtype kunnen
verhogingspercentages worden toegekend, voor het bouwen in centrumsteden, voor invulbouw en voor aanpasbaar
bouwen (zie verder “PRIJS-Coëfficiënt & Verhogingspercentages”).
-- de berekende maximumprijs/woning wordt geïndexeerd (zie verder ‘INDEX-coëfficiënt’)
De maximumkostprijs van een projectgeheel wordt samengesteld als het totaal van:
-- de som van maximumprijzen per woning (geïndexeerd)
-- de som van de diverse bijkomende posten, volgens forfaits, … (geïndexeerd)
-- eventuele posten volgens raming (bv. afbraakwerken) (niet-geïndexeerd)
-- het supplement kleine woninggroepen (geïndexeerd)
•• De gehanteerde limietprijzen per m2 zijn gerelateerd aan de grootte van elke woning en stijgen progressief naarmate de woningoppervlakte kleiner wordt. Een kleine woning type 1/2 bijv. zal, per m2 beschouwd gemiddeld meer kosten dan een grotere gezinswoning, aangezien steeds een gelijkaardige basisuitrusting vereist is (voorziening sanitair, verwarming, keuken, …).
•• De prijs per m2 uit de tabel bevat alle noodzakelijke bouwwerken incl. eventuele verrekeningen, doch excl. loons- &
materiaalverrekeningen, erelonen en BTW, m.a.w. de netto aanbestedingsprijs + verrekeningen (= alle bouwkosten incl.
afwerking, CV, sanitair, elektriciteit, keuken, ndz. omgevingswerken, enz...).
Om de maximum kostprijsberekening te vervolledigen kunnen de volgende gegevens ingevuld worden:
•• Garage / carport (bij woning): afkorting G of C invullen, indien geen autoberging aanwezig niets invullen. Gegroepeerde
garages of carports worden afzonderlijk vermeld onder Diversen (zie verder). Voor een garage wordt automatisch een
forfait van 13.000 euro/stuk bijgeteld, voor een carport 6.300 euro/stuk. Een carport onder de woning, waarbij de wagen
onder de 1ste verdieping staat mag aangeduid worden als G, hetgeen ook de kostprijs voor het thermisch isoleren en
afwerken van de verdiepingsvloerplaat moet compenseren.
•• PRIJSCORRECTIES: PRIJS/M2
Bij de berekening van de maximumprijs wordt rekening gehouden met een respectievelijke prijsverhoging of prijsvermindering op de corresponderende eenheidsprijs per m2, hetzij d.m.v. een % volgens energetische prestaties, hetzij d.m.v. een
toeslag voor speciale funderingen, hetzij met een prijsvermindering voor ontbrekende posten. Voor een aantal posten kan
de maximumprijs echter niet worden verhoogd (zgn. neutrale posten). De onderstaande prijzen zijn deze zoals vastgelegd
op basis het prijsniveau van ABEX 729 van november 2012 en niet geïndexeerd. Eerst wordt het verhogingspercentage
VMSW - C2008
C 2008- herziening volgens FS 3 (2013)
137
€
=
m²
?
7. Oppervlakte- en prijsnormen
volgens energetische prestaties toegepast, pas dan worden de energieonafhankelijke correcties verrekend. Het totaal van
de +/- posten per woning waarvoor een toeslag of prijsvermindering moet gerekend worden, wordt ingegeven in de kolom
prijscorrectie/m2. Het resulterende prijssaldo wordt automatisch verrekend in de referentieprijs/m2.
•• ENERGETISCHE PRESTATIES
De jaarlijkse netto energiebehoefte voor verwarming (NEB) wordt bekomen uit de energiebalans tussen warmteverliezen
(transmissie en ventilatie) en warmtewinsten (interne warmte- en zonnewinsten). De NEB wordt grotendeels beïnvloed door
de isolatiegraad en compactheid (K-peil), de luchtdichtheid van de gebouwschil en de performantie van het ventilatiesysteem.
De NEB wordt uitgedrukt in kWh/m2 (bruto vloeroppervlakte volgens de EPB-regelgeving).
Voor woningen in prijscategorie H, met een lagere NEB dan de huidige EPB-eis van maximaal 70 kWh/m2, wordt de prijs/m2
met 0,4% verhoogd per lagere eenheid van 1 kWh/m2, voor appartementen in prijscategorie A, wordt de prijs/m2 met 0,25%
verhoogd. Het verhogingspercentage op de m2 prijs wordt evenwel begrensd tot maximaal 10%, hetgeen overeenkomt met
een NEB van 45 kWh/m2 voor een woning en 30 kWh/m2 voor een appartement.
In geval van renovatieprojecten, die een sterke verbetering van de energetische prestaties realiseren, maar niet EPB-plichtig
zijn, kunnen dezelfde verhogingspercentages op de m2-prijs worden toegestaan. Aan de hand van een op te maken EPB-verslag (als voor nieuwbouw), door een hiertoe aangesteld EPB-verslaggever, kan worden berekend in welke mate de individuele
woningen gunstiger scoren dan de gestelde EPB-eis van 70 kWh/m2. Ongeacht deze berekening blijft de energieprestatieregelgeving gelden. Deze bijkomende berekening kan ook niet gevalideerd worden in de energieprestatiedatabank.
Bij het dossier toe te voegen EPB-berekening (stadium VO / DO / BA)
De wooneenheden dienen duidelijk genummerd of benoemd te worden overeenkomstig de plannen zodat een eenvoudige
identificatie mogelijk is.
-- ofwel per wooneenheid het resultatenformulier, gegenereerd vanuit de EPB-software1.
-- ofwel een samenvattend verslag met minimum de vermelding per wooneenheid van: E-peil, K-peil, NEB, oververhittingsindicator.
•• SPECIALE FUNDERINGEN:
-- huizen  paal- en putfunderingen  plaatfunderingen -- appartementen ≤ 4 bouwlagen  paal- en putfunderingen  plaatfunderingen -- appartementen > 4 bouwlagen  paal- en putfunderingen  plaatfunderingen +90 euro/m2 WO
+40 euro/m2 WO
+80 euro/m2 WO
+40 euro/m2 WO
+60 euro/m2 WO
+20 euro/m2 WO
•• ONTBREKENDE POSTEN (niet-voorziene afwerkingen bij koopwoningen of gesplitst perceel CV):
-- centrale verwarming -60 euro/m2 WO
-- vloerafwerking
-45 euro/m2 WO
-- wandbetegeling -12 euro/m2 WO
-- binnendeuren -20 euro/m2 WO
-- keukenmeubilair -25 euro/m2 WO
-- sanitaire toestellen
-20 euro/m2 WO
•• NEUTRALE POSTEN (standaard inbegrepen in de maximumprijs)
-- Gemeenschappelijke circulatie en trappenhuizen: de meerkosten zijn vervat in de prijscategorieën A, voor deze posten
wordt de maximumprijs niet verhoogd. Voor liften wordt wel een forfait toegekend.
-- Balkons of terrassen: er worden geen meerprijzen toegekend.
1
138
Voor bouwprojecten waarvan de aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning werd ingediend voor 1 januari 2012 wordt de NEB niet vermeld op het resultatenformulier. Deze gegevens kunnen wel in de EPB-software uitgelezen worden en dienen dus afzonderlijk vermeld te worden.
VMSW - C2008 - herziening volgens FS 3 (2013)
7. Oppervlakte- en prijsnormen
€
=
m²
?
-- Gewone omgevingswerken (opritten, inritten, toegangspaden, gras, beplantingen, tuinafsluitingen, brievenbussen, verlichting, e.d.) zijn standaard inbegrepen in de berekende maximumprijs op projectniveau. Zij geven geen aanleiding
tot supplementaire prijsposten. Dit geldt tevens voor de inrichting van de semi-publieke ruimten die niet wordt overgedragen aan de gemeente.
-- Afbraakwerken bij renovatie: voor afbraakwerken die onlosmakelijk verbonden zijn met de voorziene renovatiewerken
(vervangen ramen, uitbreken vloeren, afkappen pleisterwerk, …) wordt geen supplementaire prijs toegekend. Deze
moeten inbegrepen zijn in de berekende maximumprijs voor renovatie (80 % t.o.v. de prijs voor een equivalent nieuwbouwproject).
Posten +/- : omschrijving in afgekorte vorm van de verschillende posten waarvoor een prijscorrectie in rekening gebracht
is (bv. + plaatfund, -keuken, - vloerafw).
Diversen: deze rijen bieden ruimte voor het overzichtelijk incalculeren van diverse afzonderlijke onderdelen of bijkomende
kosten, die moeilijk gerekend kunnen worden tot de basiskosten per individueel type. Hiervoor kunnen forfaitaire prijzen
opgegeven worden of volgens raming indien geen forfait bepaald is.
Vooraan iedere rij dient zoals voor de woningtypes het soort werk en de bestemming te worden opgegeven, Ingeval van
gemengde projecten impliceert dit dat indien er bv. zowel liften voorkomen in de huur- als koopappartementen, hiertoe afzonderlijke rijen worden voorzien.
FORFAITAIRE POSTEN
FORFAIT IN EURO
Garages - individueel of gegroepeerd (inclusief ontsluiting)
13.000 euro/stuk
6.300 euro/stuk
Carports - individueel of gegroepeerd (inclusief ontsluiting)
Specifieke situatie: carports gesitueerd onder een gebouw of woning (onder een te isoleren
vloerplaat en afgewerkt plafond) mogen worden gerekend als garage (13.000 euro)
2.150 euro/stuk
Bovengrondse verharde parkeerplaatsen (inclusief ontsluiting)
Let wel: opritten voor garages worden beschouwd als ontsluiting van een garage en mogen
niet worden dubbelgerekend).
Specifieke situatie: voor bredere rolstoeltoegankelijke parkeerplaatsen (360 cm i.p.v. 240
cm) mogen de forfaits met 50% worden verhoogd.
Ondergrondse autostaanplaatsen / garages = met een (door het gebouw) overdekte circulatie 21.000 euro/stuk
& ontsluiting
Specifieke situaties:
--in geval van ondergrondse staanplaatsen die worden opgeofferd als fietsen- en/of motorberging mogen deze worden gerekend aan de kostprijs van een autostaanplaats (minimum oppervlakte 16 m2).
--in geval van rolstoeltoegankelijke bredere staanplaatsen (minimum 360 cm i.p.v. 240 cm)
mogen de forfaits met 50% worden verhoogd, de ondergrondse parking dient hierbij
bereikbaar te zijn via een lift).
--in geval van ‘half-ondergrondse’ autostaanplaatsen / garages (< 160 cm onder straatniveau) en een overdekte circulatie/ontsluiting wordt het forfait per staanplaats beperkt tot
18.000 euro.
De vaste forfaits voor ondergrondse autostaanplaatsen mogen worden gecumuleerd met de
toegekende prijscorrecties op woningniveau (WO) voor speciale funderingen (paal-, plaatof putfunderingen vaak ten gevolge van de te realiseren overspanningen voor parking).
VMSW - C2008
C 2008- herziening volgens FS 3 (2013)
139
€
=
m²
?
7. Oppervlakte- en prijsnormen
Liften
20.000 euro/stuk + 5.000
euro per stopplaats
Fietsbergingen, tuin-, kelderbergingen, teller- en vuilnislokalen, …
650 euro/m2 netto-oppervlakte
Regenwaterputten min. 3.000 liter voor huizen + hergebruik regenwater met individueel
bijvulsysteem: min. twee aftappunten (toilet, wasmachine en/of dienstkraan). Bij appartementen gerekend per aangesloten woning (minimum putinhoud per aangesloten appartement 2.000 liter)
2.000 euro/systeem
Zonneboilers (individuele of collectieve installaties) met een gemiddelde dekkingsgraad
van 40%. In geval een lagere dekkingsgraad worden de forfaits pro rata toegekend (bv.
beperkte dakoppervlakte app-gebouw)
4.000 euro per woning /
3.000 euro per appartement
Bijzondere collectieve verwarmingsinstallaties appartementsgebouwen (warmtepomp,
warmtekrachtkoppeling)
1.000 euro per appartement, enkel na goedkeuring
Stut- en ondervangingswerken (Berlinerwanden, palenwanden,…) zijn in principe inbegrepen in de prijscorrecties/m2 voor speciale funderingen, enkel de aantoonbare meerkosten
kunnen in rekening worden gebracht
raming of bestelbedrag (*)
enkel na goedkeuring, in
uitzonderlijke gevallen
Groendaken (extensief/intensief) - buffering hemelwater
stelpost (nl. de subsidie
die men ontvangt hiervoor)
Ergonomische uitrustingen voor personen met een handicap
raming of bestelbedrag (*)
indien aantoonbaar boven
het toegekende percentage
van 2% of 6%
Afbraakwerken vervangingsbouw / renovatiewerken - Afbraakwerken van gebouwen in
hun geheel maken het voorwerp uit van een afzonderlijke financiering en kunnen 100% in
rekening worden gebracht.
Afbraak- en/of aanpassingswerken in het kader van een renovatieproject en gesitueerd
binnen het te behouden casco mogen in principe niet afzonderlijke in rekening worden
gebracht.
In specifieke situaties kunnen echter afzonderlijke stelposten ‘afbraakwerken’ worden
toegestaan.
Specifieke situaties:
--afbraakwerken van losstaande bijgebouwen (bv. garages, koterijen, of gehele bijgebouwen bij functionele herbestemmingen) mogen als stelpost in rekening worden gebracht
volgens raming / bestelbedrag.
--gedeeltelijke afbraak- en/of ontmantelingswerken (tot casco) van gebouwen uit eigen
patrimonium, waar vervangingsbouw geen optie is (vanwege erfgoedwaarde, hoogbouw,
…), kunnen uitzonderlijk als stelpost in rekening worden gebracht volgens raming /
bestelbedrag.
raming of bestelbedrag (*)
enkel na goedkeuring, in
uitzonderlijke gevallen
Asbestverwijdering eigen patrimonium
raming of bestelbedrag (*)
Let wel: bij verwerving van gebouwen dienen de kosten voor eventuele asbestverwijdering
vervat te zijn in het totale plafond voor aankoop + renovatie. De aankoopprijs van dergelijk
gebouw zal m.a.w. lager dienen te liggen, dan zonder de aanwezigheid van asbest.
140
VMSW - C2008 - herziening volgens FS 3 (2013)
7. Oppervlakte- en prijsnormen
€
=
m²
?
Grondverzet / -sanering reservegronden
raming of bestelbedrag (*)
Let wel: bij verwerving van nieuwe gronden dienen de kosten voor het grondverzet en
enkel na goedkeuring, in
eventuele kosten voor een grondsanering vervat te zijn in het totale plafond voor het gron- uitzonderlijke gevallen
daandeel + bouwkosten. De aankoopprijs van de grond zal m.a.w. lager dienen te liggen.
(*) In het stadium voorontwerp kan hier enkel worden voortgegaan op een raming. Na aanbesteding dienen de posten
‘volgens raming’ op basis van de offerteprijs correct te worden verrekend in de maximumprijs.
•• PRIJSCOËFFICIËNT
Nieuwbouw of vervangingsbouw: De basisprijscoëfficiënt voor nieuwbouw- of vervangingsbouwprojecten bedraagt standaard 1,00.
Renovatiewerken: Voor renovatieprojecten (van eigen patrimonium) gelden dezelfde principes als voor nieuwbouw, maar wordt
de basismaximumprijs gelimiteerd tot 80 % t.o.v. een equivalent nieuwbouwproject, met als basisprijscoëfficiënt 0,8. Indien de
raming van een globale renovatie hoger ligt dan 80 % van de maximumprijs voor nieuwbouw moet de opportuniteit van eventuele vervangingsbouw worden overwogen.
In overleg kunnen afwijkingen hierop verkregen worden op basis van een gemotiveerd advies. Zo mag bij de afweging voor
eventuele vervangingsbouw rekening worden gehouden met een forfaitaire prijs ‘afbraakwerken’ van 4.000 euro/huis en 2.000
euro/appartement.
Specifieke situaties: renovatie aan 100% nieuwbouw (soort werk = REN+)
-- Renovaties van een gebouw of woningen, waarbij meer dan veertig procent van de buitenmuren worden gesloopt, worden
beschouwd als vervangingsbouw met als basisprijscoëfficiënt 1,0.
-- In geval van renovaties waarbij vervangingsbouw door stedenbouwkundige verplichtingen een vermindering van het bouwvolume zou inhouden, bedraagt de basisprijscoëfficiënt 1,0.
-- Voor aangekochte woningen of gebouwen met het oog op omvorming of renovatie, die niet onder het beheer van de initiatiefnemer zijn gebouwd en die maximaal tien jaar voorafgaand door de initiatiefnemer werden verworven, bedraagt de
basisprijscoëfficiënt 1,0 (bv. herbestemmingsprojecten, aangekocht appartementsgebouw, …). Let wel: de financiering van
het project zal steeds in zijn globaliteit worden geëvalueerd (aankoopprijs en renovatiekosten tegenover de respectievelijke
plafonds voor het grondaandeel en het gebouw na renovatie). In geval van toekomstige investeringen worden de plafonds
bovendien gekoppeld aan een afschrijvingstermijn gedurende de looptijd van de lening.
-- Voor renovatie van patrimonium opgenomen in de inventaris van het bouwkundig erfgoed, voor restauratie van beschermde
monumenten, of indien tegemoet moet worden gekomen aan specifieke eisen vanwege het agentschap onroerend erfgoed,
met het oog op het in stand houden van een beschermd stads- of dorpsgezicht of landschap, wordt eveneens basisprijscoëfficiënt 1,0 toegekend.
Bij keuze van het soort werk wordt de basisprijscoëfficiënt automatisch ingesteld.
•• VERHOGINGSPERCENTAGES PRIJSCOËFFICIËNT
De basisprijscoëfficiënt kan worden verhoogd met drie verhogingspercentages. Deze kunnen worden ingegeven in de hiertoe voorziene kolommen, waaruit automatisch de resulterende PRIJS-coëfficiënt wordt berekend.
De prijscoëfficiënt in de kolom prijscoëfficiënt wordt als volgt bepaald: PRIJS-coëfficiënt = basisprijscoëfficiënt * (1 + som van
de verhogingspercentages)
In geval van renovatieprojecten waarbij de maximumprijs 80% van een equivalent nieuwbouwproject mag bedragen, wordt de
basisprijscoëfficiënt 0,8 vermenigvuldigd met de berekende prijscoëfficiënt voor nieuwbouw. Bv. 100% + 7% (centrumstad) + 2%
(aangepast MV appartement) = 109% waarbij 1,09 x 0,8 = 0,872.
VMSW - C2008
C 2008- herziening volgens FS 3 (2013)
141
€
=
m²
?
7. Oppervlakte- en prijsnormen
Verhogingspercentage centrumsteden en werkgebied Vlabinvest
Voor projecten gelegen in centrumsteden wordt een verhogingspercentage van 7% toegekend. Voor projecten gelegen binnen
het werkgebied Vlabinvest wordt een verhogingspercentage van 2% toegekend.
-- De dertien centrumsteden volgens het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen zijn Aalst, Antwerpen, Brugge, Genk, Gent, Hasselt, Kortrijk, Leuven, Mechelen, Oostende, Roeselare, St-Niklaas en Turnhout.
-- De 39 gemeenten gesitueerd in het werkgebied Vlabinvest zijn Affligem, Asse, Beersel, Bertem, Bever, Dilbeek, Drogenbos, Galmaarden, Gooik, Grimbergen, Halle, Herne, Hoeilaart, Huldenberg, Kampenhout, Kapelle-op-den-Bos, Kortenberg, Kraainem, Lennik, Liedekerke, Linkebeek, Londerzeel, Machelen, Meise, Merchtem, Opwijk, Overijse, Pepingen, Roosdaal, Sint-Genesius-Rode,
Sint-Pieters-Leeuw, Steenokkerzeel, Ternat, Tervuren, Vilvoorde, Wemmel, Wezembeek-Oppem, Zaventem, Zemst.
Door onderaan in de simulatietabel, de gemeente te selecteren, wordt automatisch het verhogingspercentage verrekend. Let wel:
voor specifieke posten ‘volgens raming’ (bv. afbraakwerken) dient dit verhogingspercentage op nul te worden gebracht.
Verhogingspercentage invulbouw (3% / 5% / 7%) :
Voor projecten die aan één of meerdere van onderstaande invulbouwcriteria beantwoorden wordt een trapsgewijs verhogingspercentage toegekend. Gebouwen die aan alle 3 criteria beantwoorden krijgen 7% toegekend, gebouwen die aan twee criteria
beantwoorden 5%. Gebouwen waarvoor enkel criterium 1 geldt krijgen een verhogingspercentage van 3%.
1. Projecten aangebouwd tegen minstens één bestaande volwaardige wachtgevel (over meer dan 1 verdieping). Indien het een
wachtgevel jonger dan 5 jaar betreft, is deze geen eigendom van de initiatiefnemer of door hem gebouwd.
2. Projecten aangebouwd tegen minstens één tweede volwaardige wachtgevel (over meer dan 1 verdieping). Indien het een
wachtgevel jonger dan 5 jaar betreft, is deze geen eigendom van de initiatiefnemer of door hem gebouwd.
3. Projecten waarvan minstens één volledige gevel rechtstreeks grenst aan het openbaar domein (bouwlijn valt samen met de rooilijn);
Let wel:
-- De verhogingspercentages zijn enkel van toepassing op de wooneenheden, garages, ondergrondse parkings, … die gesitueerd zijn binnen een, over meer dan een bouwlaag aaneengesloten, bouwvolume waarvoor de criteria van toepassing zijn.
-- Gebouwen of woningen waarvan enkel de bouwlijn grenst aan de rooilijn (en dus met open zijstrook) krijgen geen verhogingspercentage toegekend.
-- Het verhogingspercentage voor invulbouw mag worden toegekend zowel bij de berekening van de prijs per woningtype als
bij de bijhorende forfaitaire posten (bv. garages, liften, fietsenbergingen, regenwaterputten, …)
-- Bij eenvoudige renovatiewerken (= zonder uitbreiding) van bestaande woningen gelegen tussen andere (verkochte) woningen wordt het verhogingspercentage voor invulbouw beperkt tot maximum 5%.
-- Bij de berekening van de prijsplafonds met het oog op aankoop van ‘goede woningen’ met slechts beperkte verbeteringswerken of bij aankopen met het oog op renovatie wordt het verhogingspercentage invulbouw begrensd tot maximaal 5% (gezien
het om reeds opgerichte gebouwen gaat).
Verhogingspercentage aanpasbaar bouwen (2% / 6%):
Door toekenning van een verhoging van de oppervlaktecoëfficiënt (15 tot 20%) voor aangepaste woningen, is de eventuele meeroppervlakte voor aanpasbaar bouwen (gemiddeld 8%) reeds verrekend in de maximum kostprijs, ook de meerprijs van liften wordt reeds afzonderlijk toegekend. Enerzijds als stimulans tot aanpasbaar bouwen, anderzijds om mogelijkse bijkomende kosten te dekken bij het aanpasbaar maken van de woning (hellend toegangsvlak, vlakke inloopdouche,
…), wordt een aanvullend forfaitair verhogingspercentage toegekend voor aangepaste woningen, mits ze volledig in
overeenstemming zijn met de gestelde eisen in de C 2008
- Hoofdstuk 6 - 6.3 Aanpasbaar bouwen - Criteria.
€
=
m²
?
Voor appartementen in de prijscategorie A wordt een verhogingspercentage van 2% toegekend, voor (volledig gelijkvloerse) woningen in de prijscategorie H bedraagt het verhogingspercentage 6%. Enkel indien kan worden aangetoond
dat deze percentages, ontoereikend zouden zijn, kunnen aanvullende posten, dewelke ergonomisch noodzakelijk zijn voor
een specifieke handicap (bv. verstelbare wastafels, …), als afzonderlijke stelpost, volgens raming/bestelbedrag, worden
142
VMSW - C2008 - herziening volgens FS 3 (2013)
7. Oppervlakte- en prijsnormen
€
=
m²
?
toegevoegd. In geval van ADL-woningen worden de verhogingspercentages niet toegekend, gezien de meerkosten reeds
worden gesubsidieerd.
Supplement kleine woninggroepen:
Er wordt rekening gehouden met in verhouding hogere vaste kosten per gerealiseerde woning bij kleine bouwplaatsen (werfinrichting, werfcoördinatie…) en/of de complexiteitsgraad van kleinschalige invulbouw.
Hiertoe wordt op projectniveau een supplement kleine woninggroepen toegekend, berekend op basis van de totale WO-meting:
-- voor de eerste 500 m2 WO: 200 euro/m2
-- voor bouwplaats groter dan 500 m2 WO: forfaitair supplement van 100.000 euro
Let wel: dit supplement wordt steeds toegekend op een project in zijn totaliteit. In geval van gemengde projecten of bouwplaatsen
groter dan 500 m2, waar door éénzelfde aannemer en/of initiatiefnemer, gelijktijdig of in overlappende deelfases zowel sociale
koop-, sociale huur- en/of woningen bestemd voor de private markt worden opgericht, zal het forfaitaire supplement van 100.000
euro volgens WO-oppervlakteaandeel of pro rata worden verdeeld over het totaal aantal woningen gelijktijdig of in overlappende
deelfases opgericht. Bv. voor een bouwplaats met 20 woningen waarvan 16 woningen bestemd voor de private markt en 4 sociale
koopwoningen, bedraagt het toe te kennen supplement voor de 4 sociale koopwoningen 20.000 euro of 5.000 euro per woning.
Index-coëfficiënt:
Het peil van de maximumprijzen is gebonden aan de bouwconjunctuur en wordt hiertoe gekoppeld aan de ABEX. Alle hierboven en in bijlage vermelde prijzen zijn deze zoals vastgelegd op het prijsniveau ABEX-REF 729 van november 2012. De indexcoëfficiënt zal halfjaarlijks worden aangepast op 1 januari en op 1 juli, aan de respectievelijke ABEX-index zoals gepubliceerd
in november van het voorgaande jaar en mei van het zelfde jaar. De eerste index-aanpassing is dientengevolge voorzien op
1 juli 2013, met als nieuwe indexcoëfficiënt ABEX-MEI 2013 / ABEX-REF (november 2012). Het rekenblad op de VMSW-website
vermeldt steeds de meest recente index-coëfficiënt.
Totalen:
De som van de verschillende onderwerpen (aantal woningen, WO-meting, WO max, % WO-meting/WO max, maximumprijs/jaar)
wordt berekend.
Onderaan worden ook de totalen van de prijscorrecties en toegekende energetische meerkosten aangegeven, hetgeen nuttig kan zijn
ter vergelijking met de geraamde kosten hieraan verbonden.
•• Netto ramingsprijs:
Ramingsprijs van de ontwerper (excl. B.T.W., materiaalverrekeningen en erelonen). Volgens bestemming (huur, koop,
andere) wordt telkens het respectievelijk aandeel in de ramingskosten ingegeven.
Tevens wordt aangeduid over welke projectfase het gaat (voorontwerp, definitief ontwerp of basisaanbesteding - VO, DO,
BA). Het conformiteitpercentage wordt nu berekend.
•• Administratieve inlichtingen
-- SHM - BOUWHEER: 1000 = te vervangen door nummer SHM (duizendtal). Naam SHM wordt automatisch ingevuld.
-- Projectnaam: ligging + aantal woningen → selectie van juiste gemeente in keuzemenu.
-- Dossiernummer: VMSW-dossiernummer in te vullen vanaf toekenning na schets- of voorontwerp.
-- Nummer is vermeld op overzicht simulatiegegevens.
-- Ontwerper: naam architect(en).
VMSW - C2008
C 2008- herziening volgens FS 3 (2013)
143
€
=
m²
?
7. Oppervlakte- en prijsnormen
7.6 PRIJZENTABEL
M2-prijs/W.O.
E
A
M2-prijs/W.O.
E
A
(Prijsplafondopp.)
Huizen
Appartementen
(Prijsplafondopp.)
Huizen
Appartementen
m2
maximumprijs/m2
maximumprijs/m2
m2
maximumprijs/m2
maximumprijs/m2
30
1.530,00
1.600,00
73
1.161,00
1.210,00
31
1.520,00
1.590,00
74
1.154,00
1.202,00
32
33
1.510,00
1.499,00
1.579,00
1.568,00
75
76
1.148,00
1.141,00
1.196,00
1.188,00
34
1.489,00
1.557,00
77
1.134,00
1.181,00
144
35
1.480,00
1.548,00
78
1.128,00
1.174,00
36
37
1.470,00
1.460,00
1.537,00
1.527,00
79
80
1.121,00
1.115,00
1.167,00
1.160,00
38
1.450,00
1.516,00
81
1.109,00
1.154,00
39
40
1.441,00
1.431,00
1.507,00
1.496,00
82
83
1.103,00
1.096,00
1.147,00
1.140,00
41
1.422,00
1.487,00
84
1.090,00
1.133,00
42
43
1.412,00
1.403,00
1.476,00
1.467,00
85
86
1.085,00
1.079,00
1.128,00
1.121,00
44
1.394,00
1.457,00
87
1.073,00
1.115,00
45
1.385,00
1.448,00
88
1.067,00
1.108,00
46
47
1.375,00
1.366,00
1.437,00
1.428,00
89
90
1.062,00
1.056,00
1.103,00
1.096,00
48
1.358,00
1.419,00
91
1.051,00
1.091,00
49
50
1.349,00
1.340,00
1.410,00
1.400,00
92
93
1.045,00
1.040,00
1.084,00
1.079,00
51
1.331,00
1.391,00
94
1.035,00
1.073,00
52
53
1.323,00
1.314,00
1.382,00
1.373,00
95
96
1.030,00
1.024,00
1.068,00
1.061,00
54
1.306,00
1.364,00
97
1.019,00
1.056,00
55
1.298,00
1.356,00
98
1.015,00
1.051,00
56
57
1.289,00
1.281,00
1.346,00
1.338,00
99
100
1.010,00
1.005,00
1.046,00
1.040,00
58
1.273,00
1.329,00
101
1.000,00
1.035,00
59
60
1.265,00
1.257,00
1.321,00
1.312,00
102
103
996,00
991,00
1.030,00
1.025,00
61
1.249,00
1.304,00
104
987,00
1.020,00
62
63
1.241,00
1.234,00
1.295,00
1.288,00
105
106
983,00
978,00
1.016,00
1.010,00
64
1.226,00
1.279,00
107
974,00
1.006,00
65
1.219,00
1.272,00
108
970,00
1.001,00
66
67
1.211,00
1.204,00
1.263,00
1.256,00
109
110
966,00
962,00
997,00
992,00
68
1.196,00
1.247,00
111
958,00
988,00
69
70
1.189,00
1.182,00
1.240,00
1.232,00
112
113
954,00
951,00
983,00
980,00
71
1.175,00
1.225,00
114
947,00
975,00
72
1.168,00
1.217,00
115
944,00
972,00
VMSW - C2008 - herziening volgens FS 3 (2013)
7. Oppervlakte- en prijsnormen
€
=
m²
?
M2-prijs/W.O.
E
A
M2-prijs/W.O.
E
A
(Prijsplafondopp.)
Huizen
Appartementen
(Prijsplafondopp.)
Huizen
Appartementen
m2
maximumprijs/m2
maximumprijs/m2
m2
maximumprijs/m2
maximumprijs/m2
116
940,00
967,00
134
891,00
909,00
117
937,00
964,00
135
890,00
908,00
118
119
933,00
930,00
959,00
956,00
136
137
888,00
886,00
905,00
903,00
120
927,00
952,00
138
884,00
900,00
121
924,00
949,00
139
883,00
899,00
122
123
921,00
918,00
945,00
942,00
140
141
881,00
880,00
896,00
895,00
124
915,00
938,00
142
878,00
892,00
125
126
913,00
910,00
936,00
932,00
143
144
877,00
876,00
891,00
889,00
127
907,00
929,00
145
875,00
888,00
128
129
905,00
902,00
926,00
923,00
146
147
873,00
872,00
885,00
884,00
130
900,00
920,00
148
872,00
883,00
131
898,00
918,00
149
871,00
882,00
132
133
896,00
893,00
915,00
912,00
150
870,00
880,00
7.7 REKENVOORBEELD
WONINGTYPE
APP 1 / 2 (huur)
HUIS 3 / 5 (koop - semi-casco)
WO-meting
63,4 m
119,8 m2
Voorziene berging
6,3 m2
3,9 m2 + 2 m2 (garage=20 m2) = 5,9 m2
Surplus verticale circulatie
0m
6 m2
WO-minimum
52 m2 + 6,3 m2 (opp. berging indien >
1 + 1 m2/pers.) + 0 m2 = 58,3 m2
88 m2 + 6 m2 (berging minimum 1 + 1 m2/pers.) +
6 m2 = 100 m2
WO-maximum
64 m2 + 5 m2 (max. 1 + 2 m2/pers) + 0 m2 = 69
m2
105 m2 + 5,9 m2 + 6 m2 = 116,9 m2
WO-prijsplafond
63,4 m2
116,9 m2
Prijscategorie
A (appartement)
E (eengezinswoning)
Referentieprijs/m2
1.312,00 euro/m2 (63 m2)
Prijscorrecties/m
Energietoeslag NEB 65 kWh/m
1.312,00 x 1,025 = 1.344,80 euro + 80 euro/m2
(paalfund. app <= 4) = 1.424,8 euro
- 45 euro - 25 euro - 12 euro = - 82 euro/m2
hetzij 873,00 euro/m2 (ontbrekende afwerkingen:
vloer, keuken, faience)
Basismaximum/woning =
WO-prijsplafond x ref.prijs.corr
63,4 m2 x 1424,80 euro/m2 = 90.332,32 euro
116,9 m2 x 856,00 euro/m2 = 102.053,70 euro
Forfaitaire posten/woning
1.000 euro (aandeel bergingen)
2.000 euro (aandeel lift)
13.000 euro (garage)
2.000 euro (regenwaterput)
4.000 euro (zonneboiler)
Prijscoëfficiënt
1,05 (invulbouw 2 criteria)
1,00
Indexcoëfficiënt (01.11.2012)
1,00
1,00
Berekende maximumprijs
97.998,94 euro
(excl. aandeel suppl. kleine woningroepen)
121.053,70 euro
(excl. aandeel suppl. kleine woningroepen)
2
2
2
955,00 euro/m2 (117 m2)
2
VMSW - C2008
C 2008- herziening volgens FS 3 (2013)
145
VMSW MAXIMUM KOSTPRIJS- & OPPERVLAKTESIMULATIE - BOUW & RENOVATIE
MAXIMUMPRIJS / TYPE
PRIJS X AANTAL
#N/B
7%
1,00 #N/B 1,014
#N/B
#N/B
€0
#N/B
7%
1,00 #N/B 1,014
#N/B
#N/B
#N/B
#N/B
#N/B
#N/B
H
1,000
#N/B
€0
#N/B
7%
1,00 #N/B 1,014
#N/B
#N/B
#N/B
#N/B
#N/B
#N/B
H
1,000
#N/B
€0
#N/B
7%
1,00 #N/B 1,014
#N/B
#N/B
#N/B
#N/B
#N/B
#N/B
H
1,000
#N/B
€0
#N/B
7%
1,00 #N/B 1,014
#N/B
#N/B
#N/B
#N/B
#N/B
#N/B
H
1,000
#N/B
€0
#N/B
7%
1,00 #N/B 1,014
#N/B
#N/B
OPP-Coëfficient
prijscorr. / m²
Cf - Energie
K-peil
Index-Coëfficient
€0
#N/B
PRIJS-Coëfficient
Centrumstad / Vlabinv
#N/B
1,000
Aangepast bouwen %
Basisprijscoëfficient
1,000
H
Invulbouw verhoging %
Prijs Garage / Carport
H
#N/B
Garage / Carport (G / C)
#N/B
#N/B
REF. PRIJS / m²
CATEGORIE H -A
#N/B
#N/B
POSTEN + / (commentaar)
WO PLAFOND
#N/B
#N/B
NEB (kWh/m2)
WO MIN (m²)
#N/B
E-peil
WO MAX (m²)
Versie 01-01-2014
% t.o.v.
WO METING
m² berging
# STUK
m² surplus
# SLPK
# PERS
OMSCHRIJVING
TYPE (A / B / D / E)
BESTEMMING
SOORT WERK
VMSW - Afdeling ProjectRealisatie
Enkel gekleurde velden invullen
Woningtypes
Diversen
# stuks
Oppervlakte
Afbraakwerken
afbraak
15.000,00
#N/B
#N/B 1,000
#N/B
#N/B
Gegroepeerde carports
carports
volgens raming
6.300,00
#N/B
#N/B 1,014
#N/B
#N/B
Gegroepeerde garages
garages
13.000,00
#N/B
#N/B 1,014
#N/B
#N/B
Ondergrondse parking
park-bovgr
2.150,00
#N/B
#N/B 1,014
#N/B
#N/B
Ondergrondse parking
park-ondgr
21.000,00
#N/B
#N/B 1,014
#N/B
#N/B
Liften
liften
35.000,00
#N/B
#N/B 1,014
#N/B
#N/B
Regenwaterputten
rw-putten
2.000,00
#N/B
#N/B 1,014
#N/B
#N/B
Zonneboilers
zonneboiler
4.000,00
#N/B
#N/B 1,014
#N/B
#N/B
Kelderbergingen
berg-indiv
0,00
650,00
#N/B
#N/B 1,014
#N/B
#N/B
Fietsenberging
berg-fiets
0,00
650,00
#N/B
#N/B 1,014
#N/B
#N/B
# stopplaatsen
3
# WON
WO-meting
Index 1,014
MAXIMUMPRIJS
Aandeel Huur
0
0
0
0
€ 0,00
€ 0,00
€ 0,00
Raming Huur
0,0%
€ 0,00
Aandeel Koop
0
0
0
0
€ 0,00
€ 0,00
€ 0,00
Raming Koop
0,0%
€ 0,00
Aandeel Andere
0
0
0
0
€ 0,00
€ 0,00
€ 0,00
Raming Andere
0,0%
€ 0,00
%
Max WO Min WO
Totaal NEB-correctie
Totaal Posten +/- Suppl kl. woninggroepen
Abex 739
Ref 729
excl. btw & studiekosten
TOTALEN
SHM - BOUWHEER
0
1000
0
#N/B
#N/B
#N/B
#N/B
#N/B
SHM naam wordt automatisch ingevuld bij ingave nr
0,00
RAMING
Gemeente
PROJECTNAAM
ANTWERPEN
DOSSIERNUMMER
Projectstadium
Voorontwerp
ONTWERPER
26/04/2014 - FS3_Simulatietabel_blanco(01-01-2014).xls
De VMSW is niet verantwoordelijk voor fouten in of foutief gebruik van dit document
€0
Gem. prijs huurwoning
Gem. m² prijs WO
Gem. prijs koopwoning
Gem. m² prijs WO
0,0%
€0
€0
€ 0 /m²
€0
€ 0 /m²
VO
Opmaak SHM
Uitreksel uit het Financieringsbesluit van de Vlaamse Regering van 23 december 2013
in verband met SV (Subsidie Verwerving)
Art. 20.
§1. Verwervingen als vermeld in artikel 4, §1, 2°, b), kunnen slechts gesubsidieerd worden
als ze behoren tot een of meer van de volgende categorieën:
1° de verwerving, met het oog op gehele of gedeeltelijke sloop en de bouw van sociale
koopwoningen, van een of meer woningen of gebouwen die niet beantwoorden aan de
vereisten, vermeld in artikel 5 van de Vlaamse Wooncode;
2° de verwerving, met het oog op de renovatie, verbetering of aanpassing ervan tot sociale
koopwoningen of gemeenschapsvoorzieningen, van:
a) een of meer woningen die overeenkomstig artikel 15 van de Vlaamse Wooncode of
artikel 135 van de Nieuwe Gemeentewet onbewoonbaar verklaard zijn;
b) een of meer woningen die volgens het technisch verslag, dat als bijlage I gevoegd is bij
het besluit van de Vlaamse Regering van 6 oktober 1998 betreffende de kwaliteitsbewaking,
het recht van voorkoop en het sociaal beheersrecht op woningen, ongeschikt bevonden
worden;
c) een of meer woningen of gebouwen die voldoen aan de criteria, vermeld in artikel 29 van
het decreet van 22 december 1995 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting
1996 of aan de criteria, vermeld in artikel 2.2.6, §2, §3 of §4, van het decreet Grond- en
Pandenbeleid, die niet meer overeenkomstig hun functie worden gebruikt;
3° de verwerving, met het oog op de realisatie van sociale koopwoningen of sociale kavels,
van een onbebouwd perceel dat in een bestaande woonkern ligt;
4° de verwerving, met het oog op de realisatie van sociale koopwoningen, met uitoefening
van het recht van voorkoop, van:
a) een woning als vermeld in artikel 85, §1, tweede lid, 1° en 2°, van de Vlaamse
Wooncode;
b) een perceel, bestemd voor woningbouw als vermeld in artikel 85, §1, tweede lid, 3°, van
de Vlaamse Wooncode.
Met behoud van de toepassing van artikel 29, tweede lid, van het decreet van 22 december
1995 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1996 en artikel 5, §1, derde lid,
en §2, van de Vlaamse Wooncode kan de minister de criteria, vermeld in het eerste lid,
nader bepalen na mededeling aan de Vlaamse Regering.
§2. Met behoud van de toepassing van paragraaf 1 komen de verwervingen, vermeld in
artikel 4, §1, 2°, b), die deel uitmaken van een woonproject met sociaal karakter, alleen in
aanmerking voor een subsidie als het project voor maximaal 50% gefinancierd wordt met
middelen van het Investeringsfonds.
In afwijking van het eerste lid komen de verwervingen, vermeld in het eerste lid, die deel
uitmaken van een woonproject met sociaal karakter dat in een randgemeente ligt als
vermeld in artikel 7 van de gecoördineerde wetten van 18 juli 1966 op het gebruik van de
talen in bestuurszaken, altijd in aanmerking voor een subsidie, op voorwaarde dat voor het
gedeelte van het project dat gefinancierd wordt met middelen van het Investeringsfonds,
maximaal ten bedrage van de helft van het hele project een subsidie verleend kan worden.
Als voldaan is aan de voorwaarden, vermeld in het eerste of het tweede lid, zijn de
bepalingen van deze afdeling van overeenkomstig toepassing op de verrichtingen, vermeld
in artikel 4, §1, 2°, b), die deel uitmaken van een woonproject met sociaal karakter, met
dien verstande dat met “sociale koopwoningen” en “sociale kavels” telkens respectievelijk
de koopwoningen en kavels die deel uitmaken van een woonproject met sociaal karakter,
wordt bedoeld.
Art. 21.
§1. Voor verwervingen als vermeld in artikel 4, §1, 2°, b), is het subsidiabele bedrag gelijk
aan de som van de kostprijs van de verwerving, vermeld in paragraaf 2, en de extra kosten
bij de verwerving, vermeld in paragraaf 3, verminderd met de theoretische grondwaarde van
de te verwerven percelen, vermeld in paragraaf 4.
§2. Als de verwerving de aankoop van een of meer onroerende goederen betreft, is de
kostprijs gelijk aan de reële kostprijs van de aankoop. Behoudens wat het VWF betreft,
kunnen onroerende goederen aangekocht worden door tussenkomst van een comité voor
aankoop van onroerende goederen, overeenkomstig artikel 3, 7°, van het protocol van 5
maart 1985 tussen de federale regering en de gemeenschaps- en gewestregeringen
betreffende de bevoegdheid van de comités tot aankoop van onroerende goederen en van de
kantoren der domeinen van de Staat. Als de onroerende goederen niet aangekocht worden
door tussenkomst van een comité voor aankoop en de reële kostprijs van de aankoop de
schattingsprijs overtreft, wordt de subsidie berekend op basis van de schattingsprijs, tenzij
de reële kostprijs van de aankoop niet meer bedraagt dan 110% van de schattingsprijs. In
geval van aankoop door tussenkomst van een comité voor aankoop of bij uitoefening van
het recht van voorkoop is er geen beperking op de reële kostprijs.
Als de verwerving de onteigening van een of meer onroerende goederen betreft, is de
kostprijs gelijk aan het bedrag van de onteigeningsvergoeding, met inbegrip van de
wederbeleggingsvergoeding.
Als de verwerving de vestiging van een recht van erfpacht of van een recht van opstal op
een of meer onroerende goederen betreft, is de kostprijs van de verwerving gelijk aan het
bedrag dat op het ogenblik van de vestiging van het recht van erfpacht of van het recht van
opstal wordt betaald. De minister kan maximumbedragen vaststellen voor de kostprijs van
de verwerving, vermeld in het eerste, het tweede en het derde lid.
§3. De extra kosten bij de verwerving betreffen de reële uitgaven, inclusief btw, met
betrekking tot:
1° het ereloon van de notaris en de aktekosten;
2° de opmeting van het onroerend goed;
3° het grondmechanisch en milieutechnisch onderzoek;
4° het archeologisch vooronderzoek zonder ingreep in de bodem;
5° keuringen of proeven.
§4. De theoretische grondwaarde van de te verwerven percelen wordt berekend door de
grondoppervlakte van de percelen te vermenigvuldigen met de theoretische grondprijs, die
als volgt wordt vastgesteld:
1° voor de percelen die in een woonvernieuwingsgebied liggen: 40 euro per vierkante
meter;
2° voor de andere percelen: 70 euro per vierkante meter.
§5. De subsidie bedraagt 70% van het subsidiabele bedrag.
In afwijking van het eerste lid bedraagt de subsidie 35% van het subsidiabele bedrag als het
onroerend goed niet in een woonvernieuwingsgebied of een woningbouwgebied ligt.
BIJLAGE 6 bij B.b. – f1
OMSCHRIJVING VAN HET GEBIED
waarin woongelegenheden kunnen gerealiseerd worden
Constructieve benadering overheidsopdrachten Huur: bedekking Vlaanderen.
Ü
Es s e n
K alm thou t
B la n ke n be rg e
B re de ne
B rug ge
Wuus t we ze l
B aa r le -H e r tog
R av e ls
Me r k s pla s
R ijk e v or s e l
B re c ht
A re nd onk
K
ap
elle
n
Tur nh out
Sta b ro ek
B ee r s e
Oud- Tu rn hout
B ra s s c ha a t
Ma lle
Vos s ela a r
K nok k e -H e is t
D e H a a n Zuie nk e rk e
B aa r le -H e r tog
B aa r le -H e r tog
H oogs tr a te n
Sint -La ur e ins
D am m e
B ev e r e n
Sc hot e n
A ntwe r pe n
Sc hilde Zoe r se l
Lille
R et ie
K as t er le e
D es s e l
Mo l
H am ont- A c he l
N ee r pe lt
Za ndho ve n Vor se la a r
Wom m elg em
Ov e rp elt
R an st
B oc holt
Mo rt se l
Gr obbe nd onk
Midd e lke r k e
Ge e l
Ede ge m B oe ch out
H er e nt als Ole n
B ale n
K
ruib
e
ke
B
ee
r
ne
m
Gis te l
B re e
N ijle n
K in ro oi
H ov e
Ev e r ge m
H ec ht e l-E ks e l
N ie u wpoo rt
H er e nt hout
K ne ss e la r e
Ze de lge m
Te m s e
A ar ts e la a r
Pe e r
Zom e r ge m
K ok sijd e
Me e r hout
Oos tk a m p
K ontic h Lint
Lie r
Wa a sm uns te r
Le opold sb ur g
Sc he lle
Lok e re n
Ic h te ge m
Ma
a
s
e ik
N ie l
B er la a r
Lov e nde ge m
Loc hr is ti
We s te r lo
H am
D uffe l
B orn e m
D e P a nne
K oe ke la r e
B oom R um s t
H uls hout
Me e uw e n-G ruit ro de
A alt e r
La ak d al
H am m e
Tor ho ut
Ge nt
Sint
-K
a
te
lijne
-W
av
e
r
H
eis
t
-opde
n-B
e
r
g
B er ing en
Ze le
Puu rs
N ev e le
Ve ur ne
Winge n e R uis ele de
Put te
Te s s e nde r lo
D ik s m u ide
Sint -A m a nd s Wille br oe k
H outh ale n- H e lch te r en
H er s e lt
D ils e n- St ok k em
D es t elb er ge n La ar ne B er la r e
K ort e m a rk Lic hte r v eld e
Opgla bb e ek
Me c he le n
D en de rm onde
H eu sd e n-Zo lde r
B onhe ide n
As
Sint -M a rt en s -La te m
B ugge nh out Londe r z ee l
Tielt
B eg ijn e ndijk
Pitt e m
K
ap
elle
op-d
en
-B
os
K
ee
r
be
r
ge
n
D
ie
s
t
Lum
m
e
n
Tr e m e lo
Zonho v en
H oogle de
Me lle We tte r e n Wic he le n
D ein ze
D e P inte
A lv e r inge m
Le bbe k e
A rdo oie
Sc he r pe nhe u ve l- Zic he m
Ze m s tB oor tm e e r be e k
A ar s c hot
Me r e lbe k e
Ma a s m e c he le n
Lo-R e nin ge H outh uls t
Me is e
Ge nk
Opw ijk
H aa c ht R ots e la ar
Le de
N az a re t h
Sta d en
Me ule be k eD en te r ge m
Me r c hte m Gr im be r ge n
A als t
R oe se la r e
K am pe nhou t
B ek k e v oor t H ale n
Zulte
Oos te r ze le
H as s e lt
Zute nd a al
In ge lm uns t er
Iz e ge m
Vilv oor de
Vle te r e n La nge m a r k -P oe lka p elle
Ga v e re
H er k -d e- St a d
Wie ls be k e
K ruis h oute m
Er pe -M e r e
H ols be e kTielt -Win ge
D ie p en be e k
Ste e no k ke r ze e l
H er e nt
La na k en
Oos tr oz e be k e
Zinge m Sint -Lie v e ns -H ou te m
A fflige m A ss e We m m e l
K ort e na k en Ge e tbe ts
Mo ors le de
Le nde le de
H
aa
lt
er
t
D
en
de
rle
e
uw
K
ort
e
nbe
r
g
Wa
re
ge
m
Lubbe e k
A lk e n
Pop er ing e
Za ve n te m
Zwa lm
N
ie
u
we
r
ke
r
k
e
n
B ilz e n
Zonne b ek e
Le de ge m
Zott eg e m H er z ele
H ar e lbe k e
Gla bbe e k
Lie de k er k e Te r na t
Le uv e n
Ie p er
K
ort
e
s
se
m
K uur ne
Oude n aa r de
K ra a ine m
B er te m
H oe se lt
D ilb ee k
D ee r lijk
We lle n
Wor te ge m - Pe te g em
R oos da a l
Zout le e uw
We v e lg e m
A nze ge m
We ze m b ee k -O ppe m
B ie r be e k B oute r s e m
N in ov e
H ore b ek e
Linte r
We r vik
Te r v ur en
OudH
e
ve
r
le
e
Le nnik
Tien e n
R ie m st
Lie rde
D rog e nbos
B org loon
Me ne n K ort rijk Zwe v e ge m
Ma a r k ed a l B ra k e l
H ulde nbe r g
H eu ve lla nd
Sint -Tr uide n
Av e lge m K lu isb e rg en
Ge ra a r ds be r ge n
Gooik Sint -P iet e rs -L e eu w
H oe ga a rd en
Ton ge r en
Ov e rijs e
Me s e n
Link e be e k
H oe ila a r t
La nde n
H ee r s
Ga lm a a rd en
Voe re n
R ons e
B ee r s e lSint -Ge ne s ius - R ode
Pe ping e n
Ginge lom
Spie r e -H e lk ijn
H er s ta pp e
H alle
H er ne
B ev e r
Oos te nd e
Oude n bur g Ja bb e ke
Ma lde ge m
Sint -Gillis -W aa s
A ss e ne de
K ap rijk e
Ste k e ne
Ze lza te
Ee k lo
Wa c hte be k e Mo er be k e
Sint -N ik la as
Wa a rs c hoo t
Zwijnd re c ht
Wijne ge m
Lom m e l
Constructieve benadering overheidsopdrachten Koop: bedekking Vlaanderen.
Ü
Es s e n
K alm thou t
K nok k e -H e is t
D e H a a n Zuie nk e rk e
B re de ne
B rug ge
Wuus t we ze l
Sta b ro ek K ap elle n
B ra s s c ha a t
B la n ke n be rg e
Sint -La ur e ins
D am m e
B ev e r e n
B aa r le -H e r tog
B aa r le -H e r tog
H oogs tr a te n
B re c ht
B aa r le -H e r tog
R av e ls
Me r k s pla s
R ijk e v or s e l
Ma lle
Sc hot e n
A ntwe r pe n
Sc hilde Zoe r se l
A re nd onk
Tur nh out
B ee r s e
Oud- Tu rn hout
Vos s ela a r
Lille
R et ie
K as t er le e
D es s e l
Mo l
H am ont- A c he l
N ee r pe lt
Za ndho ve n Vor se la a r
Wom m elg em
Ov e rp elt
R an st
B oc holt
Mo rt se l
Gr obbe nd onk
Midd e lke r k e
Ge e l
Ede ge m B oe ch out
H er e nt als Ole n
B
ale
n
K
ruib
e
ke
B
ee
r
ne
m
Gis te l
B re e
N ijle n
K in ro oi
H ov e
Ev e r ge m
H ec ht e l-E ks e l
N ie u wpoo rt
H er e nt hout
K ne ss e la r e
Ze de lge m
Te m s e
A ar ts e la a r
Pe e r
Zom e r ge m
K ok sijd e
Me e r hout
Oos tk a m p
K ontic h Lint
Lie r
Le opold sb ur g
Sc he lle
Lok e re n Wa a sm uns te r
Ic h te ge m
Ma
a
s
e ik
N ie l
B er la a r
Lov e nde ge m
Loc hr is ti
We s te r lo
H am
D uffe l
B orn e m
D e P a nne
K oe ke la r e
B oom R um s t
H uls hout
Me e uw e n-G ruit ro de
A alt e r
La ak d al
H am m e
Tor ho ut
Ge nt
Sint
-K
a
te
lijne
-W
av
e
r
H
eis
t
-opde
n-B
e
r
g
B er ing en
Ze le
Puu rs
N ev e le
Ve ur ne
Winge n e R uis ele de
Put te
Te s s e nde r lo
D ik s m u ide
Sint -A m a nd s Wille br oe k
H outh ale n- H e lch te r en
H er s e lt
D ils e n- St ok k em
D es t elb er ge n La ar ne B er la r e
K ort e m a rk Lic hte r v eld e
Opgla bb e ek
D en de rm onde
Me c he le n
H eu sd e n-Zo lde r
B onhe ide n
Sint
-M
a
rt
en
s
-La
te
m
As
B ugge nh out Londe r z ee l
Tielt
B eg ijn e ndijk
Pitt e m
K
ee
r
be
r
ge
n
K
ap
elle
op-d
en
-B
os
D
ie
s
t
Lum
m
e
n
Tr e m e lo
Zonho v en
H oogle de
Me lle We tte r e n Wic he le n
D ein ze
D e P inte
A lv e r inge m
A rdo oie
Le bbe k e
Ze m s tB oor tm e e r be e k
A ar s c hot Sc he r pe nhe u ve l- Zic he m
Me r e lbe k e
Ma a s m e c he le n
Ge nk
Lo-R e nin ge H outh uls t
Me is e
Opw ijk
Le de
H aa c ht R ots e la ar
N az a re t h
Sta d en
Me ule be k e D en te r ge m
Me r c hte m Gr im be r ge n
A als t
R oe se la r e
Zulte
K am pe nhou t
B ek k e v oor t H ale n
Oos te r ze le
H as s e lt
Zute nd a al
In ge lm uns t er
Vilv oor de
Iz e ge m
Vle te r e n La nge m a r k -P oe lka p elle
Ga v e re
H er k -d e- St a d
Wie ls be k e
K ruis h oute m
Er pe -M e r e
H ols be e kTielt -Win ge
D ie p en be e k
Ste e no k ke r ze e l
H er e nt
La na k en
Oos tr oz e be k e
Zinge m Sint -Lie v e ns -H ou te m
A fflige m A ss e We m m e l
K ort e na k en Ge e tbe ts
Mo ors le de
Le nde le de
H
aa
lt
er
t
D
en
de
rle
e
uw
K
ort
e
nbe
r
g
Wa
re
ge
m
Za ve n te m
Lubbe e k
A lk e n
Pop er ing e
Zwa lm
N
ie
u
we
r
ke
r
k
e
n
B ilz e n
Zonne b ek e
Le de ge m
H ar e lbe k e
Zott eg e m H er z ele
Lie de k er k e Te r na t
Gla bbe e k
Le uv e n
Ie p er
K
ort
e
s
se
m
K uur ne
Oude n aa r de
K ra a ine m
B er te m
H oe se lt
D ilb ee k
D ee r lijk
We lle n
Zout le e uw
R oos da a l
A nze ge m Wor te ge m - Pe te g em
We v e lg e m
We ze m b ee k -O ppe m
B ie r be e kB oute r s e m
N in ov e
H ore b ek e
Linte r
We r vik
Te r v ur en Oud- H e ve r le e
Le nnik
Tien e n
R ie m st
Lie rde
D rog e nbos
B org loon
Me ne n K ort rijk
Ma a r k ed a l B ra k e l
Zwe v e ge m
H ulde nbe r g
H eu ve lla nd
Av e lge m K lu isb e rg en
Sint -Tr uide n
Ton ge r en
Ge ra a r ds be r ge n
Gooik Sint -P iet e rs -L e eu w
H oe ga a rd en
Ov e rijs e
Me s e n
Link e be e k
H oe ila a r t
La nde n
H ee r s
Voe re n
R ons e
Ga lm a a rd en
B ee r s e lSint -Ge ne s ius - R ode
Pe ping e n
Ginge lom
Spie r e -H e lk ijn
H er s ta pp e
H alle
H er ne
B ev e r
Oos te nd e
Oude n bur g Ja bb e ke
Ma lde ge m
Sint -Gillis -W aa s
A ss e ne de
Ste k e ne
K ap rijk e
Ze lza te
Ee k lo
Wa c hte be k e Mo er be k e
Sint -N ik la as
Wa a rs c hoo t
Zwijnd re c ht
Wijne ge m
Lom m e l
Constructieve benadering overheidsopdrachten Huur/Koop: bedekking Vlaanderen.
Ü
Es s e n
K alm thou t
K nok k e -H e is t
D e H a a n Zuie nk e rk e
B re de ne
B rug ge
Oos te nd e
Wuus t we ze l
Sta b ro ek K ap elle n
B ra s s c ha a t
B la n ke n be rg e
Sint -La ur e ins
D am m e
B ev e r e n
B aa r le -H e r tog
B aa r le -H e r tog
H oogs tr a te n
B re c ht
B aa r le -H e r tog
R av e ls
Me r k s pla s
R ijk e v or s e l
Ma lle
Sc hot e n
A ntwe r pe n
Sc hilde Zoe r se l
A re nd onk
Tur nh out
Oud- Tu rn hout
B ee r s e
Vos s ela a r
Lille
R et ie
K as t er le e
D es s e l
Mo l
H am ont- A c he l
N ee r pe lt
Za ndho ve n Vor se la a r
Wom m elg em
Ov e rp elt
R an st
B oc holt
Mo rt se l
Gr obbe nd onk
Midd e lke r k e
Ge e l
Ede ge m B oe ch out
H er e nt als Ole n
B
ale
n
K
ruib
e
ke
B
ee
r
ne
m
Gis te l
B re e
N ijle n
K in ro oi
H ov e
Ev e r ge m
H ec ht e l-E ks e l
N ie u wpoo rt
H er e nt hout
K ne ss e la r e
Ze de lge m
Te m s e
A ar ts e la a r
Pe e r
Zom e r ge m
K ok sijd e
Me e r hout
Oos tk a m p
K ontic h Lint
Lie r
Le opold sb ur g
Sc he lle
Lok e re n Wa a sm uns te r
Ic h te ge m
Ma
a
s
e ik
N ie l
B er la a r
We s te r lo
Lov e nde ge m
Loc hr is ti
H am
D uffe l
B orn e m
D e P a nne
K oe ke la r e
B oom R um s t
H uls hout
Me e uw e n-G ruit ro de
A alt e r
La ak d al
H am m e
Tor ho ut
Ge nt
Sint
-K
a
te
lijne
-W
av
e
r
H
eis
t
-opde
n-B
e
r
g
B er ing en
Ze le
Puu rs
N ev e le
Ve ur ne
Winge n e R uis ele de
Put te
Te s s e nde r lo
D ik s m u ide
Sint -A m a nd s Wille br oe k
H outh ale n- H e lch te r en
H er s e lt
D ils e n- St ok k em
D es t elb er ge n La ar ne B er la r e
K ort e m a rk Lic hte r v eld e
Opgla bb e ek
D en de rm onde
Me c he le n
H eu sd e n-Zo lde r
B onhe ide n
As
Sint
-M
a
rt
en
s
-La
te
m
B ugge nh out Londe r z ee l
Tielt
B eg ijn e ndijk
Pitt e m
K
ee
r
be
r
ge
n
D
ie
s
t
Lum
m
e
n
Tr e m e lo
Zonho v en
H oogle de
Me lle We tte r e n Wic he le n
K ap elle - op-d en -B os
D ein ze
D e P inte
A lv e r inge m
A rdo oie
Le bbe k e
Ze m s t B oor tm e e r be e k
A ar s c hot Sc he r pe nhe u ve l- Zic he m
Me r e lbe k e
Ma a s m e c he le n
Ge nk
Lo-R e nin ge H outh uls t
Me is e
Opw ijk
Le de
H aa c ht R ots e la ar
N az a re t h
Sta d en
Me ule be k e D en te r ge m
Me r c hte m
A als t
R oe se la r e
Gr im be r ge n
Zulte
K am pe nhou t
B ek k e v oor t H ale n
Oos te r ze le
H as s e lt
Zute nd a al
In ge lm uns t er
Vilv oor de
Iz e ge m
Vle te r e n La nge m a r k -P oe lka p elle
Ga v e re
H er k -d e- St a d
Wie ls be k e
K ruis h oute m
Er pe -M e r e
H ols be e kTielt -Win ge
D ie p en be e k
Ste e no k ke r ze e l
H er e nt
La na k en
Oos tr oz e be k e
Zinge m Sint -Lie v e ns -H ou te m
A fflige m A ss e We m m e l
K ort e na k en Ge e tbe ts
Mo ors le de
Le nde le de
H
aa
lt
er
t
D
en
de
rle
e
uw
K
ort
e
nbe
r
g
Wa
re
ge
m
Za ve n te m
Lubbe e k
A lk e n
Pop er ing e
Zwa lm
N
ie
u
we
r
ke
r
k
e
n
B ilz e n
Zonne b ek e
Le de ge m
H ar e lbe k e
Zott eg e m H er z ele
Gla bbe e k
Lie de k er k e Te r na t
Le uv e n
Ie p er
K
ort
e
s
se
m
K uur ne
Oude n aa r de
K ra a ine m
B er te m
H oe se lt
D ilb ee k
D ee r lijk
We lle n
Zout le e uw
R oos da a l
A nze ge m Wor te ge m - Pe te g em
We v e lg e m
We ze m b ee k -O ppe m
B ie r be e k B oute r s e m
N in ov e
H ore b ek e
Te r v ur en
Linte r
We r vik
Le nnik
Oud- H e ve r le e
Tien e n
R ie m st
Lie rde
D rog e nbos
B org loon
Me ne n K ort rijk
Ma a r k ed a l B ra k e l
Zwe v e ge m
H ulde nbe r g
H eu ve lla nd
Av e lge m K lu isb e rg en
Sint -Tr uide n
Gooik Sint -P iet e rs -L e eu w
Ton ge r en
Ge ra a r ds be r ge n
H oe ga a rd en
Ov e rijs e
Me s e n
Link e be e k
La nde n
H oe ila a r t
H ee r s
Voe re n
R ons e
Ga lm a a rd en
B ee r s e l Sint -Ge ne s ius - R ode
Pe ping e n
Ginge lom
Spie r e -H e lk ijn
H er s ta pp e
H alle
H er ne
B ev e r
Oude n bur g Ja bb e ke
Ma lde ge m
Sint -Gillis -W aa s
A ss e ne de
Ste k e ne
K ap rijk e
Ze lza te
Ee k lo
Wa c hte be k e Mo er be k e
Sint -N ik la as
Wa a rs c hoo t
Zwijnd re c ht
Wijne ge m
Lom m e l
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 1010 De Ideale Woning - Antwerpen.
Kalmthout
Stabroek
Kapellen
Malle
Schoten
Antwerpen
Womm elgem
Borsbeek
Ranst
Mortsel
Edegem
Aartselaar
Hove
Kontich
Niel
Rumst
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 1065 A.B.C. - Antwerpen.
Antwerpen
Gent
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 1140 Woonhaven Antwerpen - Antwerpen.
Antwerpen
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 1150 Volkswoningen van Duffel - Duffel.
Kontich
Duffel
Sint-Katelijne-Waver
Mechelen
Bonheiden
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 1160 Mij. voor de Huisvesting van het Kanton
Heist-op-den-Berg - Heist-op-den-Berg.
Heist-op-den-Berg
Putte
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 1170 Eigen Haard - Herentals.
Herentals
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 1200 Lierse Mij. voor de Huisvesting - Lier.
Ranst
(Ranst, Broechem en Emblem)
Lier
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 1230 Molse Bouwmaatschappij voor
de Huisvesting - Mol.
Mol
Balen
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 1256 Eigen Woning - Puurs.
Bornem
Puurs
Sint-Am ands
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 1290 De Ark - Turnhout.
Baarle-Hertog
Hoogstraten
Baarle-Hertog
Ravels
Baarle-Hertog
Merksplas
Rijkevorsel
Turnhout
Beerse
Arendonk
Oud-Turnhout
Vosselaar
Mol
Retie
Lille
Kasterlee
Dessel
Balen
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 1310 De Voorkempen H.E. - Brecht.
Wuustwezel
Brecht
Brasschaat
Schilde
Zoersel
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 2010 Samenwerkende Mij. voor
Goedkope Woningen - Aarschot.
Aarschot
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 2228 Providentia - Asse.
Londerzeel
Kapelle-op-den-B os
Opwijk
Affligem
Liedekerke
Roosdaal
Gooik
Galmaarden
Bever
Zemst
Merchtem
Asse
Meise
Grimbergen
Boortmeerbeek
Kam penhout
Wemm el
Dilbeek
Linkebeek
Overijse
Herne
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 2250 Diest-Uitbreiding - Diest.
Diest
Scherpenheuvel-Zichem
Bekkevoort
Kortenaken
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 2290 Gewestelijke Mij. voor Volkshuisvesting
Sint-Pieters-Leeuw.
Kam penhout
Liedekerke
Ternat
Lennik
Drogenbos
Sint-P ieters-Leeuw
Gooik
Hoeilaart
Pepingen
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 2351 Volkswoningbouw - Herent.
Begijnendijk
Trem elo
Haacht
Herent
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 2420 Dijledal - Leuven.
Holsbeek
Leuven
Bierbeek
Boutersem
Oud-Heverlee
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 2600 Elk zijn Huis Gewestelijke Maatschappij
voor de Huisvesting Tervuren.
Steenokkerzeel
Zaventem
Kortenberg
Kraainem
Bertem
Tervuren
Huldenberg
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 2610 Huisvesting Tienen - Tienen.
Glabbeek
Tienen
Hoegaarden
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 3070 Brugse Mij. voor Huisvesting - Brugge.
Brugge
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 3100 Vivendo - Brugge.
Knokke-Heist
Blankenberge
De Haan
Zuienkerke
Dam me
Brugge
Jabbeke
Beernem
Zedelgem
Ichtegem
Torhout
Oostkamp
Wingene
Ruiselede
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 3200 Ons Onderdak - Ieper.
KROMBEKE
POPERINGE / ABELE
IEPER
VLAMERTINGE
VOORMEZELE
ZANDVOORDE
HOLLEBEKE
WESTOUTER
KEMMEL
LOKER
NIEUWKERKE
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 3220 Izegemse Bouwmaatschappij - Izegem.
Izegem
(Izegem, Emelgem en Kachtem)
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 3230 - Goedkope Woning - Kortrijk.
Kortrijk
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 3315 De Gelukkige Haard - Oostende.
Bredene
Oostende
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 3320 De Oostendse Haard - Oostende.
Bredene
Oostende
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 3410 Helpt Elkander - Waregem.
Pittem
Tielt
Ardooie
Dentergem
Zulte
Wielsbeke
Waregem
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 3421 De Leie - Wervik.
Wervik
Kortrijk
He uvella nd
Avelgem
Mesen
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 3440 Eigen Haard - Zwevegem.
Anzegem
Kaster
Kerkhove
Zwevegem
Avelgem
Spiere-Helkijn
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 4090 - Meetjeslandse Bouwmaatschappij
voor Volkswoningen - Eeklo.
Sint-Laureins
Assenede
Maldegem
Kaprijke
Eeklo
Waarschoot
Knesselare
Evergem
Zom ergem
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 4140 De Gentse Haard - Gent.
Gent
Destelbergen
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 4150 WoninGent - Gent.
Gent
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 4160 Volkshaard - Gent.
Sint-Laureins
Kaprijke
Maldegem
Eeklo
Wachtebeke
Waarschoot
Evergem
Lochristi
Lovendegem
Aalter
Gent
Nevele
Destelbergen
Sint-Martens-Latem
Deinze
Merelbeke
Nazareth
Zulte
Melle
De Pinte
Gavere
Oosterzele
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 4200 SHM Denderstreek - Aalst.
Lebbeke
Lede
Oosterzele
Aalst
Sint-Lievens-Houtem
Erpe-Mere
Haaltert
Zottegem
Denderleeuw
Herzele
Ninove
Lierde
Geraardsbergen
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 4230 Merelbeekse Sociale Woningen
Merelbeke.
Gent
Merelbeke
Oosterzele
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 4240 Ninove-Welzijn - Ninove.
Zottegem
Ninove
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 4300 Gewestelijke Maatschappij voor
Volkswoningen van Sint-Gillis-Waas.
Sint-Gillis-Waas
Stekene
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 4310 - Sint-Niklase Mij. voor de
Huisvesting - Sint-Niklaas.
Nieuwkerken-Waas
Sinaai
Belsele
Sint-Niklaas
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 4320 Bouwmaatschappij van Temse.
Temse
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 7000 Kantonale Bouwmaatschappij voor
Huisvesting - Beringen.
Leo pold sb urg
Ham
Beringen
Tessen derlo
(u itgezond erd Hulst)
Heusden -Zold er
Lum men
Halen
Herk-de-Stad
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 7030 Nieuw Dak - Genk.
Opglabbeek
As
Genk
Zutendaal
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 7050 Hasseltse Huisvestingsmaatschappij
Hasselt
Hasselt
Diepenbeek
Wellen
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 7055 - Cordium - Hasselt.
Hasselt
deelgem. Kermt
Alken
Kortessem
deelgem. Kortessem
Bilzen
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 7064 Kempisch Tehuis
Houthalen-Hechteren.
Ham ont-Achel
Neerpelt
Lom mel
Overpelt
Hechtel-E ksel
Bocholt
Bree
Peer
Meeuwen-Gruitrode
Houthalen-Helchteren
Zonhoven
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 7070 Ons Onderdak - Maaseik.
Bree
Kinrooi
Maaseik
Meeuwen-Gruitrode
Dilsen-Stokkem
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 7090 Nieuw Sint-Truiden - Sint-Truiden.
Nieuwerkerken
Sint-Truiden
Gingelom
Binderveld
Nieuwerkerken-centrum
Wijer
Kozen
Borlo
Buvingen
Sint-Truiden centrum
Halmaalbuurt
Nieuw-Sint-Truiden
Sint-Pieter
Aalst
Duras
Gelinden
Groot Gelmen
Velm
Wilderen
Zepperen
Brustem
Gingelom centrum
Jeuk
Kortijs
Montenaken
Niel
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 7110 Woonzo - Tongeren.
Riemst
Borgloon
Tongeren
Heers
Voeren
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 9520 - Klein Brabant - Puurs.
Hingene
Weert
Bornem
Mariekerke
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 9530 Sociale Bouw- en Kredietmaatschappij
Arro Antwerpen - Antwerpen.
Essen
Kalmthout
Stabroek
Wuustwezel
Brecht
Kapellen
Brasschaat
Schoten
Antwerpen
Malle
Schilde
Zoersel
Wijnegem
Zwijndrecht
Womm elgem
Borsbeek
Mortsel
Edegem
Zandhoven
Ranst
Boechout
Hove
Hem iksem
Aartselaar
Kontich Lint
Schelle
Niel
Boom
Rumst
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 9540 - Gewestelijke Maatschappij voor de
KLE van Mechelen en omstreken - Mechelen.
Nijlen
Lier
Duffel
Willebroek
Berlaar
Heist-op-den-Berg
Sint-Katelijne-Waver
Putte
Mechelen
Bonheiden
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 9710 Vooruitzien - Beringen.
Leopoldsburg
Ham
Beringen
Tessenderlo
Houthalen-Helchteren
Heusden-Zolder
Lum men
Zonhoven
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 9780 Kleine Landeigendom - Tongeren.
Maasm echelen
Halen
Herk-de-Stad
Hasselt
Lanaken
Nieuwerkerken Alken
Wellen
Sint-Truiden
Kortessem
Hoeselt
Bilzen
Riemst
Borgloon
Tongeren
Gingelom
Heers
Voeren
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 9830 - Het Volk - Gent.
Sint-Laureins
Assenede
Kaprijke
Maldegem
Wachtebeke Moerbeke
Waarschoot
Knesselare
Zelzate
Eeklo
Evergem
Zom ergem
Lochristi
Lovendegem
Aalter
Gent
Nevele
Destelbergen
Sint-Martens-Latem
Deinze
Merelbeke
Nazareth
Zulte
Melle
De Pinte
Gavere
Oosterzele
­
Constructieve benadering overheidsopdrachten.
SHM 9850 Waasse Landmaatschappij
Sint-Niklaas.
Beveren
Sint-Gillis-Waas
Stekene
Sint-Niklaas
Kruibeke
Temse
Lokeren
­
BIJLAGE 7 bij B.b. – f1
Lokale woonbehoeften met opgave
van de woningtypologie
CBO Nr.9
Nr SHM
1010
1065
1140
1150
1160
1170
1200
1230
1256
Naam en zetel SHM
Werkgebied
De Ideale Woning - Antwerpen zie bijlage
Woonbehoeften
zie bijlage
A.B.C. - Antwerpen
stad Antwerpen + stad
Gent
appartementen met 1 tot 3
slaapkamers, type 1/2 - 3/5 3/6, uitzonderlijk app 4
slaapkamers
Woonhaven Antwerpen Antwerpen
Volkswoningen van Duffel -
het hele werkgebied
GEEN studio's
het hele werkgebied
Duffel
Mij voor de Huisvesting van het het hele werkgebied
Kanton Heist-op-den-Berg Eigen Haard - Herentals
het hele werkgebied
Lierse Mij. Voor de Huisvesting - Lier en Ranst (Ranst,
Lier
Broechem en Emblem)
Molse Bouwmaatschappij voor het hele werkgebied
de Huisvesting - Mol
Eigen Woning - Puurs
het hele werkgebied
vooral type 1/2 & type 2/3
1290
1310
De Ark - Turnhout
het hele werkgebied
De Voorkempen H.E. - Brecht
2010
Brasschaat, Brecht,
Schilde, Wuustwezel,
Zoersel
het hele werkgebied
Samenwerkende Mij voor
Goedkope Woningen - Aarschot
Providentia - Asse
zie bijlage
Diest-Uitbreiding - Diest
het hele werkgebied
2228
2250
2290
2351
2420
2600
zie bijlage
zie bijlage
GEEN appartementen met 3 of
meer slaapkamers
Gewestelijke Mij voor
Sint-Pieters-Leeuw,
2/3 + 2/4 appartementen
Volkshuisvesting - Sint-Pieters- Pepingen, Kampenhout, 3/5 + 2/4 woningen
Leeuw
Liedekerke, Drogenbos,
Gooik, Ternat, Lennik &
Hoeilaart
Volkswoningbouw - Herent
het hele werkgebied
Dijledal - Leuven
het hele werkgebied
Elk zijn Huis Gewestelijke
Maatschappij voor de
Huisvesting Tienen - Tienen
het hele werkgebied
Brugse Maatschappij voor
Huisvesting - Brugge
het hele werkgebied
bij appartementen GEEN
studio's of meer dan 3
slaapkamers, max 5% type 1/2
3100
Vivendo - Brugge
het hele werkgebied
appartementen met 2
slaapkamers voor 3 personen,
1slaapkamerapp enkel als
configuratie bouw dit vereist
3200
3220
Ons onderdak - Ieper
zie bijlage
zie bijlage
Izegemse Bouwmaatschappij Izegem
Izegem + Emelgem +
Kachtem
voorkeur ééngezinswoningen
2/3 slaapkamers
2610
3070
het hele werkgebied
3230
Goedkope Woning - Kortrijk
3315
3320
De Gelukkige Haard - Oostende het hele werkgebied
De Oostendse Haard Oostende
Oostende + Bredene
3410
Helpt Elkander - Waregem
3421
De Leie - Wervik
Waregem + Wielsbeke + zie bijlage
Dentergem + Tielt
+Pittem + Ardooie +
Zulte
het hele werkgebied
nieuwbouw en/of
inbereidingsgerichte projecten
van max 10
woongelegenheden met vooral
1 of 2 slaapkamers - zonder
gemeenschappelijke
ruimten/installaties & leiften
3440
Eigen Haard - Zwevegem
Zwevegem +
deelgemeenten,
Anzegem + Kaster,
Avelgem + Kerkhove,
Spiere-Helkijn
max 10 wooneenheden met
vooral 1/2 slaapkamers zonder
gemeenschappelijke ruimtes,
installaties of liften
4090
Meetjeslandse
Bouwmaatschappij voor
De Gentse Haard - Gent
zie bijlage
zie bijlage
Gent + Destelbergen
WoninGent - Gent
het hele werkgebied
Volkshaard - Gent
het hele werkgebied
SHM Denderstreek - Aalst
het hele werkgebied
4140
4150
4160
4200
4230
4240
4300
4310
4320
7000
7030
7050
Kortrijk
Vooral appartementen type
2/3, aangevuld met andere
appartementsgebouwen. Voor
grondgebonden woningen
types met 3 of 4 slaapkamers.
3/4de 1
slaapkamerappartementen
eventueel aangevuld met 2
slaapkamerapp
voornamelijk 2
slaapkamerentiteiten
Merelbeekse Sociale Woningen - het hele werkgebied
Merelbeke
Ninove-Welzijn
- Ninove
het hele werkgebied
Gewestelijke Maatschappij voor Stekene +
Volkswoningen van St.-Gillisdeelgemeenten & SintWaas - Sint-Gillis-Waas
Gillis-Waas +
deelgemeenten
Sint-Niklase Mij voor de
Sint-Niklaas+Belsele+
Huisvesting - Sint-Niklaas
Niewkerken+Sinaai
Bouwmaatschappij van Temse - het hele werkgebied
Temse
Kantonale Bouwmaatschappij het hele werkgebied
zie bijlage
van Beringen voor Huisvesting - uitgezonderd Hulst
Nieuw Dak - Genk
zie bijlage
zie bijlage
Hasseltse
Huisvestingsmaatschappij -
Hasselt + Diepenbeek + 1 & 2 slaapkamerwoningen
Wellen
7055
CORDIUM - Hasselt
Alken, Bilzen, Hasselt,
maar enkel
deelgemeente Kermt,
Kortessem
7064
7070
Kempisch Tehuis - HouthalenHelchteren
Ons Dak - Maaseik
het hele werkgebied
het hele werkgebied
huis of app met 1 en meest
met 2 slaapkamers
7090
7110
9520
Nieuw Sint-Truiden - SintTruiden
Woonzo - Tongeren
zie bijlage
zie bijlage
zie bijlage
Klein Brabant - Puurs
Bornem + alle
deelgemeenten
9530
het hele werkgebied
9540
Sociale Bouw- en
Kredietmaatschappij Arro
Gewestelijke Maatschappij voor
de KLE van Mechelen en
omstreken - Mechelen
Berlaar, Bonheiden,
Duffel, Heist-op-denBerg- Lier, Mechelen,
Nijlen, Putte, SintKathelijne-Waver,
Willebroek
grondgebonden
ééngezinswoningen
voornamelijk woningen type
3/5 met enkele 4/6 eventueel
hoeksgebonden met enkele
appartementen in een
kleinschalige blok type
2/3,2/4,3/4,3/5
9710
Vooruitzien - Beringen
type 2/4 & 2/3
9780
Kleine Landeigendom Tongeren
Tessenderlo, Ham,
Leopoldsburg,
Beringen, Lummen,
Heusden-Zolder,
Zonhoven, Houthalenhet hele werkgebied
uitgezonderd
Herstappe
9830
9850
Het Volk - Gent
het hele werkgebied
Waasse Landmaatschappij Sint-Niklaas
Stekene, Sint-GillisWaas, Temse, Kruibeke
/ Lokeren, Sint-Niklaas,
Beveren
het hele werkgebied
Appartementen en
duplexappartementen van
type 1/2 tot en met 3/5. Liefst
geen grondgebonden
woningen
type 3/4 of 3/5 en type 2/3 liefst geen appartementen,
duplexen mag wel
woningen 3 slaapkamers appartementen 1/2/3
slaapkamers
gemeenten: type 3/5 ook
kleinschalige
appartementsbouw (max 8 ) +
steden ook andere typologieën
maar GEEN 1 slaapkamer
woningen
CBO Nr.9 en volgende CBO-procedures: OVEREENKOMST VAN LASTGEVING
TUSSEN PARTIJEN:
1. De sociale huisvestingsmaatschappij……………………………………………………………..,
met maatschappelijke zetel te ……………………………………, ingeschreven in het
rechtspersonenregister
te……………………………………..……………………
onder
het
ondernemingsnummer…………….……, vennootschap erkend door de VSMW onder
nummer
.………..;
hier
vertegenwoordigd
door
……………………………..
.……………………………………, optredend overeenkomstig artikel ……………..van de
statuten van de vennootschap in zijn/haar hoedanigheid van ………………………..
- hierna genoemd “lastgever” en
2. De Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen, met maatschappelijke zetel te
1000 Brussel, Koloniënstraat 40, burgerlijke vennootschap onder de vorm van een
naamloze vennootschap en ingeschreven in het rechtspersonenregister te Brussel
onder het ondernemingsnummer BTW BE 0236 506 487; hier vertegenwoordigd
door de heer Forier Ben, Gedelegeerd Bestuurder, optredend overeenkomstig
artikel 29 van de statuten van de VMSW
- hierna genoemd “lasthebber” -
PREAMBULE :
Er blijft een duidelijk tekort aan sociale woningen. Daarom wordt het aantal
woningen stelselmatig en progressief verhoogd en wordt het bedrag in de
begroting voor sociale woningen opgetrokken zodat een aantal bijkomende
woningen worden gerealiseerd.
Hiertoe zullen ook de komende jaren in duidelijk omschreven regio’s
onderhandelingsprocedures
met
voorafgaande
bekendmaking
worden
georganiseerd met het doel verwerving van de grond, het ontwerp en de opbouw
van de woongelegenheden gezamenlijk te realiseren.
Deze onderhandelingsprocedures bevatten drie opeenvolgende fasen die duidelijk
omschreven worden in het Bijzonder Bestek VM/B 2013 en meer bepaald in de
‘Bijzondere beschrijving voor fase 1’ die integrerend en onlosmakelijk deel
uitmaakt van deze overeenkomst.
Met het oog op de verwezenlijking van het woonbeleid van de Vlaamse regering
en rekening houdend met de decretale en statutaire opdracht van de VMSW die
haar gebiedt de sociale huisvestingsmaatschappijen te ondersteunen bij de
uitvoering van het investeringsprogramma, en die haar opdraagt om periodiek
oproepen te lanceren tot private actoren om CBO-projectvoorstellen in te dienen,
1
neemt zij de taak op
onderhandelingsprocedures.
zich
om
begeleiding
te
voorzien
in
deze
WORDT HET VOLGENDE OVEREENGEKOMEN :
Artikel 1 : omvang en voorwerp van de lastgeving.
Deze lastgeving is juridisch een uitdrukkelijk of gespecificeerd mandaat verleend
door de lastgever aan de lasthebber in die zin dat de lastgever zonder enig
voorbehoud aan de lasthebber de macht en bevoegdheid toekent om in het kader
van de uitvoering van deze lastgeving naast de gebruikelijke daden van beheer
ook alle mogelijke daden van beschikking te treffen mocht hiertoe in concreto
voor de goede uitvoering van de opdracht reden of behoefte toe bestaan.
De lastgever geeft aan de lasthebber mandaat om in het kader van de in de
preambule geschetste beleidsoptie en de geschetste onderhandelingsprocedure
met bekendmaking in overeenstemming met de wetgeving inzake
overheidsopdrachten fase 1 en fase 2 van de CBO-onderhandelingsprocedures te
voeren die worden opgestart in de jaren 2014 tot en met 2018, en hiervoor alle
nodige schikkingen te nemen.
In bijlage 1 wordt het verloop van de onderhandelingsprocedure CBO Nr.9
geschetst. De lasthebber verbindt zich ertoe om de respectievelijke tijdschema’s
voor de onderhandelingsprocedure ten gepaste tijde en uiterlijk 30 kalenderdagen
vóór de verzending van de aankondiging van opdracht in verband met deze
onderhandelingsprocedures, ter beschikking te stellen van de lastgever. In
voorkomend geval zal de lasthebber, de lastgever binnen dezelfde termijn
eveneens in kennis stellen van de aangepaste Bijzondere beschrijving voor fase 1
van het Bijzonder Bestek VM/B 2013.
De eigenlijke gunning van de opdracht (dit wil zeggen de kennisgeving waardoor
de overeenkomst wordt gesloten) alsmede de koopovereenkomst voor de grond
zullen evenwel rechtstreeks door de lastgever worden gesloten.
Alle stappen die de lasthebber optioneel voor het adequaat sturen van deze twee
fasen in de onderhandelingsprocedure wil ondernemen kunnen door haar
discretionair worden gezet.
Het mandaat van de lasthebber eindigt na fase 2 van de CBOonderhandelingsprocedure nadat een rangschikking van de overgebleven
inschrijvers werd gemaakt en nadat in het kader van het beschikbaar budget de
inschrijvers werden aangeduid die tot fase 3 worden toegelaten, behoudens de
hierna bepaalde uitzondering waarvan sprake in artikel 5 van onderhavige
overeenkomst.
De lastgever stemt er bovendien mee in dat de lasthebber met het oog op de in
de preambule beschreven beleidsoptie discretionair zal beslissen of een
aanvaarde offerte al of niet aan haar zal worden toegekend dan wel aan een
andere door de lasthebber aan te duiden sociale huisvestingsmaatschappij .
Artikel 2 : lastgeving om niet.
2
Partijen gaan deze lastgeving ten kosteloze titel aan. Enig loon voor deze
lastgeving is derhalve door de lastgever aan de lasthebber niet verschuldigd.
Bovendien is de lastgever en dit in afwijking van het bepaalde in artikelen 1999,
eerste lid en 2001 van het Burgerlijk Wetboek tot geen enkele terugbetaling
verschuldigd van de door de lasthebber gedane voorschotten en kosten ongeacht
hun aard en omvang.
Bovendien zijn de verliezen die de lasthebber ten gevolge van de uitvoering van
deze lastgeving zou lijden voor uitsluitende rekening van de lasthebber zonder dat
de lastgever hiervoor enige verplichting tot schadeloosstelling draagt, en dit in
afwijking van het bepaalde in artikel 2000 van het Burgerlijk Wetboek.
Artikel 3 : aansprakelijkheid lasthebber.
Hoewel het mandaat van de lasthebber ten kosteloze titel wordt uitgevoerd zal
deze uitsluitend de risico’ s inherent aan de uitvoering van deze lastgeving dragen
en dit tijdens de hele duur van het mandaat zonder enige mogelijkheid tot
endossering van een geheel of een gedeelte van deze risico’s aan zijn
opdrachtgever (de lastgever).
Aldus zullen alle eventuele geschillen die uit de uitvoering van deze lastgeving
met derden kunnen resulteren uitsluitend door de lasthebber worden gevoerd die
bovendien alle honoraria, kosten en veroordelingen tot schadevergoeding zal
dragen zonder hiervoor op enigerlei mate vrijwaring of regres opzichtens de
lastgever te kunnen inroepen of uitoefenen ; mogelijkheden waarvan hij
uitdrukkelijk afziet.
Deze aansprakelijkheid neemt vanzelfsprekend een einde bij de beëindiging van
het mandaat.
Artikel 4 : rekening afleggen.
De lasthebber zal voor elke gevoerde onderhandelingsprocedure rekenschap
dienen te geven van de uitvoering van zijn opdracht aan de lastgever na de
beëindiging van de eerste fase alsmede na afsluiting van de tweede fase.
Aangezien het mandaat van de lasthebber op de meest volstrekte wijze om niet is
en bovendien de tenlasteneming van alle mogelijke kosten (lonen,
verplaatsingskosten, publicatiekosten enz.. ) impliceert als onderdeel van de
ondersteuning en begeleiding die hij aan de lastgever op grond van de Vlaamse
Wooncode verschuldigd is, dient hij geen verantwoording af te leggen van al
hetgeen hij krachtens zijn mandaat ontvangen heeft vermits geldstromen van de
lastgever naar de lasthebber toe op grond van de eigen administratiefrechtelijke
aard van deze lastgeving uitgesloten zijn en dus zonder voorwerp.
Artikel 5: einde lastgeving.
Dit contract van lastgeving zal van rechtswege en zonder ingebrekestelling een
einde nemen na fase 2 van de laatste opgestarte CBO-procedure in 2018.
De lastgever kan dit contract van lastgeving evenwel voortijdig beëindigen. De
lastgever dient daartoe de lasthebber per aangetekend schrijven in kennis te
3
stellen uiterlijk 10 kalenderdagen vóór de verzending van de aankondiging van
opdracht betreffende de op dat ogenblik op te starten onderhandelingsprocedure.
Onderhavige lastgeving zal dan bijgevolg geacht te zijn beëindigd na fase 2 van de
op het ogenblik van de opzegging gevoerde onderhandelingsprocedure, nadat een
rangschikking van de overgebleven inschrijvers werd gemaakt en nadat in het
kader van het beschikbaar budget de inschrijvers werden aangeduid die tot fase 3
worden toegelaten.
Aldus in tweevoud opgemaakt te …….…………………… op ……………..
Dhr. Forier Ben,
Gedelegeerd bestuurder
Dhr./Mevr………………………… *
( * Gelieve boven uw handtekening de met de hand geschreven woorden :
“Gelezen en goedgekeurd” te plaatsen)
4
VMSW - Cel overheidsopdrachten
FORMULIER I 2013
Volgnummer bij de
opening der offertes:
INSCHRIJVINGSBILJET
Aannemingsovereenkomst(en) inzake: GRONDVERWERVING, ONTWERP EN OPBOUW1
van ……………………………………………………………………………………………
Datum: .........................
Parafen:
Wijze van gunning:
Open aanbesteding
Open offerteaanvraag
Onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking
Beperkte aanbesteding
Beperkte offerteaanvraag
ONDERHANDELINGSPROCEDURE MET
BEKENDMAKING
De inschrijver (firma)2
....................................................................................................................,
hierbij vertegenwoordigd door .........................................................................................................,
beroep of hoedanigheid3
..................................................................................................................,
adres ........................................................................................................................................,
ingeschreven in het rechtspersonenregister met ondernemingsnummer ........................................................,
verklaart genoegzaam kennis te hebben genomen van de stukken van de opdracht(en) en de bepalingen en de
voorwaarden ervan formeel te aanvaarden.4
Zo mijn bieding weerhouden wordt slaat het voorgaande op de grondprijs en de forfaitaire prijs van de totaliteit
van de opbouw die in het kader van deze onderhandelingsprocedure in fase 3 bepaald zal worden tussen de
partijen.
Deze prijzen zullen eventueel kunnen verbeterd worden volgens de modaliteiten die zijn bepaald in het KB van 15
juli 2011.
De punten A tot I zijn door ons gelezen, goedgekeurd en waar nodig aangevuld (zie ook ommezijde).
A.
1
2
3
4
Nationaliteit: ..................................................................
Het voorwerp van de opdracht en het aantal betrokken woningen vermelden.
Exacte juridische vorm en volledig naam van de firma/vennootschap
Bv. Directeur van een vennootschap
In geval van meerdere inschrijvers zijn deze hoofdelijk en ondeelbaar gehouden tot de nakoming van de volledige verbintenis.
VM/B 2013
versie 14/01/2014
1
VMSW - Cel overheidsopdrachten
B.
Inlichtingen betreffende de erkenning (valse verklaringen betreffende de erkenning kunnen de sancties bepaald
in artikel 19 van de wet van 20 maart 1991 tot gevolg hebben):
1)
De erkenning stemt wel/niet2 overeen met de (onder-)categorie en klasse bepaald door het bestek en
het (doorslaggevend) bedrag van de offerte.
Rekening houdend met de stand van de aan gang zijnde aannemingen zal het maximumbedrag van
gelijktijdig uit te voeren werken, vastgesteld voor de verkregen erkenningsklasse, door de gunning van
de opdracht wel/niet2 worden overschreden.
2)
De bewijzen van erkenning in een andere EU-lidstaat en van gelijkwaardigheid van die erkenning, zijn
wel/niet5 bij deze offerte gevoegd.
3)
De bewijzen dat aan de voorwaarden voor erkenning is voldaan, zijn wel/niet3 bij deze offerte gevoegd.
Ik verklaar over volgende erkenningen te beschikken:
(onder)categorie
klasse
4)
Andere meldingen betreffende de erkenning : ........................................................................
..................................................................................................................................
C.
BTW-nummer: . . . - . . . - . . .
D.
Rekening nr. ...................................... bij ................................................... (financiële instelling).
De uit hoofde van deze aanneming(en) verschuldigde sommen kunnen op geldige wijze gestort worden op deze
rekening.
E.
Conform art. 81, 5° van het KB van 15 juli 2011 wordt aan de inschrijving een lijst toegevoegd met alle in dit
artikel vermelde elementen aangaande de oorsprong van de te leveren producten en de te verwerken
materialen die afkomstig zijn van buiten de Europese Unie.
F.
De inschrijver verklaart bij de RSZ geïmmatriculeerd te zijn onder het nr. ...............................................
Wij verlenen aan de opdrachtgever en de VMSW machtiging om bij derden en openbare besturen alle nuttige
inlichtingen op financieel, technisch of moreel gebied over onze persoon/firma in te winnen.
G.
De inschrijver verklaart zich niet in een toestand van uitsluiting te bevinden, zoals bedoeld in artikel 61 § 1 en
§ 2 van het KB van 15 juli 2011. De aanbestedende overheid houdt zich het recht voor om de attesten die de
niet-uitsluiting bewijzen in elk stadium van de gunningsprocedure op te vragen.
H.
De inschrijver verklaart zich niet in een toestand van belangenvermenging te bevinden, zoals bedoeld in art. 64
van het KB van 15 juli 2011.
Opgemaakt te ............................................. op ............................. 20......
De inschrijver(s),6
5
6
De niet passende vermeldingen doorhalen.
Al de partners van een tijdelijke vereniging moeten het formulier ondertekenen, inclusief de bijlagen. Zij zullen in hun offerte de persoon aanwijzen die ermee
belast is de vereniging tegenover de opdrachtgever te vertegenwoordigen.
VM/B 2013
versie 14/01/2014
2
VMSW - cel overheidsopdrachten
INLICHTINGEN VOOR DE INSCHRIJVERS
1. Inschrijvingsformulier I 2013
1.1
Maak uitsluitend gebruik van het formulier "I 2013" waarvan een
exemplaar bij het bijzonder bestek gevoegd is.
1.2
Om niets te vergeten, lees aandachtig al de op het formulier voorkomende
verwijzingen. Iedere onvolledige inschrijving kan nietig worden verklaard.
2. Andere bijlagen
2.1
Voeg eveneens de bijlagen bij die eventueel noodzakelijk zijn volgens de
bepalingen van het formulier "I 2013".
3. Dubbele omslag
Vergeet niet dat de offertes die per post worden opgestuurd, in een dubbele
omslag moeten worden gestoken, waarop de vereiste vermeldingen werden
aangebracht. (Zie art. 90 van het K.B. van15.07.2011).
4. Termijn voor de indiening der offertes
Vergeet niet punt E van onderhavig bestek na te zien. De laattijdig ontvangen
offertes kunnen niet in aanmerking worden genomen.
OPGELET
-
Doorhalingen, overschrijvingen of wijzigingen dienen vergezeld te gaan van een
handtekening .
VM/B 97
versie 08.09.2010
VERKLARING BEZWAARDHEDEN GROND.
Ondergetekende,
……………………………………………………......,
in
zijn
hoedanigheid van (functie)………………………………………………., optredend voor de
(naam maatschappij / firma) …………………………………………………………., met
zetel te ……………………………..
verklaart dat het onroerend goed, gelegen te ……….………………………….,
gekadastreerd : ……afdeling, sectie….., nr(s).:………………………………………………,
met een totale oppervlakte van ………… m², vrij is van gebruik, met geen enkel
voorkeurrecht tot aankoop, noch enig contractueel of decretaal voorkooprecht of
wederinkooprecht, noch met een vervreemdingsverbod bezwaard is, alsook dat het
bezit of de toezegging tot verwerving effectief en uitsluitend betrekking heeft op de
volledige volle eigendom.
Datum :
Handtekening:
Versie 18/05/2010
Samenwerkingsovereenkomst in het kader van de CBO-procedure Nr.9
Tussen:
………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
Hierna genoemd “de inschrijver”
En
………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
Hierna genoemd “de grondeigenaar”
VOORAFGAANDELIJK
De inschrijver wenst samen met de grondeigenaar deel te nemen aan de CBO-procedure
nummer Nr.9 uitgeschreven door de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen (VMSW). Deze
procedure heeft tot doel om één of meerdere aannemingsovereenkomsten af te sluiten met
het oog op de oprichting van sociale huur- en koopwoningen, inclusief het ontwerp en de
verwerving van de grond die gerelateerd is aan deze woningen.
In de eerste fase van de procedure oordeelt de VMSW of de inschrijver aan de vooropgestelde
selectiecriteria beantwoordt en of de voorgestelde grond voldoet aan de gestelde eisen.
Een van de gestelde eisen met betrekking tot de voorgestelde grond is dat de volledige volle
eigendom ervan toekomt aan de inschrijver. Indien de eigendom toekomt aan een derde moet
een samenwerkingsovereenkomst worden voorgelegd. In deze overeenkomst moet de
samenwerking tussen de inschrijver en de grondeigenaar in het kader van bovenvermelde
CBO-procedure bevestigd worden.
DE INSCHRIJVER EN DE GRONDEIGENAAR ZIJN OVEREENGEKOMEN WAT VOLGT:
De grondeigenaar verbindt zich onherroepelijk tot het samenwerken met de inschrijver om
aldus een offerte in te dienen in het kader van de CBO-procedure Nr.9. Daarbij stelt de
grondeigenaar de hiernavermelde gronden, waarvan hij de volledige volle eigenaar is, ter
beschikking voor de oprichting van sociale huur- en/of koopwoningen in het kader van de
voormelde CBO-procedure Nr. 9.
Beschrijving van de grond:
Onderhavige overeenkomst wordt gesloten voor een bepaalde duur. De overeenkomst neemt
van rechtwege een einde hetzij wanneer de selectie of het grondvoorstel in fase 1 van de
CBO-procedure Nr. 9 negatief wordt beoordeeld, hetzij wanneer de overheidsopdracht in het
kader van de CBO-procedure Nr. 9 niet wordt gegund aan de inschrijver, hetzij wanneer de
overheidsopdracht wordt gegund aan de inschrijver en de grondeigenaar de grond verkocht
heeft aan de sociale huisvestingsmaatschappij die de aannemingsovereenkomst voor de
opbouw van de woongelegenheden zal afsluiten.
De grondeigenaar verbindt zich ertoe om de hierboven vermelde gronden voor de gehele duur
van onderhavige overeenkomst niet te vervreemden, noch een zakelijk of persoonlijk recht
toe te staan aan derden, uitgezonderd de eventuele verkoop aan een sociale
huisvestingsmaatschappij die een aannemingsovereenkomst zal afsluiten in het kader van de
CBO-procedure nummer Nr.9.
Aldus overeengekomen te ………………………… op …………………………………….. en opgesteld in
……….… exemplaren waarvan elke partij erkent een exemplaar ontvangen te hebben.
Voor de Inschrijver,
Voor de grondeigenaar,
Handtekening(en)
Handtekening(en)
…………………………………..
……………………………………….
…………………………………..
……………………………………….
VERKLARING RISICOGROND.
Ondergetekende,
……………………………………………………......,
in
zijn
hoedanigheid van (functie)………………………………………………., optredend voor de
(naam maatschappij / firma) …………………………………………………………., met
zetel te ……………………………..
verklaart dat het onroerend goed, gelegen te …………………………., gekadastreerd:
……afdeling, sectie….., nr(s).:…………………………………………………, met een
totale oppervlakte van ………… m², bij zijn weten geen / een (*) risicogrond is in de zin
van het Bodemdecreet van 27 oktober 2006.
Ondergetekende verklaart met betrekking tot dit onroerend goed geen weet / weet (*) te
hebben van bodemverontreiniging die schade kan berokkenen aan de koper of aan derden, of
die aanleiding kan geven tot een saneringsverplichting, tot gebruiksbeperkingen of tot
andere maatregelen die de overheid in dit verband kan opleggen.
(*) schrappen wat niet past.
Datum :
Handtekening:
Versie 04/12/2008
VERKLARING TIJDIGE SANERING VERONTREINIGDE GROND.
Ondergetekende,
……………………………………………………......,
in
zijn
hoedanigheid van (functie)………………………………………………., optredend voor de
(naam maatschappij / firma) …………………………………………………………., met
zetel te ……………………………..
verklaart dat de eventuele vereiste sanering van het onroerend goed, gelegen te
………………………….,
gekadastreerd:
afdeling…….,
sectie…….,
nr(s).:…………………………………………………, met een totale oppervlakte van
………… m², uiterlijk binnen de 18 maanden nà de betekening door de SHM van de
uitnodiging voor toetreding tot de onderhandelingsfase 3 zal beëindigd zijn.
Datum :
Handtekening:
Versie 04/12/2008
Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen
Contract architect
typecontract 98.2_2006
nieuwbouw en vervangingsbouw
te gebruiken samen met barema 2006 in afwachting van een volledig nieuw contract
TUSSEN DE PARTIJEN
met maatschappelijke zetel te
, rechtsgeldig vertegenwoordigd door dhr./mevr.
, voorzitter en dhr./mevr.
, directeur,
hierna genoemd "de bouwheer" enerzijds,
EN
Architectenbureau:
Vertegenwoordigd door:
Uitvoerend architect:
Of
Architect:
Adres:
BTW-nummer :
hierna genoemd “de architect” anderzijds,
is overeengekomen hetgeen volgt :
HOOFDSTUK 1: VOORWERP VAN HET CONTRACT
De bouwheer geeft aan de architect, die aanvaardt, de volgende opdracht:
(omschrijving opdracht)
(ligging : straat/wijk/fase)
(gemeente - deelgemeente)
(eventueel kadastrale percelen)
Deze opdracht omvat de voorstudie, het opmaken van de schets(en), het voorontwerp, het
uitvoeringsdossier en het dossier ‘aanbestedingsklaar’, het onderzoek van de ingediende
offertes en het uitoefenen van de leiding van de werken.
De opdracht omvat alle prestaties die behoren tot of in verband staan met de volledige
uitvoering van de hierna nader omschreven opdracht
HOOFDSTUK 2 : SPECIFICATIE VAN DE OPDRACHT
2.0
voorafgaande opmerkingen
2.0.1 Bij het opmaken van de hiernavolgende documenten dient de architect de richtlijnen
van de VMSW na te leven. Deze richtlijnen zijn vervat in in de meest recente versie van :
Typecontract 98.2_2006 - architect - nieuwbouw-vervangingsbouw
versie 01.09.2013
1
Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen
A 2001
B 2005
C 2008
VM/B 97
STS
Deze stukken worden door de bouwheer kosteloos ter beschikking gesteld van de architect bij
de ondertekening van het contract.
2.0.2 Al de hiernavolgende documenten worden slechts definitief nadat ze de goedkeuring
hebben bekomen van de bouwheer en nadat in elke fase, na overleg, de VMSW voor
financiering zal instaan.
STUDIEFASE
2.1
voorstudie
2.1.1 De voorstudie omvat de analyse met de nodige schetsen voor de uitvoering van het in
hoofdstuk 1 omschreven programma en zo nodig het onderzoek voor de samenstelling van het
aanvraagdossier zoals vermeld in het Besluit van de Vlaamse regering van 18 juli 2008
houdende de procedure voor de planning, de vaststelling en de goedkeuring van de
uitvoeringsprogramma’s in het kader van de planmatige realisatie van sociale woonprojecten
en houdende de financiering van verrichtingen in het kader van sociale woonprojecten.
2.1.2 Het honorarium voor deze voorstudie bedraagt
euro, BTW niet inbegrepen, en
wordt betaald bij de aflevering van de voorstudie aan de opdrachtgever. Beide partijen
komen overeen dat dit bedrag in mindering zal komen op het honorarium voor de volledige
opdracht wanneer overeenkomstig art. 2.3.1 de architect schriftelijk wordt gevraagd om het
voorontwerp op te maken.
2.1.3 De documenten van de voorstudie mogen niet worden gebruikt voor
stedenbouwkundige aanvragen of voor uitvoeringen en de architect behoudt in elk geval zijn
auteursrechten.
UITVOERINGSFASE
2.2
schets(en)
2.2.1 De architect legt aan de bouwheer, op diens schriftelijk verzoek, als werkdocument
maximaal 2 schetsen op schaal van de op te richten woningen voor. Deze schetsen moeten
het minstens mogelijk maken de meest gunstige inplanting van de woningen op het terrein te
bepalen alsook een principe van woonindeling naar voor brengen.
2.2.2 Ingeval van afkeuring van de schets(en) door de bouwheer legt de architect er een
andere voor binnen de
kalenderdagen.
2.2.3 Indien na het opmaken van de schets(en) blijkt dat het onmogelijk is het opgelegde
programma op het gekozen terrein te verwezenlijken en dit om redenen die niet aan de
architect te wijten zijn, wordt de architect vergoed voor de uitgevoerde prestaties.
2.3
voorontwerp
2.3.1 Na gunstig advies door de VMSW van de schets en indien de bouwheer beslist de
studie verder te zetten, vraagt hij de architect schriftelijk om het voorontwerp op te maken.
Het voorontwerp wordt opgemaakt in
exemplaren en behelst de documenten zoals
opgesomd in de C2008/ontwerp concept, Hoofdstuk 1 Geïntegreerd ontwerpen deel 31:
samenstelling dossier, voorontwerp.
De bouwheer verbindt er zich toe de nodige gegevens m.b.t. het situatieplan aan de architect
te verstrekken. Dit voorontwerp moet aan de bouwheer voorgelegd worden binnen de
maanden nadat de hierboven vermelde opdracht daartoe gegeven werd.
Typecontract 98.2_2006 - architect - nieuwbouw-vervangingsbouw
versie 01.09.2013
2
Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen
2.3.2 Bij het uitwerken van het voorontwerp houdt de architect rekening met de
aanbevelingen van de IVA Ruimtelijke Ordening, Wonen en Onroerend Erfgoed, van het
betrokken gemeentebestuur en, indien nodig, van het provinciebestuur of van de IVA
Infrastructuur, indien de gebouwen opgericht worden langs wegen die beheerd worden door
deze besturen. De architect zal eveneens rekening houden met de aanbevelingen van de
water- en energiedistributiemaatschappijen en met de eventuele adviezen van commissies en
stuurgroepen.
2.3.3 De ontwerper(s) van de speciale technieken en stabiliteit, hierna ingenieur(s)
genoemd, worden door de architect aangesteld. Hij brengt zijn keuze ter kennis van de
bouwheer die de VMSW ervan op de hoogte brengt. De bouwheer beschikt over een termijn
van
kalenderdagen om zijn eventuele bezwaren tegen de voorgestelde ingenieur(s)
kenbaar te maken. Na deze termijn sluit de architect met de ingenieur een overeenkomst tot
vaststelling van wederzijdse rechten en plichten, inzonderheid wat betreft de
respectievelijke en/of wederzijdse aansprakelijkheid naar de bouwheer toe.
Nadat zijn ereloonnota's door de architect voor akkoord zijn geviseerd, zal het aan de
ingenieur(s) verschuldigd ereloon rechtstreeks door de bouwheer, onder verantwoordelijkheid
van de architect, worden uitbetaald.
De architect zendt zo spoedig mogelijk aan deze personen alle aanwijzingen die hen moeten
toelaten hun opdracht te vervullen, met name plannen, beschrijvingen, schetsen.
De door de architect, die als coördinator van de volledige opdracht optreedt, opgemaakte
plannen en documenten beantwoorden aan de gedetailleerde gegevens die voortvloeien uit
de gespecialiseerde studies, inzonderheid wat betreft de speciale funderingen, de gewapendbetondoorsneden, het geraamte, de doorvoeringen, de plaats van de verwarmingsbuizen, van
de kokers voor ventilatie, de afmetingen van de stookplaats, van de schoorsteen, van de
schachten en machinekamers voor de hijstoestellen, de plaats van de elektrische leidingen,
borden en apparaten, enz. Hij richt zich rechtstreeks tot hen om de nodige inlichtingen te
verkrijgen voor het maken van de studie.
De architect verwittigt tijdig de bouwheer van elke tekortkoming of nalatigheid vanwege de
ingenieur(s) in het kader van de coördinatie en indien deze tekortkomingen of nalatigheden
van dien aard zijn dat de uitvoering van de studie wordt verhinderd of vertraagd.
2.3.4 Binnen de 90 kalenderdagen geeft de bouwheer kennis aan de architect van het al dan
niet gunstig advies door de VMSW van het voorontwerp. Ingeval van ongunstig advies zal de
bouwheer de redenen hiervan meedelen en de architect verzoeken een aangepast
voorontwerp voor te leggen binnen de
kalenderdagen.
2.4
uitvoeringsdossier
2.4.1 Na gunstig advies door de VMSW van het voorontwerp geeft
schriftelijk opdracht het uitvoeringsdossier op te maken. Dit
opgemaakt in
exemplaren en behelst de documenten
C2008/ontwerp concept, Hoofdstuk 1 Geïntegreerd ontwerpen deel
uitvoeringsdossier
de bouwheer de architect
uitvoeringsdossier wordt
zoals opgesomd in de
31: samenstelling dossier,
2.4.2 Wanneer de studies voldoende gevorderd zijn of wanneer de noodzaak zich doet
gevoelen, moet de architect tenminste de drie volgende coördinatievergaderingen beleggen.
- 1ste vergadering bij de goedgekeurde schets ;
- 2de vergadering bij het voorontwerp ;
- 3de vergadering bij het ontwerp.
Het zijn algemene vergaderingen; zij vinden plaats in de zetel van de bouwheer, met
deelneming van de ingenieur(s); zij gaan de officiële afgifte van de schets, het voorontwerp
en het ontwerp vooraf. Na het verzoek van de architect om deze vergaderingen te beleggen,
verstuurt de bouwheer de uitnodigingen.
2.4.3 Binnen de 90 kalenderdagen geeft de bouwheer kennis aan de architect van het al dan
niet gunstig advies door de VMSW van het uitvoeringsdossier. Ingeval van ongunstig advies zal
Typecontract 98.2_2006 - architect - nieuwbouw-vervangingsbouw
versie 01.09.2013
3
Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen
de bouwheer de redenen hiervan mededelen en de architect verzoeken een aangepast
ontwerp voor te leggen binnen de
kalenderdagen.
2.5
dossier ‘aanbestedingsklaar’
2.5.1 Na het gunstig advies door de VMSW van het uitvoeringsdossier maakt de architect het
dossier ‘aanbestedingsklaar’ op in
exemplaren. Dit dossier bevat dezelfde documenten
als het uitvoeringsdossier met verwerking van de eventueel gemaakte opmerkingen van de
VMSW en is bestemd om ter inzage te worden gelegd of verkocht aan kandidaatinschrijvers.
2.5.2 De kosten verbonden aan het samenstellen van deze exemplaren vallen ten laste van
de architect. Eventueel bijkomende exemplaren kunnen aan kostprijs aangerekend worden
aan de bouwheer.
2.5.3 Het dossier ‘aanbestedingsklaar’ moet aan de bouwheer voorgelegd worden binnen de
maand(en) na kennisgeving van de opdracht.
2.5.4 De architect is ertoe gehouden het nazicht van de biedingen, overeenkomstig de
voorschriften vervat in de onderrichtingen van de VMSW, nauwgezet uit te voeren. Het
verslag van dit nazicht dient binnen de 10 of 20 kalenderdagen na de datum van de opening
van de inschrijvingen, naargelang het om een aanbesteding of een offerteaanvraag gaat, aan
de bouwheer bezorgd te worden. Bovenvermelde termijnen worden verlengd met 20
kalenderdagen indien aan de inschrijver(s) nadere uitleg moet worden gevraagd.
2.6
leiding van de werken
2.6.1 De opdracht van de architect behelst ook de leiding van de werken en de controle op
de uitvoering ervan tot bij de definitieve oplevering, de deelneming aan de keuringen,
alsmede het nazicht en de eventuele verbetering van de door de aannemer voorgelegde
documenten.
De architect dient rekening te houden met de bepalingen van het aannemingscontract en de
bouwheer bij te staan bij het doen naleven ervan.
Hij bezoekt geregeld, minstens eenmaal per week en meer indien nodig, de bouwplaats
teneinde:
-
de aannemer(s) nuttige bevelen en richtlijnen te geven;
-
de controle uit te oefenen op de vordering van de werken;
-
eventueel materialen te aanvaarden of te weigeren;
-
de uitgevoerde werken te controleren;
-
het bijhouden van de planning te controleren en nota te nemen van de vordering van de
werken;
-
het dagboek van de werken bij te houden en daarin de aanmerkingen te noteren die hij
nodig acht;
-
werfverslagen te maken;
-
een advies uit te brengen of een beslissing te nemen in verband met de verzoeken die
uitgaan, zowel van de bouwheer als van de aannemer en zijn leveranciers;
-
de documenten en de staten van de uitgevoerde werken te verifiëren die door de
aannemer werden ingediend;
-
de diverse gelijktijdige aannemingen te coördineren, enz.
Hij moet de door de bouwheer belegde vergaderingen bijwonen en er het verslag van
opstellen.
Bij het begin van de werken ziet hij de inplanting van de gebouwen na en onmiddellijk na de
graafwerken beslist hij of wijzigingen aan de uit te voeren funderingen dienen te worden
aangebracht. Hij vermeldt zijn beslissingen terstond in het dagboek van de werken.
Typecontract 98.2_2006 - architect - nieuwbouw-vervangingsbouw
versie 01.09.2013
4
Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen
Hij verleent de bouwheer zijn medewerking, steeds in het kader van zijn contract, wanneer
deze laatste ertoe besluit maatregelen van ambtswege te nemen.
Indien ook een beroep wordt gedaan op ingenieurs specialisten, waakt hij erover dat de
studies in verband met de uitvoering van de werken volkomen worden gecoördineerd.
2.6.2 De architect mag behoudens dringende spoed, slechts opdracht geven aan de
aannemer tot wijziging van de aanneming na daartoe door de bouwheer schriftelijk
gemachtigd te zijn.
Bijkomende werken geven slechts aanleiding tot ereloon in de mate dat ze niet te voorzien
noch te voorkomen zijn. Deze regel zal heel strikt toegepast worden.
HOOFDSTUK 3: VERANTWOORDELIJKHEID VAN DE ARCHITECT
3.1
Overeenkomstig de artikelen 1792 en 2270 van het Burgerlijk Wetboek is de architect
gedurende 10 jaar, te rekenen vanaf de datum van de voorlopige oplevering verantwoordelijk
voor de door hem ontworpen gebouwen.
3.2
De architect erkent uitdrukkelijk dat deze verantwoordelijkheid niet beperkt wordt
door het nazicht dat in de opeenvolgende fasen van de opdracht uitgevoerd wordt door de
bouwheer en/of de VMSW. Dit nazicht is enkel van algemene aard en heeft alleen betrekking
op het naleven van de normen van de VMSW en op de kostprijs van de werken. Het is dus
geenszins te beschouwen als een volledige controle van de technische gegevens van het
dossier. Het is evenwel duidelijk dat de opmerkingen die werden gemaakt op één van de
documenten van het dossier dat aan de architect wordt terugbezorgd eveneens gelden voor al
de andere stukken waaruit het dossier is samengesteld en dat de architect er bijgevolg moet
zorg voor dragen de verschillende gegevens van het dossier met elkaar in overeenstemming te
brengen.
De architect neemt de verantwoordelijkheid voor de door hem aanvaarde suggesties
uitgaande van de VMSW of de bouwheer.
3.3
De architect neemt eveneens de verantwoordelijkheid op zich voor de keuze van alle
door hem aanvaarde systemen of materialen die in het kader van een offerteaanvraag
voorgesteld worden door de inschrijvers. Hij is ertoe gehouden deze voorstellen grondig te
onderzoeken alvorens ze te aanvaarden of te verwerpen.
Ingeval hij ze verwerpt dient hij zijn beslissing in een gedetailleerde nota, gericht aan de
bouwheer, te verantwoorden.
3.4
Overeenkomstig de Wet van 20 februari 1939 en het Koninklijk Besluit van 25 april
2007 moet de architect zijn aansprakelijkheid die voortvloeit uit de activiteit als architect
laten dekken door een verzekering.
Deze verzekering dekt ten minste :
1) Elke vorm van contractuele of buitencontractuele aansprakelijkheid wegens
handelingen die architecten of hun aangestelden beroepshalve stellen, zowel vóór als
ná de aanvaarding van de werken, met inbegrip van de tienjarige aansprakelijkheid
en de gemeenrechtelijke contractuele aansprakelijkheid voor lichte verborgen
gebreken ná aanvaarding van de werken.
2) De burgerlijke gevolgen van de strafrechtelijke verantwoordelijkheid wegens
handelingen die architecten of hun aangestelden beroepshalve stellen.
Naam verzekeringsonderneming :
Polisnummer van de verzekering :
Coördinaten van de Raad van de Orde van Architecten die kan worden geraadpleegd met het
oog op de naleving van de verzekeringsplicht :
3.5
De architect verbindt er zich toe zijn verzekeringscontract te laten gelden tot 10 jaar
na de aanvaarding van de werken die het voorwerp uitmaken van deze
architectuurovereenkomst.
Typecontract 98.2_2006 - architect - nieuwbouw-vervangingsbouw
versie 01.09.2013
5
Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen
Hij moet derhalve op elk moment het bewijs kunnen voorleggen van het afsluiten van een
dergelijke verzekering alsmede van het betalen van de premie.
3.6
De tussenkomst van de bouwheer in de premie is vervat in het ereloontarief, bepaald
volgens het in hoofdstuk 7 vermelde barema.
HOOFDSTUK 4: EINDE VAN DE OPDRACHT
4.1
De opdracht van de architect neemt een einde op de datum van de definitieve
oplevering.
4.2
Ingeval de architect zijn verbintenissen niet nakomt, behoudt de bouwheer zich het
recht voor bij de ontbinding van het contract een schadevergoeding te eisen.
4.3
Onverminderd alle andere rechten en na eventuele toepassing van inhoudingen op het
ereloon, kan de bouwheer zonder enige schadevergoeding een eind aan dit contract maken in
de volgende gevallen, maar onverminderd de honoraria die verschuldigd zijn voor
goedgekeurde prestaties:
a) wanneer de architect zijn verplichtingen niet nakomt of indien de ingediende
documenten fouten of vergissingen bevatten die ze onbruikbaar maken;
b) wanneer de architect zijn beroepsactiviteiten stopzet;
c) wanneer de architect in de onmogelijkheid verkeert de in dit contract voorgeschreven
prestaties te leveren, behoudens geval van overmacht;
d) wanneer de architect kennelijk onvermogend wordt.
Ziekten en ongevallen die werkonbekwaamheid ten gevolge hebben, dienen beschouwd te
worden als geval van overmacht voor zover de architect de bouwheer daarvan in kennis stelt
zodra de gebeurtenis zich voordoet.
4.4
De bouwheer en de architect kunnen een eind maken aan het contract in geval van
overmacht, namelijk ingeval van ziekte of ongeval waardoor het de architect onmogelijk is
het contract verder uit te voeren.
In dit geval worden de verschuldigde honoraria berekend naar rato van de werkelijk
uitgevoerde taken.
4.5
In de gevallen voorzien in de punten 4.3. en 4.4. mogen de documenten en plannen
na afrekening zonder bijkomende vergoeding gebruikt worden door de bouwheer om te
voorzien in het in gebreke blijven van de architect, die afziet van alle eigendomsrechten op
deze documenten.
HOOFDSTUK 5: ALGEMENE BEPALINGEN
5.1
Alle door de architect opgestelde documenten worden door hem gedagtekend en
ondertekend.
5.2
De architect heeft het recht zijn werk te signeren in de materie. Deze signatuur dient
in overeenstemming te zijn met de beroepsplichtenleer.
5.3
Indien de ontwerper de hem bij dit contract opgelegde termijn niet eerbiedigt zal hij,
behoudens in geval van overmacht en na een aangetekende ingebrekestelling, een
schadevergoeding verschuldigd zijn van 0,1% van het ereloon, per kalenderdag vertraging.
Het totaal van de in de loop van de uitvoering van het contract uit dien verschuldigde
schadevergoeding kan niet meer bedragen dan 7,5% van het totale ereloon van de opdracht.
Dit volgens de arikels 154 en 159 van de Wet van 14/01/13.
Typecontract 98.2_2006 - architect - nieuwbouw-vervangingsbouw
versie 01.09.2013
6
Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen
HOOFDSTUK 6: BIJZONDERE BEPALINGEN
6.1
De architect verbindt er zich toe uiterlijk 30 dagen na de aanvangsdatum van de
werken, een schaaltekening op schaal 5 mm per m van elk woningtype met overeenkomende
summiere beschrijving van de werken, aan de bouwheer af te leveren. Deze schaaltekening
zal de vrije gevelzichten, de grondplannen en een doorsnede weergeven.
6.2
Indien de bouwheer de in deze overeenkomst bepaalde termijnen niet kan
eerbiedigen, bijvoorbeeld ten gevolge van budgettaire beperkingen en dit tot gevolg heeft
dat de architect dit dossier moet herzien, zal hij daarvoor recht hebben op een bijkomende
passende vergoeding.
6.3
Indien de bouwheer deze overeenkomst eenzijdig beëindigt vóór zij volledig
uitgevoerd is, heeft de architect recht op een vergoeding voor de reeds geleverde prestaties,
met uitsluiting van elke winstdervingvergoeding en dit in afwijking van de deontologische
norm nr. 2, als en voor zover de beëindiging geschiedt vóór de goedkeuring van het
voorontwerp en vóór de indiening van de stedenbouwkundige aanvraag door de bouwheer. Bij
eenzijdige beëindiging door de bouwheer na deze goedkeuring of na de indiening van de
stedenbouwkundige aanvraag heeft de architect recht op 50 % van het verschuldigde ereloon
voor de normaal nog te leveren prestaties.
6.4 Alle ingediende documenten worden eigendom van de bouwheer.
De architect behoudt het auteursrecht van de door hem/haar ingediende documenten.
Door de ondertekening van de overeenkomst verleent de architect aan de bouwheer
niettemin een gratis afstand van zijn auteursrechten voor wat betreft de fotografische
weergave van de realisatie zowel in drukvorm als digitaal, voor tentoonstellingen en
publicaties. De gratis afstand van auteursrechten ten gunste van de bouwheer geldt ook en
onverkort voor de hierboven nader omschreven fotografische weergave van de plannen .
Bovenvermelde afstand van auteursrechten wordt eveneens gratis verleend aan de Vlaamse
Maatschappij voor Sociaal Wonen en het Vlaams Gewest voor wat betreft althans de
fotografische weergave van de realisatie zowel in drukvorm als digitaal, tentoonstellingen en
publicaties.
De Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen wordt door de architect tevens een gratis
afstand van auteursrechten toegekend voor de hierboven nader omschreven fotografische
weergave van de plannen gerealiseerd ten gunste van de bouwheer.
HOOFDSTUK 7 : ERELOON
7.1
Het ereloon van de architect wordt voor de gehele opdracht bepaald en betaald
volgens de modaliteiten van het ‘barema 2006-1’ dat aangehecht is aan dit contract en dat
bijgevolg er integraal deel van uitmaakt. De architect verklaart hiervan kennis te hebben
genomen en het te aanvaarden.
HOOFDSTUK 8 : BORGTOCHT
8.1
Conform het KB Algemene Uitvoeringsregels van de Overheidsopdrachten van
14/01/13, Afdeling 3 artikels 25 t/m 33, stelt de architect een borgtocht ten bedrage van 5%
van zijn oorspronkelijke aannemingssom (ereloon). Deze borgtocht is niet verschuldigd ingeval
het bedrag van de opdracht lager is dan 50.000 EUR (excl. BTW).
HOOFDSTUK 9 : TOEPASSELIJK RECHT – BESLECHTING VAN GESCHILLEN
9.1
Deze overeenkomst wordt beheerst door het Belgisch recht. Alle betwistingen in
verband met de uitvoering, de interpretatie of de ontbinding van onderhavig contract zullen
worden beslecht door de rechtbanken te Brussel die uitsluitend bevoegd zijn.
Typecontract 98.2_2006 - architect - nieuwbouw-vervangingsbouw
versie 01.09.2013
7
Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen
Opgemaakt te
op
in 3 exemplaren, waarvan elke partij verklaart 1 exemplaar te hebben ontvangen. Het derde
exemplaar is bestemd voor de VMSW.
De architect
Typecontract 98.2_2006 - architect - nieuwbouw-vervangingsbouw
De bouwheer
versie 01.09.2013
8
F/00845/TYPE-OVEREENKOMST-VSMW - 7 januari 2013
OVEREENKOM ST BOUWHEER - ONTWERPTEAM
TUSSEN DE ONDERTEKENDEN
(naam SHM) met maatschappelijke zetel te (adres SHM), rechtsgeldig vertegenwoordigd door
dhr./mevr. ………., voorzitter en dhr./mevr. ………., directeur.
enerzijds,
hierna de “bouwheer” genoemd
EN:
De heer of Mevrouw, wonende te ………………………………………, architect,
ingeschreven op de tabel van de Orde van architecten te …………………… en met
ondernemingsnummer ………………………………
[of variante]
De
architectenvennootschap
…………………………….
met
zetel
te
……………………………….en met ondernemingsnummer,
vertegenwoordigd
door
……………………………………, architect, ingeschreven op de tableau van de Orde van
architecten te …………….en hiertoe gevolmachtigd door artikel …... van de statuten,
verschenen in bijlage tot het Belgisch Staatsblad onder nummer ………………. op
…………………….. .
Anderzijds,
hierna het “ontwerpteam” genoemd
WORDT OVEREENGEKOMEN HETGEEN VOLGT:
Artikel 1: Voorwerp
De bouwheer vertrouwt aan het ontwerpteam, dat aanvaardt, de architecturale opdracht, mede de
stabiliteitsstudie en studie speciale technieken, toe tot het uitvoeren van de bouwwerken op het
onroerend goed gelegen te ………………………………………………………………………………
…………………………………………………………………………………………………………………
kadastraal gekend onder ………………………………. .
De bouwheer verklaart eigenaar te zijn van het voormelde terrein of gerechtigd te zijn hierop te
bouwen uit hoofde van ……………………………………………………………………………………
Bestemming van het goed en de aard van de werken:…………………………………………………..
…………………………………………………………………………………………………………………
(aantal wooneenheden/appartementen – nieuwbouw/vervangingsbouw/renovatie)
Pagina | 1
Het ontwerpteam verbindt er zich toe de navolgende deelopdrachten uit te voeren binnen de
opgegeven termijnen:
- voorstudie: ……… dagen na aanstelling van het ontwerpteam
- voorontwerp: ......... dagen na goedkeuring voorstudie
- definitief ontwerp: ……… dagen na goedkeuring voorontwerp
- controle van de inschrijvingen: 10 of 20 dagen na datum opening inschrijvingen.
De bouwheer gelast het ontwerpteam met een volledige opdracht zoals voorzien in artikel 4 van de
wet van 20 februari 1939 op de bescherming van de titel en beroep van de architect en omvat
onder meer de voorstudie, het opmaken van de schets(en), het voorontwerp, het
uitvoeringsontwerp en het dossier ‘basis-aanbesteding, het onderzoek van de ingediende offertes
en het uitoefenen van de controle en leiding van de werken.
De gespecialiseerde technische studies inzake stabiliteit en speciale technieken maken eveneens
deel uit van de opdracht van het ontwerpteam. Het ontwerpteam staat in voor het volledig
uitwerken van het concept van het bouwproject en dient hiervoor alle noodzakelijke studies uit te
voeren of op eigen verantwoordelijkheid te laten uitvoeren.
De opdracht omvat alle prestaties die behoren tot of in verband staan met de volledige uitvoering
van de hierna nader omschreven opdracht.
Artikel 2: Bouwkost
Het opmaken van een raming en het nazicht van de rekening bevindt zich in het takenpakket van
het ontwerpteam.
De werken worden in functie van het programma, summier en voorlopig geraamd op ……… euro,
exclusief BTW, en bevat niet de erelonen van het ontwerpteam. De raming is enkel opgegeven ten
titel van inlichting en zal bij het vorderen van het ontwerp en de eventuele aanpassingen eraan
worden geactualiseerd. Het budget zal pas definitief gekend zijn bij de weerhouden
aanbestedingen.
Het ontwerpteam stelt alles in het werk bij het ontwikkelen van het ontwerp om de geraamde
bouwkost te weerhouden volgens de vigerende financieringsnormen. Het ontwerpteam erkent
kennis te hebben genomen van deze decretaal vastgelegde financieringsnormen. Het
ontwerpteam zal er nauwlettend op toe zien dat de werken worden uitgevoerd binnen het definitief
budget.
Artikel 3: Verbintenissen van het ontwerpteam
Het ontwerpteam is de artistieke en technische raadsman van de bouwheer, waarvan zij de
belangen nauwgezet behartigt in overeenstemming met de wet, het algemeen belang en de
reglementen van de beroepsplichten. Deze overeenkomst ressorteert onder de toepassing van de
wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsoprachten en sommige opdrachten voor
aanneming van werken, leveringen en diensten en haar uitvoeringsbesluiten.
Het ontwerpteam heeft geen mandaat om voor rekening van de bouwheer contracten af te sluiten
met aannemers van werken. Behoudens andersluidende overeenkomst of bijzondere volmacht zal
het ontwerpteam nooit optreden als lasthebber van de bouwheer.
Na een aantal preliminaire opmerkingen worden hieronder de belangrijkste taken, zijnde de taak
van de architect, ingenieur stabiliteit en ingenieur speciale technieken besproken, waarna per fase
Pagina | 2
de taken van het ontwerpteam worden besproken, waarbinnen het ontwerpteam uitvoering dient te
geven. Ten slotte worden afzonderlijk een aantal aanvullende taken van het ontwerpteam verder
toegelicht.
3.1. Preleminaire opmerkingen
Het ontwerpteam dient bij het ontwerp van de hiernavolgende documenten en studies steeds de
laatste versie van de bepalingen en richtlijnen van de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen
na te leven. Op niet-limitatieve wijze omvatten deze bepalingen en richtlijnen volgende
documenten welke consulteerbaar en te downloaden zijn op de websites van de betrokken
instanties:
 alle gehomologeerde of geregistreerde Belgische normen en PTV’s (technische
voorschriften),
 alle geldende reglementen en aanbevelingen,
 ABC van de VMSW (A = administratieve bepalingen, B = bouwkundig
typebestek en C=
concept – en ontwerprichtlijnen) (www.vmsw.be/professionelen/ABC)
 VM/B 97 (bijzonder bestek)
 STS’en (technische specificaties)
 TV’s (Technische Voorlichtingen) van het WTCB (Wetenschappelijk en Technisch Centrum
voor het Bouwbedrijf)
 ATG (technische goedkeuringen) afgeleverd door het BUtgb (Belgische Unie voor de
technische goedkeuring in de bouw)
 lokale voorschriften (stedenbouwkundige voorschriften, gemeentelijke verordeningen,
voorschriften nutsvoorzieningsmaatschappijen, …)
Deze stukken maken integraal deel uit van de overeenkomst tussen partijen. Het ontwerpteam
erkent kennis te hebben van vermelde documenten.
Na iedere fase zal het ontwerpteam de schriftelijke bevestiging moeten aanvragen om aan te
vangen met de volgende fase. De bouwheer behoudt zich het recht voor om, na elk van de diverse
fasen, het werk stop te zetten.
Het ontwerpteam wordt vertegenwoordigd door de architect en/of diens architectenvennootschap
en zal in uitvoering van haar opdracht samenwerken met bekwame masters in
ingenieurswetenschappen of masters in industriële wetenschappen bouwkunde (burgerlijke of
industriële ingenieurs) speciale technieken en stabiliteit. Het ontwerpteam zal haar keuze van haar
contractspartners steeds ter kennis brengen aan de bouwheer.
Alle documenten die worden afgeleverd door het bouwteam worden maar definitief wanneer deze
documenten schriftelijk werden goedgekeurd door de bouwheer en zonder dat deze goedkeuring
afbreuk kan doen aan de hieronder beschreven aansprakelijkheid van het ontwerpteam.
De architect is verantwoordelijk voor de volledigheid van de samenstelling van het team volgens
de geldende wettelijke bepalingen.
3.2.
Architect
De bouwheer gelast de architect, vertegenwoordiger van het ontwerpteam met een volledige
opdracht zoals voorzien in artikel 4 van de wet van 20 februari 1939 op de bescherming van de
titel en beroep van de architect en omvat onder meer de voorstudie, het opmaken van de
schets(en), het voorontwerp, het uitvoeringsontwerp en het dossier ‘aanbestedingsklaar’, het
onderzoek van de ingediende offertes en het uitoefenen van de controle en leiding van de werken.
Pagina | 3
De architect staat in voor de volledige coördinatie noodzakelijk voor het uitwerken van het concept
en voor de goede uitvoering hiervan tot aan de definitieve oplevering van het project. Hij zal er dan
ook voor zorgen dat alle verplichtingen van het ontwerpteam worden uitgevoerd onder zijn
supervisie en ziet erop toe dat alle partijen waarop het ontwerpteam zich beroept, gebonden zullen
zijn door onderhavige overeenkomst.
De door de architect opgemaakte plannen en documenten beantwoorden aan de gedetailleerde
gegevens die voortvloeien uit de gespecialiseerde studies, inzonderheid wat betreft de speciale
funderingen, de gewapende betondoorsneden, het geraamte, de doorvoeringen, de plaats van de
verwarmingsbuizen, van de kokers voor de ventilatie, de afmetingen van de stookplaats, van de
schoorsteen, van de schachten en machinekamers voor de hijstoestellen, de plaats van de
elektrische leidingen, borden en apparaten, enz.
3.3.
Stabiliteitsstudies
De architect zorgt ervoor dat de ingenieur stabiliteit zich er rekenschap van dat deze opdracht
kadert in een ruimer project van het ontwerpteam waarbij ook andere partijen betrokken zijn. Bij de
uitvoering van zijn opdracht zal hij rekening houden met de taken van deze andere partijen en de
uitvoerende aannemer(s) en derhalve zijn werkzaamheden opleveren in functie hiervan. In het
bijzonder zal hij rekening houden met de richtlijnen van de architect, bouwdirectie en
veiligheidscoördinator.
Hij zal waken over elk element waarover hij verzocht wordt advies te geven en waarvoor hij
verantwoordelijk is, zonder dat de hieronder opgesomde taken een limitatieve weergave kunnen
zijn. De opdracht heeft betrekking tot volgende documenten:
a) afbraken:
 voorlopige voorzieningen
 studie van het behoud van de bestaande delen, die de stabiliteit tussen de
verschillende bouwfases moet verzekeren
 impact op de omgeving
 invloed op aanpalende gebouwen (indien gevraagd door de bouwheer)
b) funderingen:
 diepe funderingen: palen, valse putten,…
 funderingen op staal, zolen, plaat, …
 grondstut procedés: damplanken, jet grouting, steunmuur, …
 grondstabilisatie procedés,
 tijdelijke of definitieve verstevigingen van de bestaande en ondermetselde
funderingen: ondermetselen, stutten, schoring, stempeling, ….
 bemaling van de grondwaterlaag (uitvoeringsmethode: meldingsplicht van de
aannemers van aanvang van de bemaling) m.i.v. de eventuele milieuvergunningen,
 speciale aanvullingen en grondverbeteringen die bijdragen tot de stabiliteit van het
gebouw: zand, verdicht zand, gestabiliseerd zand, mager beton, ….
c) Structuur:
 werken in beton (gewapend, ongewapend, voorspannen), met inbegrip van de
bekisting en de wapening en de eventuele hulpstoffen,
 structurele elementen van het daktimmerwerk (uit metaal, hout, …)
 het dragend metselwerk,
 de werken in beton en constructiestaal,
 dragende vloerelementen (welfsels, breedvloerplaten, houten roostering, enz..)
 houten draagstructuren, ….
Pagina | 4
3.4.
Ingenieur speciale technieken
De architect zorgt ervoor dat de ingenieur speciale technieken zich er rekenschap van dat deze
opdracht kadert in een ruimer project van het ontwerpteam waarbij ook andere partijen betrokken
zijn. Bij de uitvoering van zijn opdracht zal hij rekening houden met de taken van deze andere
partijen en de uitvoerende aannemer(s) en derhalve zijn werkzaamheden opleveren in functie
hiervan. In het bijzonder zal hij rekening houden met de richtlijnen van de architect, bouwdirectie
en veiligheidscoördinator.
De bestudeerde werken omvatten op niet-limitatieve wijze:
 liften, hijstoestellen, hefwerktuigen,…
 verwarming en productie sanitair warm water,
 gecontroleerde mechanische ventilatievoorzieningen (natuurlijke en/of mechanische,
zowel aanvoer als afvoer als doorstroming met eventuele warmtewisselaars),
 elektriciteit (hoogspanning, laagspanning, sterkstroom en zwakstroom)
 kabeldistrubutie, telefonie, informatiedragers, …
 brand- en gasdetectie, bliksembeveiliging, alarmsysteem, toegangscontrole, domotica
en immotica,
 sanitair (toestellen en aan- en afvoerleidingen) en technische installaties voor
regenwaterverbuik
3.5.
Fase 1: voorstudie
De voorstudie omvat de analyse met de nodige schetsen voor de uitvoering van de in artikel 1
omschreven opdracht en zo nodig het onderzoek voor de samenstelling van het aanvraagdossier
zoals onder andere ingevoerd via het besluit van de Vlaamse regering van 18 juli 2008 houdende
de procedure voor de planning, de vaststelling en de goedkeuring van de uitvoeringsprogramma’s
in het kader van de planmatige realisatie van sociale woonprojecten en houdende de financiering
van verrichtingen in het kader van sociale woonprojecten (Programmatiebesluit).
Voor het opstellen van het programma verzamelt het ontwerpteam volgende gegevens met
betrekking tot het terrein:
 algemene beschrijving, oppervlakte, nauwkeurig tracé,
 oriëntering (bezonning, windrichting, gezichtshoeken),
 aansluiting op verkeerswegen (soort wegen, toegang),
 kenmerken van de omgeving (beplanting / bestaande gebouwen),
 topografische gegevens,
 bodemgesteldheid,
 peil van het grondwater,
 nabijheid en beschikbaarheid van de openbare uitrustingen (water,
elektriciteitsvoorziening, telefoonnet, riolering)
 verificatie van de op het gebruik van de grond rechtgevende titel,
 kadastrale en/of verkavelinggegevens
 verordeningen van toepassing op de grond (o.m. stedenbouwkundige en
veiligheidsvoorschriften
Voor het opstellen van het programma verzamelt het ontwerpteam de volgende gegevens met
betrekking tot het gebouw:
 voornaamste afmetingen van het gebouw
 gewenste ruimte en minimumoppervlakte
 bouwtype en materiaal
 technische en diverse uitrustingen en hun ontwerpers
Pagina | 5

eventueel: het postinterventie dossier van het bestaande gebouw
Het ontwerpteam werkt hierbij nauw samen met haar raadgevende ingenieurs die dan ook de volle
technische ondersteuning dienen te geven. In de fase van de voorstudie en schetsontwerp zullen
de raadgevende ingenieurs dan ook kennisnemen van het eisenprogramma van de werken,
budget en termijnen, waarbij de vereiste onderzoeken (o.a. grondonderzoek, graafwerken,
geotechnische proeven, enz…) en de te gebruiken systemen dienen bepaald te worden. In deze
fase zal dan ook advies worden verstrekt inzake de economie van het bouwproject en advies bij
het uitwerken van de schematische schetsen waarbij de plaats van inplanting wordt verduidelijkt
(o.a. noodzaak van een hoogspanningscabine, stookruimte en machinekamer, soort lift, afmeting
van de schachten, enz…) rekening houdend met de onderrichten van de sociale doeleinden. (C).
Het ontwerpteam legt aan de bouwheer, op diens schriftelijk verzoek, als werkdocument, schetsen
op schaal van de op te richten woningen voor. Deze schetsen moeten minstens mogelijk maken de
meest gunstige inplanting der woningen op het terrein te bepalen en alsook een principe van
woonindeling naar voor brengen.
Ingeval van afkeuring van de schets(en) door de bouwheer legt het ontwerpteam er andere voor
binnen de ……. kalenderdagen.
3.6.
Fase 2:opmaken van het voorontwerp
Na goedkeuring van de schets en indien de bouwheer beslist de studie verder te zetten, vraagt de
bouwheer het ontwerpteam schriftelijk om het voorontwerp op te maken. Het voorontwerp wordt
opgemaakt in 3 exemplaren en behelst de documenten welke worden beschreven in de meeste
recente C.
Het ontwerpteam dient zelf in te staan voor de nodige en juiste gegevens noodzakelijk voor het
opmaken van het voorontwerp en staat ook in voor de opmaak van de NFS2-tabel.
De opdracht van het ontwerpteam omvat eveneens het verstrekken van advies aan de architect
door de ingenieur stabiliteit en de ingenieur speciale technieken.
De ingenieur stabiliteit dient de plaats aan te duiden van de bijkomende onderzoeken,
grondonderzoeken, graafwerken en geotechnische proeven en de analyse van de resultaten uit te
voeren. Deze onderzoeken worden door de bouwheer op aangeven van de ingenieur besteld en
zijn ten laste van de bouwheer. De ingenieur stabiliteit dient eveneens een kostprijsraming van de
stabiliteitswerken op basis van de eenheidsprijzen per eenheid van oppervlakte of volume op te
stellen
De ingenieur speciale technieken dient advies te verstrekken over de globale ingenomen ruimte en
de voornaamste ruimtes die voorbehouden zijn voor de technische installaties, zodat een duidelijk
inzicht kan verstrekt worden van de optimale uitvoering en van de installatieprincipes. Verder dient
een nauwkeurige kostprijsraming van de werken der speciale technieken te worden opgesteld.
Bij het uitwerken van de voorontwerpen houdt de architect rekening met de aanbevelingen van de
IVA Ruimtelijke Ordening, Wonen en Onroerend Erfgoed, VMSW, van het betrokken
gemeentebestuur en, indien nodig, van het provinciebestuur, indien de gebouwen opgericht
worden langs wegen die beheerd worden door deze besturen. De architect zal eveneens rekening
houden met de aanbevelingen van de water- en energiedistributiemaatschappijen en met de
eventuele adviezen van commissies en stuurgroepen.
Binnen de 90 kalenderdagen na ontvangst van het voorontwerp geeft de bouwheer kennis aan het
ontwerpteam van de goedkeuring (of niet-goedkeuring) van het voorontwerp. Ingeval van niet-
Pagina | 6
goedkeuring zal de bouwheer de redenen hiervan meedelen en het ontwerpteam verzoeken een
aangepast voorontwerp voor te leggen binnen maximaal ……kalenderdagen.
Het ontwerpteam draagt de verantwoordelijkheid inzake de uitvoeringstermijn, met dien verstande
dat de uitvoeringstermijnen opgeschort worden tussen het moment dat de bouwheer kennis heeft
van het voorontwerp en het moment waarop de bouwheer hier goedkeuring (of niet-goedkeuring)
aan geeft.
Alle voorontwerpen tot en met het door de bouwheer goedgekeurde voorontwerp zijn inbegrepen
in het ereloon.
3.7.
Fase 3: opmaken van het uitvoeringsontwerp
Na de goedkeuring van het voorontwerp geeft de bouwheer de architect schriftelijk opdracht het
uitvoeringsontwerp te maken. Dit uitvoeringsontwerp wordt opgemaakt in 3 exemplaren en behelst
de volgende documenten:
a) de drie delen van het bijzonder bestek, behoorlijk ingevuld en ondertekend door de
architect;
b) de beschrijving der werken;
c) de gedetailleerde opmetingen per woningtype;
d) de samenvattende opmeting(en), naargelang het aantal percelen, één van deze
documenten dient een raming met de eenheidsprijzen en / of gedeeltelijke sommen te
bevatten;
e) de plannen en detailtekeningen;
f)
de nodige documenten voor de aanvraag van de stedenbouwkundige vergunning.
g) Indien optioneel de veiligheidscoördinatie en/of EPB-verslaggever werden toegekend
aan het ontwerpteam, is de nodige berekening en/of verslaggeving inbegrepen in de
opdracht
Om enerzijds het opstellen van het aanbestedingsdossier conform de bepalingen van de VMSW
(ABC) en anderzijds het bekomen van het stedenbouwkundig vergunningsdossier (indien van
toepassing) mogelijk te maken zal het ontwerpteam volgende technische gegevens moeten
overhandigen:





uitvoeren van de weerstands- en stabiliteitsberekeningen (de bouwheer behoudt zich
het recht voor om controle uit te voeren)
opmaken van bekisting – en wapeningsplannen
opstellen van het stabiliteitsbestek en een bijzonder bestek met technische
karakteristieken wat betreft de installaties op basis van de voorschiften van de VMSW
(ABC) – met technische karakteristieken wat betreft materialen, het gebruik ervan en
alle technische voorwaarden voor de uitvoering, controles, tests, opleveringen, ..
opmaken van de samenvattende opmeting en de raming
opmaken van de uitvoeringsplannen om de aannemers de mogelijkheid te geven om
in overeenstemming met de inschrijvingsdocumenten en de wet op de
overheidsopdrachten, de stukken op te stellen die vereist zijn voor de uitvoering van
de installaties
Pagina | 7

uitvoeren van gedetailleerde berekeningen van het gekozen systeem van de
installaties
Binnen de 90 kalanderdagen na ontvangst van het ontwerp geeft de bouwheer kennis aan het
ontwerpteam van de goedkeuring (of niet-goedkeuring) van het uitvoeringsontwerp. Ingeval van
niet – goedkeuring zal de bouwheer de redenen hiervan meedelen en de architect verzoeken een
aangepast ontwerp voor te leggen binnen de ….. kalenderdagen.
De bouwheer heeft het recht om meerdere malen omstandig gemotiveerd het uitvoeringsontwerp
te weigeren, zonder dat dit aanleiding kan geven tot een meerprijs.
Het ontwerpteam draagt de verantwoordelijkheid inzake de uitvoeringstermijn, met dien verstande
dat de uitvoeringstermijnen opgeschort worden tussen het moment dat de bouwheer kennis heeft
van het uitvoeringsontwerp en het moment waarop de bouwheer hier goedkeuring (of nietgoedkeuring) aan geeft. Na een derde weigering en mits het ontwerpteam kan aantonen dat zij
alles in het werk stelt om goedkeuring te bekomen, wordt de termijn geschorst tot aan de
definitieve goedkeuring.
3.8.
Fase 4:opmaken ‘basis aanbesteding’
Na de goedkeuring van het uitvoeringsontwerp maakt het ontwerpteam het dossier ‘basis
aanbesteding’ op in 4 exemplaren. Dit dossier bevat:
a) de drie delen van het bijzonder bestek, behoorlijk ingevuld en als auteur ervan ondertekend
door de architect;
b) de beschrijving der werken;
c) de bundels van de gedetailleerde opmetingen;
d) de bundels van de samenvattende opmeting(en), in dubbel exemplaar; de eenheidsprijzen
en de gedeeltelijke sommen worden in deze opmetingen niet vermeld;
e) de algemene uitvoeringsplannen en detailtekeningen;
f)
de werktekeningen en eventueel de gedrukte technische fiches van de VMSW die van
toepassing zijn bij de uitvoering van de werken.
De kosten verbonden aan het samenstellen van deze 4 exemplaren vallen ten laste van het
ontwerpteam. Eventueel bijkomende exemplaren kunnen aan kostprijs aangerekend worden aan
de bouwheer.
Het ontwerpteam is ertoe gehouden het nazicht der biedingen, overeenkomstig de voorschriften
vervat in de onderrichtingen van de VMSW, nauwgezet te doen. Het verslag van dit nazicht dient
binnen de in artikel 2 bepaalde termijn na de datum van de opening van de inschrijvingen,
naargelang het om een aanbesteding of een offerte-aanvraag gaat, aan de bouwheer bezorgd te
worden. Bovenvermelde termijnen worden verlengd met 20 kalenderdagen indien aan de
inschrijver(s) nadere uitleg moet worden gevraagd.
Het ontwerpteam geeft naast het opmaken van de dossiers eveneens inlichtingen aan de
inschrijvers.
Pagina | 8
Het ontwerpteam onderzoekt en vergelijkt de inschrijvingen, onderzoekt de conformiteit van de
opgelegde voorwaarden in het bestek en adviseert de bouwheer onder meer met betrekking tot de
stabiliteit en speciale technieken. Het ontwerpteam adviseert de bouwheer in de meest ruime zin
van het woord in de keuze van de aannemer.
3.9.
Fase 5: leiding en controle der werken
De opdracht van het ontwerpteam behelst ook de leiding van de werken en de controle op de
uitvoering ervan tot bij de definitieve oplevering, de deelneming aan de keuringen, alsmede het
nazicht en de eventuele verbetering van de door de aannemer voorgelegde documenten.
Het ontwerpteam verricht de nodige werfbezoeken en controleert de uitvoering van de werken.
Deze taken worden door de architect of via een vertegenwoordiger die dezelfde wettelijke
bevoegdheden heeft als de architect, persoonlijk uitgevoerd. De controle bestaat uit een algemene
leiding van de werken.
Het ontwerpteam bezoekt dan ook geregeld en dit minstens éénmaal per week, en meer indien
nodig de werf, teneinde op niet-limitatieve wijze:















Bij aanvang van de werken de inplanting van de gebouwen na te zien
na de graafwerken te beslissen of er alsnog wijzigingen aan de uit te voeren
funderingen dienen te worden aangebracht.
haar beslissingen op te nemen in het dagboek der werken en in de werfverslagen.
de aannemer(s) nuttige bevelen en richtlijnen te geven (met detailplannen) over de te
volgen werkwijze en aan te wenden materialen om het ontwerp correct uit te voeren.
de controle uit te voeren op de vordering van de werken, de planning bijhouden en
nota te nemen van de vordering van de werken
nazicht van de uitvoeringsplannen van de aannemers, van de technische gegevens
en van het materiaal op basis van de plannen van het aanbestedingsdossier.
eventueel materialen te aanvaarden of te weigeren
de uitgevoerde werken goed te keuren als zijnde uitgevoerd conform de regels van
de kunst en het goed vakmanschap
het dagboek der werken bij te houden en daarin de aanmerkingen noteren die hij
nodig acht
werfverslagen te maken
een advies uit te brengen in verband met verzoeken die uitgaan van de bouwheer en
de aannemer(s) en zijn leveranciers
de documenten en de staten der uitgevoerde werken te verifiëren die door de
aannemer werden ingediend
de diverse gelijktijdige aannemingen te coördineren, alsook coördinatie van de
ingenieurs die als actor van het ontwerpteam bijstand dienen te verlenen telkenmale
de werfomstandigheden dit vereisen.
medewerking te verlenen aan de bouwheer op eerste verzoek en dit wanneer de
bouwheer maatregelen van ambtswege wenst te nemen
aan het einde van de werken, nazicht van de installatieplannen zoals ze werden
uitgevoerd “as build”.
Het ontwerpteam moet de door de bouwheer belegde vergaderingen bijwonen en er het verslag
van opstellen.
Het ontwerpteam controleert of alle voorgestelde materialen voldoen aan de beschreven artikels,
en houdt een lijst bij van alle goedgekeurde materialen (vb. van materiaalfiche en materiaallijst
Pagina | 9
wordt door de maatschappij gegeven).
gegeven.
Deze lijst wordt later aan de veiligheidscoördinator
Het ontwerpteam verleent de bouwheer zijn medewerking, steeds in het kader van zijn contract,
wanneer deze laatste ertoe besluit maatregelen van ambtswege te nemen.
Bij het einde der werken dient het ontwerpteam de EPC-attesten bij de voorlopige oplevering af te
leveren.
Het ontwerpteam bezorgt uiterlijk 6 maanden na het einde der werken een collage volgens de
richtlijnen van de VMSW.
Het ontwerpteam mag behoudens dringende spoed, slechts opdracht geven aan de aannemer tot
wijziging van de aanneming na daartoe door de bouwheer schriftelijk gemachtigd te zijn.
Bijkomende werken geven slechts aanleiding tot ereloon in de mate dat ze niet te voorzien noch te
voorkomen zijn. Deze regel zal strikt toegepast worden.
Het ontwerpteam neemt de verantwoordelijkheid voor de door hem aanvaarde suggesties
uitgaande van de VMSW of de bouwheer.
Het ontwerpteam dient hierbij rekening te houden met wettelijke bepalingen en haar
uitvoeringsbesluiten, inzonderheid de bepalingen van de Algemene Aannemingsvoorwaarden voor
de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, levering van diensten en voor de concessies
voor openbare werken (AAV: bijlage KB 26 november 1996). Tevens dient het ontwerpteam
rekening te houden met de bepaling van de aannemingsovereenkomst en de bouwheer bij te staan
in de naleving van deze overeenkomst.
Het ontwerpteam staat in voor de controle van de rekeningen en onderzoekt de vorderingstaten.
Het ontwerpteam is in belangrijke mate de bewaker van het bouwbudget en heeft in deze zin dan
ook een resultaatverbintenis. Wanneer de aannemer voor de effectieve facturatie een
vorderingstaat indient, dient het ontwerpteam onder andere na te gaan:
 of de opgegeven posten wel beantwoorden aan de reeds geleverde prestaties;
 of (voor posten in vermoedelijke hoeveelheden) de vermelde hoeveelheden werkelijk
werden gebruikt;
 of de toegepaste prijzen en eventuele prijsherzieningen wel correct zijn;
 of de procedures tot het indienen van de vorderingstaat wel correct zijn verlopen.
Het ontwerpteam zal de aanvragen tot betaling en de eventuele verrekening van min- en
meerwerken in functie van het werk controleren. Het ontwerpteam stelt de voorstellen tot
voorlopige en definitieve afrekening op.
3.10. Fase 6: bijstand tijdens de voorlopige en definitieve opleveringen en
tijdens de garantieperiode
Het ontwerpteam staat de opdrachtgever bij tijdens de voorlopige en de definitieve oplevering en
stelt de processen-verbaal op van de voorlopige en definitieve oplevering.
Het ontwerpteam zal eveneens de leiding en controle van de werken tijdens de garantieperiode
tussen voorlopige en definitieve oplevering voor haar rekening nemen en dit zowel met betrekking
tot de zichtbare vermeld in het proces-verbaal van voorlopige oplevering, als de verborgen
gebreken die zich tijdens de garantieperiode voordoen.
Tevens zal het ontwerpteam de opvolging voor haar rekening nemen van de technische
installaties, die tot aan de definitieve oplevering zullen moeten geoptimaliseerd worden (o.a.
Pagina | 10
afstellen stookcurven, uurregimes, controle optimale werking condenserende ketels, behaalde
debieten, enz…) onder uitdrukkelijk toezicht van het ontwerpteam.
3.11. Optie: veiligheidscoördinatie
Het ontwerpteam verbindt zich ertoe de veiligheidscoördinatie WEL/NIET voor haar rekening te
nemen.
Indien de veiligheidscoördinatie inbegrepen is in deze overeenkomst zal deze worden uitgevoerd
zoals opgenomen in de bijlage die in dat geval integraal deel uitmaakt van deze overeenkomst.
Deze opdracht omvat alle taken zoals beschreven in de Wet van 4 augustus 1996 betreffende het
welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk (welzijnswet werknemers). Het
ontwerpteam zal dan ook op de bouwplaats de coördinatie-ontwerp en de coördinatieverwezenlijking waarnemen.
3.12. Optie: EPB-verslaggever
De wettelijke verplichtingen zoals weergeven in het energieprestatiedecreet van 22 december
2006 en haar uitvoeringbesluiten, zullen door het ontwerpteam WEL/NIET worden uitgevoerd.
Indien de EPB-verslaggeving is ingrepen in deze overeenkomst zal deze worden uitgevoerd zoals
opgenomen in de bijlage die in dat geval integraal deel uitmaakt van deze overeenkomst.
Het ontwerpteam zal dan ook instaan voor de taken die de EPB-verslaggever voor haar/zijn
rekening dient te nemen. Zo zal het ontwerpteam een startverklaring opstellen en draagt zij zorg
voor de EPB-aangifte.
Artikel 4: Erelonen
Het ereloon van het ontwerpteam wordt bepaald en betaald volgens de modaliteiten van het
“barema van erelonen ontwerpteam” zoals dit gevoegd wordt bij deze overeenkomst en er
integraal deel van uitmaakt. Het ontwerpteam verklaart in kennis te zijn gesteld van deze bijlage en
het te aanvaarden als integraal deel uitmakend van deze overeenkomst.
Het ereloon omvat de totaliteit van de prestaties noodzakelijk ter realisatie van de uit te voeren
bouwwerken, dit inclusief de speciale technieken, stabiliteit en coördinatie van de werken.
De premies van de vereiste verzekeringscontracten uit artikel 5 zijn begrepen in het ereloon.
Meerwerken en minwerken kunnen geen aanleiding geven tot herziening van de vergoeding van
het ontwerpteam. Deze bepaling is niet van toepassing indien de bouwheer de opdracht vroegtijdig
stopzet.
De gespecialiseerde bijkomende onderzoeken, grondonderzoeken, graafwerken en geotechnische
proeven die op aangeven van de ingenieur besteld worden door de bouwheer zijn niet begrepen in
het ereloon. Zij worden rechtstreeks aangerekend aan de bouwheer.
De erelonen zijn vorderbaar volgens volgend schema:
Pagina | 11
- voorstudie:
- voorontwerp:
- uitvoeringsontwerp:
- aanbesteding:
- aanbestedingsverslag:
- leiding der werken:
- voorlopige oplevering:
- definitieve oplevering:
10 % na goedkeuring van de schets door de bouwheer, of ten laatste
120 dagen na het voorleggen van de laatste schets aan de
bouwheer.
20 % na goedkeuring van het voorontwerp door de bouwheer, of ten
laatste 120 dagen na het voorleggen van het laatste voorontwerp
aan de bouwheer.
15 % na goedkeuring van het uitvoeringsontwerp door de bouwheer,
of ten laatste 120 dagen na het voorleggen van de laatste dossiers
aan de bouwheer.
8 % na goedkeuring van de aanbestedingsdocumenten door de
bouwheer, of ten laatste 120 dagen na het voorleggen van de laatste
dossier aan de bouwheer.
3% na goedkeuring van het aanbestedingsverslag door de bouwheer
of ten laatste 120 dagen na het voorleggen van het laatste verslag
aan de bouwheer.
30 % naargelang de werken vorderen, d.w.z. in 3 betalingen van
10% naarmate de werken de volgende stadia bereiken:25% van de
werken zijn voltooid, 50% van de werken zijn voltooid, 75% van de
werken zijn voltooid. Werken worden als voltooid geacht in functie
van de totale bouwkost.
12 % bij de goedkeuring van de bouwheer van de voorlopige
oplevering
2 % bij de definitieve oplevering en ten laatste 1,5 jaar na de
voorlopige oplevering wanneer niets de oplevering in de weg staat.
Het ereloon wordt betaald door de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen voor rekening van
de bouwheer. Erelonen kunnen enkel worden opgesteld bij het einde van elke fase en na
goedkeuring van de bouwheer en dit ten laatste 120 dagen na dit einde.
Bij niet-betaling van het ereloon van het ontwerpteam binnen de 40 kalenderdagen vanaf de
ontvangst door de initiatiefnemer brengen deze bedragen een intrest op gelijk aan de wettelijke
rentevoet en dit na een aangetekende ingebrekestelling. In voorkomend geval heeft het
ontwerpteam ook het recht om, 15 dagen na aangetekende ingebrekestelling, haar
werkzaamheden stop te zetten tot volledige betaling.
De opdrachtgever bepaalt dat de kostprijs van het ontwerp maximaal
% van de NFS2-norm
mag bedragen. Bij overschrijding van de vooropgestelde kostprijs kan de opdrachtgever aan het
ontwerpteam een kosteloze herwerking van het ontwerp eisen tot het vooropgestelde budget wordt
respecteerd.
Bij een aan het ontwerpteam verwijtbare overschrijding van het voorziene budget heeft de
bouwheer het recht een daarmee overeenstemmend bedrag op het ereloon in te houden.
Artikel 5: Borgtocht
Conform artikel 5 van de bijlage bij het KB van 26 september 1996 (Algemene
Aannemingsvoorwaarden) stelt de architect een borgtocht ten bedrage van 5% van zijn
oorspronkelijke aannemingssom. Deze borgtocht in niet verschuldigd ingeval het bedrag van de
opdracht lager is dan 22 000,00 euro excl. BTW.
Indien het ereloon minder dan 67.000,00 euro bedraagt ziet het bestuur (aanbestedende overheid)
expliciet af van het eisen van een borgstelling spijts hiertoe naar de letter van de regelgeving
verplichting bestaat. Het bestuur wil hiermee evenwel bijdragen tot de basisdoelstelling van de
wetgeving overheidsopdrachten: van de markt een dienst bekomen en naar de kandidaten voor
Pagina | 12
deze opdracht getuigen van een wervend en onthaalvriendelijk profiel. Het afzien van een
borgstelling voor deze opdracht met relatief geringe omvang draagt hiertoe bij.
Artikel 6: Verzekering
Het ontwerpteam heeft haar beroepsaansprakelijkheid, met inbegrip van de tienjarige
aansprakelijkheid, verzekerd bij ……………..,
De verzekering draagt het polisnummer ……………..
In toepassing van artikel 15 van het KB van 28 april 1985 betreffende het reglement van de
beroepsplicht, moet de architect als vertegenwoordiger van het ontwerpteam zowel zijn
contractuele beroepsaansprakelijkheid, zijn buitencontractuele beroepsaansprakelijkheid en de
tienjarige aansprakelijkheid gedekt zijn.
Wanneer de architect zijn beroepsaansprakelijkheid beperkt heeft tot de architectuurvennootschap,
dient de architect te voldoen aan de bepalingen zoals omschreven in de Wet van 15 februari 2006
betreffende de uitoefening van het beroep van architect in het kader van een rechtspersoon (Wet
Laruelle), bij gebreke waaraan zijn wettelijk vertegenwoordiger verklaart hoofdelijk en solidair
aansprakelijk te zijn met het ontwerpteam.
Het ontwerpteam verbindt er zich toe zijn verzekeringscontract te laten gelden tot 10 jaar na de
voorlopige oplevering van de werken die het voorwerp uitmaken van de overeenkomst met het
ontwerpteam. Het ontwerpteam erkent dat zij voldoet aan de minimumvoorwaarden zoals
omschreven in het KB van 25 april 2007 betreffende de verplichte verzekering voorzien door de
wet van 20 februari 1939 op de bescherming van den titel en van het beroep van de architect.
Zij levert er het bewijs van de verzekering, alsook van de betaling van de premie op eerste verzoek
van de bouwheer.
De Raad van de Orde van Architecten die kan worden geraadpleegd met het oog op de naleving
van de verzekeringsplicht kan bereikt worden op volgende coördinaten:……………………….
Artikel 7: Aansprakelijkheid
Overeenkomstig de artikelen 1792 en 2270 van het Burgerlijk Wetboek is het ontwerpteam
gedurende 10 jaar aansprakelijk. De termijn van de tienjarige aansprakelijkheid gaat in vanaf de
definitieve oplevering.
Het ontwerpteam is eveneens aansprakelijk gedurende 10 jaar na de definitieve oplevering voor
alle verborgen gebreken, wanneer de oorzaak van deze gebreken te wijten is aan fouten of
gebreken die zouden voorkomen uit haar opdracht, inzonderheid haar onderzoeken,
berekeningen, plannen, gebrekkige controle enz..
Het ontwerpteam erkent uitdrukkelijk dat haar aansprakelijkheid niet beperkt wordt door het nazicht
dat door de bouwheer en/of de VMSW zou worden uitgevoerd in de opeenvolgende fasen. Het
nazicht en goedkeuring van de bouwheer en/of VMSW is enkel van algemene aard en kan nooit
beschouwd worden als een inmenging in het concept en de controleverplichting van het
ontwerpteam. Het is dus geenszins te beschouwen als een volledige controle van het technisch
dossier. Het ontwerpteam verklaart expliciet dat zij steeds de eindverantwoordelijkheid draagt.
Wanneer bepaalde opmerkingen door de bouwheer en/of VMSW worden gemaakt op één van de
documenten van het dossier dat aan het ontwerpteam wordt terugbezorgd dan geldt deze
opmerking voor alle andere stukken waaruit het dossier is samengesteld. Het ontwerpteam draagt
Pagina | 13
er dan ook zorg voor dat de verschillende gegevens van het dossier steeds met elkaar in
overeenstemming zijn.
Het ontwerpteam neemt eveneens de verantwoordelijkheid op zich voor de keuze van alle door
haar aanvaarde systemen of materialen die in het kader van een openbare aanbesteding
voorgesteld worden door de inschrijvers. Het ontwerpteam is ertoe gehouden deze voorstellen
grondig te onderzoeken alvorens ze te aanvaarden of te verwerpen. Indien hij ze verwerpt, dient zij
haar beslissing in een gedetailleerde nota, gericht aan de bouwheer, te verantwoorden.
Het ontwerpteam is gehouden om de bouwheer te vrijwaren voor de burgerrechtelijke gevolgen
van de misdrijven die naar aanleiding van de realisatie van het gebouw, als gevolg van de
miskenning van de stedenbouwkundige bepalingen zouden worden vastgesteld, voor zover deze
misdrijven hun oorsprong vinden in een onvolledige of foutieve informatie door de archtict.
Artikel 8: Auteursrechten
De bouwheer die de erelonen van het ontwerpteam heeft betaald, onder voorbehoud van aftrek
van eventuele vertragingsboete, dan wel werkelijke schade van de bouwheer, wordt als eigenaar
van de plannen en studies, zowel digitaal als op papier, beschouwd. Het ontwerpteam verklaart
dan ook ondanks het feit dat de architect de titularis is van de auteursrechten, zij geen enkel
retentierecht zal uitoefenen op de plannen, studies, enz..en dit naar aanleiding van een betwisting
met de bouwheer ongeacht de aard hiervan en dit op straffe van alle schade die de bouwheer
hierdoor zou lijden. Het ontwerpteam doet uitdrukkelijk afstand van haar recht om dezelfde
plannen achtereenvolgens aan verschillende bouwheren te verkopen. Elke vergoeding voor deze
rechten zitten mee vervat in het ereloon van het ontwerpteam. Het staat de bouwheer vrij om als
eigenaar van de plannen wijzigingen aan het gebouw aan te brengen en/of het gebouw af te
breken.
Alle ingediende documenten worden eigendom van de bouwheer. De architect behoudt het
auteursrecht van de door hem/haar ingediende documenten. Door de ondertekening van de
overeenkomst verleent de architect aan de bouwheer niettemin een gratis afstand van zijn
auteursrechten voor wat betreft de fotografische weergave van de realisatie zowel in drukvorm als
digitaal, voor tentoonstellingen en andere. De gratis afstand van auteursrechten ten gunste van de
bouwheer geldt ook en onverkort voor de hierboven nader omschreven fotografische weergave
van de plannen. Bovenvermelde afstand van auteursrechten wordt eveneens gratis verleend aan
de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen en het Vlaams Gewest voor wat betreft althans de
fotografische weergave van de realisatie zowel in drukvorm als digitaal, tentoonstellingen en
andere. De Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen wordt door de architect tevens een gratis
afstand van auteursrechten toegekend voor de hierboven nader omschreven fotografische
weergave van de plannen gerealiseerd ten gunste van de bouwheer.
Artikel 9: Vertragingsboete
Het ontwerpteam verbindt er zich toe om de vermelde opdracht uit te voeren binnen de in art. 1
vermelde termijnen. Bij overschrijding van voornoemde termijnen is de bouwheer gerechtigd om na
ingebrekestelling een boete van ........... euro per kalenderdag vertraging in rekening te brengen.
Deze boete wordt toegerekend op de eerstvolgende ereloonnota.
Het totaal van de in de loop van de uitvoering van het contract uit dien hoofde verschuldigde
schadevergoeding kan niet meer bedragen dan 5 % van het totale ereloon voor de opdracht.
Pagina | 14
Artikel 10: Oplevering en einde van de opdracht
De opdracht van het ontwerpteam neemt een einde op datum van de definitieve oplevering,
behoudens de bijstand die het ontwerpteam nog uit hoofde van zijn opdracht aan de bouwheer zou
verschuldigd zijn.
Partijen erkennen uitdrukkelijk dat geen stilzwijgende aanvaarding van de werken kan plaatsvinden
en de definitieve oplevering enkel kan doorgaan mits voorafgaandelijke aanvraag en
ondertekening van een blanco proces-verbaal van oplevering met de aannemer(s) en de architect.
De bouwheer heeft het recht om na schriftelijke aanvangsbevestiging van elke uit te voeren fase
vermeld in artikel 3 de opdracht van het ontwerpteam stop te zetten en dit zonder enige vorm van
schadevergoeding, behoudens de verplichting van de bouwheer om het ontwerpteam te
vergoeden voor de reeds geleverde prestaties.
Indien de bouwheer deze overeenkomst eenzijdig beëindigt vóór zij volledig uitgevoerd is, heeft
het ontwerpteam recht op een vergoeding voor de reeds geleverde prestaties, met uitsluiting van
elke winstdervingsvergoeding indien de beëindiging geschiedt voor de goedkeuring van het
voorontwerp en voor de indiening van de stedenbouwkundige aanvraag. Bij eenzijdige beëindiging
na deze goedkeuring of na deze indiening van de stedenbouwkundige aanvraag heeft het
ontwerpteam recht op 10 % van het verschuldigde basisereloon voor de normaal nog te leveren
prestaties.
In de gevallen voorzien in onderstaande punten mogen de documenten en plannen na afrekening
zonder bijkomende vergoeding gebruikt worden door de bouwheer om te voorzien in het in
gebreke blijven van de architect, die afziet van alle eigendomsrechten op deze documenten.
Onverminderd alle andere rechten en na eventuele toepassing van inhoudingen op het ereloon,
kan de bouwheer zonder enige vorm van schadevergoeding een eind aan de overeenkomst
maken wanneer:




het ontwerpteam haar verplichtingen niet nakomt of indien de ingediende
documenten fouten of vergissingen bevatten die ze onbruikbaar maken
wanneer het ontwerpteam haar werkzaamheden stopzet of overdraagt aan een
opvolgend architect, zonder de toestemming van de bouwheer
wanneer het ontwerpteam niet langer haar prestaties kan uitvoeren
wanneer de architect kennelijk onvermogend is
Wanneer één van deze situaties zich voordoet, dan zijn de bouwheer haar slecht de erelonen voor
goedgekeurde prestaties verschuldigd zijn. De bouwheer heeft het recht op een schadevergoeding
gelijk aan de bijkomende erelonen die hij heeft moeten betalen aan het opvolgend ontwerpteam.
Ziekte en werkonbekwaamheid tengevolge van een ongeval, zijn gevallen van overmacht en dit
voor zover het ontwerpteam de bouwheer hiervan onverwijld in kennis stelt vanaf deze
overmachtsituatie zich voordoet. In dat geval betaalt de bouwheer de geleverde prestaties tot op
het moment van de overmachtsituatie.
Artikel 11: Diverse bepalingen
Alle door het ontwerpteam opgestelde documenten worden door haar gedagtekend en
ondertekend.
Het ontwerpteam heeft het recht om haar werk te signeren in de materie. Deze signatuur dient in
overeenstemming te zijn met de beroepsplichtenleer.
Pagina | 15
Voor alle punten die niet door onderhavige overeenkomst worden vastgelegd, wordt verwezen
naar enerzijds de deontologische norm 2 en anderzijds naar de KVIV normen voor de
raadgevende ingenieurs (opdracht barema E (technische uitrusting van bouwwerken) en barema S
(structuren/stabiliteit).
Artikel 12: Geschillen
Wanneer zich geschillen voordoen waartoe deze overeenkomst aanleiding geeft, trachten partijen
deze geschillen in de eerste plaats op minnelijke wijze op te lossen. Wanneer partijen hierin niet
slagen zijn enkel de rechtbanken van het arrondissement Antwerpen bevoegd.
Opgemaakt te …………………….. op …………………… in twee exemplaren, waarvan elke
ondertekenaar verklaart een exemplaar ontvangen te hebben.
……………….
De bouwheer
………………………….
De architect/ontwerpteam
……….…………………..
architectenvennootschap
Bijlagen:
- ABC
- Barema erelonen ontwerpteam
- Overeenkomst EPB-Verslaggever
- Overeenkomst Veiligheidscoördinatie
- ….
Pagina | 16
AANGETEKEND datum…………
Betreft : Onderhandelingsprocedure met bekendmaking CBO Nr.9 betreffende
……………………………………………………………………………………………
Mevrouw, Mijnheer,
Ingevolgde de onderhandelingsprocedure uitgeschreven door de Vlaamse Maatschappij voor
Sociaal Wonen inzake het afsluiten van één of meerdere aannemingsovereenkomsten tot de
oprichting van sociale woningen, inclusief het ontwerp en verwerving van de grond die
gerelateerd is aan deze woningen, maken wij u volgende bestelling over:
1.Aankoop van de grond: ……………………euro
2.Bouwen van ….. woningen: ………………….euro*
*bestelbedrag (zonder btw) na onderhandelingsfase 3 en gunstig geadviseerd door VMSW
Het bestelbedrag voor de opbouw moeten worden beschouwd als vaste aannemingssommen
en moet toereikend zijn voor de volledige voltooiing van de werken, die begrepen zijn in het
dossier dat ten grondslag lag aan de oproep tot de mededinging, en tegen de daarin bepaalde
voorwaarden.
De aanvangsdatum van de werken vastgesteld op …………… en de uitvoeringstermijnen op
…………… kalenderdagen.
De leiding van en het toezicht op de werken is toevertrouwd aan ontwerper van de
plannen,……............................ Wijzigingen van de aanneming mogen, behoudens
hoogdringendheid, slechts door de ontwerper aan uw firma bevolen worden nà daartoe door de
bouwheer schriftelijk gemachtigd te zijn.
Uw bijzondere aandacht wordt gevestigd op de stipte naleving van de wettelijke en
reglementaire voorschriften met betrekking tot de registratie der aannemers. Wanneer u een
beroep doet op onderaannemers dienen deze te voldoen aan de wetgeving houdende regeling
van de erkenning van aannemers van werken, in verhouding tot het deel van de opdracht dat zij
zullen uitvoeren.
Gelieve ons de volgende stukken te bezorgen :
1. Binnen de 10 dagen, volgend op de datum van onderhavige brief : een mandaat waarin
de persoon aangeduid wordt die belast wordt om u als gevolmachtigde te
vertegenwoordigen en waarin diens bevoegdheden gestipuleerd worden.(cf. art. 75 § 2
van het K.B. van 14 januari 2013).
2. Binnen de 15 dagen, volgend op de datum van onderhavige brief : het bewijs dat u de
verzekeringscontracten gesloten hebt ter verzekering van de risico´s waarvan sprake in
art. 24 van het K.B. van 14 januari 2013 en van het bestek VM/B.
3. Binnen de 30 dagen, volgend op de datum van onderhavige brief : het bewijs dat de
vereiste borgtocht is gestort (cf. art. 27 van het K.B. van 14 januari 2013 en van het
bestek VM/B).
Wij verzoeken u zich persoonlijk op ons kantoor aan te bieden op ……………… om …………..
uur, om het “aannemingsdossier” te ondertekenen.
Met hoogachting,
Handtekening van twee bevoegde afgevaardigden
van de sociale-huisvestingsmaatschappij
CHECKLIST UITSLUITINGSCRITERIA
 Uitsluitingscriteria met betrekking tot de ligging van de site:
Inzake de ligging van de site moet in fase 1 minstens aan de hiernavolgende
kwalitatieve eisen worden voldaan. De volgende vereisten in verband met het
aangeboden
onroerend
goed
worden
beschouwd
als
essentiële
regelmatigheidscriteria die bij niet-naleving zonder meer tot de ongeldigheid van
de offerte leiden (uitsluitingscriteria, op straffe van absolute nietigheid van de
ingediende offerte).
 tenminste drie van de volgende basisvoorzieningen (in volgorde van
belangrijkheid) komen binnen een straal van circa 1 km van het project
voor:
 voedingswinkel(s);
 dienstverlenende voorzieningen voorhanden zijn (zoals openbaar
vervoer, parkeerplaatsen, winkels, scholen, sportgelegenheid,
kinderdagverblijf, groenzones, enz.);
 basisschool;
 ontmoetingsruimte met centrumfunctie, bijv. kerk, gemeentehuis;
 de site is gelegen buiten de invloed van bewoning - in - het - gedrang brengende omgevingsfactoren (abnormale geluidsoverlast, nabijheid van
stortterreinen, autosnelwegen zonder afschermingen, enz.) en buiten de zone
van vervuilende of storende industrie (minimum vogelvlucht-afstand van
300 m);
 niet gelegen zijn in een gebied met overstromingsgevaar en moet voldoen
aan de watertoets;
 Vervuilde gronden worden niet aanvaard.
Voor elk terrein (bebouwd of onbebouwd) wordt een verklaring (van de
grondeigenaar of de inschrijver) geëist (bijlage 11). Indien het terrein een
risicogrond is dan moet de inschrijver het resultaat van het oriënterend en/of
beschrijvend bodemonderzoek samen met het advies van OVAM
voorleggen én dient deze de nodige garanties te bieden dat de eventueel
vereiste sanering van de gronden uiterlijk binnen de 18 maanden nà de
betekening door de SHM van de uitnodiging voor toetreding tot de
onderhandelingsfase 3 zal beëindigd zijn.
Indien tijdens de uitvoering der werken vervuiling van bepaalde gronden
wordt vastgesteld, dan zullen deze door de inschrijver, op zijn kosten,
gesaneerd of verwijderd dienen te worden.
 De eigendomstitel, verkoopovereenkomst of verkoopbelofte dient aan te
tonen dat het bezit of de toezegging tot verwerving effectief en uitsluitend
betrekking heeft op de volledige volle eigendom. De volledige volle
eigendom van het aangeboden goed dient toe te komen aan de inschrijver.
Indien de eigendom toekomt aan een derde zoals bijvoorbeeld een
Versie 28.05.2014
Pagina 1
dochteronderneming of enige andere onderneming moet
samenwerkingsovereenkomst uit het bestek gebruiken. (bijlage 10)
u
de
 De inschrijver dient eveneens aan te tonen dat het aangeboden onroerend
goed vrij van gebruik is en dat het met geen enkel voorkeurrecht tot
aankoop, noch enig contractueel of decretaal voorkooprecht of
wederinkooprecht, noch met een vervreemdingsverbod bezwaard is (bijlage
9);
 De aangeboden grond moet onbebouwd zijn of de bestaande constructies
moeten gesloopt worden;
 Aanbiedingen waarvan de grond of een deel van de grond in het bezit is van een
gemeente, een OCMW of een autonoom gemeentebedrijf of die zullen worden
overgedragen door een gemeente, een OCMW of een autonoom gemeentebedrijf,
kunnen eveneens aanvaard worden.
 Uitsluitingscriteria met betrekking tot de inschrijver en de in te
dienen documenten:
De inschrijver bezorgt de onderstaande gevraagde stukken voor de fase 1 van
deze onderhandelingsprocedure uiterlijk op de door de VMSW vooropgestelde
datum voor indiening (zie dienaangaande punt E van eerste deel van het
bijzonder bestek voor de CBO-fase 1) aan de VMSW. Het niet naleven van deze
verplichting is een substantiële onregelmatigheid, die de absolute nietigheid van
de globale offerte met zich brengt. De VMSW zal de offerte als niet meer
bestaande beschouwen. Dit wegens de vereiste gelijke behandeling en
beoordeling van alle inschrijvers.
 een ondertekend inschrijvingsformulier I 2013;
 de bewijzen dat voldaan werd aan de geldende voorschriften inzake
erkenning of indien de inschrijver niet erkend is, de nodige formaliteiten
voor evaluatie van de minimale financiële, ecomische en technische
capaciteiten;
 betreffende de RSZ is de inschrijver, volgens de toestand, afgesloten
daags voor de opening der inschrijvingen en slaande op het voorlaatste
kwartaal, niet meer dan 2.500 euro aan bijdragen verschuldigd. Een attest
wordt door de VMSW opgevraagd.
 jaarrekeningen van de laatste twee jaren;
 verklaringen van bankinstellingen waar de inschrijver de afgelopen 5 jaar
cliënt is geweest waarin wordt bevestigd dat de inschrijver bij de
desbetreffende bankinstellingen zijn verplichtingen tijdens deze periode
steeds correct is nagekomen;

referentielijst van uitgevoerde gelijkwaardige werken gedurende de
Versie 28.05.2014
Pagina 2
laatste 5 jaar met vermelding van de opdrachtgevers, plaats, bedrag en
een korte omschrijving (kopie proces-verbaal) van de uitgevoerde
werken;

opsomming van het eigen beschikbare personeel met vermelding van het
opleidingsniveau;
 een liggings- en kadastraal plan, met duidelijke afbakening van de te
bebouwen percelen;

een kopie van de geldige eigendomstitel, verkoopovereenkomst of
verkoopbelofte, waarin minimaal de volgende gegevens zijn opgenomen:
identificatiegegevens verkoper, identificatiegegevens koper, beschrijving
van het verkochte/te verkopen goed, verkoopprijs, datum
overeenkomst/belofte, handtekening van de contracterende partijen.
Indien de eigendomstitel, verkoopovereenkomst of verkoopbelofte niet
zou toekomen of toegezegd zijn aan de inschrijver maar aan een derde
diet u de ingevulde model-samenwerkingsovereenkomst, toegevoegd bij
het bestek, bij uw offerte te voegen.

verklaring inzake bezwaardheden grond (bijlage 9);
 verklaring inzake risicogrond (bijlage 11);
 verklaring tijdige sanering verontreinigde grond (bijlage 12). De drie
bovenstaande verklaringen dienen volledig ingevuld te worden,
ondertekend en gedateerd. Bovendien worden bodemattesten niet
aanvaard als plaatsvervangende documenten voor de gevraagde
verklaringen;
 bij voorkeur een opmetingsplan;
 het stedenbouwkundig statuut;
 summiere beschrijving van het concept.
Versie 28.05.2014
Pagina 3