ISSN 1830-6357 Europees Economisch en Sociaal Comité EESC info Europees Economisch en Sociaal Comité Een brug tussen Europa en het maatschappelijk middenveld Maart 2015 | NL HOOFDARTIKEL Beste lezers, “ Het is een feit dat jongeren vandaag de dag te kampen hebben met werkloosheid en een gebrek aan zekerheid, maar ze hebben ook een positieve boodschap voor alle Europese besluitvormers, namelijk dat ze gemotiveerd zijn en bereid om hard te werken voor een Europa waar ze zich thuis kunnen voelen. Een boodschap van optimisme, waaruit blijkt dat als jonge mensen steun ontvangen voor hun studie en bij het creëren van kwaliteitsbanen, ze zich ook echt zullen inzetten voor een krachtig en verenigd Europa. Ideeën uitwisselen, openstaan voor nieuwe voorstellen en de handen ineenslaan voor een gemeenschappelijk streven – een beter leven en een betere toekomst voor alle Europeanen – is belangrijker dan ooit. Het is erg verheugend om te vernemen dat de Europese Commissie bereid is verder samen te werken met het EESC. De Europeanen verwachten dat Europa nieuw leven wordt ingeblazen, ze verwachten snelle en doeltreffende aanpassingen. Het EESC staat klaar om deze uitdaging aan te gaan, en wenst de samenwerking met de Europese Commissie en het Europees Parlement te intensiveren en doeltreffender te maken. In deze dialoog zal het EESC zich altijd opwerpen als spreekbuis van het maatschappelijk middenveld en proberen om „een positieve houding over te brengen”, zoals de heer Juncker suggereerde. Wat is een betere manier om een positieve houding over te brengen dan door te luisteren naar wat jongeren te zeggen hebben? In februari ontving het Comité in totaal 50 ondernemers, vertegenwoordigers van vakbonden en sociale ondernemers onder de 35 jaar. Het is een feit dat jongeren vandaag de dag te kampen hebben met werkloosheid en een gebrek aan zekerheid, maar ze hebben ook een positieve boodschap voor alle Europese besluitvormers, namelijk dat ze gemotiveerd zijn en bereid om hard te werken voor een Europa waar ze zich thuis kunnen voelen. Een boodschap van optimisme, waaruit blijkt dat als jonge mensen steun ontvangen voor hun studie en bij het creëren van kwaliteitsbanen, ze zich ook echt zullen inzetten voor een krachtig en verenigd Europa. ” Voorzitter Jean-Claude Juncker tijdens de EESC-zitting: de Europese Commissie en het EESC werken eendrachtig aan oplossingen voor Europa Jean-Claude Juncker, voorzitter van de Europese Commissie, heeft op 18 februari 2015, tijdens de 505e zitting van het EESC, duidelijk laten blijken het maatschappelijk middenveld te steunen. De nieuw aangetreden voorzitter pleitte voor meer samenwerking tussen beide instellingen, met name bij de uitvoering van het werkprogramma voor 2015, waaraan hij het EESC graag ziet bijdragen. Voorafgaand aan de zitting sprak JeanClaude Juncker met EESC-voorzitter Henri Malosse over het investeringsplan waarmee de Europese Commissie de werkgelegenheid en de economie in de EU wil stimuleren. Wijzend op de steun van het EESC voor dit initiatief zei Henri Malosse: „De mensen in Europa willen dat wij 20 maart 2015 / EESC, Brussel: Conferentie over het bevorderen van de betrokkenheid van economische en sociale actoren bij ontwikkelingssamenwerking 22-23 april 2015 / EESC, Brussel: EESC-zitting 23-25 april 2015 / EESC, Brussel: „Jouw Europa, jouw mening” 2015 3 3 4 Tijd voor actie – Herziene 2020-strategie moet worden uitgevoerd Spaarbanken en kredietcoöperaties: een onmisbare andere vorm van zakendoen Goede landbouw – goed milieu – goede voeding – goede gezondheid – goed leven Voorzitter Jean-Claude Juncker tijdens de zitting van het EESC hun zorgen over werkloosheid, deindustrialisering, stagnerende groei en klimaatverandering wegnemen. Zij verwachten snelle veranderingen die zoden aan de dijk zetten.” In reactie hierop zei Jean-Claude Juncker: „Ik denk dat Europa iets kan betekenen en ook nodig is. Het is tijd om een positieve houding aan te nemen. De EESC-leden kunnen ons daarbij In het debat dat hierop volgde toonden EESC-leden zich ingenomen met Junckers vaste voornemen om de sociale partners en het maatschappelijk middenveld bij de hervormingen te betrekken. De drie groepen van het EESC (werkgevers, werknemers en diverse werkzaamheden) benadrukten hoe belangrijk een spoedig en duurzaam economisch herstel is. Ook werd beklemtoond dat Europa, dat vrede en verzoening tussen de Europese volkeren als uitgangspunt heeft in zijn streven naar integratie, sterk en eensgezind moet reageren op door haat ingegeven terreurdaden. (cad) ● A New Generation 4 A New Europe treden met Europese beleidsmakers. Het Comité ontving 50 ondernemers, vertegenwoordigers van vakbonden en sociale ondernemers jonger dan 35 jaar. In april zal het EESC zijn deuren openen voor jongeren uit heel Europa om hen de kans te geven om – in het hart van Europa – hun stem te laten horen in het debat over het Europees burgerinitiatief. Ik ben ervan overtuigd dat zij opnieuw met een positieve boodschap zullen komen, ook voor de andere EU-instellingen. Hopelijk zijn die bereid te luisteren en te handelen! Henri Malosse voorzitter van het EESC VOOR IN UW AGENDA IN DIT NUMMER helpen: we moeten een dialoog aangaan met de Europeanen, en jullie moeten hun laten zien wat Europa precies doet.” aldus EESC-voorzitter Henri Malosse bij de opening van de discussie met de jonge deelnemers. Het EESC heeft op 3 en 4 februari in Brussel een seminar georganiseerd onder de titel „A New Generation 4 A New Europe” (Een nieuwe generatie voor een nieuw Europa), waarin jongeren hun standpunt en ideeën konden ventileren over de toekomst van Europa. De jonge deelnemers aan het seminar hebben praktische voorstellen gedaan voor de manier waarop Europa kan helpen om de situatie van jongeren op het vlak van werkgelegenheid en zakelijke kansen te verbeteren. Dit interactieve seminar gaf 50 vertegenwoordigers van Europa’s nieuwe generatie de kans om hun mening te geven en in contact te Jonge deelnemers aan het seminar „A New Generation 4 A New Europe” presenteerden hun voorstellen voor de manier waarop Europa kan helpen om de situatie van jongeren verbeteren >>> Bladzijde 2 „Zeg ‘nee’ tegen degenen die spreken van een ‘verloren generatie’. Europeanen moeten de kans krijgen om hun innovaties in Europa te ontwikkelen”, ww www.eesc.europa.eu 2015 – Een beslissend jaar voor het TTIP (ve r vo l g v a n b l z . 1) Jacek P. Krawczyk, voorzitter van de groep Werkgevers, EESC-rapporteur inzake het TTIP A N e w G e n e r at i o n 4 A New Eu r o p e nabije toekomst rond te krijgen. Moet er meer vaart achter worden gezet? Als EESC-rapporteur voor het TTIP, zeg ik van wel, maar niet tot elke prijs. Op 6 februari werd de 8e onderhandelingsronde te Brussel afgesloten. De EU-hoofdonderhandelaar, de heer Bercero, wees erop dat aan beide zijden van de Oceaan de politieke wil aanwezig is om het tempo van de onderhandelingen op te voeren. De onderhandelingsteams hebben geluisterd naar de standpunten van ruim 80 organisaties die het maatschappelijk middenveld vertegenwoordigen: werkgevers, vakbonden, milieu- en consumentenorganisaties en andere ngo’s. Volgens hen is de input van deze instanties van onschatbare waarde. Jacek P. Krawczyk, voorzitter van de groep Werkgevers, EESC-rapporteur inzake het TTIP Het is nu of nooit volgens tal van deskundigen die zich over het tijdschema voor het trans-Atlantisch partnerschap voor handel en investeringen (TTIP) hebben uitgesproken. Als de onderhandelingen over de tekst van de overeenkomst niet worden afgerond vóór het einde van dit jaar, zal het moeilijk, zo niet onmogelijk zijn om, gelet op de politieke agenda van de VS, het akkoord in de Het EESC, evenals de groep Werkgevers, was van meet af aan nauw betrokken bij het TTIP. Het Comité werkt thans aan twee specifieke adviezen: het eerste over ISDS (Investor-to-State Dispute Settlement – beslechting van geschillen tussen investeerders en staten), het tweede over het mkb-hoofdstuk in het TTIP (met mevrouw Butaud-Stubbs van de groep Werkgevers als rapporteur). Op 9 maart 2015 heeft de groep Werkgevers op Malta een conferentie over het TTIP gehouden. Eind 2014 heeft de groep een rondetafelgesprek georganiseerd, waaraan zowel belangrijke Europese bedrijfsorganisaties als de EU-hoofdonderhandelaar hebben deelgenomen. De bijeenkomst heeft geleid tot een gezamenlijke verklaring waarin steun wordt betuigd aan het TTIP en waarin de verwachtingen van het bedrijfsleven ten aanzien van de overeenkomst worden uiteengezet. In een in juni goedgekeurd advies verheugt het EESC zich over het TTIP omdat volgens hem „een veelomvattende handelsovereenkomst tussen de EU en de VS aanzienlijke mogelijkheden biedt zowel vanuit het oogpunt van uitbreiding van de handel en investeringen aan weerszijden van de Atlantische Oceaan als wat betreft de mogelijke bijdrage tot de ontwikkeling van betere mondiale regels en normen, die het multilaterale handelssysteem ten goede zouden komen”. De groep Werkgevers steunt het TTIP en de inspanningen van de onderhandelaars ten volle. Een ambitieuze overeenkomst zal talloze mogelijkheden voor bedrijfsactiviteiten creëren en bijgevolg ook duizenden nieuwe banen opleveren. Ik moedig de twee onderhandelende partijen aan om een rationeel debat aan te gaan, op basis van feiten en niet van verzinsels. Het TTIP zal zonder publieke steun niet worden geratificeerd en ik verzoek de Europese Commissie met klem haar inspanningen op te voeren en het publiek op een duidelijke en transparante wijze te informeren en voor te lichten over het TTIP. ● „De toekomst van Europa hangt af van de keuzes die we nu maken. Het nieuwe Europa van morgen hangt af van het succes van de zakelijke ideeën van ondernemers”, voegde Europarlementariër Eva Paunova, tevens aanwezig bij het debat, hieraan toe. Tijdens het seminar werd ingegaan op de vraag wat jongeren van de EU verwachten, en hoe jonge Europeanen willen dat het investeringsplan van de Commissie ter waarde van 315 miljard euro wordt besteed. Ook werd gesproken over de behoefte aan hoogwaardige banen, over financiering en alternatieve financieringsmethodes, over de bevordering van het ondernemerschap en de rol van sociale ondernemingen voor de Europese groei en werkgelegenheid. Er werden diverse aanbevelingen gedaan, zoals: ● Onderwijs: de noodzaak van technisch onderwijs en de kennis van leerkrachten over het ondernemerschap. ● Hoogwaardige banen: bescherming van stagiairs en leerlingen dankzij een Europees kader dat vooruitzichten op een goede loopbaan biedt. ● Alternatieve financiering: bevordering van crowdfundingplatforms voor het financieren van projecten van de burgers en bedrijven met behulp van elektronische valuta. (hb) ● Presentatie EESC-advies over het Europees minimuminkomen in Madrid studie die zojuist verschenen is en volgens welke 27,3% van de bevolking in Spanje, d.w.z. meer dan 12,8 miljoen mensen, in armoede leeft en in bijna 1 800 000 gezinnen geen van de volwassen gezinsleden werk heeft. Op 12 februari 2015 is in de kantoren van de vertegenwoordiging van de Europese Commissie in Madrid het EESC-advies over het Europees minimuminkomen gepresenteerd. De directeur van de vertegenwoordiging van de Commissie in Madrid, Francisco Fonseca, opende de vergadering met een welkomstwoord en bedankte de Spaanse leden van het EESC voor hun hulp bij de presentatie van dit advies. Het woord was eerst aan Marcos Peña, voorzitter van de Spaanse Sociaaleconomische Raad, die in zijn toespraak nader inging op de toenemende ongelijkheid en de noodzaak van een grotere cohesie in Spanje en Europa. De vakbonden waren vertegenwoordigd door de secretarissen-generaal van de twee grootste vakbondcentrales, de CCOO (Comisiones Obreras de Comisiones Obreras) en de UGT Presentatie van het EESC-advies over een Europees minimuminkomen bij de vertegenwoordiging van de Europese Commissie in Madrid (Unión General de Trabajadores, de heren Ignacio Fernandez Toxo en Cándido Méndez. Beiden zijn uitdrukkelijk voorstander van onderhandelingen om samen met de overheid tot een overeenkomst te komen. Zij willen alles in het werk stellen en, zo nodig, campagne voeren, om hierover een debat op gang te brengen in het Spaanse parlement. Graciela Malgesini van het Europees Netwerk voor armoedebestrijding (EAPN) volgde de lijn van de vakbonden en haalde enkele cijfers aan uit een Tot slot mochten de drie leden van het EESC, Luca Jahier (voorzitter van de groep Diverse Werkzaamheden), Eduardo del Pueyo (lid van de groep Werkgevers) en Georges Dassis (voorzitter van de groep Werknemers en rapporteur van het advies) het advies toelichten. Zij zetten de belangrijkste punten en voorstellen van het EESC-advies uiteen. 140 mensen namen deel aan de vergadering, waaronder nationale en Europese parlementsleden, afgevaardigden van politieke partijen, vertegenwoordigers van vakbonden en werkgeversorganisaties alsook vertegenwoordigers van tal van ngo’s uit de sociale sector en diverse media. (fs/cad) ● Groep Diverse Werkzaamheden brengt in Ieper eerbetoon aan de slachtoffers van de Grote Oorlog Eerste schepen (locoburgemeester) Jef Verschoore, die de groep verwelkomde in het stadhuis, wees erop dat Ieper vandaag bekend staat als de vredesstad. Om de drie jaar reikt de stad een internationale vredesprijs uit aan een persoon of organisatie die zich op uitzonderlijke wijze heeft ingezet voor een vreedzamere wereld. Daarnaast speelt Ieper een actieve rol in het internationale netwerk Mayors for Peace (Burgemeesters voor Vrede). Het aantal leden van dit netwerk, dat ijvert voor de volledige afschaffing van kernwapens, is sinds 2005 gestegen van 600 tot 6 000 steden. Luca Jahier, voorzitter van de groep Diverse Werkzaamheden, samen met andere leden van de groep in Ieper Luca Jahier, voorzitter van de groep Diverse Werkzaamheden, heeft samen met een aantal andere groepsleden een bezoek gebracht aan Ieper, een middeleeuwse stad in de Belgische provincie West-Vlaanderen, ter gelegenheid van de herdenking van de 37 miljoen mensen die op tragische wijze het leven lieten tijdens de Grote Oorlog. 2 De Eerste Wereldoorlog heeft een onuitwisbare stempel gedrukt op Ieper. De stad was het decor van een aantal gruwelijke veldslagen, waarvan de derde slag om Ieper – de slag om Passendale –, de hoogste tol aan mensenlevens heeft geëist: 600 000 soldaten kwamen bij deze gevechten om het leven. Piet Chielens, coördinator van het In Flanders Fields Museum en verantwoordelijk voor de tentoonstellingen en de publieksprogrammering, belichtte deze tragische dagen en weken in Ieper niet alleen vanuit historisch maar ook vanuit menselijk oogpunt, en stond onder meer stil bij het leed dat de dood van individuele soldaten berokkende aan ouders, geliefden en kinderen. De heer Jahier maakte in zijn toespraak pijnlijk duidelijk hoe onvoorstelbaar hoog het aantal gesneuvelde soldaten is, met de opmerking dat de klaroenen van de Last Post in Ieper meer dan 27 000 jaar lang dagelijks zouden moeten weerklinken om hulde te brengen aan elke jonge man die tijdens de Eerste Wereldoorlog het leven verloor. Verzoening en vrede tussen de lidstaten zijn de grootste overwinning op het palmares van de Europese Unie, aldus de heer Jahier. Ook wees hij erop hoe belangrijk het is dat jongeren de geschiedenis kennen: het is onze gezamenlijke verantwoordelijkheid hen te doordringen van de gevolgen van oorlog en de onschatbare waarde van vrede. Dat geldt vooral in deze tijden, nu oorlog niet langer helemaal ondenkbaar is en we brutaal wakker zijn geschud door de gebeurtenissen aan de EU-grenzen, het opduiken van extremistische groeperingen en aanslagen in onze eigen landen, zo besloot de heer Jahier. (sma) ● De klaproos, symbool van oorlogsherdenking Tijd voor actie – Herziene 2020-strategie moet worden uitgevoerd De 505e zitting van het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) stond vooral in het teken van de economische en sociale toekomst van de EU. Guntram Wolff, directeur van de Europese denktank Bruegel, pleitte met het oog op de 2020-strategie voor de tenuitvoerlegging van een concurrentiekader op EU-niveau, niet in de laatste plaats om verschillen op het gebied van loonbeleid onder controle te houden. In zijn commentaar op de Jaarlijkse Groeianalyse 2015 merkte EESCrapporteur Gonçalo Lobo Xavier op: „Zowel op Europees als nationaal niveau moeten we toewerken naar meer doelgericht beleid.” De Europese sociale partners en het maatschappelijk middenveld zijn bereid om bij te dragen en compromissen te sluiten, mits deze duurzaam zijn en Europeanen helpen om weer degelijke banen te vinden.” Het EESC betreurt dat er geen publieke pijler is opgenomen in het Investeringsplan van de Commissie en breekt opnieuw een lans voor de bevordering van de sociale economie die tot een belangrijke derde pijler van de Europese economie kan uitgroeien. DE ZITTING IN EEN NOTENDOP Hoewel het EESC voorstander is van de consolidatie van de begroting, is het van mening dat groei om openbare en particuliere investeringen vraagt: „Zelfs in tijden van financiële crises kun je niet in het wilde weg bezuinigen op onderwijs, onderzoek en innovatie en duurzame investeringen”, zei Etele Barath. Het EESC wil dat er hervormingen worden doorgevoerd waarin rekening wordt gehouden met de situatie van de individuele lidstaten. Indicatoren en benchmarks moeten betrekking hebben op meer dan alleen het BBP, en de EU-financiering moet gekoppeld worden aan nationale hervormingsprogramma’s. Bij het Europees Semester moet meer aandacht worden besteed aan het concurrentievermogen, en de inspanningen van de lidstaten moeten hierbij worden ondersteund, bijvoorbeeld door vaststelling van bindende termijnen. Ook moet de begrotingsintegratie worden versterkt en de strijd tegen fraude en belastingontduiking worden opgevoerd. Hoe ver is de EU met de Europa 2020-strategie en hoe kunnen de doelstellingen ervan worden verwezenlijkt? Het EESC ziet in dat het vlaggenschipinitiatief „De digitale agenda voor Europa” van belang is voor de vergroting van het concurrentievermogen van Europa. De Europa 2020-strategie zou aan doeltreffendheid winnen als er een hechter verband met het investeringsplan wordt gelegd. Ook zouden met behulp van de structuurfondsen en het Cohesiefonds gedane investeringen op het Europees fonds voor strategische investeringen moeten worden afgestemd. Hoe dan ook moeten alle projecten worden ingegeven door het streven naar duurzaamheid. De governance van de Europa 2020-strategie kan worden verbeterd door de invoering van „één loket” waardoor de diverse taken en procedures voor de tenuitvoerlegging van beleid daadwerkelijk kunnen worden gecoördineerd en gerationaliseerd. Stemuitslag: 182 stemmen vóór, 5 stemmen tegen, 6 onthoudingen Meer informatie over de voorstellen van het Comité is te vinden in de EESC-adviezen EUR/007 en EUR/008. (sma) ● Jaarlijkse Groeianalyse Het EESC is ingenomen met het door de Commissie in de jaarlijkse groeianalyse 2015 aangekondigde voornemen om het Europees beleid „een opknapbeurt te geven” waardoor er weer meer vaart achter de economie wordt gezet en duurzame groei wordt gestimuleerd. Dat neemt niet weg dat beslist de nodige voorwaarden moeten worden geschapen waardoor investeringen in het kader van het investeringsplan op partnerschappen worden gebaseerd, met dien verstande dat daarbij zowel de overheidssector als particuliere ondernemingen worden betrokken. Gezien hun budgettaire verantwoordelijkheid zouden de lidstaten hun begrotingssituatie volgens een gelijkvormiger model moeten presenteren. Dan wordt het gemakkelijker om hun begrotingssituaties met elkaar te vergelijken en kunnen de diverse procedures voor de tenuitvoerlegging van hun begrotingen worden gestroomlijnd. Stemuitslag: 174 stemmen vóór, 8 stemmen tegen, 1 onthouding (hb) ● Spaarbanken en kredietcoöperaties: een onmisbare andere vorm van zakendoen door Carlos Trias Pintó, lid van het EESC (Spanje, groep Diverse Werkzaamheden) Tijdens de „grote recessie” (2008) ging er een schokgolf door de financiële markten. Om te voorkomen dat banken in de toekomst opnieuw gered zouden moeten worden, werd besloten een overkoepelend beschermingsmechanisme op te zetten – een lovenswaardig streven, waarbij echter een hele verzameling prudentiële voorschriften werd aangenomen, die – als ze niet goed worden uitgevoerd – het voortbestaan van bepaalde, voor de financiële sector zeer belangrijke marktdeelnemers in gevaar kunnen brengen. Carlos Trias Pintó, EESC-lid Binnen de banken waar stakeholderswaarde centraal staat, onderscheiden spaarbanken en kredietcoöperaties zich door een aantal zeer belangrijke specifieke kenmerken die van grote waarde zijn voor economie en maatschappij: hun banden met de lokale productiestructuur, hun lokale verankering, hun fijnmazige commerciële netwerk, de korte afstand tot de klant, de financiering van specifieke sectoren, de nauwe betrekkingen met lokale belangen en maatschappelijke actoren, en hun solidariteit. Deze eigenschappen, die perfect aansluiten bij de beginselen en waarden van de sociale economie, leiden ertoe dat spaarbanken en kredietcoöperaties Het advies „De rol van spaarbanken en kredietcoöperaties in het licht van territoriale samenhang – voorstellen voor een aangepast financieel regelgevingskader”, dat onlangs met ruime meerderheid door het EESC is goedgekeurd, heeft dan ook als hoofdboodschap dat de „biodiversiteit” van het financiële bestel behouden moet blijven: er moet worden voorkomen dat alle financiële instellingen bij de toepassing van de door het Comité van Bazel vastgestelde regels over één kam worden geschoren, d.w.z. dat het evenredigheidsbeginsel in acht genomen moet worden, uitgaande van de specifieke kenmerken van ieder bankmodel. hun investerings- en kapitalisatieprocessen afstemmen op het beleid voor de ruimtelijke ontwikkeling van hun regio. Daarmee leveren zij een cruciale bijdrage aan de financiële inclusie (van kleine en middelgrote ondernemingen en huishoudens) en aan een intelligente ruimtelijke ordening, door de basis voor economische en sociale samenhang te leggen. ● Meebouwen aan een Europa van vertrouwen: op 23 april 2015 doet de Lente van het Optimisme zijn intrede in het Europees Economisch en Sociaal Comité ps em int Pre d l imis t p ’O me © svetikd The Festival of Positive Energy De Europese Commissie heeft een verslag over corruptiebestrijding gepubliceerd waaruit blijkt dat geen van de lidstaten van de EU volledig vrij is van corruptie. Dit heeft enorme gevolgen voor het Europese maatschappelijk middenveld. Vandaar dat de CCMI dit initiatiefadvies opstelt, om de broodnodige discussie op gang te brengen over corruptieproblemen bij het zakendoen, om transparantie te bevorderen en de informatieuitwisseling tussen alle belanghebbenden en consumenten te stimuleren. Corruptiebestrijding in de EU Het doel van deze hoorzitting is de aandacht te vestigen op zowel de problemen als de goede praktijken in de EU. Het uiteindelijke doel is om te komen met aanbevelingen en antwoorden op de vraag hoe strenge anticorruptienormen kunnen worden gepromoot, en hoe tegemoet kan worden gekomen aan de bezorgdheid van het bedrijfsleven en het maatschappelijk middenveld over de aanpak van corruptie. (hb)● De adviescommissie Industriële Reconversie (CCMI) zal op 26 maart 2015 van 9.30 tot 13 uur een openbare hoorzitting houden over „Bestrijding van corruptie in de EU: antwoord op de bezorgdheid van het bedrijfsleven en het maatschappelijk middenveld”. Gedeprimeerde Europeanen, een tanend vertrouwen in de instellingen, heimwee naar „vroeger”? Het is mogelijk om deze vicieuze cirkel te doorbreken, aan te tonen wat wèl werkt, om vernieuwers en ondernemers in het zonnetje te zetten en te focussen op oplossingen. Juist als we voor een crisis staan, is het goed om positieve energie uit te stralen. Dat is het streven van de Lente van het Optimisme, een groot publieksevenement dat op 23 april a.s. in het gebouw van het Comité zal plaatsvinden. De hoorzitting is onderdeel van de voorbereidingen voor een initiatiefadvies over corruptiebestrijding in de EU (rapporteur: Filip Hamro-Drotz, groep Werkgevers). © stevanovicigor De jongere generatie zal hierbij centraal staan, met een 100-tal jongeren die actief deelnemen aan het evenement „Jouw Europa, jouw mening 2015”. De dag is pedagogisch van opzet, met conferenties, stands en rondetafeldiscussies, en wordt begeleid door een multidisciplinair team van voorzitters van bedrijfsorganisaties, ondernemers, communicatiespecialisten, deskundigen, journalisten en filosofen. Op het programma staat met name een persdebat, getiteld „Hoe anders communiceren over Europa?”, en een breed maatschappelijk debat over „Het optimistische Europa dat wij willen vormgeven”, met deelname van EESCvoorzitter Henri Malosse, Belgisch vicepremier Didier Reynders en mensen uit de industriesector en Belgische schrijvers. Ook voorzitters en vicevoorzitters van andere EU-instellingen zijn uitgenodigd. (cad) ● Tentoonstelling: Ontdek het Samische volk Van 18 maart tot 16 april 2015 vindt in het gebouw van het EESC een openbare tentoonstelling plaats over Samische kunst en handwerk. Kunst en ambachtelijk werk hebben altijd een belangrijke rol gespeeld in het leven van het Samische volk, dat traditioneel een nomadisch bestaan leidde en duurzaam gebruik moest maken van natuurlijke hulpbronnen. Dit komt tot uiting in de tentoongestelde werken, die ook laten zien dat de Samen een aangeboren gevoel voor esthetiek hebben. © Jan-Eerik Paadar BINNENKORT IN HET EESC De totale Samische bevolking wordt momenteel geschat op ongeveer 80 000. Daarvan wonen er zo’n 50 000 in Noorwegen, 20 000 in Zweden en 9 000 in Finland. Een klein aantal Samen woont in Rusland. De Samen leefden traditioneel van rendierhouderij, visserij en jacht. Zij verzamelden producten uit de natuur en maakten daar ambachtelijke producten van. Tegenwoordig voorzien zij veelal in hun levensonderhoud door traditionele activiteiten te combineren met toerisme en aanverwante diensten. Natuurgerelateerde activiteiten leveren misschien relatief weinig geld op, maar hebben een grote culturele betekenis omdat zij een ‘way of life’ zijn. Samische kunst en cultuur, zoals Samisch handwerk of duodji, en Samische muziek, de zogenaamde joik of luohti, zijn nauw verbonden met de culturele achtergrond van het nomadische Samische volk. Hedendaagse kunstenaars en handwerklieden combineren hun roots met invloeden van overal ter wereld. Meer informatie is te vinden op: http://www.eesc. europa.eu/?i=portal.en.events-and-activities-samipeople (sg) ● 3 De grootste bezorgdheid van de voorstanders van een milieuvriendelijke landbouw betreft de ongelijke verdeling van baten en kosten en het ontbreken van transparante kosten, waardoor het moeilijk is om eerlijke prijzen vast te stellen. alle externe kosten, met inbegrip van schade aan het milieu en de uitgaven voor de volksgezondheid, zouden nietduurzame producten en praktijken niet meer lonend zijn. Anderzijds zouden de voordelen voor collectieve goederen die het resultaat zijn van duurzame landbouw moeten worden beloond. Een belangrijke stap zou zijn om onderzoek naar de kosten te verrichten op een gedegen wetenschappelijke basis. Er is behoefte aan meer transparante informatie over de externe effecten: indien rekening zou worden gehouden met Duurzaamheid zou een drijfveer moeten zijn voor landbouwsystemen, en landbouwers zouden permanent moeten worden gestimuleerd om hun duurzaamheid te verbeteren. Dit zou kunnen worden bereikt door bijvoorbeeld de te betalen belasting afhankelijk te maken van de door de landbouwbedrijven veroorzaakte schade, of door het vastleggen van koolstof in de bodem financieel te belonen. “ Consumenten Op de conferentie Good Food – Good Farming, die het EESC in partnerschap met de Landbouw- en plattelandsconventie ARC 2020, Friends of the Earth Europe en IFOAM EU heeft georganiseerd, hebben 150 deelnemers afkomstig uit landbouw-, milieu- en voedselorganisaties, alsook vertegenwoordigers van Europese, nationale en regionale autoriteiten, het startsein gegeven voor het ARC2020-stappenplan voor de volgende hervorming van IN HET KORT Sociale economie – de kracht van samenwerking Op 29 januari jl. hebben deskundigen van grote internationale organisaties als de OESO, de IAO en de FAO, vertegenwoordigers van de belangrijkste Europese organisaties op het vlak van de sociale economie en het GLB. De voorzitster van de afdeling Landbouw, Plattelandsontwikkeling en Milieu (NAT), Dilyana Slavova, zei in haar toespraak tot de aanwezigen dat de voorstanders van een duurzaam landbouw-, voedsel- en plattelandsbeleid betrokken moeten worden bij de huidige beleidsprocessen zodat hun boodschap wordt overgebracht aan de relevante besluitvormers. Belangrijkste drijfveren voor een milieuvriendelijke landbouw – transparante kosten en duurzaamheid De voorzitter van de afdeling REX, José María Zufiaur Narvaiza, benadrukte dat 2015 – dat is uitgeroepen tot Europees Jaar voor ontwikkeling – een bijzonder productief jaar moet worden waarin nieuwe Europese ideeën en initiatieven worden gelanceerd om de ontwikkeling van de sociale economie te bevorderen. In veel landen wordt het potentieel van de sociale economie nog niet optimaal benut. Dat is grotendeels te wijten aan het ontbreken van een ondersteunend rechtskader waarin de rol van de sociale de nodige informatie te verstrekken – over voedselketen, oorsprong, © Flory economie en de specifieke kenmerken van de bedrijven die hierin actief zijn worden omschreven en bijv. fiscale oplossingen worden aangereikt. Steun is cruciaal, maar moet op weloverwogen wijze worden geboden. Europa kan bijv. helpen door structurele steun te verstrekken, markttoegang te bevorderen en kapitaal toegankelijk te maken, maar kan ook voor de nodige beroepsopleidingen en managementtrainingen zorgen. Hoofdredacteur: Leszek Jarosz (lj) Milen Minchev (mm) Siana Glouharova (sg) Silvia M. Aumair (sma) Béatrice Ouin – vertegenwoordiger van de EESC-leden binnen het redactieteam (groep Werknemers, Frankrijk) Peter Lindvald-Nielsen (hoofdredacteur) Siana Glouharova (sg) Algemene coördinatie: Agata Berdys (ab) Aan deze uitgave werkten mee: Caroline Alibert Deprez (cad) Francisco Soriano (fs) Henry Borzi (hb) Adres: Europees Economisch en Sociaal Comité Jacques Delorsgebouw Belliardstraat 99, B-1040 Brussel (BE) Tel. (+32 2) 546.94.76 Fax (+32 2) 546.97.64 E-mail: [email protected] Internet: http://www.eesc.europa.eu/ Consumenten de nodige informatie te verstrekken – over de productiemethode, voedselketen, oorsprong, enz. – zal helpen om hun koopgedrag te veranderen. Er zijn nu reeds allianties gesloten tussen landbouwers en consumenten in Europa, die hebben geleid tot lokale en regionale voedselinitiatieven. enz. – zal helpen om hun koopgedrag ” te veranderen. Op 28 januari 2015 hebben het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) en het CONSIDER-project (Civil Society Organisations in Designing Research Governance) gezamenlijk als gastheer opgetreden voor de in Brussel gehouden conferentie „Het maatschappelijk middenveld in onderzoek en innovatie”. Het evenement, waaraan zo’n 200 vertegenwoordigers uit heel Europa en daarbuiten hebben deelgenomen, was bedoeld om een debat op gang te brengen tussen vertegenwoordigers van de belangrijkste stakeholdergroepen die betrokken zijn bij de integratie van het maatschappelijk middenveld in de onderzoekssector. Beleidsmakers, vertegenwoordigers van het maatschappelijk middenveld Rol van het EESC in de discussies over duurzame landbouw Het EESC heeft in zijn adviezen over het landbouwbeleid herhaaldelijk gepleit voor de bescherming van het Europese landbouwmodel, dat gestoeld is op de beginselen van voedselsoevereiniteit en duurzaamheid en moet uitgaan van de reële behoeften van landbouwers en consumenten. Maatschappelijke organisaties spelen een centrale rol in de discussies over de toekomst van het landbouwbeleid van de EU, en het EESC zal samen met hen blijven werken aan voorstellen inzake de bevordering van een duurzame landbouw. (sma) ● multi-stakeholderprojecten (zoals het KP7 en Horizon 2020). Het project is toegespitst op de huidige samenwerkingspraktijken, en observeert verschillende onderzoeksteams in real time. In veel landen zijn collectieve en communautaire ondernemingen vrij gewoon. Maar bij gebrek aan institutionele steun komen zij niet helemaal uit de verf. De voorzitter van de groep Diverse Werkzaamheden, Luca Jahier, wees er tijdens het debat op dat de sociale economie een doorslaggevende rol kan spelen bij de geleidelijke ontwikkeling en verbetering van leef- en arbeidsomstandigheden. Dit is vooral het geval in regio’s waar 80% van de mensen in de informele sector werkt. Daarom moet de EU haar steun verhogen en verruimen. (sma) ● Overbrugging van de kloof tussen onderzoek en samenleving EU-ambtenaren gedebatteerd over de externe dimensie van de sociale economie. Het debat vond plaats in het gebouw van het EESC te Brussel, tijdens een vergadering van de afdeling Externe Betrekkingen (REX). Doel van het debat was na te gaan op welke gebieden de EU meer steun kan bieden om deze sector, die zo belangrijk is voor de economie van ontwikkelings- en opkomende landen, te helpen groeien en efficiënter te maken. Consumenten zijn de belangrijkste bondgenoten de productiemethode, © dmbaker Stappenplan voor 2020 Maar dergelijke allianties kunnen ook buiten de landbouw- en voedselsector worden gesmeed, bijvoorbeeld met verzekeringsmaatschappijen en nationale gezondheidsstelsels, aangezien ziekten ten gevolge van ongezonde voeding steeds meer voorkomen in de moderne samenlevingen, en een extra kostenpost worden voor de maatschappij. Tot slot, maar daarom niet minder belangrijk: hoe duurzamer het landbouwsysteem wordt, hoe minder afhankelijk het zal zijn van fossiele brandstoffen en dus hoe minder CO2 het zal produceren. QE-AA-15-003-NL-N Goede landbouw – goed milieu – goede voeding – goede gezondheid – goed leven en universitaire onderzoekers hebben gesproken over de recente werkzaamheden van het EESC en het CONSIDER-project, waarbij zowel huidige als mogelijke toekomstige acties de revue passeerden. EESC-voorzitter Henri Malosse, de directeur-generaal van het Gemeenschappelijk Centrum voor Onderzoek Vladimir Šucha en EP-lid Herbert Reul behoorden tot de sprekers tijdens de conferentie. Het CONSIDER-project (www.consider-project.eu) is vooral gefocust op de integratie van maatschappelijke organisaties in gezamenlijke onderzoeksprojecten, met name de door de EU gefinancierde Uit de bestudering van het CONSIDERproject blijkt dat: ● er bij slechts 27 % van de Europese samenwerkingsprojecten voor onderzoek maatschappelijke organisaties zijn betrokken; ● de betrokkenheid van maatschappelijke organisaties bij Europese projecten het beste werkt wanneer zij een centrale rol spelen in het project, door een brug te slaan tussen het onderzoeksproject enerzijds en een deel van de samenleving anderzijds; ● CONSIDER degelijk opgezet en empirisch rijk onderzoek heeft uitgevoerd en een model voor de deelname van maatschappelijke organisaties aan onderzoek tot stand heeft gebracht. Desalniettemin is de deelname van maatschappelijke organisaties niet „de enige goede manier” om onderzoek te doen; in de ene context kan het nuttig zijn, in de andere niet. Niet alle onderzoeksprojecten hebben baat bij de betrokkenheid van het maatschappelijk middenveld. Het heeft alleen zin als er een duidelijke behoefte is aan een brede maatschappelijke betrokkenheid. (sg) ● EESC Info staat in pdf-formaat in 23 talen op de website van het EESC: ESC: htt http://www.eesc.europa.eu/?i=portal.en.eesc-info EESC Info verschijnt negen keer per jaar – telkens ter gelegenheid van een EESC-zitting. Gedrukte versies van EESC Info in het Duits, Engels of Frans kunnen gratis worden verkregen bij de persdienst van het EESC. EESC Info staat in pdf-formaat in 23 talen op de website van het EESC: http://www.eesc.europa.eu/?i=portal.en.eesc-info EESC Info is niet het officiële verslag van de werkzaamheden van het EESC. Daarvoor zij verwezen naar het Publicatieblad van de Europese Unie en naar andere publicaties van het EESC. Reproductie – onder vermelding van EESC Info – is toegestaan, op voorwaarde dat de redactie een kopie wordt toegestuurd. Oplage: 8 230 stuks. Volgende uitgave: april 2015 Maart 2015/3
© Copyright 2024 ExpyDoc