icsi-traject Als zwanger worden niet vanzelf gaat… ‘Mila is ons grote, kleine wonder’ Van de Nederlandse stellen met een kinderwens worstelt naar schatting 10 -15% met een verminderde vruchtbaarheid. Dat zijn lang niet altijd oudere stellen met een last-minute-kinderwens, zoals vaak wordt gedacht. Claudia (29) is 25 als zij en Jan ontdekken dat zwanger worden geen vanzelfsprekendheid is. In haar dagboek - later uitgegeven onder de titel Spuiten en snikken - vertelt ze over de lange weg naar het ouderschap. Tekst: Katja Tremio - Fotografie: Zondag 24 oktober 2010 Pilstrip leeg. Ik rommel wat door de lades van het badkamermeubel en kom tot de conclusie dat ik toe ben gekomen aan mijn laatste strip. Morgen de huisarts maar even bellen. Of…? We hebben het er de laatste tijd steeds vaker over gehad. Een kindje zou alles compleet maken. Jan is een echte papa. Zoals kindjes op hem reageren zegt genoeg. Hij heeft nooit onder stoelen of banken gestoken dat hij graag jong vader wil worden. Als we ’s avonds op de bank liggen, kruipen we dicht tegen elkaar aan. We hebben een bijzonder moment en dan gebeurt datgene waar ik al zo lang op hoopte. ‘We zijn er klaar voor, schatje. Zullen we het gaan proberen?’ We huilen zachtjes om deze beslissing. Van geluk wel te verstaan. Die avond proberen we het maar meteen, al hebben we nog geen idee hoe het werkt met vruchtbare dagen. Dat mag de pret niet drukken, wij vermaken ons de komende tijd wel. “Deze dag staat in mijn geheugen gegrift”, vertelt Claudia. “Op 24 oktober in 2010 waren wij gewoon Jan en Claudia die dolgraag samen een kindje wilden krijgen. Onbevangen en een tikkie zenuwachtig, omdat we binnenkort misschien wel de mooiste rol van ons leven mochten spelen.” Met het verstrijken van de maanden blijft de bolle buik echter uit. Het jonge stel maakt intussen leuke reisjes, gaat naar feestjes en als klap op de vuurpijl vraagt Jan Claudia ten huwelijk. Vervolgens zijn ze vooral druk met plannen maken voor de bruiloft in juni 2012. “Een jaar na het stoppen met de pil was ik nog altijd privébeeld niet zwanger. Ik wist dat het soms wat langer kon duren, maar ik had gehoopt op mijn leeftijd en met mijn conditie binnen het jaar zwanger te zijn. De huisarts stuurde me door naar de gynaecoloog voor verder onderzoek. Daar was ik blij mee. Er viel geen peil te trekken op mijn cyclus en ik wilde graag uitsluiten dat er iets aan de hand was.” UITSLAG Vrijdag 28 oktober 2011 Daar zat ik, in de kille kamer van het ziekenhuis. Maar daar is de vriendelijke blik van dokter H. ‘Tijd om de uitslagen erbij te pakken’, zegt ze kalm. Als zij zo kalm is, is vast alles goed, verzeker ik mezelf. ‘Je bloed is goed’, stelt ze. Mooi, weet ik dat ook weer. Dan kijkt ze naar haar computer en ik wil opstaan om mijn jas weer aan te trekken. Ze herinnert me eraan dat ook de uitslagen van Jan binnen zijn. Ze beweegt de muis en klikt een tabblad aan. Dan verstart haar blik. Ik begin me zorgen te maken, trek wit weg en wil weten waarom haar gezichtsuitdrukking ineens 180 graden verandert. ‘Dit ziet er niet zo goed uit, mevrouw Klijn’. Ze ziet mijn verwarring en begint te praten: ‘We hebben in het lab maar een paar zaadcellen gezien. Ik stel voor dat u samen met uw vriend een afspraak maakt. Dan kunt u me alles vragen.’ E 17 icsi-traject “Een vreselijk moment! En daarna moest ik Jan vertellen over de onverwachte uitkomst van dit ziekenhuisbezoek. Ook hij barstte in tranen uit. We zaten ineens met heel veel vragen. Gelukkig mochten we een dag later al terugkomen. De dokter legde ons uit dat we na drie maanden Jans zaad opnieuw moesten laten onderzoeken. Eens per drie maanden produceert een man namelijk nieuw sperma. Ze gaf hem het advies om geen strak ondergoed te dragen, geen sauna’s te bezoeken en geen warm bad te nemen. Het kwam wel eens voor dat het ene moment de zaadkwaliteit heel laag is en het andere moment weer normaal. Al was dit eerder uitzondering dan regel.” In de maanden die volgen verdiept Claudia zich in alle mogelijke vruchtbaarheidsbehandelingen. “Ik wilde niet als een leek tegenover de arts zitten, maar ook zelf actief meedenken over diverse behandelingen, de verschillen daartussen, de medicatie… mocht dat nodig zijn.” In januari 2012 gaan Jan en Claudia terug naar het ziekenhuis voor de uitslagen van het laatste zaadonderzoek. Hun bange vermoedens worden bevestigd: de kwaliteit van Jans zaad is erg slecht. Zo slecht dat ze zelfs aan de ondergrens zitten om in aanmerking te komen voor icsi, maar de artsen willen het wel proberen. “Bij icsi wordt één goede zaadcel geselecteerd en direct in de eicel geïnjecteerd, terwijl bij ivf een eicel wordt samengebracht met zo’n 100.000 zaadcellen waarna het bevruchten ‘vanzelf’ gaat”, legt Claudia uit. “Voor ons was icsi de beste methode.” BEHANDELING Maandag 20 februari 2012 Na het verdrietige nieuws hebben we het een paar dagen moeilijk gehad. Vooral Jan had het zwaar. Hij voelt zich enorm schuldig, hij beseft dat hij me geen kleintje kan geven en blijft zich verontschuldigen. Ik vind het vreselijk dat hij zo denkt, want we hebben nog altijd een kans. Ik vind het moeilijk en het doet me pijn als ik hem zie worstelen met zijn gevoelens. Soms lees je dat dit mensen uit elkaar drijft, bij ons is het gelukkig andersom. Wij worden almaar sterker, maar het is wel moeilijk om de ander verdriet te zien hebben. Ik zeg straks in juni met nog meer overtuiging ‘ ja’ tegen Jan. In maart 2012 starten Jan en Claudia met de eerste icsibehandeling. Claudia haalt vol goede moed alle medicijnen op bij de apotheek. “Ik schrok me lam toen ik de lading spuiten, pillen en poedertjes zag, maar ik had het er voor over. Iedere dag spoot ik hormonen en hield me trouw aan alle doses en voorschriften. Later die maand werd gekeken hoeveel eitjes er gerijpt waren. Tot onze grote teleurstelling waren dat er slechts twee. En omdat 18 de ziektekostenverzekering slechts drie behandelingen vergoedt, hebben we die eerste behandeling toen maar gestaakt. Ik heb de ogen uit mijn hoofd gehuild. Een kindje krijgen leek verder weg dan ooit.” Jan en Claudia besluiten zich nu eerst te richten op hun trouwerij in juni. “Onze bruiloft was fantastisch. Echt een dag om nooit meer te vergeten. We voelden ons twee grote geluksvogels, ondanks onze babyzorgen.” Maar dan wordt het augustus en gaan Claudia en Jan vol goede moed een nieuw traject in. Bij de eerste twee echo’s krijgen ze beter nieuws te horen: de eitjes groeien goed. Iets minder goed is de uitwerking van de hormonen op Claudia’s gemoedstoestand. VOORBIJ Maandag 13 augustus 2012 Ik ben moe en de hormonen nemen het meerdere keren per dag van me over. Alles in mijn lichaam vraagt me dan om te zeuren. Schoenen die rondslingeren, een sporttas met vieze kleren die in de auto blijft staan; ik kan er niet tegen. Als ik er wat van zeg, dan vindt hij op zijn beurt dat ik zeur. Het is alsof er iets hogers beslag op me legt, het van me overneemt. Alsof ik onderdak bied aan de duivel. Ik word niet zomaar boos, nee, ik ontplof! Uiteindelijk worden er tijdens de punctie elf eicellen ‘geoogst’ en blijken er gelukkig ook levende zaadcellen te zijn. Vier eicellen worden dan ook succesvol bevrucht. Eentje wordt teruggeplaatst in de baarmoeder, de andere drie zouden worden ingevroren. Maar al snel maakt de voorzichtige vreugde plaats voor teleurstelling. De drie overige embryo’s hebben het toch niet gered. Met andere woorden: als de terugplaatsing nu niet leidt tot een zwangerschap is de eerste icsi-behandeling voorbij… en mislukt. Tot haar grote verdriet wordt Claudia korte tijd later inderdaad ongesteld. Maandag 10 september 2012 Het gaat niet goed met me. Helemaal niet goed zelfs. Ik ben de weg kwijt, weet niet wat ik met mezelf aanmoet en heb last van angstaanvallen. Vanochtend is er iets erg gebeurd. De wekker ging al om zes uur. Ik schrik wakker en besef dat Jan weggaat, voor een paar dagen naar Engeland voor zijn werk. Ik ben in mijn ondergoed naar beneden gerend, deed alle deuren op slot en verstopte zijn autosleutels. Hij mocht niet weggaan. Hoe kon hij me in deze situatie alleen thuislaten? Na al dat verdriet? Hij pakt zijn spullen en probeert me te kalmeren. Hij kan niet anders. Hij moet naar Engeland en hij kan zijn collega’s niet laten zitten. En dan flip ik… DEPRESSIEF “Deze periode was erg heftig voor ons. Ik was extreem verdrietig en kwaad om de hele situatie. Zo erg dat het mijn dagelijks functioneren in de weg zat. In het ziekenhuis hadden ze ons al eerder gewezen op maatschappelijk werk. Ik heb snikkend het nummer gebeld. Het was een fijn gesprek, maar daarmee was mijn probleem nog niet opgelost. Ik werd doorverwezen naar een haptonoom. De sessies met haar deden me goed. Ik leerde zien waar mijn verdriet en blokkades zaten en ging actief aan de slag met mijn gevoel. Het is dankzij haar dat mijn gevoel en verstand meer in balans zijn gekomen.” Ook al voelt Claudia zich nu veel sterker, toch kiezen ze er bewust voor om de tweede poging stil te houden. “Uiteraard wist de familie er wel van, maar op het werk was bijna niemand op de hoogte. Dus kon ook niemand ernaar vragen. Door me volledig op mijn werk te storten kwam ik de dagen nog enigszins normaal door.” De tweede behandeling verloopt vooralsnog voorspoedig. “Mijn eitjes groeiden goed, de punctie was pijnlijk maar ging vlot en er waren weer voldoende zaadcellen om de eitjes te bevruchten. Deze keer werden er twee embryo’s bij mij teruggeplaatst en bleven er nog vijf goede eitjes over om te bevruchten. We hoopten dat deze embryo’s wel ingevroren zouden kunnen worden - dan praat je over cryo’s - want dat zou betekenen dat deze behandeling ons meer kansen zou geven op een zwangerschap.” Met twee vruchtjes in haar buik voelen Claudia en Jan zich echt al een beetje in verwachting. Er gloort weer hoop. Misschien krijgen ze zelfs wel een tweeling? Ook de gedachte aan de vijf embryo’s die ze nog achter de hand hebben, geeft kracht. Tot Claudia op een ochtend aan haar lichaam merkt dat het weer foute boel is. VERBIJSTERD Dinsdag 11 december 2012 Zes uur. Ik schrik wakker van een vervelende droom en besef dan dat het dinsdag is. Eén dag voor de testdag. Ik ren naar het toilet en koekeloer in de pot. Gelukkig geen bloed te zien. Ik kruip toch nog even terug. Jan staat al vroeg op en kruipt achter de computer. Om half acht ga ik eruit. Voel ik iets? Ik haast me weer naar de badkamer, probeer te plassen ondanks mijn lege blaas en constateer dan iets roze op mijn papiertje. Lichtroze. Ik doe mijn lenzen in en kijk opnieuw of ik niet hallucineer. Nee, het is roze. Mijn droom stort in, mijn hoop is weg. Ik raap mezelf bijeen en verzamel moed om het Jan te vertellen. Ik heb weer gefaald… ‘We genoten van de echomomenten, het inrichten van het kamertje, kleertjes kopen, namen bedenken…’ “Deze ochtend was ons verdriet te groot om in woorden te vangen en diezelfde middag kregen we via de post voor ons gevoel nog een trap na. Het was een brief van het ziekenhuis: We hebben uit deze icsi-behandeling geen embryo’s in kunnen vriezen. Jan en ik waren met meer dan stomheid geslagen. Hoe kon dit nu? We hadden maar liefst zeven embryo’s! Twee hadden het niet gered in mijn buik, maar wat was er met die andere vijf gebeurd? Ondanks de goede zorg die we in het ziekenhuis hadden gekregen, was het vertrouwen nu wel weg. De laatste poging die nog vergoed zou worden, wilden we niet in handen van dit ziekenhuis leggen.” Jan en Claudia besluiten hun heil in België te zoeken, in Gent. “Gent voelde meteen heel goed. We namen ons voor om voor ieder belangrijk moment een hotel te boeken, zodat we naast de sores ook even tot onszelf konden komen. In de wachtkamer voor het eerste onderzoek hoorden we meer Nederlandse stellen met elkaar praten. Dat zagen we als een goed teken. De hele sfeer in het ziekenhuis was anders. De gesprekken verliepen soepel, het verplegend personeel was erg lief en we zagen altijd dezelfde arts. Zij kende alle ins en outs van ons traject.” Deze laatste keer moet het goed gaan. Even wordt het heel spannend als aanvankelijk geen levende zaadcellen worden aangetroffen. “We dachten dat het nu echt over en uit was. Allerlei gedachten tolden door mijn hoofd. Moesten we nu een donor gaan zoeken? Moesten we aan adop- E 19 ‘Het was een pittige strijd om Mila te krijgen, maar we hebben uiteindelijk gewonnen!’ tie gaan denken? Een paar dagen later mocht Jan nog een keer sperma inleveren. Gelukkig vond de arts deze keer wél levende zaadcellen. Gaandeweg kreeg ik steeds meer vertrouwen in een goede afloop. Er werden voldoende eitjes geoogst en er bleven drie embryo’s over.” Vrijdag 7 februari gaat voorbij en dan wordt het zaterdag de achtste. Claudia’s ontsluiting blijft steken op acht à negen centimeter. De baby zit te hoog en is nog steeds niet ingedaald. De artsen kijken het nog even aan, maar niet veel later besluiten ze tot een keizersnede over te gaan. “En toen ging het ineens razendsnel. Jan kreeg een schort om, ik kreeg opnieuw een ruggenprik en al snel voelde ik helemaal niets meer. Maar ik was verder wel helder en kletste gezellig met Jan. Om drie over half drie gaven de artsen het startsein en drie minuten later werd onze kerngezonde dochter geboren: Mila Anna.” ZWANGER! EEN JAAR LATER… Dan breekt opnieuw het grote wachten aan. Als Claudia na veertien dagen nog niet ongesteld is geworden, mag ze een zwangerschapstest doen. “De zenuwen gierden door mijn lijf. In alle vroegte deed ik de test die ik al zo vaak had gedaan en waar ik al zo vaak teleurgesteld naar had gekeken. We zagen voorzichtig twee strepen verschijnen… Zou het dan echt…? We huilden en lachten tegelijk. Vanaf het begin heb ik alle vertrouwen gehad in deze zwangerschap. Jan was de eerste drie maanden nog erg bang voor een miskraam. Die angst heb ik nooit gevoeld. Na die bewuste twaalf weken durfde ook Jan met volle teugen te genieten. Heel bewust, want misschien zouden we dit nooit meer meemaken. Vergeten konden we het hele voortraject niet, maar tijdens de zwangerschap kon ik alles wel loslaten. Fantastisch! We genoten van de echomomenten, het inrichten van het kamertje, kleertjes kopen, namen bedenken… het was één grote voorpret.” Op 6 februari 2014 om 22.00 uur krijgt Claudia buikpijn en rugpijn. Hannah, haar vriendin die ook haar verloskundige is, komt polshoogte nemen. “De eerste keer had ik tussen de een en twee centimeter ontsluiting. Hannah kon nog niet met zekerheid zeggen of de bevalling was begonnen. Toen ze een paar uur later terugkwam, was ik een centimeter vooruitgegaan. Ze belde het ziekenhuis en we mochten meteen komen. We installeerden ons in een mooie verloskamer en waren er helemaal klaar voor. Maar de bevalling schoot niet op. Na het breken van de vliezen was het echte werk in de zin van pijn lijden wel begonnen, maar de heftige weeën zorgden niet voor verdere ontsluiting. Na urenlang puffen en zuchten kreeg ik een ruggenprik tegen de pijn. Die ontving ik met open armen en dat terwijl ik altijd had geroepen dat nooit, maar dan ook nooit te willen.” Vandaag de dag is Mila een blije peuter. Jan en Claudia zijn nog iedere dag dankbaar voor dit kleine, grote wonder. “Haar eerste jaar is prachtig geweest. Mila is een goede slaper, een vrolijk ding, maar ook eentje met pit. Ze weet wat ze wil en rust niet voordat ze krijgt wat ze wil. We voelen ons bevoorrecht met haar. Het was een pittige strijd om haar te krijgen, maar we hebben gewonnen. Al die tijd heb ik een dagboek bijgehouden. Na Mila’s geboorte ontstond het plan om er een boek van te maken. Ik wilde informatie geven over problemen rondom vruchtbaarheid en over vruchtbaarheidsbehandelingen. Ik vrat zelf destijds alles wat er op dit gebied te lezen viel, maar mijn honger naar meer werd lang niet altijd gestild. Ik hoop ook dat het taboedoorbrekend werkt. Verminderd vruchtbaar zijn is niets om je voor te schamen. Ik ben trots op Jan. Hij is toch maar mooi met de billen bloot gegaan. Het is voor mij ook helend geweest om het boek te schrijven. Als ik het nu lees, ben ik weer even terug in de tijd en krijg opnieuw kippenvel. Maar dan kijk ik naast me en zie het mooiste meisje van de wereld. Zij geeft me de moed om ooit weer een nieuw traject in te gaan. In Gent ligt namelijk nog een embryo op ons te wachten en wij hopen weer op een game, set & match, met alles erop en eraan!” L 20 Ben jij een wensmama en wil je graag ervaringen uitwisselen met lotgenoten? Kijk dan eens op www.louiseshope.nl. Voor het bestellen van Claudia’s boek Spuiten en snikken ga je naar: www.claudiavanloon.nl
© Copyright 2024 ExpyDoc