Basis Tabloid - Art Rotterdam

22
DE VOLKSKRANT
ZATERDAG 7 FEBRUARI 2015
Kunst
Beurs zonder poeha
voor de fijnproevers
Recensie
JJJJJ
art rotterdam
Van Nelle Fabriek, Rotterdam.
T/m 8/2. artrotterdam.com
D
e verwachtingen zijn elk
jaar weer hoog gespannen
voor Art Rotterdam. Zeker
nu Le Monde het dit jaar
heeft uitgeroepen tot een van de beste kunstbeurzen van het moment.
The Huffington Post tipte Art Rotterdam als een van de vijf beste ‘winterbeurzen’. Komt bij dat in Nederland
de concurrentie ver is achtergelaten.
Art Amsterdam is commercieel gegaan. Tefaf is voor meer belegen publiek. Die status geeft verplichtingen.
Maar je kunt niet anders zeggen: de
beurs in de Rotterdamse Van Nelle
Fabriek (voor de tweede keer) maakt
de verwachtingen waar. Rijp en
groen, kleinschalig en te overzien – je
kunt nog ouderwets speuren naar
waar de kwaliteit verstopt is, in een
omgeving die niet blasé maakt van de
bekende namen en hoge prijzen. De
een gaat naar huis met een chocoladebeeldje (Afrikaanse kop in cacao)
van Renzo Martens, voor een kleine
40 euro, de ander met een zwart-wit
geblokte vloermat van Koen Taselaar.
Het maakt de beurs tot wat-ie wil
zijn: voor wie zich wil ergeren of laten
verrassen; voor wie ruim bij kas zit of
weinig te besteden heeft maar wel gezegend is met een scherpe, vooruit-
Advertentie
ziende blik. En voor wie wil zoeken
naar kunst die in ontwikkeling is en
zich nog moet bewijzen. Slechts zelden
hoef je je tenen bijeen te knijpen om de
opgesmukte wansmaak voor parvenu’s of over-de-top-blikvangers van
de heren Hirst, Koons of Murakami.
Zeker, soms is er werk van weinig
volgroeid niveau, zoals op Prospects
& Concepts, de beursafdeling voor
jong talent dat door het Mondriaan
Fonds is ondersteund. Haar nu haast
museale inrichting brengt hun voortijdige lancering meedogenloos aan
het licht. Niet elke traag verlopende
video bij de afdeling Projections is de
moeite van het lange zitten waard.
En waarom moet je al die mini-speelfilms met onduidelijke plots zien?
Nou, daarom! Een goede beurs wil
meer zijn dan straathandel op de
Albert Cuyp of een uur poshy shoppen ‘bij ons’ in de PC. Menig Art-dit of
Art-dat (stad invullen) is uitgegroeid
tot miljonairsfair. Met kwaliteit, wellicht, maar voorspelbaar als de zoveelste expositie van Roy Lichtenstein.
Het feit alleen al dat Art Rotterdam,
een commerciële instelling, gesubsidieerde kunst toont die de voorhoede
is van een nieuwe generatie, kan rekenen op mijn sympathie. Net als de
donkere zaal waar je makkelijk een
paar uur naar een gevarieerd aanbod
kunstfilms kunt kijken. Waarschijnlijk vinden ze geen van alle een particuliere of museale afnemer, maar ze
geven wel een beeld van waar de galeries ook hun investeringen in doen.
Rutger Pontzen
Foto’s Marijn Scheeres
Jake & Dinos Chapman,
Don't Look Now
Miniatuurversie van hun Hell-serie, met nazifiguurtjes en clowns.
Morbide humor waarmee de
Chapman-broertjes beroemd zijn
geworden en hun beelden duur:
Vraagprijs 51.000 euro.
Navid Nuur, Untitled
(An Aquadelic Ringtone)
Hallucinerend glanzende zeefdruk, oplage 27, met spuug,
glitters en drie punaises als
kokosnoten. Prijs 1.200 euro.
Bianca Sistermans,
Vlokkenlust
Uit serie Alledaagse ergernissen.
Wie ergert zich niet aan die grote
bergen vlokken die je kind op de
boterham gooit? Prijs 250 euro.
Alt-J klinkt krachtiger
en zelfverzekerder
Recensie
JJJJJ
alt-j
Music Hall,Amsterdam, 5/2.
L
aatste liedje van de avond,
Breezeblocks, en pats, daar viel
plotseling het zaalgeluid uit.
Niets viel er nog te horen en
daarom wuifden de jongens van Alt-J
maar even, alvorens de aftocht te blazen. Het was een merkwaardig einde
van hun optreden in de uitverkochte
Music Hall in Amsterdam.
Jammer, dat afgekapte slotnummer, want Breezeblocks is misschien
wel het beste liedje van het kwartet
uit Leeds, maar ach, we liepen hooguit twee minuutjes muziek mis en het
eindoordeel was al geveld, namelijk
dat Alt-J in de Music Hall aanzienlijk
meer indruk maakte dan tijdens Lowlands 2012.
Ze wonnen dat jaar de prestigieuze
Britse Mercury Prize voor An Awesome
Wave (2012), een debuutalbum vol eigenwijze ‘indietronica’, verpakt in
popliedjes met tweestemmige zang,
die het geluid van Alt-J heel eigen
maakte.
Het album werd ook in Nederland
een groot succes, maar de live-prestaties bleven dus achter. Alt-J bleek een
bedremmeld en kleurloos gezelschap. Hun intelligente indietronica
bleek wel heel erg muziek van het verstand te zijn en niet van het hart. Hoeveel sterke songs hadden ze nu echt?
Opmerkelijk dus dat het, na een
veel minder tweede album (This Is All
Yours, 2014), ditmaal wél werkte op
een Nederlands podium, vooral omdat alle bedenkingen die je drie jaar
geleden bij Alt-J kon hebben nog onverminderd van kracht zijn: statisch,
weinig uitstraling, bedachtzame muziek, weinig afwisseling in sfeer.
Toch wist Alt-J, ook dankzij een glashelder zaalgeluid, de aandacht nu te
vestigen op wat wél mooi en goed aan
de muziek is. De groep klonk krachtiger en zelfverzekerder, de knappe samenzang zweefde mooi boven de
Wat zijn die songs
eigenlijk elegant;
ze doen nooit precies
wat je verwacht
muziek en wat zijn die songs toch eigenlijk elegant. Ze doen nooit precies
wat je verwacht.
Als de paar echt sterke liedjes
(Fitzpleasure, Tessellate, Every Other
Freckle) ook nog strategisch over de
setlist zijn verdeeld, aangevuld met
een leuke Bill Withers-cover (Lovely
Day), dan is wat Alt-J te bieden heeft
wonderlijk en meeslepend genoeg
om je 75 minuten bij de les te houden.
Of dat nu ook op een festival lukt, zien
we in juni op Best Kept Secret.
Menno Pot