Up scope 3 Through scope 1 & 2 Down scope 3

Verantwoording document.
Eis 4.A.1. ‘Het bedrijf heeft aantoonbaar inzicht in de meest materiële emissies uit scope 3, en kan uit
deze scope 3 emissies tenminste 2 analyses van GHG - genererende (ketens van) activiteiten
voorleggen’.
Rapportagewijze
Voor de scope III analyse is als leidraad het Corporate Value Chain(Scope 3) Accounting and
Reporting Standard van het GHG protocol gevolgd. Niet alle emissies zijn in kaart gebracht vanwege
het disproportionele karakter voor zo’n inspanning. Als startpunt voor de analyse is gekozen voor het
de meest materiële CO₂-genererende activiteiten. Deze emissies zijn allen op basis van de
waardeketen die verbonden is aan het project Maeslantkering. Binnen de stappen die leidden tot de
emissie inventaris hanteren wij voor het onderzoeken en opnemen van gegevens de volgende
uitgangspunten: relevantie, volledigheid, consistentie en transparantie.
Inzicht in de keten
Voor een verdere beheersing van het energieverbruik en de CO2 uitstoot, is het essentieel dat naast
de inventarisatie voor de eigen processen (scope 1 & 2) ook een beeld wordt gevormd van het
energieverbruik/de uitstoot die wordt veroorzaakt als afgeleide van de activiteiten van IRIS Antico
(scope 3). Hierbij wordt het GHG protocol gevolgd waarin 4 stappen worden beschreven om tot een
analyse te komen:
1. het beschrijven van de waardeketen;
2. het bepalen van de relevante scope 3 emissie categorieën;
3. het identificeren van partners in de waardeketen;
4. het kwantificeren van de emissies.
De stappen 1 en 2 worden in dit document uitgevoerd. In de specifieke ketenanalyses worden de 2
vervolgstappen uitgevoerd.
De waardeketen
Up
Through
Down
scope 3
scope 1 & 2
scope 3
Conserveren
afval-verwerking
(analyse twee)
Voorbehandelen
- transport
(vraag bij Van
Gansewinkel)
- Straalgrit
- Transport RPR
- Productie RPR
- anderen
Bepaling van de meest relevante scope 3 emissie categorieën;
Voor het bepalen van de grenzen aan de scope 3 analyse is de totale spent van Antico in het boekjaar
2013 opgelijst. Deze bedroeg ruim 13 miljoen euro. Van de eerste 50% van de spent is categorie
gewijs de relatie bepaald met het Maeslantkering project en de mogelijkheid van beïnvloeding door
Antico. Op basis van beperkte beïnvloedingsmogelijkheden zijn de volgende categorieën met reden
afgevallen.
1. Onderaannemers zijn leveranciers van arbeid waaraan een grote mate van mobiliteit dus CO2
uitstoot is verbonden . Voor de Maeslantkering heeft de onderaannemer Procasa Plus Ltd.
besloten om de medewerkers te huisvesten aan de rechter respectievelijk linker oever van
de Waterweg waar het werk wordt uitgevoerd. Antico kan hier momenteel geen verdere
reductie van CO2 uitstoot bewerkstellingen.
2. De categorieën Autolease en brandstof vallen af omdat er per april al een eigen
reductieprogramma was voorzien waarin slimmer rijden en combineren de hoofdmoten
vormen. De reductieresultaten van dit programma zullen evenwel gerapporteerd worden in
komende updates van de CO2PL.
Het identificeren van partners in de waardeketen;
De categorieën die overblijven voor inventarisatie en enibeïnvloeding zijn Verf, Afval en Grit. Binnen
de Eerste en Tweede ketenanalyse worden de CO2 emissies van deze meest relevante categorieën
gekwantificeerd. De grootste leveranciers aan IRIS Antico voor deze producten zijn AkzoNobel, Van
Gansewinkel en Eurogrit.
Categorieën
Onderaannemers
Verf
Autolease
Brandstof
Spend
2.761.082
1.861.456
608.478
583.768
Afval
Grit
Totaal categorieën
364.699
274.053
6.453.538
Als eerste analyse is het werken volgens de inductiemethode geselecteerd. In deze analyse wordt de
inductiemethode afgezet tegenover het stralen van staal.
Als tweede (globale)analyse is de verf[afval]stroom in kaart gebracht van leverancier,
opdrachtnemer, klant, tot afvalverwerker. Deze analyse heeft een duidelijke verbinding met de
eerste analyse, maar heeft vooral als doel om het proces en de globale afvalstroom in kaart te
brengen.