Download de tekst

De impact die de audiovisuele sector heeft
op het imago van ons land én van Vlaanderen
is onbetaalbaar.
Geachte mijnheer de minister,
Wat zou ik doen als ik u was? Ik ben geen expert. lk kan u wel zeggen wat u zou moeten doen als u een film
zou willen maken. Maar misschien net omdat ik geloof in het collectief om succesvol te zijn en tegelijk het
individu als onafhankelijke entiteit onmisbaar acht, zou ik een beleid voeren zoals ik denk dat film moet
worden gemaakt. Met visie.
Als ik u was, zou ik niet onmiddellijk vragen hoeveel méér geld wij filmmakers willen. Want wie wil er niet
extra middelen zien? Ik zou eerst vragen om een vervolg van het reeds succesvolle traject van de Vlaamse
film uit te tekenen, samen met de sector: de Producentenbond, de scenaristenGilde, de Gilde van Acteurs,
de Unie van Regisseurs (wij zijn al verenigd in een overlegplatform, dus u hoeft niet met iedereen apart te
zitten). En laten we vooral het Vlaams Audiovisueel Fonds niet vergeten - zij zijn onze interface. En dan zal
vanzelf blijken welke middelen het audiovisueel project verdient.
En als ik u was, dan zou ik wellicht al weten dat deze sector meer opbrengt dan hij kost.
Maar het kan beter. Deze sector, en ik kan het weten, bulkt van creatief, passioneel, toekomstgericht en
hardwerkend talent. Onze producties bieden soelaas, vertier, troost en reflectie aan het publiek. Maar
wij bieden evenzeer omzet en return on investment. Film is ook een industrie. Eentje waar veel geld in
omgaat. Geld dat door de Vlaming wordt geïnvesteerd maar waarbij hij al 10 jaar de zekerheid heeft dat
het veelvoudige terugkomt. Economisch én op het vlak van imagoversterking. En dan reken er ik nog niet
de export van series bij en de uitwisseling van formats en talent met het buitenland.
U zijnde, mag ik dan ook veronderstellen dat onze burgers recht hebben op dit succes? Want het
reflecteert wie wij zijn. Niet enkel hier, te lande, maar ook internationaal. De impact die de audiovisuele
sector heeft op het imago van ons land én van Vlaanderen is onbetaalbaar.
Daarom alleen al zou ik de mensen laten weten hoe waardevol het is voor Vlaanderen om zoals het
afgelopen jaar, de films van Carolien Strubbe te hebben in het MoMA in New York. Of Het vonnis van
Jan Verheyen in Palm Springs, waar ik de mensen met ver- en bewondering over ons rechtssysteem zag
discussiëren. Of om Felix van Groeningen met The Broken Circle Breakdown de wereld te tonen hoe
universeel Vlaams verdriet is. Of hoe Stijn Coninx met Marina vertelt dat er ook zoiets bestaat als een
American dream in Limburg. Of nu ook de jeugd met Labyrinthus kwaliteitsfantasy van eigen bodem krijgt.
En vergeet niet de talloze unieke stemmen van onze documentairemakers en de innovatieve animatiefilms
die de wereld ‘letterlijk’ dagelijks en met succes in contact brengen met de ziel van de Vlaams/Belgische
cultuur en hun relatie tot de wereld. En hoe de scenaristen en makers van onze Vlaamse series ons week
na week aan de flatscreen kluisteren.
Daarom is, zeker wat deze laatsten betreft het samenvoegen van de portefeuilles Media en Cultuur onder
uw hoede voor de audiovisuele sector zeker geen probleem. Wij zien vooral een ‘opportuniteit’ om deze
twee zeer complementaire bevoegdheden elkaar te laten versterken. Ook dat is filmmakersmentaliteit.
Overal mogelijkheden zien, en niet verkrampen bij problemen.
Dus als ik u was, zou ik vragen: breng mij jullie project En we ontwikkelen samen de visie.
Hoogachtend Michael R. Roskam
filmmaker