de weg naar het vliegprogramma 2014 voor de afdeling friesland 96

De weg naar het vliegprogramma 2014 voor de afdeling Friesland 96 In het voorjaar van 2012 is de TC van de afdeling Friesland van start gegaan. Afgelopen winter heeft zij haar visie op het vliegprogramma gegeven, waarna een vliegprogramma 2013 is gepubliceerd. Een aantal maanden geleden heeft de TC het document `Korte evaluatie seizoen 2013` aan de leden en verenigingen gepubliceerd. Hierna zijn we als TC met u in gesprek gegaan op de regio-­‐vergaderingen. Wij danken u voor de constructieve wijze waarop dit plaats kon vinden. Met dit document stellen wij u een vliegprogramma 2014 voor. Wij horen graag uw mening op dit stuk. De procedure hiervoor wordt in het laatste hoofdstuk van dit document verder uitgelegd. De huidige situatie Samenstelling van de commissie: Foeke Hoekstra Hanjo de Groot Wiebren van Straalen Wim van Dijk Hendrik Hoekstra Willem Molenaar Jan Bos Pieter Woord Jacob Draaisma Simon Zeeman (woordvoerder/secretaris) De doelstelling blijft een min of meer ideaal programma te creëren voor het jaar 2015. Het jaar 2013 leert ons dat we in 2013 te maken hadden met een uitzonderlijk jaar waardoor correct evalueren van een aantal punten moeilijk is en wat ons betreft een tweede kans verdient. Zowel tijdens de regiobijeenkomsten, in de verenigingsvoorstellen voor de afgelopen najaars-­‐ALV, als in onze eigen evaluatie komt naar voren dat een aantal in 2013 doorgevoerde wijzigingen als positief is beoordeeld. Daarnaast natuurlijk ook enkele zaken die aangepast moeten worden om een stukje verbetering of voortschrijdend inzicht te verwerken. Voorgestelde wijzigingen oude duivenseizoen ü Start seizoen 1 week later dan in de voorstellen van 2013. Er is dan meer ruimte om desgewenst de duiven voor te bereiden op de eerste vlucht. Voor de Noordkant is er dan nog enige ruimte bij goed weer en voldoende belangstelling om een extra africhting te organiseren om een geleidelijke opstart van het seizoen te creëren. Op twee donderdagavonden zowel een dagfond als een verre midfond inkorven. Wij stellen voor om dit gelijktijdig met de derde en vierde eendaagse fondvlucht te doen. Het combineren van een dagfond en midfond heeft verschillende voordelen. Een eerste punt is dat we het belangrijk vinden om de transportkosten in de hand te houden. De komende vijf jaar zien we een teruggang in het aantal leden en ook een teruggang in het aantal deelnemende duiven. Hierdoor zullen de vrachtprijzen onder druk komen te staan. Uit onderzoek blijkt dat ongeveer 40% van de vrachtkosten uit ophaalkosten bestaat. Door het besparen van deze ophaalkosten op toch al wat onrendabelere vluchten is in de toekomst de teruggang in het aantal duiven ook op te vangen. Een ander belangrijk punt is het langer kunnen blijven inkorven in de eigen vereniging door kleine verenigingen. Men komt sneller aan vijf leden op één inkorfavond. Veel verenigingen hebben te kampen met te weinig inkorvende leden op de fondvluchten. Dat probleem wordt in de toekomst steeds groter. Ook geldt dat door te combineren er dat weekend maar één inkorfavond is. Dus is het minder belastend voor verenigingsfunctionarissen en de liefhebbers zelf, er valt immers een inkorfavond af. En een kleine liefhebber heeft niet na een donderdagavond inkorving nog een paar duiven zitten die hij ook voor de vrijdag klaar moet zien te krijgen. We vinden het ook belangrijk om hiermee ervaring op te doen. De vervoerscommissie wordt gevraagd dit alles logistiek helemaal dicht te timmeren. Wij stellen aan het afdelingsbestuur voor om op deze twee weekeinde de vrachtkosten voor 2014 met 20% te verlagen. ü Voor de midfond stellen wij voor het aantal donderdag-­‐inkorvingen terug te brengen naar het oorspronkelijke plan van 3. Dit betekent wel dat willen we de 300 km voor de kortste afstand bewaren er vermoedelijk twee vluchten zijn waarbij wij afwijken van de gekozen vlieglijn, daar Auby (306 km voor de kortste afstand) met een vrijdag inkorving bereikbaar is en dat een station met dezelfde afstand op de vlieglijn niet bereikbaar is met een vrijdag inkorving. We zoeken nog naar een alternatief maar dat blijkt in Frankrijk lastige te realiseren. ü Op de regio-­‐overleggen kwam naar voren dat veel leden zo weinig mogelijk donderdag-­‐
inkorvingen wenst. Het totaal aantal donderdaginkorvingen neemt in 2014 af. Vorig jaar waren er drie donderdaginkorvingen op de midfond en vijf op de dagfond, dus totaal acht donderdaginkorvingen. Door het voorstel van inkorven op één avond van twee midfondvluchten en twee dagfondvluchten wordt het aantal donderdaginkorfdagen in het oude duivenprogramma beperkt tot zes. Hiervan zijn er dus vijf donderdaginkorfdagen met een fondvlucht, waaraan niet te ontkomen valt. Trainingsvluchten zijn trainingsvluchten en wedvluchten zijn wedvluchten. Er worden geen extra uitslagen meer gemaakt op kleurgroepen. Dit leverde veel verwarring op bij de liefhebbers. Dit kan wel betekenen dat we liefhebbers tekort doen voor externe competities. De trainingsvluchten kunnen natuurlijk wel door de verenigingen gewoon gebruikt worden als wedvlucht. Wat blijft ü Voor het seizoen 2014 willen wij de voorgestelde vlieglijnen van 2013 handhaven. Een deel van de geplande vlieglijnen is in 2013 het water gevallen door de losplaatsen-­‐problematiek. Voor het seizoen 2014 gaan wij op zoek naar geschikte lossingsplaatsen in Limburg. Het lijkt erop dat we enkele nieuwe losplaatsen gevonden hebben. Dit moet nog verder worden onderzocht. Ook de ontwikkelingen in België en Frankrijk zullen wij op dit punt in de gaten houden. Voorlopig hebben wij nog niet alle lossingsstations op de vitesse ngevuld. Als het onderzoek naar geschikte lossingsplaatsen in Limburg is afgerond dan zullen wij ook deze lossingsstation gaan invullen in het programma. In de verenigingsvoorstellen en op de regiovergaderingen kwam naar voren dat men liever de ZW-­‐lijn wil vliegen. De argumentatie hiervoor is dat men meent sneller te kunnen lossen op een meer ZW-­‐lijn. Dit laatste is feitelijk te onderzoeken en wij zullen hier dan ook komend jaar aandacht aan besteden en de uitkomsten aan u voorleggen richting het vliegprogramma van 2015. Daarnaast zullen wij de uitkomsten en doelstellingen van een meer ZO-­‐lijn toetsen aan de feiten die worden opgedaan in 2014 en werden opgedaan in de afgelopen jaren. Op de regio-­‐overleggen kwam enkele malen naar voren dat men minder vluchten wil vliegen. Dit is natuurlijk mogelijk maar dan moeten er vluchten worden ge schrapt. Maar welke vluchten moeten dat dan zijn? Vitesse, midfond, fond, jonge duiven? Hierover heeft een ieder natuurlijk zijn eigen idee en voorkeur. Wij vinden dat het realiseren van minder vluchten bereikt kan worden door als liefhebber keuzes te maken. Wanneer een lid minder vluchten wil vliegen dan moet hij/zij niet automatisch kiezen voor het gehele vliegprogramma, maar keuzes maken. (Zie verder bij kampioenschappen). Daarom: o De vitesse blijft bestaan uit 6 vluchten met een minimale afstand van 100 km voor de kortste afstand en maximaal 300 km voor de langste afstand. o
De midfond blijft bestaan uit 6 vluchten met een minimale afstand van 300 km voor de kortste afstand en maximaal 500 km voor de langste afstand. Met 1 uitzondering van één vlucht met een minimale afstand van 250 km voor de kortste afstand. o
De eendaagse fond blijft bestaan uit 5 vluchten met één vlucht met een minimale afstand van 450 km voor de kortste afstand en twee vluchten met een verdere afstand, waaronder de nationale vlucht vanuit Chateauroux. De TC blijft ook op het standpunt staan dat vervoeren met de afdeling 10 geen probleem is. De TC commissie ziet echter liever lossingen óf met de gehele NU óf afdelingslossingen (dus apart) op de eendaagse fond. Het najaar In de evaluatie tijdens de regiovergaderingen kwam een aantal zaken duidelijk naar voren: Ø Over het algemeen tevredenheid over de inrichting van het jonge duivenprogramma met een ruim aanbod met trainingsvluchten. We denken dat de (gemiddeld genomen) mindere verliezen te maken heeft met de betere opbouw met veel trainingsvluchten. Echter de tussen groep die op de verste afstand zitten van het Zuiden en Noorden kennen enkele problemen. Lossen op drie stations zou hier misschien uitkomst bieden. Ø Verschillende wegen en wensen voor onverduisterde jongen en verduisterde jongen. Verschillende wensen ook voor diegene die jongen willen inspelen en de specialisten. Ø Het voorstel om de derby der junioren twee weken op te schuiven, waardoor er meer flexibiliteit mogelijk is. Ø Weinig behoefte aan extra oude duivenvluchten tijdens de jonge duivenvluchten. Het inspelen van oude duiven tijdens de jonge duivenvluchten is geen probleem. Ø Een extra punt die de TC heeft ingesteld pakt positief uit, maar zou anders ingericht moeten worden. Dit betrof de vlucht Pommeroeul die op donderdag is ingekorfd. De doelstelling van de TC is om de jonge duiven te leren drinken in de mand, maar dan op een wat kortere afstand. Dit om verliezen te voorkomen. Dit lijkt te werken. De duiven gaan na deze vlucht beter drinken. De oorzaak blijkt te zijn dat de jonge op deze vlucht gevoerd worden in de mand en hierdoor drinken in de mand. Wij denken dat dit leerproces eerder in het programma van de jongen moet worden opgenomen. Uitwerking van de punten in het programma 1. Handhaven van het africhtingsprogramma. Het lossen op drie lossingsstations voor bijvoorbeeld de eerste twee africhtingsvluchten zou verder onderzocht moeten worden. Niet onbelangrijk daarbij is dat hiervoor voldoende belangstelling moet bestaan. De TC stelt voor om het lossen op twee lossingstation voorlopig te handhaven. We horen graag uw mening? 2. Op vierde africhting de duiven dusdanig inkorven, dat voeren in de mand mogelijk is en hierdoor het bevorderen van het drinken mogelijk wordt gemaakt. Door de liefhebbers met onverduisterde jongen een rustigere opbouw aan te bieden in het eerste gedeelte van het wedstrijdprogramma hebben zij de mogelijkheid om t.m. Tongeren hun jonge duiven een leerschool te geven van acht vluchten, incl. een africhting waarbij het drinken wordt bevorderd. Deze groep moet niet de behoefte hebben om zich druk te maken over het verdere jonge duivenprogramma. 3. Voor de specialisten met jonge duiven blijft er een mooi programma liggen, met een goede opbouw om de jonge duiven in te spelen en over te houden, gevolgd door twee mooie eindvluchten. Dit kan doordat Morlincourt twee weken is opgeschoven. 4. De natoer wordt gelijk gehouden aan 2013, alleen wordt voorzien in een betere opbouw voor de jonge duiven qua afstand. Eigen verantwoordelijkheid en het maken van keuzes Ons is opgevallen dat er binnen de duivensport steeds meer een cultuur ontstaat van verplichtingen. Dit wordt mede veroorzaakt door het kleiner worden van de verenigingen en het onder druk staan van het aantal inkorvende leden. Liefhebbers voelen steeds meer de verplichting om op bepaalde vluchten in te korven om de vereniging tegemoet te komen om aan het gewenst aantal inkorvende leden te komen. In ons opzicht is dat geen goede ontwikkeling Liefhebbers dienen de vrijheid te hebben hun eigen keuzes te maken op grond van tijd, plezier, financiële mogelijkheden, etc.. Om te voorkomen dat er te weinig imkorvende leden zijn kunnen op bepaalde vluchten (fond) afspraken gemaakt worden met buurtverenigingen. Op deze manier kan een geleidelijk proces van verdere samenwerking worden ingegaan, welke door de teruggang in aantal leden vermoedelijk toch niet is te stoppen. Kampioenschappen De kampioenschappen zijn in de evaluatie ook ruim aan bod gekomen. Door de doorgevoerde wijzigingen in het programma en de wens van de liefhebbers om meer onderscheid in de generale kampioenschappen hebben wij gemeend een nieuw voorstel te moeten doen in de generale kampioenschappen. Wij stellen voor om met twee generaalkampioenschappen verder te gaan, nl. generaal snelheid en generaal lang. In het generaal snelheid zijn alle vittese-­‐ en midfondvluchten (behalve M6) en de kortere jonge duivenvluchten (vier). Elke week een vlucht. In totaal 15 vluchten. Het generaal lang gaat over V6, de midfondvluchten, de eerste drie eendaagse fondvluchten en de laatste vier jonge duivenvluchten. In totaal 14 vluchten. Het vitessekampioenschap bestaat uit 6 vluchten, voor de midfond is dat ook 6 vluchten, de eendaagse fond over 5 vluchten, de jonge duiven over 7 vluchten en de natoer over 4 vluchten. Er zijn geen aftrekvluchten. Overige punten Voor het seizoen 2013 zijn twee punten van de TC wel aangenomen maar niet uitgevoerd. Wij stellen voor dit voor het seizoen 2014 wel te doen. Dit betreft: Ø Invliegduiven moeten voor het seizoen opgegeven worden. Uitzondering de liefhebbers die elke week invliegduiven inkorven. Dit om oneigenlijk gebruik van invliegduiven om het 1 op 10 puntensysteem te beïnvloeden tegen te gaan. Ø Van de laatste natoervlucht een teletekstvlucht maken. Alle andere niet benoemde zaken rondom kampioenschappen, punten, etc worden niet gewijzigd en blijven gelijk aan het seizoen 2013. Procedure van reactie en definitief maken van het vliegprogramma Wij stellen het zeer op prijs dat u de stukken in verenigingsverband bespreekt voor 26 januari 2014. Als vereniging en als individueel lid kunt u een reactie geven op de voorstellen op mailadres [email protected]. Wij kunnen alleen uw reactie in behandeling nemen als deze voldoende is beargumenteerd. Wij willen aan u verzoeken aan te of u op persoonlijke titel reageert of dat u namens u vereniging reageert naar aanleiding van een vergadering over dit onderwerp in uw vereniging. Wilt u ook aangeven of wij uw reactie mogen publiceren ! In week 5 zal de TC al uw reacties bespreken. Uiterlijk week 7 zal de TC een definitief advkes uitbrengen aan het afdelingsbestuur.