STAATSCOURANT Nr. 25031 3 september 2014 Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Mededeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken, van 28 augustus 2014, nr. WJZ / 14141658, ter uitvoering van artikel 11.1, derde lid, van de Wet dieren In verband met de inwerkingtreding van de Wet dieren voor de onderwerpen houders van dieren en diergeneeskundigen met ingang van 1 juli 2014 volgt hieronder de in artikel 11.1, derde lid, van de Wet dieren bedoelde mededeling voor die onderwerpen. Gezondheids- en welzijnswet voor dieren Een vergunning als bedoeld in artikel 66, eerste lid, van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren inzake biotechnologie die gold onmiddellijk voorafgaand aan 1 juli 2014, wordt met ingang van die datum geacht te berusten op artikel 2.23, tweede lid, van de Wet dieren. Een ontheffing op grond van artikel 107 jo. artikel 36, tweede lid, onderdeel d, van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren van het verbod een hond als trekkracht te gebruiken die gold onmiddellijk voorafgaand aan 1 juli 2014, wordt met ingang van die datum geacht te berusten op artikel 10.1, eerste lid, jo. Artikel 2.1, tweede lid, onderdeel d, van de Wet dieren. Wet op de uitoefening van de diergeneeskunde 1990 Een vergunning als bedoeld in artikel 21, derde lid, van de Wet op de uitoefening van de diergeneeskunde 1990 met betrekking tot aanverwantschap tussen de leden, plaatsvervangende leden, de secretaris en de plaatsvervangend secretaris van het veterinair tuchtcollege die gold onmiddellijk voorafgaand aan 1 juli 2014, wordt met ingang van die datum geacht te berusten op artikel 8.18, derde lid, van de Wet dieren. Besluit paraveterinairen Een toelating van personen of categorieën van personen in verband met de wering en bestrijding van besmettelijke dierziekten als bedoeld in artikel 12, eerste lid, van het Besluit paraveterinairen die gold onmiddellijk voorafgaand aan 1 juli 2014, wordt met ingang van die datum geacht te berusten op artikel 3.9, eerste lid, van het Besluit diergeneeskundigen. Dierentuinenbesluit Een vergunning als bedoeld in artikel 4, eerste lid, van het Dierentuinenbesluit met betrekking tot de exploitatie van een dierentuin die gold onmiddellijk voorafgaand aan 1 juli 2014, wordt met ingang van die datum geacht te berusten op artikel 4.2, eerste lid, van het Besluit houders van dieren. Vleeskuikenbesluit 2010 Een ontheffing als bedoeld in artikel 17, derde lid, van de Vleeskuikenbesluit 2010 van voorschriften inzake voetzoollaesies die gold onmiddellijk voorafgaand aan 1 juli 2014, wordt met ingang van die datum geacht te berusten op artikel 2.63, derde lid, van het Besluit houders van dieren. Legkippenbesluit 2003 Een registratie als bedoeld in artikel 3, eerste lid, van het Legkippenbesluit 2003 die gold onmiddellijk voorafgaand aan 1 juli 2014, wordt met ingang van die datum geacht te berusten op artikel 2.69, eerste lid, van het Besluit houders van dieren. Regeling dierenvervoer 2007 Een vergunning als bedoeld in artikel 3, eerste lid, of artikel 4, eerste lid, van de Regeling dierenvervoer 2007 voor vervoerders die gold onmiddellijk voorafgaand aan 1 juli 2014, wordt met ingang van die datum geacht te berusten op artikel 6.3, tweede lid, van de Wet dieren jo. artikel 10, eerste en tweede lid, onderscheidenlijk artikel 23, derde lid, van verordening (EG) nr. 1/2005 van de Raad van de Europese Unie van 22 december 2004 inzake de bescherming van dieren tijdens het vervoer en daarmee samenhangende activiteiten en tot wijziging van de Richtlijnen 64/432/EEG en 93/119/EG en Verordening (EG) nr. 1255/97 (PbEU 2005, L 3). 1 Staatscourant 2014 nr. 25031 3 september 2014 Een verlening van een certificaat van goedkeuring van een vervoermiddel als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Regeling dierenvervoer 2007 die gold onmiddellijk voorafgaand aan 1 juli 2014, wordt met ingang van die datum geacht te berusten op artikel 6.3, tweede lid, van de Wet dieren jo. de artikelen 18, eerste lid, en 19, eerste lid, van verordening (EG) nr. 1/2005 van de Raad van de Europese Unie van 22 december 2004 inzake de bescherming van dieren tijdens het vervoer en daarmee samenhangende activiteiten en tot wijziging van de Richtlijnen 64/432/EEG en 93/119/EG en Verordening (EG) nr. 1255/97 (PbEU 2005, L 3). Een erkenning van een examen als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de Regeling dierenvervoer 2007 die gold onmiddellijk voorafgaand aan 1 juli 2014, wordt met ingang van die datum geacht te berusten op artikel 6.3, tweede lid, van de Wet dieren jo. bijlage IV, onderdeel 1, van verordening (EG) nr. 1/2005 van de Raad van de Europese Unie van 22 december 2004 inzake de bescherming van dieren tijdens het vervoer en daarmee samenhangende activiteiten en tot wijziging van de Richtlijnen 64/432/EEG en 93/119/EG en Verordening (EG) nr. 1255/97 (PbEU 2005, L 3). Regeling doden van dieren 2012 Een goedkeuring van een opleidingsprogramma als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Regeling doden van dieren 2012 die gold onmiddellijk voorafgaand aan 1 juli 2014, wordt met ingang van die datum geacht te berusten op artikel 5.2, eerste lid, van de Regeling houders van dieren. Een aanwijzing van een instelling als bedoeld in artikel 6, eerste lid, van de Regeling doden van dieren 2012 die gold onmiddellijk voorafgaand aan 1 juli 2014, wordt met ingang van die datum geacht te berusten op artikel 5.3, eerste lid, van de Regeling houders van dieren. Regeling vleeskuikens Een erkenning van een opleidingscertificaat als bedoeld in artikel 7, eerste of tweede lid, van de Regeling vleeskuikens die gold onmiddellijk voorafgaand aan 1 juli 2014, wordt met ingang van die datum geacht te berusten op artikel 6.9, eerste onderscheidenlijk tweede lid, van de Regeling houders van dieren. Deze mededeling zal in de Staatscourant worden geplaatst. De Staatssecretaris van Economische Zaken, Namens deze, E.P. Nas directeur Wetgeving en Juridische Zaken 2 Staatscourant 2014 nr. 25031 3 september 2014
© Copyright 2024 ExpyDoc
