20140908 cbs verslag openbaar

College van burgemeester en schepenen van 8 september
2014
001
002
003
004
005
006
007
008
009
010
011
012
013
014
015
016
017
018
019
020
1
Secretariaat. Notulen cbs 1 september 2014. Goedkeuring.
Financiën. Bestellingen. Aktename voorstellen en goedkeuring bestellingen.
Financiën. Budgethouderschap. Goedkeuring te betalen bedragen.
Financiën. Gemeentebelasting. Vaststellen en uitvoerbaar verklaren kohier banken financieringsinstellingen aanslagjaar 2014.
Milieu. Niet-ingedeelde muziekactiviteit haringfeesten Landelijke Gilde Voortkapel
op 13 september 2014. Toelating.
Milieu. Niet-ingedeelde muziekactiviteit. After Work-party vzw Het Westels
Achterwerk op 9 oktober 2014. Toelating.
Milieu. Vlarem 2de klasse, Seal for Life Industries bvba, Nijverheidsstraat 11B:
verandering door toevoeging en uitbreiding. Milieuvergunning.
Basisonderwijs. Elke Huygens. Aanstelling tijdelijk onderwijzer als vervanger 1.
Kunstonderwijs. Aanwerving directeur tekenschool. Samenstelling
examencommissie.
Ruimtelijke Ordening. Stedenbouwkundige Aanvraag. Vergunning: De Reid 30
(2014/067) 2
Ruimtelijke Ordening. Stedenbouwkundige Aanvraag. Werken van Geringe
Omvang. Vergunning: Lindenstraat 21 (2014/528) 3.
Ruimtelijke Ordening. Stedenbouwkundige Aanvraag. Werken van Geringe
Omvang. Vergunning: Gooreinde 64 (2014/527) 4.
Ruimtelijke Ordening. Stedenbouwkundige Aanvraag. Vergunning: Prelaat
Verbraekenlaan 15 (2014/069) 5.
Ruimtelijke Ordening. Stedenbouwkundige Aanvraag. Vergunning: Asberg 27
(2014/064) 6
Ruimtelijke Ordening. Stedenbouwkundige Aanvraag. Vergunning: Stippelberg 50
(2014/065) 7.
Overheidsopdrachten. Reinigen en camerainspectie van riolen 2010. Volledige
vrijgave borg.
Overheidsopdrachten. Stookplaatsrenovatie Boswachtershuis, Papedreef 1.
Goedkeuring voorontwerp.
Overheidsopdrachten. Stookplaatsrenovatie Hovenierswoning, Hollandse dreef
1&3. Goedkeuring voorontwerp.
Overheidsopdrachten. Stookplaatsrenovatie Sporthal De Beeltjens, Kasteelpark 6.
Goedkeuring voorontwerp.
Sport. SNS-pas voor leerlingen van het secundair onderwijs. Goedkeuring
persoonlijke gegevens verwijderd
persoonlijke gegevens verwijderd
3
persoonlijke gegevens verwijderd
4
persoonlijke gegevens verwijderd
5
persoonlijke gegevens verwijderd
6
persoonlijke gegevens verwijderd
7
persoonlijke gegevens verwijderd
2
ondersteuning van het project en de daaraan verbonden kosten.
Cultuur. Gebruik gemeentelokalen. Week 8 - Merodezaal Heultje.
021
Aanwezig:
Guy Van Hirtum - burgemeester-voorzitter
Herman Wynants, Filip Verrezen, Kelly Verboven, Lowie Thys, Tinne
Wuyts, Iris De Wever - schepenen
Kristof Welters - OCMW-voorzitter - schepen
Jo Vankrunkelsven - secretaris gemeente en ocmw
Verontschuldigd:
--------------------------------------------------------------------------------------Om 13:00 uur opent, Guy Van Hirtum, voorzitter de vergadering.
001
Secretariaat. Notulen cbs 1 september 2014. Goedkeuring.
De notulen van de vorige zitting worden zonder opmerkingen goedgekeurd.
002
Financiën. Bestellingen. Aktename voorstellen en goedkeuring
bestellingen.
Feiten en context
Verschillende gemeentelijke diensten dienen aankoopvoorstellen in via de financiële dienst
die belast is met de kredietbewaking.
Het college stelt de noodzaak vast en neemt de beslissing om tot bestelling over te gaan.
Impact op beleids- en beheerscyclus
actieplan
Verspreid over verschillende actieplannen
actie
Verspreid over verschillende acties
actienummer
Diverse
omschrijving project
Goedkeuring bestellingen
raming kosten
Totaal exploitatie: 9.581,89 EUR Totaal investeringen:
18.366,22EUR
raming opbrengsten
geen
BESLUIT
Artikel 1 Het college neemt akte van de voorstellen en besluit over te gaan tot de
volgende bestelling:
Technische diensten
1) divers materiaal schilders voor gebouwen: 368,05 EUR
2) ijzer voor aanvulling stock: 276,40 EUR
3) divers materiaal voor garage en lasserij: 238,68 EUR
4) betonboren voor algemeen gebruik: 233,89 EUR
5) spuitbussen voor algemeen gebruik: 814,14 EUR
6) herstellen banden voertuigen GID840 en JIT516: 73,57 EUR
Cultuur
7) poetsproducten Merodezaal Heultje: 485,18 EUR
8) poetsproducten, toiletpapier en papieren handdoekjes Zoerla: 498,18 EUR
Sport
9) vervangen onderdeel brander sporthal: 3.025 EUR
Jeugd
10) materiaal voor herstellen speelpleinen: 551,81 EUR
Onderwijs
11) bordboeken Tuin van Heden school Heultje: 447 EUR
12) bordboeken Taalsignaal Anders school Oevel: 381 EUR
13) bordboeken Tuin van Heden school Oevel: 447 EUR
14) bordboek Veilig leren lezen school Oevel: 169 EUR
Kunstonderwijs
15) verf voor schilderen tunnel Merodedreef: 962,88 EUR
Kinderopvang
16) poetsproducten voor opvang Tongerlo: 158,78 EUR
Investering
17) studiekosten stookplaatsrenovatie sporthal De Beeltjens: 3.481,27 EUR via
budgetsleutel 2210100/0740 actie 471 raming 762
18) studiekosten stookplaatsrenovatie hovenierswoning: 2.719,74 EUR via
budgetsleutel 2210100/011902 actie 481 raming 778
19) studiekosten stookplaatsrenovatie boswachtershuis: 3.623,70 EUR via
budgetsleutel 22210100/0750 actie 465 raming 748
20) beschermmat sporthal/polyvalente ruimte school Oevel: 3.380,86 EUR via
budgetsleutel 240000/080002 actie 417 raming 694
Te hernemen aankoopvoorstellen, uitgesteld sc 25/8
Brandweer
21) herstellen defecte buitencamera: 310,97 EUR
22) afregelen lusdetectie poort doorgang brandweerwagens: 140,36 EUR
Technische diensten (investering)
23) leveren en plaatsen van vloerbekleding burelen technisch centrum:
5.160,65 EUR via budgetsleutel 2210100/011902 actie 495 raming 1147
003
Financiën. Budgethouderschap. Goedkeuring te betalen bedragen.
Feiten en context
Het college heeft zijn bevoegdheden inzake het budgethouderschap niet gedelegeerd en
dient bijgevolg de te betalen bedragen goed te keuren.
Impact op beleids- en beheerscyclus
actieplan
Verschillende actieplannen
actie
Verschillende acties
actienummer
Verschillende actienummers
omschrijving project
Goedkeuring betalingen
raming kosten
Totaal exploitatie:
Totaal investeringen:
raming opbrengsten
Geen
BESLUIT
Artikel 1
Het college keurt de te betalen bedragen goed van lijst 22/14 van 8/9/14, voor
een totaal bedrag van 38.776,84 euro en een te betalen saldo van 38.776,84
euro.
004
Financiën. Gemeentebelasting. Vaststellen en uitvoerbaar verklaren
kohier bank- en financieringsinstellingen aanslagjaar 2014.
Voorgeschiedenis
Op 16 december 2013 keurde de gemeenteraad het belastingreglement op de bank- en
financieringsinstellingen voor de aanslagjaren 2014 tot en met 2019 goed.
Juridische grond
Het decreet van 30 mei 2008 regelt de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure
van provincie- en gemeentebelastingen.
Dit decreet bepaalt dat de kohieren door het college van burgemeester en schepenen
worden vastgesteld en uitvoerbaar verklaard ten laatste op 30 juni van het jaar dat volgt op
het aanslagjaar.
Impact op beleids- en beheerscyclus
actieplan
Financieel evenwicht
actie
Belastingen
actienummer
2014000010
omschrijving project
Kohier bank- en financieringsinstellingen 2014
raming kosten
raming opbrengsten
9.275 euro
BESLUIT
Artikel 1 Het college stelt het totaal invorderbaar bedrag van het kohier van de
gemeentebelasting op de bank- en financieringsinstellingen voor het aanslagjaar
2014 vast op 9.275 euro.
Artikel 2 Het college verklaart dit kohier uitvoerbaar.
005
Milieu. Niet-ingedeelde muziekactiviteit haringfeesten Landelijke Gilde
Voortkapel op 13 september 2014. Toelating.
Voorgeschiedenis
Landelijke Gilde Voortkapel organiseert op 13 september2014 de jaarlijkse haringfeesten. De
secretaris van deze vereniging, 8, vroeg op 28 augustus 2014 toelating tot het spelen van
elektronisch versterkte muziek. Afwijking van het sluitingsuur tot 3 uur werd al verleend
door de burgemeester.
Feiten en context
- evenement: haringfeesten met achtergrondmuziek, live-optredens en discobar in een
feesttent;
- organisatie: Landelijke Gilde Voortkapel, 9
- locatie: in een feesttent op een weide langs de Kloosterstraat in Voortkapel, naast de
woning met huisnummer 81 (percelen 1ste afdeling, sec A, nummers 660B en 660D). De
aanvrager moet toelating hebben voor het evenement van de eigenaar en de gebruiker van
de betrokken percelen;
- datum/begin- en einduur: zaterdag 13 september 2014 van 14 uur tot 3 uur (op zondag 14
september)
- in de nabijheid van de plaats van de activiteiten zijn geen instellingen aanwezig die stilte
vereisen.
8
9
persoonlijke gegevens verwijderd
persoonlijke gegevens verwijderd
Argumentatie
Het gaat om een niet ingedeelde muziekactiviteit volgens hoofdstuk 6.7 van Vlarem II.
De aanvrager heeft als gewenste maximumnorm opgegeven: luider dan LAeq, 15 min 85dB(A),
maar stiller dan 95 dBA LAeq, 15 min. De muziekactiviteit is gekoppeld aan een bijzondere
gelegenheid: de jaarlijkse haringfeesten van de Landelijke Gilde.
De activiteiten zijn gepland in een feesttent op een weiland langs de Kloosterstraat in
Voortkapel, waar geen stiltebehoevende instellingen aanwezig zijn. De bepalingen van art.
6.7.3.§1 van Vlarem II (verbod tot overschrijden van LAeq, 15 min =85dB(A)) zijn niet van
toepassing op niet-ingedeelde muziekactiviteiten op voorwaarde dat:
- de muziekactiviteit vooraf is gemeld aan het college van burgemeester en schepenen van
de gemeente waarin de muziekactiviteit plaatsvindt;
- het college de muziekactiviteit heeft toegelaten.
Bij de plaatsing van de geluidsboxen moeten de organisatoren er rekening mee houden zo
weinig mogelijk overlast voor de omgeving te veroorzaken door:
- eventuele bastonen in de mate van het mogelijke tot redelijke proporties aan te passen;
- de luidsprekers te draaien in de richting waar ze de minste hinder kunnen veroorzaken.
Voor deze locatie is de richting zuid de meest aangewezen richting.
Juridische grond
Vlarem 1 en II. Deze beslissing is enkel van toepassing op het aspect geluidshinder zoals dat
gereglementeerd is in Vlarem II, hoofdstuk 4.5, 5.32 en hoofdstuk 6.7, art. 6.7.1 tot en met
6.7.3.
Impact op beleids- en beheerscyclus
actieplan
Kwaliteitsvolle leefomgeving
actie
Naleven en toezicht op naleving van milieuwetgeving en
gerelateerde wetgeving
actienummer
2014000384
omschrijving project
Toelating elektronisch versterkte muziek
raming kosten
/
raming opbrengsten
/
BESLUIT
Artikel 1 Het college van burgemeester en schepenen geeft toelating aan Landelijke Gilde
Voortkapel tot het spelen van elektronisch versterkte muziek in een tent in de
Kloosterstraat in Voortkapel/Westerlo tijdens de haringfeesten op zaterdag 13
september 2014 van 14 uur tot 3 uur (op zondag 14 september), op
voorwaarde dat het geluidsniveau in de inrichting LAeq, 15 min kleiner is dan of gelijk
is aan 95 dB(A).
Deze toelating is enkel van toepassing op het aspect geluidshinder zoals
gereglementeerd in Vlarem II. Het geluidsvolume dient tijdens de hele
muziekactiviteit gemeten te worden. Het gemeten volume is zichtbaar voor de
persoon die het volume bedient.
De bepalingen vermeld in artikel 5.32.2.2bis,§1,1°,2°en 3° van Vlarem II zijn van
toepassing.
Schepen en ocmw-voorzitter Kristof Weslters verlaat overeenkomstig artikel 27
van het gemeentedecreet tijdelijk de vergadering.
006
Milieu. Niet-ingedeelde muziekactiviteit. After Work-party vzw Het
Westels Achterwerk op 9 oktober 2014. Toelating.
Voorgeschiedenis
vzw Het Westels Achterwerk organiseert op donderdag 9 oktober 2014 een afterworkparty met discobar in het themacafé van KVC Westerlo. Naar aanleiding hiervan vroeg Philip
Carens op 21 augustus 2014 toelating tot het spelen van elektronisch versterkte muziek.
Feiten en context
• evenement: After Work-party voor jonge professionals uit Westerlo, met max. 300
deelnemers, en met DJ Dirk uit Laakdal;
• organisatie: vzw Het Westels Achterwerk, 10
• locatie: in het themacafé van voetbalclub KVC Westerlo, de Merodedreef 189, 2260
Westerlo (1ste afd/Westerlo, sectie B, perceelnummer 338G);
• datum/begin- en einduur: op donderdag 9 oktober 2014 van 19u tot 1u (op 10 oktober
2014);
• de organisator moet toestemming hebben van de eigenaar en de gebruiker van het gebouw
en het perceel waarop het evenement plaatsvindt;
• in de nabijheid van de plaats van de activiteiten zijn geen instellingen aanwezig die stilte
vereisen.
Argumentatie
Het gaat om een niet ingedeelde muziekactiviteit volgens hoofdstuk 6.7 van Vlarem II, die
gekoppeld is aan een bijzondere gelegenheid. De aanvrager heeft als gewenste
maximumnorm LAeq 15 min luider dan 85 dB(A) maar stiller dan 95 dB(A) gevraagd.
De bepalingen van art 6.7.3.§1 van Vlarem II (verbod tot overschrijden van LAeq 15 min
=85dB(A)) zijn niet van toepassing op niet-ingedeelde muziekactiviteiten op voorwaarde dat:
- de muziekactiviteit vooraf is gemeld aan het college van burgemeester en schepenen van
de gemeente waarin de muziekactiviteit plaatsvindt;
- het college de muziekactiviteit heeft toegelaten.
Voor muziekactiviteiten die doorgaan in feestzalen, lokalen of schouwspelzaal moet
cumulatief aan de volgende criteria worden voldaan:
- maximaal 12 gelegenheden per jaar;
- maximaal 2 gelegenheden per maand;
- de sommatie van deze gelegenheden mag maximaal over 24 kalenderdagen per jaar
spreiden (in geval een muziekactiviteit avonduren alsook morgenuren van de
daaropvolgende kalenderdag omvat, worden 2 kalenderdagen geteld).
In 2014 werden volgende activiteiten al toegestaan die doorgaan in de gebouwen van KVC
Westerlo:
- de Chrysostomos-fuif op 31 januari 2014: 2 dagen;
- de After Work-party van vzw Het Westels Achterwerk op 6 februari 2014: 2 dagen;
- de fandag van KVC Westerlo op 28 juni 2014: 1 dag;
- de kampioenenviering van KVC Westerlo op 2 mei 2014: 1 dag.
Bij de plaatsing van de geluidsboxen moeten de organisatoren er rekening mee houden zo
weinig mogelijk overlast voor de omgeving te veroorzaken door:
- eventuele bastonen in de mate van het mogelijke tot redelijke proporties aan te passen;
10
persoonlijke gegevens verwijderd
-
de luidsprekers te draaien in de richting waar ze de minste hinder kunnen veroorzaken.
Juridische grond
Vlarem 1 en II. Deze beslissing is enkel van toepassing op het aspect geluidshinder zoals dat
gereglementeerd is in Vlarem II, hoofdstuk 4.5, 5.32 en hoofdstuk 6.7, art. 6.7.1 tot en met
6.7.3.
Impact op beleids- en beheerscyclus
actieplan
Kwaliteitsvolle leefomgeving
actie
Naleven en toezicht op naleving van milieuwetgeving en
gerelateerde wetgeving
actienummer
2014000384
omschrijving project
Toelating elektronisch versterkte muziek
raming kosten
/
raming opbrengsten
/
BESLUIT
Artikel 1
Het college geeft toelating aan vzw Het Westels Achterwerk tot het spelen
van elektronisch versterkte muziek tijdens een afterwork-party op donderdag
9 oktober 2014 van 19u tot 1u (op 10 oktober 2014) in het themacafé van
KVC Westerlo, de Merodedreef 189 in Westerlo, op voorwaarde dat het
geluidsniveau in de inrichting LAeq 15 min kleiner is dan of gelijk aan 95 dB(A).
Deze toelating is enkel van toepassing op het aspect geluidshinder zoals
gereglementeerd in Vlarem II. Het geluidsvolume dient tijdens de hele
muziekactiviteit gemeten te worden. Het gemeten volume is zichtbaar voor de
persoon die het volume bedient.
De bepalingen vermeld in artikel 5.32.2.2bis, §1, 1°, 2°en 3° van Vlarem II zijn
van toepassing indien het geluidsvolume luider zou zijn dan LAeq 15 min 85dB(A).
Schepen en ocmw-voorzitter Kristof Weslters vervoegt opnieuw de zitting.
007
Milieu. Vlarem 2de klasse, Seal for Life Industries bvba,
Nijverheidsstraat 11B: verandering door toevoeging en uitbreiding.
Milieuvergunning.
Voorgeschiedenis en samenvatting
Op 14 februari 2014 heeft Seal for Life Industries bvba, Nijverheidsstraat 13 in Westerlo,
een milieuvergunningsaanvraag 2de klasse ingediend. Deze aanvraag werd op 2 juli 2014
weer ingetrokken omwille van enkele fouten die het verlenen van een vergunning zouden
beletten. Op 14 juli 2014 werd een nieuwe aanvraag ingediend voor het veranderen door
uitbreiding en toevoeging van perceel 4-B-203F5 aan een inrichting voor de opslag van
goederen en het bewerken van voorwerpen uit kunststof, op perceel sectie B, 4de afdeling,
nummer 138T en 203F5, gelegen Nijverheidsstraat 11B, 2260 Westerlo.
De aanvraag werd op 15 juli 2014 ontvankelijk en volledig verklaard.
Feiten en context
- Het voorwerp van de aanvraag betreft een verandering door toevoeging van perceel 4-B203F5 en een verandering door uitbreiding, omvattend:
- Rubriek 3.1.1° Deze rubriek wordt geschrapt.
- Rubriek 3.3 Deze rubriek wordt geschrapt.
- Rubriek 3.4.1°a) nieuw: het lozen van 8,12 m³/jaar bedrijfsafvalwater in de openbare
riolering afkomstig van de warmwaterbaden en de koudwaterbaden in het labo. (klasse
3)
- Rubriek 11.1.1°a) Deze rubriek wordt geschrapt.
- Rubriek 12.2.1° reeds vergund: transformatoren met een individueel nominaal
vermogen van 400 kVA. (klasse 3)
- Rubriek 12.3.2° reeds vergund: de exploitatie van een batterijlader van 40 kW. (klasse
3)
- Rubriek 15.1.1° reeds vergund: het stallen van 5 elektrische heftrucks. (klasse 3)
- Rubriek 16.3.1.1° reeds vergund: de exploitatie van een schroefcompressor met een
vermogen van 11 kW, een compressor met een vermogen van 5 kW, een koelgroep
met een vermogen van 15 kW en een koelunit met een vermogen van 2 kW - totaal 33
kW. (klasse 3)
- Rubriek 16.7.2° uitbreiding: opslag van 1125 l propaan en 60 l stikstof (= uitbreiding
met 60 l stikstof). (klasse 2)
- Rubriek 17.3.3.2°a) vermindering: opslag van 45000 kg irriterende en corrosieve
producten (lijmen, epoxy's, …) in diverse verpakkingen boven lekbakken waarvan
44500 kg bedoeld is voor op- en overslag en 500 kg wordt aangewend in het labo (=
vermindering met 5000 kg). (klasse 2)
- Rubriek 17.3.4.2°a)1° nieuw: opslag van 5050 l licht ontvlambare producten in diverse
verpakkingen boven lekbakken waarvan 5000 l bedoeld voor op- of overslag en 50 l
intern aangewend. (klasse 2)
- Rubriek 17.3.6.1°b) reeds vergund: opslag voor vloeistoffen met een ontvlammingspunt
hoger dan 55 °C maar dat 100 °C niet overtreft met een totaal inhoudsvermogen van
200 l. (klasse 3)
- Rubriek 17.3.8.2° uitbreiding: opslag van 44,5 ton milieugevaarlijke producten (lijmen,
epoxy's, …) in diverse verpakkingen boven lekbakken (= uitbreiding met 12,5 ton).
(klasse 2)
- Rubriek 23.2.2°a) uitbreiding: exploitatie van toestellen voor het herverpakken van
goederen en van industriële naaimachines met totale drijfkracht van 20 kW en de
exploitatie van diverse kleinere toestellen voor het bewerken van kunststoffen met een
totale drijfkracht van 18,22 kW (= uitbreiding met 18,22 kW). (klasse 2)
- Rubriek 23.3.2°a) reeds vergund: opslag van kunststoffen en van voorwerpen uit
kunststoffen met een capaciteit van 2600 ton kunststoffen. (klasse 2)
- Rubriek 24.4 reeds vergund: 1 labo. (klasse 3)
- Rubriek 31.1°a) reeds vergund: vast opgestelde motoren met een totaal nominaal
vermogen van 141 kW (stroomgroep). (klasse 3)
- Rubriek 39.1.1° Deze rubriek wordt geschrapt.
- Rubriek 43.1.1° reeds vergund: exploitatie van 2 stookinstallaties met een vermogen
van elk 150 kW en bijbehorende extractoren met een vermogen van 1,1 kW, 0,5 kW
en 9 x 0,2 kW - totaal vermogen 340 kW. (klasse 3)
- Bestaande milieuvergunningen:
- Op 26/02/2007 werd door het CBS een milieuvergunning verleend aan bvba Covalence
Specialty Materials voor de exploitatie van een nieuwe inrichting.
- Stedenbouwkundige bestemming: de inrichting is volgens het gewestplan gelegen in
industriegebied. De inrichting is gelegen binnen de contouren van het BPA “MoleneindeKapel-Houdt”, goedgekeurd bij ministerieel besluit van 10 maart 1995.
-
Stedenbouwkundige vergunningen: op 09/10/2006 werd door het CBS een vergunning
afgeleverd voor het bouwen van een nieuwbouw = opslagruimte met burelen, na slopen
van bestaand gebouw.
- Watertoets: gelet op de aard van de aanvraag en op het feit dat de inrichting gelegen is
buiten de grenzen van een overstromingsgevoelig gebied lijkt men in alle redelijkheid te
kunnen stellen dat er geen substantieel schadelijk effect wordt verwacht ten gevolge van
de gevraagde inrichting op voorwaarde dat is voldaan aan de voorwaarden van de
gewestelijk stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater.
- Zoneringsplan: het bedrijf is volgens het zoneringsplan gelegen in niet-aansluitbaar gebied,
maar in praktijk is het afvalwater reeds aangesloten op de gemengde riolering van de
Nijverheidsstraat die afvoert naar het RWZI - Geel en is dus in feite centraal gebied.
- MER- screening: de aanvraag heeft geen betrekking op een activiteit die voorkomt op de
lijst van bijlage III bij het besluit van de Vlaamse regering van 1 maart 2013 inzake de
nadere regels van de project-MER- screening. Dit werd vermeld in de ontvankelijk- en
volledigverklaring van het dossier.
- Openbaar onderzoek
datum opening openbaar onderzoek
22 juli 2014
datum sluiting openbaar onderzoek
bezwaren en opmerkingen
21 augustus 2014 om 12 uur
geen
Adviezen
Het advies van de intercommunale milieudienst IOK, via mail ontvangen op de milieudienst
op 25 juni 2014, is voorwaardelijk gunstig en omvat volgende bemerkingen:
1.
Stedenbouwkundig
A.
Stedenbouwkundige ligging
De inrichting is volgens het gewestplan gelegen in industriegebied. De inrichting is gelegen
binnen de contouren van het BPA “Moleneinde – Kapel – Houdt”, meer bepaald in de zone
bestemd voor industrie.
Er kan bijgevolg gesteld worden dat de exploitatie van de voorliggende inrichting verenigbaar
lijkt te kunnen zijn, op voorwaarde dat aan de van toepassing zijnde voorschriften van het
BPA wordt voldaan.
B.
Stedenbouwkundige vergunning
Er dient te worden gewezen op de koppeling tussen de milieuvergunning & -melding en de
stedenbouwkundige vergunning & melding, zoals geregeld in art. 5 van het Decreet van 28
juni 1985 betreffende de milieuvergunning en art. 4.5.1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke
Ordening.
2.
Water
De exploitant geeft in het voorliggende dossier aan dat bedrijfsafvalwater zonder gevaarlijke
stoffen zal worden geloosd. De exploitant dient er op toe te zien dat de lozingsnormen te
allen tijde gerespecteerd worden.
3.
Afval
De exploitant dient de bepalingen van het Materialendecreet, het Vlarema en Vlarem II strikt
na te leven.
4.
Gassen
De exploitant dient er op te worden gewezen dat deze gasopslag dient te worden
geëxploiteerd conform de voorheen vergunde modaliteiten. Met betrekking tot de gevraagde
uitbreiding met 60 l stikstof dient de exploitant er op te worden gewezen dat de opslag van
gassen moet worden uitgevoerd conform de bepalingen in hoofdstuk 5.16 van Vlarem II.
Er dient te allen tijde aan de van toepassing zijnde afstandsregels te worden voldaan.
5.
Gevaarlijke stoffen
De exploitant geeft in voorliggend dossier aan dat gevaarlijke producten zullen worden
opgeslagen op lekbakken.
Het is aangewezen de exploitant er op te wijzen dat de bepalingen omtrent de plaatsing en
de periodieke controles op de vaste houders zoals bepaald in hoofdstuk 5.17 en afdeling
5.17.3 van Vlarem II strikt nageleefd moeten worden.
De exploitant dient er op te worden gewezen dat de voorschriften m.b.t. de te nemen
veiligheidsmaatregelen (inkuipingen, veiligheidsafstanden, …) strikt nageleefd moeten
worden.
BESLUIT :
Rekening houdende met bovenstaande bemerkingen dient deze vergunningsaanvraag voor de
aangevraagde rubrieken op xde percelen kadastraal gekend als 4-B-138T en 4-B-203F5 te
worden geadviseerd als
GUNSTIG
in overeenstemming met de gegevens opgenomen in het aanvraagdossier indien de
exploitatievoorwaarden zoals vermeld in het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni
1995, houdende de algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne, in acht worden
genomen.
Argumentatie
De aanvraag vermeldt dat sinds het verlenen van de basisvergunning enkele naamswijzigingen
hebben plaatsgevonden. Het vroegere bvba Covalence Specialty Materials werd in 2012
gewijzigd in Berry plastics. In 2013 werd Berry Plastics dan weer gewijzigd in de huidige
naam Seal for life Industries bvba. Het perceel waarop de inrichting gevestigd is maakte
voorheen deel uit van een groter perceel, waarvoor ook milieuvergunningen werden
verleend aan nv UTI Belgium en Estée Lauder Northern Europe Center NV (voor het
uitbaten van een distributiecentrum voor cosmeticaproducten). De percelen van de
aanvraag zijn eigendom van Intervest en worden gehuurd door Seal for life. De
huurovereenkomst inclusief addendum tonen het gebruiksrecht van de aanvrager aan.
In het bedrijf worden lijmen en andere kunststoffen opgeslagen en is er bovendien een
beperkt solventgebruik van max 500 kg per jaar. Bij calamiteiten zoals brand of beschadiging
van verpakkingen kunnen schadelijke emissies vrijkomen en dient gepast te worden
opgetreden. Bij de vorige milieuvergunning van 26 februari 2007 werd als bijzondere
voorwaarde opgelegd dat: " Voor de eerste ingebruikname dient voor de hele inrichting en
in het bijzonder voor de opslag van kunststoffen de organisatie van de brandbestrijding, de
organisatie, de brandbestrijdingsmiddelen en de bluswateropvang vastgelegd te worden in
overleg met de bevoegde brandweer. De aanvrager heeft daarover het advies van de
brandweer gevraagd, maar heeft dit op heden nog niet ontvangen. Het bedrijf zal het nodige
doen om aan eventuele opmerkingen van de brandweer te voldoen. Het bedrijf beschikt
over een eigen noodplan waarin procedures zijn opgenomen ter voorkoming en beperking
van milieuschade in geval van calamiteiten en er is interventiemateriaal aanwezig.
Het eerder vergunde behandelen van kuststoffen, het vervaardigen van voorwerpen uit
kunststoffen en het printen van labels worden stopgezet. De hoofdactiviteiten omvatten
orderverwerking, distributie en technische ondersteuning van warmtekrimpende producten,
speciale lijmproducten en kleefbanden. In het labo worden testen uitgevoerd met
warmtekrimpende producten met gebruik van 7 ovens en warm- en koudwaterbaden. Het
water van deze baden wordt 2 keer per jaar ververst en geloosd als bedrijfsafvalwater op de
riolering. In de hal worden diverse gevaarlijke producten opgeslagen.
Er is een afzuiginstallatie voorzien voor dampen die vrijkomen bij het verwarmen van
krimpkousen, voor lasdampen en bij de spuitwand (niet ingedeeld). De samenstelling van de
geloosde afzuigdampen is niet vermeld en dient te voldoen aan de lozingsnormen.
Alle opgeslagen producten bevinden zich boven een lekbak, sommigen in een brandvrije kast
met lekbak.
De reeds vergunde opslag van propaangas in flessen (op perceelnr. 138T) en tevens een
gedeelte van de opslag van lijmen en epoxy’s (= o.m. voorwerp van de aanvraag) zijn
ingetekend op het toe te voegen perceel 4-B-203F5, buiten, waar zich tevens de
afvalcontainers bevinden.
Door het opleggen en naleven van de algemene en de sectorale milieuvoorwaarden kunnen
de risico's voor de externe veiligheid, de hinder, de effecten op het leefmilieu, op de
wateren, op de natuur en de mens buiten de inrichting tot een aanvaardbaar niveau worden
beperkt.
Juridische grond
- het decreet van 28 juni 1985 en de wijzigingen bij latere decreten;
- het besluit van 6 februari 1991 van de Vlaamse Executieve, en de wijzigingen bij latere
besluiten, waarin het Vlaams Reglement betreffende de milieuvergunning (Vlarem)
vastgesteld is;
- het besluit van 1 juni 1995 van de Vlaamse Regering en de wijzigingen bij latere besluiten,
waarin de algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (Vlarem II) opgenomen
zijn.
Impact op beleids- en beheerscyclus
actieplan
Kwaliteitsvolle leefomgeving
actie
Naleven en toezicht op naleving van milieuwetgeving en
gerelateerde wetgeving
actienummer
2014000384
omschrijving project
Milieuvergunning 2de klasse
raming kosten
/
raming opbrengsten
/
BESLUIT
Artikel 1
Aan Seal for Life Industries bvba, Nijverheidsstraat 13 in Westerlo, wordt
vergunning verleend voor het veranderen door toevoeging van perceel 4-B203F5 en door uitbreiding van een inrichting voor opslag van goederen en het
bewerken van kunststoffen, zodat ze voortaan omvat:
- het lozen van 8,12 m3/jaar bedrijfsafvalwater in de openbare riolering,
afkomstig van de warmwaterbaden en de koudwaterbaden in het labo;
Vlarem klasse 3; rubriek 3.4.1°a
- transformatoren met een individueel nominaal vermogen van 400 kVA;
Vlarem klasse 3; rubriek 12.2.1°
- een batterijlader van 40 kW; Vlarem klasse 3; rubriek 12.3.2°
- het stallen van 5 heftrucks; Vlarem klasse 3; rubriek 15.1.1°
- koelinstallaties, luchtcompressoren en airconditioninginstallaties met een
totale geïnstalleerde drijfkracht van 33 kW; Vlarem klasse 3; rubriek
16.3.1.1°
- opslag van 1.125 liter lege en volle gasflessen propaan en 60 liter stikstof;
Artikel 2
uitbreiding met 60 liter stikstof; Vlarem klasse 2; rubriek 16.7.2°
- opslag van 45.000 kg irriterende en corrosieve producten zoals lijmen en
epoxy's, waarvan 44.500 kg bedoeld is voor op- en overslag en 500 kg voor
gebruik in het labo; vermindering van de totale hoeveelheid opgeslagen
irriterende en corrosieve stoffen met 5.000 kg; Vlarem klasse 2; rubriek
17.3.3.2°a
- de opslag van 5.050 liter licht ontvlambare producten in diverse
verpakkingen boven lekbakken waarvan 5.000 liter bedoeld voor op- en
overslag en circa 50 liter intern wordt aangewend; Vlarem klasse 2; rubriek
17.3.4.2°a.1°
- opslag van 200 liter diesel; Vlarem klasse 3; rubriek 17.3.6.1°b
- opslag van 44.5 ton milieugevaarlijke stoffen zoals lijmen en epoxy's in
diverse verpakkingen boven lekbakken; uitbreiding opslag milieugevaarlijke
stoffen met circa 12,5 ton; Vlarem klasse 2; rubriek 17.3.8.2°
- toestellen voor het herverpakken van goederen en van industriële
naaimachines met totale drijfkracht van 20 kW en diverse kleinere toestellen
voor het bewerken van kunststoffen met een totale drijfkracht van 18,22
kW; uitbreiding toestellen voor het behandelen en vervaardigen van
kunststoffen met 18,22 kW en herrubricering; Vlarem klasse 3; rubriek
23.2.1°a
- opslag van kunststoffen en van voorwerpen uit kunststoffen met een
capaciteit van 2.600 ton; Vlarem klasse 2; rubriek 23.3.2°a
- een laboratorium; Vlarem klasse 3; rubriek 24.4
- een stroomgroep van 141 kW; Vlarem klasse 3; rubriek 31.1.1°a
- verbrandingsinrichtingen zonder elektriciteitsproductie (stookinstallaties ed)
met een totaal warmtevermogen van 340 kW; Vlarem klasse 3; rubriek
43.1.1°a,
op perceel sectie B, 4de afdeling, nummer 138T en 203F5, gelegen
Nijverheidsstraat 11B, 2260 Westerlo.
Koppeling aan de stedenbouwkundige vergunning:
§1. Deze milieuvergunning is geschorst indien voor de verandering die er het
voorwerp van uitmaakt ook een stedenbouwkundige vergunning of melding als
bedoeld in artikel 4.2.1 en 4.2.2 van de Vlaamse Codex RO, vereist is en deze
stedenbouwkundige vergunning niet definitief werd verleend of de melding niet
is gedaan.
Deze schorsing duurt tot de stedenbouwkundige vergunning definitief is
verleend of is geweigerd in laatste aanleg of zolang de handelingen waarvoor de
stedenbouwkundige melding is verricht, niet mogen worden aangevat op grond
van artikel 4.2.2,§4 van de Vlaamse Codex RO. De vergunninghouder dient
het definitief verkrijgen van de stedenbouwkundige vergunning te melden bij
ter post aangetekende zending.
§2 De geschorste milieuvergunning vervalt van rechtswege op de dag waarop
de stedenbouwkundige vergunning in laatste aanleg definitief zou geweigerd
worden.
§3 De stedenbouwkundige vergunning die verkregen is voor de verandering
die het voorwerp is van de voormelde milieuvergunningsaanvraag wordt
geschorst zolang de milieuvergunning niet definitief is verleend. Als het gaat
om met toepassing van artikel 4.2.2 van de Vlaamse Codex RO
meldingsplichtige handelingen wordt de uitvoerbaarheid van de
stedenbouwkundige melding opgeschort.
Artikel 3
Artikel 4
§4 Deze geschorste stedenbouwkundige vergunning vervalt van rechtswege op
de dag waarop de milieuvergunning in laatste aanleg definitief zou geweigerd
worden.
Vergunningstermijn en voorwaarden
De in artikel 1 bedoelde milieuvergunning wordt verleend voor een termijn:
1. die aanvangt op 8 september 2014 behoudens wanneer:
a) onderhavige milieuvergunning is geschorst omdat de bouwvergunning,
vereist krachtens artikel 44 van de wet van 29 maart 1962, houdende
organisatie van de ruimtelijke ordening en van de stedenbouw, op datum van
onderhavige milieuvergunning niet definitief is verleend; de exploitant dient de
datum waarop de bouwvergunning werd verleend, bij een ter post
aangetekend schrijven mee te delen aan de overheid die de milieuvergunning
heeft verleend;
b) onderhavige milieuvergunning overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, §3
van rechtswege vervalt; in dat geval is geen enkele vergunningstermijn
toegestaan;
2. en eindigt op 26 februari 2027, samenvallend met de einddatum van de
lopende milieuvergunning.
De volgende algemene en sectorale milieuvergunningsvoorwaarden uit Vlarem
II dienen strikt te worden nageleefd:
§1 Algemene milieuvoorwaarden voor ingedeelde inrichtingen, in het bijzonder:
Hoofdstuk 4.1: Algemene voorschriften
Afdelingen 4.1.1 – 4.1.11: Art. 4.1.0.1 - Art. 4.1.11.8;
Hoofdstuk 4.2: Beheersing van oppervlaktewaterverontreiniging
Afdelingen 4.2.1 - 4.2.8: Art.4.2.1.1. - Art. 4.2.8.4.1
Hoofdstuk 4.3: Beheersing van bodem- en grondwaterverontreiniging
Afdelingen 4.3.1 – 4.3.3: Art. 4.3.1.1. - Art. 4.3.3.1.
Hoofdstuk 4.4: Beheersing van de luchtverontreiniging
Afdelingen 4.4.1 – 4.4.6: Art. 4.4.1.1. - Art. 4.4.6.2.5.
Hoofdstuk 4.5: Beheersing van geluidshinder
Afdelingen 4.5.1 – 4.5.6: Art. 4.5.1.1 - Art. 4.5.6.1
Hoofdstuk 4.6: Beheersing van hinder door licht: art. 4.6.0.1 – 4.6.0.4
Hoofdstuk 4.7: Beheersing van asbest: art. 4.7.0.1 – 4.7.0.3
Hoofdstuk 4.8: Verwijdering van PCB’s en PCT’s
Hoofdstuk 4.9: Energieplanning: art. 4.9.1 – 4.9.3
Hoofdstuk 4.10: Emissies van broeikasgassen: Art. 4.10.1.1 - 4.10.1.5
§2 Sectorale milieuvoorwaarden voor ingedeelde inrichtingen:
Hoofdstuk 5.3 Het lozen van afvalwater en koelwater
Afdelingen 5.3.1 – 5.3.2
art. 5.3.0.1 – 5.3.2.4
Hoofdstuk 5.16 Gassen
Afdelingen 5.16.1 – 5.16.7 art. 5.16.1.1 – 5.16.7.8
Hoofdstuk 5.17 Opslag van gevaarlijke producten
Afdelingen: 5.17.1 – 5.17.5 art. 5.17.1.1 – 5.17.5.7
Hoofdstuk 5.23 Kunststoffen art. 5.23.0.1 – 5.23.1.2
De opgesomde algemene en sectorale milieuvoorwaarden kunnen
teruggevonden worden in Vlarem II. Deze zijn evenwel louter indicatief; bij
wijzigingen van Vlarem II wordt de exploitant immers steeds geacht de meest
actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale
en geconsolideerde tekst van Vlarem II is te raadplegen op de website
Artikel 5
Artikel 6
Artikel 7
008
www.lne.be.
Onderhavige vergunning doet geen afbreuk aan de rechten van derden.
§1 Voor elke verandering van de vergunde inrichting gelden de bepalingen van
artikel 5, §1, 2e van titel I van het Vlarem.
§2 Elke overname van de inrichting door een andere exploitant dient uiterlijk
10 kalenderdagen voor de datum van overname gemeld aan de
vergunningverlenende overheid, overeenkomstig de bepalingen van artikel 42
van het Vlaams Reglement betreffende de milieuvergunning.
Een hernieuwing van de vergunning moet worden aangevraagd overeenkomstig
de bepalingen van het Vlaams Reglement betreffende de milieuvergunning
uiterlijk tussen de 18de en de 12de maand voor het verstrijken van de
vergunningstermijn van de lopende vergunning.
Tegen onderhavige beslissing kan beroep aangetekend worden bij de
Bestendige Deputatie van de provincie Antwerpen. Tot staving van de
ontvankelijkheid dient bij het beroepschrift het hierbij gevoegde attest van
betekening evenals het bewijs van betaling van de dossiertaks gevoegd te
worden.
Basisonderwijs. Elke Huygens. Aanstelling tijdelijk onderwijzer als
vervanger 11.
Voorgeschiedenis12
Feiten en context13
Juridische grond
• Artikel 4, paragraaf 5 van het decreet van 27 maart 1991 bepaalt dat het college beslist
over het tijdelijk aanstellen van onderwijzend personeel.
• Het decreet van 27 maart 1991 regelt de rechtspositie van het personeel van het
gesubsidieerd basisonderwijs en legt door de artikelen 19 tot en met 29 de regels vast
voor tijdelijke aanstellingen.
Argumentatie14
Impact op beleids- en beheerscyclus15
BESLUIT
Artikel 1 Het schepencollege stelt Elke Huygens, 16 aan als tijdelijk onderwijzer (TA) met
een 24/24e opdracht aan de gemeentelijke basisschool van Voortkapel, Stijn
Streuvelsstraat 11, 2260 Westerlo vanaf 1 september 2014 17
Artikel 2 Elke Huygens valt onder de toepassing van het decreet rechtspositie van 27 maart
1991 en ontvangt haar wedde rechtstreeks van het ministerie van onderwijs en
vorming. Zij onderschrijft het pedagogisch project van de basisscholen van
Westerlo.
11
persoonlijke gegevens verwijderd
persoonlijke gegevens verwijderd
13
persoonlijke gegevens verwijderd
14
persoonlijke gegevens verwijderd
15
persoonlijke gegevens verwijderd
16
persoonlijke gegevens verwijderd
17
persoonlijke gegevens verwijderd
12
009
Kunstonderwijs. Aanwerving directeur tekenschool. Samenstelling
examencommissie.
Voorgeschiedenis18
Feiten en context
De selectie voor deze betrekking bestaat uit een mondelinge proef. Het is noodzakelijk om
hiervoor een selectiecommissie samen te stellen.
Juridische grond
De artikelen 196 tot en met 198 van het arbeidsreglement-rechtspositieregeling bepalen de
regels voor een selectiecommissie.
Impact op beleids- en beheerscyclus
actieplan
Verbeteren interne organisatie
actie
Aanwervingen
Examens
actienummer
2014000114
2014000158
omschrijving project
presentiegelden juryleden
reiskosten juryleden
raming kosten
500 euro
25 euro
raming opbrengsten
BESLUIT
Artikel 1 Het college stelt de selectiecommissie als volgt samen:
- Ariane Van der Veken, directeur kunstacademie Geel
- Marc Bourgeois, voormalig directeur tekenschool Westerlo
- Jo Vankrunkelsven, secretaris gemeente en OCMW.
010
Ruimtelijke Ordening. Stedenbouwkundige Aanvraag. Vergunning: -De
Reid 30 (2014/067) 19
Inleiding
- Volgens artikel 4.7.17. van de VCRO maakt in ontvoogde gemeenten de gemeentelijke
stedenbouwkundige ambtenaar voor elke beslissing over een vergunningsaanvraag een
verslag op, dat deel uitmaakt van het vergunningendossier. Het verslag kadert de aanvraag
binnen de regelgeving, de stedenbouwkundige voorschriften, de eventuele
verkavelingsvoorschriften en een goede ruimtelijke ordening, en omvat desgevallend een
voorstel van antwoord op de bezwaarschriften in het kader van het gevoerde openbaar
onderzoek.
Voorgeschiedenis
- De aanvrager20 hebben op 23 juni 2014 een stedenbouwkundige aanvraag ingediend voor
het verbouwen van een vrijstaande eengezinswoning + het bouwen van een bijgebouw =
18
19
persoonlijke gegevens verwijderd
persoonlijke gegevens verwijderd
vrijstaande garage, op de percelen sectie C(TLO), nr. 302K + 302L, gelegen De Reid 30 in
2260 Westerlo.
- De gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaar bracht op 1 september 2014 het
volgende advies uit:
Feiten en context
- Het voorgelegde dossier werd ontvankelijk en volledig verklaard op 16 juli 2014.
- De aanvraag is gelegen in een woongebied met landelijk karakter langs de weg en
achterliggend in een agrarisch gebied volgens het gewestplan Herentals-Mol (KB 28 juli
1978). Woongebieden met landelijk karakter zijn in hoofdzaak bestemd « voor woningbouw
in het algemeen en tevens voor landbouwbedrijven ». Zowel bewoning als landbouw zijn
bijgevolg de hoofdbestemmingen van het gebied, en beide bestemmingen staan er op gelijke
voet. Daarnaast kunnen eveneens de andere inrichtingen, voorzieningen en activiteiten,
bedoeld in artikel 5.1.0. worden toegelaten. Voor inrichtingen bestemd voor handel,
dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf - met inbegrip van de para-agrarische bedrijven - blijft
de voorwaarde gelden dat zij slechts toelaatbaar zijn voorzover zij niet wegens de taken van
bedrijf die zij uitvoeren moeten worden afgezonderd in een daartoe aangewezen gebied. Er
dient dan ook steeds te worden onderzocht of zij bestaanbaar zijn met de bestemming van
woongebied met landelijk karakter. Concreet betekent dit dat zij niet van aard mogen zijn de
woon- of landbouwfunctie van het gebied te verstoren.
- Het perceel van de aanvraag is niet gelegen binnen de contouren van een bijzonder plan van
aanleg, noch binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan, noch binnen
een niet-vervallen verkaveling.
- De aanvraag is gelegen langs De Reid, een voldoende uitgeruste weg die voorzien is van een
betonverharding.
- De aanvraag is niet gelegen in een recent overstroomd gebied of overstromingsgebied.
Openbaar onderzoek
Er diende geen openbaar onderzoek te worden georganiseerd.
Adviezen
Er zijn geen externe adviezen vereist.
Argumentatie
- De voorliggende aanvraag voorziet in het verbouwen van een vrijstaande eengezinswoning en
de oprichting van een vrijstaande garage. De bestaande woning staat op 7,20m uit de rooilijn
ingeplant. Het bestaande hoofdvolume bestaande uit twee bouwlagen onder een hellend dak
blijft behouden. De gevelsteen wordt verwijdert, isolatie en nieuwe gevelsteen wordt geplaatst.
Het linkse bijvolume wordt gesloopt en maakt plaats voor een nieuw volume bestaande uit
twee bouwlagen en een hellend dak. Dit volume integreert zich volledig in het bestaande
gebouw zodat een nieuw geheel ontstaat. De maximum kroonlijshoogte en de nokhoogte
bedragen respectievelijk 5,70m en 9,68m. Aan de achterzijde van dit nieuwe hoofdvolume
zijn twee kleinere volumes geïntegreerd. Het ene aangebouwde volume bestaat uit
anderhalve bouwlaag onder een afgeknot hellend dak, het andere neemt de vorm aan van
erker met bureau in. De bestaande kelder wordt gedempt en onder het nieuw op te richten
volume wordt een beperkte nieuwe kelder gegraven. De maximale bouwdiepte bedraagt
zowel op het gelijkvloers als op de verdieping 12,42m.
- De vrijstaande (dubbele) garage met tuinberging in de achtertuin bestaat uit een bouwlaag
en een zadeldak en heeft een oppervlakte van 70m² (7m x 10m). De kroonlijsthoogte en
nokhoogte bedragen respectievelijk 3m en 5,94m. Dit bijgebouw wordt ingeplant op 27m uit
de voorgevel, op +/-15m uit de achtergevel en op 3m van de linker perceelsgrens. De uiterste
20
persoonlijke gegevens verwijderd
-
-
-
achtergevel van het bijgebouw bevindt zich op +/-48,50m uit de rand van de weg. Gelet op
het feit dat de grens tussen de gewestplanbestemmingen woongebied met landelijk karakter
en agrarisch gebied op 50m uit de rand van de weg ligt, mag de achtergevel van het
bijgebouw op maximaal 47m uit de rand van de weg opgericht worden.
Het voorliggende bouwproject heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt niet in een recent
overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient
geoordeeld te worden dat het schadelijk effect beperkt is. Enkel wordt door de toename van
de verharde oppervlakte de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt.
Er wordt voorzien in een regenwaterput van 10.000 liter. Volgens de gewestelijke
verordening hemelwater dient er een hemelwaterput met een totale minimale inhoud van
5000 liter geplaatst te worden. De aanvrager vraagt een afwijking hierop in functie van het
herbruik via 2 toiletten, wasmachine en een buitenkraan. De totale horizontale
dakoppervlakte van bestaande en nieuwe constructies bedraagt 213m². De aanvrager
voorziet in een infiltratievoorziening van 6,12m². De aanvraag is in overeenstemming met de
gewestelijke stedenbouwkundige verordening van 5 juli 2013 inzake hemelwaterputten,
infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en
hemelwater.
De voorliggende aanvraag is niet van die aard dat deze moet aangevuld worden met een
mer-sreeningsnota.
De volgende beoordeling – als uitvoering van art. 1.1.4 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke
Ordening gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling en met oog voor de ruimtelijke
draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en
sociale gevolgen - houdt rekening met de criteria als uitvoering van art. 4.3.1. van de codex.
o Functionele inpasbaarheid
De omgeving bestaat uit eengezinswoningen in vrijstaande woontypologie. De aanvraag
wordt functioneel inpasbaar en stedenbouwkundig vergunbaar geacht.
o Mobiliteitsimpact
De aanvraag heeft geen invloed op de mobiliteit.
o Schaal
De omgeving bestaat uit eengezinswoningen met een sterke verscheidenheid: vrijstaande
bebouwing bestaande uit zowel een- als twee bouwlagen. Gelet op het voorgestelde
bouwvolume van 2 bouwlagen en een hellend dak, kan in alle redelijkheid gesteld worden
dat de aanvraag wat korrelgrootte betreft en gabarit niet storend is in de ruimtelijke
context.
o Ruimtegebruik en bouwdichtheid
De verhouding bebouwde zone en open ruimte is in evenwicht en niet storend naar de
onmiddellijke omgeving toe. De afstanden tot de perceelsgrenzen blijven voldoende groot.
De verharding is beperkt tot de gebruikelijke oprit en terras. Buiten de bouwstrook en de
verharding wordt het perceel ingericht als tuin.
o Visueel-vormelijke elementen
De woning wordt afgewerkt met een hellend dak. De gevels worden afgewerkt in
roodbruine herbruiksteen. Het dak wordt bedekt met rode dakpannen. Op deze manier
krijgt de woning een landelijk karakter. Gelet op de verscheidenheid in het straatbeeld
kan deze dakvorm en gevelmaterialen aanvaard worden.
o Cultuurhistorische aspecten
De aanvraag is niet gelegen binnen contouren van een beschermd landschap of in het
gezichtsveld van een monument.
o Bodemreliëf
De aanvraag heeft geen noemenswaardige wijziging van het bestaande bodemreliëf tot
gevolg.
o Hinderaspecten
Eventuele hinderaspecten ten gevolge van de aanvraag beperken zich tot een
aanvaardbaar niveau in de omgeving.
o Gezondheid
De aanvraag omvat geen hinderlijke inrichtingen en heeft geen nadelige gevolgen voor de
gezondheid van de omwonenden.
o Gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
De aanvraag heeft geen nadelige effecten op het gebruiksgenot van de omliggende
percelen of de veiligheid in het algemeen.
- Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is (of kan in
overeenstemming gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de
wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening.
Advies gemeentelijk stedenbouwkundig ambtenaar
Gunstig
Motivatie standpunt college
- Het schepencollege neemt kennis van het advies van de gemeentelijk stedenbouwkundige
ambtenaar van 1 september 2014 en sluit zich aan bij dit advies.
Juridische grond
- Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. (VCRO)
- Het gewestplan Herentals-Mol (KB 28 juli 1978).
- Omzendbrief van 8 juli 1997 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en gewestplannen, gewijzigd via omzendbrief van 25 januari 2002 en 25
oktober 2002.
- Decreet integraal waterbeleid van 18 juli 2003.
- Besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2011 tot vaststelling van nadere regels
voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstantie en tot
vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in
artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid.
- Besluit van de Vlaamse regering van de nieuwe gewestelijke stedenbouwkundige
verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en
gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater van 5 juli 2013.
- Besluit van de Vlaamse regering inzake de nadere regels van de project-m.e.r.-screening
van 1 maart 2013.
- Advies van gemeentelijk stedenbouwkundig ambtenaar van 1 september 2014.
Impact op beleids- en beheerscyclus
actieplan
Vergunningen
actie
Adviseren en afhandelen van vergunningsaanvragen en aanverwante
attesten
actienummer
2014000623
omschrijving project
Stedenbouwkundige vergunning
raming kosten
geen extra kosten
raming opbrengsten
geen
BESLUIT
Artikel 1
Artikel 2
011
Het college verleent vergunning 21, voor het verbouwen van een vrijstaande
eengezinswoning + het bouwen van een bijgebouw = vrijstaande garage, op de
percelen sectie C(TLO), nr. 302K + 302L, gelegen De Reid 30 in 2260
Westerlo.
De volgende voorwaarden dienen nageleefd te worden:
1) alle ophogingen in de bouwvrije voor- en zijtuinstroken, hoger dan het
hoogste punt van het wegdek, weglaten
2) verplicht de woning aansluiten op het rioleringsnet, dat zal uitmonden in het
rioolwaterzuiveringsstation
3) verplicht een hemelwaterput en infiltratievoorziening plaatsen
overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering d.d. 5 juli 2013 en
voorzien in het hergebruik van dit hemelwater d.m.v. de nodige aftappunten;
de overstortleiding dient te infiltreren op het eigen perceel
4) het niet-bebouwd en niet-verhard gedeelte dient een groen karakter te
verkrijgen
5) de woning uitvoeren zoals voorzien op bouwplannen 1/4 t.e.m. 4/4 d.d.
23/06/2014
6) de achtergevel van de garage/tuinberging mag op maximaal 47m uit de rand
van de weg ingeplant worden
7) de stedenbouwkundige vergunning blijft geschorst tot de milieuvergunning
werd verkregen of tot aan de meldingsplicht is voldaan (indien van
toepassing).
Ruimtelijke Ordening. Stedenbouwkundige Aanvraag. Werken van
Geringe Omvang. Vergunning: Lindenstraat 21 (2014/528) 22.
Inleiding
- Volgens artikel 4.7.17. van de VCRO maakt in ontvoogde gemeenten de gemeentelijke
stedenbouwkundige ambtenaar voor elke beslissing over een vergunningsaanvraag een
verslag op, dat deel uitmaakt van het vergunningendossier. Het verslag kadert de aanvraag
binnen de regelgeving, de stedenbouwkundige voorschriften, de eventuele
verkavelingsvoorschriften en een goede ruimtelijke ordening, en omvat desgevallend een
voorstel van antwoord op de bezwaarschriften in het kader van het gevoerde openbaar
onderzoek.
Voorgeschiedenis
- De aanvrager23 heeft op 23 juni 2014 een stedenbouwkundige aanvraag ingediend voor
het regulariseren van de voorgevel en de indeling van de woning, op het perceel sectie A,
nr. 165W, gelegen Lindenstraat 21 in 2260 Westerlo.
- Op 12 februari 1996 verleende het college van burgemeester en schepenen een
stedenbouwkundige vergunning voor het ombouwen en uitbreiden van een
autobergplaats tot inkom- berging - doorgang met woongelegenheid op de verdieping +
nieuwbouw = dubbele autobergplaats + 3 parkeerplaatsen.
- De gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaar bracht op 29 augustus 2014 het
volgende advies uit:
Feiten en context
21
persoonlijke gegevens verwijderd
persoonlijke gegevens verwijderd
23
persoonlijke gegevens verwijderd
22
- Het voorgelegde dossier werd ontvankelijk en volledig verklaard op 16 juli 2014.
- De aanvraag is gelegen in een woongebied volgens het gewestplan Herentals-Mol (KB 28 juli
1978). De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening,
ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke
ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene
ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische
voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen
echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving
- Het perceel van de aanvraag is gelegen binnen de contouren van het goedgekeurd ruimtelijk
uitvoeringsplan 'Herziening BPA 1B Dorpskom Oevel'. Het perceel is gelegen binnen de
bestemming 'plaatsen bestemd voor aaneengesloten bebouwing' (art. 1) met een overdruk
voor meergezinswoningen (art. 14.3) en commerciële functies (art. 14.4).
- De aanvraag is gelegen langs de Lindenstraat, een voldoende uitgeruste weg die voorzien is
van een asfaltverharding.
- De aanvraag is niet gelegen in een recent overstroomd gebied of overstromingsgebied.
Openbaar onderzoek
Er diende geen openbaar onderzoek te worden georganiseerd.
Adviezen
Er zijn geen externe adviezen vereist.
Argumentatie
- De voorliggende aanvraag voorziet in het regulariseren van de voorgevel en de indeling in de
woning. De verkregen stedenbouwkundige vergunning uit 1996 werd in werkelijkheid in
spiegelbeeld uitgevoerd. Zo staat momenteel de voordeur links en de garagepoort rechts (in
plaats van omgekeerd), evenals de bijhorende binnenindeling van het betreffende
woongebouw.
- Conform de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan 'Herziening 1B Dorpskom Oevel' is
het betrokken perceel bestemd voor de oprichting van aaneengesloten bebouwing. Bovendien
laat het RUP verbouwingen aan bestaande hoofdzakelijk vergunde constructies toe. De
voorliggende aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen uit het ruimtelijk
uitvoeringsplan 'Herziening 1B Dorpskom Oevel'.
- Het voorliggende bouwproject heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt niet in een recent
overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient
geoordeeld te worden dat het schadelijk effect beperkt is. Ten opzichte van de bestaande
toestand neemt de verharde oppervlakte zelfs af.
- Daar de voorliggende aanvraag een regularisatie van een aanpassing van een vergunde
stedenbouwkundige situatie betreft, is de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake
hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van
afvalwater en hemelwater niet van toepassing op voorliggende aanvraag.
- De voorliggende aanvraag is niet van die aard dat deze moet aangevuld worden met een
mer-sreeningsnota.
- De volgende beoordeling – als uitvoering van art. 1.1.4 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke
Ordening gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling en met oog voor de ruimtelijke
draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en
sociale gevolgen - houdt rekening met de criteria als uitvoering van art. 4.3.1. van de codex.
o Functionele inpasbaarheid
De omgeving bestaat uit eengezinswoningen, in hoofdzaak gesloten. De aanvraag wordt
in overeenstemming geacht met de stedenbouwkundige voorschriften van het
goedgekeurde RUP. De aanvraag wordt functioneel inpasbaar en stedenbouwkundig
vergunbaar geacht.
o Mobiliteitsimpact
De aanvraag heeft geen invloed op de mobiliteit.
o Schaal
De omgeving bestaat uit eengezinswoningen bestaande uit een- en twee bouwlagen. De
voorliggende aanvraag behoudt het hoofdvolume van twee bouwlagen en een hellend
dak. Bijgevolg kan in alle redelijkheid gesteld worden dat de aanvraag wat korrelgrootte
betreft en gabarit niet storend is in de ruimtelijke context.
o Ruimtegebruik en bouwdichtheid
De voorliggende aanvraag betreft regularisatie van een beperkte aanpassing van een
vergunde stedenbouwkundige situatie. Ten opzichte van deze situatie verandert er niets
op het vlak van ruimtegebruik en bouwdichtheid.
o Visueel-vormelijke elementen
De voorliggende aanvraag betreft een regularisatie van een beperkte aanpassing van een
vergunde stedenbouwkundige situatie. De huidige situatie bestaat uit het spiegelbeeld van
de vergunde situatie. Bijgevolg zijn er naar visueel-vormelijke elementen geen bezwaren.
o Cultuurhistorische aspecten
De aanvraag is niet gelegen binnen contouren van een beschermd landschap of in het
gezichtsveld van een monument.
o Bodemreliëf
De aanvraag heeft geen noemenswaardige wijziging van het bestaande bodemreliëf tot
gevolg.
o Hinderaspecten
Ten gevolge van de aanvraag beperken zijn er geen hinderaspecten te verwachten.
o Gezondheid
De aanvraag omvat geen hinderlijke inrichtingen en heeft geen nadelige gevolgen voor de
gezondheid van de omwonenden.
o Gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
De aanvraag heeft geen nadelige effecten op het gebruiksgenot van de omliggende
percelen of de veiligheid in het algemeen.
- Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de wettelijke
bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening.
Advies gemeentelijk stedenbouwkundig ambtenaar
Gunstig
Motivatie standpunt college
- Het schepencollege neemt kennis van het advies van de gemeentelijk stedenbouwkundige
ambtenaar van 29 augustus 2014 en sluit zich aan bij dit advies.
Juridische grond
- Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. (VCRO)
- Het gewestplan Herentals-Mol (KB 28 juli 1978).
- Omzendbrief van 8 juli 1997 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en gewestplannen, gewijzigd via omzendbrief van 25 januari 2002 en 25
oktober 2002.
- Besluit van de bestendige deputatie van de provincie Antwerpen van 17 januari 2013
betreffende de goedkeuring van het ruimtelijk uitvoeringsplan 'Herziening 1B Dorpskom
Oevel'.
- Decreet integraal waterbeleid van 18 juli 2003.
- Besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2011 tot vaststelling van nadere regels
voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstantie en tot
vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in
artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid.
- Besluit van de Vlaamse regering van de nieuwe gewestelijke stedenbouwkundige
verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en
gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater van 5 juli 2013.
- Besluit van de Vlaamse regering inzake de nadere regels van de project-m.e.r.-screening
van 1 maart 2013.
- Advies van gemeentelijk stedenbouwkundig ambtenaar van 29 augustus 2014.
Impact op beleids- en beheerscyclus
actieplan
Vergunningen
actie
Adviseren en afhandelen van vergunningsaanvragen en aanverwante
attesten
actienummer
2014000623
omschrijving project
Stedenbouwkundige vergunning
raming kosten
geen extra kosten
raming opbrengsten
geen
BESLUIT
Artikel 1 Het college verleent vergunning24 voor het regulariseren van de voorgevel en de
indeling van de woning, op het perceel sectie A, nr. 165W, gelegen Lindenstraat
21 in 2260 Westerlo.
012
Ruimtelijke Ordening. Stedenbouwkundige Aanvraag. Werken van
Geringe Omvang. Vergunning: Jo Gryffroy: Gooreinde 64 (2014/527).
Inleiding
- Volgens artikel 4.7.17. van de VCRO maakt in ontvoogde gemeenten de gemeentelijke
stedenbouwkundige ambtenaar voor elke beslissing over een vergunningsaanvraag een
verslag op, dat deel uitmaakt van het vergunningendossier. Het verslag kadert de aanvraag
binnen de regelgeving, de stedenbouwkundige voorschriften, de eventuele
verkavelingsvoorschriften en een goede ruimtelijke ordening, en omvat desgevallend een
voorstel van antwoord op de bezwaarschriften in het kader van het gevoerde openbaar
onderzoek.
Voorgeschiedenis
- De aanvrager25 heeft op 19 juni 2014 een stedenbouwkundige aanvraag ingediend voor
het plaatsen van een reclamebord in de voortuin, op het perceel sectie C nr. 155D (= lot
2 in verkaveling nr. 61B/137/189), gelegen Gooreinde 64 in 2260 Westerlo.
- De gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaar bracht op 1 september 2014 het
volgende advies uit:
Feiten en context
- Het voorgelegde dossier werd ontvankelijk en volledig verklaard op 16 juli 2014.
24
25
persoonlijke gegevens verwijderd
persoonlijke gegevens verwijderd
- De aanvraag is gelegen in een woongebied met landelijk karakter volgens het gewestplan
Herentals-Mol (KB 28 juli 1978). Woongebieden met landelijk karakter zijn in hoofdzaak
bestemd « voor woningbouw in het algemeen en tevens voor landbouwbedrijven ». Zowel
bewoning als landbouw zijn bijgevolg de hoofdbestemmingen van het gebied, en beide
bestemmingen staan er op gelijke voet. Daarnaast kunnen eveneens de andere inrichtingen,
voorzieningen en activiteiten, bedoeld in artikel 5.1.0. worden toegelaten. Voor inrichtingen
bestemd voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf - met inbegrip van de paraagrarische bedrijven - blijft de voorwaarde gelden dat zij slechts toelaatbaar zijn voorzover zij
niet wegens de taken van bedrijf die zij uitvoeren moeten worden afgezonderd in een daartoe
aangewezen gebied. Er dient dan ook steeds te worden onderzocht of zij bestaanbaar zijn
met de bestemming van woongebied met landelijk karakter. Concreet betekent dit dat zij niet
van aard mogen zijn de woon- of landbouwfunctie van het gebied te verstoren.
- Het perceel van de aanvraag is gelegen binnen de contouren van een niet-vervallen
verkaveling met nr. 61B/137/189 (goedgekeurd door het college van burgemeester en
schepenen op 30 september 1969).
- Voor het betreffende perceel werd op 27 januari 1976 een stedenbouwkundige vergunning
verleend voor het bouwen van een woonhuis. Sinds 2008 werden er nog stedenbouwkundige
vergunningen afgeleverd voor het ontbossen van een tuin (20 oktober 2008) en het bouwen
van een tuinhuis (31 augustus 2009).
- De aanvraag is gelegen langsheen Gooreinde, een goed uitgeruste weg voorzien van een
betonveharding. Voor deze weg is een gemeentelijk rooilijnplan van toepassing (goedgekeurd
op 7 februari 1997).
- De aanvraag is niet gelegen binnen mogelijks overstrominggevoelig gebied.
Openbaar onderzoek
Er is geen openbaar onderzoek vereist.
Adviezen
Er zijn geen externe adviezen vereist.
Argumentatie
- De voorliggende aanvraag voorziet in het oprichten van een reclamebord in de voortuinstrook
voor een eenmansbedrijf (in bijberoep) met interieurontwerp, kleur- en lichtadvies als
bedrijfsactiviteit. Het reclamebord heeft een oppervlakte van +/-1m² (1,20m x 0,80m) en
wordt in de voortuin nagenoeg op het maaiveld geplaatst (hoogte +/-5cm). Volgens het
toegevoegde inplantingsplan wordt dit reclamebord ingeplant binnen de strook voor
hoofdgebouwen zoals aangeduid in de verkaveling nr. 61B/137/189. Dit wil zeggen dat dit
bord op minstens 12m uit de as van de weg en op 3m uit de zijdelingse perceelsgrenzen
wordt geplaatst.
- De voorliggende aanvraag is niet gelegen in een mogelijk overstromingsgevoelig gebied.
- De voorliggende aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de nieuwe gewestelijke
stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen,
buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater van 5 juli 2013
- De voorliggende aanvraag is niet van die aard dat deze dient aangevuld te worden met een
mer-screeningsnota.
- De volgende beoordeling – als uitvoering van art. 1.1.4 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke
Ordening gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling en met oog voor de ruimtelijke
draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en
sociale gevolgen - houdt rekening met de criteria als uitvoering van art. 4.3.1. van de codex.
o Functionele inpasbaarheid
De aanvraag behelst de plaatsing van een reclamebord in functie van een zelfstandige
bedrijfsactiviteit in bijberoep met interieurvormgeving als activiteit. Deze bedrijfsactiviteit
wordt uitgevoerd binnen de bestaande woning. Bijgevolg wordt de aanvraag functioneel
inpasbaar en stedenbouwkundig vergunbaar geacht.
o Mobiliteitsimpact
De aanvraag heeft geen invloed op de mobiliteit.
o Schaal
Niet van toepassing op voorliggende aanvraag.
o Ruimtegebruik en bouwdichtheid
Niet van toepassing op voorliggende aanvraag.
o Visueel-vormelijke elementen
Gelet op beperkte omvang, hoogte, en de voldoende grote afstand tot de weg is het
reclamebord niet storend in het straatbeeld.
o Cultuurhistorische aspecten
De aanvraag is niet gelegen binnen contouren van een beschermd landschap of in het
gezichtsveld van een monument.
o Bodemreliëf
De aanvraag heeft geen noemenswaardige wijziging van het bestaande bodemreliëf tot
gevolg.
o Hinderaspecten
Er zijn geen hinderaspecten te verwachten ingevolge voorliggende aanvraag.
o Gezondheid
De aanvraag omvat geen hinderlijke inrichtingen en heeft geen nadelige gevolgen voor de
gezondheid van de omwonenden.
o Gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
De aanvraag heeft geen nadelige effecten op het gebruiksgenot van de omliggende
percelen of de veiligheid in het algemeen.
- Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de wettelijke
bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening.
Advies gemeentelijk stedenbouwkundig ambtenaar
Gunstig.
Motivatie standpunt college
- Het schepencollege neemt kennis van het advies van de gemeentelijk stedenbouwkundige
ambtenaar van 1 september 2014 en sluit zich aan bij dit advies.
Juridische grond
- Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO).
- Het gewestplan Herentals-Mol (KB 28 juli 1978).
- Omzendbrief van 8 juli 1997 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en gewestplannen, gewijzigd via omzendbrief van 25 januari 2002 en 25
oktober 2002.
- Beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 30 september 1969 ter
goedkeuring van de verkaveling nr. 61B/137/189.
- Decreet integraal waterbeleid van 18 juli 2003.
- Besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2011 tot vaststelling van nadere regels
voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstantie en tot
vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in
artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid.
- Het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een
gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten,
infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en
hemelwater.
- Besluit van de Vlaamse regering inzake de nadere regels van de project-m.e.r.-screening
van 1 maart 2013
- Advies van gemeentelijk stedenbouwkundig ambtenaar van 1 september 2014.
Impact op beleids- en beheerscyclus
actieplan
Vergunningen
actie
Adviseren en afhandelen van vergunningsaanvragen en aanverwante
attesten
actienummer
2014000623
omschrijving project
Stedenbouwkundige vergunning
raming kosten
geen extra kosten
raming opbrengsten
geen
BESLUIT
Artikel 1 Het college verleent vergunning 26 voor het plaatsen van een reclamebord in de
voortuin, op het perceel sectie C nr. 155D (= lot 2 in verkaveling nr.
61B/137/189), gelegen Gooreinde 64 in 2260 Westerlo.
013
Ruimtelijke Ordening. Stedenbouwkundige Aanvraag. Vergunning:
Prelaat Verbraekenlaan 15 (2014/069) 27.
Inleiding
- Volgens artikel 4.7.17. van de VCRO maakt in ontvoogde gemeenten de gemeentelijke
stedenbouwkundige ambtenaar voor elke beslissing over een vergunningsaanvraag een
verslag op, dat deel uitmaakt van het vergunningendossier. Het verslag kadert de aanvraag
binnen de regelgeving, de stedenbouwkundige voorschriften, de eventuele
verkavelingsvoorschriften en een goede ruimtelijke ordening, en omvat desgevallend een
voorstel van antwoord op de bezwaarschriften in het kader van het gevoerde openbaar
onderzoek.
Voorgeschiedenis
- De aanvragers28 hebben op 27 juni 2014 een stedenbouwkundige aanvraag ingediend voor
het uitbreiden van een eengezinswoning en het aanpassen van de woning in functie van de
toegankelijkheid met een rolstoel, op het perceel sectie C(TLO), nr. 360F8, gelegen
Prelaat Verbraekenlaan 15 in 2260 Westerlo.
- Op 25 april 1988 heeft het college van burgemeester en schepenen voor het perceel
alsook de omliggende percelen een stedenbouwkundige vergunning verleend voor het
bouwen van 10 woonhuizen.
- De gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaar bracht op 2 september 2014 het
volgende advies uit:
Feiten en context
26
persoonlijke gegevens verwijderd
persoonlijke gegevens verwijderd
28
persoonlijke gegevens verwijderd
27
- Het voorgelegde dossier werd ontvankelijk en volledig verklaard op 16 juli 2014.
- De aanvraag is gelegen in een woongebied volgens het gewestplan Herentals-Mol (KB 28 juli
1978). De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening,
ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke
ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene
ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische
voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen
echter maar worden toegestaan voorzover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.
- Het perceel van de aanvraag is niet gelegen binnen de contouren van een goedgekeurd
ruimtelijk uitvoeringsplan, bijzonder plan van aanleg of een niet-vervallen verkaveling.
- De aanvraag is gelegen langs de Prelaat Verbraekenlaan, een voldoende uitgeruste weg die
voorzien is van een klinkerverharding.
- De aanvraag is niet gelegen in een recent overstroomd gebied of overstromingsgebied.
Openbaar onderzoek
Gelet op het feit dat de voorliggende aanvraag vergezeld is van een ondertekend akkoord van de
rechter aanpalende buur voor de aanbouw van een muur tegen en voorbij de scheidingsmuur op
de perceelsgrens diende geen openbaar onderzoek georganiseerd te worden.
Adviezen
Er zijn geen externe adviezen vereist.
Argumentatie
- De voorliggende aanvraag voorziet enerzijds in het uitbreiden van een halfopen
eengezinswoning met een keuken/eethoek, wasplaats en slaapkamer achteraan op de
rechter perceelgrens in het verlengde van de rechter zijgevel. De uitbreiding bestaat uit een
bouwlaag met een plat dak, heeft een maximale bouwdiepte van +/-4,70m en een schuine
achtergevel als gevolg van de vooropgestelde 10m bouwvrije achtertuinstrook. De
kroonlijsthoogte van deze aanbouw bedraagt 3,27m. De bestaande scheidingsmuur achter
de woningen wordt hiertoe afgebroken en er wordt een nieuwe scheidingsmuur geplaatst die
+/-15cm langer en +/-95cm hoger is. Anderzijds wordt de bestaande woning intern ook
verbouwd en aangepast in functie van een betere toegankelijkheid met een rolstoel. Deze
verbouwing gaat gepaard met een herindeling van de binnenruimten (garage wordt
slaapkamer), alsook met het verwijderen van ramen in de bestaande achtergevel en het
verbreden van bestaande deuropeningen. De bestaande garagepoort aan de voorzijde van de
woning wordt vervangen door een raam.
- De maximum bouwdiepte van de woning blijft beperkt tot +/-14m. Op +/-1,5m van de
oorspronkelijke achtergevel van de woning staat een niet-vergund bijgebouw. Door de
uitbreiding komt dit bijgebouw tot op 1,20m van de uitbreiding te liggen. Gelet op deze korte
afstand tot de woning mag de totale oppervlakte aan vrijstaande bijgebouwen maximaal
40m² bedragen, en dit conform de bepalingen van artikel 2.1 uit het Besluit van de Vlaamse
Regering tot bepaling van handelingen waarvoor geen stedenbouwkundige vergunning nodig
is.
- Het voorliggende bouwproject heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt niet in een recent
overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient
geoordeeld te worden dat het schadelijk effect beperkt is.
- Daar de uitbreiding meer dan 40m² bedraagt, namelijk 45,93m², is de gewestelijke
stedenbouwkundige verordening van 5 juli 2013 inzake hemelwaterputten,
infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en
hemelwater van toepassing op voorliggende aanvraag. Door te voorzien in een
infiltratievoorziening van 4m² is de aanvraag in overeenstemming met de gewestelijke
stedenbouwkundige verordening.
De voorliggende aanvraag is niet van die aard dat deze moet aangevuld worden met een
mer-sreeningsnota.
- De volgende beoordeling – als uitvoering van art. 1.1.4 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke
Ordening gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling en met oog voor de ruimtelijke
draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en
sociale gevolgen - houdt rekening met de criteria als uitvoering van art. 4.3.1. van de codex.
o Functionele inpasbaarheid
De omgeving bestaat uit eengezinswoningen. De aanvraag wordt functioneel inpasbaar
en stedenbouwkundig vergunbaar geacht.
o Mobiliteitsimpact
De aanvraag heeft geen invloed op de mobiliteit.
o Schaal
De omgeving bestaat uit eengezinswoningen. De voorliggende aanvraag behoudt het
hoofdvolume en voorziet in een lage aanbouw met plat dak achteraan. Bijgevolg kan in
alle redelijkheid gesteld worden dat de aanvraag wat korrelgrootte betreft en gabarit niet
storend is in de ruimtelijke context.
o Ruimtegebruik en bouwdichtheid
Gelet op het feit dat de uitbreiding zich bevindt op 10m van de achterste perceelsgrens
en op 4,05m van de rechter perceelsgrens blijven de afstanden tot de perceelsgrenzen
voldoende groot. Wel staat er op +/-1,5m van de oorspronkelijke achtergevel van de
woning een niet-vergund bijgebouw. Door de uitbreiding komt dit bijgebouw tot op 1,20m
van de uitbreiding te liggen. Gelet op deze korte afstand tot de woning mag de totale
oppervlakte aan vrijstaande bijgebouwen maximaal 40m² bedragen, en dit conform de
bepalingen van artikel 2.1 uit het Besluit van de Vlaamse Regering tot bepaling van
handelingen waarvoor geen stedenbouwkundige vergunning nodig is.
o Visueel-vormelijke elementen
Het bestaande gabarit van de woning wordt behouden. De nieuwe aanbouw aan de
woning wordt afgewerkt met donkergrijze/zwarte gevelsteen wat aanvaard kan worden.
o Cultuurhistorische aspecten
De aanvraag is niet gelegen binnen contouren van een beschermd landschap of in het
gezichtsveld van een monument.
o Bodemreliëf
De aanvraag heeft geen noemenswaardige wijziging van het bestaande bodemreliëf tot
gevolg.
o Hinderaspecten
Eventuele hinderaspecten ten gevolge van de aanvraag beperken zich tot een
aanvaardbaar niveau in de omgeving.
o Gezondheid
De aanvraag omvat geen hinderlijke inrichtingen en heeft geen nadelige gevolgen voor de
gezondheid van de omwonenden.
o Gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
De aanvraag heeft geen nadelige effecten op het gebruiksgenot van de omliggende
percelen of de veiligheid in het algemeen.
- Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming met de goede
ruimtelijke ordening kan gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden.
Advies gemeentelijk stedenbouwkundig ambtenaar
-
Gunstig, mits de totale oppervlakte aan vrijstaande bijgebouwen in de achtertuin maximaal 40m²
bedraagt, en dit conform de overige bepalingen van artikel 2.1 voor vrijstaande bijgebouwen uit
het Besluit van de Vlaamse Regering tot bepaling van handelingen waarvoor geen
stedenbouwkundige vergunning nodig is.
Motivatie standpunt college
- Het schepencollege neemt kennis van het advies van de gemeentelijk stedenbouwkundige
ambtenaar van 2 september 2014 en sluit zich aan bij dit advies.
Juridische grond
- Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. (VCRO)
- Het gewestplan Herentals-Mol (KB 28 juli 1978).
- Omzendbrief van 8 juli 1997 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en gewestplannen, gewijzigd via omzendbrief van 25 januari 2002 en 25
oktober 2002.
- Decreet integraal waterbeleid van 18 juli 2003.
- Besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2011 tot vaststelling van nadere regels
voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstantie en tot
vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in
artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid.
- Besluit van de Vlaamse regering van de nieuwe gewestelijke stedenbouwkundige
verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en
gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater van 5 juli 2013.
- Besluit van de Vlaamse regering inzake de nadere regels van de project-m.e.r.-screening
van 1 maart 2013.
- Advies van gemeentelijk stedenbouwkundig ambtenaar van 2 september 2014.
Impact op beleids- en beheerscyclus
actieplan
Vergunningen
actie
Adviseren en afhandelen van vergunningsaanvragen en aanverwante
attesten
actienummer
2014000623
omschrijving project
Stedenbouwkundige vergunning
raming kosten
geen extra kosten
raming opbrengsten
geen
BESLUIT
Artikel 1 Het college verleent vergunning 29 voor het uitbreiden van een eengezinswoning
en het aanpassen van de woning in functie van de toegankelijkheid met een
rolstoel, op het perceel sectie C(TLO), nr. 360F8, gelegen Prelaat
Verbraekenlaan 15 in 2260 Westerlo.
Artikel 2 De volgende voorwaarden dienen nageleefd te worden:
1) de woning uitvoeren zoals voorzien op het bouwplan V0414 d.d. 25/06/2014.
2) verplicht een infiltratievoorziening plaatsen overeenkomstig het besluit van
de Vlaamse Regering d.d. 5 juli 2013; de overstortleiding dient te infiltreren
op het eigen perceel
3) Het bijgebouw in de achtertuin dient te voldoen aan de bepalingen van
artikel 2.1 voor vrijstaande bijgebouwen uit het Besluit van de Vlaamse
29
persoonlijke gegevens verwijderd
Regering tot bepaling van handelingen waarvoor geen stedenbouwkundige
vergunning nodig is (o.a. de totale oppervlakte aan bijgebouwen mag
maximaal 40m² bedragen).
4) de stedenbouwkundige vergunning blijft geschorst tot de milieuvergunning
werd verkregen of tot aan de meldingsplicht is voldaan (indien van
toepassing).
014
Ruimtelijke Ordening. Stedenbouwkundige Aanvraag. Vergunning:
Asberg 27 (2014/064) 30
Inleiding
- Volgens artikel 4.7.17. van de VCRO maakt in ontvoogde gemeenten de gemeentelijke
stedenbouwkundige ambtenaar voor elke beslissing over een vergunningsaanvraag een
verslag op, dat deel uitmaakt van het vergunningendossier. Het verslag kadert de aanvraag
binnen de regelgeving, de stedenbouwkundige voorschriften, de eventuele
verkavelingsvoorschriften en een goede ruimtelijke ordening, en omvat desgevallend een
voorstel van antwoord op de bezwaarschriften in het kader van het gevoerde openbaar
onderzoek.
Voorgeschiedenis
- De aanvragers31 hebben op 18 juni 2014 een stedenbouwkundige aanvraag ingediend voor
het verbouwen van een vrijstaande eengezinswoning, op de percelen sectie C nr. 283L en
283M, gelegen Asberg 27 in 2260 Westerlo.
- De woning dateert van 1957, dus van vóór de stedenbouwwet, en wordt bijgevolg
beschouwd als zijnde vergund geacht.
- De gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaar bracht op 28 augustus 2014 het
volgende advies uit:
Feiten en context
- Het voorgelegde dossier werd ontvankelijk en volledig verklaard op 16 juli 2014.
- De aanvraag is gelegen in een woongebied met landelijk karakter langs de weg
en achterliggend in een bosgebied volgens het gewestplan Herentals-Mol (KB 28 juli
1978). Woongebieden met landelijk karakter zijn in hoofdzaak bestemd « voor woningbouw
in het algemeen en tevens voor landbouwbedrijven ». Zowel bewoning als landbouw zijn
bijgevolg de hoofdbestemmingen van het gebied, en beide bestemmingen staan er op gelijke
voet. Daarnaast kunnen eveneens de andere inrichtingen, voorzieningen en activiteiten,
bedoeld in artikel 5.1.0. worden toegelaten. Voor inrichtingen bestemd voor handel,
dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf - met inbegrip van de para-agrarische bedrijven - blijft
de voorwaarde gelden dat zij slechts toelaatbaar zijn voorzover zij niet wegens de taken van
bedrijf die zij uitvoeren moeten worden afgezonderd in een daartoe aangewezen gebied. Er
dient dan ook steeds te worden onderzocht of zij bestaanbaar zijn met de bestemming van
woongebied met landelijk karakter. Concreet betekent dit dat zij niet van aard mogen zijn de
woon- of landbouwfunctie van het gebied te verstoren.
- Het perceel van de aanvraag is niet gelegen binnen de contouren van een bijzonder plan van
aanleg, noch binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan, noch binnen
een niet-vervallen verkaveling.
- De aanvraag is gelegen langs Asberg, een voldoende uitgeruste weg die voorzien is van een
betonverharding. Voor deze weg is een gemeentelijk rooilijnplan van toepassing.
30
31
persoonlijke gegevens verwijderd
persoonlijke gegevens verwijderd
- De aanvraag is niet gelegen in een recent overstroomd gebied of overstromingsgebied.
Openbaar onderzoek
Er diende geen openbaar onderzoek te worden georganiseerd.
Adviezen
Er zijn geen externe adviezen vereist.
Argumentatie
- De voorliggende aanvraag voorziet in het verbouwen van een vrijstaande eengezinswoning
bestaande uit anderhalve bouwlaag en een hellend dak. De kroonlijshoogte en de nokhoogte
van het hoofdgebouw bedragen respectievelijk 4,62m en +/-8,5m. Het bestaande
hoofdvolume blijft behouden. Het dak wordt met een halve meter opgetrokken tot een
kroonlijsthoogte van 5,12m en een nokhoogte van 9,38m. Ook wordt de gevelsteen
verwijdert, isolatie en nieuwe gevelsteen geplaatst. In de zijgevel wordt een raamopening
verwijdert en elders een nieuwe gemaakt. De achterliggende bijgebouwen worden (deels)
afgebroken. Het bijgebouw met een plat dak wordt vervangen door een groter volume met
eveneens een plat dak. Het bestaand bijgebouw achteraan met hellend dak blijft behouden.
De maximale bouwdiepte bedraagt op het gelijkvloers 20,22m en op de verdieping 9,55m.
De beperkte bestaande kelder wordt gedempt. De bestaande garage en verharding blijven
behouden.
- Het voorliggende bouwproject heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt niet in een recent
overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient
geoordeeld te worden dat het schadelijk effect beperkt is. Ten opzichte van de bestaande
toestand neemt de verharde oppervlakte zelfs af.
- Daar de uitbreiding minder dan 40m² bedraagt, is de gewestelijke stedenbouwkundige
verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en
gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater niet van toepassing op voorliggende
aanvraag. Toch voorziet de bouwheer in een hemelwaterput met een inhoud van 5.000 liter.
Ook wordt voorzien in een infiltratievoorziening van 3,24m².
- De voorliggende aanvraag is niet van die aard dat deze moet aangevuld worden met een
mer-sreeningsnota.
- De volgende beoordeling – als uitvoering van art. 1.1.4 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke
Ordening gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling en met oog voor de ruimtelijke
draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en
sociale gevolgen - houdt rekening met de criteria als uitvoering van art. 4.3.1. van de codex.
o Functionele inpasbaarheid
De omgeving bestaat uit vrijstaande eengezinswoningen. De aanvraag wordt in
overeenstemming geacht met de bestemmingsvoorschriften van het vastgestelde
gewestplan. De aanvraag wordt functioneel inpasbaar en stedenbouwkundig vergunbaar
geacht.
o Mobiliteitsimpact
De aanvraag heeft geen invloed op de mobiliteit.
o Schaal
De omgeving bestaat uit vrijstaande eengezinswoningen bestaande uit een- en twee
bouwlagen. De voorliggende aanvraag behoudt het hoofdvolume van anderhalve
bouwlaag en een hellend dak en voorziet in een lage aanbouw. Het dak wordt met een
halve meter opgetrokken tot een kroonlijsthoogte van 5,12m en een nokhoogte van
9,38m. Bijgevolg kan in alle redelijkheid gesteld worden dat de aanvraag wat
korrelgrootte betreft en gabarit niet storend is in de ruimtelijke context.
o Ruimtegebruik en bouwdichtheid
De verhouding bebouwde zone en open ruimte is in evenwicht en niet storend naar de
onmiddellijke omgeving toe. De afstanden tot de perceelsgrenzen blijven voldoende groot.
De bestaande verharding blijft beperkt tot de bestaande oprit. Er kan van uit gegaan
worden dat buiten de bouwstrook en de verharding het perceel een groen karakter
behoudt.
o Visueel-vormelijke elementen
De bestaande structuur van de woning wordt zoveel als mogelijk behouden. In het
hoofdgedeelte onder het hellend dak gebeuren bijna geen structurele ingrepen. De
nieuwe aanbouw aan de woning wordt afgewerkt met een plat dak. De gevels worden
afgewerkt in roodbruine herbruiksteen. Het hellend dak wordt bedekt met zwarte
dakpannen. De lage aanbouw wordt afgewerkt met ramen tot op het maaiveld en
houten planchets bovenaan. Gelet op de verscheidenheid in het straatbeeld kan deze
dakvorm en gevelmaterialen aanvaard worden.
o Cultuurhistorische aspecten
De aanvraag is niet gelegen binnen contouren van een beschermd landschap of in het
gezichtsveld van een monument.
o Bodemreliëf
De aanvraag heeft geen noemenswaardige wijziging van het bestaande bodemreliëf tot
gevolg.
o Hinderaspecten
Eventuele hinderaspecten ten gevolge van de aanvraag beperken zich tot een
aanvaardbaar niveau in de omgeving.
o Gezondheid
De aanvraag omvat geen hinderlijke inrichtingen en heeft geen nadelige gevolgen voor de
gezondheid van de omwonenden.
o Gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
De aanvraag heeft geen nadelige effecten op het gebruiksgenot van de omliggende
percelen of de veiligheid in het algemeen.
- Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de wettelijke
bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening.
Advies gemeentelijk stedenbouwkundig ambtenaar
Gunstig
Motivatie standpunt college
- Het schepencollege neemt kennis van het advies van de gemeentelijk stedenbouwkundige
ambtenaar van 28 augustus 2014 en sluit zich aan bij dit advies.
Juridische grond
- Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. (VCRO)
- Het gewestplan Herentals-Mol (KB 28 juli 1978).
- Omzendbrief van 8 juli 1997 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en gewestplannen, gewijzigd via omzendbrief van 25 januari 2002 en 25
oktober 2002.
- Decreet integraal waterbeleid van 18 juli 2003.
- Besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2011 tot vaststelling van nadere regels
voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstantie en tot
vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in
artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid.
- Besluit van de Vlaamse regering van de nieuwe gewestelijke stedenbouwkundige
verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en
gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater van 5 juli 2013.
- Besluit van de Vlaamse regering inzake de nadere regels van de project-m.e.r.-screening
van 1 maart 2013.
- Advies van gemeentelijk stedenbouwkundig ambtenaar van 28 augustus 2014.
Impact op beleids- en beheerscyclus
actieplan
Vergunningen
actie
Adviseren en afhandelen van vergunningsaanvragen en aanverwante
attesten
actienummer
2014000623
omschrijving project
Stedenbouwkundige vergunning
raming kosten
geen extra kosten
raming opbrengsten
geen
BESLUIT
Artikel 1 Het college verleent vergunning 32 voor het verbouwen van een vrijstaande
eengezinswoning, op de percelen sectie C nr. 283L en 283M, gelegen Asberg 27
in 2260 Westerlo.
Artikel 2 De volgende voorwaarden dienen nageleefd te worden:
1) de woning uitvoeren zoals voorzien op bouwplannen 1/4 t.e.m. 4/4 d.d.
16.06.2014.
2) de stedenbouwkundige vergunning blijft geschorst tot de milieuvergunning
werd verkregen of tot aan de meldingsplicht is voldaan (indien van
toepassing).
015
Ruimtelijke Ordening. Stedenbouwkundige Aanvraag. Vergunning:
Stippelberg 50 (2014/065) 33.
Inleiding
- Volgens artikel 4.7.17. van de VCRO maakt in ontvoogde gemeenten de gemeentelijke
stedenbouwkundige ambtenaar voor elke beslissing over een vergunningsaanvraag een
verslag op, dat deel uitmaakt van het vergunningendossier. Het verslag kadert de aanvraag
binnen de regelgeving, de stedenbouwkundige voorschriften, de eventuele
verkavelingsvoorschriften en een goede ruimtelijke ordening, en omvat desgevallend een
voorstel van antwoord op de bezwaarschriften in het kader van het gevoerde openbaar
onderzoek.
Voorgeschiedenis
- De aanvragers34 hebben op 20 juni 2014 een stedenbouwkundige aanvraag ingediend voor
het bouwen van een nieuwbouw = vrijstaande eengezinswoning met bijgebouw, op de
percelen sectie D, nr. 285C en 284K/deel, gelegen Stippelberg 50 in 2260 Westerlo.
- De gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaar bracht op 2 september 2014 het
volgende advies uit:
Feiten en context
- Het voorgelegde dossier werd ontvankelijk en volledig verklaard op 16 juli 2014.
32
persoonlijke gegevens verwijderd
persoonlijke gegevens verwijderd
34
persoonlijke gegevens verwijderd
33
- De aanvraag is gelegen in een woongebied met landelijk karakter langs de weg
en achterliggend in een agrarisch gebied volgens het gewestplan Herentals-Mol (KB 28 juli
1978). Woongebieden met landelijk karakter zijn in hoofdzaak bestemd « voor woningbouw
in het algemeen en tevens voor landbouwbedrijven ». Zowel bewoning als landbouw zijn
bijgevolg de hoofdbestemmingen van het gebied, en beide bestemmingen staan er op gelijke
voet. Daarnaast kunnen eveneens de andere inrichtingen, voorzieningen en activiteiten,
bedoeld in artikel 5.1.0. worden toegelaten. Voor inrichtingen bestemd voor handel,
dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf - met inbegrip van de para-agrarische bedrijven - blijft
de voorwaarde gelden dat zij slechts toelaatbaar zijn voorzover zij niet wegens de taken van
bedrijf die zij uitvoeren moeten worden afgezonderd in een daartoe aangewezen gebied. Er
dient dan ook steeds te worden onderzocht of zij bestaanbaar zijn met de bestemming van
woongebied met landelijk karakter. Concreet betekent dit dat zij niet van aard mogen zijn de
woon- of landbouwfunctie van het gebied te verstoren.
- Het perceel van de aanvraag is niet gelegen binnen de contouren van een bijzonder plan van
aanleg, noch binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan, noch binnen
een niet-vervallen verkaveling.
- De aanvraag is gelegen langs Stippelberg, een voldoende uitgeruste weg die voorzien is van
een asfaltverharding. Voor Stippelberg is een gemeentelijk rooilijnplan (goedgekeurd op 27
februari 1997) van toepassing.
- De aanvraag is niet gelegen in een recent overstroomd gebied of overstromingsgebied.
Openbaar onderzoek
Er diende geen openbaar onderzoek te worden georganiseerd.
Adviezen
Er zijn geen externe adviezen vereist.
Argumentatie
- De voorliggende aanvraag voorziet in het bouwen van een vrijstaande eengezinswoning met
en de oprichting van een vrijstaande garage. Deze woning wordt opgericht op 13,80m uit de
as van de weg en op 7,80m uit de rooilijn. Het hoofdvolume van de op te richten woning
bestaat uit twee bouwlagen met een afgeknot piramidedak. Aan de linker voorzijde van dit
hoofdvolume zit een inpandige garage en fietsberging geïntegreerd, bestaande uit een
bouwlaag en een afgeknot piramidedak. Rechts achteraan wordt een kleinschalig aanbouw
bestaande uit een bouwlaag en een hellend dak aangebouwd. De maximale bouwdiepte
bedraagt 15,20m. De maximum kroonlijshoogte en de nokhoogte bedragen respectievelijk
6,15m en 9,15m. Er wordt ook een beperkte kelder voorzien.
- Op 12,80m uit de achtergevel en 3m van de rechter perceelsgrens wordt in de achtertuin
een vrijstaande garage/bergplaats opgetrokken. De uiterste achtergevel van het bijgebouw
bevindt zich op 47m uit de rand van de weg. Dit bijgebouw bestaat uit een bouwlaag en een
zadeldak en heeft een oppervlakte van 75m² (7,5m x 10m). De kroonlijsthoogte en
nokhoogte bedragen respectievelijk 3m en 5,70m. Het bijgebouw wordt dwars in de tuin
ingeplant met in de linker zijgevel een industriële sectionale poort van +/-3,50m hoog.
- Het voorliggende bouwproject heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt niet in een recent
overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient
geoordeeld te worden dat het schadelijk effect beperkt is. Enkel wordt door de toename van
de verharde oppervlakte de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt.
- De aanvrager voorziet in een regenwaterput van 10.000 liter. Volgens de gewestelijke
verordening hemelwater dient er een hemelwaterput met een totale minimale inhoud van
5000 liter geplaatst te worden. De aanvrager vraagt een afwijking hierop in functie van het
herbruik via 2 toiletten, een wasmachine en een buitenkraan. De totale afwaterende
oppervlakte bedraagt 336,3m². De aanvrager voorziet in een infiltratievoorziening van 12m².
De aanvraag is in overeenstemming met de gewestelijke stedenbouwkundige verordening
-
inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing
van afvalwater en hemelwater.
De voorliggende aanvraag is niet van die aard dat deze moet aangevuld worden met een
mer-sreeningsnota.
De volgende beoordeling – als uitvoering van art. 1.1.4 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke
Ordening gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling en met oog voor de ruimtelijke
draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en
sociale gevolgen - houdt rekening met de criteria als uitvoering van art. 4.3.1. van de codex.
o Functionele inpasbaarheid
De omgeving bestaat uit eengezinswoningen in vrijstaande woontypologie. De aanvraag
wordt functioneel inpasbaar en stedenbouwkundig vergunbaar geacht.
o Mobiliteitsimpact
De aanvraag heeft geen invloed op de mobiliteit.
o Schaal
De omgeving bestaat uit eengezinswoningen met een sterke verscheidenheid: vrijstaande
bebouwing bestaande uit zowel een- als twee bouwlagen. Gelet op het voorgestelde
bouwvolume van 2 bouwlagen en een piramidedak, kan in alle redelijkheid gesteld
worden dat de aanvraag wat korrelgrootte betreft en gabarit niet storend is in de
ruimtelijke context.
o Ruimtegebruik en bouwdichtheid
De verhouding bebouwde zone en open ruimte is in evenwicht en niet storend naar de
onmiddellijke omgeving toe. De afstanden tot de perceelsgrenzen blijven voldoende groot.
De verharding is beperkt tot de gebruikelijke oprit en terras. Buiten de bouwstrook en de
verharding wordt het perceel ingericht als tuin.
o Visueel-vormelijke elementen
De woning wordt afgewerkt met een afgeknot piramidedak. De gevels van het
hoofdvolume worden afgewerkt in een lichtgrijze gevelsteen. De aangebouwde volumes
worden afgewerkt in donkergrijze gevelsteen. Het dak wordt bedekt met antracietgrijze
vlakke dakpannen. De omgeving bestaat uit eengezinswoningen met een sterke
verscheidenheid: vrijstaande bebouwing bestaande uit zowel een- als twee bouwlagen,
met verschillende gevelmaterialen en verschillende dakvormen: hellend dak met nok
dwars of evenwijdig met de straat, piramidedak. Gelet op de verscheidenheid in het
straatbeeld kan het voorgestelde gabarit en gevel- en dakmaterialen aanvaard worden.
o Cultuurhistorische aspecten
De aanvraag is niet gelegen binnen contouren van een beschermd landschap of in het
gezichtsveld van een monument.
o Bodemreliëf
De aanvraag heeft geen noemenswaardige wijziging van het bestaande bodemreliëf tot
gevolg.
o Hinderaspecten
Eventuele hinderaspecten ten gevolge van de aanvraag beperken zich tot een
aanvaardbaar niveau in de omgeving.
o Gezondheid
De aanvraag omvat geen hinderlijke inrichtingen en heeft geen nadelige gevolgen voor de
gezondheid van de omwonenden.
o Gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
De aanvraag heeft geen nadelige effecten op het gebruiksgenot van de omliggende
percelen of de veiligheid in het algemeen.
- Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is (of kan in
overeenstemming gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de
wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening.
Advies gemeentelijk stedenbouwkundig ambtenaar
Gunstig
Motivatie standpunt college
- Het schepencollege neemt kennis van het advies van de gemeentelijk stedenbouwkundige
ambtenaar van 2 september 2014 en sluit zich aan bij dit advies.
Juridische grond
- Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. (VCRO)
- Het gewestplan Herentals-Mol (KB 28 juli 1978).
- Omzendbrief van 8 juli 1997 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en gewestplannen, gewijzigd via omzendbrief van 25 januari 2002 en 25
oktober 2002.
- Decreet integraal waterbeleid van 18 juli 2003.
- Besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2011 tot vaststelling van nadere regels
voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstantie en tot
vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in
artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid.
- Besluit van de Vlaamse regering van de nieuwe gewestelijke stedenbouwkundige
verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en
gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater van 5 juli 2013.
- Besluit van de Vlaamse regering inzake de nadere regels van de project-m.e.r.-screening
van 1 maart 2013.
- Advies van gemeentelijk stedenbouwkundig ambtenaar van 2 september 2014.
Impact op beleids- en beheerscyclus
actieplan
Vergunningen
actie
Adviseren en afhandelen van vergunningsaanvragen en aanverwante
attesten
actienummer
2014000623
omschrijving project
Stedenbouwkundige vergunning
raming kosten
geen extra kosten
raming opbrengsten
geen
BESLUIT
Artikel 1 Het college verleent vergunning 35 voor het bouwen van een nieuwbouw =
vrijstaande eengezinswoning met bijgebouw, op de percelen sectie D, nr. 285C
en 284K/deel, gelegen Stippelberg 50 in 2260 Westerlo.
Artikel 2 De volgende voorwaarden dienen nageleefd te worden:
1) alle ophogingen in de bouwvrije voor- en zijtuinstroken, hoger dan het
hoogste punt van het wegdek, weglaten
2) verplicht de woning aansluiten op het rioleringsnet, dat zal uitmonden in het
rioolwaterzuiveringsstation
3) verplicht een hemelwaterput en infiltratievoorziening plaatsen
35
persoonlijke gegevens verwijderd
overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering d.d. 5 juli 2013 en
voorzien in het hergebruik van dit hemelwater d.m.v. de nodige aftappunten;
de overstortleiding dient te infiltreren op het eigen perceel
4) het niet-bebouwd en niet-verhard gedeelte dient een groen karakter te
verkrijgen
5) de woning uitvoeren zoals voorzien op het bouwplan 1/1 d.d. 17/06/2014
6) de stedenbouwkundige vergunning blijft geschorst tot de milieuvergunning
werd verkregen of tot aan de meldingsplicht is voldaan (indien van
toepassing).
016
Overheidsopdrachten. Reinigen en camerainspectie van riolen 2010.
Volledige vrijgave borg.
Voorgeschiedenis
Op 31 augustus 2009 keurde het schepencollege de lastvoorwaarden goed voor het reinigen
en een camera onderzoek van riolen op o.m. volgende plaatsen: Koning Leopoldlaan,
Boerenkrijglaan, Ernest Claesstraat en Oosterwijk. De opdracht wordt gesloten bij wijze van
de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking.
Op 21 december 2009 gunde het college de opdracht “Reinigen en camerainspectie van
riolen” aan Ond. V. Peeters OIW, Zavelbosstraat 3 te 2200 Herentals tegen het
nagerekende inschrijvingsbedrag van 66.720,00 EUR excl. btw of 80.731,20 EUR incl. 21%
btw.
NV Peeters OIW kreeg aanvangsbevel tegen 21 juni 2010. De uitvoering moest gebeuren
overeenkomstig de lastvoorwaarden vastgelegd in het bestek met nr. 2009-027.
Borgstelling gebeurde bij de Deposito- en Consignatiekas, Borgtochten in geld, te Brussel
onder aktenummer 20100112014 d.d. 15 augustus 2010 voor een bedrag van 3.340,00 EUR.
Argumentatie
De werken werden beëindigd 28 juni 2011. De eindstaat werd afgerekend en de werken
stilzwijgend opgeleverd.
Bij een eenmalige oplevering mag de volledige borgtocht vrijgegeven worden.
Juridische grond
De wet van 24 december 1993 op de overheidsopdrachten is van toepassing samen met de
koninklijke besluiten van 8 januari 1996, 26 september 1996, de algemene
aannemingsvoorwaarden opgenomen in de bijlage bij voormeld besluit van 26 september
1996 en alle latere wijzigingen en aanvullingen.
BESLUIT
Artikel 1 Het college bevestigt dat de firma Peeters OIW, Zavelbosstraat 3 te 2200
Herentals voldaan heeft aan de verplichtingen m.b.t. de opdracht "Reinigen en
camerainspectie van riolen”.
Artikel 2 Borgtocht nr. 20100112014 ten bedrage van 3.340,00 EUR gedeponeerd bij de
Deposito- en consignatiekas, Borgtochten in geld, Kunstlaan 30 te 1040 Brussel,
mag volledig worden vrijgegeven.
017
Overheidsopdrachten. Stookplaatsrenovatie Boswachtershuis,
Papedreef 1. Goedkeuring voorontwerp.
Voorgeschiedenis
De gemeenteraad keurde op 31 januari 2011 de kaderovereenkomst met Iveka goed voor
het leveren van energiediensten voor lokale besturen. In het kader van deze overeenkomst
kan de gemeente beroep doen op ondersteuningsactiviteiten betreffende energiebesparing,
(hernieuwbare) energie en energie-efficiëntie binnen de modaliteiten van de specifieke
overeenkomsten.
Feiten en context
In uitvoering van de kaderovereenkomst werd een studieovereenkomst gesloten tussen de
gemeente en Iveka op 31 maart 2014 voor de studie voor de 'Stookplaatsrenovatie in het
Boswachtershuis, Papedreef 1, 2260 Westerlo'.
De prijs voor de studie bedraagt maximaal 3.623,69 incl. 21 % btw (dat is de maximale
studieprijs van 5.562,07 EUR incl. btw - REG premie 2.298,38 EUR).
In de studie zijn geen prestaties voor een milieudeskundige en een veiligheidscoördinator
opgenomen. De opmaak van een asbestinventaris werd evenmin opgenomen.
Het voorontwerpdossier werd voorgesteld door Luc Van Campfort van Eandis en
besproken met de gemeentelijke technische dienst tijdens de laatste contactvergadering op
29 juli 2014.
Argumentatie
Het voorontwerp voorziet de vervanging van de bestaande verwarmingsketel tbv het
voorste gebouw met eetzaal, café, keuken, slaapvertrekken en privéruimtes. De stookplaats
bevindt zich in de kelder en voorziet dit gebouw van zowel verwarming als SWW.
In het nieuwe ontwerp worden 2 gaswandketels met een kleiner vermogen (in cascade
geschakeld) voorzien met een noilervat van 300 liter, ipv één ketel met een groter
vermogen. Dit om de SWW-voorziening efficiënter aan te sturen.
Voorts worden de collector en de regeling vernieuwd, de schouw aangepast, gas- en
branddetectie voorzien en wordt de technische ruimte aangepast conform de regelgeving.
Bij nazicht van het voorontwerp maakte de technische dienst volgende bemerkingen:
- Volgende werken zullen in eigen beheer gebeuren en mogen bijgevolg uit het definitieve
ontwerp geschrapt worden:
o
Het aanpassen van raam en rooster in functie van onder- en bovenverluchting
o
Huidige deur vervangen door brandwerende deur (Rf 60min)
- Het organiseren van de aanbestedingsprocedure, de gunning van de aannemer en de
opvolging van de werken zullen door de gemeentediensten zelf gebeuren.
Mits inachtname van deze bemerkingen in de ontwerpfase, kan de technische dienst akkoord
gaan met het voorontwerp.
De kostprijs voor de stookplaatsrenovatie in het Boswachtershuis wordt geraamd op
maximaal 57.945 EUR excl. btw of 70.113,45 EUR incl. 21% btw. De prestaties mbt het
organiseren van de aanbestedingsprocedure, de gunning van de aannemer en de opvolging
der werken tot aan de definitieve oplevering, zijn ten laste van de gemeente.
De totale besparing op de (jaarlijkse) energiefactuur wordt geraamd op 1.850 EUR excl. btw,
berekend op het huidige energieverbruik.
Naast de technische noodzaak om de installatie te vernieuwen, kan men stellen dat de
investeringskost na 20 jaar terugverdiend zal zijn, rekening houdend met een stijging van de
energieprijzen van 4% per jaar.
De levensduur van de installatie bedraagt minimaal 20 jaar. Na 20 jaar zal deze installatie
2.888 EUR opgebracht hebben, rekening houdend met een stijging van de energieprijzen van
4% per jaar.
Juridische grond
De wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor
aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel
26, § 1, 1° a (limiet van 85.000,00 EUR excl. btw niet bereikt).
KB van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren.
KB van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de
overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen.
Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake
overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten.
Het besluit van 2 september 2013 van de gemeenteraad waarbij het begrip 'dagelijks bestuur'
wordt gedefinieerd en waarin de gevallen worden opgesomd die van een voorafgaand visum
door financieel beheerder worden vrijgesteld.
Impact op beleids- en beheerscyclus
actieplan
Zinvolle vrijetijdsbesteding voor jongeren
actie
INV Boswachtershuis infrastructuur
actienummer
2014000465
omschrijving project
Stookplaatsrenovatie Boswachtershuis
raming kosten
De maximale kostprijs voor de stookplaatsrenovatie wordt
geraamd op maximaal 57.945 EUR excl. btw of 70.113,45 EUR incl.
21% btw.
De prijs voor de studie bedraagt maximaal 3.623,69 incl. 21 % btw
(dat is de maximale studieprijs van 5.562,07 EUR incl. btw - REG
premie 2.298,38 EUR).
Het budget voor de studie werd vastgelegd onder bestelnummer
2014004591.
raming opbrengsten
REG premie wordt rechtstreeks in mindering gebracht op de
factuur 'studie'.
BESLUIT
Artikel 1 Het college keurt het voorontwerp goed dat door Iveka werd opgemaakt in het
kader van het EDLB-project 'Stookplaatsrenovatie Boswachtershuis, Papedreef 1
Westerlo', mits rekening wordt gehouden met volgende bemerkingen in de
ontwerpfase:
- Volgende werken zullen in eigen beheer gebeuren en mogen bijgevolg uit het
definitieve ontwerp geschrapt worden:
o
Het aanpassen van raam en rooster in functie van onder- en
bovenverluchting
o
Huidige deur vervangen door brandwerende deur (Rf 60min)
- Het organiseren van de aanbestedingsprocedure, de gunning van de aannemer
en de opvolging van de werken zullen door de gemeentediensten zelf gebeuren.
De maximale kostprijs voor de stookplaatsrenovatie in het Boswachtershuis
wordt geraamd op maximaal 57.945 EUR excl. btw of 70.113,45 EUR incl. 21%
btw.
De prijs voor de studie bedraagt maximaal 3.623,69 incl. 21 % btw (dat is de
maximale studieprijs van 5.562,07 EUR incl. btw - REG premie 2.298,38 EUR). De
opdracht werd vastgelegd onder bestelnummer 2014004591.
Artikel 2 Het college verzoekt Iveka tot opmaak van het definitief ontwerp.
Artikel 3 De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van 2014 op
de actie 'INV Boswachtershuis infrastructuur' met actienummer 2014000465.
De meerjarenplanning voorziet een budget van 72.500 EUR incl. btw, waarvan
35.000 EUR in 2014 en 10.000 EUR in 2015.
Er is een budgetwijziging of aanpassing van de raming nodig.
018
Overheidsopdrachten. Stookplaatsrenovatie Hovenierswoning,
Hollandsedreef 1&3. Goedkeuring voorontwerp.
Voorgeschiedenis
De gemeenteraad keurde op 31 januari 2011 de kaderovereenkomst met Iveka goed voor
het leveren van energiediensten voor lokale besturen. In het kader van deze overeenkomst
kan de gemeente beroep doen op ondersteuningsactiviteiten betreffende energiebesparing,
(hernieuwbare) energie en energie-efficiëntie binnen de modaliteiten van de specifieke
overeenkomsten.
Feiten en context
In uitvoering van de kaderovereenkomst werd een studieovereenkomst gesloten tussen de
gemeente en Iveka op 31 maart 2014 voor de studie voor de 'Stookplaatsrenovatie in de
Hovenierswoning, Hollandsedreef 1-3, 2260 Westerlo'.
De prijs voor de studie bedraagt maximaal 2.719,74 incl. 21 % btw (dat is de maximale
studieprijs van 4.635,06 EUR incl. btw - REG premie 1.915,31 EUR).
In de studie zijn geen prestaties voor een milieudeskundige en een veiligheidscoördinator
opgenomen. De opmaak van de asbestinventaris werd evenmin opgenomen.
Het voorontwerpdossier werd voorgesteld door Luc Van Campfort van Eandis en
besproken met de gemeentelijke technische dienst tijdens de laatste contactvergadering op
29 juli 2014.
Argumentatie
Het voorontwerp voorziet de vervanging van de bestaande verwarmingsketel met stookolie
door verwarming op aardgas, dit om energie- en kostenbesparende redenen. Optioneel
wordt ook voorzien in gas- en branddetectie tbv de brandveiligheid. Al het asbesthoudende
materiaal in de ruimte (kelder) dient verwijderd te worden voordat er werken mogen
uitgevoerd worden. De kosten voor het verwijderen van asbest zijn meegenomen in dit
voorstel (voor 35 m leiding).
Omdat de nieuwe verwarmingsinstallatie kleiner is dan 70kW, moet de ruimte voldoen aan
de norm voor een technisch lokaal en niet aan de norm voor een stookplaats; d.w.z. dat er
enkel verplicht een branddeur aanwezig moet zijn met een brandweerstaand van minimum
1/2 h en dat er een redelijke verluchting moet zijn. Door een deel van de stookplaats af te
schermen kan een technische ruimte gerealiseerd worden die voldoet aan de norm.
Bij nazicht van het voorontwerp maakte de technische dienst volgende bemerkingen:
- Volgende werken zullen in eigen beheer gebeuren en mogen bijgevolg uit het definitieve
ontwerp geschrapt worden:
o
Het bouwen van een technische ruimte in de kelder
o
Verwijderen van de stookolietank
o
Teststalen nemen van leidingisolatie voor asbest
- Het organiseren van de aanbestedingsprocedure, de gunning van de aannemer en de
opvolging van de werken zullen door de gemeentediensten zelf gebeuren.
Mits inachtname van deze bemerkingen in de ontwerpfase, kan de technische dienst akkoord
gaan met het voorontwerp, inclusief optie 1 'gasdetectie'.
De kostprijs voor de stookplaatsrenovatie (incl. optie gasdetectie) in de Hovenierswoning
wordt geraamd op maximaal 36.585 EUR excl. btw of 44.267,85 EUR incl. 21% btw. De
prestaties mbt het organiseren van de aanbestedingsprocedure, de gunning van de aannemer
en de opvolging der werken tot aan de definitieve oplevering, zijn ten laste van de gemeente.
De totale besparing op de (jaarlijkse) energiefactuur wordt geraamd op 3.917 EUR excl. btw,
berekend op het huidige energieverbruik.
Hoewel er geen dringende technische noodzaak is om de installatie te vervangen, is het
vanuit brandveiligheid wel noodzakelijk maatregelen te treffen omtrent de stookruimte.
Daarnaast kan men stellen dat de investeringskost na 8 jaar terugverdiend zal zijn, rekening
houdend met een stijging van de energieprijzen van 4% per jaar.
De levensduur van de installatie bedraagt minimaal 20 jaar. Na 20 jaar zal deze installatie dus
39.455 EUR opgebracht hebben.
Juridische grond
De wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor
aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel
26, § 1, 1° a (limiet van 85.000,00 EUR excl. btw niet bereikt).
KB van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren.
KB van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de
overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen.
Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake
overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten.
Het besluit van 2 september 2013 van de gemeenteraad waarbij het begrip 'dagelijks bestuur'
wordt gedefinieerd en waarin de gevallen worden opgesomd die van een voorafgaand visum
door financieel beheerder worden vrijgesteld.
Impact op beleids- en beheerscyclus
actieplan
Technische dienst binnen organisatie ondersteuning
actie
INV Hovenierswoning infrastructuur
actienummer
2014000481
omschrijving project
Stookplaatsrenovatie Hovenierswoning
raming kosten
De maximale kostprijs voor de stookplaatsrenovatie (incl. optie
gasdetectie) wordt geraamd op 36.585 EUR excl. btw of 44.267,85
EUR incl. 21% btw.
De prijs voor de studie bedraagt maximaal 2.719,74 incl. 21 % btw
(dat is de maximale studieprijs van 4.635,06 EUR incl. btw - REG
premie 1.915,31 EUR).
Het budget voor de studie werd vastgelegd onder bestelnummer
2014004588.
raming opbrengsten
REG premie wordt rechtstreeks in mindering gebracht op de
factuur 'studie'.
BESLUIT
Artikel 1 Het college keurt het voorontwerp goed dat door Iveka werd opgemaakt in het
kader van het EDLB-project 'Stookplaatsrenovatie Hovenierswoning,
Hollandsedreef 1-3 Westerlo', mits rekening wordt gehouden met volgende
bemerkingen in de ontwerpfase:
- Volgende werken zullen in eigen beheer gebeuren en mogen bijgevolg uit het
definitieve ontwerp geschrapt worden:
Artikel 2
Artikel 3
019
o
Het bouwen van een technische ruimte in de kelder
o
Verwijderen van de stookolietank
o
Teststalen nemen van leidingisolatie voor asbest
Het organiseren van de aanbestedingsprocedure, de gunning van de
aannemer en de opvolging van de werken zullen door de gemeentediensten zelf
gebeuren.
De maximale kostprijs voor de stookplaatsrenovatie (incl. optie gasdetectie) in de
Hovenierswoning wordt geraamd op 36.585 EUR excl. btw of 44.267,85 EUR incl.
21% btw.
De prijs voor de studie bedraagt maximaal 2.719,74 incl. 21 % btw (dat is de
maximale studieprijs van 4.635,06 EUR incl. btw - REG premie 1.915,31 EUR). De
opdracht werd vastgelegd onder bestelnummer 2014004588.
Het college verzoekt Iveka tot opmaak van het definitief ontwerp.
De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van 2014 op
de actie 'INV Hovenierswoning infrastructuur' met actienummer 2014000481.
De meerjarenplanning voorziet een investeringsbudget van 120.000 EUR incl. btw,
waarvan een transactiekrediet van 40.000 EUR in 2014 en 0 EUR in 2015.
Er is een budgetwijziging of aanpassing van de raming nodig.
Overheidsopdrachten. Stookplaatsrenovatie Sporthal De Beeltjens,
Kasteelpark 6. Goedkeuring voorontwerp.
Voorgeschiedenis
De gemeenteraad keurde op 31 januari 2011 de kaderovereenkomst met Iveka goed voor
het leveren van energiediensten voor lokale besturen. In het kader van deze overeenkomst
kan de gemeente beroep doen op ondersteuningsactiviteiten betreffende energiebesparing,
(hernieuwbare) energie en energie-efficiëntie binnen de modaliteiten van de specifieke
overeenkomsten.
Feiten en context
In uitvoering van de kaderovereenkomst werd een studieovereenkomst gesloten tussen de
gemeente en Iveka op 31 maart 2014 voor de studie voor de 'Stookplaatsrenovatie in de
Sporthal De Beeltjens, Kasteelpark 6, 2260 Westerlo'.
De prijs voor de studie bedraagt maximaal 3.481,27 incl. 21 % btw (dat is de maximale
studieprijs van 5.932,87 EUR incl. btw - REG premie 2.451,60 EUR).
In de studie zijn geen prestaties voor een milieudeskundige en een veiligheidscoördinator
opgenomen. De opmaak van een asbestinventaris werd evenmin opgenomen.
Het voorontwerpdossier werd voorgesteld door Luc Van Campfort van Eandis en
besproken met de gemeentelijke technische dienst tijdens de laatste contactvergadering op
29 juli 2014.
Argumentatie
Het voorontwerp voorziet het verwijderen van de bestaande ketel, collector,
warmtewisselaar en buffervat enerzijds en het installeren van 2 condenserende staande
ketels van 110kW elk voor CV, afzonderlijke ketel met warmtewisselaar en buffervat voor
sanitair warm water (SWW) 65kW - 1500L anderzijds. De recentelijk vernieuwde SWW
circulatieleiding wordt geïsoleerd, met het oog op energiebesparing en legionella preventie.
Als optie 1 wordt aangeboden om in de luchtgroep een CO2 sensor te plaatsen voor sturing
van de recirculatieklep en luchtvochtigheidsensoren voor de afzuiging van de kleedkamers
(3.393 EUR excl. btw). Hierdoor kan warme binnenlucht herbruikt worden en is een
bijkomende (jaarlijkse) besparing van ca. 40.000kWh (ca. 2.002 EUR excl. BTW) mogelijk.
Optie 2 voorziet een waterverzachter voor het SWW (4.575 EUR excl. btw).
Bij nazicht van het voorontwerp maakte de technische dienst als bemerking dat het
organiseren van de aanbestedingsprocedure, de gunning van de aannemer en de opvolging
van de werken door de gemeentediensten zelf zullen gebeuren.
Mits inachtname van deze bemerkingen in de ontwerpfase, kan de technische dienst akkoord
gaan met het voorontwerp, inclusief optie 1 maar zonder optie 2.
De kostprijs voor de stookplaatsrenovatie in de Sporthal De Beeltjens wordt geraamd op
maximaal 75.504 EUR + optie 1 'CO2-sensor luchtgroep sporthal' voor 3.393 EUR excl. btw
of 78.897 EUR excl. btw of 95.465,37 EUR incl. 21% btw. De prestaties mbt het organiseren
van de aanbestedingsprocedure, de gunning van de aannemer en de opvolging der werken
tot aan de definitieve oplevering, zijn ten laste van de gemeente.
De totale besparing op de energiefactuur wordt (jaarlijks) geraamd op 2.930 EUR excl. btw
voor de stookinstallatie en bijkomend 2.000 EUR excl. BTW bij toepassen optie 1, berekend
op het huidige energieverbruik.
Naast de technische noodzaak om de installatie te vernieuwen, kan men stellen dat de
investeringskost na 17,5 jaar terugverdiend zal zijn, rekening houdend met een stijging van de
energieprijzen van 4% per jaar.
De levensduur van de installatie bedraagt minimaal 20 jaar. Na 20 jaar zal deze installatie
15.236 EUR opgebracht hebben.
Juridische grond
De wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor
aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel
26, § 1, 1° a (limiet van 85.000,00 EUR excl. btw niet bereikt).
KB van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren.
KB van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de
overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen.
Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake
overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten.
Het besluit van 2 september 2013 van de gemeenteraad waarbij het begrip 'dagelijks bestuur'
wordt gedefinieerd en waarin de gevallen worden opgesomd die van een voorafgaand visum
door financieel beheerder worden vrijgesteld.
Impact op beleids- en beheerscyclus
actieplan
Sportinfrastructuur
actie
INV De Beeltjens sportcomplex infrastructuur
actienummer
2014000471
omschrijving project
Stookplaatsrenovatie Sporthal De Beeltjens, Kasteelpark 6
raming kosten
De kostprijs voor de stookplaatsrenovatie wordt geraamd op
maximaal 75.504 EUR + optie 1 'CO2-sensor luchtgroep sporthal'
voor 3.393 EUR excl. btw of 78.897 EUR excl. btw of 95.465,37
EUR incl. 21% btw.
De prijs voor de studie bedraagt maximaal 3.481,27 incl. 21 % btw
(dat is de maximale studieprijs van 5.932,87 EUR incl. btw - REG
premie 2.451,60 EUR).
Het budget voor de studie werd vastgelegd onder bestelnummer
2014004593.
raming opbrengsten
REG premie wordt rechtstreeks in mindering gebracht op de
factuur 'studie'.
BESLUIT
Artikel 1 Het college keurt het voorontwerp goed dat door Iveka werd opgemaakt in het
kader van het EDLB-project 'Stookplaatsrenovatie Sporthal De Beeltjens,
Kasteelpark 6 Westerlo', mits rekening wordt gehouden in de ontwerpfase met
het feit dat het organiseren van de aanbestedingsprocedure, de gunning van de
aannemer en de opvolging van de werken door de gemeentediensten zelf zullen
gebeuren.
De kostprijs voor de stookplaatsrenovatie wordt geraamd op maximaal 75.504
EUR + optie 1 'CO2-sensor luchtgroep sporthal' voor 3.393 EUR excl. btw of
78.897 EUR excl. btw of 95.465,37 EUR incl. 21% btw.
De prijs voor de studie bedraagt maximaal 3.481,27 incl. 21 % btw (dat is de
maximale studieprijs van 5.932,87 EUR incl. btw - REG premie 2.451,60 EUR).
De opdracht werd vastgelegd onder bestelnummer 2014004593.
Artikel 2 Het college verzoekt Iveka tot opmaak van het definitief ontwerp.
Artikel 3 De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van 2014 op
de actie 'INV De Beeltjens sportcomplex infrastructuur' met actienummer
2014000471.
De meerjarenplanning voorziet een investeringsbudget van 260.000 EUR incl. btw,
waarvan een transactiekrediet van 25.000 EUR (legionella) in 2014 en 75.000 EUR
(verwarming) in 2015.
020
Sport. SNS-pas voor leerlingen van het secundair onderwijs.
Goedkeuring ondersteuning van het project en de daaraan verbonden
kosten.
Voorgeschiedenis
SNS-pas (Sport Na School-pas) is een initiatief dat tot stand kwam door een samenwerking
tussen de sportdienst, de secundaire scholen, de stichting Vlaamse schoolsport,
sportverenigingen, sportcentra en Bloso.
In het verleden zorgde de sportdienst van Westerlo voor de bekendmaking van de SNS-pas
via de gemeentelijke infokanalen en het ter beschikking stellen van sporthal de Beeltjens en
het zwembad.
Feiten en context
De sportdienst wil opnieuw zorgen voor de bekendmaking van de SNS-pas via de
gemeentelijke infokanalen en het ter beschikking stellen van sporthal de Beeltjens en het
zwembad (tot de sluiting van het zwembad in de Meulemanslaan), maar ook bijdragen aan de
werkingskosten van de deelnemende clubs en sportcentra en de drukkosten van de folders,
flyers en SNS-passen. De raming van deze kosten voor de deelnemende gemeenten is 500
euro per gemeente. Enkele van de omliggende gemeenten die hieraan deelnemen zijn:
Vorselaar, Hulshout, Herselt, Herentals, Olen, Herenthout, Heist op den Berg,..... .
Leerlingen van de secundaire scholen in Westerlo kunnen deze SNS-pas aankopen. Deze
leerlingen wonen in Westerlo maar ook een groot deel woont in de omliggende gemeenten
en sporten na school in Westerlo.
Een Follo-leerkracht organiseert de naschoolse sport en probeert de brug te slaan tussen de
gemeentelijke sportdiensten, de scholen en de sportclubs in zijn regio. Momenteel zijn er in
heel Vlaanderen 32 Follo's (Flexibele Opdracht Leerkracht LO) werkzaam binnen het
concept. Het Vlaams Bureau Schoolsport (een samenwerkingsverband tussen Bloso en SVS)
zorgt voor de inhoudelijke sturing en de praktische opvolging van de Follo-werking. Op het
terrein worden de Follo's bijgestaan door de provinciale SVS-secretariaten en de provinciale
Bloso- promotiediensten. De Follo's zijn werkzaam in een zone binnen een bepaalde
provincie, in Westerlo heeft de sportdienst contact met Benny Wijnants.
De jongeren van het secundair onderwijs kunnen op de sportdienst of in hun school een
SNS-pas aankopen waarmee ze op verschillende locaties kunnen gaan sporten. (vermeld in
de folder)
In de loop van september wordt er vanuit Bloso en SVS een overeenkomst opgesteld waarin
de samenwerking beschreven wordt en de financiële ondersteuning vanuit de gemeenten
wordt opgenomen.
Argumentatie
Het doel van dit project is de studenten van het secundair onderwijs aan te zetten om meer
te sporten en vooral diegenen te motiveren die nog niet of weinig aan sport doen. Door hen
een zeer gevarieerd programma aan te bieden maken we deze sportpas aantrekkelijk voor
hen en wie weet vinden ze hierin hun favoriete sport en of sportclub.
Er zijn verschillende sportclubs in onze gemeente die aan dit project deelnemen.
Impact op beleids- en beheerscyclus
actieplan
sportparticipatie
actie
Ondersteuning van (overkoepelde) sportinstanties
actienummer
2014000193
omschrijving project
raming kosten
raming opbrengsten
SNS-pas = sport na school voor leerlingen van het secundair
onderswijs. Leerlingen van het secundair onderwijs kopen een
SNS-pas waarmee ze op verschillende locaties in Westerlo en
omstreken aan democratische prijzen een aantal maanden kunnen
gaan sporten en wie weet vinden ze hierin hun favoriete sport en
of sportclub.
500 euro
/
BESLUIT
Artikel 1 Het college stemt in dat de sportdienst het SNS-pas-project ondersteunt
Artikel 2 Het college stemt in met de onkosten verbonden aan Sport-na-school-project
(SNS-pas) voor leerlingen van het secundair onderwijs.
021
Cultuur. Gebruik gemeentelokalen. Week 8 - Merodezaal Heultje.
Voorgeschiedenis
E-mail van Rotaract Westerlo (36) met de vraag om het gebruik van de Merodezaal in Heultje
op zaterdag 22 november 2014 (vanaf 12u30) voor de organisatie van een kwis.
Telefonische annulering van deze datum en aanvraag nieuwe datum.
Feiten en context
36
persoonlijke gegevens verwijderd
Rotaract Westerlo had de zaal oorspronkelijk gereserveerd voor de organisatie van een
kwis op zaterdag 22 november 2014. De organisatoren willen nu deze kwis organiseren op
zaterdag 21 februari 2015.
Juridische grond
Retributiereglement voor het gebruik van gemeentelokalen, de Zoerla en
sportinfrastructuur. Dienstjaren 2014-2019.
Impact op beleids- en beheerscyclus
actieplan
B1-12 Verhuur zalen en materialen
actie
Verhuur zalen en materialen
actienummer
2014000085
omschrijving project
Opbrengst verhuur zalen en materialen
raming kosten
raming opbrengsten
62 EUR voor de organisatie van een kwis in de Merodezaal
BESLUIT
Artikel 1 Het college stelt, mits betaling van de gebruikelijke tarieven, de Merodezaal in
Heultje ter beschikking van Rotaract Westerlo voor de organisatie van een kwis
op zaterdag 21 februari 2015.
De agenda uitgeput, wordt de zitting gesloten om 18.00 uur.
Door het college:
Jo Vankrunkelsven
secretaris gemeente en ocmw
Guy Van Hirtum
burgemeester-voorzitter