Versie 23 oktober 2014 Veel gestelde vragen over de decentralisaties: Decentralisatie AWBZ (wordt Wmo 2015) Vraag Wat verandert er in de Langdurige zorg? Antwoord De Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) wordt vanaf 2015 ingrijpend hervormd en gaat de Wet langdurige zorg (Wlz) heten. De Wlz betaalt alleen nog de zwaarste, langdurige zorg. Lichtere zorg gaat dan naar de gemeenten of naar de zorgverzekering. De taakverdeling ziet er vanaf 2015 zo uit: * Gemeenten: zorg aan huis Gemeenten gaan zorgen voor de dagbesteding, begeleiding aan huis en de persoonlijke verzorging die samenhangt met begeleiding. * Zorgverzekeraars: medische zorg De zorgverzekering regelt medische zorg. Zoals verpleging en langdurige geestelijke gezondheidszorg. De verzorging die samenhangt met verpleging (95% van de persoonlijke verzorging) gaat naar de verzekeraars. Taken van de AWBZ (Rijk) naar de Wmo (gemeente). Wat verandert er? Vanaf 2015 gaan gemeenten taken uitvoeren die nu nog onder de AWBZ vallen. De onderdelen dagbesteding (inclusief vervoer), kortdurend verblijf, begeleiding in de thuissituatie’ en ‘persoonlijke verzorging die samenhangt met de begeleiding’ vallen nu onder de AWBZ. Deze taken gaan vanaf 2015 naar de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Wanneer krijg ik te weten wat er voor mij gaat veranderen? Voor wat betreft de hulp bij huishouden verandert er in 2015 niet zoveel. De gemeente hecht veel waarde aan het bieden van continuïteit op het gebied van hulp bij het huishouden voor zowel inwoners als zorgaanbieders. Daarom heeft de gemeente besloten het contract van de zorgaanbieders die hulp bij het huishouden aanbieden met een jaar te verlengen. Het contract liep tot 1 januari 2015 en is nu verlengd tot 1 januari 2016. Vanaf 2015 gaan gemeenten taken uitvoeren die nu nog onder de AWBZ vallen. De onderdelen dagbesteding (inclusief vervoer), kortdurend verblijf, begeleiding in de thuissituatie’ en ‘persoonlijke verzorging die samenhangt met de begeleiding’ vallen nu onder de AWBZ. Deze taken gaan vanaf 2015 naar de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Wij beschikken over de AWBZ persoonsgegevens en zijn bezig deze gegevens te verwerken om u nader te kunnen informeren over uw situatie vanaf 2015. 1 Versie 23 oktober 2014 Ik heb een indicatie gekregen tot 2016. Blijf ik deze indicatie houden? Ontvangt u op dit moment AWBZ-begeleiding? En heeft u een indicatie die loopt tot na 1 januari 2016? Dan vervalt uw huidige indicatie in ieder geval op 1 januari 2016. Heeft u een indicatie die afloopt in 2015? Dan vervalt uw huidige indicatie in 2015. Er is een zogenaamd ‘overgangsrecht’ wat betekent dat uw AWBZ-indicatie in 2015 geldig blijft voor de duur van de afgegeven indicatie, maar uiterlijk tot 1 januari 2016. Daarna vervallen volgens de Wet alle oude rechten. De gemeente zal dan een gesprek met u voeren over een ander passend aanbod. De gemeente Renkum gaat vanaf 2015 starten met deze gesprekken en neemt hierover contact met u op. Word ik straks opnieuw geïndiceerd? Dat kan. Er zal mogelijk een gesprek met u plaatsvinden, waarin met u wordt gekeken welke oplossing het beste is voor uw vraag of probleem. We noemen het dan geen indicatie, zoals in de AWBZ, maar gaan kijken naar een maatwerkoplossing: een oplossing die het best bij u past. De gemeente Renkum is bezig met de voorbereidingen van dit overgangsproces. Zodra wij meer weten, informeren wij daarover. Wie gaat indiceren? Uw situatie zal door de consulenten van het Sociaal Loket (voorheen Zorgloket) van de gemeente mogelijk (opnieuw) bekeken worden. Daarvoor zal er een gesprek met u plaatsvinden, waarin samen met u wordt bekeken welke oplossing het beste is voor uw vraag of probleem. We noemen het dan geen indicatie, zoals in de AWBZ, maar ‘een maatwerkoplossing’. Als de gemeente gaat indiceren, is ze daar wel bekwaam voor? Jazeker. De gemeente voert al sinds 2007 de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) uit. De consulenten van het Sociaal Loket (voorheen Zorgloket) van de gemeente Renkum hebben ruime ervaring in het voeren van gesprekken met inwoners die ondersteuning vragen, het onderzoeken van de vraag of het probleem en het organiseren van een passende oplossing. De laatste jaren doet de gemeente dit op de “gekantelde” wijze. Dit betekent dat de consulenten in gesprek met u kijken naar uw eigen mogelijkheden, beschikbare algemene voorzieningen en, als dat nodig is, naar een passende Wmo voorziening. Vanaf 1 januari 2015 wordt de Wmo uitgebreid met de AWBZbegeleiding. Om die reden hebben we een speciaal opleidingstraject opgestart voor consulenten, zodat zij goed voorbereid zijn op het gesprek en het onderzoeken van de vraag bij deze (voor het Sociaal Loket) nieuwe groep. Uiteraard worden bijvoorbeeld begeleiders en mantelzorgers in dit gesprek en de vraagverheldering betrokken. 2 Versie 23 oktober 2014 Kan ik mijn huidige hulp/begeleider behouden? Tijdens het overgangsrecht behoudt u uw bestaande recht op zorg, tot maximaal de einddatum van de indicatie die afloopt in 2015. Of tot uiterlijk 1 januari 2016 als het gaat om een indicatie die loopt tot na 1 januari 2016. Het wettelijke overgangsrecht geeft niet aan dat u recht heeft op ondersteuning geleverd door dezelfde zorgverlener. Wij begrijpen natuurlijk dat u uw huidige zorgaanbieder wilt houden. De gemeente Renkum vindt dit ook belangrijk. Ons streven is dan ook dat u als overgangscliënt uw huidige zorgaanbieder kan houden tenzij u dit zelf niet wilt. Bij afloop van het overgangsrecht wordt in een gesprek met u onderzocht of en welke ondersteuning verder nodig is. Samen zoeken we naar een passende oplossing. Of dat voortzetting van de ondersteuning van de huidige zorgverlener betekent, kunnen we nu niet beantwoorden. Dit is namelijk afhankelijk van de uitkomsten van het gesprek en uw eigen keuze. Houd ik in 2015 mijn scootmobiel? Ja, als dit de best passende oplossing is. Houd ik mijn PGB voor hulp bij het huishouden? Wanneer uw indicatie in 2015 doorloopt wel. Wordt u in 2015 geherindiceerd, dan wordt dit opnieuw beoordeeld. Houd ik de hulp in de huishouding die ik nu heb? Voor wat betreft de hulp bij huishouden verandert er in 2015 niet zoveel. De gemeente hecht veel waarde aan het bieden van continuïteit op het gebied van hulp bij het huishouden voor zowel inwoners als zorgaanbieders. Daarom heeft de gemeente besloten het contract van de zorgaanbieders die hulp bij het huishouden aanbieden met een jaar te verlengen. Het contract liep tot 1 januari 2015 en is nu verlengd tot 1 januari 2016. Voor meer specifieke vragen kunt u contact opnemen met ons Sociaal Loket (voorheen Zorgloket) via [email protected] of (026) 33 97 270. Kan ik naar de dagbesteding blijven gaan? Tijdens het overgangsrecht behoudt u uw bestaande recht op zorg, tot maximaal de einddatum van de indicatie die afloopt in 2015. Of tot uiterlijk 1 januari 2016 als het gaat om een indicatie die loopt tot na 1 januari 2016. Het wettelijke overgangsrecht geeft niet aan dat u recht heeft op ondersteuning geleverd door dezelfde zorgverlener of bij dezelfde dagbesteding. Wij begrijpen natuurlijk dat u naar dezelfde dagbesteding wilt blijven gaan. De gemeente Renkum vindt dit ook belangrijk. Ons streven is dan ook dat u als overgangscliënt uw huidige dagbesteding kan houden tenzij u dit zelf niet wilt. Bij afloop van het overgangsrecht wordt in een gesprek met u onderzocht of en welke ondersteuning verder nodig is. Samen zoeken we naar een passende oplossing. Of dat voortzetting van de ondersteuning van de huidige dagbesteding betekent, kunnen we nu niet beantwoorden. Dit is namelijk afhankelijk van de uitkomsten van het gesprek en uw eigen keuze. 3 Versie 23 oktober 2014 Mag ik zelf kiezen van welke aanbieder ik zorg wil? Ja, u mag zelf kiezen. We vinden het belangrijk dat u keuzemogelijkheid heeft. Als de gemeente mijn hulpvraag afwijst, kan ik het dan in een andere gemeente proberen? Nee, u kunt geen beroep doen op de faciliteiten van andere gemeenten. De uitvoering van de Wmo is ‘inwoner gebonden’, zoals dat heet. Waar kan ik mijn vraag stellen? Heeft u op dit moment vragen? Ons advies is uw vraag te stellen aan uw huidige zorgverlener. Deze is namelijk dicht bij u in de buurt en kent uw situatie. U kunt uw vraag ook stellen aan de medewerkers van ons Sociaal Loket (voorheen Zorgloket) via [email protected] of (026) 33 97 270. Zij doen hun best om uw vraag zo goed mogelijk te beantwoorden. Zij kunnen echter nog niet alle vragen beantwoorden, omdat het beleid nog volop in ontwikkeling is. Hoe zit het met personen met een meervoudige indicatie, waarbij begeleiding gecombineerd is met een andere zorgfunctie? Personen met een meervoudige indicatie kunnen door de decentralisatie te maken krijgen met meerdere instellingen. Hoe zit het met palliatieve zorg in de decentralisatie? Palliatief terminale zorg bestaat veelal uit twee componenten: Zorg (persoonlijke verzorging en verpleging) en toezicht (in de vorm van begeleiding individueel). Wij proberen hier goede afspraken over te maken met de verschillende aanbieders van zorg en ondersteuning zodat u zo min mogelijk hinder ondervindt van de veranderingen. Als het gaat om toezicht in de vorm van extramurale begeleiding (oftewel: als de zorg thuis plaatsvindt en niet in een instelling) dan komt dit onder de nieuwe Wmo en dus de verantwoordelijkheid van de gemeente te vallen. Wat gaat er gebeuren met de inloopfunctie GGZ? De inloopfunctie in de GGZ is bedoeld voor personen met een langdurige psychische stoornis en daarmee samenhangende beperkingen (zoals een beperkte sociale redzaamheid). De inloopfunctie gaat per 1 januari 2015 naar de gemeenten. Ook de functies begeleiding en kortdurend verblijf komen met ingang van 2015 onder de gemeente te vallen. Gaan kortdurend verblijf, revalidatie, beschermd wonen gericht op herstel naar de gemeenten? Voor deze drie onderwerpen zijn verschillende zaken afgesproken: . - Beschermd wonen betreft intramurale ondersteuning aan mensen met psychische of psychosociale problematiek. Deze cliënten verblijven daar structureel. Beschermd wonen gericht op behandeling valt onder verantwoordelijkheid van de zorgverzekeraar (ZZP-B), Gemeenten worden verantwoordelijk voor inwoners bij wie op participatie gerichte ondersteuning vanuit een beschermende woonomgeving centraal staat (ZZP-C). - Kortdurend verblijf, oftewel respijtzorg gaat om het tijdelijk ontlasten van de mantelzorger. - Revalidatie hoort thuis in het medische domein (Zorgverzekeringswet). 4 Versie 23 oktober 2014 Door beleidsvrijheid van gemeenten ontstaan verschillen tussen gemeenten; hoe voorkom je dat er veel bezwaren gaan komen of dat mensen tussen de wal en het schip vallen? Gemeenten gaan op basis van de Wmo 2015 ervoor zorgen dat inwoners die niet op eigen kracht, met hulp van hun eigen netwerk of met een algemene voorziening in staat zijn tot zelfredzaamheid of participatie, passend worden ondersteund. Worden de lopende AWBZ contracten met zorgaanbieders overgenomen door gemeenten? Nee, gemeenten maken in het kader van de Wmo eigen afspraken met aanbieders die de begeleiding gaan bieden. Dit kunnen bestaande AWBZ-aanbieders zijn, maar ook nieuwe toetreders of Welzijnsaanbieders. In de huidige Wmo worden minimum prijzen vastgesteld door gemeenten voor aanbieders van huishoudelijke hulp, hoe wordt dat in de Wmo 2015 geregeld? De verplichting om basistarieven vast te stellen komt in een andere gedaante terug in de Wmo 2015. De gemeente dient bij het uitvoeren van voorzieningen door derden in een verordening regels op te stellen voor de prijs en kwaliteit van de voorzieningen. Vallen woningaanpassingen voor jeugd onder de Wmo of Jeugdwet? Thuiswonende jeugdigen tot 18 jaar kunnen voor woningaanpassingen een beroep doen op de Wmo. Wanneer een cliënt zijn zorg niet verzilvert, houdt hij dan zijn recht of valt hij direct onder de Wmo2015? De cliënt behoudt zijn recht op deze zorg, maar is wel verplicht hierover in gesprek te gaan met de gemeente. Dat is ook handig omdat na de overgangsperiode de gemeente verantwoordelijk wordt voor de ondersteuning. En de gemeente kan de cliënt ook helpen bij het maken van een keuze voor een aanbieder. Hoe lang geeft het CIZ nog indicaties af voor beschermd wonen? Aanvragen voor een indicatie voor een GGZ-C pakket worden tot en met 31 december 2014 in behandeling genomen door het CIZ. Hebben mensen met een AWBZ-indicatie ook recht op zorg van dezelfde aanbieder of hulpverlener, of alleen dezelfde uren? De hoofdregel is dat iemand gedurende de looptijd van de indicatie (met een maximum van 1 jaar) het recht behoudt op de zorg, onder de voorwaarden die daarvoor onder de AWBZ golden. Het indicatiebesluit bepaalt de aanspraak. Kleine verschillen tussen gemeenten in de uitvoering van het beleid zijn onvermijdelijk. Maar dat is niets nieuws, die zijn er nu ook al. Wij willen zeer zeker voorkomen dat er mensen tussen wal en schip gaan vallen. In de uitgangspunten van het Wmo-beleid van de gemeente Renkum is opgenomen dat er altijd een vangnet zal zijn voor de meerst kwetsbare inwoners. De gemeente maakt met aanbieders afspraken over de te leveren zorg. De cliënt kan dan kiezen uit de aanbieders die de gemeente heeft gecontracteerd. Als het kan blijft een persoon bij dezelfde zorgaanbieder. In sommige gevallen zal de cliënt naar een andere, wel door de gemeente gecontracteerde zorgaanbieder moeten overstappen. 5 Versie 23 oktober 2014 Welke tijdslimiet geldt voor de indicatie voor langdurige zorg (i.v.m. overbruggingsverantwoordelijkheid)? Gemeenten zijn verantwoordelijk om de cliënt te ondersteunen bij het verkrijgen van een passende indicatie en de cliënt te ondersteunen totdat de indicatieprocedure volledig is doorlopen. Het indicatieproces voor de Wet langdurige Zorg duurt maximaal zes weken. Cliënten houden recht op zorg. Mogen de condities veranderen, zoals het aantal uren begeleiding of de hoogte van de eigen bijdrage? De hoofdregel is, dat iemand gedurende de looptijd van de indicatie (met een maximum van 1 jaar) het recht behoudt op de zorg, onder de voorwaarden die daarvoor onder de AWBZ golden. Het indicatiebesluit (zorgaanspraak) is daarbij leidend, niet de feitelijke zorg. Met instemming van de cliënt mag gedurende de overgangsperiode een nieuw zorgarrangement worden overeengekomen. Waarom geldt het overgangsrecht voor beschermd wonen ten minste 5 jaar en hoe is dan de relatie met de bezuinigingen? Beschermd wonen is een aanspraak op intramurale zorg. Cliënten verblijven soms al jaren in een beschermende woonvorm. Vanuit het oogpunt van zorgvuldige belangenafweging is ervoor gekozen een langer overgangsrecht in acht te nemen. Op beschermd wonen wordt niet bezuinigd, het volledige budget wordt gedecentraliseerd. Waarom is er gekozen om het trekkingsrecht landelijk bij één instantie te beleggen? Waarom is het ‘trekkingsrecht’ landelijk ondergebracht bij de Sociale Verzekeringsbank? Vanwege uniformiteit, doelmatigheid en gecoördineerde aanpak van fraude vindt de regering het noodzakelijk om de uitvoering van het trekkingsrecht centraal te beleggen bij één organisatie, de Sociale Verzekeringsbank (SVB). Mag een persoon gebonden budget (PGB) bij huishoudelijke hulp worden ingezet om familieleden of mantelzorgers te betalen? Nee, dat kan in principe niet. Het kan mogelijk wel worden ingezet om een overbelaste mantelzorger te ontlasten. PGB voor gebruikelijke zorg is niet de bedoeling. Kun je als gemeente nadere regels stellen die een pgb voor het sociale netwerk uitsluiten? Per verordening mag een gemeente nadere regels stellen in welke gevallen en onder welke voorwaarden een pgb in het sociale netwerk mag worden besteed. Het nut en de noodzaak van een pgb door het sociale netwerk van een cliënt of jeugdige wordt door een gemeente het beste beoordeeld in samenspraak met de jeugdige of de cliënt. 6 Versie 23 oktober 2014 Is de pgb-regeling in de Wmo-2015 hetzelfde als in de Jeugdwet? In grote lijnen zijn de wettelijke bepalingen over het pgb in het wetsvoorstel Wmo 2015 en de Jeugdwet hetzelfde. Wel zijn er enkele kleine verschillen. De belangrijkste hiervan zijn: In de Wmo 2015 en de Jeugdwet staat dat de gemeente moet beoordelen of een aanvrager voldoet aan een aantal voorwaarden: 1. De aanvrager dan wel zijn vertegenwoordiger moet in staat zijn om de aan de pgb verbonden taken op een verantwoorde wijze uit te voeren. 2. Het zorgaanbod dat met het pgb wordt ingekocht dient aan een aantal kwaliteitsvoorwaarden te voldoen. In de Wmo 2015 is aanvullend opgenomen dat de zorg voldoende veilig, doeltreffend en cliëntgericht moet worden verstrekt. 3. Er is een derde voorwaarde. Daarin verschillen Jeugdwet en Wmo enigszins. In de Jeugdwet is opgenomen dat de aanvrager duidelijk moet maken waarom het door de gemeente gecontracteerde aanbod in het gebied niet passend is in zijn specifieke situatie. In de Wmo is opgenomen dat de cliënt moet motiveren dat hij of zij de maatwerkvoorziening als pgb geleverd wil krijgen. Daarmee is de keuzevrijheid voor een pgb in de Wmo wat ruimer dan in de Jeugdwet. Soms is zelf ingekochte zorg duurder dan zorg in natura. Dat is geen reden om een pgb te weigeren. De gemeente moet minimaal het bedrag geven dat zorg in natura zou kosten. De meerkosten betaalt u dan zelf. Gemeente Renkum heeft de volgende criteria in de verordeningen opgenomen. Het tarief voor een maatwerkvoorziening via een pgb: a. Gaan huidige pgbhouders ook per 1 januari 2015 over naar de SVB of loopt de betaling van deze pgb’s nog via de oude regeling? Binnen het pgb geldt als voorwaarde dat de cliënt in staat moet zijn regie te voeren over de situatie (inclusief beheer pgb). Kan de regiefunctie worden overgenomen door mantelzorger, curator of mentor? Is gebaseerd op een door de cliënt opgesteld plan waarin de wijze van besteding van het pgb wordt toegelicht; b. Is toereikend om effectieve en kwalitatief goede zorg in te kopen, en c. Wordt bepaald aan de hand van de kostprijs van de in de betreffende situatie adequate maatwerkvoorziening in natura. Per 1 januari 2015 zullen alle betalingen van pgb-houders via de SVB lopen. Ja, de cliënt mag ook ondersteund worden door een vertegenwoordiger of met hulp uit zijn sociale netwerk dan wel door een curator, bewindvoerder, mentor of gemachtigde. 7 Versie 23 oktober 2014 Staat de wet toe dat met een pgb hulp wordt ingekocht bij een aanbieder waar de gemeente al een contract mee heeft afgesloten? In principe is het mogelijk dat een aanvrager met een pgb hulp inkoopt bij een aanbieder die ook een contract heeft met een gemeente. Het zal dan in beginsel wel gaan om andersoortige hulp dan die valt onder het contract. Een gemeente toetst een aanvraag immers op de vraag of het zorg in natura aanbod passend is voor een cliënt voordat de gemeente het pgb toekent. De cliënt moet motiveren waarom in zijn situatie het pgb de voorkeur verdient. Kan een gemeente een pgb weigeren als de cliënt beargumenteert dat zorg in natura voor hem niet geschikt is? Eén van de voorwaarden voor een persoonsgebonden budget is dat de cliënt zich gemotiveerd op het standpunt stelt dat het door de gemeente gecontracteerde aanbod niet passend is in zijn specifieke situatie. Indien de cliënt dit in redelijkheid heeft beargumenteerd kan de gemeente dit dus niet weigeren. Uiteindelijk is het de gemeente die – op basis van de voorwaarden in de Wet en de verordening – een besluit neemt en een beschikking treft. Indien een gemeente weigert de maatwerkvoorziening in de vorm van een pgb te verstrekken, dan is dat een besluit van de gemeente waarvoor geldt dat de cliënt de mogelijkheid heeft daartegen bezwaar te maken of in beroep te gaan. Het tarief van een pgb wordt volgens onze verordening vastgesteld conform onderstaande criteria. Het bedrag voor zorg in natura is daar onderdeel van. Het tarief voor een maatwerkvoorziening via een pgb: Mag het bedrag voor zorg in natura per cliënt gehanteerd worden als maximum pgb? a. Moeten incidentele betalingen, zoals voor een hulpmiddel, ook via de SVB worden gedaan? Mag het tarief voor een pgb hoger zijn dan zorg in natura? Is gebaseerd op een door de cliënt opgesteld plan waarin de wijze van besteding van het pgb wordt toegelicht; b. Is toereikend om effectieve en kwalitatief goede zorg in te kopen, en c. Wordt bepaald aan de hand van de kostprijs van de in de betreffende situatie adequate maatwerkvoorziening in natura. Alle pgb’s zullen via het SVB moeten lopen, zonder uitzondering. Ja, het tarief voor een pgb mag hoger zijn dan het tarief voor zorg in natura. Gemeente Renkum heeft de volgende criteria in de verordeningen opgenomen: Het tarief voor een maatwerkvoorziening via een pgb: a. Is de gemeente verplicht om altijd een zorg in natura-optie te hebben naast het pgb, ook voor bijvoorbeeld woningaanpassingen? Is gebaseerd op een door de cliënt opgesteld plan waarin de wijze van besteding van het pgb wordt toegelicht; b. Is toereikend om effectieve en kwalitatief goede zorg in te kopen, en c. Wordt bepaald aan de hand van de kostprijs van de in de betreffende situatie adequate maatwerkvoorziening in natura. De gemeente is op grond van de Wmo 2015 verplicht om voor een bepaalde hulpvorm hulp in natura beschikbaar te hebben. 8
© Copyright 2024 ExpyDoc