Kadernota handhaving fysieke leefomgeving en veiligheid (pdf)

Kadernota
Handhaving
Fysieke leefomgeving
en veiligheid
Foto omslag:
Evenement waarbij gezamenlijke inzet is vanuit meerdere handhavingsdomeinen.
Kadernota Handhaving fysieke leefomgeving en veiligheid
Vastgesteld bij raadsbesluit van 31 maart 2014.
1
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
Parkeerbeheer.
2
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
Inhoud
Samenvatting
1.Inleiding
5
7
7
1.1 Herijking Kadernota Handhaving
1.2 Doel
1.3 Waarom een Kadernota Handhaving
1.4 Reikwijdte
1.5 Leeswijzer
8
8
9
9
2.Context en begrippenkader
11
2.1 Bevoegdheid 11
2.2 Kwaliteitscriteria 11
2.3 Handhavingsdocumenten 11
2.4 Sleutelbegrippen in het handhavingsbeleid 12
2.4.1 Toezicht, handhaven en gedogen 12
2.4.2 Programmatisch handhaven 12
2.4.3 Naleefgedrag, nalevingsniveau 13
2.4.4 Effectiviteit en efficiency 14
2.4.5 Toezichtlast 14
3.Visie, uitgangspunten en ambities 15
3.1 Visie 15
3.2 Uitgangspunten 16
3.2.1 Aandacht voor actualiteit en handhaafbaarheid 16
3.2.2 Realistisch en uitvoerbaar 16
3.2.3 Handhaven is ook keuzes maken 16
3.2.4 Organisatie en middelen 17
3.3 Ambities 17
3.3.1 Behouden/verhogen nalevingsniveau van regels door doelgroepen 17
3.3.2 Afhandeling van meldingen (klachten) 17
3.3.3 Verder professionaliseren, versterken programmatisch handhaven 17
4.Kaders voor uitvoering 19
4.1 Programmatisch handhaven 19
4.2 Risicoanalyse 19
4.3 Totstandkoming van het HUP
4.4 Communicatie 20
4.5 Werkwijze 21
20
4.5.1 Mix van preventie en repressie 21
4.5.2 Herstelmogelijkheden en/of sanctie 21
4.5.3 Consequent en vasthoudend 22
4.5.4 Gelijke monniken, gelijke kappen 22
4.5.5 Handhavingsverzoeken 22
4.5.6 Meldingen (klachten) 22
4.5.7 Gedogen in Leeuwarden 22
4.5.8 Samenwerking 22
4.5.9 Aandachts- en ontwikkelpunten 23
5.Organisatie en middelen 25
5.1 Sturing en coördinatie 25
5.1.1 Coördinerend bestuurder 25
3
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
5.1.2 Stuurgroep Handhaving 25
5.1.3 Coördinatieteam handhaving 26
5.1.4 Portefeuille overleggen 26
5.2 Financieel Kader 26
Bijlage 1. Kwaliteitscriteria 27
Bijlage 2. Risicoanalyse 29
Bijlage 3. Toelichting handhavingsdomeinen 31
Bijlage 4. Handhavingscapaciteit gemeente Leeuwarden 2014 35
4
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
Samenvatting
De Kadernota Handhaving bevat het beleidsmatig
kader voor de handhaving van regels voor fysieke
objecten en de fysieke omgeving.
De kadernota biedt een eenduidig kader voor de
sturing van de uitvoering. Voor burgers en bedrijven
is duidelijk hoe de gemeente haar handhavingstaak
vervult.
De gemeenteraad stelt de kadernota vast. Het handhavingsbeleid is daarmee democratisch gelegitimeerd.
Het college van burgemeester en wethouders is verantwoordelijk voor de uitvoering.
Programmatisch handhaven
De gemeente kiest voor programmatisch handhaven.
Een aanpak waarbij de uitvoering van de handhaving
gebaseerd is op een handhavingsprogramma. Daarin
zijn handhavingsprioriteiten en handhavingsdoelen
gesteld en de handhavingsactiviteiten zoveel mogelijk
op elkaar afgestemd. In een programmatische aanpak
wordt beleidsvaststelling gevolgd door uitvoering. De
uitvoering wordt steeds gevolgd, geëvalueerd en bijgesteld. Deze fasen maken deel uit van een zich herhalend cyclisch proces.
Visie op handhaving
Handhaving wordt gezien als een instrument om bij te
dragen aan een veilige, leefbare, schone en toegankelijke stad. Bij de totstandkoming van regelgeving en
beleid let Leeuwarden op noodzakelijkheid, uitvoerbaarheid en handhaafbaarheid van regels en voorschriften. Ook de toezichtlast voor burgers en bedrijven
wordt daarbij betrokken. Leeuwarden streeft er naar
dat de normen duidelijk zijn, zodat burgers, bedrijven,
instellingen en overheden hun eigen verantwoordelijkheid kunnen nemen om zich overeenkomstig de voor
hen geldende regels te gedragen. Leeuwarden heeft
een voorkeur voor preventief optreden boven repressief
optreden.
Handhaven is keuzes maken
Het is niet mogelijk dat de gemeente continu en
overal op de naleving van alle regels toeziet. Daarom
moeten er keuzes worden gemaakt. Op basis van een
5
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
risicoanalyse worden prioriteiten gesteld. Veiligheids-
De komende jaren worden de methodiek en instru-
en gezondheidsrisico’s wegen daarbij zwaar.
menten van programmatisch handhaven verder
versterkt. Bij de verschillende handhavingsdomeinen
streven we naar het hanteren van dezelfde methodiek
Ambities
en een gezamenlijk HUP.
Leeuwarden blijft de komende jaren werken aan het
behouden/verhogen van het nalevingsniveau van
Organisatie
regels door doelgroepen. Daarvoor is van belang dat
het inzicht in het naleefgedrag toeneemt. De nale-
De burgemeester en het college van burgemeester en
vingsniveaus staan omschreven in het Handhavings
wethouders zijn de tot handhaving bevoegde bestuurs-
UitvoeringsProgramma (HUP). Op deze manier kan
organen. De burgemeester heeft de rol van coördine-
gericht worden ingezet op behoud of verbetering van
rend bestuurder en de verantwoordelijkheid dat het
het nalevingsniveau en wordt stapsgewijs toegewerkt
handhavingsbeleid wordt uitgevoerd en de cyclus van
naar hogere niveaus van naleving.
programmatisch handhaven blijft functioneren.
Particulieren en bedrijven die overlast, hinder en
Voor wat betreft de budgettaire afstemming tussen
nadeel ervaren moeten met hun meldingen bij de
raad en college wordt aangesloten bij de reguliere
gemeente terecht kunnen. Deze signalen registreren
planning- en controlecyclus.
we via Melddesk. Meldingen zijn aanleiding voor toezicht in de vorm van onderzoek en controle. De analyse
van de meldingen vormt input voor het jaarlijkse HUP.
Verboden opslag van schrootafval.
6
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
1. Inleiding
1.1 Herijking Kadernota
Handhaving
De voorliggende Kadernota Handhaving (hierna:
Kadernota) bevat het beleidsmatig kader voor de invulling van de gemeentelijke handhavingstaak. Er staat in
omschreven op welke wijze we handhaven en toezicht
houden. Kernbegrippen daarbij zijn naleving van regels
en programmatisch handhaven.
Het doel van de nota is kaderstelling. De praktische
uitwerking, wat we doen (zoals welke doelgroep/branches bepaalde prioriteit krijgen in het toezicht), staat
in een jaarlijks Handhavingsuitvoeringsprogramma
(hierna: het HUP) en -jaarverslag.
Op 2 juli 2013 is de evaluatie Kadernota ‘Gericht
handhaven in Leeuwarden’ door de burgemeester en
het college van burgemeester en wethouders (hierna:
college) vastgesteld. De conclusies en aanbevelingen,
hieronder geciteerd, vormen de aanleiding tot herijking
van genoemde nota. Deze Kadernota vervangt de in
2009 door de gemeenteraad vastgestelde Kadernota
‘Gericht Handhaven in Leeuwarden’.
“Afgelopen jaren is de Gemeente Leeuwarden vooruitstrevend geweest in het toepassen van de methodiek
van programmatisch handhaven. Uit de evaluatie blijkt
dat het concept van programmatisch handhaven een
goede basis is voor het vaststellen van beleidskaders en
uitvoeringsprogramma’s (HUP’s). De gestelde ambities
uit de Kadernota blijven bij een actualisatie dan ook
overeind. Wel moet daarbij rekening worden gehouden
dat er niet te fijnmazig op het naleefgedrag wordt ingegaan en dat dit feitelijk wel uitvoerbaar en meetbaar
moet zijn.
Verder blijkt dat door het opnemen van de risicoanalyse in de Kadernota er niet altijd ruimte wordt geboden aan actuele zaken en/of nieuwe ontwikkelingen.
Bij het actualiseren van de Kadernota moet een meer
praktische balans gevonden worden tussen theorie
(kaders) en praktijk (HUP’s).
Uit de evaluatie komen voornamelijk interne organisatorische aspecten naar voren, waar qua efficiency een
verbeterslag in valt te behalen.
De aanbeveling is tot actualisatie van de Kadernota
‘Gericht handhaven in Leeuwarden’ over te gaan en
deze in 2014 ter vaststelling aan de nieuwe gemeenteraad voor te leggen.”
7
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
Potentiële bron van bodemverontreiniging.
1.2 Doel
Het doel van de Kadernota is drieledig:
- Eenduidig kader voor de sturing van uitvoering:
1.3 Waarom een Kadernota
Handhaving?
Handhaven is een uitvoeringstaak, handhaven is
doen. Deze nota bevat de kaders van het gemeente-
Bij de opstelling van de Kadernota wordt rekening
lijk handhavingsbeleid en hoe dit door de ambte-
gehouden met de wet- en regelgeving waaraan
lijke organisatie nader ingevuld en uitgevoerd moet
gemeentelijk handhavingsbeleid anno 2013/2014
worden.
moet voldoen. Vanuit de Wet algemene bepalingen
- Democratische legitimatie: Deze wettelijke eis bete-
omgevingsrecht (WABO) is het verplicht te beschikken
kent dat de gemeenteraad de beleidsmatige richting
over een afgestemd handhavingsbeleid (Kadernota) en
bepaalt en de kaders van het handhavingsbeleid
een jaarlijks vastgesteld uitvoeringsprogramma (HUP)
aangeeft. Het is aan het college, de tot handhaving
inclusief risicoanalyse en jaarverslag. In het Besluit
bevoegde bestuursorganen, om dit beleidsmatig
omgevingsrecht (BOR) zijn hiervoor criteria opgenomen
kader nader in te vullen, daar uitvoering aan te geven
waaraan ieder bevoegd gezag moet voldoen. Deze
en over het gevoerde beleid verantwoording af te
criteria gaan vooral over de beleidscyclus, borging en
leggen aan de gemeenteraad.
monitoring.
- Transparantie: De bevoegdheid tot handhaving
Daarnaast proberen we zoveel mogelijk aan te sluiten
ligt eenzijdig bij de overheid. Het is een alge-
bij landelijke richtlijnen. Een voorbeeld hiervan is
meen beginsel van behoorlijk bestuur dat burgers,
‘Handhaving voor en door gemeenten, een juridische
bedrijven en instellingen de mogelijkheid hebben
handleiding voor de gemeentelijke praktijk’1.
om te weten waarop het bevoegd bestuursorgaan
handhaaft en op welke wijze zij hun handhavingsbevoegdheden inzetten. Dat vraagt om een transparant
handhavingsbeleid.
8
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
1 VNG heeft in 2013 de publicatie ‘Handhaving door en voor
gemeenten, een juridische handleiding voor de gemeentelijke
praktijk’ ontwikkeld.
Buiten de wettelijke verplichting vinden we het belang-
Binnen de nota valt de handhaving van een breed
rijk om duidelijke kaders voor onze handhaving vast te
scala aan landelijke en gemeentelijke regelgeving,
stellen.
zoals de Woningwet, Wet ruimtelijke ordening, Wet
milieubeheer, Wet Bodembescherming, Algemene
Wat levert toezicht en handhaving de gemeente op?
Plaatselijke Verordening (APV), Parkeerverordening en
de bijzondere wetten (Drank- en horecawet, Wet op de
Het zou de uitvoering van toezicht en handhaving te
Kansspelen, Coffeeshopbeleid en Prostitutiebeleid).
kort doen om te zeggen dat handhaving alleen een
Omdat bijzondere wetten ook onder de reikwijdte
instrument is om te komen tot realisering van beleid.
vallen, horen ook veiligheids- en openbare orde vraag-
Handhaving heeft tot doel de naleving van wet- en
stukken onder werking van deze nota.
regelgeving te bevorderen en meer in het bijzonder
illegale en/of onveilige situaties te voorkomen en ongedaan te maken. Daarmee wordt het behoud of een
1.5 Leeswijzer
verhoging van de omgevingskwaliteit en het leefmilieu
bereikt. Zo levert toezicht en handhaving een bijdrage
Hoofdstuk 2 bevat een omschrijving van de context
aan het woon-, werk- en leefplezier en een veilige
en een aantal sleutelbegrippen van deze nota. In
omgeving. Om een beeld te geven wat handhaving ons
Hoofdstuk 3 staat een omschrijving van de visie, de
financieel oplevert, is in bijlage 4 een schatting van de
uitgangspunten en de ambities.
opbrengsten voor 2014 opgenomen.
In hoofdstuk 4 worden de kaders voor onze uitvoering
omschreven. In Hoofdstuk 5 staat een beschrijving
van sturing en coördinatie, de rol van de coördinerend
1.4 Reikwijdte
bestuurder en een schets van het financieel kader.
Tot slot staan in de bijlagen nadere toelichtingen over
De Kadernota is bedoeld voor iedereen die betrokken
de kwaliteitscriteria, risicoanalyse, de handhavingsdo-
is bij de handhaving door de gemeente Leeuwarden
meinen en is een overzicht van de handhavingscapaci-
van regels voor de fysieke leefomgeving en veiligheid.
teit van de Gemeente Leeuwarden 2014 bijgevoegd.
9
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
Wapening bij bouwproject.
10
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
2. Context en
begrippenkader 2.1 Bevoegdheid
De gemeenteraad stelt de Kadernota Handhaving vast.
De burgemeester en het college zijn de tot handhaving bevoegde bestuursorganen. De bevoegdheid
tot handhaving vindt zijn wettelijke grondslag in de
Gemeentewet, de Algemene wet bestuursrecht (Awb)
en specifieke regelgeving.
De burgemeester en het college wijzen ambtenaren
aan en belasten hen met de uitvoering van het toezicht
en de handhaving. De bevoegdheden van ambtenaren
belast met toezicht en handhaving vloeien voort uit
wetten en verordeningen.
2.2 Kwaliteitscriteria
In de Packagedeal die de VNG, het IPO en het Rijk in
juni 2009 hebben gesloten, is afgesproken dat er kwaliteitscriteria worden ontwikkeld en vastgesteld waaraan
vergunningverlening, toezicht en handhaving in het
Omgevingsrecht moeten voldoen. De verwachting
is dat de kwaliteitscriteria vanaf 1 januari 2015 een wettelijke grondslag krijgen. De criteria maken inzichtelijk
welke kwaliteit burgers, bedrijven, instellingen, overheden onderling en opdrachtgevers mogen verwachten
bij de uitvoering of de invulling van de vergunningverlening-, toezicht- en handhavingstaken. Met behulp
van een zelfevaluatietool kunnen organisaties toetsen
in hoeverre aan de kwaliteitscriteria wordt voldaan2. In
bijlage 1 staat meer informatie over de kwaliteitscriteria.
2.3 Handhavingsdocumenten
Het handhavingsbeleid wordt vastgelegd in verschillende documenten (zie onderstaande tabel).
Tabel 1: Handhavingsdocumenten.
(Werk)titel
Verschijnt medio
Kadernota Handhaving, Fysieke leefomgeving en
veiligheid
2 kwartaal 2014
HUP
jaarlijks in het 4 kwartaal
Jaarverslag
jaarlijks in het 1 /2 kwartaal
e
gemeenteraad
e
e
2 Bron: Infomil.nl
11
Vaststelling
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
e
college
college
Indien ontwikkelingen daartoe aanleiding geven wordt
Het laatst vastgestelde beleidskader over gedogen is
de Kadernota geëvalueerd. Op basis van de bevin-
weergegeven in de nota “Gedogen in Nederland” (TK
dingen uit de evaluatie wordt de nota geactualiseerd.
1996-1997, 25 085, nr.’s 1-2). Deze nota is opge-
Het college legt het geactualiseerde beleid aan de
steld door de Ministers van VROM (nu ministerie van
gemeenteraad ter vaststelling voor. In paragraaf 4.3
Infrastructuur en Milieu, I&M) en V&W. Dit beleid, en
gaan we nader in op de totstandkoming van het HUP
eventuele herzieningen hierop, vormen het uitgangs-
en het jaarverslag.
punt voor gedogen in onze gemeente.
Gedogen is slechts in uitzonderingsgevallen aanvaard-
2.4 Sleutelbegrippen in het
handhavingsbeleid
baar, maar kan soms noodzakelijk zijn. In elk geval
moet met de bevoegdheid tot gedogen terughoudend,
zorgvuldig en verantwoord worden omgegaan.
Omdat we willen dat het handhavingsbeleid duidelijk
is, worden in deze paragraaf enkele sleutelbegrippen
Gedogen is alleen aanvaardbaar:
van het handhavingsbeleid toegelicht.
- in uitzonderingsgevallen, en;
- als dit beperkt is in omvang en/of in tijd.
2.4.1 Toezicht, handhaven en gedogen
Verder mag gedogen:
Toezicht gaat over de controlerende activiteiten van de
- alleen plaatsvinden na zorgvuldige en kenbare belan-
overheid en is te omschrijven als een proces in drie
stappen:
genafweging, en;
- moet het aan controle zijn onderworpen.
Gedogen kan bovendien gerechtvaardigd of noodzake-
- informatieverzameling;
lijk zijn indien:
- beoordelen, is er sprake van een overtreding;
- handhaving zou leiden tot grove onbillijkheden;
- stappen bepalen, waar nodig optreden tegen een
- het achterliggende belang aantoonbaar beter
overtreding.
gediend is met gedogen dan met strikte handhaving,
of;
Toezicht kan een preventieve werking hebben omdat
- een zwaarder wegend belang gedogen rechtvaardigt.
het naleefgedrag ook afhankelijk is van de pakkans.
In paragraaf 4.5.7 staat omschreven hoe wij als
Handhaven wordt omschreven als “het doen naleven
gemeente met gedogen omgaan.
van rechtsregels”. Dat kan goedschiks of kwaadschiks,
met respectievelijk preventieve of repressieve maatre-
2.4.2 Programmatisch handhaven
gelen. Voorbeelden van preventieve maatregelen zijn
Aan ons handhavingsbeleid ligt het concept
voorlichting of overleg. Repressieve maatregelen kun-
van programmatisch handhaven ten grondslag.
nen bestaan uit bestuursrechtelijke of strafrechtelijke
Programmatisch handhaven is een proces waarin het
sancties. In spreektaal wordt met de term handhaven
bestuur van een beleidsdossier, handhavingsdomein of
vaak gedoeld op handhaven in enge zin: het opleggen
een wet eerst de risico’s inschat van niet-naleving, op
van sancties.
basis daarvan de prioriteiten vaststelt, om vervolgens
aan de hand van de uitkomsten de meest geëigende
De titel van deze nota is Kadernota Handhaving. In dit
interventiestrategie te kiezen.
verband wordt met handhaving ook toezicht bedoeld.
Toezicht en handhaving kunnen niet los van elkaar
Programmatisch handhaven heeft als kenmerk dat het
worden gezien. In het handhavingsbeleid is vaak sprake
gedrag van mensen als uitgangspunt wordt genomen.
van een combinatie van toezicht en handhaving, res-
Het gedrag van mensen is immers een bepalende fac-
pectievelijk preventief en repressief.
tor bij het naleven van de regels en hierdoor het bereiken van beleidsdoelen. Als de overheid de naleving
Gedogen is de tegenpool van handhaven: “Het bewust
van regels wil verbeteren, dan moet zij weten waarom
niet optreden tegen de overtreding van rechtsregels
mensen zich niet aan die regels houden. Vervolgens
door een orgaan dat tot zodanig optreden wel bevoegd
kunnen dan interventies worden gekozen die mensen
en feitelijk in staat is”.
ertoe bewegen om de regels wel na te leven. Het gaat
12
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
daarbij om meer dan alleen het uitoefenen van toezicht
De werkwijze leidt bovendien tot een interventiestra-
en het opleggen van sancties. Gedrag is immers op
tegie waarvoor de betrokken bestuurder daadwerkelijk
talloze andere manieren te beïnvloeden. Handhaving
verantwoordelijkheid kan nemen. Programmatisch
in de zin van repressief optreden kan dan een van de
handhaven maakt duidelijk waaruit de handhaving
middelen zijn.
bestaat en waarom voor deze strategie is gekozen.
Een tweede kenmerk van programmatisch handhaven
is dat het gaat om informatiegestuurd handhaven. In
De gemeenteraad stelt de Kadernota vast.
veel organisaties is de informatie over de mate waarin
Onderliggende programma’s waarin het handha-
regels worden nageleefd vooral bij de individuele
vingsbeleid nader wordt uitgewerkt, worden door het
toezichthouder aanwezig (expert based). In gezamen-
college vastgesteld en ter kennisname aan de raad
lijke werksessies met deze medewerkers komt deze
aangeboden. Programmatisch handhaven is daarmee
informatie breder beschikbaar en kan als input worden
democratisch geborgd.
gebruikt voor een afgewogen risicoanalyse.
Tot slot is programmatisch handhaven een cyclisch
Programmatisch handhaven kent een aantal bijzondere
geheel. De gemaakte keuzes en de effectiviteit van
eigenschappen. Zo gaat het om een integrale benade-
de interventies worden steeds opnieuw geëvalueerd.
ringswerkwijze. Dat geldt zowel voor de betrokkenen
Zo wordt er bekeken of de gemaakte afwegingen nog
als voor de inhoud. Het is een zaak voor toezichthou-
steeds adequaat zijn en of gestelde doelen worden
ders, handhavers, beleidsmakers én andere partijen die
bereikt. De evaluatie levert input voor de volgende
nalevingsgedrag kunnen beïnvloeden, zoals vertegen-
cyclus van programmatisch handhaven. Hoe we aan
woordigers van brancheorganisaties.
programmatisch handhaven vorm en inhoud geven
Ook qua inhoud is de werkwijze integraal, omdat het
staat in hoofdstuk 4.
hele domein of dossier vanuit meerdere perspectieven
onder de loep wordt genomen.
2.4.3 Naleefgedrag, nalevingsniveau
Handhaving richt zich op naleving van rechtsregels. In
Integraal heeft hier dus een andere betekenis dan in
het handhavingsbeleid worden de termen naleefgedrag
de samenvoegingen van “een integrale toezichthou-
en nalevingsniveau veel gebruikt.
der” (bedoeld wordt iemand met kennis op een breed
aantal handhavingsdomeinen), en een “integrale
Onder naleefgedrag wordt verstaan: alle gedragingen
controle” (bedoeld wordt bijvoorbeeld een controle
van een normadressant3 om aan de geldende rechtsre-
waarbij alle vergunningvoorschriften worden gecontro-
gels te voldoen. Naleefgedrag omvat in de praktijk een
leerd - in tegenstelling tot aspect- of themacontrole).
grote diversiteit aan handelingen en niet-handelingen.
Enkele voorbeelden van integraliteit, bedoeld in deze
Kadernota, zijn:
De term nalevingsniveau wordt gebruikt om aan te
- gezamenlijk bedrijfsbezoek van toezichthouders van
duiden welk deel van een doelgroep zich aan de voor
verschillende handhavingsdomeinen;
- vervullen van oog- en oorfunctie bij het houden
hen geldende rechtsregels houdt. Bij doelgroepen van
kleine omvang die regelmatig worden gecontroleerd
van toezicht, waardoor een toezichthouder signalen
(bijvoorbeeld tankstations) kan het naleefniveau uit
opvangt en die doorgeeft aan een andere, deskun-
beschikbare gegevens worden berekend.
dige/bevoegde toezichthouder;
Bij grote diffuse doelgroepen, waarbij overtredingen
- indien mogelijk taakoverdracht, een toezichthouder
alleen op heterdaad kunnen worden geconstateerd
die op een bepaald handhavingsdomein tegelijk
(bijvoorbeeld wildplassen en hondeneigenaren die de
toezicht houdt op naleving van regelgeving van een
hondenpoep niet opruimen), is het vaak moeilijk tot
ander domein.
onmogelijk om het nalevingsniveau vast te stellen.
Daarnaast is de wijze waarop de keuzes bij program-
De mate van niet-naleving wordt uitgedrukt in de term
matisch handhaven worden gemaakt transparant.
nalevingstekort; het verschil tussen het feitelijke en
De betrokkenen baseren hun keuzes op de analyse
van hun kennis en ervaring. De manier waarop zij tot
bepaalde keuzes komen, wordt zichtbaar gemaakt door
deze vast te leggen in het HUP.
13
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
3 Hiermee wordt degene aangeduid tot wie een rechtsregel zich
richt. Zowel particulieren, bedrijven, instellingen en overheden
kunnen normadressant zijn
gewenste nalevingsniveau. Door het nalevingsniveau
80% van de gecontroleerde tankstations wordt geen
te monitoren ontstaat zicht op de effectiviteit van de
overtredingen geconstateerd) of een verandering
handhaving.
(absoluut of in percentage) ten opzichte van eerdere
gegevens (voorbeeld: het aantal bedrijven dat de
2.4.4 Effectiviteit en efficiëntie
brandblussers jaarlijks heeft gecontroleerd stijgt van
De overheid wil graag dat handhaving effectief is: de
75% naar 95%).
handhavingsinspanning leidt ertoe dat mensen zich
(weer gaan) gedragen overeenkomstig de gestelde
Handhavingsdoelen worden vooral omschreven als
norm en dit blijven doen.
input- of prestatiedoelen. Waar mogelijk worden ook
In deze Kadernota koppelen we de term effectief direct
naleefdoelen omschreven.
aan het geformuleerde handhavingsdoel:
Er is sprake van efficiënte handhaving wanneer de
handhavingsdoelen met de voorgenomen menskracht
effectieve handhaving
= handhavingsdoelen
bereiken
en binnen de gestelde termijn zijn bereikt. Wanneer dat
niet het geval is, moet overwogen worden de aanpak
of doelstellingen (menskracht, interventies, tijdpad) te
herzien.
Er zijn drie verschillende typen handhavingsdoelen;
- inputdoelen geven aan welke menskracht wordt
2.4.5 Toezichtlast
ingezet. Deze doelen worden uitgedrukt in uren of
Met het begrip toezichtlast wordt gedoeld op de
fte’s;
administratieve lasten voor burgers en bedrijven die
- prestatiedoelen geven aan welke prestaties worden
voortvloeien uit het houden van toezicht.
nagestreefd. Deze doelen worden uitgedrukt in
Toezichtlast heeft een objectieve en subjectieve kant.
aantallen of percentages (voorbeelden: 25% van
Objectieve elementen zijn bijvoorbeeld de tijdsinzet en
verleende kapvergunningen wordt gecontroleerd);
kosten die de ondernemer moet maken om gegevens
- naleefdoelen geven aan hoe regels en voorschriften
te registreren of een toezichthouder te begeleiden bij
door een doelgroep worden nageleefd. Deze doelen
een bedrijfsbezoek. Met subjectieve elementen wordt
worden uitgedrukt in een percentage (voorbeeld: bij
gedoeld op de beleving van het toezicht.
Verboden opslag bedrijfsafval.
14
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
3. Visie, uitgangspunten en ambities
3.1 Visie
Onze visie op handhaving omvat de volgende punten.
- Handhaving is een instrument om bij te dragen
aan een veilige, leefbare en schone stad. Inwoners,
bezoekers, bedrijven en instellingen ervaren in de
gemeente een goed woon-, werk- en uitgaansklimaat. Veiligheid, gezondheid, duurzaamheid en
omgevingskwaliteit zijn daarbij belangrijk.
- In een complexe, gevarieerde en dynamische
gemeente gaat dat niet vanzelf. Met een stelsel van
regelgeving en beleid worden ontwikkelingen en
activiteiten binnen de fysieke omgeving gestuurd en
gereguleerd.
- Daar waar normen gelden, verdienen die het te
worden nageleefd. Daarom streven we er naar dat
normen duidelijk zijn, zodat burgers, bedrijven, instellingen en overheden hun eigen verantwoordelijkheid
kunnen nemen om zich overeenkomstig de voor hen
geldende regels te gedragen. Naleefgedrag neemt in
de visie een centrale plaats in.
- De rol van de gemeente als sturende beleidsmaker is
veranderd. Deze bestaat nu meer uit: samenwerking,
partner in het veld, maatwerkoplossingen binnen (of
buiten) het beleid, flexibel in het beleid.
- Bij de totstandkoming van regelgeving en beleid
wordt gelet op de noodzakelijkheid, uitvoerbaarheid
en handhaafbaarheid van regels en voorschriften.
Ook de toezichtlast voor burgers en bedrijven wordt
daarbij betrokken.
- We kunnen en willen niet overal en altijd op de naleving van normen toezien. De handhavingsinspanning
concentreert zich daarom op een aantal prioriteiten.
- We kiezen voor een gerichte aanpak om naleefgedrag te verbeteren. De aanpak bestaat uit een
doordachte mix van handhavingsinstrumenten
en wordt op de situatie toegesneden. Preventieve
instrumenten hebben de voorkeur boven repressieve
instrumenten. Een voorbeeld van een preventief
instrument is communicatie. Communicatie, in de
vorm van voorlichting, wordt bij handhaving ingezet
om het naleefgedrag te verbeteren.
Asbestsanering.
15
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
3.2 Uitgangspunten
verbeteren van het naleefgedrag van doelgroepen centraal. Het is belangrijk om hierbij oog te hebben voor
We hanteren bij onze visie de volgende
een realistische invulling. Het heeft geen enkele zin (en
uitgangspunten.
het komt de geloofwaardigheid van het handhavingsbeleid niet ten goede) om ambitieuze handhavings-
3.2.1 Aandacht voor actualiteit en handhaafbaarheid
doelen te formuleren die in de praktijk niet haalbaar
Aan de basis van handhaving ligt regelgeving. Voor een
blijken.
groot aantal van deze regels worden vergunningen en
ontheffingen afgegeven.
3.2.3 Handhaven is ook keuzes maken
Om zo effectief en efficiënt mogelijk uitvoering te
We willen en kunnen niet overal en altijd op de
geven aan handhaving is het belangrijk dat bij beleids-
naleving van alle regels toezien. Onze handhavings-
ontwikkeling nadrukkelijk aandacht wordt besteed aan
inspanning concentreert zich daarom op een aantal
de uitvoerbaarheid en handhaafbaarheid van beleid en
prioriteiten. Op basis van een risicoanalyse worden
regelgeving. Ook is het van belang dat er nadrukkelijk
prioriteiten gesteld. Veiligheids- en gezondheidsrisico’s
aandacht is voor de consequenties in de uitvoerings-
wegen daarbij zwaar. Deze belangen worden meege-
fase. Hierbij wordt ook de toezichtlast voor burgers en
wogen voor zover zij bij het betreffende onderwerp aan
bedrijven betrokken.
de orde zijn.
3.2.2 Realistisch en uitvoerbaar
Bij het kiezen van een aanpak wordt onderzocht op
Daar waar normen gelden moeten die worden nage-
welke manier een samenhangende aanpak mogelijk is
leefd. Daarom streven we naar duidelijke regelgeving
waarbij de beperkte handhavingscapaciteit zo efficiënt
zodat burgers, bedrijven, instellingen en overheden
mogelijk wordt ingezet om het beoogde handhavings-
hun eigen verantwoordelijkheid kunnen nemen om
doel te realiseren. Bij een samenhangende aanpak
zich aan de voor hen geldende regels te houden. We
zijn verschillende vormen van samenwerking mogelijk
willen in ons HUP een beeld geven op welke onder-
tussen gemeentelijke toezichthouders en/of toezicht-
werpen, doelgroepen en/of gebieden de gemeentelijke
houders van andere handhavingsorganisaties. Bij het
handhavingscapaciteit wordt ingezet. Daarbij staat het
Gasflessenopslag.
16
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
kiezen van een aanpak wordt getracht de toezichtlast
3.3 Ambities
zo beperkt mogelijk te houden.
Met de visie en uitgangspunten streven we de vol3.2.4 Organisatie en middelen
gende ambities na.
Bij het opstellen van het handhavingsbeleid vormen
het budget voor handhaving en de formatieomvang
3.3.1 Behouden/verhogen nalevingsniveau van
het vertrekpunt. Binnen deze randvoorwaarden wordt
regels door doelgroepen
inzichtelijk gemaakt op welke onderwerpen de hand-
Om deze ambitie te realiseren is het allereerst van
having zich richt, welke doelen zijn gesteld en welke
belang dat het inzicht in het naleefgedrag toeneemt.
aanpak is gekozen om deze doelen te realiseren. In
Op basis daarvan zullen voor doelgroepen waar het
paragraaf 5.2 staat hierop een nadere toelichting.
mogelijk is nalevingsniveaus worden gekozen. Deze
nalevingsniveaus staan omschreven (vaak in de vorm
Ingezette handhavingstrajecten worden in principe
van percentages) in het HUP. Op deze manier kan
afgemaakt. Handhavingstrajecten die vallen binnen de
gericht worden ingezet op behoud of verbetering van
prioriteiten hebben daarbij voorrang. Dit uitgangspunt
het nalevingsniveau en wordt stapsgewijs toegewerkt
in combinatie met de beschikbare (beperkte) middelen
naar hogere niveaus van naleving.
kan er toe leiden, dat op terreinen waaraan lage prioriteit is toegekend, niet of pas later handhavend wordt
3.3.2 Afhandeling van meldingen (klachten)
opgetreden.
We vinden het van belang dat particulieren en bedrijven die overlast, hinder en nadeel ervaren, met hun
meldingen bij de gemeente terecht kunnen. Deze
signalen worden via één centraal punt, Melddesk,
geregistreerd. Meldingen kunnen een indicatie zijn dat
regels niet goed worden nageleefd. Vooral bij doelgroepen waar het niet mogelijk is nalevingsniveaus te
kiezen. Hierbij valt te denken aan diffuse doelgroepen
zoals wildplassers, hondenbezitters (hondenpoep)
en foutparkeerders. Deze en overige meldingen zijn
aanleiding voor toezicht in de vorm van onderzoek en
controle. De analyse van de meldingen vormt input
voor het jaarlijkse HUP.
3.3.3 Verder professionaliseren, versterken programmatisch handhaven
De komende jaren willen we de methodiek en
instrumenten van programmatisch handhaven verder
versterken. Bij programmatisch handhaven wordt
beleidsvaststelling gevolgd door uitvoering. Bij dit
proces wordt ingeschat wat de risico’s zijn van het niet
naleven van de regels en voorschriften. Door gezamenlijk het HUP op te stellen hanteert elk betrokken
handhavingsdomein dezelfde methodiek.
Verwijderen balkons Antillenflat.
17
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
Bodemsanering.
18
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
4. Kaders voor
uitvoering
4.1 Programmatisch handhaven
Programmatisch handhaven is een cyclisch, informatiegestuurd proces waarin verschillende stappen worden
doorlopen. Deze stappen zijn in de figuur hiernaast
weergegeven.
Visie & ambitie
Risicoanalyse en
prioriteiten stellen
In de lus wordt het handhavingsbeleid geformuleerd.
De laatste stap in de beleidslus wordt gevormd door
Prioriteiten en
handhavingsdoelen
Verkenning &
inventarisatie
het HUP.
De methodiek van de risicoanalyse en het formu-
HUP
Beleid
Uitvoering
leren van handhavingsdoelen staat omschreven in
de Kadernota. Het daadwerkelijk uitvoeren van de
risicoanalyse en het opstellen van handhavingsdoelen
Toezichtsarrangement
Effectmeting/
monitoring
wordt gedaan voorafgaand aan het opstellen van het
HUP.
In het HUP wordt namelijk aangegeven op welke
Interventies
uitvoeren
Figuur 1: Programmatisch handhaven.
onderwerpen de handhaving zich richt, welke handhavingsdoelen worden beoogd, voor welke aanpak
daarbij is gekozen en welke menskracht de uitvoering
van deze aanpak vergt.
Het HUP is een sturingsdocument dat jaarlijks wordt
opgesteld en vormt met de Kadernota de centrale spil.
De onderste lus is de uitvoeringslus. Hierin staat de
feitelijke handhaving in de praktijk centraal. Via monitoring en effectmetingen worden gegevens verzameld
die op hun beurt de input vormen voor de volgende
jaarcyclus van het HUP. Met monitoring en effectmeting is het niet de bedoeling de visie en ambities van
de Kadernota aan te passen. Hoe je daar in je HUP
mee omgaat kan met monitoring en effectmeting wel
veranderen.
4.2 Risicoanalyse
Voor de uitvoering van de risicoanalyse is
gebruik gemaakt van een aanpak die door het
Expertisecentrum Rechtshandhaving van het Ministerie
van Justitie is ontwikkeld in het kader van programmatisch handhaven.
Bij het bepalen van een risico kijken we onder meer
naar het product van het negatief effect en de kans op
niet-naleving. Naast het toekennen van scores op het
gebied van negatief effect en kans op niet-naleving
worden er scores toegekend voor bestuurlijke aandacht
19
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
en aspecten die iets zeggen over de uitvoering (zoals
verantwoording kent een wettelijke grondslag (zie
beschikbare menskracht, kennis/vaardigheden en
artikel 7.7 Besluit omgevingsrecht) voor zover het de
samenwerking).
handhaving van regelgeving betreft die valt binnen de
De analyse wordt zo mogelijk gevuld met gegevens
reikwijdte van de Wet algemene bepalingen omge-
uit de handhavingspraktijk. Daar waar deze gegevens
vingsrecht (WABO).
ontbreken wordt gewerkt op basis van expert judgement: inschattingen en aannames van gemeentelijke
toezichthouders over de handhaving in hun gemeente.
4.4 Communicatie
De basisgedachte is dat de beschikbare handhavingsca-
Tegenwoordig zijn overheden goed in staat te commu-
paciteit het meest effectief wordt ingezet op handha-
niceren over handhaving. Nieuwe media zijn daarbij
vingsonderwerpen die in de risicoanalyse het hoogst
een grote steun, naast de al bestaande communicatie-
scoren. Jaarlijks wordt, bij het opstellen van het HUP,
middelen. Met nieuwe en bestaande media wordt een
beoordeeld of de prioritering uit de risicoanalyse nog
breder ‘publiek’ bereikt dan voorheen.
actueel is. Dit omdat de kijk op risico’s in de loop van
enkele jaren kan veranderen. Er kan daardoor beter
Algemene uitgangspunten bij communicatie over
ingespeeld worden op onverwachte ontwikkelingen
handhaving zijn:
of belangrijke politieke speerpunten. De risicoanalyse
- bestaande gemeentelijke richtlijnen voor communi-
wordt per handhavingsdomein uitgevoerd en per
domein worden prioriteiten gesteld. Het is belangrijk
catie worden gevolgd;
- er wordt terughoudend met Naming and Shaming
dat er bij de prioritering een goede afstemming is
omgegaan. Het principe waarbij onbevredigende
tussen de handhavingsdomeinen zodat prioriteringen
situaties en de veroorzakers daarvan met naam en
elkaar in de uitvoering niet bijten. Zo kunnen bij het
toenaam publiekelijk aan de kaak worden gesteld.
formuleren van handhavingsdoelen desgewenst ver-
Een voorbeeld van inzet van Naming and Shaming
bindingen worden gelegd, zoals het per gebied of per
is het communiceren over het naleefgedrag van
doelgroep koppelen van handhavingsacties.
bepaalde doelgroepen. Hierbij kan gedacht worden
aan hondenbezitters die hondenpoep niet opruimen.
Nadat voor de prioritaire onderwerpen de handha-
Dit zonder de veroorzakers bij toenaam te noemen.
vingsdoelen zijn geformuleerd, wordt bepaald welke
Dit kan de druk om de hondenpoep op te ruimen
aanpak wordt gekozen om deze doelen te realiseren.
verhogen en daarmee een positief effect hebben op
Meestal zal sprake zijn van een mix van verschillende
interventies. In bijlage 2 wordt de methodiek van de
risicoanalyse nader toegelicht.
het naleefgedrag van deze doelgroep;
- bij communicatie over resultaten en effecten wordt
(zo mogelijk) ook achtergrondinformatie over regels
en het belang van naleving daarvan gegeven;
- de boodschap is (mede) gericht op het bewerkstel-
4.3 Totstandkoming van het HUP
ligen van een positieve gedragsverandering bij de
ontvanger.
De Kadernota bevat de kaders voor het jaarlijks op te
stellen HUP. In het HUP wordt het handhavingsbeleid
Er wordt onderscheid gemaakt tussen communicatie
concreet uitgewerkt. Bij het opstellen ervan wordt de
voorafgaand aan handhaving en communicatie als
beschikbare capaciteit zo slim en efficiënt mogelijk
handhavingsmiddel.
ingezet. Het college stelt het HUP vast en legt dit ter
Communicatie vooraf heeft vooral een preventieve
informatie aan de gemeenteraad voor.
werking. Er wordt informatie gedeeld met de ontvanger en regels worden bekend gemaakt (voorlichting).
Tevens informeert het college jaarlijks middels een
Ook kan er een specifiek (handhavings-)onderwerp of
jaarverslag de gemeenteraad over het door haar uitge-
probleem onder de aandacht worden gebracht.
voerde handhavingsbeleid.
Als onderdeel van handhaving wordt communicatie
gebruikt om bijvoorbeeld controlebezoeken aan te
De handhavingsverslagen moeten tevens worden
kondigen of resultaten en effecten van handhaving
toegezonden aan Gedeputeerde Staten van Fryslân in
bekend te maken. Hiermee wordt aangegeven dat
haar rol van provinciaal handhavingsregisseur. Deze
tegen overtredingen handhavend wordt opgetreden
20
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
(de gemeente als handhaver) en dat wanneer regels
ondersteunend gekozen worden voor het inzetten
niet worden nageleefd, de kans reëel is dat er een
van flankerend instrumentarium. Hierbij kan gedacht
sanctie volgt.
worden aan een reclamecampagne voorafgaand aan
een specifieke handhavingsactie tegen drinken op
Communicatie vergroot de kans op naleving. Een
straat of het inzetten van een strafrechtelijk instrument
positief effect van communicatie kan zijn dat er minder
naast een bestuursrechtelijk instrument bij ernstige
handhaving nodig is. Er zal per doelgroep gekeken
milieuovertredingen.
moeten worden of communicatie ingezet kan worden,
welk type communicatie mogelijk is en welk effect dit
Bij voorkeur wordt gebruik gemaakt van preventieve
zal hebben.
instrumenten. Dit omvat communicatie in de vorm van
algemene voorlichting, gerichte informatieverstrekking
of advisering aan specifieke doelgroepen en indivi-
4.5 Werkwijze
duen. Door deze preventieve inzet krijgen burgers en
bedrijven de gelegenheid om uit eigen beweging aan
In de handhavingsstrategie is de basisaanpak vastge-
regelgeving te voldoen. We hanteren in de gemeente
legd van het gemeentelijke optreden na constatering
verschillende vormen van preventief toezicht:
van overtredingen. De hoofdlijn van de gemeentelijke
- surveillance;
handhavingsstrategie bestaat uit de volgende punten.
- inventariserende controles;
4
- periodieke controles;
4.5.1 Mix van preventie en repressie
- incidentele controles;
Om handhaving te effectueren beschikken we over
- steekproefsgewijze controles;
een breed aanbod van handhavingsinstrumenten die
- gerichte observatie/opsporing.
preventief en repressief ingezet kunnen worden.
De inzet van preventieve vormen van toezicht is
Zo kunnen we gebruik maken van bestuursrechtelijke,
effectiever wanneer burgers en bedrijven weten dat
strafrechtelijke en privaatrechtelijke instrumenten. Per
de gemeente zo nodig ook repressief optreedt. Dit
handhavingssituatie wordt het instrumentarium ingezet
betekent dat in de uitvoering vaak sprake zal zijn van
dat daartoe het meest geëigend is. Bij de keuze spelen
een mix van preventieve en repressieve instrumenten.
overwegingen van effectiviteit en efficiëntie vanzelf-
Vormen van repressieve sancties zijn:
sprekend een belangrijke rol.
- stilleggen van werkzaamheden;
- dwangsom;
Het staat de handhavende overheid echter niet zomaar
- bestuursdwang;
vrij om naar believen gebruik te maken van het
- opleggen van een boete;
publiekrecht dan wel van het privaatrecht. Hiervoor zijn
- intrekken van een vergunning.
door de Hoge Raad criteria ontwikkeld. Deze criteria
worden ook wel aangeduid als de ‘doorkruisingsleer’.
4.5.2 Herstelmogelijkheid en/of sanctie
Dit leerstuk komt erop neer dat de overheid geen
Bij constatering van een overtreding wordt de overtre-
gebruik kan maken van het privaatrecht, als dat de
der de mogelijkheid tot herstel of legalisatie achteraf
publiekrechtelijke regeling onaanvaardbaar zou door-
geboden. Na een (schriftelijke) waarschuwing volgt een
kruisen. Een voorbeeld waarbij de gemeente gebruik
hercontrole.
zou kunnen maken van privaatrecht (door haar eige-
Deze benadering is in een aantal gevallen niet moge-
naarsbevoegdheid) is bij door de burger onrechtmatig
lijk. Bij incidentele overtredingen (zoals fout parkeren
in gebruik genomen groenstroken.
of wildplassen), ernstige overtreding waarbij onmiddellijk de veiligheid/gezondheid in het geding is of
In de praktijk betekent dit dat veelal gebruik zal
bij onomkeerbare gevolgen (bijvoorbeeld bodemver-
worden gemaakt van bestuursrechtelijke handha-
ontreiniging of risico op letsel of gezondheidsschade)
ving. Afhankelijk van de situatie kan aanvullend of
is het noodzakelijk om direct een repressieve sanctie
toe te passen. Er zal dan worden afgeweken van de
4 De handhavingsstrategie (of sanctiestrategie) is een wettelijke
kwaliteitseis en is vastgelegd in artikel 7.2 lid 4 van het Besluit
omgevingsrecht. Bij het onderdeel bijzondere wetten en veiligheid
wordt gebruik gemaakt van een handhavingsarrangement.
21
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
standaardprocedure en er volgt dan direct aanschrijving en/of anderszins direct ingrijpen. Zo kan bij een
bouwproject een bouwstop worden opgelegd indien
capaciteit. Klager/melder wordt in alle gevallen over de
wordt afgeweken van de vergunning.
afhandeling geïnformeerd.
Momenteel wordt gewerkt aan een landelijke hand-
4.5.7 Gedogen in Leeuwarden
havingsstrategie omgevingsrecht. Wij zoeken hier als
Kern van het gedoogbeleid is dat er in principe niet
gemeente aansluiting bij. Hierdoor wordt ook landelijk
gedoogd wordt, tenzij. Indien er sprake is van gedogen
naar eenzelfde werkwijze gestreefd.
gebeurt dit alleen met een gedoogbeschikking of een
andere manier van belangenafweging en kenbaar-
4.5.3 Consequent en vasthoudend
making. Hierdoor zijn de principes van het gedogen
Een eenmaal ingezet handhavingstraject wordt door-
bekend en is controle door de gemeenteraad of rechter
gezet. Consequent en vasthoudend optreden is nodig
mogelijk. Een goed voorbeeld van gedogen is het
om redenen van geloofwaardig overheidsoptreden.
gemeentelijk coffeeshopbeleid.
Bovendien gaat hiervan een preventieve werking uit
naar derden. Consequent en vasthoudend betekent
Een gerechtvaardigde en benodigde inzet van gedogen
ook dat opgelegde sancties worden geëffectueerd.
is op voorhand moeilijk te voorspellen. In onderstaande situaties (en bij andere bijzondere omstandig-
4.5.4 Gelijke monniken, gelijke kappen
heden) kan gedogen zeker meerwaarde hebben ten
De handhaving van de gemeentelijke overheid en
opzichte van reguliere handhaving en kan de inzet van
andere overheden vindt op overeenkomstige wijze
gedogen overwogen worden:
plaats als de handhaving van particulieren en bedrijven.
- overmachtsituaties;
Als instantie met handhavingsbevoegdheid heeft de
- legalisatietrajecten;
gemeente een voorbeeldfunctie. Niet-naleving door
- nieuwe wetgeving;
de gemeente tast naast de geloofwaardigheid van de
- feitelijke beëindiging van de illegale activiteit;
gemeente ook de geloofwaardigheid van individuele
- experimenteersituaties;
toezichthouders aan. Dit werkt negatief door naar
- vernietiging vergunning op formele gronden;
slagvaardig en efficiënt optreden. De gemeente is
- het te beschermen belang is bij gedogen gebaat;
verplicht5 om in haar handhavingsbeleid (HUP en jaar-
- verlenging eerdere gedoogbeschikking.
verslag) expliciet aandacht te besteden aan de wijze
waarop aan de handhaving van de eigen organisatie
4.5.8 Samenwerking
invulling is gegeven.
Een groot deel van de handhaving kan doelmatig
en effectief worden uitgevoerd door taken onder te
4.5.5 Handhavingsverzoeken
brengen binnen een cluster van enkele medewer-
Burgers en bedrijven kunnen een verzoek tot handha-
kers. Voor een goede taakuitvoering is samenwerking
ving aan de gemeente richten. De gemeente moet op
onontbeerlijk.
een dergelijk verzoek reageren. Dit betekent niet dat
dan ook altijd tot handhaving moet worden overge-
Samenwerking is een middel dat bijdraagt aan:
gaan. Tegen de beslissing van de gemeente op een
- het optimaal benutten van (specialistische)
handhavingsverzoek bestaat de mogelijkheid van
bezwaar en beroep.
expertise;
- het verminderen van de kwetsbaarheid en het waarborgen van de continuïteit;
4.5.6 Meldingen (klachten)
Vanuit het oogpunt van dienstverlening wordt op meldingen over (vermoedelijke) overtredingen adequaat
gereageerd. De wijze van afhandelen is mede afhankelijk van de handhavingsprioriteit en de beschikbare
- de informatie-uitwisseling tussen verschillende toezichthouders en instanties;
- het versterken van de slagvaardigheid en effectiviteit
van de handhavingsinzet;
- het doelmatig benutten van de beschikbare
handhavingscapaciteit;
- het beperken van de toezichtlast voor burgers en
5 Deze verplichting staat in artikel 7.2 lid 4d van het Besluit
omgevingsrecht. Citaat: Het handhavingsbeleid geeft voorts inzicht
in de strategie die het bestuursorgaan hanteert met betrekking tot
de wijze waarop het bestuursorgaan omgaat met overtredingen die
zijn begaan door of in naam van dat bestuursorgaan of van andere
organen behorende tot de overheid.
22
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
bedrijven.
Op het gebied van handhaving wordt veel samengewerkt met diverse externe partners, zoals Provincie
Fryslân, Wetterskip Fryslân, de GGD en het ministe-
wordt er over het gesprek één gezamenlijke brief
rie van I&M. Samenwerking vindt plaats op tal van
richting de ondernemer gestuurd.
onderwerpen (bijv. aanpak ernstig vervuilde woningen)
en bij tal van gelegenheden (bijv. milieuproject op
In het HUP worden samenwerking en meer langdurige
provinciaal niveau).
samenwerkingsverbanden per handhavingsdomein inen extern benoemd wanneer deze in een bepaald jaar
Er bestaan diverse gestructureerde samenwerkings-
aan de orde zijn.
verbanden tussen gemeente en externe partners.
Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan het
4.5.9 Aandachts- en ontwikkelpunten
Toezichtmodel binnenstad. Dit is een samenwerkings-
Handhaving is een taakveld waarbinnen constant
verband tussen gemeente, politie en particuliere bevei-
veranderingen optreden. Het is zaak om deze ver-
ligingsbedrijven in de binnenstad van Leeuwarden. Een
anderingen tijdig waar te nemen. Om flexibel met
ander voorbeeld is het handhavingsoverleg horeca. Dit
ontwikkelingen om te kunnen gaan is dit elk jaar
is een samenwerkingsverband tussen gemeente en
bij het opstellen van het HUP een aandachtspunt.
politie, gericht op veiligheid en naleving van horeca
Per jaar wordt dan bekeken hoe wij met belangrijke
gerelateerde wetgeving. Tot slot als voorbeeld de
ontwikkelingen in relatie tot onze handhavingsinzet
samenwerking binnen het Veiligheidshuis6, waarin de
om gaan. Bij ontwikkelingen kan gedacht worden aan
sociale teams van de gemeente zijn vertegenwoordigd,
het inspelen op nieuwe wet- en regelgeving, effecten
wanneer er sprake is van meervoudige problematiek,
economische ontwikkelingen en veranderingen in de
zoals in het geval van woonoverlast.
informatievoorzieningen.
Uiteraard is er binnen de gemeente ook sprake van
interne samenwerking. Dit komt tot uiting in diverse
overleggen over lopende handhavingszaken zoals het
coördinatieteam handhaving (zie paragraaf 5.1). Daar
waar het mogelijk is ondersteunen toezichthouders
elkaar door bijv. een gezamenlijk bedrijfsbezoek uit te
voeren, vervullen van oog- en oor functie en indien
mogelijk taakoverdracht. Dit om de toezichtlast te
verminderen en een eenduidige communicatie richting
het bedrijf of de burger na te streven. Zo worden er
tijdens een evenement vanuit verschillende handhavingsdomeinen controles uitgevoerd. Na afloop
wordt aan de organisatie van het evenement één brief
gestuurd met hierin de bevindingen van alle uitgevoerde controles.
Ook kan er gedacht worden aan samenwerking tussen
verschillende afdelingen. Zo worden er met startende
horecaondernemers intakegesprekken gevoerd. Deze
gesprekken zijn in samenwerking met vergunningverlening, handhaving en de frontoffice. Dit zorgt ervoor dat
startende ondernemers vooraf met regelgeving op de
hoogte zijn en daarop kunnen anticiperen. Met goede
voorlichting wordt geprobeerd problemen/overtredingen achteraf zoveel mogelijk te voorkomen. Na afloop
6 Het Veiligheidshuis Fryslân houdt zich voor de gehele provincie
bezig met de persoonsgerichte aanpak van meerderjarige veelplegers, jeugd, huiselijk geweld, criminele overlast gevende Antillianen,
Overlast gevende personen, ex-gedetineerden (nazorg). Bron:
website Veiligheidshuis Fryslân.
23
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
Toezicht kunstwerken Haak om Leeuwarden.
Doelesteeg.
24
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
5. Organisatie en
middelen
5.1 Sturing en coördinatie
5.1.1 Coördinerend bestuurder
De burgemeester en het college zijn de tot handhaving bevoegde bestuursorganen. De burgemeester
is bestuurlijk verantwoordelijk voor de handhaving
waarvoor hij het bevoegd bestuursorgaan is. Binnen
het college zijn de collegeleden bestuurlijk verantwoordelijk voor het gevoerde handhavingsbeleid dat binnen
hun portefeuille valt.
Als coördinerend bestuurder bewerkstelligt de burgemeester dat, daar waar nodig, op bestuurlijk niveau
afstemming plaatsvindt zodat er slagvaardig richting
burger, bedrijf, instelling of overheid wordt opgetreden.
Daarnaast draagt hij bestuurlijk verantwoordelijkheid
dat het beleid wordt uitgevoerd en de cyclus van
programmatisch handhaven blijft functioneren. De
voorzitter van de stuurgroep handhaving zorgt voor
de ambtelijke ondersteuning en fungeert hierbij als
tussenpersoon.
5.1.2 Stuurgroep handhaving
De stuurgroep handhaving (hierna: stuurgroep) voert
de regie over de uitvoering van het handhavingsbeleid
zoals dat in deze nota is opgenomen.
In de stuurgroep zijn de managers van de handhavingsdomeinen (bouwtoezicht, ruimtelijke ordening,
brandveiligheid, inrichting gebonden milieutoezicht,
bodemtoezicht, bijzondere wetten, toezicht in de openbare ruimte en veiligheid) vertegenwoordigd. Vanwege
de afstemming tussen beleid en uitvoering is ook de
voorzitter van het coördinatieteam handhaving lid van
de stuurgroep.
De stuurgroep faciliteert en bewaakt de cyclus van
programmatisch handhaven. Niet alleen vanwege de
wettelijke verplichting daartoe, maar om zo gericht en
efficiënt mogelijk de beschikbare handhavingscapaciteit
in te zetten, dat wil zeggen daar waar die het meest
nodig is.
De stuurgroep:
- faciliteert en bewaakt de cyclus van programmatisch
handhaven;
- verzorgt de regie om programmatisch handhaven binnen de handhavingsdomeinen verder te
ontwikkelen;
- bereidt een samenhangend handhavingsbeleid voor;
- past relevante ontwikkelingen toe in het gemeentelijk handhavingsbeleid en de uitvoeringspraktijk.
25
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
Leden van de stuurgroep hebben frequent overleg met
de Kadernota uitvoering geeft aan het jaarlijkse HUP.
de verschillende portefeuillehouders over individuele
In bijlage 4 staat een overzicht opgenomen van de
handhavingszaken, de voortgang van het HUP en ont-
handhavingscapaciteit van de Gemeente Leeuwarden
wikkelingen op het gebied van handhaving.
voor 2014.
5.1.3 Coördinatieteam handhaving
We vinden dat toezichthouders en handhavers vol-
Het coördinatieteam handhaving richt zich op de ope-
doende moeten zijn toegerust voor hun taak.
rationele taakuitvoering van de handhaving.
Veranderingen op het gebied van wet- en regelgeving, opleidingseisen en apparatuur vergen dat naast
Het coördinatieteam
de beschikbare capaciteit ook voldoende middelen
- bewaakt een eenduidige taakverdeling;
beschikbaar moeten zijn voor het op niveau hou-
- bevordert de interne afstemming en samenwerking;
den van kennis en kunde van toezichthouders en
- bewaakt de algemene voortgang;
handhavers.
- signaleert knelpunten en lost deze in overleg met
andere eenheden op.
De uitwerking van personele en financiële middelen
wordt opgenomen in het jaarlijkse HUP en is een
In het overleg zitten vertegenwoordigers vanuit de
verantwoordelijkheid van het college. Het HUP wordt
handhavingsdomeinen, het MOL (Meldpunt Overlast)
jaarlijks ter kennisname aan de raad gestuurd.
en de politie. De voorzitter van dit overleg maakt deel
uit van de stuurgroep handhaving. Dit om een goede
Het HUP is gebaseerd op de programmabegroting
balans te houden tussen theorie (beleid) en praktijk
die aan de raad is aangeboden en is gekoppeld aan
(uitvoering).
de reguliere jaarlijkse planning- en control cyclus.
Door deze koppeling is er (ook) budgetcontrole door
5.1.4 Portefeuilleoverleggen
de raad. Deze koppeling bestaat eruit dat het beno-
Collegeleden hebben frequent portefeuilleoverleg
digde budget voor de in het HUP genoemde taken
met de ambtelijke organisatie. In deze overleggen
opgenomen is in de begroting die aan de raad wordt
komen zonodig individuele handhavingszaken aan de
aangeboden. Hiermee is de raad op de hoogte van het
orde en wordt gesproken over de voortgang van het
handhavingsbudget en maakt het handhavingsbudget
HUP en ontwikkelingen op het gebied van handha-
onderdeel uit van de begroting. Het vaststellen van
ving. Bestuurlijk gevoelige handhavingszaken worden
de begroting door de raad vindt plaats in het najaar.
vooraf met de portefeuillehouder afgestemd. De
Daarna wordt het HUP aangeboden aan het college.
portefeuillehouder wordt geïnformeerd over handha-
Na vaststelling van het budget door de raad en het HUP
vingsacties en over opgelegde sancties bij individuele
door het college kan de handhaving in het komende
handhavingszaken.
jaar worden uitgevoerd.
5.2 Financieel Kader
Rapportage vindt jaarlijks plaats in het jaarverslag.
De kosten van handhaving bestaan uit personele
In het jaarverslag staat waar het geld voor is ingezet,
kosten, inhuur van derden en overige kosten zoals
hoeveel fte’s/uren en hoeveel controles er binnen de
apparatuur, vervoersmiddelen en overige noodzakelijke
domeinen hebben plaats gevonden. Ook staat er in
voorwerpen. Het is wenselijk voldoende capaciteit en
omschreven of gestelde doelstellingen uit het HUP wel
middelen ter beschikking te hebben voor een ade-
of niet zijn bereikt.
quaat handhavingsapparaat dat binnen de kaders van
26
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
Bijlage 1.
Kwaliteitscriteria
Het Ministerie van Infrastructuur en Milieu (I&M) werkt
met het Transitieprogramma “Werk in Uitvoering” aan
de realisatie van een robuust georganiseerd bestuurlijk
stelsel. Op basis van dit stelsel moet het ruimtelijk economisch- en milieubeleid van het kabinet op effectievere wijze doorwerken in de omgevingsvergunning en
de toezichtprioriteiten. Dit moet vervolgens leiden tot
minder administratieve lasten en minder bestuurlijke
drukte.
Een belangrijk onderdeel van het transitieprogramma
is het bewaken van de samenhang tussen diverse
vraagstukken die nauw met elkaar zijn verbonden.
Deze vraagstukken gaan over hoe de uitvoering van de
I&M wet- en regelgeving moet worden georganiseerd,
zijnde:
- aanpak fragmentatie en vrijblijvendheid in de uitvoering van de handhaving (Mans);
- decentralisatie van taken en bevoegdheden aan het
gemeentebestuur (d’Hondt);
- coördinerende rol van provincies in het beleid van de
fysieke leefomgeving (Lodders);
- versobering en decentralisatie van het interbestuurlijk toezicht (Oosting);
- verhogen niveau van de kwaliteit van vooral de
gemeentelijke taakuitvoering (Wabo).
Eén van de projecten van het Transitieprogramma
“Werk in Uitvoering” is het project “Ontwikkelen
Kwaliteitscriteria Vergunningverlening, Toezicht en
Handhaving”. Doel van dit project is het ontwikkelen
van kwaliteitscriteria voor de vergunningverlening
Wabo en het toezicht en de handhaving van I&Mregelgeving voor de fysieke leefomgeving. In het kader
van Mans/Wabo/Oosting zijn in 2009 conform de voorstellen van IPO en VNG kwaliteitscriteria ontwikkeld
voor vergunningverlening, toezicht en handhaving. De
kwaliteitscriteria zijn met behulp van de expertise van
circa 90 praktijkdeskundigen (verdeeld over project- en
werkgroepleden uit gemeenten, provincies en milieudiensten) tot stand gekomen.
Er is gekeken naar de belangrijkste elementen voor het
opstellen van de kwaliteitscriteria om de uitvoeringspraktijk op een steeds hoger plan te krijgen.
1. Kritieke massa: Het fundament van kwaliteit is het
afleveren van een zo goed mogelijk product. Hiervoor
is vooral vakmanschap nodig. De criteria voor kritieke
massa adresseren dit vakmanschap in termen van
voldoende opleiding, ervaring, kennis en het onderhouden en borgen daarvan. Organisaties die aan deze
27
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
criteria voldoen moeten in de kern in staat zijn om
producten af te leveren met de gewenste kwaliteit.
2. Proceskwaliteit: Voor de totstandkoming van producten zoals vergunningen, controles en handhavingsacties zijn ook diverse werkprocessen nodig, waarbij
transparantie en bestuurlijke vastlegging een belangrijke rol spelen. De procescriteria samen leiden tot een
sluitende beleidscyclus en kwaliteitsborging.
3. Inhoud en prioriteiten: De criteria voor inhoud en
prioriteiten bepalen ten slotte een minimale ondergrens binnen de werkprocessen. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om criteria met betrekking tot de diepgang
waarmee getoetst wordt en landelijke prioriteiten.
De criteria hebben betrekking op het minimale kwaliteitsniveau dat nodig is om taken op het gebied van
vergunningverlening, toezicht en handhaving (inclusief
de hiervoor benodigde activiteiten) in principe tijdig,
met de juiste procedurele en inhoudelijke kwaliteit en
in continuïteit te kunnen uitvoeren.
Met behulp van een zelfevaluatietool kunnen organisaties toetsen in hoeverre aan de gestelde kwaliteitscriteria wordt voldaan.
28
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
Bijlage 2.
Risicoanalyse
Het Besluit omgevingsrecht bevat kwaliteitseisen waaraan het professioneel handhavingsproces op beleidsen strategisch niveau moet voldoen. Er moet onder
meer sprake zijn van bestuurlijk vastgelegde handhavingsdoelen die gebaseerd zijn op een analyse van de
handhavingsproblemen die zich kunnen voordoen.
Voor de uitvoering van de risicoanalyse is
gebruik gemaakt van een aanpak die door het
Expertisecentrum Rechtshandhaving van het Ministerie
van Justitie is ontwikkeld in het kader van programmatisch handhaven. In deze aanpak wordt voor het bepalen van het risico de volgende formule gehanteerd:
Risico = negatief effect x kans
op niet-naleving
Het risico wordt berekend door de scores van het
negatief effect te vermenigvuldigen met de kans op
niet-naleving. De basisgedachte achter de formule is
dat de beschikbare handhavingscapaciteit het meest
effectief kan worden ingezet op handhavingsonderwerpen met een hoger risico.
We vinden dat het inschatten van risico’s niet puur
en alleen met een formule bepaald kan worden. De
scores die worden gegeven aan bepaalde aspecten zijn
gebaseerd op praktijkervaringen van toezichthouders
en kunnen subjectief zijn.
Naast het toekennen van scoren op het gebied van
negatief effect en kans op niet-naleving worden er scores toegekend voor bestuurlijke aandacht en aspecten
die iets zeggen over de uitvoering.
Vanuit het taakveld milieu is de analyse methode doorontwikkeld en verbreed naar de verschillende handhavingsdomeinen die vallen onder deze Kadernota te
weten bouwtoezicht, ruimtelijke ordening, brandveiligheid, inrichting gebonden milieutoezicht, bodemtoezicht, bijzondere wetten, toezicht in de openbare
ruimte en veiligheid.
De risicoanalyse wordt per domein uitgevoerd en er
worden ook per domein prioriteiten gesteld. Bij het formuleren van handhavingsdoelen kunnen desgewenst
verbindingen worden gelegd, zoals het per gebied of
doelgroep koppelen van handhavingsacties.
De risicoanalyse is uitgevoerd door achtereenvolgens
de volgende stappen te doorlopen.
29
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
Per handhavingsdomein worden circa 20-25 hand-
Enkele belangrijke aspecten van de risicoanalyse:
havingsonderwerpen gekozen die voor de gemeente
- de risicoanalyse is een hulpmiddel dat inzichtelijk
relevant zijn.
maakt welke risico’s zijn verbonden aan verschil-
Aan deze handhavingsonderwerpen worden scores
lende onderwerpen, zodat daarover met de verant-
toegekend. De scores zijn grotendeels gebaseerd op
woordelijke bestuurder(s) het gesprek kan worden
de praktijkervaring van toezichthouders. De volgende
aangegaan;
aspecten worden gescoord:
- de risicoanalyse draagt bij aan bestuurlijk gedragen
Negatief effect (1): hoe groot zijn de negatieve gevolgen als regels niet worden nageleefd?
keuzes die uiteindelijk worden vastgelegd in het
HUP;
Kans op niet-naleving (2): hoe groot is de kans dat een
- de risicoanalyse is nadrukkelijk geen wetenschap-
doelgroep de regels niet naleeft?
pelijke of objectieve methode. De analyse wordt zo
In aanvulling op deze aspecten worden per onderwerp
mogelijk gevuld met gegevens uit de handhavings-
scores toegekend voor bestuurlijke aandacht (3) en
praktijk. Daar waar deze gegevens ontbreken wordt
aspecten die iets zeggen over de uitvoering (4) (zoals
gewerkt op basis van expert judgement: inschattin-
beschikbare menskracht, kennis en vaardigheden en
gen en aannames van gemeentelijke toezichthouders
samenwerking).
over de handhaving in hun gemeente.
Alle ingevoerde scores worden weergegeven op een
Interventies kiezen en programmeren
vijfpuntsschaal: 1 t/m 5. Het resultaat van de risicoana-
Nadat het handhavingsdoel is geformuleerd wordt
lyse wordt zichtbaar gemaakt in een risicodiagram zoals
per handhavingsdomein bepaald welke aanpak wordt
hieronder afgebeeld.
gekozen om het doel te realiseren. Meestal zal sprake
zijn van een mix van verschillende interventies. De
totaal benodigde capaciteitsinzet wordt berekend en
Vuurwerkverkooppunten
de beschikbare menskracht wordt over de verschillende
Kans op
niet-naleving
5
onderwerpen verdeeld.
4
3
Wanneer binnen een handhavingsdomein de beschik-
2
bare menskracht beperkt is, zal onderzocht worden
1
Bestuurlijke
aandacht
0
Uitvoeringsaspecten
op welke wijze pieken in de werkbelasting kunnen
worden opgevangen. Dit kan door temporiseren, het
alloceren van middelen (mits deze over de benodigde
deskundigheid en bevoegdheid beschikken) of het
inhuren van externe capaciteit.
Negatief effect
Wanneer deze opties niet tot een uitvoerbare taakstelling leiden, behoeft de vraag bijstelling. Dit kan door de
Inr
NI
De
risicodiagrammen lenen zich goed voor bespreking
met bestuurders, medewerkers en/of derden. In deze
aanpak en de doelomschrijving aan te aanpassen en/of
aan onderwerpen geen aandacht te geven.
fase is het van belang dat het beeld wat uit de analyse
naar voren komt, herkend en erkend wordt.
Registreren en monitoren
Gedurende het gehele jaar worden er gegevens over de
Nadat alle onderwerpen zijn gescoord, worden deze op
uitvoering verzameld. Deze informatie levert input voor
aflopend risico geordend. Dit resulteert in een ordinale
de volgende jaarcyclus.
schaal met bovenaan de onderwerpen met een hoog
risicoprofiel en onderaan de onderwerpen met een
Door registratie en monitoring is het mogelijk om
laag risicoprofiel. Door per handhavingsdomein aan
uitspraken te doen over:
maximaal vijf tot zes onderwerpen de hoogste prio-
- de mate van realisatie van handhavingsdoelen;
riteit toe te kennen, wordt het beter mogelijk om de
- de omvang van de handhavingsinzet op verschil-
beperkte menskracht op deze prioritaire onderwerpen
in te zetten.
lende onderwerpen;
- het naleefgedrag en nalevingsniveau van een
doelgroep.
30
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
Bijlage 3. Toelichting
handhavingsdomeinen
In deze bijlage staat beknopte informatie over de handhavingsdomeinen bouwtoezicht, ruimtelijke ordening,
brandveiligheid, inrichting gebonden milieutoezicht,
bodemtoezicht, bijzondere wetten, toezicht in de openbare ruimte en veiligheid.
Bouwtoezicht
Bouwtoezicht richt zich op naleving van het bouwbesluit, de bouwverordening, het welstandsbeleid en het
bestemmingsplan. Dit is sterk gekoppeld aan de verleende bouw-, monumenten-, en sloopvergunningen.
Het toezicht concentreert zich voornamelijk op de fase
tijdens de bouw. Daarnaast is er ad hoc toezicht op
bijvoorbeeld de bestaande woningvoorraad, aandacht
voor beschermd stadsgezicht en reclamebeleid. Dit kan
gaan over illegale bouw, achterstallig onderhoud etc.
Ook wordt binnen dit domein toezicht gehouden op
het slopen van asbest zonder vergunning.
Ruimtelijke ordening
Het toezicht op naleving van bestemmingsplannen
(ruimtelijke ordening) is deels gekoppeld aan bouwvergunningen. Toezicht op illegale bouw (bouwen in
strijd met het bestemmingsplan) of strijdig gebruik
(gebruik in strijd met het bestemmingsplan) vindt niet
structureel plaats maar op basis van excessen. Vanuit
het toezicht wordt tevens gereageerd op meldingen
van derden.
Brandveiligheid
Voorschriften betreffende brandveiligheid zijn opgenomen in het bouwbesluit. Er wordt binnen dit domein
gecontroleerd op de brandveiligheid van gebouwen
zoals kinderdagverblijven, scholen, verpleegtehuizen/
zorginstellingen, pensions, kamerbewoning en horeca.
Er wordt dan gekeken naar het gebruik van het pand,
de bouwkundige en installatietechnische aspecten
(sprinklers, compartimentering, e.d.) op het gebied van
brandveiligheid.
Inrichting gebonden milieutoezicht
Inrichting gebonden milieutoezicht richt zich op
toezicht van Wet milieubeheer plichtige bedrijven. Er
wordt voornamelijk gecontroleerd op naleving van
de voorschriften uit het Activiteitenbesluit milieubeheer, aanverwante regelgeving en/of de milieuvergunning. Aspecten waarop gecontroleerd wordt
zijn bijv. opslag van gevaarlijke stoffen en kans op
bodemverontreiniging. Een aantal voorbeelden van
doelgroepen waar milieutoezicht wordt gehouden zijn
31
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
autoherstelbedrijven, tankstations, jachthavens, gasdrukregel- en meetstations en landbouwinrichtingen.
Er is een zelfstandige toezichtstaak op het gebied van
Bijzondere wetten
geluid. Er wordt structureel toezicht gehouden op
Binnen het handhavingsdomein bijzondere wetten valt
dit aspect bij horecagelegenheden en evenementen.
de handhaving van de Drank- en Horecawet, de Wet op
Geluid is een belangrijke bron van overlast. Een deel
de Kansspelen en de Opiumwet. De belangrijkste doel-
van de handhavingscapaciteit wordt ingezet voor de
groepen zijn de reguliere horeca, de para commerciële
afhandeling van geluidsklachten.
instellingen (sportkantines, wijkcentra en dorpshuizen),
Daarnaast wordt er geparticipeerd bij landelijke of
evenementen, supermarkten, slijterijen, coffeeshops en
regionale projecten. Hierbij valt te denken aan energie-
prostitutiebedrijven.
projecten en ketenhandhaving asbest.
De Drank- en Horecawet (DHW) regelt de bedrijfsBodemtoezicht
matige verstrekking van alcoholhoudende dranken.
De Wet bodembescherming en het Besluit bodem-
Het doel van de wet is het voorkomen van gezond-
kwaliteit bevatten regels voor de bescherming van
heidsschade en verstoring van de openbare orde
de bodem. De uitvoering van bodemtoezicht betref-
door alcoholgebruik. Het toezicht op de naleving van
fende de Wet bodembescherming omvat taken zoals
de Drank- en Horecawet ligt sinds 1 januari 2013
het behandelen van meldingen, beoordelen van en
bij de gemeenten. Daarvoor was de Voedsel- en
beschikken op evaluatieverslagen, toezicht en handha-
Warenautoriteit (VWA) hiervoor toezichthoudend.
ving tijdens bodemsaneringen en de nazorgfase.
De uitvoering van het toezicht op het Besluit bodem-
De Wet op de Kansspelen (WOK) reguleert de kans-
kwaliteit omvat taken zoals toezicht en handhaving op
spelen. De uitvoering ligt deels op gemeentelijk niveau.
toepassingen van grond en baggerspecie op of in de
Op grond van de WOK heeft de gemeenteraad aan
bodem, de opslag van grond, bagger en bouwstoffen,
de burgemeester de bevoegdheid gegeven om een
toepassingen van bouwstoffen (menggranulaat, asfalt-
vergunning te verlenen voor één speelautomatenhal.
granulaat, betonklinkers e.d.).
Daarnaast verleent de burgemeester aanwezigheidsver-
De gemeente Leeuwarden is per 1 januari 2003 op
gunningen voor het hebben van een speelautomaat.
eigen verzoek aangewezen als één van de zogenoemde
Dit kan voor een horeca-inrichting zijn of voor een
bevoegd gezag gemeenten. Het college is daarmee het
speelautomatenhal.
bevoegd bestuursorgaan en verantwoordelijk voor de
handhaving van de Wet Bodembescherming. In andere
Artikel 13b van de Opiumwet is het juridische instru-
gemeenten wordt deze wetgeving onder verantwoorde-
ment om op te treden tegen illegale verkooppunten
lijkheid van Gedeputeerde Staten uitgevoerd.
van verdovende middelen. Ten aanzien van coffeeshops
wordt een gedoogbeleid gevoerd. Daarbij gelden de
Overige Wabo wetgeving
landelijk vastgestelde AHOJGI-criteria:
De Flora- en Faunawet is gericht op soortenbescherming. In de Natuurbeschermingswet draait het om het
A:geen affichering
beschermen van gebieden. De minister van Landbouw,
H:geen harddrugs
Natuur en Voedselveiligheid wijst deze gebieden aan.
O:geen overlast
Bij het verlenen van een omgevingsvergunning zal
J: geen aanwezigheid / verkoop aan jeugdigen
getoetst moeten worden aan de regels uit deze wetten.
G:geen verkoop van grote hoeveelheden (meer dan 5
Het college kan ontheffing verlenen van verbodsbepa-
gram per transactie)
lingen uit de Flora- en Faunawet.
I: geen toegang en verkoop aan niet-ingezetenen
Waterwet; ten aanzien van indirecte lozingen (lozingen
Prostitutieregelgeving staat in hoofdstuk 3 van de APV.
die via het rioolstelsel naar de rioolwaterzuiverings-
Doel daarvan is het voorkomen van verstoring van de
installatie gaan) is het college het bevoegd gezag in
openbare orde en het regelen van een gezonde en
plaats van het dagelijks bestuur van het Wetterskip
veilige werkomgeving. De burgemeester is bevoegd
Fryslân. Het toezicht van deze wetgeving ligt bij het
vergunning te verlenen voor een seksinrichting terwijl
Wetterskip.
het college bevoegd is vergunning te verlenen voor een
escortbedrijf.
32
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
Doorgaans is voor het gebruik van openbare grond
De landelijke wetgeving m.b.t. dit onderwerp heeft
op basis van de APV een vergunning nodig. Er
ernstige vertraging opgelopen en treedt vermoedelijk
wordt gecontroleerd op de naleving van verleende
niet eerder in werking dan 1 januari 2015.
vergunningen.
De verwachting is dat het toezicht op de vergunnin-
Groen / bomen; om kaalslag en illegale kap tegen te
gen en de illegale prostitutie in de nabije toekomst
gaan is op grond van de APV een kapvergunning nodig
naar de gemeente gaat. Toezicht ligt nu nog bij het
voor de kap van houtopstanden (monumentale bomen
Mensenhandel Interventie Team (MIT) van de politie.
of 9 of meer bomen). Veelal wordt met het verlenen
De controle op mensenhandel en het daadwerkelijk
van een kapvergunning een herplantplicht opgelegd.
constateren van illegale prostitutie blijft een taak van
Er is controle op naleving van verleende vergunnin-
de politie.
gen, controle op uitvoering van de herplantplicht en
optreden bij illegale activiteiten en niet naleving van
De GGD Fryslân voert één keer per jaar een inspectie
vergunningvoorschriften.
uit naar de hygiëne van de prostitutiebedrijven. De
GGD houdt tevens een medisch spreekuur. Daarnaast
Controle in het kader van afval richt zich op naleving
is er ook een sociaal-maatschappelijk spreekuur, dat
van de Afvalstoffenverordening. De nadruk ligt hierbij
wordt verzorgd door Fier Fryslân.
op huishoudelijke afvalstoffen en dumping van grofvuil.
Toezicht openbare ruimte
In Leeuwarden zijn naast de APV ook het
Het handhavingsdomein toezicht openbare ruimte
Ligplaatsenbeleid en het Aanwijsbesluit Ligplaatsen,
bestaat uit de deelgebieden honden, parkeren,
kaden en wallen van kracht. Controle hierop heeft
reclame, graffiti, gebruik openbare grond, groen /
vooral betrekking op illegaal ingenomen ligplaatsen.
bomen, afval, ligplaatsen en ambulante handel.
Ambulante handel; de gemeente kent diverse
Op grond van de APV is het laten loslopen van honden
week- en jaarmarkten. Door gericht toezicht tijdens
verboden (m.u.v. de losloopgebieden), is het oprui-
verschillende markten wordt er voor gezorgd dat de
men van uitwerpselen verplicht en mogen honden in
Marktverordening en het Marktbeleid wordt nageleefd.
bepaalde gebieden niet komen. Toezicht en handhaving richt zich op verbetering van het naleefgedrag met
Veiligheid
als resultaat schonere wijken en parken.
Bij het handhavingsdomein veiligheid gaat het onder
andere om de activiteiten die worden uitgevoerd in het
Leeuwarden kent betaald parkeren, vergunninghouders
kader van het toezichtsmodel, cameratoezicht, de aan-
en blauwe zones. In deze gebieden wordt doorlopend
pak van overlast gevende jeugdgroepen, het Meldpunt
gesurveilleerd (intensiever in de binnenstad) met als
Overlast en de AFAC.
doel de naleving van wet- en regelgeving te verbeteren
en de betalingsbereidheid te verhogen.
Het toezichtsmodel binnenstad is het samenwer-
Het verwijderen van verkeerd gestalde fietsen, wees-
kingsverband tussen politie, gemeente en diverse
fietsen en wrakken valt ook onder het deelgebied par-
(particuliere winkel-)beveiligingsorganisaties. De
keren, net zoals de uitvoering van de wegsleepregeling.
aandachtspunten vanuit het toezichtsmodel zijn o.a.
het aanspreken/doorgeven van personen met verblijfs-
Er worden met regelmaat gevelreclames, reclame-
verboden/winkelverboden, fietsendiefstal, overlast
posters, -borden en overige reclame-uitingen in de
door (verslaafde) dak- en thuislozen, drugsdealers en
openbare ruimte geplaatst of aangebracht. Toezicht
groepen jongeren, parkeerexcessen, APV en graffiti. De
en handhaving richt zich op de uitgangspunten zoals
aandachtsgebieden zijn het winkelgebied binnenstad,
beschreven in de nota Oog voor Reclame en de ver-
stationsgebied, Weaze en de Prinstentuin.
bodsbepalingen in de APV.
Sinds enkele jaren maakt cameratoezicht onderdeel
Toezicht op graffiti richt zich op het in de APV verboden
uit van het toezicht op de uitgaansdagen (donder-
‘kladden’ in de openbare ruimte.
dag, vrijdag en zaterdag) tijdens de nachtelijke uren.
33
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
Cameratoezicht wordt ingezet ter ondersteuning van de
politie.
Onderdeel van de werkzaamheden van Stadstoezicht
is het tijdens surveillance en controles in kaart brengen
van overlastgevende jeugdgroepen. Hierbij wordt actief
samengewerkt met politie en straatcoaches. Daarnaast
wordt een actieve bijdrage geleverd aan het samenwerkingsverband Taskforce Jeugdoverlast.
Via het Meldpunt Overlast worden meldingen van
overlast in wijken doorgegeven aan bijvoorbeeld
Stadstoezicht. Deze locaties kunnen dan worden meegenomen bij de surveillances. De aanpak is afhankelijk
van de aard van het probleem en kan variëren van het
aangaan van gesprekken tot handhavend optreden.
De Algemene Fietsen Afhandel Centrale (AFAC) is het
samenwerkingsverband tussen de gemeente, politie
en Omrin/Estafette dat gericht is op het tegengaan en
oplossen van fietsendiefstal.
34
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
35
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid
BWM
BWM
Wijkz./Stadstoezicht
Wijkz./Stadstoezicht
JVZ
Bouwen, Ruimtelijke Ordening
en brandveiligheid
Milieu-inrichtingen en bodem
Veiligheid
Fysieke openbare ruimte
Bijzondere wetten
Totaal FTE/lasten
Sector
Domein/Wetten, regelingen
Bron: begroting 2014
020
019;043;059;060;
009;077;090
020
025; 046
025
Nr.
beleidsprodukt
44,90
20,40
15,00
0,56
8,94
Toezicht
Bijlage 4. Handhavingscapaciteit
Gemeente Leeuwarden 2014
13,28
1,83
-
-
9,55
1,90
Handh.
4,20
0,55
0,58
0,42
0,40
2,25
Juridisch
5,20
0,20
2,31
1,69
0,31
0,69
Management
en onderst.
67,58
2,58
23,29
17,11
10,82
13,78
Totaal
FTE (incl. management/coördinatie)
6.550.023
168.198
2.188.843
1.607.736
1.219.847
1.365.399
Bedrag
-
-
-
-
-
-
Inhuur
derden
210.864
-
-
-
191.064
19.800
Overige
kosten
Totale
kosten
6.760.887
168.198
2.188.843
1.607.736
1.410.911
1.385.199
Budgetten derden
1.918.420
47.916
1.228.123
40.000
-
602.381
Bedrag
Opbrengsten
36
Kadernota Handhaving
Fysieke leefomgeving en veiligheid