ALUMNI-ONDERZOEK

ALUMNI-ONDERZOEK
examenjaar 2012-2013
havo & vwo
april 2014
(publieksversie)
1
introductie
Om te peilen hoe oud-leerlingen terugkijken op de GSR, wordt elk jaar aan de geslaagde leerlingen
uit de examenklassen havo en vwo een vragenlijst toegestuurd. Hierin worden de leerlingen bevraagd op de tevredenheid over de opleiding die ze gevolgd hebben (kwaliteit), de vorming die ze
hebben meegekregen (identiteit) en de begeleiding in de keuze van een vervolgopleiding (keuzeproces). Ten slotte: wat valt er te melden over de huidige vervolgopleiding? In dit verslag worden de
resultaten van het onderzoek gepresenteerd.
Aan de 180 leerlingen die in het schooljaar 2012-2013 in de examenklassen havo (116) en vwo (64)
zaten, is de jaarlijkse alumni-enquête voorgelegd. Op 31 maart 2014 waren er 67 reacties binnen
vanuit deze doelgroep. De verdeling over de opleidingen is: 36 voormalige havo-leerlingen hebben
gereageerd en 31 vwo-leerlingen. Daarmee komt de respons op 37% (havo: 31%, vwo: 48%).
Met de vragen worden enkele thema’s aan de orde gesteld: de kwaliteit van het onderwijs, de vorming vanuit de christelijke identiteit, het keuzeproces voor een vervolgopleiding en wat informatie
over de huidige opleiding. Aan de hand van deze vier thema’s geven we een presentatie van de resultaten van het onderzoek, met daarbij een interpretatie van de opbrengst.
1. de kwaliteit van het onderwijs
In deze categorie zijn zes vragen gesteld, namelijk:
1. In mijn vervolgopleiding merk ik dat ik voldoende heb geleerd om zelfstandig te werken
2. in mijn vervolgopleiding merk ik dat ik voldoende algemene vaardigheden heb ontwikkeld
3. In mijn vervolgopleiding merk ik dat ik voldoende heb geleerd om samen te werken
4. In mijn vervolgopleiding merk ik dat ik voldoende heb geleerd over tekstanalyse
5. In mijn vervolgopleiding merk ik dat ik een goede algemene vorming heb meegekregen
6. In mijn vervolgopleiding merk ik dat ik een goede basis heb bij de vakken die relevant zijn
voor mijn vervolgopleiding
Alle reacties samen geven per onderwerp het volgende beeld (frequentietabel per vraag):
zelfstandig
alg. vaardigh.
samenwerken
tekstanalyse
alg. vorming
goede basis
geheel mee eens
35
32
40
18
39
35
enigszins mee eens
20
24
18
35
22
23
enigszins mee oneens
7
7
5
6
4
4
geheel mee oneens
1
2
1
3
0
0
3,41
3,32
3,52
3,10
3,54
3,50
onderwerp:
2
Op de onderste regel staat een getal dat verkregen is door de nominale antwoordmogelijkheden (in
woorden: “geheel mee eens” enzovoorts) om te zetten naar een ordinale schaal (in cijfers, resp. van
boven naar beneden de waarden 4 t/m 1). Op deze manier kan een gemiddelde score voor elke
vraag worden berekend.
Uit de gegeven antwoorden wordt een cumulatieve frequentietabel samengesteld, door de aantallen
keuzes per antwoordmogelijkheid over alle zes de vragen op te tellen.
niveau:
totaal
havo
vwo
totaal
havo
vwo
geheel mee eens
199
107
92
52%
50%
54%
enigszins mee eens
142
83
59
37%
39%
35%
enigszins oneens
33
16
17
9%
8%
10%
geheel oneens
7
6
1
2%
3%
1%
3,40
3,37
3,43
gemiddelde score
Van de havo-respondenten is 89% behoorlijk tevreden over de kwaliteit van de opleiding op de GSR;
bij de vwo-respondenten is dit ook 89%. Van alle respondenten geeft er één bij 3 van de 6 vragen aan
het geheel oneens te zijn met de stellingen; van alle anderen is er niemand die dat bij meer dan een
stelling doet.
We zien uit het eerste overzicht dat de meeste ontevredenheid (score 3,10) zit bij het onderwerp
“tekstanalyse”; 9 respondenten (dat is 13%) zijn het enigszins of geheel oneens is met die stelling.
Ondanks de betere score zien we ook bij de eerste stelling (“zelfstandigheid”) en de tweede stelling
(“alg. vaardigheid”) een vergelijkbaar aantal leerlingen dat kiest voor enigszins of geheel oneens: 8
resp. 9 respondenten (dat is 12% resp. 13%).
3
2. vorming vanuit gereformeerde identiteit
In deze categorie zijn vijf vragen gesteld, namelijk:
7. (Mede) door mijn schooltijd op de GSR ben ik gegroeid in een Bijbelse kijk op het leven
8. (Mede) door mijn schooltijd op de GSR ben ik toegerust om met anderen over het geloof
te praten
9. (Mede) door mijn schooltijd op de GSR heb ik basiskennis gekregen over de gereformeerde leer
10. Tijdens mijn schooltijd op de GSR heb ik docenten meegemaakt die als christen willen leven en werken
11. (Mede) door mijn schooltijd op de GSR heb ik geleerd hoe ik het geloof kan betrekken bij
keuzes die ik maak
Uit de gegeven antwoorden ontstaat het volgende beeld (cumulatieve frequenties):
niveau:
totaal
havo
vwo
totaal
havo
vwo
geheel mee eens
115
62
53
36%
35%
38%
enigszins mee eens
134
78
56
42%
44%
40%
enigszins mee oneens
51
31
20
16%
17%
14%
geheel mee oneens
19
7
12
6%
4%
9%
3,08
3,09
3,06
gemiddelde score
4
Van de havo-respondenten is dus 79% behoorlijk tevreden over de GSR als gereformeerde school; bij
de vwo-respondenten is dit 78%. Van alle respondenten geeft 22% aan het geheel of enigszins oneens te zijn met de stelling(en), wat betekent dat deze oud-leerlingen niet tevreden zijn over aspecten van het gereformeerde karakter van het onderwijs dat zij hebben gehad.
Alle reacties samen geven per onderwerp het volgende beeld (frequentietabel):
onderwerp:
Bijbelse kijk
toegerust
geref. leer
als christen
keuzes
geheel mee eens
21
17
29
41
7
enigszins mee eens
27
22
28
22
35
enigszins mee oneens
12
18
5
0
16
geheel mee oneens
4
6
3
1
5
gemiddelde score
3,02
2,79
3,28
3,61
2,70
score vwo
3,00
2,79
3,24
3,64
2,64
score havo
3,03
2,80
3,31
3,58
2,74
We zien uit dit overzicht dat de minste tevredenheid zit bij de onderwerpen “geloof betrekken bij
maken van keuzes” en “toegerust om in gesprek te gaan” (met resp. 36% en 31% min of meer ontevreden); ook het meekrijgen van “een Bijbelse kijk op het leven” kan beter met 24% min of meer
ontevreden reacties. Heel bemoedigend is opnieuw het beeld dat leerlingen van docenten hebben:
94% herinnert zich docenten die zich als Christen lieten kennen (waarbij zelfs 61% hierop reageert
met “geheel mee eens”!). Leerlingen hebben een stevige ondergrond meegekregen in de gereformeerde leer (85% geheel of enigszins mee eens).
Vergelijking van de scores van havo en vwo laat zien dat er geen significante verschillen zijn tussen
deze beide groepen leerlingen.
5
3. het keuzeproces
Binnen dit thema is er een onderscheid tussen twee categorieën van vragen. Om te beginnen is gevraagd naar de waardering van activiteiten die door de school zijn ondernomen op het punt van keuzebegeleiding:
12. Bij het maken van een keuze voor een vervolgopleiding heb ik voldoende algemene voorlichting vanuit de GSR gekregen.
13. Bij het maken van een keuze voor een vervolgopleiding ben ik goed persoonlijk begeleid
door mijn decaan
14. Bij het maken van een keuze voor een vervolgopleiding heb ik veel gehad aan een psychologisch onderzoek dat ik gedaan heb op de GSR
15. Bij het maken van een keuze voor een vervolgopleiding heb ik via het decanaat goede informatie vanuit vervolgopleidingen gekregen
Het cumulatieve frequentie-overzicht:
niveau:
totaal
havo
vwo
totaal
havo
vwo
geheel mee eens
61
38
23
25%
28%
21%
enigszins mee eens
96
52
44
39%
38%
41%
enigszins mee oneens
50
27
23
20%
20%
21%
geheel mee oneens
38
20
18
16%
15%
17%
2,71
2,77
2,63
gemiddelde score
6
Het algemene beeld is dat ongeveer twee-derde van de respondenten vindt dat de begeleiding vanuit de GSR voldoende is geweest. De havo-respondenten zijn gemiddeld genomen iets positiever.
Vervolgens is de oud-leerlingen gevraagd om aan te geven door wie ze bij het maken van een keuze
vooral beïnvloed zijn:
16. Bij het maken van een keuze voor een vervolgopleiding heeft het advies van mijn decaan
een rol gespeeld
17. Bij het maken van een keuze voor een vervolgopleiding heeft het advies van een docent
een rol gespeeld
18. Bij het maken van een keuze voor een vervolgopleiding ben ik beïnvloed door de resultaten die ik bij bepaalde vakken haalde
19. Bij het maken van een keuze voor een vervolgopleiding ben ik beïnvloed door de inbreng
van mijn ouders
20. Bij het maken van een keuze voor een vervolgopleiding ben ik beïnvloed door de inbreng
van vrienden
decaan
docent
resultaten
ouders
vrienden
geheel mee eens
7
3
6
13
6
enigszins mee eens
11
12
27
27
13
enigszins mee oneens
16
22
17
11
26
geheel mee oneens
24
23
14
11
19
geen mening
9
7
3
5
3
Het verschil in scores door de havo-alumni en de vwo-alumni blijkt uit de volgende tabel:
decaan
docent
resultaten
ouders
vrienden
havo
2,16
1,88
2,40
2,71
2,31
vwo
1,85
1,96
2,38
2,64
1,83
allen
2,02
1,92
2,39
2,68
2,09
Het lijkt erop dat havo-leerlingen in hun keus meer door de decaan worden beïnvloed en ook door
hun vrienden.
7
4. de huidige vervolgopleiding
In totaal vier van de respondenten volgen niet meer de opleiding waarmee ze begonnen zijn na de
GSR. Dat betekent op het totaal van 67 respondenten dat 6% gestopt of gewisseld is. Het betreft in
alle gevallen leerlingen met een havo-diploma; binnen die groep gaat het dan om 11%).
Een aantal respondenten gaf aan nu lid te zijn van een studentenvereniging. In alle gevallen is ook
vast te stellen wat het karakter van die vereniging is. Dezelfde trend als voorgaande jaren is ook nu
zichtbaar: onder vwo-gediplomeerden is de deelname aan christelijke (incl. de gereformeerde) studentenverenigingen groter dan onder de havisten. Vaak betreft het ook huidige studenten aan universiteiten.
lid geworden
geref.
chr.
alg.
3 (8%)
0 (0%)
2 (6%)
1 (3%)
(N = 31)
16 (52%)
5 (16%)
10 (32%)
1 (3%)
totaal (N = 67)
19 (28%)
5 (7%)
12 (18%)
2 (3%)
havo (N = 36)
vwo
H. van Leeuwen
(9 april 2014)
8