Participatiewet - 2014 Platform VG Zuidoost Brabant

Participatiewet
Participatiewet
Visie en uitgangspunten (1)
• Iedereen moet kunnen meedoen als volwaardig burger en
bijdragen aan de samenleving.
• Participatiewet streeft naar een inclusieve arbeidsmarkt,
voor jong en oud, en voor mensen met en zonder
beperking
• Eén regeling voor bijstand, beschut werk en
jonggehandicapten, ofwel samenvoegen WWB, WSW en
Wajong
Participatiewet
Visie en uitgangspunten (2)
• Meer mensen met een arbeidsbeperking aan het werk bij een
gewone werkgever.
• Sociale voorzieningen moeten weer worden waar ze ooit voor
bedoeld zijn, nl :
• De bijstand: tijdelijk vangnet
• Wajong: alleen bestemd voor wie volledig en duurzaam geen
arbeidsmogelijkheden heeft.
Participatiewet
Visie en uitgangspunten (3)
• Werk is de beste sociale zekerheid, geeft mensen
eigenwaarde, zorgt voor sociale contacten en biedt kansen op
zelfontplooiing
• Het voorkomen van onnodig gebruik van voorzieningen om
het stelsel betaalbaar en sociaal te houden.
• Participatiewet is onderdeel van de decentralisatie; daardoor
kunnen gemeenten samenhang aanbrengen op gebied van
participatie, ondersteuningn en begeleiding
• Het activeren van potentiële werknemers zorgt voor meer
draagvlak van het sociale stelsel en een betere financiële
positie voor Nederland.
Participatiewet
Hoofdlijnen (1)
•
•
•
•
Eén regeling voor bijstand, beschut werk en wajongers
Start: 1.1.2015
Centrale rol voor gemeenten.
Deze kan instrumenten en voorzieningen inzetten voor
mensen die kunnen werken (ook met een werkvermogen
onder minimumloon.
• WAJONG : alleen volledig en duurzaam jonggehandicapt
• WSW: gaat dicht per 1.1.2015. Mensen die er per
31.12.2014 werken, behouden rechten en plichten.
Participatiewet
Hoofdlijnen (2)
 Afspraken coalitie met D66, SGP en CU
 Huidige WAJONG-ers met arbeidsvermogen komen niet in de
bijstand terecht.
 Quotumwet voorlopig uitgesteld.
 Om in werking treding quotum te voorkomen moet de
marktsector zorgen voor 16.000 extra arbeidsplaatsen; de
overheid zelf zorgt voor 10.000 extra arbeidsplaatsen.
 Er komen 35 werkbedrijven, die schakel moeten worden
tussenwerkgevers en mensen met een arbeidsbeperking.
Participatiewet
Partijen
•
•
•
•
•
Rijksoverheid
Gemeenten
Werkgevers
Wajongers
Werknemers bij SW bedrijf
Participatiewet
Taken Rijksoverheid:
• Via wetgeving zorgen voor arbeidsparticipatie.
• Creëeren van 25.000 extra banen in 10 jaar vanaf 2015
• In de gaten houden (monitoren) of ook het bedrijfsleven zijn
afspraken nakomt v.w.b. het scheppen van de afgesproken
aantallen extra banen
Participatiewet
Taken gemeenten:
• Gemeente beheert budgetten reïntegratie en participatie.
• Gemeenten leggen in een verordening beleid vast over de
inzet van de no-riskpolis, loonkostensubsidie,
werkvoorzieningen en vormgeving van beschutte
werkplekken.
• Wordt het loket voor mensen met een beperking, met grote
afstand tot de arbeidsmarkt en gezinnen met complexe
problemen.
• Gemeenten moeten samenwerken in arbeidsmarktregio’s om
grotere werkgevers eenduidig te kunnen benaderen.
Participatiewet
Taken werkgevers:
• Volgens afspraken in sociaal akkoord 100.00 extra banen
scheppen. Als dat niet volgens schema verloopt komt er een
quotumwet.
• Er komt € 600 miljoen beschikbaar om
arbeidsmarktknelpunten op te lossen, wanneer een bedrijf
productieactiviteiten uit het buitenland terug haalt naar
Nederland (reshoring). Gaat vaak om laaggeschoolde arbeid.
• Ook komt er €.114 miljoen uit het Europees Sociaal Fonds.
Participatiewet
Wajongers
•
•
•
•
Herbeoordeling Wajongers start 1.1.2015
Daarna elke vijf jaar herbeoordeling.
Wajongers worden beoordeeld op werkvermogen
Als men meer dan 20% arbeidscapaciteit hebben hebben na
de keuring mensen nog een half jaar Wajong uitkering,
voordat ze overgaan naar de gemeente (participatiewet)
Participatiewet
Wajongers
• Bij en met de gemeente wordt een plan van aanpak opgesteld
om aan het werk te komen.
• Mensen, die al werken en een aanvullende uitkering of
voorziening hebben, blijven voorlopig tijdens hun
dienstbetrekking bij het UWV
• UWV zal een beoordelingsmethode toepassen, die lichter is dan
normaal bij claimbeoordeling.
• Wanneer een Wajonger in de participatiewet terecht komt wordt
een plan van aanpak opgesteld om aan het werk te komen.
Participatiewet
Wajongers
• Als een Wajonger 10 jaar lang geen mogelijkheden heeft voor
arbeidsparticipatie, kan deze als nog als Wajonger worden
aangemerkt.
• Verwachting is dat van de 240.000 wajongers er 140.000
arbeidsvermogen hebben.
• Overgang gaat geleidelijk : mensen met de minste afstand het
eerst.
Participatiewet
Sociale werkvoorziening
• Per 1.1.2015 kan niemand meer instromen in de WSW
• Mensen, die per 31.12.2014 een WSW dienstverband
hebben, behouden hun huidige wettelijke rechten en plichten
• Herindicatie blijft uitgevoerd worden door UWV; criteria
worden niet gewijzigd.
• Afbouw van het aantal WSW plaatsen vindt plaats in 40 jaar
Participatiewet
100.000
80.000
60.000
40.000
Uitstroom zittend bestand
Instroom beschutte arbeid nieuwe stijl
20.000
0
2012
2022
2032
2042
2052
Participatiewet
Werkbedrijven
•
•
•
•
Er komen in ons land 35 werkbedrijven
Deze zorgen voor de dienstverlening aan werkgevers.
Dragen zorg voor eenduidige inzet van instrumenten.
Aanbieden van de no-risk polis, die voorkomt dat werkgever
bij ziekte loon moet doorbetalen
• Maken afspraken over de organisatie van beschut werk.
Participatiewet
Werkbedrijven
Dienstverlening aan werkgevers bestaat uit:
• Beeldvormingscampagnes en informatie over de wet
• Administratieve last voor werkgevers minimaliseren.
• Dienstverlening moet onderdeel zijn van regionaal
arbeidsmarktbeleid
• In de regio één digitaal loket voor werkgevers
• Werkgevers krijgen één contactpersoon voor gemeenten en
UWV
• Inzichtelijk werkzoekendenbestand
Participatiewet
Loonkostensubsidie
• Gemeente kan dit instrument inzetten voor iedereen binnen de
wet, die door een beperking niet zelfstandig 100% van het
minimumloon kan verdienen.
• Gemeente betaalt het deel tussen de loonwaarde van
werknemer en het WML aan de werkgever.
• Werkgever betaalt, indien het loon hoger is dan het WML, het
deel van WML naar CAO-loon.
• Instrument loonkostensubsidie kan structureel worden ingezet
tot aan de pernsioengerechtigde leeftijd.
Participatiewet
Beschut werken
• Voor mensen die niet zelfstandig in een bedrijf kunnen werken.
• Gemeenten kunnen beschut werk vormgeven bij werkgever
(met begeleiding), via detachering of intern georganiseerd.
• Vertegenwoordigers van cliënten moeten worden betrokken bij
vormgeving van het beleid ; de verordening moet voor de
besluitvorming met hen worden besproken.
• Kabinet denkt, dat er in de structurele situatie 30.000 beschutte
werkplekken moeten komen.
Wet langdurige zorg
• Wordt opvolger van AWBZ
Wlz
- Indicatie door CIZ, face to face
- Indicatie in ZZP, geen uren, totaal integraal pakket
- Cliënten met Wlz-indicatie met PGB krijgen algemene
gezondheidszorg uit de ZVW en specifieke behandeling
uit Wlz
Toegang tot Wlz
- Permanent toezicht ter voorkoming van escalatie of
ernstige problemen
- 24 uur per dag zorg in de nabijheid, om ernstige
problemen te voorkomen
- Als iemand bij fysieke problemen voortdurend
begeleiding, verpleging of overname van zelfzorg nodig
heeft
- Zware regieproblemen en voortdurende begeleiding nodig
Wlz
- Geldt ook voor kinderen, bij wie gebruikelijke zorg wordt
meegenomen
- Aanpassingen in woningen voor kinderen, ook via Wlz
- Aanpassingen in (eigen) woning ouder dan 18 jaar….
Zelf betalen
- Opvoedkundige hulp via Jeugdwet
- Sociaal vervoer via WMO
Wlz
Keuze uit:
- ZIN (zorg en verblijf)
- VPT (volledig pakket thuis)
- PGB
- Omkatten naar functies en klassen vervalt
Overgangsrecht
Verschillende groepen te onderscheiden
1. Mensen met een indicatie voor extramurale AWBZ-zorg
die overgaat naar de WMO 2015 en/of de Zvw of Jeugdwet
2. Mensen met een indicatie voor verblijf die ook
daadwerkelijk in een instelling verblijven
3. Mensen die een indicatie voor verblijf hebben maar thuis
wonen en daar de zorg krijgen
4.Mensen met een indicatie voor verblijf die verblijven in
een kleinschalig wooninitiatief
Overgangsrecht
• Cliënten onder 18 met een ZZP VG 1-3 hebben geen
rechten in de Wlz, maar komen in de Jeugdwet.
• Cliënten die verblijf daadwerkelijk afnemen houden
levenslang recht op verblijf. Geldt ook voor lagere ZZP’s.
• Cliënten die geen verblijf afnemen en die een indicatie
voor verblijf hebben voor een zwaar ZZP, houden
levenslang recht op dat verblijf.
Mensen met een ZZP verblijven
thuis
De cliënten die onder de AWBZ een indicatie voor verblijf
hebben gekregen, maar op het moment waarop de Wlz in
werking treedt nog thuis wonen, wordt de
keuzemogelijkheid geboden om alsnog te gaan verblijven
in een instelling. Het gaat hierbij om circa 70.000 mensen
met verschillende zzp’s; zowel de lage als hoge. Het betreft
mensen die hun zzp-indicatie hebben laten omzetten in
functies en klassen van extramurale zorg of om cliënten die
gebruik maken van een PGB of een VPT.
• Hoog ZZP, dan behoud van recht op een plek in een
instelling of gebruik PGB/VPT volgens Wlz
normen/tarieven
• Laag ZZP VG 1, 2 en 3 (thuis blijven wonen) wordt
WMO/Zvw
Kleinschalige wooninitiatieven
Mensen met een laag ZZP die op datum inwerktreding van
de wet wonen in een kleinschalige woonvorm, behouden
indicatie Wlz
Tariefswijzigingen
• PGB wordt afgeleid van Nza tarieven, die zullen wijzigen
in 2016/17 (-5%). PGB dus ook omlaag
Uitzonderingen:
• Als men een oude budgetgarantie heeft
• De budgetgarantie voor wooninitiatieven