April 2014 In deze nieuwsbrief Nr. 18 Jaargang 8 In deze nieuwsbrief… blikken wij terug op de eerste vijf jaar en de viering van dit jubileum van De Regenboog. Eerste komt Karin Bakker met algemene cijfers aan het woord, vervolgens Rita Renema over de palliatieve zorg in Pniël en De Regenboog en daarna Monique Walrave, in samenwerking met Wil van Wetten over stichting De Schutshaven. Aad de Kool kijkt vooruit. Dan volgt een interview met Trudie Vermeulen, verpleegkundige, over de nachten in De Regenboog. Tenslotte doet Nicole Knijnenburg verslag van de viering van het eerste lustrum van De Regenboog, het huis met een lach en een traan. Van de coördinator Karin Bakker Coördinator De Regenboog Terugkijkend op 5 jaar De Regenboog kan ik zeggen dat de tijd is omgevlogen. Er is veel gebeurd in de afgelopen tijd. We zijn begonnen als onderdeel van afdeling het Anker. De beroepskrachten die een palliatieve opleiding hadden gevolgd werkten ook in De Regenboog. Samen met circa 22 vrijwilligers vormden zij een team. Nu zijn we een zelfstandig, zelf organiserend team geworden waar zes vaste beroepskrachten en 36 vrijwilligers werkzaam zijn in de appartementen. Een groep van zes vrijwilligers kookt inmiddels elke dag een verse maaltijd voor de bewoners. Een andere vrijwilliger begeleidt de bewoners op het creatieve vlak. Dan zijn er vier vrijwilligers voor de tuin en de administratie. En zelfs voor het aquarium wordt gezorgd. Waar we begonnen zijn met een inloophuis voor mensen met kanker en hun naasten, hebben we in de afgelopen jaren moeten constateren dat dát niet werkt onder de vlag van een hospice. Mensen ervaren dit als te confronterend. Er is nu een centrum voor rouw en verlies waar onder leiding van vrijwilligers op een kunstzinnige manier wordt omgegaan met verlies. In de toekomst zal dit Onder de Regenboog heten. Twee nieuwe, ervaren vrijwilligers starten in september met gespreksgroepen voor verlies en rouw. Vrijwilliger Tolien inspecteert de tuin In De Regenboog werken omstreeks vijftig vrijwilligers en het verloop is niet groot. Als er al vrijwilligers weggaan is dat meestal om gezondheidsredenen of vanwege hun leeftijd of door tijdgebrek. De onderlinge sfeer is hecht en er wordt als één team samengewerkt met de beroepskrachten. De groep vrijwilligers groeit nog steeds. En dat is goed. In vijf jaar tijd hebben we voor 250 mensen gezorgd in de leeftijd van 30 tot 100 jaar, het gemiddelde verblijf bedroeg dertig dagen en er kwamen iets meer vrouwen dan mannen. De gemiddelde leeftijd van de vrouwen was 73, die van de mannen 72. Van al deze mensen hebben wij veel geleerd, of zij nu een dag bij ons waren of langer. Astrid Knippenburg, verpleegkundige van het eerste uur, heeft hierover een gedicht geschreven. Welkom lief mens, hier mag u zijn, hier willen wij iets voor u betekenen hier bij ons, willen wij er voor u zijn! Lief mens, hoe was uw nachtrust? zal ik uw kussens voor u schikken? kunt u nog wat rusten! ga maar liever naast mij zitten, stilletjes naast mij zijn! Lief mens, wilt u nog iets eten of drinken? de kok heeft het middageten klaar! liever een kopje bouillon? Astrid Knippenburg Verpleegkundige Laat me maar even alleen zijn! Lief mens , mag ik iets voor u doen, zal ik iets voor u halen? of liever helemaal niets? bent u moe, wilt u uw hoofd laten rusten? ga naast me zitten en wil er voor me zijn! goedenacht lief mens, kan u de slaap niet vatten? bent u aan het tobben? ik blijf bij u, ik tob gewoon met u mee! u hoopt dat het over is, dat u eindelijk mag gaan! Fijn dat ik voor u mocht zorgen! dat wij er voor u mochten zijn. Terugblik vijf jaar Regenboog Bij het terugblikken op vijf jaar Regenboog denk ik terug aan de periode dat de palliatieve zorg in verpleeghuis Pniël werd gegeven en hoe dit nu in de Regenboog gebeurt, steeds gericht op de ander. De kracht van de palliatieve zorg ligt in de multidisciplinaire aanpak. Multidisciplinair samenwerken is gebruik maken van elkaars deskundigheid, maar ook samen delen, samen evalueren, samen bezinnen, samen huilen, samen lachen. In de zorg voor de stervende medemens is het waardevol om een goed team te vormen, waarvan ieder lid met zijn/haar eigen kwaliteiten en professie een onmisbare rol vervult. Rita Renema Geestelijk verzorger Zij zijn complementair aan elkaar en ondersteunen elkaar. Deze multidisciplinaire zorg is door de grote groep vrijwilligers in Medemens De Regenboog verbreed en versterkt. Medemens zijn is mededogen hebben met de ander. Het sterven van een mens is steeds een uniek gebeuren. Het aanwezig mogen zijn bij een stervensproces en bij het uiteindelijke sterven is soms beangstigend, heftig, ontroerend, mooi, rustig. Maar het is altijd intiem. Je zonder voorbehoud openstellen voor die ander, met zijn/haar verhaal Je naast die ander zetten, met oren die horen, ogen die zien. Kwetsbaar durven zijn vanuit eigen sterfelijkheid. Mens zijn, medemens zijn, laat de ander weten: je mag er zijn. Het gaat erom dat je er bent, en dat is moeilijker dan menigeen denkt. Actief luisteren, verwoorden wat je hoort en ziet. Ieder mens heeft zijn/haar eigen geschiedenis, karakter en manier van denken en beleven ontwikkeld. De stervende en diens naasten willen begrepen worden in hun angsten, vragen, emoties, teleurstellingen, boosheid, in alles wat hen op dat moment bezighoudt. Er zijn mensen die dat nauwelijks kunnen uiten en in zichzelf opgesloten zijn. Altijd moet men gericht zijn op de ander: Wie is die ander? Wat kan ik voor die ander betekenen? Versta ik die ander? De ander begrijpen blijft ook te allen tijde begrensd. In het er zijn voor die ander zijn er grenzen en mogelijkheden. In de zorg die we met elkaar aanbieden gaat het erom: Wat heeft die ander nodig om te kunnen sterven? Wat kunnen wij betekenen? Hoe kunnen we de ander helpen in deze situatie? Daarin heeft de hoop altijd een plaats. Deze hoop is niet het verlangen naar genezing, maar ‘ik weet waar ik aan toe ben, ik hoop nog een paar goede weken te hebben, ik hoop nog met mijn dierbaren naar een huisje aan zee te gaan, ik zou graag gezegend willen worden te midden van mijn dierbaren’, …… Als team van de Regenboog zijn we samen sterk en kunnen we veel. Dat kan me raken, ontroeren, maar zet me ook in beweging om er te zijn voor de stervende en diens naaste. Het maakt me trots om met elkaar deze zorg te mogen geven en om er te zijn voor de ander namens die Ander. Stichting de Schutshaven: taak volbracht! In 2012 kreeg De Regenboog donaties van Stichting De Schutshaven voor de aanschaf van een morfinepomp, koelplaat en een kast om beide hulpmiddelen in op te bergen. In dit lustrumjaar zijn we op zoek gegaan naar de identiteit van deze stichting en kwamen terecht bij bestuurslid Wil van Wetten, maar ook vrijwilligster in De Regenboog. Wil van Wetten Vrijwilliger Zo’n vijfentwintig jaar geleden namen enkele personen van protestantse huize het initiatief voor de oprichting van Stichting De Schutshaven als tegenreactie tegen de toen volop gevoerde euthanasiediscussie. Hun doelstelling was de palliatieve zorg, toen in Nederland nauwelijks bekend, onder de aandacht te brengen en ingang te doen vinden. Door die uit te dragen bij hun achterban kwamen giften van diaconieën en particulieren binnen en verkreeg de Stichting de benodigde financiële middelen. In de eerste plaats werd in Rotterdam door een specialistisch opgeleide arts en verpleegkundige voorlichting gegeven aan verpleegkundigen, artsen en ziekenhuispersoneel, als ook consultatie aan huis bij patiënten. Enkele jaren later kwam Wil in het bestuur vanuit haar expertise en bestuurskundige ervaring op zorggebied. Door haar bemiddeling ging De Schutshaven onder de koepel van Zorggroep Rijnmond samenwerken en met name met verpleeghuis Pniël. Hier werden vijf palliatieve bedden ingericht met ondersteuning van De Schutshaven. Vervolgens kwam er het landelijk consultatiepunt voor palliatieve zorg, waarmee informatie en advies werden verstrekt aan alle belangstellenden in Nederland. Toen tenslotte het pand naast Pniël te koop werd aangeboden en plannen werden gesmeed voor een palliatief centrum met zes bedden, heeft Stichting De Schutshaven ook hieraan haar steentje bijgedragen. De afgelopen jaren heeft de palliatieve zorg in Nederland een hoge vlucht genomen en een eigen plek verworven. De oorspronkelijke doelstelling van De Schutshaven is hiermee gehaald en daarom besloot het bestuur dat het tijd werd zichzelf op te heffen. In 2013 bedacht ze De Regenboog met een donatie en thans zijn onderhandelingen bezig met het Lindeboom Instituut voor een wetenschappelijk onderzoek over palliatieve zorg dat moet uitmonden in een publicatie. Dit zou een mooie afsluiting zijn van een Stichting die vijfentwintig jaar lang geijverd heeft voor de erkenning en invoering van palliatieve zorg. Geschreven door Monique Walrave Vrijwilliger Na jaren van bestuurlijke inzet besloot Wil om zelf de praktijk van de palliatieve zorg te ervaren en er te zijn voor de mens in zijn laatste levensfase en zo nabij te mogen zijn in zijn intieme persoonlijke levenssfeer. ,,Palliatieve zorg is aandacht hebben voor de hele mens in zijn vier dimensies: lichamelijk, psychisch, sociaal en spiritueel/levensbeschouwelijk. Een zieke kan soms onder heel andere dingen lijden, of meer zelfs dan onder zijn ziektesymptomen. Als de zieke mens serieus genomen wordt en liefdevolle aandacht krijgt, raakt de vraag naar euthanasie vaak op de achtergrond. Als Stichting De Schutshaven hebben wij ons doel bereikt en we zijn blij dat we nu overbodig geworden zijn”. Toegevoegde waarde In deze nieuwsbrief valt veel te lezen over het vijfjarig bestaan van De Regenboog. Van droom tot initiatief en uitvoering. En nu terugkijkend op de afgelopen jaren een goed gevoel, ondanks de toch zo verdrietige doelstelling, het begeleiden van mensen in hun laatste levensfase. Vooruitkijkend is wel aannemelijk dat er voor de Regenboog een bestaansrecht is. En dat is in de verdere ontmanteling van de zorg een bemoedigend gegeven. Het is zelfs zo dat een indicatie die nodig is om in de Regenboog te mogen komen, in de wijk nog niet gegeven wordt door het zorgkantoor. Ook daar is het doorgedrongen dat de Regenboog van toegevoegde waarde is. Aad de Kool Locatiemanager Pniël, de Burcht en De Regenboog Vooruit Vooruitkijkend is te hopen dat de vele vrijwilligers beschikbaar blijven. Dat is een belangrijke voorwaarde! Het zoeken naar de mogelijkheid ook tijdelijke opvang te realiseren zou een toegevoegde waarde kunnen zijn voor alle betrokkenen. Het doen van onderzoek om de zorg en behandeling nog verder te verbeteren kan ook helpen om professionele groei te realiseren. Ik kan niet anders dan nogmaals een ieder bedanken voor het helpen realiseren van de Regenboog en hulp geboden hebben aan de mensen die het zo hard nodig hebben. Ook de mantelzorgers geven elke keer weer aan dat zij De Regenboog heel hoog waarderen! Daarom ook heb ik, net als voor de andere locaties die onder mijn verantwoordelijkheid vallen, de website zorgkaartnederland.nl geactiveerd. Het invullen van de ‘tevredenheid’ helpt ook de toekomst te garanderen, een ieder mag daar een waardering invullen. Ik kom er graag de volgende keer op terug met de eerste resultaten. Interview met Trudie Vermeulen door: Monique Walrave Trudie, klaar om de nacht in te gaan In het holst van de nacht… met Trudie Vermeulen Hebt u zich ook weleens afgevraagd hoe het eraan toe gaat in De Regenboog tijdens de nacht? Wie is het nachthoofd en wat doet ze? Ook wij waren nieuwsgierig en zijn in gesprek gegaan met Trudie Vermeulen die voor Pniël en De Regenboog de wakende engel tijdens de nacht is. Wil je ons iets vertellen over jezelf en over je werk? Ik ben A-verpleegkundige en werk bijna 26 jaar in Pniël. Na de geboorte van mijn oudste zoon heb ik besloten om nachtdienst en weekenddiensten te doen, omdat die goed te combineren zijn met mijn gezin. Ik begin de nacht om 22.45 uur en werk drie, vier of zelfs vijf nachten achter elkaar tot 7.30 uur in de ochtend. De dag voor de eerste nacht slaap ik uit en de volgende dagen slaap ik overdag. Mijn gezin heeft er weinig last van, ik ben er altijd met het eten en zelfs als er iemand jarig is kan ik 's avonds nog een kopje koffie drinken. Je bent tijdens je dienst nachthoofd voor De Regenboog, maar ook voor Pniël. Hoe gaat dat in zijn werk? Na de overdracht door de avonddienst van de Regenboog en het avondhoofd, start mijn nachtdienst die ik vanuit De Regenboog waarneem. In Pniël is op elke afdeling een verzorgende aanwezig die mij kan oproepen als ze hulp nodig heeft. Regelmatig loop ik daar ook even langs, vooral als er bijzonderheden zijn. In De Regenboog loop ik om het uur een rondje en ga bij alle bewoners binnen om te zien of alles in orde is. In de ene kamer is het aardedonker, in de andere staat de televisie aan en in nog een andere kamer heeft de bewoner die maar niet kan slapen, behoefte aan een praatje. Heel wat variatie dus. Hoe ervaar jij het werk in De Regenboog en dan vooral ‘s nachts? De nacht is bijzonder, de geluiden zijn anders, de vloer kraakt hier en daar; er is minder hectiek en je hebt meer tijd voor de mensen. In De Regenboog zelf is het bieden van comfort het belangrijkst. Dat is een mooie manier van verplegen. Zeker als een bewoner achteruitgaat en in de laatste fase is, voel ik grote betrokkenheid. Je gaat dan intens met elkaar om en dat beleef ik als een voorrecht. Je ontmoet veel verschillende mensen, niet alleen onder de bewoners, maar ook onder hun familieleden en vrienden. Je hebt in al die jaren heel wat beleefd. Is er iets dat je bijzonder is bijgebleven? Ja, iets wat me als verpleegkundige en als moeder heeft ontroerd. Toen ik aan mijn nachtdienst begon, zag ik in de voortuin van De Regenboog een kinderfietsje staan. Een meisje kwam logeren bij haar zieke moeder. Toen ze in de ochtend wakker werd, zei ze me dat ze lekker had geslapen, een gezellig logeerpartijtje. Of de zoon met wie ik 's nachts zijn overleden moeder had verzorgd en die met haar spulletjes in de fietstas naar huis reed. Leven en dood, het ligt zo dicht bij elkaar en ieder beleeft het afscheid nemen op zijn eigen manier. ,,Een huis met een lach en een traan” Geschreven door Nicole Knijnenburg Vrijwilliger De zon scheen vrolijk door de geel-wit-gestreepte markiezen naar binnen in de kamers van De Regenboog. Na een koude nacht begon de dag een beetje mistig, maar algauw brak het zonnetje door op 25 maart 2014. Het was een heuglijke dag, want het was vijf jaar geleden dat de droom van verpleeghuis Pniël, om mensen in de laatste levensfase een thuis te bieden, werkelijkheid werd. Na een grondige verbouwing van het ernaast gelegen herenhuis was het in 2009 zover om bewoners en hun naasten een gezellige omgeving én hoogwaardige palliatieve zorg te geven. Nu, vijf jaar later, werd het eerste jubileum gevierd en begonnen de feestelijkheden ’s ochtends voor de bewoners met het verorberen van lekkere traktaties. ’s Middags was er een bijeenkomst in de Hoflaankerk, georganiseerd voor de verwijzers van ziekenhuizen, kerken uit de buurt, het zorgteam van artsen, verpleegkundigen en overige beroepskrachten, vrijwilligers en andere genodigden. Aan de deur heetten Karin Bakker (coördinator De Regenboog) en Evelien Adams (hoofd Zorg van Lelie zorggroep) iedereen van harte welkom. Loes, Ellen en Fred, de makers van de hapjes in de Hoflaankerk Na een welkomstdrankje opende Karin het evenement en verhaalde over haar ervaringen vanaf het begin van het palliatief centrum. Door een positieve en open houding leerde men veel van elkaar, van de bewoners en van bewoners uit de wijk. Zo werden bijvoorbeeld de gordijnen in de erker open geschoven om het contact tussen de mensen binnen én buiten te verbeteren. Na alle jaren is het team van De Regenboog dan ook trots op de positie van het hospice binnen de palliatieve zorg in de regio Rijnmond. Dat werd de meer dan honderd aanwezigen in de kerk duidelijk aan de hand van een aantal presentaties. Aad de Kool (locatiemanager van Lelie zorggroep) schetste hoe de droom van Pniël ontstond en vervolgens werd gerealiseerd. Binnen de Lelie zorggroep wordt tevens op andere locaties palliatieve zorg geboden, vanuit een christelijke organisatie, voor mensen die niet meer thuis kunnen wonen. De laatste tijd is er veel te doen over de zogeheten participatiemaatschappij en hij is van mening dat De Regenboog een indrukwekkend voorbeeld is van zo’n maatschappij. Vrijwilliger Anneke aan het woord In de Hoflaankerk Met de tram naar het restaurant Renske Boogaard (verpleegkundig consulent palliatieve zorg Lelie zorggroep) begon haar lezing met de wens van iedereen om het liefst thuis te sterven. De afgelopen jaren is echter de complexiteit van palliatieve zorg toegenomen, zeker op sociaal gebied. Dit vraagt ook aandacht voor de psychische kant van de laatste levensfase. Hierin ligt de kracht van De Regenboog. Als gevolg van de korte lijnen van arts, psycholoog en maatschappelijk werker naar ziekenhuizen wordt de stap naar opname in het palliatief centrum kleiner gemaakt. Eveneens wordt met andere zorginstellingen en academische werkplaatsen samengewerkt in het opstellen van rapporten voor palliatieve zorg, het verrichten van onderzoek naar vocht en voeding in de stervensfase van patiënten en het verzorgen van betere publieksvoorlichting. Renske eindigde haar uitstekende betoog met een video van bewoner Frans die een aantal jaren geleden een eigen lied over De Regenboog voordroeg. Astrid Knippenburg (palliatief verpleegkundige) heeft, net als Renske, vanaf 2009 in hospice De Regenboog gewerkt en intussen meer dan 250 bewoners verzorgd in hun laatste levensfase. Zij vertelde hoe belangrijk het is om de invulling van die zorg bij de bewoner zelf te laten, in plaats van er een eigen invulling aan te geven. En om iedere bewoner toe te staan anders te zijn dan de eigen verwachtingen van de verpleegkundige. Dit leidde tot allerlei bijzondere en emotionele herinneringen: van plechtige herdenkingen tot een haperende lift. Van een etentje in de tuin tot overvolle appartementen met zelfs een vogelkooi. Van Jehova’s getuigen aan de deur tot een praktiserende goochelaar. Van vele spelletjes Rummikub tot medicijnen met advocaat. Astrid besloot haar toespraak met een zelfgemaakt ontroerend gedicht. Anneke van Vliet (vrijwilliger) zette haar ervaringen in het team van de ruim vijftig vrijwilligers uiteen. Zij is met pensioen, maar o-zo-blij met al die collega-vrijwilligers die over vele talenten beschikken. Bovendien krijgt zij veel terug voor haar inzet in het hospice. Dat varieert van een glimlach van een bewoner tot een lieve opmerking of een kersenbonbon. ‘Er zijn’ is heel belangrijk; gewoon naast een bewoner gaan zitten, persoonlijk contact. Haar motto is NIVEA (Niet Invullen Voor Een Ander), dat betekent voorzichtig suggesties aandragen, maar vooral niet betuttelen. Daarnaast deelde Anneke complimenten uit aan Karin als steun en toeverlaat van alle vrijwilligers en voor het organiseren van prettige en leerzame thema-avonden. Na deze laatste spreker bedankte Karin alle aanwezigen voor hun komst. Onder het genot van de heerlijke hapjes, die door de vrijwilligers van de kookgroep waren bereid, en een drankje werd nader kennisgemaakt met elkaar en herinneringen opgehaald. Met het hele team eten bij Quartier Du Port Toen vertrok de groep van maar liefst 50 vrijwilligers en beroepskrachten met de tram naar restaurant Quartier Du Port in de Vollenhovenstraat. In een sfeervolle ambiance nam men in kleine groepjes plaats aan prachtig gedekte tafels. Voorafgaand aan de maaltijd kregen alle vrijwilligers die inmiddels twee jaar in De Regenboog werken een fraai speldje uitgereikt door Karin en de beroepskrachten. Tevens was er een aparte vermelding voor hen die vanaf het begin - dus vijf jaar lang - hebben meegewerkt aan het succes van De Regenboog. Zij kregen als dank een beeldje getiteld Met de wind mee. Renske speldt een van de jongste vrijwilligers Evelien het speldje op Geestelijk verzorger, Rita Renema, ging voor in gebed en vervolgens werd een smakelijk driegangendiner uitgeserveerd. Riana Lodema (vrijwilliger) bedankte Karin enthousiast namens alle vrijwilligers voor het organiseren van de lustrumviering en dit leuke etentje. Shum Choon (vrijwilliger) deelde daarna aan beroepskrachten en vrijwilligers van het eerste uur boeken uit getiteld Van Sophia tot Maria geschreven door zijn partner Annine van der Meer. Na een zeer geslaagde avond bracht de tram iedereen terug naar het hospice waarna men huiswaarts keerde. De zon, die eerder die dag nog vrolijk door de geel-wit-gestreepte markiezen naar binnen scheen, had ondertussen plaatsgemaakt voor de halfvolle maan die sereen de kamers van De Regenboog belichtte. Nico ontvangt een boek van Shum Colofon: Redactie: Uitgave: Adres: Telefoon: Website: E-mail: Karin Bakker, Jenny Bouwman, Marijke Enzlin en Monique Walrave De Regenboog, onderdeel van Pniël – Lelie zorggroep Oudedijk 11 - 3062 AB Rotterdam 010 272 64 44 www.deregenboog.leliezorggroep.nl [email protected] Ook u kunt donateur worden van de Stichting Vrienden van Pniël. Door een vrijwillige bijdrage te storten op bankrekening 35.63.312.881 onder vermelding van De Regenboog. U bent vrij de Nieuwsbrief door te sturen naar belangstellenden. Wilt u de Nieuwsbrief niet meer ontvangen, laat het de redactie weten.
© Copyright 2024 ExpyDoc