Vlaamse Overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Dienst Milieueffectrapportagebeheer Graaf de Ferrarisgebouw Koning Albert II-laan 20, bus 8 1000 BRUSSEL tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75 www.mervlaanderen.be Goedkeuring milieueffectrapport Hervergunning Cargill France SAS te Herent Initiatiefnemer: Cargill France SAS Bijkantoor Cargill Herent Zijpstraat 155 3020 Herent 30/09/2014 PRMER-0754-GK 1. Inleiding Het voorgenomen project wordt uitgevoerd in kader van de hervergunning van de bestaande exploitatie van Cargill Herent, gelegen in de Zijpstraat 155 te Herent, voor een capaciteit van 120.000 ton/jaar. De hoofdactiviteit bestaat uit het vervaardigen van mout voor brouwerijen. De basisgrondstof is brouwgerst die in schepen en over de weg wordt aangevoerd. Het bedrijf is momenteel vergund tot 4 januari 2016. Het MER dient bij de milieuvergunningsaanvraag gevoegd te worden. Deze activiteiten zijn onderworpen aan de m.e.r.-plicht volgens het project-m.e.r.-besluit1, met name: Bijlage II 7 d) Mouterijen met een productiecapaciteit van 60.000 ton per jaar of meer. Voor categorieën van projecten opgenomen in bijlage II van het project-m.e.r.-besluit, is het indienen van een gemotiveerd verzoek tot ontheffing van de m.e.r.-plicht mogelijk. Door de initiatiefnemer wordt echter afgezien van dit verzoek. De dienst Mer van de Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid verklaarde het kennisgevingsdossier volledig op 11/10/2013. De bijzondere richtlijnen dateren van 17/12/2013. Het definitieve MER is ingediend op 25/09/2014. 2. Inhoudelijke toetsing van het project-MER In artikel 4.3.8. §2 van het D.A.B.M. wordt gesteld dat de dienst Mer het project-MER inhoudelijk moet toetsen: Aan de beslissing, bedoeld in artikel 4.3.5, §1; in voorkomend geval aan de overeenkomstig artikel 4.3.6, §3, door haar verstrekte aanvullende bijzondere richtlijnen; aan de overeenkomstig artikel 4.3.7 vereiste gegevens. Het resultaat van die toetsing is terug te vinden in dit project-MER-verslag. Toetsing aan artikel 4.3.8 §2, 1° D.A.B.M. Krachtens dit artikel moet het project-MER getoetst worden aan de “richtlijnen” van 17/12/2013. De dienst Mer is van mening dat het project-MER voldoet aan deze richtlijnen. Onder meer volgende overwegingen speelden een rol bij de toetsing: - Om de impact van de lozing van Cargill op de ontvangende waterlopen zo minimaal mogelijk te houden, werden reeds verschillende verbetermaatregelen genomen naar aanleiding van studies. Tegen 2015 wordt bijkomend voorzien om de waterzuivering uit te 1 Besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004 houdende vaststelling van de categorieën van projecten onderworpen aan milieueffectrapportage, B.S. 17 februari 2005, zoals herhaaldelijk gewijzigd. Goedkeuring project-MER Cargill France SAS te Herent – project-MER-0754 2/3 breiden met een flotatie-eenheid (DAF), waarna, rekening houdend met het vooropgestelde theoretische verwijderingsrendement, zal voldaan worden aan de vooropgestelde effluentnormen. Het beperken van het waterverbruik en de optimale werking van de waterzuivering blijven in de toekomst een continu aandachtspunt. - Er wordt aanbevolen om een studie uit te voeren ter evaluatie van de voorziene en eventueel nog bijkomend te voorziene maatregelen voor de beheersing van calamiteiten met mogelijke belangrijke gevolgen voor de waterloop. - Met betrekking tot geluid werd in 2008 een uitgebreid saneringsonderzoek uitgevoerd en werd een saneringsvoorstel uitgewerkt. Deze sanering werd gerealiseerd waardoor er geen significant negatieve effecten meer zijn. Er zal wel nog onderzocht worden wat de oorzaak is van het tonale karakter van het omgevingsgeluid in een bepaald meetpunt teneinde dit te kunnen vermijden. Toetsing aan artikel 4.3.8 §2, 2° D.A.B.M. Na de richtlijnenvergadering van 06/12/2013 is er nog informeel en formeel overleg geweest tussen de dienst Mer en de MER-deskundigen over de inhoud van het project-MER. Er werden geen aanvullende bijzondere schriftelijke richtlijnen opgemaakt. Toetsing aan artikel 4.3.8 §2, 3° D.A.B.M. In artikel 4.3.7 van het D.A.B.M. worden de onderdelen opgesomd die minstens in het project-MER opgenomen moeten worden. De dienst Mer is van mening dat het project-MER al deze onderdelen in voldoende mate bevat. Onder meer volgende overweging speelde een rol bij de toetsing: door het ANB werd aangegeven dat op basis van het MER de hervergunning geen significant negatieve effecten heeft op natuurgebieden die als prioritair te beschermen beschouwd worden, dat de effecten op natuurwaarden in het algemeen vrij beperkt zijn en via een aantal milderende maatregelen nog verder worden ingeperkt en dat er geen betekenisvolle negatieve effecten op nabijgelegen VEN en Habitatrichtlijngebieden optreden. 3. Goedkeuring van het project-MER Op basis van bovenstaande toetsing keurt de dienst Mer het voorliggende project-MER goed. Digitaal getekend op Door Paul Van Snick Algemeen directeur Afdelingshoofd Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Goedkeuring project-MER Cargill France SAS te Herent – project-MER-0754 3/3
© Copyright 2024 ExpyDoc