Schoolgids 2014 / 2016 Laatst afgedrukt op 16-07-2014 9:20:00 Schoolgids De Wegwijzer 2 Schoolgids De Wegwijzer INHOUDSOPGAVE 0. Voorwoord 4 1. Inleiding 5 2. De school 6 3. Waar de school voor staat ( missie en visie) 8 4. De organisatie van het onderwijs 12 5. De leerlingen ( instroom, doorstroom, uitstroom) 21 6. Het volgen van de ontwikkeling van kinderen 28 7. De teamleden op De Wegwijzer 30 8. De ouders 33 9. Voorzieningen op De Wegwijzer 36 10. Vakantieregeling en roosters ( zie jaardeel ) 39 11. Praktische punten A t/m Z ( zie jaardeel) 39 12. Plattegronden locaties De Tol / Oude Bleijk ( zie jaardeel) 39 3 Schoolgids De Wegwijzer 0. Voorwoord Basisschool De Wegwijzer heeft voor u deze gids samengesteld om u te helpen bij het kiezen van een school voor uw kind. In de schoolgids beschrijven wij waarvoor wij staan, welke uitgangspunten wij hanteren, de organisatie van het onderwijs, over de instroom, doorstroom en uitstroom van onze leerlingen en niet te vergeten de belangrijke rol die ouders kunnen spelen. Natuurlijk is deze gids ook bedoeld voor ouders die nu kinderen op onze school hebben. Aan hen leggen we verantwoording af over onze manier van werken en over de resultaten die we op onze school behalen. Over Passend Onderwijs is al veel gezegd en geschreven. Toch is lang niet voor iedereen duidelijk wat er met Passend Onderwijs bedoeld wordt, wat er op 1 augustus 2014 verandert en wat er niet verandert. Hier volgt een beknopte uitleg. Passend Onderwijs is de uitwerking van de wet die op 1 augustus 2014 van kracht is en bepaalt dat scholen (formeel de schoolbesturen) ervoor verantwoordelijk zijn dat elke leerling die bij hen op school zit of wordt aangemeld, een passende onderwijsplek krijgt. Dat kan op de eigen school zijn of op een van de andere scholen binnen het samenwerkingsverband (zorgplicht). Zie verder : Hoofdstuk 5.1 Passend onderwijs ( bladzijde 21) U ontvangt naast de Schoolgids ( 2014 - 2016) jaarlijks een Jaardeel, dat specifieke informatie geeft over de organisatie van schooljaar 2014 – 2015. We hopen dat u onze nieuwe Schoolgids met plezier leest. Als u tijdens of na het lezen vragen, opmerkingen of suggesties heeft, vertel ze ons! Met vriendelijke groeten, namens het team, Ronald van der Lubbe Paulien Uithof 4 Schoolgids De Wegwijzer 1. Inleiding 1.1 Waarom een schoolgids voor ouders? Deze gids geeft aan waar onze school voor staat, wat ons drijft en hoe wij één en ander trachten te realiseren. Deze gids is samengesteld om u te helpen bij het kiezen van een school voor uw kind. Natuurlijk is deze gids ook bedoeld voor ouders die nu kinderen op onze school hebben. Aan hen leggen we verantwoording af over onze manier van werken en over de resultaten die we op onze school behalen. 1.2 Wat vertellen wij u in deze schoolgids? In deze gids vertellen wij: hoe wij de doelstellingen, die de wet op het basisonderwijs ons stelt, proberen te garanderen; hoe de opzet van ons onderwijs is; hoe onze zorg voor de leerlingen is georganiseerd; hoe wij de resultaten meten; hoe wij u daarvan op de hoogte stellen; welke methoden wij hanteren; hoe wij met elkaar omgaan; en wat wij van de leerkrachten, de kinderen en van u verwachten. Wij besteden ook aandacht aan formele zaken als vakantie en verlofregelingen, festiviteiten, inspraak en wijzen wij u op de klachtenregeling. 1.3 Wie hebben er aan deze schoolgids meegewerkt? Aan deze schoolgids werkten de volgende personen en/ of groepen mee: de directie en de leerkrachten; de medezeggenschapsraad ( MR); de oudervereniging ( OV). 1.4 Verzoek aan ouders om te reageren Mocht u nog aanvullende wensen of suggesties hebben voor verbetering van deze gids, aarzel dan niet contact op te nemen met de directie of de groepsleerkracht van uw kind. 5 Schoolgids De Wegwijzer 2. De school 2.1 De naam (zie Jaardeel ) De Wegwijzer www. dewegwijzerschool.nl [email protected] Hoofdlocatie De Tol 251 2266 EE Leidschendam Tel: 070-3275243 Fax: 070-3018115 Dependance De Oude Bleijk 4 2266 CK Leidschendam Tel: 070-3274042 Fax: 070-3010904 Directie : Directeur Adjunct-directeur : R.H.J.J. van der Lubbe MEM ( Master in Educational : P.T. Uithof MSEN (Master in Special Educational Needs) Management) 2.2 Het bestuur van onze school ( zie Jaardeel) Vanaf 1 april 2006 maakt onze school onderdeel uit van de Stichting Samenwerkingsbestuur PANTA RHEI. Deze stichting is ontstaan uit een fusie van het bestuur van het Openbaar Onderwijs in Leidschendam-Voorburg, de Stichting Katholiek Onderwijs De Jakobsladder en het bestuur van de Stichting Katholiek Onderwijs Voorschoten. Het doel van de stichting is de bevordering van het primaire openbaar en Rooms-Katholieke onderwijs door middel van het oprichten, het in stand houden van en het behartigen van de belangen van de afzonderlijke scholen die vallen onder de stichting. Onze stichting heeft de verantwoordelijkheid over 15 basisscholen, waarbij er zorg voor wordt gedragen dat iedere school zijn eigen identiteit kan behouden. Een krachtige algemene directie voor de dagelijkse leiding, met een groot aantal gemandateerde bevoegdheden en taken. Op elke basisschool is de directeur integraal verantwoordelijk voor het onderwijskundige beleid en de uitvoering binnen de door het bestuur vastgestelde kaders en de goede gang van zaken op de school. Het bestuur behoudt echter altijd de eindverantwoordelijkheid, stelt o.a. het strategisch beleidsplan op, stelt de begroting en de jaarrekening vast en beslist over zaken zoals arbeidsvoorwaarden en dergelijke. 6 Schoolgids De Wegwijzer 2.3 Organigram Stichting Samenwerkingsbestuur PANTA RHEI Ter ondersteuning van het bestuur en om deze beleidskaders te vertalen naar de dagelijkse onderwijspraktijk is een algemene directie benoemd. Samen met de directies van de scholen draagt hij er ook zorg voor, dat het beleid op schoolniveau wordt uitgevoerd. Hiermee is de basis gelegd voor een gezonde organisatie die enerzijds de continuïteit en kwaliteit van het onderwijs waarborgt en anderzijds een goede werkplek biedt aan het personeel. Bestuur Algemene directie Bestuurskantoor OBS De Parachute ATBS De Springplank RKBS De Regenboog OBS De Margriet ABB Essesteijn RKBS Maerten van den Velde OBS Dalton De Tandem ATBS De Wegwijzer RKBS Pius X OBS Prof. Casimir RKBS De Lusthof RKBS Emmaus RKBS Sint Maarten RKBS Maria Bernadette RKBS De Walvis 7 Schoolgids De Wegwijzer 3. Waar de school voor staat ( missie en visie ) 3.1 Missie De Wegwijzer, die van start is gegaan op 1 augustus 2010, is een samenvoeging van basisscholen Joannes XXIII en Christina. De Joannes XXIII is van oorsprong een rooms-katholieke school, die in 1964 is opgericht. De Christinaschool heeft een openbare identiteit en is gesticht in 1960. Basisschool De Wegwijzer dient toegankelijk te zijn voor alle leerlingen, leerkrachten en ouders ( ongeacht culturele achtergrond, godsdienst en levensbeschouwing), mits zij onze visie accepteren. Basisschool De Wegwijzer heeft een missie geformuleerd, waarin ze het gewaardeerde verleden en de gewenste toekomst gaarne zien samenkomen: De wijze uil en de trotse pauw halen samen het beste uit jou. Overbrengen van kennis ( de wijze uil van de Joannes) en trots zijn op wie je bent en wat je doet ( de trotse pauw van de Christina) waren de uitgangspunten van beide scholen, die in de logo’s van de scholen tot uitdrukking kwamen. 3.2 Visie Basisschool De Wegwijzer heeft als visie dat zij een school wil zijn waar leerlingen: a) onder gunstige omstandigheden; b) goed onderwijs kunnen volgen; c) in een pedagogisch klimaat, waar het welbevinden van de kinderen een centrale plaats inneemt; d) en waarbij voldoende rekening wordt gehouden met de levensbeschouwelijke identiteit van de kinderen en hun ouders. 3.2.1 Wat zijn gunstige omstandigheden? De school beschikt over goede huisvesting; De school bewaakt systematisch de kwaliteit van haar onderwijs en neemt maatregelen om de kwaliteit te behouden en zo nodig te verbeteren; De interne communicatie binnen de school is functioneel; De school onderhoudt functionele contacten met ouders en of verzorgers; De inzet van personele en materiële middelen is doelmatig. 3.2.2 Wat houdt goed onderwijs in? De leerlingenzorg is zodanig georganiseerd, dat leerkrachten systematisch de ontwikkeling van hun leerlingen volgen en zorgen voor specifieke begeleiding bij geconstateerde problemen; De school houdt rekening met individuele verschillen t.a.v. instructie en verwerking van de leerstof; Het didactisch handelen van de leerkrachten is effectief; De school realiseert voor ieder kind zo optimaal mogelijke leeropbrengsten; Het leerstofaanbod is maatschappelijk relevant, eigentijds en onderwijskundig verantwoord. 8 Schoolgids De Wegwijzer 3.2.3 Wat betekent een goed pedagogisch klimaat? De leerlingen, ouders en de leerkrachten voelen zich veilig op school; De leerlingen, ouders en leerkrachten tonen in de omgang respectvol gedrag; De school besteedt ruime aandacht aan de sociaal-emotionele ontwikkeling van de leerlingen. 3.2.4 Identiteit Hoe wordt rekening gehouden met de levensbeschouwelijke identiteit? Op De Wegwijzer wordt iedereen welkom geheten; de school staat open voor alle kinderen, ongeacht hun levensovertuiging, godsdienst, politieke gezindheid, afkomst, geslacht of seksuele geaardheid, mits zij de identiteit van de school onderschrijven. De Wegwijzer houdt rekening met en gaat uit van wederzijds respect voor de levensbeschouwing of godsdienst van alle leerlingen, ouders en personeelsleden. Centraal uitgangspunt van Basisschool De Wegwijzer is de ander te waarderen, zoals hij is. De volgende kernwaarden spelen een wezenlijke rol: a) b) c) d) Iedereen is welkom; Discriminatie in welke vorm dan ook is niet toegestaan; Mensen verschillen van elkaar, maar zijn wel gelijkwaardig; Op basisschool De Wegwijzer is het belangrijk dat verschillen tussen mensen worden gewaardeerd en gerespecteerd; e) Er is wederzijds respect voor de levensbeschouwing van de kinderen, ouders en leerkrachten. De Wegwijzer laat zich inspireren door een veelheid aan religies en levensbeschouwingen. Het is met name de diversiteit aan opvattingen, als gevolg van mensen met verschillende religieuze en levensbeschouwelijke achtergronden, waardoor de Wegwijzer zich laat kenmerken. We kunnen hierbij denken aan: tradities, verhalen, rituelen, normen en waarden vanuit de verschillende religies. De Wegwijzer maakt het mogelijk, dat leerkrachten en overige functionarissen meerdere religies / levensbeschouwingen vertegenwoordigen. Op De Wegwijzer is het belangrijk, dat leerkrachten vanuit verschillende religies kunnen worden benoemd aan de school. Op De Wegwijzer is het mogelijk dat zij hun religie of levensovertuiging uitdragen. Dit houdt in, dat zij vanuit hun eigen levensovertuiging met de kinderen in gesprek gaan, maar daarbij wel de kinderen op objectieve en neutrale wijze informatie geven. Op De Wegwijzer vindt de besluitvorming op democratische wijze plaats. Er wordt gestreefd naar een zogenaamde gedeelde visie. Elke inbreng is wezenlijk en wordt gehoord. 9 Schoolgids De Wegwijzer Godsdienst Het facultatieve vak godsdienst heeft tot doel bij te dragen aan de identiteitsontwikkeling van de leerlingen door leerlingen met elkaar in gesprek te brengen. De leerlingen van groep 3 t/m 8 kunnen op vrijwillige basis deelnemen aan de lessen godsdienst, welke wekelijks gedurende ¾ uur worden verzorgd door de godsdienstleerkracht. Het vak godsdienst wordt gegeven vanuit het christelijke geloof. Inhoud lessen godsdienst: De verhalen uit de bijbel worden verteld in combinatie met een verwerking. De volgende feesten worden behandeld: Valentijnsdag, Vasten, Carnaval, Goede Vrijdag, Pasen, Hemelvaartsdag, Pinksteren, St. Maarten, Kerstfeest, Oud en Nieuw etc. Naast de christelijke feesten worden ook feestdagen van andere godsdiensten behandeld: Divali, Holi, Suikerfeest, Ramadan, Offerfeest, Chanoeka, Poerinfeest, Pesach etc. Belangrijke thema’s, die aan de orde worden gesteld: vriendschap, trouw, pesten, de dood; hoe is het in de hemel, de doop, de betekenis van je naam, hoe ga je met elkaar om. Levensbeschouwelijke vorming Eens in de vijf weken is er een les ‘levensbeschouwelijke vorming’, waar alle leerlingen aan deelnemen. Tijdens deze lessen staan de verschillende wereldgodsdiensten centraal. Wij vinden het belangrijk dat de kinderen weet hebben van deze godsdiensten, zodat ze elkaar en de wereld beter kunnen begrijpen. Deze lessen worden met de methode Leefstijl gegeven. Vieringen ( zie Jaardeel) Op De Wegwijzer worden in alle groepen feesten gevierd, die verband houden met concrete en bestaande religies en andere levensbeschouwingen en voor iedereen zijn bedoeld. De volgende vieringen / ontmoetingsmomenten zullen jaarlijks een belangrijke rol spelen op De Wegwijzer: Het Sinterklaasfeest Voor de leerlingen van de groepen 1 t/m 8. Vanaf groep 5 maken de kinderen een surprise. Het Kerstfeest In alle groepen wordt aandacht besteed aan het kerstverhaal. In de beide aula’s van de gebouwen wordt een kerststal ingericht. In de lokalen staat een kerstboom. Carnaval De kinderen mogen deze ochtend of middag verkleed naar school. De kinderen krijgen de gelegenheid om een rondgang te maken door de aula op carnavalsmuziek. Paasfeest Onderbouw en bovenbouw organiseren op de woensdag of donderdag voorafgaande aan Goede Vrijdag een paasfeest. Suikerfeest De afsluiting van de Ramadan is voor de Islamitische kinderen een belangrijk moment, waar we met zijn allen aandacht aan willen besteden. De dag na of voor het officiële Suikerfeest, wordt in de groepen aandacht besteed aan de achtergrond van het feest. 10 Schoolgids De Wegwijzer 3.3 Sociaal- emotionele ontwikkeling van leerlingen Het vak sociaal – emotionele ontwikkeling wordt als apart vak in het rooster opgenomen. Er wordt wekelijks ¾ uur in de groepen 1 t/m 8 gewerkt met de methode Leefstijl. Thema’s die aan bod komen: Thema 1 : sfeer in de groep Thema 2 : communicatie Thema 3 : gevoelens Thema 4 : zelfvertrouwen Thema 5 : diversiteit ( allemaal anders, allemaal gelijk) Thema 6 : gezondheidsvaardigheden In alle thema’s worden sociaal-emotionele vaardigheden behandeld: Spreken en presenteren Keuzes maken Geschreven communicatie Relaties aangaan en relaties onderhouden Samenwerken Omgaan met verlies Doelen bereiken Feedback geven en feedback ontvangen Onderhandelen Conflicten oplossen De lessen, die worden gegeven in het kader van Leefstijl, besteden ruime aandacht aan de wereldgodsdiensten: Christendom, Islam, Hindoeïsme, Boeddhisme, Jodendom en de daarbij behorende normen en waarden. In de lessencyclus wordt ook aandacht besteed aan burgerschapskunde. 3.4 Schoolregels De geldende regels op school zijn voor alle kinderen gelijk. Dit zorgt voor duidelijkheid. Kinderen weten waar ze aan toe zijn. Soms is het van belang dat er voor een groep of een kind een afwijkende maatregel wordt genomen. 11 Schoolgids De Wegwijzer 4. De organisatie van het onderwijs 4.1 De schoolorganisatie De Wegwijzer is een middelgrote school. De leerlingen zijn verdeeld in: de onderbouw (leerjaren 1, 2, 3 en 4) de bovenbouw (leerjaren 5, 6, 7 en 8) De onderbouw is gehuisvest in locatie De Tol en de bovenbouw in locatie De Oude Bleijk. Het streven is er op gericht om de twee bouwen in de toekomst in één locatie te huisvesten. De kinderen van groep 1 en 2 zitten door elkaar in zogenaamde heterogene groepen. Spelenderwijs kunnen de kinderen veel van elkaar leren en rekening leren houden met elkaar. De kinderen van groep 3 t/m 8 zitten in jaargroepen of combinatiegroepen. Deeltijdarbeid, compensatieverlof en seniorenbeleid komen ook in het onderwijs voor. Dit heeft tot gevolg, dat er meerdere leerkrachten voor een groep kunnen staan. In alle gevallen zijn er duidelijke afspraken gemaakt tussen de verschillende groepsleerkrachten over werkwijze, regels en andere zaken. 4.2 De groepsgrootte Voor de Wegwijzer is het van groot belang om een goede instroom van leerlingen te hebben. Ons beleid is om de groepen in principe niet groter te maken dan 30 leerlingen. Afhankelijk van het aantal zorgleerlingen in een groep, kan een groep bewust kleiner worden gehouden. Ook combinatiegroepen worden geprobeerd iets kleiner te houden. De gemiddelde groepsgrootte op De Wegwijzer ligt voor schooljaar 2014 / 2015 op 24 leerlingen. 4.3 De “leeractiviteiten“ in de onderbouw ( groep 1 en 2) Jongste en oudste kleuters zitten op onze school bij elkaar in dezelfde groep. We hebben gemerkt dat de kinderen elkaar dan beter kunnen helpen. Bij de jongste kleuters ligt de nadruk op het wennen aan het naar school gaan. Er is veel aandacht voor gewoontevorming en regelmaat. De kinderen leren al spelend. Dit gaat bij de oudste kleuters door, maar hier hebben de leerkrachten een meer sturende rol. De oudste kleuters bieden we allerlei speelse activiteiten aan, die voorbereiden op het leren lezen, rekenen en schrijven in groep 3. We werken in de kleutergroepen vanuit de kring. De schooldag begint in de kring en hier keren de kinderen ook steeds weer terug. Daarnaast wordt gespeeld en gewerkt aan tafels, in de hoeken, in de speelzaal en op het schoolplein. In de kleutergroepen werken we aan de hand van thema's (school, vakantie, jaargetijden, kunst etc.). Op een speelse manier leren de kinderen hoe hun wereld in elkaar zit. Er is veel aandacht voor taalvorming, omdat dit de basis is voor veel ander leren. Veel kinderen zitten tweeënhalf à drie jaar in een kleutergroep. Dat is afhankelijk van hun geboortedatum en hun aard en aanleg. We voeren regelmatig observaties uit om vroegtijdig eventuele leerproblemen te signaleren. We vinden het belangrijk dat een kind lang genoeg in een kleutergroep zit. Succesvol groep 3 doorlopen lukt pas, als een kind daaraan toe is. We zien een kind liever een jaar langer in groep 1/2, dan jarenlang op de tenen de school doorlopen. 12 Schoolgids De Wegwijzer Kringactiviteiten De kring biedt mogelijkheden om: - kinderen elkaar te laten ontmoeten; - in groepsverband de ontwikkeling te stimuleren; - kinderen van elkaar te laten leren; - de ontwikkeling van de taakgerichtheid te stimuleren; - de taalontwikkeling te stimuleren. De kring dient als startpunt en eindpunt van diverse activiteiten. Speel- en werkactiviteiten - Kinderen in de gelegenheid stellen om te werken met verschillende beeldende materialen; - Kinderen in de gelegenheid stellen om te werken met verschillende ontwikkelingsmaterialen; - Het begeleiden van spelende kinderen: het scheppen van voorwaarden op grond waarvan kinderen tot spel kunnen komen en het concreet begeleiden van kinderen die niet kunnen spelen; - Voorwaarden realiseren, opdat kinderen met een CD-speler zelfstandig luisteractiviteiten kunnen uitvoeren; computer! - Mogelijkheden bieden, opdat een kind bezig kan zijn met gedrukte / geschreven letters, woorden en teksten. Bewegingsactiviteiten - Het geven van bewegingsles met materiaal; Het geven van bewegingsles met spelletjes; Het geven van bewegingsles door middel van ritmiek en dans; Muzikale activiteiten - Met kinderen muziek maken: zingen, musiceren, improviseren, en op andere manieren actief en bewust met geluiden bezig zijn; Met kinderen bewegen op muziek: dans, beweging, zangspel en improvisatie; Met kinderen muziek beluisteren: op cd of bij het dansen en het luisteren naar anderen. Activiteiten in het kader van bevordering van gezond gedrag - Aandacht schenken aan onderwerpen, waarbij het accent ligt op aspecten van de gezondheid; Kinderen leren samen te werken en samen te spelen met anderen, op te komen voor zichzelf zonder anderen te kwetsen. Respect en interesse kweken voor de ander; Wijzen op gezondheidsaspecten, die samen hangen met het natuurlijk leefmilieu. Buitenactiviteiten - Kinderen op de speelplaats de gelegenheid bieden voldoende gericht te kunnen spelen. 13 Schoolgids De Wegwijzer 4.4 De basisvaardigheden ( groep 3 t/m 8) Binnen de basisvaardigheden houden we rekening met individuele verschillen tussen leerlingen. Zoveel mogelijk proberen we de kinderen te laten voldoen aan de doelen die er per groep gesteld zijn. Kinderen die hier moeite mee hebben, krijgen extra aandacht in de klas om eventuele hiaten weg te werken. Dit is mogelijk door gebruik te maken van uitgestelde aandacht en zelfstandig werken. Als het nodig is wordt de intern begeleider hierbij ingeschakeld. Als ook dit niet het gewenste effect heeft, zal er voor deze kinderen een oefenprogramma worden samengesteld. Door het werken met extra oefenstof proberen we de aansluiting bij de groep vast te houden. In de volgende hoofdstukken beschrijven we de basisvaardigheden in het kort. Lezen In groep 1-2 zijn de kleuters reeds bezig met de voorbereiding op het leren lezen. Spelenderwijs leren ze de begrippen die hiervoor nodig zijn. In de kring, tijdens de werklessen, middels spel, liedjes en drama, en tijdens het werken met de computer worden tal van begrippen en woorden aangereikt. Naast de ervaring van de leerkrachten wordt ook gebruik gemaakt van de methode “Ik & Ko ”, welke een voorloper is van de leesmethode in groep 3. In groep 3 begint het aanvankelijk lezen met behulp van de methode “Veilig Leren Lezen”. * Met ingang van schooljaar 2014 /2015 maken we gebruik van de nieuwste versie van de methode VLL. Deze methode is in juni 2014 uitgebracht. Een investering van ruim € 17.500. Vanaf groep 4 spreken we van voortgezet technisch lezen en gebruiken we de methode “Estafette”. De leesvaardigheid met betrekking tot tempo en nauwkeurigheid wordt verbeterd en er is aandacht voor leesbeleving en leesplezier. Ook wordt er steeds meer aandacht besteed aan begrijpend en studerend lezen, daar gebruiken we de methode “ Nieuwsbegrip XL “ bij. Het goed beheersen van deze laatste twee onderdelen is in onze ogen een voorwaarde om aangereikte informatie bij de wereldoriënterende vakken eigen te kunnen maken. Taal Vanaf groep 4 wordt met de taalmethode “Taal Op Maat” gewerkt. Deze methode besteedt aandacht aan woordenschatuitbreiding, taalbegrip(grammatica), stellen, spellen, spreken en luisteren. Er is veel aandacht voor het aanleren en automatiseren van de basisvaardigheden. Schrijven In de kleutergroepen zijn de leerkrachten regelmatig bezig met het ontwikkelen van de motoriek. Met name de fijne motoriek is belangrijk voor het leren schrijven. Vanaf groep 3 t/m groep 6 oefenen de kinderen volgens de methode “Pennenstreken”. In groep 7 en 8 mogen de kinderen een eigen handschrift ontwikkelen, waarbij natuurlijk wel eisen gesteld worden ten aanzien van de leesbaarheid en verzorging van het schriftelijk werk. Rekenen & Wiskunde Op De Wegwijzer wordt veel aandacht besteed aan het inzicht, het begrijpen van rekenkundige bewerkingen. De leerlingen dienen kritisch te zijn over eigen uitkomsten. Natuurlijk wordt er ook aandacht besteed aan het aanleren en automatiseren van tafels, tellen en rekenen tot 20, hoofdrekenen en cijferen. We werken vanaf groep 3 met de methode “Alles Telt”. 14 Schoolgids De Wegwijzer Op de Wegwijzer leren wij de kinderen rekenen door praktische probleempjes uit het dagelijks leven op te lossen, waarbij de leerlingen ook hun gekozen oplossingsstrategie kunnen verwoorden. De kinderen leren tabellen en grafieken lezen en opstellen. Rekenmachines mogen als hulp gebruikt worden bij uitgebreide bewerkingen. Er wordt natuurlijk ook op een handige manier uit het hoofd gerekend. De kinderen leren schatten, zodat de rekenmachine gecontroleerd kan worden. Wereld oriënterende vakken Aardrijkskunde, geschiedenis en biologie herinnert iedereen zich nog wel uit zijn lagere schooltijd. Daar zijn de laatste jaren nog een paar vakken bijgekomen. Maatschappelijke verhoudingen, geestelijke stromingen, natuur - en milieueducatie (NME), techniek, gezondheidsvorming en opvoeding (GVO), burgerschapskunde, om er maar een paar te noemen. Sommige van die nieuwe vakken hebben onderdak gevonden bij de oude onderdelen. Aan andere wordt aparte aandacht besteed. Op een aantal van deze wereld oriënterende vakken gaan we wat dieper in. a. Geschiedenis Onze geschiedenismethode heet: “Brandaan” en heeft als uitgangspunt de leef- en ervaringswereld van kinderen. Het is van groot belang om het tijdsbesef bij de leerlingen zo vroeg mogelijk te ontwikkelen. In de kleutergroepen wordt o.a. aandacht besteed aan begrippen als vandaag, morgen, deze week, enz. Om zoveel mogelijk aan te sluiten bij de kinderen wordt er in de groepen 3, 4 en 5 vooral teruggekeken naar de jeugdtijd van opa en oma en geoefend met de kalender. Er wordt gesproken over onderwerpen als vervoer, kleding, beroepen, spelletjes, enz. b. Aardrijkskunde Voor het aardrijkskundeonderwijs werken we met de methode: “Meander”. Ook deze methode heeft een wereld verkennend karakter, waarbij we de kinderen in aanraking laten komen met de wereld om hen heen. Indrukken en ervaringen uit de eigen belevingswereld integreren in het onderwijs in de klas. Informatie wordt zelfstandig verwerkt, waarbij we een onderzoekende houding stimuleren. De leergang topografie heeft een sterke samenhang met de aangeboden thema’s bij het aardrijkskundeonderwijs. c. Natuur- en milieueducatie Natuur - en milieueducatie (NME) is een veelomvattend vakgebied. Wij werken met de methode “Naut “ Bij NME gaat het niet alleen om kennis maar vooral om de houding, die kinderen en volwassenen ten opzichte van hun leefomgeving innemen. Bovendien is de mening, die volwassenen uitdragen, belangrijk in het proces van meningsvorming van kinderen. Denkt u alleen maar eens aan de afwegingen, die dagelijks gemaakt worden tussen behoud van de natuur en economische belangen. We proberen de kinderen op te voeden vanuit de gedachte dat ieder mens, hoe jong ook, voor een klein stukje verantwoordelijk is voor een gezond leefmilieu. Veel aandacht wordt besteed aan de actualiteit op het gebied van NME. Zo volgen wij al jaren de schooltelevisielessen “Nieuws uit de natuur” en “Huisje Boompje Beestje” en worden er regelmatig praktische lespakketten, leskisten de school binnengehaald en excursies ondernomen. Ook techniek is een vast onderdeel in deze methode. 15 Schoolgids De Wegwijzer d. Verkeer Het verkeersonderwijs is eveneens wereld verkennend, maar valt onder het vakgebied “sociale redzaamheid”. Met name de houding en het gedrag van het kind vinden we van belang. In alle groepen wordt hier met regelmaat over gesproken. We maken in de groepen 1 t/m 8 gebruik van de actuele “Verkeerskrantjes” van Veilig Verkeer Nederland, zodat we steeds up to date blijven. In groep 7 kunnen de kinderen laten zien dat zij in staat zijn aan het verkeer deel te nemen. Dan wordt namelijk het verkeersexamen van Veilig Verkeer Nederland op papier en in de praktijk afgenomen. Alle groepen doen jaarlijks mee aan een verkeersproject. De kinderen krijgen verkeersles in de praktijk. De lessen zullen voor het grootste deel op de speelplaats gehouden worden. Voor de onderbouw is het onderwerp: oversteken. Voor de middenbouw fietsvaardigheid en voor de bovenbouw fietskeuring en het bespreken van lastige verkeerspunten in de wijk. Engels Vanaf groep 5 krijgen de kinderen Engels op onze school aangeboden, met de methode “Take it easy”. Deze methode werkt met een native speaker en leert de kinderen in het Engels te luisteren, spreken en te schrijven. Expressie activiteiten en bewegingsonderwijs Vakken als tekenen, handvaardigheid, muziek en gymnastiek zijn vakken die niet alleen maar gegeven worden als ontspanning. Tijdens deze lessen proberen we de creativiteit, de motoriek, de fantasie en de techniek van het kind te ontwikkelen, maar streven wij ook kwaliteit na. a. Tekenen en handvaardigheid Tekenen en handvaardigheid komen in de onderbouw vrijwel dagelijks aan de orde. In de hogere groepen staan zij als aparte vakken vermeld op het lesrooster, waarbij de kinderen leren omgaan met diverse technieken en materialen. b. Muziek De muzieklessen worden verzorgd door de groepsleerkracht. Naast zingen komen het notenschrift, bewegen op muziek en luisteren naar muziek aan de orde. Bewegingsonderwijs In de groepen 1 en 2 staat bewegingsonderwijs dagelijks op het rooster. Dit vindt plaats op het plein of in de eigen speelzaal binnen het hoofdgebouw aan de Tol. De groepen 3 t/m 8 krijgen twee keer per week 45 minuten bewegingsonderwijs in de gymzaal aan de Oude Bleijk. Voor verschillende groepen worden de lessen verzorgd door een vakleerkracht. Werken met de computer De Wegwijzer wil onze leerlingen goed voorbereiden op een maatschappij, waarin informatie- en communicatietechnologie een steeds grotere rol gaat spelen. Zij zullen zelfstandig moeten kunnen werken met deze moderne informatie- en communicatietechnologieën. Algemene ICT-doelen Het is de taak van onze school alle leerlingen gedurende de hele schoolloopbaan te trainen in algemene computervaardigheden, die noodzakelijk zijn voor het kind om 16 Schoolgids De Wegwijzer zich verder te kunnen ontwikkelen binnen de diverse vakgebieden. Hiertoe werken we met het programma “Basisbits” en de serie “4kids”; De inzet van ICT zorgt voor “Onderwijs op maat“ voor zowel de zwakke als de betere leerlingen; De inzet van ICT in de dagelijkse schoolpraktijk leidt tot kwaliteitsverhoging van het onderwijs op school, welke o.a. tot uiting komt in versterking van de zorgbreedte. Specifieke ICT-doelen Onderbouw (groepen 1, 2, 3 en 4) De leerlingen zijn in staat programma’s op te starten en te werken met programma’s voor hun leeftijd en niveau; De leerlingen zijn in staat informatie op te zoeken met behulp van de computer. Bovenbouw (groepen 5, 6, 7 en 8) Zie doelen onderbouw; De leerlingen zijn in staat om stelopdrachten met een tekstverwerker te maken; De leerlingen zijn in staat informatie op internet te vinden en te gebruiken voor onder andere werkstukken. Inzet computers bij het zelfstandig werken Bij ICT wordt voor alle groepen 1 uur per week ingeroosterd. In deze lestijden kan preventief dan wel remediërend gewerkt worden aan uitvoering van handelingsplannen ( extra oefenstof voor taal, spelling, lezen en rekenen en wiskunde). 17 Schoolgids De Wegwijzer 4.5 Huiswerk Waarom huiswerk? Wij streven ernaar om kinderen voorzichtig te laten wennen aan het andere leersysteem bij het voortgezet onderwijs. Daar is thuis werken en leren een wezenlijk onderdeel van het leerprogramma. Wij beschouwen bovendien huiswerk als een middel om de zwakkere leerlingen extra te kunnen laten oefenen. Kinderen moeten voldoende tijd houden om te kunnen spelen en te ontspannen. Hoeveel tijd? In de groepen 4, 5, 6, 7 en 8 wordt regelmatig huiswerk gegeven. In de lagere groepen gebeurt dat incidenteel. Verder hangt het af van de individuele mogelijkheden van het kind. Goed lerende kinderen zullen naar verhouding sneller hun huiswerk kunnen leren dan de zwakkere leerlingen. Problemen bij het maken van huiswerk Kinderen hebben na schooltijd vaak allerlei bezigheden: lid van een vereniging, trainen na schooltijd, muzieklessen, taken thuis, familiebezoek, feestjes e.d. Dit is geen excuus het huiswerk niet in orde te hebben. Leerkrachten zorgen er voor huiswerk ruim op tijd (een week vooraf) mee te geven, zodat het maken of leren van huiswerk gepland kan worden. Bij het voortgezet onderwijs betekent het niet in orde hebben van huiswerk een onvoldoende cijfer op de cijferlijst. In de hoogste groepen van onze school kan dit ook toegepast worden. Het kind kan ook verplicht worden het werk na schooltijd te maken. Wanneer en welk huiswerk op onze school? leerjaar 3 leerjaar 4 leerjaar 5 leerjaar 6 Vertelbeurt (vorm van spreekbeurt); vertellen over bv. je sport/ huisdier), geen beoordeling. In overleg met ouders: letters trainen, oefenen met lezen Zo nodig: voorbereiden van toneelstukje, gedicht Boekenbeurt (vorm van boekbespreking); vertellen over een / je (lievelings)boek, geen beoordeling. Dicteewoorden mee naar huis. Het is aan de ouders of hier mee geoefend wordt. In overleg met ouders: rekenwerk, taalwerk en leeswerk Stimulering ( inoefenen) van het technisch lezen Oefenen van de tafels van vermenigvuldiging Spreekbeurt, wel beoordeling Dicteewoorden mee naar huis. Het is aan de ouders of hier mee geoefend wordt. Engelse woordjes In overleg met ouders: rekenwerk, taalwerk en leeswerk Stimulering ( inoefenen) van het technisch lezen Oefenen van de tafels van vermenigvuldiging Leerwerk natuur, aardrijkskunde, geschiedenis en verkeer Boekbespreking, wel beoordeling Engelse woordjes Incidenteel rekenwerk / taalwerk / leeswerk Schrijven (3x) van dicteewoorden Oefenen van de tafels van vermenigvuldiging Leerwerk natuur, aardrijkskunde, geschiedenis en verkeer 18 Schoolgids De Wegwijzer leerjaar 7 leerjaar 8 Spreekbeurt, (onderwerp niet over hobby of huisdier), wel beoordeling. Regelmatig (1-3 keer/ week) rekenwerk / taalwerk / leerwerk Schrijven (4X) van dicteewoorden Leerwerk natuur, aardrijkskunde, geschiedenis, verkeer en Engels. Eén werkstuk per jaar Boekbespreking, wel beoordeling Bespreken van krantenartikel Regelmatig (3-5 keer per week) rekenwerk / taalwerk / leerwerk Schrijven (5x) van dicteewoorden Leerwerk natuur, aardrijkskunde, geschiedenis, verkeer en Engels. Eén werkstuk per jaar Meer of minder huiswerk kan worden gegeven aan individuele kinderen, indien ouders en leerkrachten dat nodig of wenselijk achten. Meenemen van huiswerk Het meenemen van huiswerk in de vorm van schriften, kopietjes of werkboeken kan met behulp van een tas. Boeken mogen incidenteel mee na overleg met ouders. Leerkrachten geven daarbij aan, dat ouders verantwoordelijk zijn bij beschadiging van leerboeken en deze dan dus moeten vergoeden. De leerlingen van de groepen 6, 7 en 8 hebben tevens een eenvoudige schoolagenda nodig. Huiswerk niet in orde Wanneer huiswerk niet in orde is of niet op tijd ingeleverd, wordt dit in groep 6, 7 en 8 geregistreerd. Drie keer niet in orde: een sanctie in de vorm van het huiswerk zelf en een extra werkblad wat in de pauze wordt gemaakt. Huiswerkhouding wordt ook voor het rapport geregistreerd. 4.6 Zelfstandig werken binnen de jaargroep Onder zelfstandig werken verstaan we de periode, waarin het kind onder schooltijd zonder voortdurende begeleiding van de leerkracht opgedragen of zelf gekozen taken uitvoert. Het kind wordt gestimuleerd om in die periode zelf initiatieven te nemen. Het kan in die periode met andere kinderen samenwerken en krijgt mogelijkheden om het gemaakte werk zelf te corrigeren. Onderwijs op maat in de jaargroep In de jaargroep wordt voor zover mogelijk gedifferentieerde instructie en verwerking aangeboden in drie niveaugroepen. Groep 1 : De leerlingen die behoren tot de CITO-I leerlingen ( hoogste Cito-score) Groep 2 : De leerlingen die behoren tot de CITO-II/III leerlingen Groep 3 : De leerlingen die behoren tot de CITO-IV/V leerlingen NB. Op De Wegwijzer worden de drie niveaugroepen anders aangeduid: Groep 1 : zonkinderen Groep 2 : maankinderen Groep 3 : sterkinderen De leerlingen van groep 1 kunnen volstaan met een korte instructie en gaan vervolgens over tot de verwerking van de lesstof, inclusief de verrijkingsstof uit de methode ( mits het tempo het toelaat). De leerlingen van groep 2 volgen de reguliere instructie en maken de reguliere verwerking. 19 Schoolgids De Wegwijzer De leerlingen van groep 3 volgen de reguliere instructie + de extra instructie of krijgen verlengde instructie tijdens het zelfstandig verwerken van de lesstof of tijdens de momenten van zelfstandig werken, die in het lesrooster zijn opgenomen. Sommige van deze leerlingen werken met een maatschrift of krijgen een beperking van de reguliere lesstof. Zelfstandig verwerken van de lesstof en zelfstandig werken volgens het rooster Van zelfstandig verwerken van de lesstof is sprake, indien alle leerlingen direct na de instructie door de leerkracht van bijvoorbeeld een rekenles, zelfstandig dan wel in tweetallen bezig zijn met het verwerken van de lesstof. Doel : de leerlingen zelf verantwoordelijkheid laten dragen en zelfstandig te worden; de leerlingen verwerken de opdracht zelfstandig; biedt mogelijkheden voor de begeleiding van zorgleerlingen; biedt mogelijkheden voor differentiatie (Tijdens het zelfstandig verwerken van de lesstof kan de leerkracht, mits de leerlingen zich goed aan de gemaakte afspraken houden, aparte / extra instructie geven aan de leerlingen van groep 1 ( CITO-I ) en groep 3 ( CITO IV/V); leerlingen zijn vrij en verantwoordelijk voor het maken van keuzes en planning; bevorderen van onderlinge samenwerking; stimuleren van sociaal gewenst gedrag; medeverantwoordelijkheid dragen voor rust in de groep. Gebruik van het stoplicht door de leerkracht Vanaf groep 3 wordt gebruik gemaakt van een stoplicht. De leerkracht kan met de kleuren het volgende aangeven: Kleur Omschrijving Rood Oranje Groen Leerlingen mogen géén vragen stellen aan de leerkracht De leerkracht doet de serviceronde Leerlingen mogen wel vragen stellen aan de leerkracht Gebruik van het blokje door de leerlingen Alle kinderen beschikken over een houten blokje. Zij kunnen daarmee het volgende aangeven: Kleur Omschrijving Rood vlakje Groene vlakje Vraagteken De leerlingen zijn niet beschikbaar voor hun medeleerlingen De leerlingen zijn wel beschikbaar voor hulp aan medeleerlingen De leerling heeft een vraag voor de leerkracht NB. Op bepaalde momenten kan de leerkracht aangeven, dat de blokjes verplicht op rood moeten staan, zodat de leerlingen de leerstof zonder overleg moeten verwerken. 4.7 Urentabel leerjaar 1 en 2 ( zie Jaardeel) 4.8 Urentabel leerjaar 3 en 4 ( zie Jaardeel) 4.9 Urentabel leerjaar 5 t/m 8 ( zie Jaardeel) 4.10 Schooltijden ( zie Jaardeel) 20 Schoolgids De Wegwijzer 5. De leerlingen ( instroom, doorstroom, uitstroom) 5.1 Passend onderwijs Over Passend Onderwijs is al veel gezegd en geschreven. Toch is lang niet voor iedereen duidelijk wat er met Passend Onderwijs bedoeld wordt, wat er op 1 augustus 2014 verandert en wat er niet verandert. Hier volgt een beknopte uitleg. Passend Onderwijs is de uitwerking van de wet die op 1 augustus 2014 van kracht is en bepaalt dat scholen (formeel de schoolbesturen) ervoor verantwoordelijk zijn dat elke leerling die bij hen op school zit of wordt aangemeld, een passende onderwijsplek krijgt. Dat kan op de eigen school zijn of op een van de andere scholen binnen het samenwerkingsverband (zorgplicht). Indien de school waarop de leerling zit of is aangemeld, dat onderwijs kan verzorgen, en dat is in bijna 95% het geval, dan verandert er niets en merkt de leerling weinig of geen verandering. Leerling en school passen goed bij elkaar. De school biedt “basisondersteuning” en de leerling heeft daar voldoende aan. Basisondersteuning is de ondersteuning die elke school in het samenwerkingsverband minimaal kan bieden. Een samenwerkingsverband is een organisatie die de samenwerking tussen alle basisscholen, scholen voor speciaal onderwijs en scholen voor speciaal basisonderwijs binnen een bepaald gebied organiseert. Onze school is aangesloten bij het samenwerkingsverband Stichting Passend Primair Onderwijs Haaglanden (SPPOH). Het gebied omvat heel Den Haag, Leidschendam– Voorburg en Rijswijk. Ongeveer 1 op de 20 leerlingen in ons samenwerkingsverband heeft niet genoeg aan basisondersteuning en is aangewezen op een vorm van extra ondersteuning. Vaak kan die extra ondersteuning gegeven worden op de school waar de leerling zit of wordt aangemeld. De school bepaalt in overleg met de ouders hoe die ondersteuning het beste kan worden gegeven en vraagt daarvoor extra middelen aan bij SPPOH. Soms is het niet haalbaar om de extra ondersteuning op de eigen school te organiseren en wordt er voor de leerling een lesplaats in het speciaal (basis-) onderwijs of op een ander basisschool georganiseerd. De leerlingen die meer ondersteuning nodig hebben dan de basisondersteuning gaan dus wel iets merken van de invoer van Passend Onderwijs. Wat verandert er: 1. Door de invoering van de zorgplicht krijgt de school /schooldirecteur, meer nog dan nu (eind-) verantwoordelijk voor de leerlingzorg. De directeur wordt bij het vervullen van de zorgplicht ondersteund door de intern begeleider van de school, een adviseur van SPPOH en een schoolmaatschappelijk werker die, indien nodig, korte lijnen heeft met de jeugdhulpverlening. 2. De rugzak verdwijnt. Omdat extra ondersteuning op basis van de ondersteuningsbehoefte van de betreffende leerlingen uniek is, en elke aanvraag daarom anders zal zijn, spreken we voortaan van een “arrangement”. We arrangeren als het ware iets dat speciaal voor dit specifieke kind nodig is. 3. Het speciaal onderwijs en het speciaal basisonderwijs blijven gewoon bestaan. Er zijn echter niet meer verschillende verwijsprocedures bij verschillende instanties. Alle aanvragen voor een lesplaats op een school voor speciaal (basis-) onderwijs lopen 21 Schoolgids De Wegwijzer 4. 5. 6. 7. 8. via SPPOH waar een team van deskundigen (expertiseteam) de aanvragen voor een lesplaats beoordeelt. Bij een positieve beoordeling geeft SPPOH een “toelaatbaarheidsverklaring” af. SPPOH heeft de samenwerking van de scholen georganiseerd in tien kleinere werkgebieden: acht stadsdelen en de gemeentes Leidschendam-Voorburg en Rijswijk. Binnen die werkgebieden werken de scholen onderling samen en vindt nauwe samenwerking met de Centra voor Jeugd en Gezin plaats. In elk werkgebied is een school voor speciaal basisonderwijs. SPPOH probeert extra ondersteuning zoveel mogelijk in de eigen omgeving van de leerlingen te organiseren. Passend Onderwijs gaat uit van handelingsgericht werken. Dat betekent concreet dat er meer gekeken gaat worden naar de mogelijkheden van de leerlingen dan naar de belemmeringen. Bij handelingsgericht werken willen we antwoorden vinden op de volgende vragen: Welk doel willen we met deze leerling bereiken? Wat is daarvoor nodig? Hoe gaan we dat organiseren? Wie gaat dat doen? Waar gaan we dat organiseren? Het is de bedoeling dat ouders en school als partners samenwerken indien het gaat om de zorg of extra ondersteuning rond een leerling. Elke school heeft een schoolondersteuningsprofiel. In dit profiel beschrijft de school welke extra ondersteuning de school wel en niet kan bieden. U kunt dit profiel (een samenvatting van dit profiel) inzien. Tot slot: Voor meer en uitgebreide informatie over Passend Onderwijs verwijzen wij u naar de volgende websites: www.sppoh.nl Stichting Passend Primair Onderwijs Haaglanden (SPPOH) Het samenwerkingsverband waar onze school toe hoort met veel actuele informatie over Passend Onderwijs specifiek voor onze regio. www.passendonderwijs.nl Het centrale informatiepunt voor de implementatie van passend onderwijs van het ministerie van OCW. www.steunpuntpassendonderwijs.nl Website over Passend Onderwijs, speciaal voor ouders. 5.2 Toelatingsbeleid voor vierjarigen ( geldt voor alle scholen van Panta Rhei) Om voor toelating op onze school in aanmerking te komen dient u als, ouder(s)/verzorger(s), minimaal tien weken voor de aanvang van het schooljaar waarin uw kind start een aanmeldingsformulier volledig in te vullen en te ondertekenen. Het inleveren van een ingevuld aanmeldingsformulier betekent echter niet dat uw kind automatisch is geplaatst. Voorafgaande aan de plaatsing van een kind is het wenselijk dat zowel u als de school zich van de wederzijdse verwachtingen op de hoogte stellen. De Wegwijzer hanteert hiertoe een samenwerkingsovereenkomst. Een kind is wettelijk toelaatbaar op de leeftijd van 4 jaar. Aanmelden: U kunt uw kind aanmelden vanaf de leeftijd van 3 jaar. Is uw kind jonger dan 3 jaar dan spreken we van een vooraanmelding. Deze vooraanmelding dient definitief gemaakt te worden als het kind drie jaar geworden is. In dit geval krijgt u bericht als uw kind drie jaar wordt dat u de vooraanmelding definitief moet maken. 22 Schoolgids De Wegwijzer Zowel bij een vooraanmelding als een definitieve aanmelding, zal de school uw aanmelding bevestigen. Na ontvangst van de definitieve aanmelding onderzoekt de school of er extra ondersteuning nodig is. Binnen zes weken beslist de school of uw kind al dan niet wordt geplaatst en neemt hierbij de eventuele extra ondersteuningsbehoefte van uw kind in aanmerking. Deze termijn kan indien nodig vier weken worden verlengd. U dient de school alle relevante informatie om de eventuele extra ondersteuningsbehoefte van het kind vast te stellen te verstrekken. Wanneer er een schriftelijk advies, gericht op het (schoolse) functioneren van uw kind, op basis van onderzoeksgegevens van derden aanwezig is, dient u hierin inzage te verstrekken. Van het plaatsingsbesluit ontvangt u schriftelijk bericht. Toelating: Als er meer aanmeldingen zijn dan beschikbare plaatsen dan geldt voor alle PANTA RHEI scholen als eerste plaatsingscriterium: Kinderen van wie een broertje of zusje al op de betreffende school geplaatst is of waarvan één van de ouder(s)/verzorger(s) een dienstverband heeft bij PANTA RHEI, mits tijdig aangemeld en de maximale groepsbezetting niet wordt overschreden. Bij toelating van een leerling met extra ondersteuningsbehoefte zal de school jaarlijks beoordelen of de school aan de ondersteuningsvraag kan blijven voldoen. Geen toelating: Als uw kind (met- of zonder extra ondersteuningsbehoefte) niet geplaatst kan worden, omdat er geen plaatsruimte is, zult u gewezen worden op plaatsingsmogelijkheden bij andere PANTA RHEI scholen of bij andere scholen binnen het samenwerkingsverband. Een kind dat niet geplaatst kan worden, kan op de wachtlijst worden geplaatst. De school toetst de ondersteuningsbehoefte van uw kind aan het school ondersteuningsprofiel ( zie website). Kan de school daar niet in voorzien dan zoekt de school in overleg met de ouders naar een school die wel in de ondersteuningsbehoefte kan voorzien. Dit kan ook een school voor speciaal (basis) onderwijs zijn. Als ouders weigeren te voldoen aan het verzoek van de school om schriftelijk te verklaren dat zij de grondslag van de school zullen respecteren of onderschrijven kan de leerling niet worden toegelaten. Indien u van mening bent dat een afwijzing ten onrechte is of als u zwaarwichtige redenen heeft waaruit blijkt dat plaatsing noodzakelijk is, kunt u tegen de beslissing van de school binnen zes weken schriftelijk bezwaar aantekenen bij het College van Bestuur van PANTA RHEI. Het College van Bestuur van PANTA RHEI zal binnen vier weken na ontvangst van het bezwaar reageren. Toelatingsbeleid voor kinderen ouder dan vier jaar. Als uw kind bij een andere school ingeschreven staat of heeft gestaan zal eerst bekeken worden of er plaats is voor nieuwe leerlingen. Als uw kind niet geplaatst kan worden wegens ruimtegebrek of de groepssamenstelling dan wijst de school u op plaatsingsmogelijkheden bij andere PANTA RHEI scholen of bij andere scholen binnen het samenwerkingsverband. Uw kind kan ook op de wachtlijst worden geplaatst, waarbij er toelatingscriteria worden toegepast. Als er wel ruimte is zal er allereerst een intakegesprek plaatsvinden om de wederzijdse verwachtingen uit te spreken, waarna u kunt besluiten over te gaan tot een 23 Schoolgids De Wegwijzer plaatsingsverzoek. Dit doet u door een volledig ingevuld en ondertekend aanmeldingsformulier in te leveren. Het inleveren van een ingevuld aanmeldingsformulier betekent echter niet dat uw kind automatisch is geplaatst. Alvorens tot definitieve plaatsing te besluiten wordt de volgende procedure gevolgd. De school neemt contact op met de school van herkomst. Hierbij worden alle gegevens, waaronder het onderwijskundig rapport, opgevraagd die voor de toelating van het kind relevant zijn. Wanneer er voor de aanmelding al een schriftelijk advies, gericht op het schoolse functioneren van uw kind, op basis van onderzoeksgegevens van derden aanwezig is, dient u hierin inzage te verstrekken. Ook dient u te melden of en zo ja wanneer onderzoeken m.b.t. het schoolse functioneren van hun kind gaande zijn of binnen afzienbare tijd plaats zullen vinden. De school beslist binnen zes weken na ontvangst van de aanmelding of uw kind al dan niet wordt geplaatst en neemt hierbij de eventuele extra ondersteuningsbehoefte van uw kind in aanmerking. Indien de beslissing tot plaatsing niet binnen 6 weken gegeven kan worden, deelt de school dit aan u mede. Het termijn kan dan met 4 weken verlengd worden. Van het besluit wordt u schriftelijk in kennis gesteld. Ingeval van toelating van uw kind wordt na plaatsing een verklaring van inschrijving naar de school van herkomst gezonden. 5.3 Intakegesprek nieuwe leerlingen op ATB De Wegwijzer Tijdens dit gesprek komen de volgende onderwerpen aan de orde: a) De identiteit van de school; b) De onderwijskundige uitgangspunten van de school; c) De pedagogische uitgangspunten van de school; d) Voorgeschiedenis van het kind; e) Samenwerking met Stichting Vlietkinderen ( Tussenschoolse- en Naschoolse opvang); f) Samenwerking met Oudervereniging (OV) en medezeggenschapsraad (MR) g) De rol van de ouders / verzorgers binnen de school; h) De wijze waarop ouders worden geïnformeerd over de ontwikkeling van hun kind. Tevens wordt er met de directeur een algemene rondleiding door het schoolgebouw gemaakt om “de sfeer van de school te proeven“. Aan het eind van de rondleiding wordt een informatiepakket overhandigd. Dit bevat: aanmeldingsformulier schoolgids algemeen schoolgids specifiek ( Jaardeel) ouderverklaring t.b.v. sofinummer informatie over Vlietkinderen ( TSO en NSO) ouderovereenkomst Als ouders het aanmeldingsformulier hebben ingevuld, worden de gegevens ingevoerd op de computer en wordt de uitdraai binnen drie weken na ontvangst opgestuurd, met het verzoek de gegevens te controleren en te voorzien van een handtekening. In deze verklaring dient te worden vermeld, of het kind al of niet op een andere school is ingeschreven. 24 Schoolgids De Wegwijzer Ongeveer 2 maanden voordat het kind de leeftijd van 4 jaar bereikt, krijgen de ouders een welkomstkaart toegestuurd voor de wenning van hun kind. Indien gewenst kunnen de kinderen 5 ochtenden, voorafgaande aan het moment waarop ze 4 jaar worden, wennen in de groep. Tijdens de wendagen volgt een tweede gesprek met de groepsleerkracht van de kleutergroep. Tijdens dit gesprek wordt de ouders verzocht een lijst met aanvullende gegevens t.b.v. de aanmelding in te vullen. Ook wordt gevraagd een zogenaamd noodgevallenformulier in te vullen. Op de eerste officiële schooldag wordt het kind daadwerkelijk ingeschreven als leerling. 5.4 Plaatsing van zij-instromers Van een zij-instromer wordt gesproken, indien een kind door bijvoorbeeld verhuizing op onze school wordt aangemeld voor één van de groepen. In principe verloopt de aanmeldingsprocedure zoals beschreven onder plaatsing van een nieuwe leerling. Voorafgaande aan de plaatsing wordt, met medeweten van de ouders, informatie uitgewisseld met de afleverende school. Inschrijving wordt definitief, indien er geen bijzonderheden zijn. 5.5 Procedure voor leerlingen, die overgaan van groep 2 naar groep 3 Bij de overgang van groep 2 naar 3 houden we rekening met 3 hoofdgebieden zoals beschreven in het protocol groep-3-rijpheid van Pravoo: 1 Algemene kenmerken, zoals geboortemaand, fysieke en emotionele verschijning; 2 Houding; 3 Prestatiegebieden. Halverwege groep 2 stellen wij ons de vraag, of de doorgaande ontwikkeling van een kind wel gebaat is bij een overgang naar groep 3. Er zijn kinderen in groep 2, die nog zo gericht zijn op spelen, dat de overgang naar groep 3 een te grote stap is. Dit komt soms door de jonge leeftijd, of soms door ontwikkelingsachterstand, al dan niet in combinatie met gedragsproblemen. Voor deze kinderen kunnen wij aan de ouders een verlengd kleuterjaar adviseren. Let wel: een verlengd kleuterjaar wordt alleen gegeven als er meerdere probleemfactoren zijn! Deze kinderen krijgen dan in dat verlengde schooljaar gerichte uitdagingen aangeboden, waarbij wij het belang van spelend leren niet vergeten. 5.6 Procedure voor leerlingen die doubleren in de groepen 3 t/m 7 Op de Wegwijzer wordt gewerkt met een leerstofjaarklassensysteem. Gedurende het schooljaar wordt bekeken, of een leerling aan het eind van het schooljaar al of niet bevorderd kan worden. Voor de keus al dan niet te bevorderen, betrekt de leerkracht de resultaten van de methode gebonden en methode onafhankelijke toetsen, de sociaal-emotionele ontwikkeling en de werkhouding van de leerling. Wanneer een leerkracht wil besluiten een leerling te laten doubleren, worden ouders voor een gesprek uitgenodigd op school. In samenspraak met de ouders wordt de keuze voor doublure besproken. 25 Schoolgids De Wegwijzer 5.7 Procedure voor leerlingen, die vervroegd worden bevorderd Kinderen met een grote ontwikkelingsvoorsprong, kunnen onder strikte voorwaarden een groep overslaan. Hiertoe zijn de volgende criteria opgesteld: Indien een leerling op minstens 2 van de 3 leergebieden (spelling, rekenen en begrijpend lezen ) de instructie in een hoger leerjaar kan volgen, kan worden besloten tot het vervroegd bevorderen van een kind. Er worden dan ook andere aspecten meegenomen in de overweging, te weten: de emotionele rijping en het zelfvertrouwen moeten voldoende aanwezig zijn; de motivatie moet goed zijn; de werkhouding moet goed zijn; er moet goede kans zijn, dat de leerling geaccepteerd wordt in de hogere groep. Indien in goed overleg met ouders wordt besloten niet tot vervroegde bevordering over te gaan, zal het programma binnen de eigen jaargroep van het kind worden aangepast. Dit houdt in: de reguliere lesstof in compacte vorm aanbieden en het aanbieden van verrijkingsstof in de vakken waarin wordt uitgeblonken, dan wel het aanbieden van vakgebieden die normaliter niet op de reguliere basisschool worden aangeboden. Hierbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan het vak techniek of een vreemde taal. Vorig jaar zijn we gestart met een Plusklas op de vrijdagmiddag tussen 14:15 en 15:15 uur voor de leerjaren 5 t/m 8. In principe kunnen uit elk van de 4 leerjaren 5 tot 6 leerlingen worden geselecteerd, die eens per 2 weken een uur onderricht krijgen van juffrouw S. Jeursen. 5.8 Uitstroom van leerlingen naar het voortgezet onderwijs (zie Jaardeel) De keuze van het voortgezet onderwijs hangt niet alleen af van de kwaliteit van de basisschool, maar ook van de interesse, motivatie en aanleg van het kind. De school probeert het maximale uit ieder kind te halen. Vanaf groep 6 krijgen de kinderen bij het tweede rapport een prognose, een voorspelling waarin staat welk advies de leerlingen in groep 8 gaan krijgen als zij zich op dezelfde manier blijven ontwikkelen. De voorlichting m.b.t. het voortgezet onderwijs gebeurt al in groep 7. De ouders / verzorgers van de leerlingen krijgen in de maand mei / juni een voorlichtingsavond, waar uitvoerig wordt ingegaan op de voorbereiding van het begeleidingsonderzoek. De kinderen vullen in groep 8 een Schoolvragenlijst in. Deze vragenlijst, bestaande uit 2 x 80 vragen, geeft uitvoerige informatie over de motivatie, het welbevinden en het zelfbeeld van het kind. In groep 8, meestal in de maand oktober, vindt het tweede en belangrijkste onderdeel plaats. Er wordt een intelligentieonderzoek afgenomen met behulp van het NIO-onderzoek. NIO betekent: Nederlandse Intelligentietest voor Onderwijsniveau. Het meten van de aanlegfactoren op het gebied van de verbale en ruimtelijke intelligentie staan in dit onderzoek centraal. Naast het NIO-onderzoek wordt in groep 8 aan de gehele groep ook het drempelonderzoek aangeboden. Hierbij worden de vaardigheden op de gebieden van rekenen, taal, spelling en begrijpend lezen gemeten. Zowel de uitslag van het NIO-onderzoek als die van het drempelonderzoek geven onafhankelijk van elkaar een schooladvies. 26 Schoolgids De Wegwijzer NB. Voor leerlingen voor wie leerwegondersteuning ( LWOO) binnen het VMBO gewenst is, is de afname van het drempelonderzoek noodzakelijk. De gegevens van beide onderzoeken en de uitslag van de Schoolvragenlijst uit groep 8 worden door de leerkrachten van groep 7 en 8 besproken met de IB-er en de directie. Op basis van de gesprekken wordt het eindadvies bepaald. Dit eindadvies wordt, voor zover mogelijk, voor de kerstvakantie aan de ouders overhandigd. In dit advies speelt de mening van de groepsleerkracht een belangrijke rol. Hij / zij heeft immers een goed inzicht in de mogelijkheden waarover een kind beschikt. Daarbij zijn niet alleen de leerprestaties belangrijk, maar ook gegevens over de belangstelling van het kind, de zin in studeren, de wil om zich ergens voor in te zetten en de mate van zelfvertrouwen van het kind. Na de kerstvakantie worden ouders/verzorgers uitgenodigd om het schooladvies met ons te bespreken. In de maanden januari en februari hebben bijna alle scholen van voortgezet onderwijs open avonden, die ouders/verzorgers samen met hun kind kunnen gaan bezoeken. Vanaf februari / maart kunt u uw kind bij een school aanmelden. BOVO digitaal De gegevens betreffende een leerling worden door de school digitaal aangeleverd bij de scholen voor het Voortgezet Onderwijs. Evaluatie Gedurende hun eerste schooljaar op het Voortgezet Onderwijs worden alle leerlingen door ons besproken, samen met de contactpersonen van de betreffende scholen voor het VO. Ook sturen de scholen voor het Voortgezet Onderwijs ons de gegevens toe van de schoolresultaten van uw kind. NB. Voor alle procedures geldt, dat voorop staat dat keuzen in goed overleg met ouders worden gemaakt. Echter de school neemt uiteindelijk de definitieve beslissing. 27 Schoolgids De Wegwijzer 6. Het volgen van de ontwikkeling van kinderen Zodra uw kind onze school gaat bezoeken, wordt begonnen met de aanleg van het leerlingvolgsysteem. Dat wil zeggen, dat vanaf de kleutergroepen de leerkracht met behulp van observatielijsten en Cito-toetsen de ontwikkeling van uw kind in kaart begint te brengen. Hierbij wordt niet alleen gekeken naar de leervorderingen, maar ook naar de motorische - en sociaal-emotionele ontwikkeling. Storingen in één van de 3 genoemde ontwikkelingsgebieden zorgen soms voor problemen in het schoolleven van uw kind. Het is in het belang van uw kind om dit zo snel mogelijk te signaleren, met u te bespreken en vervolgens te zorgen voor hulp. 6.1 Het dagelijkse werk van de kinderen Het dagelijkse werk wordt nagekeken en van commentaar voorzien. Vooral in de onderbouw wordt er veel werk direct mee naar huis gegeven. Later worden de opdrachten veelal in schriften gemaakt, die u natuurlijk op school kunt inzien. Dit kan op aanvraag, maar ook wordt twee maal per jaar een Open Huis (kijkuurtje) georganiseerd. Het dagelijkse werk wordt regelmatig getoetst door middel van methodeafhankelijke toetsen of door ons zelf ontworpen “proefwerken”. 6.2 Onafhankelijke toetsen Op vaste tijdstippen in het jaar worden methodeonafhankelijke Cito-toetsen afgenomen. De uitslagen van deze CITO deeltoetsen, waarbij een vergelijking met een landelijk gemiddelde mogelijk is, geven ons redelijk objectieve gegevens over de leerprestaties van uw kind. Tevens is het voor ons een graadmeter om het leerrendement van onze school te vergelijken met dat van andere scholen in Nederland, zodat wij ons onderwijs eventueel kunnen bijstellen. De Cito-toetsen: De toetsen Taal en Rekenen voor kleuters worden in januari en mei / juni afgenomen bij de kleutergroepen. Rekenen en Wiskunde wordt vanaf groep 3, twee keer per jaar getoetst; in januari en in juni. Begrijpend lezen wordt in groep 4 twee keer per jaar getoetst; in januari en juni. Vanaf groep 5 en hoger 1 keer per jaar; in januari. Spelling en Woordenschat worden vanaf groep 3, twee keer per jaar afgenomen; in januari en juni. Werkwoordspelling wordt afgenomen eind groep 7 en midden groep 8. Technisch lezen wordt vanaf groep 3 t/m groep 8 twee keer per jaar getoetst. We nemen de AVI-kaart af passend bij het leerjaar waarin de kinderen zitten. We stoppen hiermee als de kinderen zijn gevorderd tot en met het AVI-plus. Voor het volgen van de sociaal-emotionele ontwikkeling gebruiken wij de SEO-lijst, die is afgeleid van de SVL, welke in groep 8 gebruikt wordt. SEO staat voor Sociaal- Emotionele Ontwikkeling SVL staat voor School VragenLijst 28 Schoolgids De Wegwijzer 6.3 Het vastleggen van leerling-gegevens in het leerlingvolgsysteem Om onze leerlingen acht jaar lang zo goed mogelijk te kunnen volgen in hun ontwikkeling, maken we gebruik van een Cito-leerlingvolgsysteem. Het systeem levert waardevolle aanvullende informatie op over een leerling. Het laat zien hoeveel een kind in een bepaalde periode heeft bijgeleerd. Tevens kunnen we vaststellen welke leerlingen onder “het gemiddelde“ scoren en wellicht een risico leerling kunnen vormen. De toetsen, die wij gebruiken, worden afgenomen bij ruim 90 % van de basisschoolleerlingen in ons land. Daardoor is het mogelijk de vorderingen van uw kind te vergelijken met leeftijdsgenoten in ons land. Op de rapporten worden de Cito-toetsuitslagen van de kinderen vermeld. 6.4 Het bespreken van de vorderingen van leerlingen Drie keer per jaar wordt er van de kinderen van groep 3 t/m 8 een rapport opgemaakt. Bij het eerste en tweede rapport ontvangt u tevens een uitnodiging voor een 10-minuten gesprek, waarbij we van alle ouders verwachten dat ze komen. Voor de kinderen van groep 1 is er nog geen rapport, maar wordt u wel uitgenodigd voor een gesprek. De kinderen van groep 2 krijgen aan het eind van de kleuterperiode een rapport. 6.5 Speciale zorg voor leerlingen met extra behoeften Als een leerling opvalt, zullen we er alles aan doen om een kind zo optimaal mogelijk te begeleiden. Dit houdt in: - Tijdens de reguliere lessen wordt extra aandacht gegeven. - Daarnaast wordt tijdens het zelfstandig werken verlengde instructie aangeboden. - De hulp die wordt gegeven aan leerlingen met een Cito IV- of V-score op het gebied van (voorbereidend) rekenen, taal en spelling ( zwak tot onvoldoende) wordt beschreven in een groepsplan dat wordt opgesteld voor bovenstaande vakgebieden. Ten einde de kinderen op onze school op een adequate wijze te helpen bij eventuele problemen, hebben we een orthotheek opgebouwd, waarin remediërende hulpmiddelen aanwezig zijn voor de leergebieden: spelling, rekenen, technisch lezen, woordenschat en begrijpend lezen. 29 Schoolgids De Wegwijzer 7. De teamleden op De Wegwijzer Op De Wegwijzer wordt gewerkt met een team van enthousiaste, professionele leerkrachten. Naast de directie en de teamleden heeft de school de beschikking over ondersteunend personeel: een vakleerkracht gymnastiek een leerkracht godsdienst een conciërge een administratief medewerker twee Intern Begeleiders twee ICT-coördinatoren vier bouwcoördinatoren een externe leerkracht t.b.v. leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben een schoolgericht maatschappelijk werker Vakleerkracht lichamelijke oefening Voor de groepen 3 t/m 8 wordt de gymnastiek door een vakleerkracht gegeven, indien de groepsleerkracht niet beschikt over de bevoegdheid om zelf gymles te geven. Godsdienstleerkracht Vanuit de stichting IKOS worden op onze school gedurende drie kwartier per week de godsdienstlessen verzorgd voor de groepen 3 t/m 8. NB. Uw kind is niet verplicht deel te nemen aan de lessen godsdienst. Wanneer u als ouder geen toestemming verleent voor het bijwonen van deze lessen, werkt uw kind zelfstandig onder toezicht van de groepsleerkracht. Conciërge De school heeft de beschikking over twee algemeen schoolmedewerkers voor de hoofdlocatie en de dependance. Beiden werken op vrijwillige basis. Administratief medewerker De school heeft een administratief medewerker aangesteld ter ondersteuning van de schoolleiding voor 8 uur per week. Intern begeleider(s) Deze medewerkers coördineren de hulp aan leerlingen die extra zorg nodig hebben. Bouwcoördinatoren Deze medewerkers ( tevens leerkrachten) coördineren de onderwijsinhoudelijke afstemming van de verschillende bouwen. We onderscheiden een viertal bouwen: Onderbouw ( leerjaar 1 en 2 en leerjaar 3 en 4) Bovenbouw ( leerjaar 5 en 6 en leerjaar 7 en 8) 30 Schoolgids De Wegwijzer 7.9 De leerkrachten ( zie Jaardeel) Een professioneel team van leerkrachten is op De Wegwijzer werkzaam om het onderwijs aan uw kind te verzorgen. In het Jaardeel wordt vermeld, welke leerkrachten, op welke dagen in de verschillende groepen werkzaam zijn. 7.10 Wijze van vervanging bij ziekte, compensatieverlof of anderszins Het is niet meer gebruikelijk, dat een leerkracht vijf dagen werkt en daarmee de enige leraar van de groep is. Een aantal leerkrachten werkt slechts een deel van de week. Bovendien kennen wij in het onderwijs compensatieverlof. Vandaar, dat in bijna alle groepen twee leraren actief zijn. Bij ziekte wordt er naar een passende oplossing gezocht. Zie hiervoor het Jaardeel, onder de kopjes 11.21 en11.35. 7.11 Scholing van leerkrachten Op een aantal manieren werkt De Wegwijzer aan verdere kwaliteitsverbetering: werken met goede methoden; bekwaam personeel; het consequent volgen van de resultaten van de leerlingen; het verder ontwikkelen van het onderwijs met behulp van gerichte scholing van leerkrachten. Alle methodes worden eens in de negen jaar vervangen. Bij het kiezen van lesboeken en ander materiaal stellen we ons de vraag: Kunnen onze kinderen goed leren met behulp van deze methoden? Zijn de methoden maatschappelijk relevant? Ziet het materiaal er aantrekkelijk uit? Er zijn kinderen, die extra moeilijk werk aan kunnen en kinderen die veel extra oefenstof nodig hebben. We letten er bij de aanschaf van methoden op of er voor beide groepen voldoende leerstof in de methode zit. Ook kijken we, of de methoden voldoen aan de kerndoelen, die de overheid ons stelt. Nog belangrijker dan de methoden die een school gebruikt, zijn de mensen die er werken. Aan hen heeft u uw kind toevertrouwd. Zij zorgen ervoor dat de materialen en de lesboeken zinvol gebruikt worden. De leerkrachten van De Wegwijzer werken niet op eigen houtje, maar besteden veel tijd aan samenwerking en overleg. De maatschappij verandert voortdurend en dus ook het onderwijs. Nieuwe ontwikkelingen volgen we op de voet. Daarom zijn er elk schooljaar een aantal studiedagen, diverse teambijeenkomsten en volgen leerkrachten nascholingscursussen om hun taak nog beter te kunnen verrichten. 7.12 Spreekuren ( zie Jaardeel) Op onze school kennen wij geen “spreekuur”. Buiten de lessen kunt u ons altijd aanspreken. Als op een bepaald moment andere verplichtingen een directe afwikkeling in de weg zouden staan, wordt op korte termijn een afspraak gemaakt. Het wordt door ons bijzonder op prijs gesteld, als u ons hierover na schooltijd aanspreekt, omdat de tijd direct voorafgaand aan de lessen benut moet worden voor lesvoorbereidingen. De directie kunt u op bepaalde tijden ook onder schooltijd bereiken ( het maken van een afspraak is wenselijk). 31 Schoolgids De Wegwijzer 7.13 Stagiaires Wij prijzen ons gelukkig geregeld studenten van de PABO en de opleiding SPW te mogen begeleiden. Wij zijn niet alleen verplicht daartoe, maar vinden het een goede zaak op deze wijze mee te helpen de school ook in de toekomst te voorzien van goed opgeleide collega’s. De eindverantwoordelijkheid van door studenten gegeven lessen blijft altijd bij de betreffende groepsleerkracht, ook als ze soms voor wat langere tijd zelfstandig voor de groep staan. Dit laatste is het geval bij vierdejaarsstudenten, die kort voor hun afstuderen staan. 32 Schoolgids De Wegwijzer 8. De ouders 8.1 Het belang van betrokkenheid van ouders / ouders helpen op school Een goed contact tussen school en thuis is heel belangrijk. We willen u niet alleen over alle belangrijke gebeurtenissen op school, maar ook over het wel en wee van uw kind graag informeren. Van onze kant stellen we het op prijs, als u ons van belangrijke gebeurtenissen thuis op de hoogte houdt. Een goede samenwerking tussen school en thuis bevordert het welbevinden van een kind; dat staat vast. 8.2 Informatie aan ouders ( zie Jaardeel) Op verschillende manieren proberen wij u zo goed mogelijk op de hoogte te houden van belangrijke zaken die spelen op school. Met ingang van 1 september 2014 wordt gebruik gemaakt van DigiDuif voor het versturen van digitale informatie. Nieuwsbrief In principe ontvangt u maandelijks de digitale Nieuwsflitzzzz. Hierin zijn de data van belangrijke activiteiten in die maand opgenomen. Voorts treft u er een toelichting op bepaalde activiteiten aan en wordt u op de hoogte gehouden van recente ontwikkelingen. Ook treft u allerhande informatie aan op onze website: www.dewegwijzerschool.nl Informatieavond In iedere groep is er in september een jaarlijkse algemene informatieavond, waarop de leerkrachten vertellen over het lesprogramma behorend bij dat leerjaar. Hier wordt uiteraard niet over de individuele kinderen gesproken, maar wordt de algemene gang van zaken in de betreffende groep toegelicht. Ouderavond De oudervereniging organiseert jaarlijks in september een avond, waarbij zij verslag uitbrengt over de activiteiten, die zij jaarlijks in samenwerking met het schoolteam voor de kinderen hebben georganiseerd. Deze bijeenkomst wordt aansluitend aan de informatieavond gehouden. Tijdens deze avond worden eveneens het jaarverslag en de begroting voor het nieuwe schooljaar aan de orde gesteld. Rapportavonden / tafeltjesavonden Twee maal per jaar plannen we voor alle groepen een tafeltjesavond. Op deze avond(en) kunt u met de leerkracht praten over de ontwikkeling van uw kind. Dat gebeurt in zogeheten tien-minutengesprekken. Het eerste rapport van de groepen 3 t/m 8 wordt in de maand oktober aan uw kind meegegeven. Dit rapport is een welbevindenrapport. Na de herfstvakantie plannen wij met alle ouders een gesprek in om het rapport te bespreken. Het tweede rapport van de groepen 3 t/m 8 wordt uitgereikt rond februari / maart. Vanaf leerjaar 6 wordt er bij dit rapport ook een prognose meegegeven. Een voorspelling van het uitstroomniveau wat de kinderen in groep 8 kunnen behalen als ze zich blijven ontwikkelen zoals ze nu doen. Ook na het meegeven van dit rapport plannen we met alle ouders een rapportgesprek in. Het derde rapport van de groepen 3 t/m 8 wordt de vrijdag voorafgaande aan de laatste schoolweek uitgereikt. Dit laatste rapport bespreken we alleen met u als er bijzonderheden zijn. De kinderen van groep 2 ontvangen één rapport aan het einde van het schooljaar. 33 Schoolgids De Wegwijzer Adviseringsgesprekken in groep 8 Op basis van de uitslagen NIO, SVL, Drempelonderzoek en het Cito-leerlingvolgsysteem wordt t.b.v. de leerlingen die in groep 8 de school verlaten een advies opgesteld. Dat advies wordt besproken in de maand januari. Open Huis Twee keer per jaar organiseert De Wegwijzer een moment ( Open Huis) , waarop u mét uw kind de schriften en andere werkjes kunt komen bekijken. Voorlichting voortgezet onderwijs Jaarlijks wordt in de maand mei of juni een informatieavond verzorgd om de ouders van groep 7 te informeren over de advisering naar het voortgezet onderwijs. Gesprek met de leerkracht De leerkrachten van de school zijn gaarne bereid om buiten de tafeltjesavonden om met u te praten over uw kind. Als u daar behoefte aan heeft, kunt u altijd een afspraak maken. Gesprek met de directie De directie ( directeur + adjunct-directeur) heeft geen officieel spreekuur. U kunt hen altijd aanspreken. Als het nodig is, maken zij heel snel een afspraak met u. Informatieplicht ouders Op onze school gaan wij er vanuit dat gescheiden ouders zelf het contact onderhouden over de schoolresultaten en ontwikkeling van hun kind( -eren) in de school. Als er in de communicatie tussen ouders storingen ontstaan, kan dat voor het kind en de school problemen opleveren. In dat geval raden wij u aan om contact op te nemen met de directeur. Wij zijn als school verplicht, tot een gerechtelijke uitspraak anders uitwijst, beide ouders te informeren over de voortgang van uw kind. 8.3 De MR ( Medezeggenschapsraad ) van De Wegwijzer ( zie Jaardeel) Aan elke school is een medezeggenschapsraad (MR) verbonden. Dit inspraakorgaan heeft als doel de verschillende bij de school betrokken partijen (ouders en team) medezeggenschap te geven. De MR bestaat voor de helft uit ouders en voor de andere helft uit leerkrachten. De MR heeft een advies - en instemmingsrecht en denkt mee over financiële, organisatorische en onderwijskundige zaken zoals: de schoolgids, het schoolplan, het personeelsbeleid, het vakantierooster en tal van andere schoolse zaken. De MR vergadert ongeveer 6 tot 7 keer per jaar en onderhoudt de contacten met ons schoolbestuur. Leden van de MR hebben drie jaar zitting en zijn herkiesbaar. Daarnaast hebben wij een gemeenschappelijke MR (GMR) met de andere basisscholen van ons bestuur in Leidschendam-Voorburg. Ook deze GMR onderhoudt contacten met het schoolbestuur. 34 Schoolgids De Wegwijzer 8.4 De OV ( Oudervereniging ) van De Wegwijzer ( zie Jaardeel) Iedere ouder, die een kind bij ons op school heeft, wordt lid van de oudervereniging indien de contributie wordt betaald. Het bestuur van de oudervereniging wordt gevormd door de oudervereniging. De voornaamste taak van de OV is het vertegenwoordigen van de ouders, d.w.z. zij tracht in haar contacten met het team naar voren te brengen wat er bij de ouders leeft. Daarnaast wil zij interesse wekken bij de ouders voor allerhande zaken, die de school betreffen en zo nodig de helpende hand bieden. De OV is actief bij de organisatie van verschillende activiteiten op school zoals: schoolreisje, kamp groep 8, musical, sportdagen, avondwandelvierdaagse, Wegwijzerfeest etc. De OV vergadert 6 tot 8 keer per jaar. De leden worden voor 3 jaar gekozen en zijn herkiesbaar, zolang zij een kind op onze school hebben. Jaarlijks in september is er een algemene ledenvergadering, waarin de OV verslag doet van haar werkzaamheden en een financieel verslag overlegt ter goedkeuring. 8.5 De ouderbijdrage ( contributie) De contributie, die van de ouders wordt gevraagd, is vrijwillig. Het onderwijs aan onze school is kosteloos. De contributie wordt gebruikt om de extra activiteiten zoals Sinterklaas, Kerstmis en sportactiviteiten te kunnen bekostigen. De kosten voor de schoolreis en het kamp / werkweek worden apart in rekening gebracht. De contributie kan worden gestort op het volgende nummer van Oudervereniging De Wegwijzer: 5669771 8.6 Ouderparticipatie Onder ouderparticipatie verstaan wij het actief deelnemen van ouders aan het schoolleven in al zijn facetten. Deze gelegenheid tot participatie heeft tot doel: u meer inzicht te geven in de wijze waarop wij in onze school met uw kinderen werken; activiteiten te kunnen uitvoeren, die zonder uw hulp moeilijk te realiseren zijn. 8.7 Klassenouders ( zie Jaardeel) Elke groep vraagt ieder jaar een ouder als klassenouder. Deze ouder is aanspreekpunt voor de groepsleerkracht en de OV om hulpouders te zoeken bij activiteiten. De klassenouder kan vragen en ideeën van overige ouders doorspelen naar de groepsleerkracht. 8.8 De LOL-moeders ( zie Jaardeel) De Let Op Luizen – moeders komen na iedere schoolvakantie de hoofdharen van alle leerlingen controleren op hoofdluis. Dankzij de intensieve zorg, die de moeders vrijwillig verlenen, kunnen we het probleem behoorlijk onder controle houden. De LOL – moeders mogen uitsluitend de groepsleerkracht en schooldirectie op de hoogte stellen van hun bevindingen. Indien bij een leerling hoofdluis wordt aangetroffen, worden de ouders daarvan persoonlijk op de hoogte gesteld met het verzoek passende maatregelen te treffen. Onze leerlingen zijn verplicht een luizenzak te gebruiken, indien sprake is van actieve hoofdluis. Het protocol hoofdluis kunt u lezen op onze website. 35 Schoolgids De Wegwijzer 9. Voorzieningen op De Wegwijzer Kiest u voor kwaliteit? Dan kiest u voor de kinderopvang van Vlietkinderen! Vlietkinderen in het kort: • Eersteklas kwaliteit voor concurrerende tarieven • Geworteld in de regio • Ruim 40 jaar ervaring • Dagopvang, buitenschoolse opvang, peuterspeelzalen en verlengde peuteropvang • Meer dan 20 locaties in Leidschendam-Voorburg en Den Haag (Leidschenveen) • Uiteraard met HKZ-keurmerk (Harmonisatie Kwaliteitsbeoordeling Zorgsector) Alle informatie kunt u vinden op onze website. e tarieven.vlietkinderen.nl Tussenschoolse opvang Bij alle Panta Rhei scholen in Leidschendam–Voorburg en Leidschenveen (behalve ABB Essensteijn) verzorgt Vlietkinderen de tussenschoolse opvang (TSO). De TSO is een onderdeel van Vlietkinderen dat de afgelopen jaren sterk geprofessionaliseerd is. Vlietkinderen en Panta Rhei hebben kwaliteitsafspraken gemaakt voor de TSO. Voor meer informatie over de TSO kunt u terecht op de website van Vlietkinderen. U kunt ook contact opnemen met de TSO- klantenservice via de mail: [email protected] of per telefoon: (070) 320 39 22 Vakantieopvang Bij Vlietkinderen kunt u ook terecht voor vakantieopvang, zelfs als u (nog) geen klant bent bij ons. Bezoek onze website en bekijk de mogelijkheden. Goed, leuk en betrouwbaar! Uw kind toevertrouwen aan anderen: dat is geen geringe beslissing. Geen wonder dat u, als ouder, niet over één nacht ijs gaat. Vlietkinderen biedt veel meer dan opvang alleen. Gun uw kind de hoogwaardige kwaliteit van alle Vlietkinderen-locaties. Meer uitdaging, meer continuïteit, meer veiligheid, en dat alles in een leuke en stimulerende omgeving. Vlietkinderen biedt uw kind ruimte om te groeien. Op élk gebied. Vlietkinderenmedewerkers zijn uw partners in de opvoeding. Dat is een veilig en prettig idee. Bel ons voor een persoonlijke kennismaking, wij staan u graag te woord! www.vlietkinderen.nl Telefoon: (070) 317 59 59 [email protected] 9.1 Voorschoolse opvang ( zie Jaardeel) 9.2 Tussenschoolse opvang ( TSO) ( zie Jaardeel) 9.3 Naschoolse opvang ( zie Jaardeel) 36 Schoolgids De Wegwijzer 9.4 Schoolgericht maatschappelijk werk ( zie ook Jaardeel) Een zorgeloze kindertijd. Dat gunnen we onze kinderen allemaal. Maar helaas kunt u uw kind niet altijd voor problemen behoeden. Soms weet u niet eens precies wat er aan de hand is, maar u ziet wel dat uw kind niet gelukkig is, of ander gedrag vertoont dan u van hem of haar gewend bent. Wat kan SGMW voor u doen? Uiteraard wilt u in zo’n geval graag weten waar uw kind mee zit en het helpen hiermee om te gaan. De schoolgericht maatschappelijk werker kan u hierin bijstaan. Ook als niet duidelijk is wat er bij uw kind speelt, of als het (nog!) niet om een groot probleem gaat. Tijdens een eerste gesprek bekijkt de schoolgericht maatschappelijk werken samen met u welke stappen het beste kunnen worden genomen. Vaak volgen er daarna meer gesprekken, met u en / of uw kind. Uiteraard praat de schoolgericht maatschappelijk werker nooit alleen met uw kind zonder dat u daar toestemming voor heeft gegeven. De gesprekken vinden in principe op school plaats en met uitzondering bij u thuis. Bij sommige problemen kan een andere instelling of persoon u beter helpen. In overleg met u wordt dan gekeken waar u het beste naar door verwezen kunt worden en ook daar kan de schoolgericht maatschappelijk werker u ondersteuning bij bieden. Daarnaast werkt de schoolgericht maatschappelijk werker nauw samen met de leerkrachten / leidsters, zodat ook zij uw kind kunnen helpen of rekening houden met bepaalde omstandigheden. De schoolgericht maatschappelijk werker neemt overigens een onafhankelijke positie in. Dit betekent dat u ook gerust bij haar kunt aankloppen, als uw kind problemen heeft met school of met een leerkracht. Enkele voorbeelden Om een indruk te geven wat het SGMW voor u kan doen volgt onderstaand een aantal voorbeelden: problemen op school / kinderdagverblijf; uw kind heeft moeite met school(werk), moet erg aan een nieuwe school / opvang of onderwijsvorm wennen of het wordt veel gepest; gedragsproblemen; uw kind gedraagt zich bijvoorbeeld druk en agressief; is juist erg stil en trekt zich terug of wil niet meer luisteren; als u vragen heeft, of problemen met de opvoeding; als binnen uw gezin problemen zijn, die ook uw kind (kunnen) raken, zoals een scheiding, woonproblemen of financiële moeilijkheden. Het SGMW staat voor u klaar, ook als u slechts een vermoeden heeft, dat er iets met uw kind aan de hand is. Het SGMW is vertrouwelijk en gratis voor u Alles wat u vertelt blijft vertrouwelijk, omdat de schoolgericht maatschappelijk werker gebonden is aan een beroepsgeheim. Wel wordt u gevraagd een toestemmingsformulier te ondertekenen, zodat de schoolgericht maatschappelijk werker, indien nodig, met de betreffende persoon en / of instanties contact op kan nemen om u en uw kind zo goed mogelijk te helpen. Dit wordt uiteraard eerst vooraf met u besproken. 9.5 GGD Zuid-Holland West / Jeugdgezondheidszorg ( zie Jaardeel) De jeugdartsen en jeugdverpleegkundigen van de GGD volgen het groeiproces van ieder schoolgaand kind. Dit gebeurt in aansluiting op de onderzoeken van de consultatiebureaus,voor kinderen van 0 – 4 jaar. Samen met u willen wij ertoe bijdragen dat kinderen zich zo goed mogelijk ontwikkelen. Daarom wordt uw kind gedurende de hele schoolperiode enkele malen onderzocht. 37 Schoolgids De Wegwijzer Naast het lichamelijke onderzoek komen ook een aantal andere dingen aan de orde. Gezondheid is meer dan “niet ziek zijn”. Het betekent ook dat het kind thuis zonder problemen slaapt, eet, speelt, omgaat met broertjes en zusjes, luistert, zich aan de regels houdt, enzovoort. Al deze zaken komen daarom, naast de lichamelijke gezondheid van het kind aan de orde. 9.6 Centrum voor Jeugd en Gezin ( zie Jaardeel) 9.7 Spel- en Opvoedpunt ( zie Jaardeel) 9.8 Sociale kaart van ATB De Wegwijzer ( zie Jaardeel) 9.9 Schoolverzekering voor kinderen Het schoolbestuur betaalt een schoolongevallenverzekering. Uw kind is tijdens de schooluren en op weg naar en van school verzekerd tegen de financiële gevolgen van een ongeluk. De kinderen zijn niet verzekerd voor verlies of beschadiging of diefstal van eigendommen. 9.10 Klachtenregeling Soms vinden op school gebeurtenissen plaats waar u het als ouder of personeelslid niet mee eens bent. U kunt dan een klacht indienen. In veel gevallen is het raadzaam om eerst te proberen om met elkaar in gesprek te gaan en samen naar een oplossing te zoeken. Als u er samen niet direct uit komt, dan kunt u de kwestie neerleggen bij de schooldirecteur. In het geval dat u een meningsverschil met de schooldirecteur heeft, gaat u in eerste instantie naar de algemeen directeur van de stichting Panta Rhei. Elke school heeft een vertrouwenspersoon, die u kan ondersteunen bij de informele afhandeling van de klacht. Voor onze school is dat mevrouw M. Nierstrasz. De vertrouwenspersoon zal de mogelijkheden tot bemiddeling onderzoeken en zo mogelijk zelf bemiddelen bij het zoeken naar een oplossing. De stichting PANTA RHEI heeft de volgende onafhankelijke vertrouwenspersoon: Stieneke Stokmans-Prins Tel. 070 3523809 Mob. 06 20010345 [email protected] 38 Schoolgids De Wegwijzer Mocht het niet lukken om samen met de betrokkenen tot een oplossing te komen, dan kunt u een klacht indienen bij een klachtencommissie. De vertrouwenspersoon kan u hierbij ondersteunen. PANTA RHEI is aangesloten bij twee klachtencommissies: Klachtencommissie voor het Katholiek Onderwijs Postbus 82324, 2508 EH Den Haag Tel: 070-3925508 Stichting Onderwijsgeschillen Postbus 85191, 3508 AD Utrecht Tel: 030-2809590 PANTA RHEI hanteert een klachtenregeling waarin de procedure voor het indienen en behandelen van een klacht is vastgelegd. U kunt deze regeling downloaden via de website www.stichtingpantarhei.nl 10. Vakantieregeling en roosters ( zie Jaardeel) 11. Praktische punten A t/m Z ( zie Jaardeel) 12. Plattegronden locaties De Tol en Oude Bleijk ( zie Jaardeel) 39
© Copyright 2024 ExpyDoc