Musiceren met de muziekmachine Musicer usiceren met de

27 mei 2014 , pag. 16
ACHTERGROND MUZIEKMACHINE
Een muziekmachine waarmee iedereen muziek kan maken? Hij bestaat, en wel
in de Muziekschool Zuid-Groningen in Stadskanaal. Een tournee langs middelbare scholen moet scholieren stimuleren de toonkunst te omarmen.
Musicer
usiceren met de muziekmachine
Musiceren
Lieke van den Krommenacker
STADSKANAAL Met één druk op de
knop slingert muzikant Gijs van
Veldhuizen (35) een opzwepende
dancebeat door Theater Geert Teis in
Stadskanaal. Gelegenheidscompagnon Herman Kopinga (33) pompt er
met een fietspomp een orgelgeluid
doorheen, terwijl muziekdocenten
Ronald Jonker (40) en René van Astenrode (54) met weer een paar andere knoppen de basgitaar en een
drumritme laten klinken.
Het is de muziek van de toekomst
die de theaterzaal vult. De geluiden
komen uit een grote, metalen klankkast. Een muziekmachine op wielen
die er uitziet alsof niemand minder
dan Willie Wortel er zojuist de laatste
hand aan heeft gelegd.
In werkelijkheid ligt de oorsprong
van de muzikale uitvinding in de
breinen van muziekschooldirecteur
Natalie Straatman (41), Paul Mulder
(35) en Albert Buring (37) van reclamebureau 212 Fahrenheit, muzikant
Van Veldhuizen, ‘uitvinder’ Kopinga
en vormgever Martin Steeghs.
,,Bij de muziekschool waren we op
zoek naar een nieuwe manier om
middelbare scholieren met muziek
in aanraking te laten komen’’, zegt
Straatman. Een manier die afwijkt
van de traditionele muziekles op de
basisschool. Want om jongeren van
pakweg twaalf jaar te prikkelen en
stimuleren is meer nodig, weet
Straatman. ,,Ze zijn al wat wereldwijzer en een beetje klaar om volwassen
te worden. Dan kun je niet aankomen met iets wat ‘suf’ lijkt.’’
Aldus wendde Straatman zich tot
de creatieve heren van 212 Fahrenheit. Zij bedachten de muziekmachine: een mobiel apparaat waarmee iedereen muziek kan maken. Voor het
handwerk en de juist muzikale inhoud trokken Mulder en Buring op
hun beurt aan de bel bij Van Veldhuizen, Kopinga en Steeghs. Waar Van
Veldhuizen zich richtte op de instru-
¬ De makers van de muziekmachine en twee muziekdocenten proberen hem uit. Vlnr: Gijs van Veldhuizen, Albert Buring, Ronald Jonker, René
van Astenrode en Herman Kopinga. Foto Harry Tielman
menten, toonsoorten en klankgebruik, boog Kopinga zich over de
knoppen, de hendels en de draadjes.
Steeghs bouwde de ‘buitenkant’.
Nu, na een half jaar klussen en
met financiële hulp van het Kammingafonds, is het nieuwe visitekaartje van de muziekschool klaar
voor gebruik. Vanaf september gaat
het apparaat op tournee langs mid-
delbare scholen in de provincie.
Daar geven de makers een demonstratie, waarna de machine een
poosje op school blijft en leerlingen
hem zelf kunnen uitproberen.
In totaal ‘vertegenwoordigen’ 38
knoppen verschillende instrumenten, van basgitaar tot synthesizer en
slagwerk. Drie fietspompen zijn aangesloten op orgelpijpen, de tuba
werkt ‘ouderwets’ door er op te blazen. Dan zijn er nog vier knoppen
die voorgeprogrammeerde ritmes
en een drumcomputer waarmee je
zelf beats kan maken. Met één draai
aan een wieltje verandert de stijl bovendien moeiteloos van hiphop in
hardstyle. En wat te denken van een
hendel die alles naar believen nog
eens door elkaar mixt?
Van Veldhuizen verzekert dat zowel non-muzikale gebruikers als talentvolle musici plezier beleven aan
de machine. ,,We hebben een leercurve ingebouwd’’, zegt hij. Daarbij
is vooral het samenspel belangrijk.
,,Herrie kan iedereen produceren.
Maar om echt muziek te maken,
moet je goed naar elkaar luisteren.’’