Vmbo/lwoo Schoolgids 2014-2015 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1: Over het RvEC! ! ! ! ! pagina 4 1.1 Identiteit 1.2 pagina 4 pagina 5 Hoofdstuk 2: Onderwijsaanbod!! ! ! ! pagina 6 2.1 Praktijkonderwijs: dat werkt! pagina 6 2.2 2.3 2.4 2.5 pagina 7 pagina 9 pagina 10 pagina 10 pagina 10 Hoofdstuk 3: Adressen & locaties! ! ! ! pagina 13 3.1 Algemeen adres pagina 13 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8 3.9 pagina 14 pagina 14 pagina 14 pagina 14 pagina 15 pagina 15 pagina 15 pagina 16 Visie en missie Vmbo Havo/atheneum/gymnasium Begeleiding en zorg Huisvesting Leerlijnenschema Ministerie van Onderwijs en Onderwijsinspectie Externe vertrouwenspersoon Vertrouwensinspecteur Leerplichtambtenaar Raad van toezicht Medezeggenschapsraad (MR) Ouderplatform Jeugdgezondheidszorg op het voortgezet onderwijs Hoofdstuk 4: Resultaten en kwaliteit! ! ! pagina 17 4.1 Regulier Schooltoezicht (RST) pagina 17 4.2 4.3 4.4 pagina 18 pagina 18 pagina 18 pagina 18 ! ! ! ! pagina 19 5.1 Gedragscode schoolkosten voortgezet onderwijs pagina 19 5.2 5.3 5.4 5.5 5.6 pagina 20 pagina 21 pagina 21 pagina 23 pagina 23 Kwaliteits- of opbrengstenkaart Schoolprestaties Trouw/Elsevier Vensters voor verantwoording Slagingsperscentages RvEC Hoofdstuk 5: Geldzaken! Ouderbijdrage Boekenzaken Gratis lesmaterialen Onderwijsnummer Verzekeringen ! i Hoofdstuk 6: Klachtenregeling! ! ! ! ! pagina 24 6.1 Klachtencommissie pagina 24 6.2 Externe vertrouwenspersoon 6.3 Vertrouwensinspecteurs pagina 24 pagina 25 Hoofdstuk 7: Rechten en plichten! ! ! ! pagina 26 7.1 Persoonsregistratie leerlingen pagina 26 7.2 7.3 7.4 7.5 7.6 Aanvraag en verlof Leerplicht Informatie en inzage Foto en video Protocol sociale media pagina 26 pagina 27 pagina 27 pagina 28 pagina 28 Hoofdstuk 8: Vakantieregeling! ! ! ! ! pagina 29 Hoofdstuk 9: Opbrengstenkaarten! ! ! ! pagina 30-31 Deel II: Vmbo en lwoo Hoofdstuk 10: Vmbo en lwoo! ! ! ! ! pagina 33 10.1 Leiding 10.2 Contact 10.3 Onderwijsaanbod 10.4 Leerlijnen 10.5 Leerjaren 10.6 Doorlopende leerlijnen 10.7 Doorstroommogelijkheden 10.8 Overgangsnormen 10.9 Aangescherpte exameneisen 10.10 Rapporten 10.11 Studie- en lesmaterialen pagina 33 pagina 33 pagina 33 pagina 33 pagina 34 pagina 34 pagina 35 pagina 35 pagina 35 pagina 35 pagina 36 Hoofdstuk 11: Lestijden! ! ! ! ! ! pagina 37 11.1 Lestijden en lessentabel pagina 38 11.2 Lesuitval 11.3 Leerplicht en schoolverzuim 11.4 Lessentabellen pagina 39 pagina 39 pagina 39 ii Hoofdstuk 12: Schoolregels! ! ! ! ! pagina 40 12.1 Gedragsregels pagina 40 12.2 Schoolreglement 12.3 Veiligheid 12.4 Leerlingenraad pagina 41 pagina 43 pagina 43 Hoofdstuk 13: Leerlingenzorg! ! ! ! ! pagina 44 13.1 Interne deskundigen pagina 44 13.2 Externe deskundigen 13.3 Begeleiding en trainingen pagina 45 pagina 45 Hoofdstuk 14: Activiteiten! ! ! ! ! 14.1 Excursies en werkweken pagina 47 14.2 Culturele activiteiten 14.3 Buitenschoolse activiteiten 14.4 Stage 14.5 Maatschappelijke stage pagina 47 pagina 48 pagina 48 pagina 48 Hoofdstuk 15: Contact en diversen!! ! 15.1 Ouderavonden pagina 49 15.2 Huisbezoek 15.3 Rapportspreekmiddag/-avond 15.4 Locatie Griendtsveenweg 15.5 Uitwisselingen 15.6 Locatie Voltastraat 15.7 Veiligheid & praktijklokalen pagina 49 pagina 50 pagina 50 pagina 50 pagina 51 pagina 51 Hoofdstuk 14: Lessentabellen! ! ! ! ! pagina 47 ! pagina 49 ! pagina 52-55 iii 1 Over het RvEC 1.1 Identiteit Het Roelof van Echten College gaat uit van de Stichting Roelof van Echten te Hoogeveen. In artikel twee van de statuten staat haar grondslag als volgt omschreven: ‘De stichting aanvaardt als grondslag voor haar handelen de Bijbel. De geloofsinhoud daarvan wordt tot uitdrukking Een succesvolle leerloopbaan voor ieder kind gebracht in de Apostolische Geloofsbelijdenis. Zij ontleent haar normen en waarden aan de Tien Geboden’. ‘Het doel van de stichting is het doen geven van christelijk onderwijs gericht op algemeen maatschappelijke vorming, persoonlijke ontplooiing en beroepsvoorbereiding.’ 4 1.2 Visie en missie Een succesvolle leerloopbaan voor ieder kind. Dat wil het Roelof van Echten College bereiken. Handelend vanuit de Bron van de christelijke traditie vinden wij het belangrijk dat een kind volledig tot zijn recht komt op onze school. Wij voelen ons verantwoordelijk voor een goede overgang van het basisonderwijs naar onze school. En van onze school naar het vervolgonderwijs of de arbeidsmarkt. Hoe wij dat aanpakken? Ten eerste is er voor ieder kind passend onderwijs dat aansluit bij zijn of haar ontwikkelmogelijkheden. Daarnaast bieden we verschillende trajecten aan, die de overgang naar het vervolgonderwijs gemakkelijker maken. Om dit te bereiken werken wij samen met het basisonderwijs, speciaal onderwijs, vervolgonderwijs en het bedrijfsleven. Wij bieden onze medewerkers een professionele omgeving waarin ook zij kunnen leren en groeien. Een succesvolle leerloopbaan voor ieder kind. Ouders, medewerkers en samenwerkingspartners mogen onze organisatie aanspreken op deze verantwoordelijkheid! Onze visie Het Roelof van Echten College wil een school zijn die passend onderwijs biedt voor ieder kind. Of het kind nu meer intellectuele uitdaging nodig heeft of juist extra begeleiding op inhoudelijk of sociaal- emotioneel gebied. Het Roelof van Echten College wil dat een kind zo goed mogelijk terechtkomt. Dat het moeiteloos doorstroomt naar het vervolgonderwijs of een passende baan vindt die aansluit bij zijn of haar capaciteiten en interesses. Maar ook dat een kind een diploma haalt waar de arbeidsmarkt behoefte aan heeft en dat het een volwaardige deelnemer wordt van onze maatschappij. Het Roelof van Echten College wil te boek staan als een zeer goede school. Niet alleen bij ouders en leerlingen. Wij vinden het even zo belangrijk dat onze werknemers het Roelof van Echten College beoordelen als een goede werkgever. Een werkgever door wie zij worden gehoord, die hen de mogelijkheid biedt zich breder te ontwikkelen en die hen uitdaagt vernieuwend bezig te zijn. Boven- staande visie vraagt van het management en van de medewerkers van onze school ondernemend en professioneel gedrag. Onze strategie Het Roelof van Echten College is ONDERNEMEND Wij nemen onze maatschappelijke opdracht serieus. Daarom luisteren wij naar de behoeften van ouders en leerlingen, van de aanleverende basisscholen en van onze ‘afnemers’: het vervolgonderwijs en het bedrijfsleven. Zodat wij in ons onderwijsaanbod hier alert op kunnen reageren. Vanuit deze ondernemersvisie handelen wij proactief door het initiatief naar ons toe te trekken en samenwerking te zoeken met basisonderwijs, het vervolgonderwijs en het bedrijfsleven. Het Roelof van Echten College is PROFESSIONEEL Wij willen kinderen de mogelijkheid geven over te stappen van de ene naar de andere leerlijn, ze uitdagen om hogerop te komen en hen in staat stellen zich te oriënteren op vervolgopleidingen en de beroepspraktijk. Hiertoe moeten wij onze samenwerkingspartners beter leren kennen. En door samenwerking de expertise in huis halen om ieder kind op intellectueel en op sociaal-emotioneel vlak te laten groeien. Onze medewerkers willen wij stimuleren om zich verder te ontwikkelen. Dit willen wij bereiken met bijscholing, uitwisselingsprogramma’s en door meer verantwoordelijkheden bij hen neer te leggen. 5 2 Onderwijsaanbod 2.1 Praktijkonderwijs: dat werkt! Het praktijkonderwijs van het Roelof van Echten College richt zich op leerlingen van 12 tot 18 jaar die vaak zonder diploma doorstromen naar werk of naar een korte beroepsopleiding. Met persoonlijke aandacht, praktijkgericht leren en de juiste begeleiding worden leerlingen voorbereid op een succesvolle loopbaan. In het eerste leerjaar wordt voornamelijk veel aandacht geschonken aan het zelfbeeld van de leerlingen. Doel hiervan is om zicht te krijgen op de capaciteiten, interesses, normen en waarden en de eigen prestaties en ont- Een succesvolle leerloopbaan voor ieder kind wikkeling van de leerling. Van iedere leerling wordt een dossier bijgehouden dat resulteert in een Individueel Ontwikkelingsplan (IOP), waarin het onderwijs zo veel mogelijk afgestemd wordt op de behoefte van de leerling. Dakpanklas Voor sommige leerlingen bestaat de mogelijkheid om in het eerste jaar naar de dakpanklas te gaan. In deze klas volgen zij – onder begeleiding van ons zorgteam - gedurende één jaar het programma van het Leerweg Ondersteunend Onderwijs (LWOO). Het LWOO is gericht op 6 leerlingen die met extra begeleiding toch hun vmbo-diploma kunnen halen. Blijkt een leerling uit de dakpanklas dit ook te kunnen, dan vervolgt deze leerling zijn leerloopbaan in het LWOO (vmbo+). Oriëntatie op de arbeidsmarkt Na het eerste jaar oriënteren leerlingen zich vooral op de arbeidsmarkt. Ze volgen naast algemeen vormende vakken als rekenen/wiskunde en godsdienst, praktijkvakken die aansluiten bij de individuele behoeften en talenten van de leerling. Enkele vakken zijn: metaalbewerking, metselen, straten, houtbewerking, groenvoorziening, horeca, zorg & welzijn en detail. Met deze combinatie van vakken als rugzak volgen de leerlingen in leerjaar 4 of 5 een (afsluitende) stage bij een bedrijf in de regio Hoogeveen. Tijdens de stage verkent de leerling de arbeidsmarkt en wordt erop voorbereid aan het werk te gaan. Arbeidtrainingscentrum (ATC) Naast een stage kunnen leerlingen ervaring met de arbeidsmarkt opdoen in het Arbeidtrainingscentrum (ATC). Het ATC is een ‘echt’ bedrijf, buiten de muren van de school. Leerlingen werken hier voor opdrachtgevers uit de regio en verrichten onder meer assemblage-, inpaken magazijnwerkzaamheden. Het ATC laat leerlingen zien hoe het er in de praktijk aan toe gaat bij een bedrijf. Er wordt getraind op sociale vaardigheden, leren om op tijd te komen en om te gaan met een baas en collega’s. Op deze manier wordt de overgang naar de arbeidsmarkt zo vloeiend mogelijk gemaakt. Nazorg Een succesvolle leerloopbaan begint niet op het Roelof van Echten College, maar eindigt daar ook niet. Daarom biedt de school leerlingen die het praktijkonderwijs verlaten nog 1 jaar nazorg aan. De mogelijkheid bestaat om in aansluiting op het schooltraject een jobcoach aan te vragen, die een leerling gedurende 1 jaar begeleidt in zijn/haar verdere loopbaan. Daarnaast zijn oud-leerlingen elke dinsdagavond van 19.30 tot 21.00 uur welkom op de avondschool. Schoolverlaters krijgen hier begeleiding bij onder meer hun vervolgopleiding, VCA of bij het behalen van het theorie-examen voor hun rijbewijs. 2.2 VMBO Het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (vmbo) kent vier leerlijnen. De opleiding duurt vier jaar. Een leerlijn is een soort onderwijsprogramma van basisschool naar vervolgonderwijs met daarin in de beide laatste leerjaren een aantal verplichte en een aantal vrij te kiezen examenvakken. De vier leerlijnen zijn: - de VMBO + leerlijn; - de Praktische leerlijn; - de Theoretische leerlijn; - de MAVO-leerlijn. Lwoo: vmbo met een + Sommige leerlingen zijn wel in staat een vmbo- diploma te halen, maar hebben daarbij extra hulp nodig. Voor die leerlingen heeft het Roelof van Echten College de vmbo + leerlijn, ook wel Leerweg Ondersteundend Onderwijs (LWOO) genoemd. De + in deze leerlijn staat voor extra zorg, extra ondersteuning en, indien gewenst, een aangepast programma. Het vmbo + kent drie varianten afhankelijk van de behoeften van de leerling: Lwoo1: leerlingen krijgen een aangepast aantal lessen in kleine groepen. In vier jaar halen zij met de juiste begeleiding het reguliere vmbo-diploma. Lwoo2: In tegenstelling tot de andere leerlingen van het vmbo, duurt deze opleiding voor de meeste leerlingen 5 jaar. Ook hier halen leerlingen een regulier vmbo-diploma, maar wordt er extra aandacht besteed aan het wegwerken van leerachterstanden en aan sociale-emotionele problematiek. De lessen worden in een aparte setting en in kleine groepen gegeven. Lwoo 3: leerlingen volgen lessen in reguliere vmbo-klassen en krijgen daarbij extra ondersteuning, bijvoorbeeld in de vorm van remediale hulp. 7 Vmbo P: de praktische leerlijn De praktische leerlijn biedt afwisseling tussen theorie en praktijk, maar de nadruk ligt op de praktijk. Deze leerlijn lingen samen met mbo en bedrijfsleven op tot echte vakmensen in de voertuigentechniek, transport en logistiek. is heel geschikt voor leerlingen die graag leren door met de praktijk bezig te zijn. Met de praktische leerlijn leggen leerlingen de basis om een echte vakman of vakvrouw te worden. Het bereidt ze voor op een vervolgopleiding in het mbo. De Vmbo T: de theoretische leerlijn Deze leerlijn kent afwisseling tussen theorie en praktijk, maar hier ligt de nadruk op de theorie. Voor leerlingen die weinig moeite hebben met studeren, maar zich ook al willen voorbereiden op een breed beroepsveld, is vmbo T een geschikte keuze. Intersectoraal programma Voorheen was het zo dat leerlingen na de tweede klas kozen voor een specifieke studierichting: economie, techniek of zorg & welzijn. Maar kiezen op jonge leeftijd is best moeilijk. Op het Roelof van Echten College doen we het daarom anders. Via een Intersectoraal Programma (ISP) maken leerlingen kennis met zo veel mogelijk beroepen en sectoren. Via allerlei themaopdrachten ontdekken leerlingen de veelzijdigheid van die thema’s. Zo is er in een pretpark veel techniek te vinden, moet het park commercieel in de markt worden gezet en moeten bezoekers goed worden verzorgd. Het ISP geeft leerlingen een realistisch beeld van de beroepspraktijk, waardoor leerlingen aan het eind van hun loopbaan een overwogen keuze kunnen maken voor een opleiding die bij ze past. Aan het eind van hun vmbo-opleiding kiezen leerlingen uit twee uitstroomrichtingen: • Techniek & Commercie • Dienstverlening & Commercie Leerlingen van de praktische leerlijn halen een diploma voor de basisberoepsgerichte of kaderberoepsgerichte leerweg (BB of KB) Daarmee stromen ze door naar niveau 2, 3 of 4 van het mbo. KARgo! en VTLM Leerlingen met ambitie richting de voertuigentechniek, transport, logistiek en (landbouw)mechanisatie kunnen in de bovenbouw nog wel gericht kiezen voor de afdeling VTLM. Deze leerlingen krijgen les op onze locatie KARgo! aan De Stroom in Hoogeveen. KARgo! leidt leer- Intersectoraal Programma Ook leerlingen van de theoretische leerlijn volgen in de bovenbouw het Intersectoraal Programma (ISP). Bij het ISP maken leerlingen kennis met uiteenlopende beroepen, stromingen en sectoren. Dit gebeurt zowel binnen als buiten de school bij bedrijven, instanties en instellingen. Het ISP stelt leerlingen in staat zich goed te oriënteren en probeert zo te voorkomen dat zij een keuze maken die niet goed bij hen past. Voor alle leerlingen geldt: blijkt een kind toch niet de juiste keuze gemaakt te hebben of wil een leerling een stapje terug of hogerop, dan is overstappen bij ons in overleg altijd mogelijk. Leerlingen van de theoretische leerlijn halen een diploma van de Gemengde Leerweg (GL) of Theoretische Leerweg (TL). Dat geeft ze toegang tot niveau 3 of 4 van het mbo of tot een aantal profielen op de havo. Mavo: de opstap naar havo Voor leerlingen die naar de havo willen, hebben we een aparte leerroute: de mavo. Het vakkenpakket is helemaal afgestemd op de havo. Het verschil met vmbo T is dat de mavo leerlingen voorbereidt op de havo, terwijl vmbo T voorbereidt op een vervolgopleiding op het mbo. Daarom gaan mavo- leerlingen ook naar school op locatie Bentinckspark. Zo kunnen ze alvast wennen aan de omgeving van de havo. Met een mavo-diploma (vmbo TL) stroomt een leerling moeiteloos door naar de havo. Uiteraard biedt dit diploma ook toegang tot het mbo. 8 2.3 Havo/vwo/gymnasium Locatie Bentinckspark van het Roelof van Echten College is een school voor mavo, havo, atheneum en gymnasium in Hoogeveen. De school streeft ernaar de betrokkenheid van de leerling bij de eigen leerloopbaan zo veel mogelijk te stimuleren. Daarom kiest een leerling zelf het onderwijs dat aansluit bij de persoonlijke interesses en talenten. Onderbouw: stromenland In de havo- en vwo-brugklassen kiezen leerlingen voor een van de vijf stromen uit het Stromenland. Zo krijgen onze leerlingen de gelegenheid hun persoonlijke talenten verder te ontwikkelen. De leerling kan kiezen uit: Sportstroom: in de sportstroom ligt de nadruk op sport en bewegen. Leerlingen krijgen vijf uren lichamelijke oefening per week. Daarbij gaat het niet alleen om het sporten zelf, maar zullen leerlingen bijvoorbeeld ook een toernooi organiseren of oefenen als scheidsrechter, coach of hulpverlener. Kunststroom: in de kunststroom volgen leerlingen een lesprogramma dat duidelijk afwijkt van de reguliere lessen tekenen, handvaardigheid en muziek. Leerlingen houden zich bezig met drama, toneelspelen, decor bouwen, film & fotografie en zingen. Technasium: de technasiumstroom is gericht op leerlingen die hun talent voor bèta en techniek verder willen ontwikkelen. Het Roelof van Echten College is één van de vier officiële technasiumscholen in Drenthe. Centraal in deze stroom staat het vak Onderzoek & Ontwerpen. Leerlingen doen aan de hand van praktijkopdrachten uit het bedrijfsleven belangrijke vaardigheden op, die van grote waarde zijn in het vervolgonderwijs en de beroepspraktijk. Gymnasium: de gymnasiumstroom is er voor leerlingen met een vwo-advies. In deze stroom krijgen leerlingen les over de oudheid en volgen zij de vakken Grieks en Latijn. Fast lane English: de English stroom is een versterkt programma Engels. De voertaal in deze lessen is Engels. Er is veel aandacht voor het leren spreken, de cultuur in andere Engelstalige landen en een e-mailproject met een school in het buitenland. Let op! De stromen kunst, sport en Fast Lane English gaan pas door bij aanmelding van 25 leerlingen of meer. Bovenbouw: de Tweede Fase De bovenbouw van de havo- en vwo-klassen wordt ook wel de Tweede Fase genoemd. Leerlingen kiezen hier een profiel dat aansluit bij de eigen capaciteiten. Tot het derde leerjaar krijgen leerlingen uitgebreid de mogelijkheid zich hierop te oriënteren. Scholieren kunnen kiezen uit vier profielen: • Cultuur en Maatschappij; • Economie en Maatschappij; • Natuur en Gezondheid; • Natuur en Techniek. In de Tweede fase ligt de nadruk op het ontwikkelen van de zelfstandigheid van leerlingen. Doel is om studievaardigheden aan te leren die nodig zijn in het vervolgonderwijs. Op deze manier wordt de overgang naar het vervolgonderwijs zo eenvoudig mogelijk gemaakt. Met een havo-diploma heeft een leerling toegang tot het vwo of hbo. Met een vwo- diploma stroomt een leerling door naar hbo of universiteit. Leerlingen die het gymnasium doorlopen, ontvangen een gymnasiumdiploma. Technasiumleerlingen krijgen naast hun havo- of vwo-diploma ook een technasiumcertificaat. Doorlopende leerlijnen Met name in de onderbouw bestaan er optimale mogelijkheden om te veranderen van leerlijn: zowel doorstromen binnen de leerlijnen onderling als naar HAVO en Praktijkonderwijs. Dit gebeurt altijd in overleg met de klassenmentor. Deze doorlopende leerlijnen bieden onze leerlingen veel voordelen: • goede aansluiting op basis- en vervolgonderwijs; 9 • gemakkelijke overstapmogelijkheden naar een andere leerlijn; dagogen en een maatschappelijk werker. Dit zorgteam biedt ondersteuning bij: • Omdat een leerling een leerlijn kan kiezen die past bij zijn mogelijkheden en belangstelling, maken we de kans op zittenblijven zo klein mogelijk; 1. leerproblemen door middel van het verzorgen van psychodiagnotisch onderzoek, het bieden van informatie en het verstrekken van adviezen, studiebegeleiding, remediale hulp voor specifieke problemen op het gebied van talen, psychologische begeleiding door de schoolpsycholoog/orthopedagoog. • veel keuzemogelijkheden; • optimale kansen; • grote slagingskans; • ruimte voor eigen talenten. 2.4 Begeleiding & Zorg Het Roelof van Echten College wil een school zijn voor ieder kind. Wij willen onze leerlingen het onderwijs en de faciliteiten bieden, die ervoor zorgen dat zij in staat zijn het maximale uit hun leerloopbaan te halen. Om dat te bereiken houden onze mentoren de ontwikkeling van onze leerlingen nauwlettend in het oog. Wij zien het als onze verantwoordelijkheid een leerling de juiste begeleiding en zorg te bieden tijdens zijn leerloopbaan en onderwijs te bieden dat bij het niveau van de leerling past. Dat betekent dat wij onze leerlingen prikkelen hogerop te komen en indien nodig adviseren een stapje terug te doen. In eerste instantie is hier een belangrijke rol weggelegd voor de decaan en de mentor. De mentor volgt leerlingen op de voet en dient vaak als eerste aanspreekpunt bij vragen en eventuele problemen. De decaan ondersteunt scholieren bijvoorbeeld bij de oriëntatie op vervolgopleidingen of als leerlingen willen wisselen van leerlijn of niveau. Expertisecentrum Het kan voorkomen dat een leerling aan de reguliere begeleiding niet voldoende heeft. Voor deze leerlingen kan, indien gewenst, een beroep gedaan worden op het Expertisecentrum. Dat bestaat uit een aantal professionals op het gebied van diagnostisch onderzoek, advisering en begeleiding. Het Roelof van Echten College beschikt zo onder meer over eigen psychologen, orthope- 2. gedragsproblemen of sociaal-emotionele problemen door middel van het verzorgen van psychodiagnostisch onderzoek, het bieden van informatie en het verstrekken van adviezen, counseling bij grote sociaal-emotionele problemen, faalangstreductietraining, sociale vaardigheidstraining of psychologische begeleiding door de schoolpsycholoog/orthopedagoog. Voor meer informatie over het Expertisecentrum en het zorgaanbod op het Roelof van Echten College verwijzen wij naar onze website. Meer informatie over het zorgaanbod binnen de sector mavo/havo/ vwo vindt u verderop in de schoolgids, hoofdstuk 2 Leerlingbegeleiding. 2.5 Huisvesting De huisvestingssituatie van het Roelof van Echten College verandert de komende jaren ingrijpend. Zitten onze leerlingen nu nog verspreid over vier locaties in Hoogeveen, de komende jaren wordt dat aantal teruggebracht naar twee. Met de huisvestingsplannen geven we een belangrijke impuls aan het verbeteren van de kwaliteit van ons onderwijs. Voltastraat Het Roelof van Echten College bouwt in totaal twee nieuwe locaties. De locatie voor praktijkonderwijs en vmbo komt op de plaats waar onze voormalige locatie Voltastraat was gevestigd. Een belangrijke stap voorwaarts. Enerzijds, omdat onze leerlingen in de nieuwbouw gebruik kunnen maken van moderne faciliteiten. Anderzijds, omdat het voor de leerlingen prettiger en veiliger is om les te krijgen op één locatie in plaats van verspreid te zitten over meerdere locaties in Hoogeveen. 10 Passend onderwijs Het Roelof van Echten College wil een school zijn voor ieder kind. Ook kinderen die wat extra zorg en aandacht leid tot vakmensen die beschikken over de kennis en vaardigheden die de arbeidsmarkt van hen vraagt. nodig hebben, hebben recht op passend en uitdagend onderwijs. Ook al hebben wij de kennis en expertise daarvoor niet altijd zelf in huis. Denk bijvoorbeeld aan leerlingen die door hun hoogbegaafdheid extra uitdaging zoeken. Of kinderen met een beperking in hun gedrag of met psychiatrische problematiek. Maar ook kinderen met een lichamelijke of verstandelijke beperking willen we onderwijs en ondersteuning op maat bieden. Het Roelof van Echten College bundelt daarom haar krachten met het Regionaal Expertisecentrum Noord -Nederland RENN4 uit Groningen, Ambiq uit Hoogeveen, het onderwijscentrum De Twijn uit Zwolle en de G.J. van der Ploeg School in Hoogeveen. Deze samenwerking komt tot uiting in het project Eduwiek, waarin we samen met onze partners huisvesting realiseren bij onze nieuwbouw aan de Voltastraat. Daarbij worden we niet één grote school, maar zitten we als partners in de toekomst wel vlak bij elkaar. Zo hebben we alle kennis en expertise binnen handbereik. Deze ontwikkelingen zijn in het belang van alle leerlingen, ook voor die kinderen die wel gemiddeld presteren. We bundelen onze krachten, waardoor de kwaliteit van ons onderwijs zal stijgen. Het gemiddelde niveau gaat stijgen en de startpositie van onze leerlingen op de arbeidsmarkt en vervolgopleidingen zal verbeteren. Bentinckspark Leerlingen van mavo, havo en vwo hebben aan het begin van het schooljaar 2014-2015 hun intrek genomen in hun nieuwe locatie in het Bentinckspark. De nieuwe locatie is een inspirerende leeromgeving die aansluit bij de belevingswereld van onze leerlingen. Binnen de school hebben we moderne faciliteiten die leerlingen helpen hun talenten te ontwikkelen. Talent voor kunst, techniek of moderne of klassieke talen bijvoorbeeld. Daarnaast past het goed bij de sportplannen van het Roelof van Echten College. In het nieuwe schoolgebouw speelt sport en beweging een belangrijke rol. Het Roelof van Echten College heeft als doelstelling de mogelijkheden op het gebied van sport en bewegen voor leerlingen die daar belangstelling voor hebben, te vergroten. Met de komst van de nieuwe locatie in het Bentinckspark, met topsporthallen en sportvelden in de ‘achtertuin’, wordt een belangrijke stap richting dat doel gezet. Ook leerlingen van de andere locatie (s) van het RvEC kunnen straks gebruik maken van de topsportfaciliteiten. KARgo! Opleidingscentrum Voertuigentechniek, Transport & Logistiek Naast de bouw aan de Voltastraat heeft het Roelof van Echten College samen met het Alfa-college en Kreeft Opleidingen een bijzonder initiatief ontwikkeld. Op het terrein van Kreeft Opleidingen is in 2011 het opleidingscentrum voor Voertuigentechniek, Transport & Logistiek en Landbouwmechanisatie geopend. Hier kunnen onze leerlingen Voertuigentechniek en studenten Transport & Logistiek van het Alfa-college terecht om te leren in een levensechte situatie. Ze werken daar met moderne apparaten, voertuigen en materialen aan praktijkopdrachten die veelal in samenwerking met het bedrijfsleven tot stand worden gebracht. Zo worden de scholieren opge- Geen overlast Een ingrijpende verandering als deze gaat natuurlijk niet onopgemerkt voorbij. Ons huisvestingsprogramma is zo ingericht dat de overlast voor onze leerlingen tot het minimum wordt beperkt. Leerlingen van de Julianastraat, Park Dwingeland, Griendtsveenweg en het praktijkonderwijs verhuizen pas als de nieuwe locatie klaar voor gebruik is. De nieuwbouw aan de Voltastraat wordt vermoedelijk in 2016 afgerond. Uiteraard houden we ouders en leerlingen goed op de hoogte van alle ontwikkelingen. 11 AZZga^_cZcde]ZiGdZad[kVc:X]iZc8daaZ\Z DcYZgl^_hdebVVi^ck^ZgkddgWZZaYZc mbo mbo havo hbo aZZg_VVg werk wo + ath 6 vmbo+ 5 vmbo 4 mavo 4 havo 5 * havo 4 ) ( mavo 3 vmbo+ 2 pro 1 praktijkonderwijs havo 2 m/h 1 vmbo 1 vmbo+ vmbo (P/T) mavo basisonderwijs havo ' ath 2 gym 1 atheneum & gymnasium dotato De leerloopbaan van Wim Wim krijgt op de basisschool het advies naar het praktijkonderwijs te gaan. Na een tijdje valt het docenten op dat Wim via het leerwegondersteunend onderwijs (vmbo+) best zijn vmbo-diploma kan halen. Nu zit hij op het mbo om het beroep te leren dat hij altijd al wilde uitoefenen. De leerloopbaan van Marit De groepsleerkracht van Marit twijfelt op de basisschool tussen een havo- en vmbo-advies. Marit wil graag naar het hbo, maar kiest toch voor het vmbo. Ze denkt dat dit beter bij haar past en weet dat ze op het Roelof van Echten College een versnelde route kan volgen. Zo komt ze via het mbo toch op het hbo, zonder dat het extra tijd kost. De leerloopbaan van Pieter Pieter begint bij ons op de havo. Na het tweede jaar geeft hij aan dat hij graag naar de mavo wil, omdat hij soms moeite heeft met de lesstof. Na de mavo haalt hij alsnog zijn havo-diploma en stroomt door naar het hbo. De leerloopbaan van Ellen Op de basisschool blijkt Ellen behoefte te hebben aan wat extra uitdaging in de lesstof. Daarom doet ze mee aan het project Dotato. Ellen kiest in de brugklas voor het gymnasium. Aan het einde van het eerste jaar blijkt dat ze de Klassieke talen en Oudheid toch niet zo interessant vindt als ze dacht. Ze stapt daarom in de tweede klas over naar het atheneum. Daar voelt ze zich helemaal thuis en ontdekt ze precies wat ze wil. Ellen volgt nu een vervolgopleiding die bij haar past op de universiteit. 12 3 Adressen & Locaties 3.1.1 Algemene directie en Bestuursbureau 3.1 Algemeen adres Roelof van Echten College Postbus 2152 7900 BD Hoogeveen Telefoon: (0528) 358 658 Fax : (0528) 358 651 E-mail: [email protected] Website : www.rvec.nl Bankrekening: NL80RABO0347956297 t.n.v. Roelof van Echten College Hoogeveen Een succesvolle leerloopbaan voor ieder kind Algemeen directeur/bestuurder: de heer dr.ir. A. Weishaupt Bestuurssecretaris: de heer H.R. Nijmeijer Directiesecretaresse: mevr. N. Lotterman Bezoekadres: Sportveldenweg 20, Hoogeveen Telefoon: (0528) 358 672 E-mail: [email protected] 13 3.1.2 Bedrijfsvoering en Beheer Fax: (0528) 358 691 E-mail: [email protected] Directeur: de heer R.H. Geuzinge 3.1.5 Mavo, havo en vwo Bezoekadres: Sportveldenweg 20, Hoogeveen Telefoon: (0528) 358 658 Fax: (0528) 358 693 E-mail: [email protected] 3.1.3 Praktijkonderwijs Afdelingsleider: de heer J.W. Wennink Locatie Nicolaas Beetsstraat Nicolaas Beetsstraat 3, Hoogeveen Telefoon: (0528) 358 658 Fax: (0528) 358 695 E-mail: [email protected] Arbeidstrainingscentrum Voltastraat 55C, Hoogeveen Telefoon: (0528) 358 767 3.1.4 Vmbo Directeur: de heer H.G. Wesseling Locatie Bentinckspark Sportveldenweg 20, 7902 NX, Hoogeveen Telefoon: (0528) 358 658 Fax: (0528) 358 693 E-mail: [email protected] 3.2 Ministerie van Onderwijs en de onderwijsinspectie Ministerie van onderwijs, cultuur en wetenschappen (OC&W) heeft een speciale informatiesite voor ouders en verzorgers van leerlingen in alle vormen van het onderwijs: www.minocw.nl Inspectie voor het onderwijs - kantoor Groningen Inspecteur: de heer H.G. Besseling Postadres: postbus 10048, 8000 GA Zwolle Website: www. onderwijsinspectie.nl Directeur: de heer R.H. Baas Locatie Griendtsveenweg (vmbo P & lwoo) Griendtsveenweg 1, Hoogeveen Telefoon: (0528) 358 658 Fax: (0528) 358 691 E-mail: [email protected] Locatie Julianastraat (vmbo T) Julianastraat 3, Hoogeveen Telefoon: (0528) 358 658 Fax: (0528) 358 696 E-mail: [email protected] KARGO! Opleidingscentrum voertuigentechniek, transport & logistiek De Stroom 3, 7901 TG, Hoogeveen Telefoon: (0528) 358 658 3.3 Externe vertrouwenspersoon Mevrouw drs. W. Verdegaal telefoon 06 47002748 (zie verder hoofdstuk 6.2) 3.4 Vertrouwensinspecteur (zie 6.3) Het ministerie van Onderwijs heeft een vertrouwensinspecteur aangesteld. Het telefoonnummer is 09001113111. 3.5 Leerplichtambtenaar Onze leerplichtambtenaren zijn mevr. A. Knol en dhr. P. Baudet p.a. Gemeente Hoogeveen - bureau Recht op Leren afdeling Welzijn, Onderwijs, Cultuur & Sport Postbus 20.000, 7900 PA te Hoogeveen. Tel. (0528) 29 14 03 14 3.6 Raad van Toezicht 3.7.1 Ledenlijst MR De Raad van Toezicht heeft tot taak toezicht te houden op het beleid van het bestuur en op de algemene gang Onderwijspersoneel van zaken binnen het Roelof van Echten College en de met haar verbonden rechtspersonen. De RvT staat het Bestuur met advies ter zijde. De raad bestaat uit de volgende leden: De heer mr. M.J.M. Franken MBa De heer drs. C.K. Langebeeke Mevrouw A.H. Nysingh De heer J.J. Mastwijk De heer Th. Oosterhuis Mevrouw drs. A. van Arragon Contactgegevens: Raad van Toezicht Stichting Roelof van Echten p.a. Postbus 2152, 7900 BD Hoogeveen. 3.7 Medezeggenschapsraad (MR) De Wet Medezeggenschap Scholen (WMS) regelt dat ook het Roelof van Echten College een Medezeggenschapsraad (MR) heeft geïnstalleerd. Het doel van de medezeggenschapsraad is het bevorderen van het goed functioneren van de school door het stimuleren van een goed overleg tussen ouders, leerlingen en personeel (zogenaamde geledingen) en het bevoegd gezag van de school. De MR bestaat uit twee geledingen: één voor het personeel en één voor de ouders/leerlingen. Overleg tussen de “oudergeleding” van de MR en de overige ouders is belangrijk, omdat bij meningspeilingen en beslissingen binnen de MR-vergaderingen de oudervertegenwoordiging een duidelijke stem wil laten horen. Ouders kunnen hun mening en/of opmerkingen kenbaar maken aan hun vertegenwoordigers in de medezeggenschapsraad. De heer K. Blanksma (voorzitter) De heer K. de Vries De heer H. Herbers (secretaris) De heer. O. Linde (secretaris) Onderwijsondersteunend personeel De heer G. Meijer De heer E. Gilbert Oudergeleding De heer R. Karst Mevrouw L. Eijdems Mevrouw A. Jansma Mevrouw J. Wolthers Leerlinggeleding Antoine Fatah Loulou de Vos Contactpersoon is de heer K. Blanksma 3. 8 Ouderplatform Naast de MR kent het Roelof van Echten College een ouderplatform. Het ouderplatform heeft een zelfstandige status binnen onze school. De algemene doelstelling is om de relatie tussen ouders en school te bevorderen en de ouders te betrekken bij wat er op school gebeurt. Het ouderplatform vormt een klankbord tussen de belangen van ouders en de schoolleiding. Het platform overlegt regelmatig met de schoolleiding. Samenstelling Henk Westerhof Jacqueline Koster Anita van der Laar Carina ten Caat Jellie Schipper Anja Pater Judith Strijker Voor het nieuwe schooljaar zijn er nog vacatures. Contactpersoon: Jacqueline Koster e-mail: [email protected] 15 3.9 Jeugdgezondheidszorg op het voortgezet onderwijs De Jeugdgezondheidszorg van GGD Drenthe (JGZ) is onderdeel van het Centrum voor Jeugd en Gezin. Zij richt zich op het bevorderen van een gezonde ontwikkeling van kinderen van 0 tot 19 jaar. Op het consultatiebureau, de basisschool en in het voortgezet onderwijs volgt de GGD de ontwikkeling, gezondheid en groei van kinderen. Wat betekent dit voor jongeren op het voortgezet onderwijs en hun ouders/verzorgers? afspraak of tijdens een vrij inloopmoment. Bij de jeugdverpleegkundige kun je terecht met vragen over gezondheid, relaties, gevoelens, seksualiteit, alcohol en drugs. Jeugdartsen nemen deel aan het Zorg en Advies Team op de school en werken samen met de school in de uitvoering van het verzuimprotocol. Dit houdt in dat leerlingen die veel verzuimen bij de arts uitgenodigd worden. Dit wordt eerst met de mentor besproken. Ook de jeugdarts houdt spreekuren op school voor vragen over bijvoorbeeld groei, ontwikkeling, gedrag, verzuimbegeleiding, horen en zien. Wat doet de GGD op school? Op het voortgezet onderwijs zijn de assistent JGZ, de jeugdverpleegkundige en de jeugdarts van de GGD werkzaam. Assistenten doen het gezondheidsonderzoek bij alle leerlingen in het tweede jaar. Ouders krijgen hier vooraf bericht van. De leerlingen wordt gevraagd een vragenlijst in te vullen over gezondheid en leefstijl. De leerling wordt gemeten en gewogen en het gehoor wordt getest . De vragenlijst wordt samen met de leerling besproken. Naar aanleiding van de bevindingen uit de vragenlijst en de metingen kan een leerling uitgenodigd worden voor het spreekuur van de jeugdarts of jeugdverpleegkundige op school. Jeugdverpleegkundigen doen in het vierde jaar van de havo en het vwo en in het eerste jaar van het MBO een extra gezondheidsonderzoek. Tijdens een lesuur op school laat de jeugdverpleegkundige een kort filmpje zien met informatie over het onderzoek en de vragenlijst. De leerlingen vullen daarna de vragenlijst in. Na het beantwoorden van de vragen, is direct te zien hoe er gescoord is op verschillende onderwerpen zoals eetgewoonten, beweging, genotsmiddelengebruik (roken, alcohol en drugs) en of de leerling lekker in zijn vel zit. Vervolgens worden er enkele gezondheids- en leefstijltips gegeven. Naar aanleiding van de score kan er een uitnodiging volgen voor een gesprek met de jeugdverpleegkundige of de jeugdarts. Wat doet de GGD nog meer voor de jongeren? Vaccinaties Alle meisjes krijgen als ze 12 of 13 jaar oud zijn van de GGD een oproep thuisgestuurd voor een vaccinatieserie tegen baarmoederhalskanker. Deze vaccinaties worden niet op de school gegeven. In de oproep staat aangegeven waar de vaccinatie gehaald kan worden, zie www.ggd.nl. Jongerenwebsite Jongeren van 13 – 23 jaar kunnen online betrouwbare informatie vinden over gezondheid, relaties, lichamelijke ontwikkeling, seks, gevoelens, alcohol, roken en drugs op de website www.jouwGGD.nl. Op deze website kunnen jongeren anoniem chatten en mailen met een GGDjeugdarts of jeugdverpleegkundige. Meer informatie? Neem voor informatie over de GGD op school, of om een afspraak te maken, contact op met de GGD Drenthe. Tel: 088-2460246 | E [email protected] ! ! Naast dit gezondheidsonderzoek houden de jeugdverpleegkundigen spreekuren op school. Leerlingen, maar ook ouders, kunnen dit spreekuur bezoeken. Dit kan op 16 4 Resultaten & kwaliteit Onze school vindt goede resultaten belangrijk. We volgen de ontwikkeling van onze leerlingen, meten de kwaliteit van ons onderwijs en vragen ouders en leerlingen regelmatig of we ons werk goed doen. Naast de interne kwaliteitscontroles houdt de inspectie voor het onderwijs toezicht op de kwaliteit van onze school. Zij doet dat op twee manieren: • Het regulier schooltoezicht (RST) • De kwaliteitskaart Een succesvolle leerloopbaan voor ieder kind 4.1 Regulier Schooltoezicht (RST) In juni 2002 is er een wet vastgesteld die regelt dat de kwaliteit van alle scholen door de inspectie wordt doorgelicht. De inspectie bezoekt iedere school eens in de vier jaar en spreekt dan met directie, leraren, leerlingen en ouders en bezoekt lessen. Daarna schrijft de inspectie een rapport over de kwaliteit van het onderwijs op de school. De rapporten laten zien hoe de resultaten van de scholen zijn en wat de inspectie vindt van de kwaliteit van de lessen, de veiligheid, gebruik van computers en dergelijke. In januari 2004 bezochten twee inspecteurs onze school voor een RST. De inspectie oordeelt positief over onze school. Over de volle breedte over- 17 heerst sterkte boven zwakte. Uit het rapport zijn ook verbeterpunten gehaald waaraan we de komende tijd zullen gaan werken. Eén daarvan is het werken aan de opdracht leerlingen actief te betrekken bij het onderwijs. Het volledige rapport is te vinden op het internet: www.onderwijsinspectie.nl Klik dan door naar : ‘rapporten VO’ of naar ‘producten’ en ‘schooltoezicht voortgezet onderwijs’. In het Dagblad van het Noorden werd gemeld dat het Roelof van Echten College zeer goed scoort. U kunt daarvoor raadplegen : www.trouw.nl en www.dvhn.nl. 4.4 Vensters voor verantwoording Een relatief nieuw instrument om de kwaliteit van scholen te monitoren is Vensters voor Verantwoording. Via de website www.schoolvo.nl kunt u allerlei gegevens opvragen over het Roelof van Echten College zoals slagingspercentages, tevredenheid van ouders en leerlingen en examencijfers. Ook kunt u deze gegevens vergelijken met andere scholen. 4.2 Kwaliteits- of opbrengstenkaart Vanaf 1998 verschijnt er jaarlijks een kwaliteitskaart waarin verslag wordt gedaan van het rendement van scholen. Deze kaarten zijn te raadplegen op de site www.kwaliteitskaart.nl en verderop in deze schoolgids. De kwaliteitskaart beperkt zich tot een rapportage van de in-, door – en uitstroomgegevens en de examenresultaten van de school. Het geeft dus een beperkter beeld dan het RST. 4.3 Schoolprestaties Trouw/Elsevier Ook Trouw en Elsevier beoordelen de scholen al een aantal jaren. Zij baseren zich daarbij op de kwaliteitskaarten van de inspectie. Onze school komt daar in vergelijking met andere scholen steeds goed voor de dag. Leerlijn 09/10 10/11 11/12 12/13 13/14 Vmbo praktische leerlijn (kb/bb) 98 95/100 96/100 98/100 93/96 Vmbo theoretische leerlijn (gl/tl) 91 80 81 82 97 Leerwerktraject (LWT) 100 96 100 100 100 93/92/92 94/93/84 91/93/76 94/87/94 96/96/96 Mavo/havo/vwo Praktijkonderwijs 35 leerlingen 36 leerlingen 22 leerlingen 21 leerlingen 12 leerlingen vervolgen hun vervolgen hun vervolgen hun vervolgen hun vervolgen hun loopbaan met loopbaan met loopbaan met loopbaan met loopbaan met werk/vervolg- werk/vervolg- werk/vervolg- werk/vervolg- werk/vervolgopleiding opleiding opleiding opleiding opleiding Tabel 1: Percentage geslaagde leerlingen schooljaar 2009-2010 t/m 2013-2014 18 5 Geldzaken 5.1 Gedragscode schoolkosten Voortgezet onderwijs Het is de school er veel aan gelegen de kosten voor de ouders zo laag mogelijk te houden. Als school hebben we weinig invloed op de hoogte van de schoolkosten. Binnen de school wordt hier grote zorg aan besteed door een ieder bewust te maken en aan het denken te zetten over de mogelijkheden om de kosten voor ouders te beheersen. Lan- Een succesvolle leerloopbaan voor ieder kind delijk is er een trend gaande om de kosten voor ouders beheersbaar te houden. Het RvEC ondersteunt dit door het aanvaarden van een gedragscode. Deze gedragscode houdt het volgende in: • De hoogte van de schoolkosten mag voor ouders/verzorgers en leerlingen geen belemmering vormen om het verplichte onderwijsprogramma te volgen. Daarom 19 spant de school zich in om de schoolkosten zo laag mogelijk te houden met behoud van kwaliteit. • De school bespreekt voorafgaand aan het betreffende schooljaar de hoogte en de ontwikkeling van de totale schoolkosten met de ouder-/leerlinggeleding van de medezeggenschapsraad. • Daartoe wordt – eveneens voorafgaand aan het betreffende schooljaar - in overleg met de oudergeleding een begroting opgesteld met betrekking tot de vrijwillige ouderbijdrage die gevraagd wordt. • De school informeert ouders/verzorgers en leerlingen op een inzichtelijke wijze over de hoogte van de schoolkosten. De school doet dit tijdig voorafgaand aan het betreffende schooljaar. Hierbij splitst de school de kosten uit naar leerjaar, opleiding en specifieke kostensoort. • De school communiceert de hoogte en opbouw van de schoolkosten via diverse kanalen, zoals schoolgids, website, open dagen etc. • De school stuurt een rekening naar de ouders/verzorgers met een duidelijke specificatie van de schoolkosten. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen lesmateriaal en lesactiviteiten, overige schoolkosten en vrijwillige ouderbijdrage. • De school verstrekt bij de rekening een adequate toelichting waaruit blijkt aan welke doeleinden de gelden worden besteed. • De school legt binnen redelijke termijn na afloop van het schooljaar rekening en verantwoording af aan de oudergeleding van de medezeggenschapsraad over de feitelijke besteding van de ontvangen bijdragen. • Als blijkt dat de gemaakte kosten aanzienlijk lager zijn dan de betaalde bijdrage, verrekent de school dit met de betreffende ouders/verzorgers. • De school inventariseert jaarlijks, samen met de oudergeleding van de medezeggenschapsraad, of schoolboeken niet of nauwelijks zijn gebruikt. • Indien dit het geval is, worden deze boeken in beginsel uit de toekomstige boekenlijst geschrapt. 5.2. Ouderbijdrage De ouderbijdrage is een vrijwillige bijdrage. Dit houdt in dat ouders kunnen kiezen of zij wel of niet betalen voor een bepaalde voorziening of activiteit. Het gaat dan bijvoorbeeld om kosten voor excursies, speciale activiteiten (introductiedagen, werkweken) en kluisjes. Al deze kosten die wij aan u vragen hebben een vrijwillig karakter. Ouders mogen dus zelf bepalen voor welke voorzieningen ze wel of niet wensen te betalen. Deze bedragen zijn vastgelegd in een totaaloverzicht [link]. Op basis van dit overzicht weet u exact wat we in een schooljaar van u zullen vragen. Materialen als aanvullend lesmateriaal Ouders moeten zich realiseren dat het volgen van een bepaalde opleiding in sommige gevallen extra kosten met zich meebrengt. De school mag ouders melden dat bijvoorbeeld een atlas, woordenboek, of gereedschap onmisbaar is om de opleiding met succes te volgen. Bij een aantal opleidingen geldt bijvoorbeeld dat het gebruik van veiligheidskleding (lasbril, overall, stofjas) een voorwaarde is om aan de lessen te kunnen deelnemen. Het hebben daarvan is dan ook verplicht. De school kan deze materialen leveren en als zodanig vindt u die ook terug in de lijst. Ouders bepalen echter zelf op welke manier ze dit materiaal aanschaffen: via de school door een bijdrage of door zelf het materiaal bij een andere leverancier aan te schaffen. U moet echter wel beseffen dat de consequentie van het niet betalen voor een activiteit kan zijn dat uw kind niet kan deelnemen. Er is dan een alternatief programma op school. Facturering: digitaal via het ouderweb Eind september, begin oktober ontvangen alle ouders van de financiële administratie het verzoek de ouderbijdrage over te maken. De betaling gaat digitaal. Via het 20 ge’. Indien u dat wenst, kunt u bij de financiële administratie op de locatie Julianastraat om een voor uw situatie ingevulde overeenkomst vragen. Deze wordt in tweevoud opgemaakt en we vragen u dan na ondertekening één exemplaar naar de school te zenden. 5.3 Boekenzaken ouderweb kunt u eenvoudig aangeven waarvoor u wel en niet wilt betalen en vervolgens kunt u eenvoudig het geld overmaken via iDeal. Ouders ontvangen een instructie over hoe zij dit proces kunnen doorlopen. De bijdragen zijn onderverdeeld in twee categorieën: Het Roelof van Echten College kent voor de meeste opleidingen geen boekenfonds. De school heeft een contract afgesloten met Van Dijk Studieboeken uit Kampen. Ouders (uitgezonderd praktijkonderwijs) doen rechtstreeks zaken met Van Dijk. Aan het eind van ieder schooljaar krijgen de ouders bericht via de school van Van Dijk over de boekenlijsten voor het volgend schooljaar. U kunt via de website www.vandijk.nl zelf de bestelling plaatsen en volgen. Ook kunt u de lijst per boek aanpassen. Voor de ouders van leerlingen in het Praktijkonderwijs en de speciale LWOO-afdeling geldt dat er nog een beperkt boekenfonds is. Meer informatie hierover vindt u bij de betreffende locatie-informatie. 1. Bijdragen voor algemene leerling activiteiten. Het gaat om € 20,-- Vanuit de post leerling activiteiten betalen we de kosten: €10,-- voor vieringen (Kerst, Pasen, eindejaar, diploma-uitreiking); tegemoetkomingen bij buitenschoolse activiteiten en €10,-- voor kluisjes voor leerlingen en verzekeringspremies. Voor wat betreft de bedragen voor leerlingenactiviteiten kent de school een reductie- en kwijtscheldingsregeling. U vindt die terug in de ‘overeenkomst vrijwillige ouderbijdrage’ . Ouders zijn niet verplicht genoemde bedragen te betalen. 2. Bedragen per leerjaar Afhankelijk van het leerjaar van uw zoon/ dochter organiseert de school activiteiten. Per activiteit wordt van u een bijdrage gevraagd. U bent niet verplicht deze te betalen. Consequentie is wel dat uw kind aan deze activiteit niet deel kan nemen. Er is in dat geval een alternatief programma op school. Als u wilt weten wat u in een jaar aan onkosten kunt verwachten: zie totaaloverzicht. Overeenkomst De school kent een ‘overeenkomst vrijwillige ouderbijdra- 5.4 Gratis lesmaterialen Met ingang van het schooljaar 2009‐2010 ontvangen scholen van de overheid een vergoeding voor schoolboeken en lesmateriaal, zoals bedoeld in artikel 6 van de WVO. Dit betreft lesmateriaal dat specifiek voor een leerjaar wordt voorgeschreven en daarmee noodzakelijk wordt geacht voor het volgen van het onderwijsprogramma. Scholen moeten dit lesmateriaal gratis ter beschikking stellen aan leerlingen. De school mag ouders sinds het schooljaar 2009‐2010 dan ook geen kosten voor dit lesmateriaal in rekening brengen. De hoofdregel is: Alle schoolboeken en al het lesmateriaal dat door het schoolbestuur voor een specifiek leerjaar wordt voorgeschreven, is vanaf het schooljaar 2009‐2010 gratis voor ouders. Scholen zijn verantwoordelijk voor het gratis beschikbaar stellen van de voorgeschreven schoolboeken (lesmaterialen) voor al het onderwijs dat wordt aangeboden. Dat geldt in beginsel ook voor schoolboeken en lesmateriaal die nodig zijn voor het volgen van extra onderwijsaanbod (zie hieronder). 21 Welke leermiddelen? Overige schoolkosten Onder de regeling ‘gratis schoolboeken’ vallen alle leermiddelen die nodig zijn voor informatieoverdracht in het Er zijn enkele andere zaken die niet onder de regeling ‘gratis schoolboeken’ vallen en waarvoor ouders/verzor- komende cursusjaar. Daarbij moet u denken aan: gers wel een nota kunnen ontvangen van Van Dijk. Het gaat hier bijvoorbeeld om een rekening voor de verzendkosten, een borg en eventuele bestelde leermiddelen die niet onder de regeling vallen. Aan het einde van het schooljaar, na inlevering van de schoolboeken, stort Van Dijk de borg terug. Eventuele schade of vermissingen worden daarbij verrekend. • • • • • Tekst- en werkboeken Bijbehorende cd-roms Examenbundels Door de school gemaakt lesmateriaal Licenties van online materiaal Zaken die meerdere jaren meegaan en die geen informatiedragers zijn, vallen niet onder de regeling. Ouders/verzorgers zullen deze zaken dus zelf moeten bekostigen. Daarbij moet u denken aan onder meer: • • • • • • • • • Agenda, pennen, schriften Rekenmachine Sportkleding Gereedschap Beschermende kleding/bril Usb-stick Atlas Woordenboeken Leesboeken en literatuur (geen lesboeken) Wanneer een leerling meer bestelt dan het voor hem/ haar bestemde pakket of meerdere pakketten, wordt de school hiervan door Van Dijk op de hoogte gesteld. Het teveel bestelde dient dan geretourneerd te worden. Wanneer hieraan geen gehoor wordt gegeven, brengt de school het teveel bestelde in rekening bij de betreffende leerling en diens ouders/verzorgers. Tegemoetkoming ouders en kindgebonden budget De tegemoetkoming ouders is per 1 januari 2010 voor leerlingen in het regulier voortgezet onderwijs verdwenen. Per die datum is het kindgebonden budget van de Belastingdienst verhoogd. Het kindgebonden budget wordt verstrekt door de Belastingdienst. Het kindgebonden budget is, net als de tegemoetkoming ouders, een 22 inkomensafhankelijke bijdrage in de kosten van kinderen van 0 tot 18 jaar. Per 1 januari 2010 wordt de tegemoetkoming ouders voor het grootste gedeelte opgenomen in het kindgebonden budget van de Belastingdienst voor kinderen van 12 tot 18 jaar. Het kindgebonden budget wordt daarom voor deze leeftijdsgroep verhoogd. Daarnaast krijgen leerlingen in het regulier voortgezet onderwijs op school gratis schoolboeken. 5.5 Onderwijsnummer Alle leerlingen die door de overheid bekostigd onderwijs volgen, hebben een persoonsgebonden nummer. Hiervoor wordt het burgerservicenummer (BSN) gebruikt. Dat nummer houden de leerlingen gedurende hun hele loopbaan in het onderwijs, van basisschool tot en met beroepsonderwijs. Ouders hebben via de belastingdienst een brief ontvangen met daarin het burgerservicenummer. In de Wet op het Onderwijsnummer is de nadruk gelegd op de bescherming van persoonsgegevens. De Informatie Beheer Groep beheert de leerlinggegevens in een speciaal daarvoor ontwikkeld Basisregister Onderwijsnummer. De school ontvangt voor de eigen leerlingen een kopie van dit basisregister. Ouders hebben recht op inzage in de gegevens van hun kind(eren). Ouders hebben de plicht om het sofinummer aan te leveren bij de aanmelding of als de school erom vraagt. Voor verdere informatie kunt u terecht op de internetsite www.onderwijsnummer.nl. 5.6. Verzekeringen tief zijn (bestuursleden, personeel, vrijwilligers) dekking tegen schadeclaims ten gevolge van onrechtmatig handelen. Om misverstanden te voorkomen wijzen we op het volgende: Ten eerste is de school c.q. het schoolbestuur niet (zonder meer) aansprakelijk voor alles wat tijdens de schooluren en buitenschoolse activiteiten gebeurt. Wanneer dit wel het geval zou zijn, zou alle schade die in schoolverband ontstaat door de school moeten worden vergoed. Dat is echter een misverstand. De school heeft pas schadevergoedingsplicht wanneer er sprake is van een verwijtbare fout. De school (of zij die voor de school optreden) moeten dus tekort geschoten zijn in hun rechtsplicht. Het is mogelijk dat er schade wordt geleden zonder dat er sprake is van enige onrechtmatigheid. Bijvoorbeeld tijdens de gymnastiekles een bal tegen een bril. Die schade valt niet onder de aansprakelijkheidsverzekering en wordt (dan ook) niet door de school vergoed. Ten tweede is de school niet aansprakelijk voor (schade door) onrechtmatig gedrag van leerlingen. Leerlingen (of, als zij jonger zijn dan 14 jaar, hun ouders) zijn primair zelf verantwoordelijk voor hun doen en laten. Een leerling die tijdens de schooluren of tijdens andere door de school georganiseerde activiteiten door onrechtmatig handelen schade veroorzaakt, is daar dus in de eerste plaats zelf (of de ouders) verantwoordelijk voor. Het is dus van belang dat ouders/verzorgers zelf een particuliere aansprakelijkheidsverzekering hebben afgesloten. De school heeft een verzekeringspakket afgesloten bestaande uit een ongevallenverzekering en een aansprakelijkheidsverzekering. Op grond van de ongevallenverzekering zijn alle betrokkenen bij schoolactiviteiten (leerlingen, personeel, vrijwilligers, stage) verzekerd. De verzekering geeft recht op een (beperkte) uitkering indien een ongeval tot blijvende invaliditeit leidt. Ook zijn de geneeskundige en tandheelkundige kosten gedeeltelijk meeverzekerd, voor zover de eigen verzekering van betrokkene geen dekking biedt (bijvoorbeeld door eigen risico). Materiële schade (kapotte bril, fiets enz.) valt niet onder de dekking. De aansprakelijkheidsverzekering biedt zowel de school zelf als zij die voor de school ac- 23 6 Klachtenregeling Een succesvolle leerloopbaan voor ieder kind 6.1 Klachtencommissie 6.2 Externe vertrouwenspersoon Het Roelof van Echten College wil klachten zoveel mogelijk voorkomen. Mocht zich echter een klacht voordoen dan moet deze op een effectieve manier worden opgelost. Er bestaat een klachtenregeling waarin de procedure wordt beschreven. De procedure gaat er vanuit dat klachten in de regel binnen de school opgelost moeten kunnen worden. Als het een klacht over een persoon betreft, wordt de klacht eerst besproken met de betreffende persoon. Krijgt u onvoldoende gehoor of helpt het niet, dan kunt u de mentor of de sectordirectie benaderen. Mocht u over de afhandeling van de klacht door de sectordirectie niet tevreden zijn dan kunt u in beroep gaan bij de algemeen directeur. Mocht u bezwaar blijven hebben tegen de wijze waarop de school uw klacht heeft afgehandeld dan kunt u zich wenden tot de Geschillencommissie Bijzonder Onderwijs, waarbij onze school is aangesloten. Kijk voor meer informatie op www.gcbo.nl De school kent ook een externe vertrouwenspersoon. De externe vertrouwenspersoon fungeert als aanspreekpunt bij klachten. De externe vertrouwenspersoon gaat na of door bemiddeling een oplossing kan worden bereikt en gaat na of de gebeurtenis aanleiding geeft tot het indienen van een klacht. Daarnaast begeleidt de vertrouwenspersoon de klager desgewenst bij de verdere procedure en verleent bijstand bij het doen van aangifte bij politie of justitie. Ook verwijst de externe vertrouwenspersoon de klager naar andere instanties gespecialiseerd in opvang en nazorg, als dat noodzakelijk mocht zijn. Als de externe vertrouwenspersoon slechts aanwijzingen en geen concrete klachten bereiken, kan hij/zij deze ter kennis brengen van de klachtencommissie of het bevoegd gezag. Uiteraard neemt de externe vertrouwenspersoon bij de werkzaamheden de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht en is verplicht tot geheimhouding in alle zaken die hij/zij in die hoedanigheid verneemt. De externe vertrouwenspersoon die aangesteld is door het bestuur van het Roelof van Echten College is: Klachten ten aanzien van ongewenste intimiteiten kunnen zodanig zijn dat een klager bezwaarlijk de hierboven genoemde procedure kan volgen. Dan kunt u met klachten over ongewenste intimiteiten, seksisme of seksuele intimidatie terecht bij de interne vertrouwenspersoon van de sector. De huidige vertrouwenspersonen zijn te vinden bij de informatie van de betreffende sectoren. MEVROUW DRS. W. VERDEGAAL Telefoon 06-47002748 24 6.3 Vertrouwensinspecteurs Heeft de school, het schoolbestuur of de klachtencommissie geen afdoende antwoord op uw vragen, dan kunt u zich wenden tot de inspectie van het onderwijs. De inspectie houdt - namens de minister - toezicht op de scholen en is goed op de hoogte van de gang van zaken. Bij de onderwijsinspectie werken vertrouwensinspecteurs bij wie u terecht kunt voor het melden van klachten over gebeurtenissen in het onderwijs op het gebied van: • seksuele intimidatie en seksueel misbruik • lichamelijk geweld • grove pesterijen • geweld, extremisme, discriminatie, onverdraagzaamheid, fundamentalisme en radicalisering De vertrouwensinspecteurs zijn tijdens kantooruren bereikbaar op telefoonnummer 0900 –1113111 (lokaal tarief). Een vertrouwensinspecteur is aanspreekpunt voor betrokkenen bij scholen. De inspecteur helpt bij het zoeken naar oplossingen, bij het vinden van de juiste weg of bij het doen van aangifte. 25 7 Rechten en plichten 7.1 Persoonsregistratie leerlingen Uiteraard is het nodig om bepaalde gegevens van en over leerlingen te registreren en systematisch te bewaren. Zowel voor wat betreft de registratie, als het verstrekken van de leerlinggegevens worden de voorschriften, zoals die zijn vastgelegd in de Wet Persoonregistraties en in de Wet Bescherming Persoonsgegevens, opgevolgd. Dit houdt onder andere in, dat: Een succesvolle leerloopbaan voor ieder kind gistreerde informatie. Deze informatie kan op hun verzoek – bij gebleken onjuistheid – worden aangevuld, verbeterd, en/of verwijderd; • Alleen relevante leerlinggegevens op verzoek aan andere instanties (onderwijsinspectie, leerplichtambtenaar, etc.) worden verstrekt, voor zover niet in strijd met de Wet Persoonsregistraties en de Wet Bescherming Persoonsgegevens. • Systematisch opgeslagen leerlinggegevens beschermd zijn tegen onbevoegde inzage; 7.2 Leerplicht • Ouders en voogden, op hun verzoek en na legitimatie, binnen een maand recht op inzage hebben in de gere- Leerplicht betekent dat jongeren verplicht zijn om naar school te gaan. In de Leerplichtwet staat uitgelegd wat ouders, jongeren en de school moeten doen om ervoor 26 te zorgen dat jongeren naar school blijven gaan. De leerplicht duurt tot het einde van het schooljaar waarin jongeren zestien worden. Ook na het schooljaar waarin de leerling 16 jaar is, blijft hij nog leerplichtig tot de dag waarop de leeftijd van 18 jaar wordt bereikt. De jongere hoeft dan niet elke dag naar school, maar is nog wel kwalificatie plichtig. Ouders moeten hun dochter of zoon inschrijven op een school. Verder moeten ouders ervoor zorgen dan hun kind naar school gaat. Maar ook de leerlingen zelf worden erop aangesproken wanneer ze niet naar school gaan. Zo kunnen zowel ouders als leerlingen een boete krijgen vanwege langdurig spijbelen. In bepaalde gevallen kunnen leerlingen vrij krijgen buiten de normale schoolvakanties om. Bijvoorbeeld bij een huwelijk of sterfgeval in de familie. Ook voor sommige religieuze feesten mogen leerlingen thuis blijven. Natuurlijk moeten de ouders hiervoor overleggen met de schoolleiding. Daarnaast kan een leerling in bepaalde gevallen extra vrij krijgen voor vakantie. Met name wanneer hun ouders vanwege hun werk per se niet weg kunnen in de schoolvakantie. Hiervoor zijn nadere richtlijnen opgenomen in de leerplichtwet. Ook voor extra vakantie moeten ouders toestemming vragen aan de schoolleiding. Tenslotte krijgt een leerling vrij wanneer hij ziek is. Bij ziekte moeten de ouders onmiddellijk de school waarschuwen. Wanneer leerlingen spijbelen (= ongeoorloofd schoolverzuim) moeten ouders en school optreden. Daarom is het ook belangrijk dat ouders regelmatig contact met de school hebben, om te weten te komen of hun kind zonder problemen naar school gaat. Het Roelof van Echten College kent een verzuimprotocol, waarin staat welke actie de school onderneemt bij ongeoorloofd verzuim (daaronder valt ook te laat komen) of niet gemeld verzuim. Dit verzuimprotocol ligt ter inzage op de administraties van de verschillende locaties. In ernstige gevallen van ongeoorloofd verzuim is de school verplicht de leerplichtambtenaar in te schakelen. Ook bij veelvuldig ziekteverzuim is de school gehouden de leerplichtambtenaar in kennis te stellen. Deze werkt bij de afdeling onderwijs van de gemeente. De leerplichtambtenaar helpt mee met het zoeken van oplossingen om spijbelgedrag tegen te gaan, verwijst door naar hulpinstanties en gaat in gesprek met de leerling, zijn ouders en de school. Ook kan de leerplichtambtenaar in bepaalde gevallen proces-verbaal opmaken en boetes geven. De school moet ook aan de leerplichtambtenaar toestemming vragen om een leerling langere tijd vrij te geven buiten de schoolvakanties om. Bij dit alles staat het belang van de leerling, om een goede schoolopleiding af te maken, voorop. 7.3 Informatie en inzage Ouders krijgen enkele malen per schooljaar informatie over de resultaten van hun kind(eren), door middel van een rapport en een daaropvolgende spreekmiddag/avond. Daarnaast zijn de schoolresultaten terug te zien op het ouderweb en leerlingenweb. Alle ouders en leerlingen ontvangen persoonlijke inloggegevens. Heeft u geen inloggegevens of problemen met inloggen, stuur dan een mail naar [email protected] Leerlingen en / of hun ouders hebben verder recht op inzage in: • het schoolplan de statuten van de Stichting Roelof van Echten de statuten van de Medezeggenschapsraad het leerlingenstatuut het klachtenreglement het zorgplan de kwaliteitskaart Om deze stukken in te zien, kunnen ouders een afspraak maken met de schooladministratie. 7.4 Foto en video Geregeld worden bij ons op school video-opnames of foto's gemaakt tijdens schoolactiviteiten. Formeel horen ouders / verzorgers hier toestemming voor te geven. Hiermee verzoeken wij de ouders/verzorgers die bezwaar hebben tegen dergelijke foto's en/of video-opnames om dit te melden bij de schoolleiding van de sector. In voorkomende gevallen zullen van de desbetreffende leerling(en) dan geen opnames plaatsvinden. 27 7.5 Protocol Sociale Media 7.6 Aanvraag buitengewoon verlof Sociale media zoals Hyves, Twitter, Facebook, YouTube en LinkedIn bieden de mogelijkheid om te laten zien dat Bij het toekennen van buitengewoon verlof (vrijstelling van schoolbezoek) is de schoolleiding gehouden de leer- je trots bent op je school en kunnen een bijdrage leveren aan een positief imago van het Roelof van Echten College. Van belang is te beseffen dat je met berichten op sociale media (onbewust) de goede naam van de school en betrokkenen ook kunt schaden. Om deze reden vragen wij ouders, leerlingen en personeel om bewust met de sociale media om te gaan. We hebben daarom een protocol opgezet om een ieder die bij het RvEC betrokken is of zich daarbij betrokken voelt daarvoor richtlijnen te geven. plichtwet uit te voeren. De schoolleiding kan maximaal 10 dagen per cursusjaar extra verlof toekennen. Gronden voor toekenning van buitengewoon verlof kunnen zijn: - religieuze verplichtingen: vakantieverlof (bij hoge uitzondering) als het beroep van één van de ouders het onmogelijk maakt dat vakantie wordt opgenomen in één van de schoolvakanties; Essentieel is dat, net als in communicatie in de normale wereld, de onderwijsinstellingen en de gebruikers van sociale media de reguliere fatsoensnormen in acht blijven nemen en de nieuwe mogelijkheden met een positieve instelling benaderen. Het Roelof van Echten College vertrouwt erop dat zijn medewerkers, leerlingen, ouders/ verzorgers en andere betrokkenen verantwoord om zullen gaan met sociale media. - andere gewichtige omstandigheden zoals het voldoen aan een wettelijke verplichting, verhuizing, huwelijk van een familielid t/m de vierde graad, ernstige ziekte van ouders en/of bloedverwanten t/m de vierde graad, bevalling van moeder of verzorgster, overlijden van bloed - of aanverwanten t/m de vierde graad, het 25-, 40- en 50-jarige ambtsjubileum en het 121⁄2 -, 25-, 40-, 50- en 60-jarig huwelijksjubileum van bloed- en aanverwanten voor de duur van één dag, en andere calamiteiten ter beoordeling van het bevoegd gezag. Uitgangspunten Geen gronden voor toekenning zijn: Fatsoensnormen Het Roelof van Echten College onderkent het belang van sociale media. Het protocol draagt bij aan een goed en veilig school- en onderwijsklimaat. Verder bevordert het protocol dat de instelling, medewerkers, leerlingen en ouders op de sociale media communiceren in het verlengde van de missie en visie van de onderwijsinstelling en de reguliere fatsoensnormen. In de regel betekent dit dat we respect voor de school en elkaar hebben en iedereen in zijn waarde laten. De gebruikers van sociale media dienen rekening te houden met de goede naam van de school en van een ieder die betrokken is bij de school. Tot slot dient het protocol de onderwijsinstelling, haar medewerkers, leerlingen en ouders tegen zichzelf en anderen te beschermen tegen de mogelijke negatieve gevolgen van de sociale media. Het protocol Sociale Media is te downloaden op het personeelsweb, ouderweb en eduweb. * familiebezoek in het buitenland; * vakantie in een goedkopere periode of in verband met een speciale aanbieding; * vakantie onder schooltijd bij gebrek aan boekingsmogelijkheden; * eerder vertrek of latere terugkeer in verband met (verkeers)drukte; * verlof voor een kind omdat andere kinderen uit het gezin al of nog vrij zijn Verzoeken voor buitengewoon verlof dienen in principe tenminste 6 weken van tevoren worden ingediend bij de schoolleiding. Vanzelfsprekend geldt dit niet bij ziekte, bevalling en/of overlijden. Buitengewoon verlof wordt aangevraagd middels het formulier Aanvraag buitengewoon verlof niet- medische redenen die te downloaden is op de website van de school. De aanvraag dient - indien mogelijk—4 weken voor het verlof ingediend te worden. 28 8 Een succesvolle leerloopbaan voor ieder kind Vakantieregeling Vakantie Van (Feest)dagen buiten vakanties Tot Herfstvakantie 13-10-2014 17-10-2014 Goede vrijdag: 3 april 2015 Kerstvakantie 22-12-2014 02-01-2015 Tweede Paasdag: 6 april Voorjaarsvakantie 23-02-2015 27-02-2015 Hemelvaartsdag: 14 mei 2015 Meivakantie 27-04-2015 08-05-2015 Tweede Pinksterdag: 25 mei 2015 14-08-2015 Organisatiedagen (leerlingen lesvrij): 18 augustus, 19 augustus, 25 september, 25 november, 19 januari, 11 februari, 30 juni, 1 juli en 2 juli Zomervakantie 06-07-2015 29 9 Opbrengstenkaarten Een succesvolle leerloopbaan voor ieder kind 9 Opbrengstenkaarten Een succesvolle leerloopbaan voor ieder kind 10 Vmbo en lwoo Een succesvolle leerloopbaan voor ieder kind INFORMATIE SPECIFIEK VOOR VMBO EN LWOO 32 10.1 Leiding 10.3 Onderwijsaanbod De directie van het vmbo (en mavo) bestaat uit de volgende personen: Hieronder is een schematisch overzicht afgebeeld van het onderwijsaanbod van het Roelof van Echten College in relatie tot de vmbo/mavo opleidingen. • dhr. R.H. Baas - sectordirecteur Verklaring van afkortingen: Verder kent het vmbo de volgende functionarissen: locatie Griendtsveenweg: dhr. J.A. Kreuze - adjunct-sectordirecteur mw. J.L. Everts - afdelingsleider bovenbouw dhr. A.P. de Koning- afdelingsleider onderbouw dhr. E.J. Stuit - afdelingsleider LWOO Vmbo: voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs Mavo: middelbaar algemeen voortgezet onderwijs Pro: praktijkonderwijs Havo: hoger algemeen voortgezet onderwijs Mbo: middelbaar beroepsonderwijs ! mw. B. Jansen - decaan mw. G.J. Schierbeek - remediale hulp mw. E.J. Krommenhoek - leerlingbegeleider/ zorgcoördinator mw. J. Blokzijl - zorgcoördinator LWOO locatie Park Dwingeland: dhr. A. Ekkel - afdelingsleider dhr. K. Kroezen- decaan mw. J. Blokzijl - leerlingbegeleider/zorgcoördinator mw. M. Muis - remediale hulp Clusterleiders (voor G én P): dhr. G. Veldhuis - talen (ne/en/du/fr) mw. B. Jansen - exacte vakken (wi/bi/re/ns) dhr. H. Bodewits - creatief (mu/hb/te/tn/vz) dhr. R. Onvlee - intersectoraal programma (ISP) mw. A. Bakker - lwoo Allen zijn telefonisch bereikbaar via het centrale telefoonnummer van school: (0528) 358 658. 10.2 Contact Ouders kunnen altijd telefonisch een afspraak maken, wanneer zij een docent, klassenmentor, coördinator, decaan of directielid willen spreken. De school kent hiervoor geen spreekuur. 10.4 Leerlijnen Het vmbo/mavo van het Roelof van Echten College heeft vier leerlijnen: 1. mavo leerlijn 2. vmbo-T leerlijn (de theoretische leerlijn) 3. vmbo-P leerlijn (de praktische leerlijn) 4. vmbo+ leerlijn (de leerlijn met extra zorg) 1. Mavo-leerlijn De mavo-leerlijn is gericht op een naadloze doorstroming naar de havo van het Roelof van Echten College. Deze leerlijn biedt een vakkenpakket aan dat helemaal is afgestemd op de havo. Met een mavo-diploma kunnen leerlingen doorstromen naar de havo maar ook naar niveau 3 of 4 van het mbo. 33 2. Vmbo T Dit is een leerlijn met goede afwisseling tussen theorie en praktijk, waarbij de nadruk op theorie ligt. Als leerlingen op zich weinig moeite hebben met studeren, maar zich ook al gericht willen voorbereiden op bepaalde beroepen, is de vmbo-T leerlijn een geschikte keuze. Met een diploma van de theoretische leerlijn kunnen leerlingen doorstromen naar niveau 3 of 4 van het mbo of eventueel naar de havo. 3. Vmbo P Dit is een leerlijn met veel afwisseling tussen theorie en praktijk, waarbij de nadruk op de praktijk ligt. Als leerlingen goed kunnen leren en graag de handen uit de mouwen willen steken zullen zij zich in deze leerlijn goed thuis voelen. Met een diploma van de praktische leerlijn is een naadloze doorstroming mogelijk naar het mbo. 4. vmbo+ leerlijn Deze leerlijn is bedoeld voor leerlingen van wie verwacht wordt dat ze met extra zorg het reguliere vmboprogramma kunnen volgen. De + staat voor extra zorg + ondersteuning + eventueel een aangepast programma. De vmbo+ leerlijn op het Roelof van Echten College is te onderscheiden in: Lwoo-1: Leerlingen krijgen een aangepast aantal lessen in kleine groepen. In de bovenbouw is een mogelijke routehetLeerwerktraject(LWT).Leerlingenkrijgen dan een beperkt aantal theoretische vakken en veel praktijkvakken en lopen één of meerdere dagen stage buiten school. Leerlingen behalen een diploma van de basisberoepsgerichte leerweg (BB) waarmee ze door kunnen stromen naar niveau 1 of 2 van het mbo. Lwoo-2: In tegenstelling tot de andere leerlijnen van het vmbo, duurt deze opleiding 5 jaar, omdat er extra aandacht besteed wordt aan sociale en emotionele problematiek. Daarnaast wordt er gewerkt aan achterstanden betreffende lezen, spelling en rekenen. De meeste lessen worden in een aparte setting en in kleine groepen gegeven. Ter voorbereiding op het vervolgonderwijs volgen de leerlingen in het 5e leerjaar alle vakken geïntegreerd in de reguliere klassen van het vmbo. Leerlingen kunnen dus een regulier vmbo-diploma halen en afhankelijk van de leerweg doorstromen naar het mbo. 10.5 Leerjaren De eerste 2 leerjaren (3 leerjaren bij LWOO-2 noemen we de onderbouw. Het 3e en 4e leerjaar (4e en 5e leerjaar bij LWOO-2) noemen we de bovenbouw. Onderbouw In de onderbouw krijgen de leerlingen voornamelijk algemeen vormende vakken. Deze vakken dienen als basis voor de eigenlijke beroepsvoorbereidende opleiding die in de bovenbouw begint. In de onderbouw krijgen de leerlingen daarom voorlichting over sectoren en afdelingen van de bovenbouw en gaan ze ook in deze afdelingen kijken en aan het werk. Op deze manier kunnen ze een goede keuze maken voor de toekomstige beroepsvoorbereidende opleiding. Bovenbouw: Intersectoraal Programma In de bovenbouw (klas 3 en 4) volgen alle leerlingen een zogeheten Intersectoraal Programma (ISP). In dit programma worden de leerlingen zowel binnen als buiten de school, bij bedrijven, instanties en instellingen in aanraking gebracht met uiteenlopende beroepen en sectoren. Wij verwachten dat zij hierdoor beter in staat zijn eenweloverwogenkeuzetemakenvooreen vervolgopleiding. Tevens worden in de lessen studievaardigheden aangeleerd die de leerlingen in het vervolgonderwijs nodig hebben. Alleen leerlingen die kiezen voor de afdeling Voertugientechniek, transport & logistiek en (landbouw)mechanisatie (VTLM) krijgen geen ISP. Zij volgen een beroepsgericht programma op onze locatie KARgo! 10.6 Doorlopende leerlijnen Bij het vmbo/mavo van het Roelof van Echten College is sprake van doorlopende leerlijnen: van het basisonderwijs lopen de leerlijnen door via het vmbo/mavo naar 34 het mbo/havo. Doorlopende leerlijnen kennen veel voordelen: • goede aansluiting op basis- en vervolgonderwijs; gemakkelijke overstapmogelijkheden; zittenblijven komt nauwelijks voor; veel keuzemogelijkheden; optimale kansen; grote slagingskans; ruimte voor eigen talenten. 10.7 Doorstroommogelijkheden Met name in de onderbouw bestaan er optimale mogelijkheden om te veranderen van leerlijn: zowel doorstromen binnen de leerlijnen van het vmbo als naar havo en praktijkonderwijs. Dit gebeurt altijd in overleg met de klassenmentor. De leerling moet dan wel voldoen aan de voor die leerlijn geldende criteria. In het eerste jaar van de bovenbouw is veranderen van sector en/of afdeling in principe mogelijk tot aan de herfstvakantie. 10.8 Overgangsnormen Bij het behalen van voldoende punten op het overgangsrapport wordt de leerling bevorderd. Bij het niet halen van voldoende punten op het overgangsrapport wordt de leerling besproken tijdens de rapportenvergadering. Een leerling behaalt voldoende punten als hij niet meer minpunten heeft dan volgens onderstaande formule berekend wordt. Hierbij geldt dat het cijfer onder de 6 minpunten oplevert. Het cijfer 5,5 telt als een half minpunt op, het cijfer 5 telt als één minpunt en het cijfer 4,9 als 1,1 minpunten. Formule: Aantal vakken, waarvoor een cijfer gegeven wordt, gedeeld door 2 afgerond naar beneden op een geheel getal minus een factor. De factor in deze formule is per leerlijn verschillend: Voor de vmbo-P-leerlijn: Voor de vmbo-T-leerlijn: Voor de mavo-leerlijn: factor = 1 factor = 3 factor = 4 Voorbeeld: Een leerling in de T-leerlijn heeft 11vakken. Hij mag dan op grond van de formule: 11 (vakken) : 2 = (afgerond) 5 – (factor) 3 = 2 minpunten hebben. Weging rapporten Om te komen tot het eindcijfer geldt de volgende weging van de rapporten: het 1e rapport telt één keer mee, het 2e en 3e rapport tellen twee keer mee. Voor de overgang van klas 3 naar klas 4 geldt tevens de examennorm, zoals die geldt voor het behalen van het diploma in klas 4. Wanneer een leerling uit klas 3 niet voldoet aan de formule voor de overgangsnorm en/of aan de examennorm dan wordt hij besproken tijdens de rapportvergadering. De vmbo+ leerlijn valt voor wat betreft lwoo-1 qua normering onder de vmbo-P leerlijn. De normering voor het lwoo2 hangt af van de leerlijn die wordt gevolgd. De onderbouw van het lwoo2 hanteert een afwijkende procedure. 10.9 Aangescherpte exameneisen Door een verandering in wet- en regelgeving wordt m.i.v. 1 augustus 2011 de slaag- zakregeling voor leerlingen in het voortgezet onderwijs aangepast. Dat wil zeggen dat leerlingen, die examen gaan doen te maken krijgen met een aangescherpte slaag– en zakregeling. De nieuwe exameneisen worden vermeld in het examenreglement en zijn gepubliceerd op het ouder– en leerlingenweb. 10.10 Rapporten Tijdens het schooljaar wordt drie keer een cijferrapport uitgereikt. Bovendien ontvangen de leerlingen aan het begin van het schooljaar een cijferkaart. Hierop moeten de leerlingen zélf alle behaalde cijfers voor proefwerken, overhoringen, enz. noteren. Op deze manier kunnen leerlingen en hun ouders voortdurend op de hoogte blijven van de vorderingen. Leerlingen van de derde en vierde 35 klassen vinden op de cijferrapporten na iedere schoolexamenperiode tevens de behaalde schoolexamencijfers in de vorm van voortgangscijfers. Ouderweb en eduweb Overigens kunnen ouders de resultaten van hun kind ookvolgenviahetouderweb.Ditportaalistebereiken via de website van de school www.rvec.nl. Ook de leerlingen hebben een vergelijkbaar portaal waar zij hun cijfers kunnen inzien. Alle ouders en leerlingen ontvangen hiervoor een gebruikersnaam en inlogcode. Bent u die kwijt dan kunt u een mail sturen naar [email protected] 2.7.1 Rapportspreekmiddag/-avond Na uitreiking van de rapporten is er een spreekmiddag en/of -avond waarop ouder(s) docenten kunnen spreken over de vorderingen van de leerling. De ouders kunnen opgeven met welke docenten zij graag een gesprek wensen. De datum van de rapportspreekmiddag en/of -avond staat op het rapport vermeld. zijn/haar portfolio digitaal kan bijwerken binnen de Elektronische Leeromgeving (ELO). 10.11 Studie- en lesmaterialen De leerlingen moeten zelf schrijfmateriaal (pennen, schriften of multomappen, kladblocs, etc.) en een agenda aanschaffen. Bovendien is het volgende nodig (voor zover nog niet is opgenomen in het geleverde boekenpakket): • Godsdienst: Bijbel (nieuwe vertaling: 2004) • Wiskunde (1 + 2 + 3 + 4): Elektronische rekenmachine: Texas Instruments 30-IIB Bij twijfel over de aanschaf van één of ander, kan de desbetreffende docent geraadpleegd worden. 2.7.2 Leerlingvolgsysteem De school wil van alle leerlingen relevante informatie systematisch verzamelen en bewaren. Hiervoor is een leerlingvolgsysteem opgezet. Doel hiervan is om de “loopbaan” van leerlingen binnen onze school zo goed mogelijk te volgen en zo nodig en mogelijk snel en effectief in te grijpen wanneer er iets mis dreigt te gaan. In het leerlingvolgsysteem zijn onder andere rapportcijfers, testresultaten en keuzeadviezen opgenomen. Uiteraard geldt voor inzage in een leerlingdossier ook de Wet Persoonsregistraties en de Wet Bescherming Persoonsgegevens. In het vmbo wordt steeds meer gebruikgemaakt van een portfolio. Hierin bewaart de leerling allerlei gegevens en producten van zichzelf die van belang kunnen zijn voor de vervolgopleiding. Het gaat daarbij om de vragen: Wie ben ik?, Hoe handel ik?, Wat kan ik?, Wat wil ik? En kán wat ik wil? De leerling is zelf verantwoordelijk voor deze map. Op dit moment werkt het Roelof van Echten College aan een systeem waarbij de leerling 36 11 Lestijden Een succesvolle leerloopbaan voor ieder kind 37 11.1 Lestijden en lessentabel Het lesrooster wordt op de eerste schooldag aan de leerlingen bekend gemaakt en is online te vinden via het eduweb. De dagindeling is als volgt: Lesuur Tijd 1 08.30 – 09.20 uur 2 09.20 – 10.10 uur Pauze 10.10 – 10.30 uur 3 10.30 – 11.20 uur 4 11.20 – 12.10 uur Noodroosters In bijzondere gevallen kan worden gebruikgemaakt van noodlesroosters. Dit komt voor bij onvoorziene gebeurtenissen. De schoolleiding beslist over het gebruik van een noodrooster en maakt dit bekend via het publicatiebord op school. De lestijden worden bij een noodrooster als volgt gewijzigd: A. Volledig noodrooster: Lesuur Tijd 1 08.30 – 09.10 uur 2 09.10 – 09.50 uur 3 09.50 – 10.30 uur Pauze 10.30 – 10.50 uur 4 10.50 – 11.30 uur 5 11.30 – 12.10 uur Pauze 12.10 – 12.35 uur 5 12.35 – 13.25 uur Pauze 12.50 – 13.15 uur 6 13.25 – 14.15 uur 7 13.15 – 13.55 uur 8 13.55 – 14.35 uur Pauze 14.15 – 14.30 uur B. Verkort noodrooster: 7 14.30 – 15.20 uur 8 15.20 – 16.10 uur Lesuur Tijd 1 08.30 – 09.10 uur 2 09.10 – 09.50 uur 3 09.50 – 10.30 uur Pauze 10.30 – 10.50 uur 4 10.50 – 11.30 uur 5 11.30 – 12.10 uur 6 12.10 – 12.50 uur 7 vervalt 8 vervalt 38 11.2 Lesuitval Helaas is het onvermijdelijk dat er lesuitval plaatsvindt wegens afwezigheid van docenten, bijvoorbeeld door ziekte. Wanneer dit voor een klas een eerste, of een laatste lesuur betreft, wordt meestal vrijaf gegeven. Bij een eerste lesuur worden de leerlingen van een klas via een telefoonwaarschuwingssysteem en de roosters op de website, van tevoren ingelicht. In alle andere gevallen wordt geprobeerd om een andere docent de klas op te laten vangen. De klas heeft dan een zogenaamde invalles. Hoewel de meeste docenten aan dit invalsysteem meewerken, is het toch ook niet altijd te voorkomen dat leerlingen een lesuur vrijaf krijgen. Ze hebben dan een zogenaamd “tussenuur”. Die tijd kunnen ze dan gebruiken om in de kantine huiswerk te maken. In dit verband is schoolregel 2b (zie hoofdstuk 12) nog van belang. Onze school ziet erop toe dat de regels in de leerplichtwet zo goed mogelijk worden nageleefd. Dat houdt onder andere in, dat schoolverzuim nauwkeurig geregistreerd wordt. Het is van groot belang dat de ouders op de juiste wijze verlof voor hun kinderen aanvragen of melden (zie hoofdstuk 4.2.4), om misverstanden te voorkomen. Bij ongeoorloofd schoolverzuim zal de school maatregelen moeten nemen. Deze zijn in de eerste plaats erop gericht om herhaling van ongeoorloofd schoolverzuim in de toekomst te voorkomen. Uiteraard worden de ouders hiervan door de school op de hoogte gesteld. Veelvuldig ongeoorloofd schoolverzuim kan verwijdering van school tot gevolg hebben. Hierbij wordt altijd de gemeentelijke leerplichtambtenaar ingeschakeld. Dit kan ook het geval zijn in het geval van geoorloofd verzuim. Voor meer informatie over de leerplichtwet ligt op de schooladministratie een (gratis) brochure klaar. 11.4 Lessentabellen Zie bijlagen aan het eind van deze schoolgids. 11.3 Leerplicht en schoolverzuim Scholen voor voortgezet onderwijs hebben in Nederland te maken met de leerplichtwet. Hierin staan regels die geoorloofd verlof regelen en ongewenst schoolverzuim zoveel mogelijk voorkomen. Een gevolg van regelmatig ongeoorloofd schoolverzuim is dat sommige jongeren de school niet afmaken. Zij hebben geen diploma, maken minder kans op werk, hebben minder vooruitzichten in de maatschappij. Het is daarom in ieders belang ongeoorloofd schoolverzuim zoveel mogelijk tegen te gaan. 39 12 Schoolregels 12.1 Gedragsregels Binnen onze school moet iedereen zich binnen en buiten het schoolgebouw veilig kunnen voelen. Daarom gelden de volgende gedragsregels voor iedereen die bij onze school betrokken is: - Ik accepteer de ander en weiger te discrimineren. - Schelden, vloeken, uitlachen en/of roddelen laat ik achterwege. Een succesvolle leerloopbaan voor ieder kind - Ik blijf van een ander en van de spullen van een ander af. - Mijn uiterlijke verzorging is niet aanstootgevend of beledigend voor anderen. - Als iemand mij hindert, vraag ik haar of hem daarmee te stoppen. - Als dat niet helpt, of bij ruzie, vraag ik hulp aan een volwassene binnen de school. - Ik bedreig niemand, ik neem geen wapen, alcohol en/of drugs mee naar school. 40 - Ik gebruik binnen en buiten de school geen geweld. - Ik help anderen om zich ook aan deze regels te houden. 12.2 Schoolreglement 12.2.1 In en om de school - De leerlingen moeten de instructies van schoolleiding, docenten en onderwijs- ondersteunend personeel opvolgen. - Een ieder dient tijdig voor het begin van de lessen in het lokaal aanwezig te zijn. Vijf minuten voor het begin van de schooltijd wordt een tijdsein gegeven waarop de leerlingen zich naar de lokalen moeten begeven. Bij het tweede tijdsein moet men in het lokaal aanwezig zijn. - Het wisselen van de les wordt ook door een belsignaal aangegeven. Hiervoor is binnen het lesrooster geen tijd ingeruimd en het wisselen van lessen moet daarom zo snel mogelijk gebeuren. Het zich verplaatsen naar een andere lesruimte moet via de kortste route gebeuren. - Tijdens de les is het niet toegestaan om zonder toestemming van de docent het lokaal te verlaten. - Leerlingen mogen zich niet onnodig ophouden in gangen en/of toiletten. - Roken in het schoolgebouw is niet toegestaan. - Het in bezit hebben van, of het gebruiken van alcoholische dranken en/of andere stimulerende en/of verdovende middelen in en om de school is streng verboden. - Het nuttigen van brood, dranken en andere consumpties is alleen toegestaan in de kantineruimten en andere daartoe aangewezen ruimten. - (Brom)fietsen moeten gestald worden op de hiervoor aangewezen plaatsen. Het is niet toegestaan zich hier onnodig op te houden. - Alleen in opdracht of na toestemming mogen door leerlingen ramen, zonwering en/of verwarming worden bediend. - Zonder toestemming van schoolleiding of docen- ten is het niet toegestaan dat leerlingen zich buiten lessen in lokalen of werkruimten ophouden. - Schooleigendommen (gereedschappen, rekenmachines, etc.) mogen niet worden meegenomen naar huis. - In de school is het niet toegestaan petten en andere hoofddeksels en/of kledingstukken voor over de bovenkleding (jassen, jacks, etc.) te dragen. Deze kledingstukken moeten in de garderobe(kastjes) worden bewaard. 12.2.2 Aansprakelijkheid - De school is niet aansprakelijk voor beschadiging of verlies van eigendommen, zoals kleding, brillen, sieraden, (brom) fietsen, geld, enz. (Advies: kleding merken!) - De school draagt geen verantwoordelijkheid voor leerlingen die zich op eigen initiatief buiten het schoolterrein bevinden. - Het is verboden waardevolle eigendommen onbeheerd achter te laten. Alle leerlingen kunnen een garderobekastje huren om schoolspullen op te bergen. De school heeft hier een tweede sleutel van en kan, wanneer hiertoe aanleiding bestaat, de kastjes inzien. - Leerlingen moeten altijd instructies ten behoeve van de veiligheid stipt opvolgen. - In praktijklokalen moeten leerlingen de daar voorgeschreven kleding, schoeisel en beschermingsmiddelen dragen. 12.2.3 Huishoudelijke gang van zaken - Onderwijsondersteunend personeel houdt toezicht op de leerlingen in en om de gebouwen. De leerlingen moeten hun aanwijzingen opvolgen. - Van de leerlingen kan worden verwacht, dat zij meewerken aan corveewerkzaamheden in verband met het gebruik van kantines en lokalen. - Elke leerling is mede verantwoordelijk voor de netheid van lokalen, kantines en andere ruimten in school en van de schoolomgeving. 41 12.2.5 Verwijdering uit de les/wangedrag - 12.2.4 Verzuimen van lessen/te laat komen - Wanneer een leerling verhinderd is lessen bij te wonen, dan moeten zijn ouders dit vooraf melden, dan wel hier vooraf toestemming voor vragen. Ongemelde afwezigheid wordt aangemerkt als ongeoorloofd verzuim. Ongeoorloofd verzuim heeft strafmaatregelen tot gevolg. - Ziekte of andere plotselinge omstandigheden, waardoor een leerling de lessen niet kan bijwonen, moeten tussen 08.00 en 09.00 uur telefonisch door de ouders worden gemeld. - Indien een leerling tijdens schooltijd de school wil verlaten, moet hij daarvoor toestemming vragen aan de schoolleiding. - Rijexamens, dokter- en tandartsbezoeken, etc. dienen zoveel mogelijk buiten de lessen te worden afgesproken. - Leerlingen die te laat komen, moeten zich bij de conciërge melden. Meerdere malen ongeoorloofd te laat komen kan strafmaatregelen tot gevolg hebben. Veelvuldig te laat komen moet door de school gemeld worden bij de leerplichtambtenaar. - Leerlingen die buiten Hoogeveen wonen, met de bus naar school komen en door het lesrooster op een bepaalde dag, na het negende lesuur, langer dan een uur op de bus moeten wachten, kunnen in bepaalde gevallen toestemming krijgen om eerder de les te verlaten. Ongeoorloofd gedrag tijdens de lessen kan leiden tot verwijdering. Wie uit een les verwijderd wordt, dient zich in alle gevallen direct te melden. Verwijdering uit de les kan strafmaatregelen tot gevolg hebben. - Wangedrag in het schoolgebouw, of op het schoolterrein, kan strafmaatregelen tot gevolg hebben. - Het is verboden in en om de school vuurwerk in bezit te hebben en/of af te steken. - Bij beschadiging, vernieling of verlies van eigendommen van de school zal (zullen) de betrokken leerling(en), c.q. de ouders daarop worden aangesproken. Moedwillige beschadiging of vernieling kan tevens strafmaatregelen tot gevolg hebben. 12.2.6 Huiswerk, proefwerken, toetsen, etc. - Wanneer – door omstandigheden – huiswerk niet is gemaakt, moet dit schriftelijk door de ouders gemeld worden. - Wanneer een leerling een repetitie of andere opdracht om wettige redenen (bijvoorbeeld geoorloofd verzuim) niet heeft kunnen maken, dient hij, na terugkomst op school, binnen een week zelf een afspraak te maken met de betreffende docent over een inhaalmogelijkheid. Wie zich niet aan deze regel houdt, ontvangt het cijfer één. Ongeldige redenen zijn alle verzuim, waarvoor geen toestemming is gegeven, of die niet is gemeld. Bij schorsing van school vervalt het recht om proefwerken in te halen. - Wanneer een leerling huiswerk niet in orde heeft, of niet bij zich heeft, kan dit strafmaatregelen tot gevolg hebben. 12.2.7 Roosterwijzigingen, vervallen van lessen - Uitval van lessen en roosterwijzigingen worden zo spoedig mogelijk aan de leerlingen bekendgemaakt. Het niet opvolgen van tijdig bekend geworden roosterwijzigingen geldt als ongeoorloofd verzuim. Alle informatie met betrekking tot het rooster wordt gecommuniceerd via de website www.rvec.nl en het ouder– en eduweb. - Er wordt geen vrijstelling gegeven voor “bijbaan- 42 12.2.9 Vakanties/vrije dagen - De vakanties en vrije dagen, zoals in deze School- gids gepubliceerd, zijn wettelijk vastgesteld. Het is niet toegestaan hiervan af te wijken. 12.2.10 Tenslotte Naast deze algemene schoolregels bestaan er locatiegebonden huisregels. In alle gevallen waarin deze regels niet voorzien, beslist de schoolleiding. 12.3 Veiligheid In bepaalde (praktijk)lokalen moeten leerlingen specifiek voorgeschreven kleding, schoeisel en/of beschermingsmiddelen dragen, in verband met de veiligheidsvoorschriften. De praktijkdocent zal de leerlingen bij aanvang van het schooljaar hierover instrueren. Ouders zijn verantwoordelijk voor de hiervoor aan te schaffen materialen. Sommige materialen kunnen de leerlingen van school in bruikleen krijgen en/of via school aanschaffen. Leerlingen krijgen hierover bij aanvang van het schooljaar informatie van de betreffende docenten. Een leerling kan de toegang tot een praktijklokaal geweigerd worden, indien hij niet beschikt over de voorgeschreven middelen. tjes”, etc., wanneer er roosterwijzigingen, of wijzigingen in andere schoolactiviteiten (stages, terugkom-uren) plaatsvinden. 12.2.8 Vrijstelling lessen lichamelijke oefening - Voor vrijstelling van lessen lichamelijke oefening is een verklaring van de ouders nodig. - Aan leerlingen die de lessen lichamelijke oefening langere tijd niet kunnen bijwonen, kan de docent een vervangende taak opdragen. 12.4 Leerlingenraad Leerlingenvertegenwoordigers van de verschillende leerjaren en afdelingen vormen samen met vertegenwoordigers van de schoolleiding en de medezeggenschapsraad de leerlingenraad. De leerlingenraad kan de schoolleiding gevraagd en ongevraagd adviezen geven over zaken die direct met de school te maken hebben en de leerlingen aangaan. 43 13 Leerlingenzorg Op onze school staat een goede leerlingbegeleiding centraal. We vinden dat aandacht voor leerlingen als groep en als individu een noodzakelijke voorwaarde is om te kunnen leren en te kunnen groeien naar volwassenheid. 13.1 Interne deskundigen De mentor vervult een centrale rol in de begeleiding van leerlingen. Doel van het (klassen) mentoraat is: het ge- Een succesvolle leerloopbaan voor ieder kind ven van individuele begeleiding aan de leerling en het begeleiden van een klas gedurende een leerjaar. Dit houdt onder meer het volgende in: - Optreden als begeleider van een klas; dit houdt ook in het ontwikkelen, stimuleren en begeleiden van (buitenschoolse) klassenactiviteiten, leiding geven bij excursies en sportactiviteiten, etc. - Begeleiden van de individuele leerling, vooral wan- 44 neer zich persoonlijke en/of studieproblemen voordoen. - Afleggen van bezoeken en onderhouden van contacten met thuis in geval van langdurige ziekte. - Bijhouden van de cijfermatige ontwikkeling van de individuele studieresultaten. - Volgen van presentie en absentie van de leerlingen van zijn klas. - Geven van relevante informatie over de leerlingen tijdens de leerlingbesprekingen en bij de beslissing over bevorderen/doubleren. Ook wordt de decaan betrokken bij interne doorstroming. Decanen zijn: - - Het zorgadviesteam (ZAT) Soms hebben leerlingen extra zorg en begeleiding nodig. Die leerlingen worden door de mentor aangemeld voor het zorgadviesteam (ZAT). Dit team kan gezien worden als de denktank op school voor wat betreft het geven van speciale zorg aan leerlingen. Bij speciale zorg denken we dan aan: De mentor is voor de ouders een belangrijk aanspreekpunt. Ouders kunnen voor informatie over hun kind op school het best bij de mentor terecht. Andersom: Als er thuis omstandigheden zijn die het welbevinden en/of het leerproces van het kind op school beïnvloeden, dan kunnen de ouders contact opnemen met de mentor. - Het verhelpen/compenseren van leerproblemen - Het verhelpen/compenseren van sociaal- emotionele problemen. Leerlingen en ouders kunnen altijd terecht bij de coördinator van de zorg. Die zorgt ervoor dat de juiste deskundige zich met de begeleiding en hulp gaat bezighouden. In het ZAT zitten onder andere: de mentor, de zorgcoördinator, de teamleider, de orthopedagoog en de leerplichtambtenaar. De zorgcoördinator is voorzitter van het zorgteam en heeft contact met alle deskundigen. Zorgcoördinator voor de locatie Griendtsveenweg is mevrouw E.J. Krommenhoek en voor de locatie Julianastraat is dit mevrouw J. Blokzijl. Vertrouwenspersoon De vertrouwenspersoon is door het bevoegd gezag benoemd. Hij is het eerste aanspreekpunt bij vermoedens van of klachten met betrekking tot seksuele en andere intimidatie. De vertrouwenspersoon luistert naar de klacht, helpt oplossingen te vinden voor het probleem en geeft ondersteuning als er een officiële klacht ingediend moet worden. Bij een dergelijke klacht werkt de vertrouwenspersoon volgens een vastgesteld protocol. Uiteraard zijn ook alle andere docenten bereid om gesprekken te voeren over mogelijke problemen. 13.2 Externe deskundigen Vertrouwenspersoon voor de locatie Griendtsveenweg zijn mevr. E.J. Krommenhoek en mevr. P. van Bommel. Voor locatie Julianastraat is de vertrouwenspersoon mevr. J.H. Tonnema. In de tweede klas worden alle leerlingen door de schoolarts onderzocht. Het betreft een algemeen lichamelijk onderzoek. Decaan Het doel van het schooldecanaat is ervoor te zorgen dat leerlingen leren om zelf keuzes te maken voor studie en beroep. Zowel de decaan als de klassenmentor speelt hierbij een belangrijke rol. De decaan geeft begeleiding als het gaat om het kiezen van een leerweg, een sector of een vakkenpakket. Verder speelt de decaan natuurlijk een belangrijke rol bij de oriëntatie op de vervolgstudie. Griendtsveenweg: mevrouw B. Janssen. Julianastraat: de heer K. Kroezen. 13.3 Begeleiding en trainingen Persoonlijke begeleiding Bij persoonlijke begeleiding van een leerling kan de leerlingbegeleider hulp bieden. Zeker als het gaat om begeleiding die wat intensiever is en daardoor meer tijd vraagt. De leerling krijgt dan individuele begeleiding, zolang dat nodig of mogelijk is. Er zullen bijvoorbeeld geregeld gesprekken plaatsvinden om het functioneren bin- 45 nen de school te verbeteren. In heel bijzondere gevallen kan de hulp ingeroepen worden van een deskundige van buiten de school. Uiteraard zijn begeleidings- gesprekken vertrouwelijk en houden de leerling- begeleiders zich aan een landelijk vastgestelde gedragscode. Leerlingen kunnen zelf contact opnemen met de leerlingbegeleider; rechtstreeks, of via de klassenmentor. Via de schooladministratie kunnen ouders contact opnemen met de leerlingbegeleider om een afspraak te maken voor een gesprek. Bovendien kan een leerling waarover zorg bestaat bij docenten, naar een vorm van leerlingbegeleiding worden verwezen. Onze school kent een anti-pestprotocol. Daarin is te lezen hoe de school handelt in geval van pesten. Vanaf klas 1 wordt er regelmatig aandacht aan pesten geschonken. Ook worden de docenten geschoold in het omgaan met pesters en gepesten. Ouders worden bij dit onderwerp betrokken op ouderavonden. Op de locatie Park Dwingeland is mevrouw H.M. AnnenSlagter schoolpastor. Het schoolpastoraat kan het best omschreven worden als een handreiking vanuit de christelijke identiteit van de school aan de leerlingen en hun ouders in omstandigheden die daartoe een bijzondere aanleiding geven. Gesprekken met de schoolpastor zijn strikt vertrouwelijk. Huiswerkbegeleiding Onze school biedt leerlingen de gelegenheid om één of twee keer per week (afhankelijk van de locatie) hun huiswerk onder begeleiding op school te maken. De andere dagen moet het natuurlijk wel thuis gebeuren. Wanneer blijkt dat de leerling niet effectief met huiswerk om gaat kan de lerarenvergadering een leerling ook opdragen om huiswerkbegeleiding te volgen. Deze extra begeleiding vindt buiten schooltijd plaats, zoveel mogelijk aansluitend aan het lesrooster. Elke huiswerkbegeleidingsperiode duurt ± 8 weken. Tijdens die periode wordt de leerling geleerd hoe moet worden omgegaan met huiswerk om tot goede resultaten te komen. Huiswerkbegeleiding is geen “bijles” of remediale hulp, maar een gelegenheid om te leren omgaan met huiswerk zonder hulp van anderen. Wanneer blijkt dat er hiaten in kennis of vaardigheden bestaan, kan de leerling contact opnemen met de vakdocent en afspraken maken voor vakspecifieke hulp. Remediale hulp Leerlingen die speciale leerproblemen hebben, kunnen worden geholpen door de remedial teachers. Dit is meestal kortdurende hulp. Dat wil zeggen: leerproblemen die een leerling hinderen tijdens zijn studie, worden aangepakt. Na een periode van remediale hulp wordt bekeken of er verbetering is opgetreden. Als dit het geval is, dan wordt de remediale hulp gestopt. In andere gevallen wordt overlegd of meer remediale hulp zinvol is. Met name in de brugklas kunnen leerproblemen worden opgespoord en zal er gewerkt worden aan de oplossing daarvan. Aanmelding gaat via de mentor, de leerling zelf of via de ouders. Sociale vaardigheidstraining Niet iedere leerling is “sociaal handig”. Daardoor zijn deze leerlingen vaak onzeker, soms verlegen. Het Roelof van Echten College heeft binnen het Onderwijs Service Centrum (OSC) deskundige mensen in huis die leerlingen helpen bij het trainen van sociale vaardigheden. Achterstanden op dit gebied bij leerlingen worden besproken in de leerlingbespreking/rapportbespreking of in het zorgteam. Aan de leerling wordt dan (in overleg met de ouders) een training aangeboden. Deze training heeft tot doel het sociale gedrag te verbeteren, bovendien wordt geprobeerd het zelfvertrouwen van de leerling te vergroten. Tijdens de training kan er contact met thuis zijn. Ook worden de mentor en andere docenten op de hoogte gehouden. Faalangstreductietraining Op sommige locaties wordt een faalangstreductie- training gegeven. Deze is bedoeld voor leerlingen die last hebben van faalangst, die moeite hebben met presteren en bang zijn om niet aan de gestelde eisen te kunnen voldoen. Wanneer er bij een leerling faalangst wordt geconstateerd, wordt hem of haar (in overleg met de ouders) een faal- angstreductietraining aangeboden. Zo’n training duurt 6 à 8 weken en vindt voor een deel plaats onder schooltijd. Voor meer informatie hierover kunt u contact opnemen met de mentor. 46 14 Activiteiten 14.1 Excursies en werkweken In elk leerjaar worden excursies georganiseerd. Er zijn excursies die zijn gekoppeld aan een bepaald vak, zoals bijvoorbeeld bij het vak biologie. De leerlingen hebben voor dat vak een excursie naar de boerderij en naar de dierentuin in Emmen. Daarnaast zijn er excursies binnen een project of werkweek; bijvoorbeeld naar een museum, bioscoop of jaarbeurs. In de derde klas worden werkweken voor de leerlingen georganiseerd. De kosten Een succesvolle leerloopbaan voor ieder kind voor excursies en werkweken worden aan het begin van het schooljaar bekendgemaakt en worden geïnd via een automatische incasso. 14.2 Culturele activiteiten In het kader van CKV (Culturele en Kunstzinnige Vorming) vindt er een aantal activiteiten plaats, zowel binnen als buiten de school. Zo bezoeken leerlingen concerten of gaan ze naar voorstellingen in De Tamboer. Een bekende schrijver verzorgt bijvoorbeeld een gastles 47 op school. In klas drie doen alle leerlingen mee aan de zogenaamde Kunstcarrousel waarbij ze in een aantal dagen met vele kunstuitingen te maken krijgen. 14.3 Buitenschoolse activiteiten Gedurende het schooljaar worden evenementen buiten schooltijd georganiseerd, waaraan leerlingen kunnen deelnemen. Schaatsmiddagen, filmavonden, leerlingfeesten, etc. zijn jaarlijks terugkerende gebeurtenissen. De school “subsidieert” deze activiteiten, maar de leerlingen die hieraan deelnemen, moeten zelf een deel van de kosten betalen. Alle buitenschoolse activiteiten van het vmbo van het Roelof van Echten College zijn alleen toegankelijk voor leerlingen van onze school. Ouders worden via de website op de hoogte gebracht van de verwachte buitenschoolse activiteiten. contact komen. Het stelt leerlingen in staat om zich meer betrokken te voelen bij de maatschappij, op een praktische manier te leren welke waarden en normen belangrijk zijn en zich mede verantwoordelijk te voelen voor een stukje van de samenleving. Een bijkomend doel van de maatschappelijke stage is dat jongeren belangstelling kunnen ontwikkelen om zelf (nu of later) vrijwilligerswerk te doen. Naast dit alles blijkt dat veel leerlingen een maatschappelijke stage gewoon als een leuke, waardevolle en soms spannende ervaring beleven. Vmbo In het eerste en tweede leerjaar is sprake van groepsgerichte activiteiten onder schooltijd. In het derde leerjaar gaat het om individuele activiteiten waarbij leerlingen zelf, in overleg met de school, het initiatief nemen om hier invulling aan te geven. 14.4 Stage In de onderbouw van het vmbo komen kortdurende snuffelstages voor. In de bovenbouw krijgen de leerlingen te maken met een beroepsoriënterende stageperiode. De lengte hiervan is afhankelijk van de leerling en de afdeling. Leerlingen doen op deze manier praktische ervaring op. Van deze stageperiode moeten leerlingen schriftelijk verslag uitbrengen. Bij de Leerwerktrajecten vormt de stage een wezenlijk onderdeel van het lesprogramma. In de derde klas gaan deze leerlingen vanaf januari één dag in de week naar hun stageadres. In de vierde klas gaan de leerlingen tijdens een startperiode op school gedurende één dag in de week naar hun stageadres, daarna twee opeenvolgende dagen per week. 14.5 Maatschappelijke stage Het Roelof van Echten College wil leerlingen deel laten nemen aan de maatschappij. Daartoe ontwikkelt zij initiatieven in de vorm van een maatschappelijke stage. Jongeren maken zo tijdens hun schooltijd kennis met de samenleving en leveren daar een onbetaalde bijdrage aan. Het geeft leerlingen de mogelijkheid om buiten de school te leren en daarbij op een andere manier kennis te maken met de samenleving en met bepaalde groepen in deze samenleving, waar ze anders niet zo snel mee in 48 15 Contact en diversen De school stelt goed en regelmatig contact met de ouders bijzonder op prijs. De contacten vinden op verschillende manieren plaats. 15.1 Ouderavonden In alle leerjaren worden de ouders aan het begin van het nieuwe schooljaar uitgenodigd voor een informatieve ouderavond met als vast onderdeel een kennismakingsgesprek met de mentor. De mentor bespreekt met de ouders wat het aankomende schooljaar op het programma staat, wat de ouders van de school kunnen verwachten en wat de school van de ouders en van de leerling verwacht. Naar aanleiding van projecten (zoals bijvoor- Een succesvolle leerloopbaan voor ieder kind beeld de werkweken), de afdelingskeuze in de bovenbouw of vanwege een specifiek thema worden er op school ook ouderavonden georganiseerd. De ouders ontvangen hiervoor altijd een schriftelijke uitnodiging. 15.2 Huisbezoek In de periode tussen de herfstvakantie en de krokusvakantie gaan docenten van onze school op pad, om een bezoek te brengen aan ouders van leerlingen. In de eerste plaats worden de ouders bezocht van de leerlingen die nieuw zijn bij ons op school. De klassenmentor bezoekt deze ouders voor een persoonlijk gesprek, waarin informatie met betrekking tot de leerling en de school 49 uitgewisseld kan worden. Dit betekent, dat in ieder geval de ouders van alle eersteklassers worden bezocht en daarbij de ouders van de leerlingen in de overige leerjaren die nieuw zijn binnengekomen. Tenslotte worden ouders bezocht, wanneer hiertoe aanleiding mocht zijn, in verband met de leerresultaten, het gedrag, of andere problemen met of van een leerling. Uiteraard worden voor deze huisbezoeken van tevoren afspraken gemaakt. 15.3 Rapportspreekmiddag/-avond Na uitreiking van de rapporten is er een spreekmiddag en/of -avond waarop ouder(s) docenten kunnen spreken over de vorderingen van de leerling. De ouder(s) kunnen opgeven met welke docenten zij graag een gesprek wensen. De datum van de rapportspreekmiddag en/of -avond staat op het rapport vermeld. 15.4 Locatie Griendtsveenweg Het schoolgebouw aan de Griendtsveenweg wordt gekenmerkt door een bijzondere architectuur. In het gebouw zijn veel natuurlijke materialen en kleuren gebruikt. Met name de hardhouten voorgevel is karakteristiek voor het gebouw. Dit materiaal mag niet worden bewerkt en verandert daardoor voortdurend van kleur door de weersinvloeden. Het gebouw is in 1975 geheel naar onderwijswensen van de gebruikers ontworpen. Hoewel in de loop der jaren verschillende aanpassingen hebben plaatsgevonden, voldoet het gebouw nog steeds als een moderne en praktische school die is toegerust op het moderne beroepsonderwijs. In de laatste jaren worden in het interieur van de school meer kleuren gebruikt. De vier bouwlagen moeten dan in combinatie met de aula (De Korf) een harmonieus geheel vormen. Belangrijk bij de inrichting van het schoolgebouw en het bijbehorende schoolterrein is dat er veilig en prettig gewerkt en geleefd kan worden. Het gebouw heeft enkele speciale onderwijsvoorzieningen zoals: een grootkeuken met “restaurant”, twee uitgebreide en moderne computerlokalen, drie gymzalen waaronder een sportzaal met klimwand, een eigentijds mode en commercie lokaal en overige vaklokalen die zijn inge- richt met het oog op de toekomst. Op de eerste bouwlaag zijn de receptie, de administratie en de conciërgeloge ondergebracht. Op de tweede bouwlaag hebben de volgende voorzieningen een plek gekregen: • de kamers van de schoolleiding de aula (De Korf) de personeelskamer de ontmoetings- en vergaderruimte de kamers van de staffunctionarissen Achter het hoofdgebouw is een tijdelijke maar uiterst moderne en praktische locatie gerealiseerd voor de vmbo+ leerlijn. Kantinegebruik De locatie Griendtsveenweg en Julianastraat beschikken over een ruime, goed ingerichte kantine. Deze wordt in de eerste plaats gebruikt tijdens de pauzes, maar leerlingen kunnen ook in tussenuren of voor of na de lessen gebruikmaken van de kantine om huiswerk te maken, of met andere leerlingen even bij te praten. Natuurlijk veroorzaken de pauzes nogal wat afval en rommel. Daarom wordt van leerlingen verwacht dat zij eraan meewerken om de kantine netjes en schoon achter te laten. De kantinebeheerders zijn verantwoordelijk voor het gebruik van de kantine en hun aanwijzingen moeten dan ook worden opgevolgd. (Zie ook hoofdstuk 5.2.3). Na wangedrag in de kantine kan een leerling de toegang tot de kantine worden ontzegd. 15.5 Uitwisselingen Internationalisering is een wezenlijk onderdeel geworden van het lesprogramma op het vmbo. De internationale projecten en uitwisselingen hebben de afgelopen jaren bewezen zeer waardevol te zijn voor onze leerlingen. Uitwisseling Hoogeveen - Bracciano (Italië) Dit uitwisselingsproject heeft in januari 2007 de Innovatiecampagne 2006 gewonnen. De inzending ‘Scambio Bracciano: succesvol uitwisselingsproject voor vmboers’ werd door de jury beoordeeld als een inzending die 50 bewijst de innovatie in beeld te hebben gebracht die betekenisvol is voor de rest van het voortgezet onderwijs. Computergebruik Overige uitwisselingen nen zelfs zonder computer niet uitgevoerd worden. Leerlingen die thuis geen computer hebben, kunnen gebruikmaken van computers op school. Leerlingen krijgen daarvoor een eigen inlogaccount en wachtwoord. Op vergelijkbare wijze vinden ook uitwisselingen plaats met scholen in Ladispoli, Rosolini en Nepi (Italië) en Villarobledo (Spanje). De deelnemende leerlingen komen in aanraking met de noodzaak van actieve taalbeheersing. Ze bereiden de uitwisseling voor via internet en gezamenlijke opdrachten en voeren tijdens de uitwisseling ook een aantal praktische opdrachten uit. De leerlingen verblijven tijdens de uitwisseling in gastgezinnen en zijn dus een keer gast en een keer gastheer gedurende een week. 15.6 Locatie Voltastraat De locatie Voltastraat fungeerde tot enkele jaren geleden als een gebouw voor de vmbo+ leerlijn en een gebouw voor de vmbo-P leerlijn. De locatie is echter gesloopt en op dezelfde locatie vindt nieuwbouw plaats. De nieuwe school gaat onderdak bieden aan alle leerlingen van het vmbo en praktijkonderwijs. In verband met onze huisvestingsplannen krijgen de leerlingen van de vmbo + leerlijn vanaf het schooljaar 2010-2011 les in de tijdelijke huisvesting op locatie Griendtsveenweg. Ook de theorielessen van de vmbo-P leerlijn vinden daar plaats. Leerlingen van de afdeling vmbo-Techniek volgen hun praktijklessen op het Alfa-college. Ze hebben daar een eigen vleugel met lokalen en praktijkruimtes. (Voor meer informatie over onze huisvestingsplannen, zie hoofdstuk 2.5) Zowel bij de theorielessen als bij de praktijkvakken wordt de computer gebruikt. Sommige opdrachten kun- 15.7 Veiligheid & praktijklokalen In bepaalde praktijklokalen binnen KARgo! moeten leerlingen specifiek voorgeschreven kleding, schoeisel en/of beschermingsmiddelen dragen in verband met de veiligheidsvoorschriften. Tijdens de lessen van het intersectorale programma krijgen de leerlingen voorgeschreven kleding, schoeisel en/of beschermingsmiddelen in bruikleen gedurende de les. De praktijkdocent zal de leerlingen bij aanvang van het schooljaar hierover instrueren. Leerlingen krijgen hierover bij aanvang van het schooljaar informatie van de betreffende docenten. Een leerling kan de toegang tot een praktijklokaal worden ontzegd indien hij niet beschikt over de voorgeschreven middelen. Stofjassen en overalls moeten via school worden aangeschaft en zijn voorzien van een logo van de school en de naam van de leerling. In het kader van de Arbo-wet is het dragen van veiligheidsschoenen in de praktijklokalen verplicht. Deze schoenen kan uw zoon/ dochter voordelig via school aanschaffen, maar dat is niet verplicht. Schoenen mogen ook zelf woorden aangeschaft onder voorwaarde dat ze voldoen aan de eisen (stalen neus en stalen tussenzool; code S3). Diploma VCA Werkplekkenstructuur In de praktijklokalen van de technische afdelingen volgen de leerlingen de lessen volgens een werkplekkenstructuur. Dit betekent dat de lessen zoveel mogelijk gegeven worden zoals dat in het bedrijfsleven ook gaat. Een hoge mate van zelfstandigheid wordt van de leerlingen gevraagd. Hierin worden ze, met name aan het begin van hun opleiding in de gekozen vakrichting, intensief begeleid. Leerlingen krijgen taken toebedeeld zoals planner, magazijnmeester en zelfs toezichthouder. De docent heeft meer de functie van begeleider. Alle leerlingen die techniek modules volgen, krijgen een cursus basisveiligheid (VCA). Deze cursus kan afgesloten worden met een examen. Gereedschap In de afdelingen bouwtechniek en metalektro werken de leerlingen met eigen gereedschap. De mogelijkheid bestaat om een pakket gereedschap via school aan te schaffen. In de afdeling bouwtechniek wordt door de leerlingen zelf een gereedschapskist gemaakt. De materiaalkosten hiervoor worden in rekening gebracht. 51 16 Lessentabellen vmbo “Een succesvolle leerloopbaan voor ieder kind” LESSENTABELLEN 2014/2015 versie 070414 vak godsdienst Nederlands Engels Lwoo1 1 1 3 3 lwoo1 2 1 4 3 lwoo2 1 1 3 3 Duits Frans aardrijkskunde geschiedenis mens en maatschappij 2 2 wiskunde rekenen wiskunde / rekenen 3 3 2 1 2 2 verzorging 5 5 5 muziek handenarbeid tekenen mentorles/studieles 2 2 1 2 3 1 1 2 2 1 3 1 3 1 32 32 2 2 Groeps RT TOTAAL 3 1 4 4 0,5 2 2 2 2 2 2 3 2 2 2 2 2 2 mavo 2 1 4 3 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 3 2 2 2 2 2 2 2 3 1 5 32 3 1 3 32 3 1 3 1 3 1 2 3 1 32 32 32 32 beeldende vorming lichamelijke oefening mavo 1 1 4 4 2 economie informatiekunde 1 2 2 2 2 techniek 5 2 2 2 natuur- en scheikunde nask/techniek T 2 1 4 3 2 2 2 2 3 biologie biologie/verzorging LESSENTABEL VMBO + LWOO – onderbouw lwoo2 lwoo2 P P T 2 3 1 2 1 1 1 1 1 1 3 4 4 4 4 3 3 3 3 3 2 2 2 1 2 2 1 2 3 2 3 3 3 3 1 1 1 1 1 2 1 1 1 1 1 1 2 3 1 4 1 2 1 32 32 32,5 1 vak godsdienst Nederlands LWT 3 LWT 4 1 4 1 4 LESSENTABEL VMBO + LWOO – bovenbouw P3 P4 T3 T4 mavo 3 1 3 3 3 1 3 | 0v (3k) | 3v 3k2 | 3v 1 3k2 | 0v (3k) | 3v 3k3 1 3k3 3k3 4k3 1 4k3 4k3 1 3 3 3 3 2 2 3 0,5 2 3 3 3k2 | 0v 3 4 2 2 2 Engels 1 3 3 Duits 1 5 4 3k3 1 3 3 4k3 Frans * geschiedenis aardrijkskunde wiskunde 2 rekenen 2 biologie nask-1 mavo 4 (incl. lwoo2 (incl. lwoo2 groep 4) groep 5) nask-2 economie 1 3 3 3k 2k 4k 3 4k 4k 4k 4k informatiekunde maatschappijleer 1 1 1 2 2 beeldende vorming ckv isp stage-(voorbereiding) lichamelijke oefening 1 12 9 2 12 8 2 32 30 1 12 12 1 4 4* 1 2 2 2 2 32 (35) 30 (33) 32 30 mentorles/studieles/ict TOTAAL v k k3 k2 * 2 1 32,5 2 1 30 = voertuigentechniek = keuzevak = keuze van drie vakken = keuze van twee vakken = voor havo-doorstroom 4 geschiedenis i.p.v. 4 isp. 2
© Copyright 2024 ExpyDoc