uitgebreide verslag van de werkconferentie

Samenwerken &
Werkconferentie
Prestatiemeten
Verslag bijeenkomst
8 juli 2014
Samen stappen zeen op weg naar een
landelijk en uniform meetinstrument voor
betere samenwerking in de GWW-, de bouw-,
spoor- en ICT- sector, en daarna in de zorgsector. En verdere professionalisering van
het opdrachtgever- en opdrachtnemerschap.
Dat was de insteek van de werkconferentie
Prestatiemeten die op 8 juli plaatsvond in
het LEF future center van Rijkswaterstaat in
Utrecht. Met als belangrijkste boodschap:
‘Ga ermee beginnen, veranker het in je
organisatie en pak het gefaseerd aan.’
Verschillende vertegenwoordigers vanuit de koepel van het
Opdrachtgeversforum en vanuit de koplopersgroep (Rijkswaterstaat,
ProRail, Rijksgebouwendienst, de gemeenten Roerdam,
Amsterdam, Haarlem, Leiden en Gouda) deelden kennis, informatie
en ervaringen uit om verdere ontwikkeling van prestatiemeten een
boost te geven. ‘Vandaag hebben we goede vorderingen gemaakt.
Veel deelnemers aan de bijeenkomst hebben aangegeven graag te
willen participeren in het doorontwikkelingsproces van prestatiemeten’, aldus Jan Hendrik Dronkers, directeur-generaal van
Rijkswaterstaat.
Samenwerken &
Rijkswaterstaat
Samen met partners werkt Rijkswaterstaat aan een veilig,
leeaar en bereikbaar Nederland. Die samenwerking wordt
steeds belangrijker, nu budgeen krimpen en infrastructurele
projecten in het dichtbevolkte Nederland steeds complexer
worden. Dat vraagt om slimme oplossingen, gedeelde kennis
en permanente vernieuwing in ons werk. Opdrachtgever en
opdrachtnemer moeten daarom zo veel mogelijk samen optrekken, als professionele partners met een gezamenlijk doel.
www.rijkswaterstaat.nl/zakelijk
Kijken naar de performance
Uiteindelijk moet het instrument prestatiemeten zorgen voor
beter presterende opdrachtnemers en opdrachtgevers in de
betrokken sectoren en voor minder faalkosten door betere
onderlinge samenwerking en communicatie. Volgens Dronkers
is het huidige instrument dan ook zeker nog niet volwassen.
‘Dat is ook de reden dat we een werkconferentie hebben georganiseerd. Werken aan professionalisering van nieuw opdrachtgeveropdrachtnemerschap hee slechts kans van slagen als er sprake
is van vertrouwen. We moeten bereid zijn mee te groeien in een
nieuwe werkwijze en bereid zijn onze professionaliteit te delen.
Het doet me goed dat de aanwezigen hier allemaal hun steentje
aan willen bijdragen. Want de belangstelling voor prestatiemeten
wordt alleen maar groter. Niet in de laatste plaats door de nieuwe
Aanbestedings­wet 2012, die publieke en semi-publieke opdrachtgevers verplicht hun keuze voor hun opdrachtnemers te motiveren.
Bovendien wordt door de tweezijdigheid van prestatiemeten – nu
nog alleen bij Rijkswaterstaat – ook de opdrachtgevers een spiegel
voorgehouden. Het instrument prestatiemeten is een aanpak
waarbij prestaties inzake de kwaliteit van de samenwerking uit het
verleden meewegen in de selectiefase van aanbestedingsprocedures
voor toekomstige opdrachten en dus prikkelen tot beter presteren.
Bovendien biedt het de mogelijkheid om processen bij te sturen
tijdens de uitvoering van de opdracht. We kijken dus zowel naar de
present als past performance van het bedrijf en niet naar individuele
personen. Goed presterende opdrachtnemers komen in de
toekomst eerder in aanmerking voor nieuwe opdrachten.’
Angst regeert bij sommige gemeenten
Ook Ron Voskuilen, algemeen directeur Stadsontwikkeling bij
de gemeente Roerdam, ziet de groeiende belangstelling en
voordelen van prestatiemeten. ‘Maar als ik heel eerlijk ben, erger
ik me aan het tempo waarin een en ander plaatsvindt. De angst
regeert bij sommige gemeenten en organisaties. Zij twijfelen over
de juridische toepasbaarheid van het instrument. En voor een deel
is deze ook nog niet helemaal dichtgetimmerd, maar zoals wij in
Roerdam gewend zijn: je moet de mouwen opstropen en
beginnen. Gewoon ermee aan de slag gaan. En dat doen we dan
ook. Daarnaast blijven we aanhaken bij de landelijke ontwikkelingen. Want er is geen weg meer terug. We moeten toe naar een
landelijk en breed gedragen instrument. Voor 2015 moeten we
er gewoon uit zijn.’
Prestatiemeten een waardevol instrument
Ge van Soest, procescoördinator prestatiemeten bij ProRail,
gee aan dat ProRail in 2005 het instrument Prestatiemeten hee
geïntroduceerd. ‘Het hee zich in de afgelopen jaren ontwikkeld
tot een waardevol instrument in de relatie met de bedrijven die
zich hebben gespecialiseerd op het gebied van de spoorweginfra.
Het interne draagvlak is groot en de bedrijven beschouwen het
instrument als een klantwaarderingssysteem. Een belangrijke factor
voor het succes ervan is dat het enerzijds deugdelijk is en anderzijds
ook praktisch eenvoudig uitvoerbaar is.’ ProRail kent ook een
erkenningsregeling waarmee bedrijven beoordeeld worden op
technische en organisatorische vaardigheden. Het instrument van
prestatiemeten sluit aan op deze erkenningsregeling. Sinds 2009
worden de resultaten van de metingen gebruikt als gunningscriterium. Van Soest: ‘In 2011/2012 begonnen we bij ProRail met het
meten van de prestaties van de civiele aannemers, waarvoor geen
erkenningsregeling van toepassing is. Dit was een van de redenen
om een verbinding aan te gaan met Rijkswaterstaat,
Rijksgebouwendienst en andere opdrachtgevers.’
Opdrachtnemers meer erbij betrekken
Gedurende de werkconferentie was er in mini-workshops tijd
en ruimte voor interactie, het benoemen van uitdagingen en
wensen. Voor Karin Sluis, algemeen directeur van advies- en
ingenieurs­bureau Wieveen+Bos is het de uitdrukkelijke wens
dat opdracht­nemers meer en beter worden betrokken bij de
doorontwikkeling van prestatiemeten. ‘Dat gebeurt nu nog niet
of nauwelijks. En dat is toch wel vreemd aangezien het hier een
instrument betre dat is bedoeld voor meer harmonie en
professionalisering van opdracht­gever- en opdrachtnemerschap.
Lijkt mij niet meer dan logisch dat je partijen van beide kanten
hierin betrekt. Een andere wens is een simpele vragenlijst. Als ik
bijvoorbeeld kijk naar de vragenlijst die Rijkswaterstaat momenteel
gebruikt in de grotere contracten met ingenieursbureaus, dan is
deze te lang en te uitgebreid. Ook de procedures, bijvoorbeeld rond
de inlogcodes, zijn tamelijk ingewikkeld. Dat mag dus allemaal wat
eenvoudiger, zodat het voor iedereen beter werkbaar wordt.’
Maarten Inpijn, directeur van VolkerInfra Assetmanagement,
kan zich wel vinden in een verbeterde vragenlijst. ‘Aannemers zijn
veelal techneuten. Die vinden het lastig de in hun ogen “soe”
houdings- en gedrags­vraagstukken vanuit een inhoudelijke vraag
te beantwoorden. Laat staan dat de uitkomst daarvan gebruikt
wordt in prekwali­ficatie-trajecten. Ook pleiten wij voor goede
begeleiding bij de implementatie van prestatiemeten. Maar voor
alle duidelijkheid: wij hebben zeven prestatiecontracten lopen
met Rijkswaterstaat. Wij zien dus midden in het prestatiemetenproces en zijn absoluut voorstander van dit instrument om de
samen­werking te verbeteren. Deze bijeenkomst kan zeker bijdragen
aan het verbeteren van de tool.’ Pieter Boelhouwer van branche­
organisatie MKB Infra gee aan het instrument graag te willen
omarmen ‘zolang het maar simpel wordt gehouden. Wij proberen
het instrument via werk­commissies bespreekbaar te maken binnen
onze branche. We pleiten voor eenduidigheid van het systeem.
Daarnaast zouden we in situaties waar er behoee is aan
duidelijk­heid en consensus tussen opdrachtgever en opdracht­
nemer een onaankelijke partij willen inschakelen, waardoor
prestatiemeten optimaal kan worden toegepast.’
Dialoog verbeteren
Voor Leo de Cort van bouwbedrijf Heijmans Civiel is prestatie-­­­
meten een tamelijk nieuw fenomeen. ‘Nieemin willen we er
graag mee aan de slag, omdat het kan bijdragen aan een betere
klant-leverancier-relatie. Het instrument is wat mij betre succesvol
als de dialoog tussen deze partijen wordt verbeterd. Ik zie het
daarbij vooral als een hulpmiddel. Het instrument is nog niet
voldoende volwassen, waardoor de uitkomsten van de vragenlijst
niet te zwaar mogen wegen bij de besluitvorming. Het initiatief om
de markt te gaan betrekken bij de verdere ontwikkeling juichen
wij toe. Belangrijk is dat de methodiek gestandaardiseerd is, zodat
je gegevens op een eerlijke manier met elkaar kunt vergelijken.’
Dick van Werven van branchevereniging Bouwend Nederland:
‘Wij hebben duidelijke standpunten over prestatiemeten en zijn er
voorstander van. Zowel opdrachtgevers als opdrachtnemers hebben
belang bij een zoveel mogelijk geüniformeerd en objectief systeem.
Wat ons betre, is prestatiemeten primair bedoeld om een betere
samenwerking en communicatie tussen opdrachtgever en opdrachtnemer tot stand te brengen. Voor prestatiemeten is het dan ook een
voorwaarde dat de goede verhoudingen niet al verstoord moeten
zijn door bijvoorbeeld een bestek of vraagspecificatie met gebreken.
We zien dat vooral gemeenten prestatiemeten ook gebruiken om te
bepalen wie wordt uitgenodigd tot een onderhandse aanbesteding.
Prestatiemeten is daarbij wel een hulpmiddel, maar het kiezen van
bedrijven moet daarnaast kunnen op basis van andere overwegingen. Aandachtspunt is en blij ook de juridische kant van het
verhaal. In hoeverre past prestatiemeten binnen de Europese weten regelgeving? De nieuwe Europese richtlijn overheidsopdrachten
kent alleen uitsluitingsgronden.’
Kennis en ervaring delen
Paul van Bruggen van kennisplatform CROW hee ook al de nodige
ervaring opgedaan. ‘Wij verzorgen de landelijke implementatie en
doorontwikkeling van Past Performance in Noord-Hollandse
gemeenten. Samen met opdrachtnemers is een gedragen methode
ontstaan waarbij constant het optimum is gezocht tussen eenvoud,
zorgvuldigheid en uniformiteit. De door ons opgedane kennis en
ervaring in Noord-Holland willen we graag delen met alle partijen
om daarmee het breed gedragen, landelijke instrument te vervolmaken. Mijn devies hierbij is: learning by doing.’
Landelijke uitrol in 2015
Los van alle ‘Europese ontwikkelingen en invloeden’ is het de
bedoeling dat in ieder geval eind september de eerste bouwstenen
voor het uniforme instrument prestatiemeten zijn opgeleverd. Deze
worden voorgelegd aan opdrachtgevers en opdrachtnemers, zodat
zij goed worden betrokken bij de doorontwikkeling van het
instrument prestatiemeten. Na een werkconferentie in november
2014 waar de volgende versie van het instrument wordt gepresenteerd, vindt in 2015 verdere implementatie en landelijke uitrol van
Prestatiemeten plaats. Samen lerend voorwaarts is hierbij de
insteek. We gaan ermee beginnen, verankeren het in onze respectievelijke organisaties, delen onze ervaringen en pakken het gefaseerd
aan. Wordt dus vervolgd.
Kijk op www.prestatiemeten2020.nl voor de laatste ontwikkelingen op het
gebied van het instrument prestatiemeten.
Dit is een uitgave van Rijkswaterstaat
Kijk voor meer informatie op www.rijkswaterstaat.nl
of bel 0800 - 8002 (ma t/m zo 06.00 - 22.30 uur, gratis)
augustus 2014 | gpo0814tp134