JAARPROGRAMMA 2014 Programmabureau Integrale Veiligheid (PIV) & Regionaal Informatie & Expertise Centrum (RIEC) knooppunt Noord-Holland Noord Inhoudsopgave 1. Inleiding 2 2. Programma 3 3. Organisatie 3.1 Algemeen en Dagelijks Bestuur 3.2 Commissie Jeugd & Sociale Veiligheid 3.3 PIV 3.4 RIEC 3.5 Platform OOV 3.6 Driehoeksoverleg 3.7 Regionaal Bestuurlijk Overleg Politie en 10 voorzitters 4 4. Ontwikkelingen in 2014 4.1 Regionale veiligheidsagenda 4.2 Nationale politie 4.3 Interregionale samenwerking 4.4 Veiligheidshuis NHN 4.5 Preventietaken HALT 4.6 Transitie Jeugdzorg 7 5. Bedrijfsvoering 5.1 PIV 5.2 RIEC 5.3 Financiële aspecten 11 6. Overzicht taken PIV en RIEC 6.1 Vaste werkzaamheden PIV 6.2 Vaste werkzaamheden RIEC 12 Bijlage 1: programma onderdelen 2014 Bijlage 2: begroting 1 1. Inleiding U treft hierbij het jaarprogramma 2014 van het Programmabureau Integrale Veiligheid (PIV) NoordHolland Noord. Het PIV is een samenwerkingsverband van de 19 gemeenten in NHN en de politie en is in 2006 in het leven geroepen om de integrale veiligheid in de regio te versterken. In dit programma is een beschrijving opgenomen van de organisatie, het netwerk, de activiteiten van het bureau in 2014 en de ontwikkelingen in de omgeving waarbinnen het bureau functioneert. Het PIV is een kleine netwerkorganisatie en fungeert als coördinatiepunt op het snijvlak van de vele veiligheidsorganisaties die in de regio actief zijn. Deze veiligheidsorganisaties leveren al enkele jaren een gezamenlijke inspanning om de veiligheid in de regio te verbeteren. Het gaat om de gemeenten, de politie, het Openbaar Ministerie, de Veiligheidsregio NHN, de GGD Hollands Noorden, woningcorporaties, ondernemers en scholen. Ook de inwoners zelf werken actief mee aan verbetering van de veiligheid in hun gemeente. Het PIV heeft vier taken: programmaontwikkeling en -leiding beleidsontwikkeling en –advisering professionalisering van de samenwerking coördinatie, monitoring en secretariële ondersteuning Het PIV vormt een organisatorische combinatie met het RIEC knooppunt Noord-Holland Noord, dat zich richt op de bestuurlijke aanpak van georganiseerde criminaliteit. Deze organisatorische koppeling blijkt in praktijk nuttig en heeft zijn meerwaarde al verscheidene keren bewezen. De nieuwe ontwikkelingen in de RIEC-thema’s zijn ook in dit programma opgenomen. Het RIEC knooppunt is onderdeel van het RIEC Noord-Holland dat beheersmatig is ondergebracht bij de gemeente Haarlem. Zowel de medewerkers van het PIV als van het knooppunt RIEC zijn in dienst van de politie. In dit programma is ingegaan op enkele belangrijke ontwikkelingen zoals: • • • • • • • • samenwerking op het niveau van de nieuwe politie-eenheid Noord-Holland de landelijke prioriteiten ondermijning en high impact crime De bestuurlijke afstemmingsoverleggen binnen de politie-eenheid Harmonisatie van de aanpakken van veiligheidsthema’s in de eenheid De vorming van en sturing op het Veiligheidshuis NHN binnen de commissie JSV Integratie van het preventieaanbod aan scholen op het snijvlak veiligheid en zorg Voorbereiding op de transitie jeugdzorg de prioriteiten voor 2014 en de herverdeling en clustering van de bestuurlijke portefeuilles onder de zogenaamde drivers en co-drivers. 2 2. Programma De programma-onderdelen zijn in de bijlage uitgewerkt in twee delen (zie bijlage 1): programma’s en projecten op de veiligheidsthema’s overkoepelende thema’s en organisatievraagstukken In bijlage 2 vindt u de begroting. In het overzicht in bijlage 1 is per onderwerp een korte beschrijving gemaakt van doelen, organisatie en tijdlijn. Ook de eventuele werkgroepleden en bestuurlijke trekkers (drivers) zijn benoemd. Bij de samenstelling van het programma is gebruik gemaakt van input van de veiligheidspartners en de leden van het platform OOV. Bij de vraag welke onderwerpen in de regionale portefeuille terecht moeten komen, zijn de volgende criteria gehanteerd: Het gaat om een actueel veiligheidsonderwerp Het thema heeft een bovenlokaal karakter Het gaat om een integraal thema Partners blijven zelf verantwoordelijk Veel programma’s kennen een doorloop uit voorgaande jaren zoals woninginbraken, overvallen en straatroven, Burgernet, de Integrale Veiligheidsmonitor, Veilig Uitgaan en Jeugd, Alcohol en Drugs. Nieuw is de gewijzigde positie van van het Veiligheidshuis NHN, de verbreding van het project Kompas en de implementatie van wetgeving als de nieuwe Drank- en Horecawet en de Prostitutiewet. In het onderdeel overkoepelende thema’s en organisatie bevat een uitwerking van maatregelen om het samenwerkingsproces verder te stroomlijnen en optimaliseren, o.a. de regionale commissiestructuur, interregionale samenwerking op eenheidsniveau en de voorbereiding op en ondersteuning aan driehoeken. 3 3. Organisatie In dit hoofdstuk een korte toelichting op het samenwerkingsverband in de regio. 3.1 Bestuur Veiligheidsregio Noord-Holland Noord (AB en DB) Het Algemeen Bestuur (AB), waarin de 19 burgemeesters zitting hebben is het formele bestuur van de Veiligheidsregio NHN. Voorafgaand aan het Algemeen Bestuur wordt het Dagelijks Bestuur gehouden dat de vergaderingen van het AB voorbereidt en coördineert. Het Algemeen Bestuur vormde tot 1.1.2013 een unie met het Regionaal College van de politieregio en werd gelijktijdig met één agenda gehouden in de aanwezigheid van zowel de korpschef van politie, hoofdofficier van justitie en de Algemeen Directeur van de Veiligheidsregio. Dit had als voordeel dat zowel onderwerpen aangaande de fysieke veiligheid als onderwerpen aangaande het bredere spectrum van openbare orde en veiligheid aan de orde kwamen in de vergadering. Per 1.1.2013 bestaat het regionaal politiekorps niet meer en is het Regionaal College opgeheven. De burgemeesters hebben besloten voorlopig vast te houden aan de rol van het Algemeen Bestuur als regionaal stuurplatform voor onderwerpen in het brede spectrum van openbare orde en veiligheid, alsmede publieke gezondheid. 3.2 Commissie Jeugd & Sociale Veiligheid (Cie. JSV) Onder het Algemeen Bestuur van de veiligheidsregio ressorteert de adviescommissie Jeugd & Sociale Veiligheid. Deze commissie is de stuurgroep van het PIV. De commissie adviseert het Dagelijks Bestuur en het Algemeen Bestuur van de veiligheidsregio en de driehoeken over de beleidskoers op het gebied van jeugd, criminaliteit, openbare orde en veiligheid. De commissie doet dat in de vorm van beleidsadviezen, projectvoorstellen, instrumenten, richtlijnen en convenanten. Het PIV bereidt de onderwerpen voor in overleg met het platform OOV, de politie en het OM. De commissie heeft 11 leden en bestaat uit vier burgemeesters, twee wethouders, een gemeentesecretaris, de directeur van de GGD, de districtschef van politie, de (hoofd)officier van justitie en de programmamanager van het PIV. De voorzitter van het regionaal platform criminaliteitsbeheersing (RPC) is agendalid van de commissie. De (H)OvJ geldt als vertegenwoordiger van de justitiële keten, georganiseerd in het Arrondissementaal Justitieel Beraad. De Cie. JSV fungeert tevens als stuurgroep van het Veiligheidshuis NHN. 3.3 Programmabureau Integrale Veiligheid (PIV) De hoofdtaak van het PIV is het ontwikkelen van een bovengemeentelijke aanpak op integrale veiligheidsvraagstukken en het aanslingeren van initiatieven. Het PIV voert de programmaleiding over regionale veiligheidsprojecten en fungeert als verbindende schakel tussen de politie, OM, gemeenten en andere partners. Bij diverse projecten levert het bureau de projectleiding. Het PIV onderhoudt de ambtelijke contacten via de leden van het platform OOV, dat bestaat uit vertegenwoordigers van de gemeenten. Bestuurlijke contacten lopen via de driehoeken, stuurgroepen en de commissie. De afstemming met partnerorganisaties vindt plaats via werkgroepen en contactpersonen. Het PIV bereidt de voorstellen uit de werkgroepen voor en zorgt voor agendering, besluitvorming, monitoring en communicatie naar de samenwerkingspartners. Het PIV helpt bij de totstandkoming van integrale jaarplannen voor de 4 driehoeken, ook wel bekend als de integrale veiligheidsmatrix. Het PIV beheert regionale werkprocessen of procesbeschrijvingen, zoals convenanten veilige school en horeca. Het PIV is belast met de monitoring op de veiligheidsthema’s en de implementatie van maatregelen. De monitoring vindt plaats d.m.v. voortgangsrapportages en de zogenaamde smileymonitor waar per gemeente wordt bijgehouden hoe het staat met de implementatie van veiligheidsmaatregelen. In 2014 ontwikkelt het PIV een nieuw intranet bestemd als kennisbank voor professionals in het werkveld. 4 3.4 Regionaal Informatie- en Expertisecentrum (RIEC) Het Regionaal Informatie- en Expertisecentrum Bestuurlijke Aanpak Georganiseerde Criminaliteit Noord-Holland (RIEC-NH) is in 2009 ingesteld om het bestuur te ondersteunen bij de bestuurlijke aanpak op thema’s als mensenhandel, hennepteelt, vastgoedfraude en witwassen. Het RIEC-NH is een initiatief van het Ministerie van V. en J. Het RIEC-NH heeft een knooppunt in de regio Noord-Holland Noord dat is gekoppeld aan het PIV. Het RIEC ondersteunt bij de behandeling van casuïstiek waar sprake is van vormen van georganiseerde criminaliteit waar (tevens) een bestuurlijke of fiscale aanpak mogelijk is. De casuïstiek betreft fenomenen, individuen, bedrijven of groepen waarvan vermoed wordt dat zij geld verwerven via criminele activiteiten. Het RIEC is vraagbaak van gemeenten, initieert casusoverleg, vraagt documentatie op bij verschillende partijen en brengt de informatie bijeen en adviseert, zodat het bestuur een interventie kan doen, b.v. de vergunning intrekken of een pand sluiten. Inmiddels is het RIEC bij enkele tientallen cases betrokken. Daarnaast coördineert het RIEC enkele projecten zoals de regionale integrale hennepaanpak en stelt het verbetervoorstellen en adviezen op voor gemeenten o.a. over Bibobprocedures, coffeeshops en de zogenaamde outlaw motorclubs. De financiering van het RIEC bestaat voor 50% uit een rijksbijdrage en voor 50% uit een keerzijde financiering die gezamenlijk door de regionale convenant partners gemeenten, politie en belastingdienst moet worden opgebracht. Deze financiering is geen geldelijke bijdrage, maar een equivalente inspanning in arbeidsuren op de RIEC-thema’s. Er werken drie medewerkers bij het RIEC-knooppunt in NHN: twee vaste experts/adviseurs en één secretarieel medewerker gedetacheerd vanuit de belastingdienst. Per 1 oktober 2013 is er tijdelijk een analist werkzaam bij het knooppunt, d.m.v. een arbeidservaringsplaats. 3.5 Platform Openbare Orde en Veiligheid In het platform komen de 19 gemeenten ambtelijk bijeen. Het platform wordt gevormd door de ambtenaren openbare orde en veiligheid, het PIV en vertegenwoordigers van het RIEC. Per 2014 sluiten ook het OM en de politie aan bij het platform. In het platform worden onderwerpen geïnventariseerd, beleidsnotities besproken, activiteiten afgestemd, nieuwe ontwikkelingen besproken en wordt de besluitvorming van commissie, DB/AB en RBOP (zie § 3.7) voorbereid. Het platform heeft geen besluitvormende status, het is gericht op ambtelijke voorbereiding, afstemming en informatie-uitwisseling. Ambtenaren kunnen het platform benutten ter voorbereiding op de behandeling van veiligheidsthema’s binnen hun gemeenten. Met de komst van de politie eenheid NH komen de ambtenaren OOV ook tenminste eenmaal per jaar samen om onderwerpen af te stemmen op eenheidsniveau. 3.6 Driehoeksoverleg De gezagsdriehoek stuurt op de inzet van gemeente, politie en OM over de handhaving van de openbare en strafrechtelijke rechtsorde. In de driehoek wordt het veiligheidsbeleid afgestemd en daarmee is de driehoek ook een belangrijk platform voor het vertalen van regionale beleidsafspraken naar lokale uitvoering. De driehoeken in NHN zijn per 1 januari 2013 ingedeeld op basis van de indeling van gemeenten binnen de vier basisteams van de politie. Het PIV neemt deel aan de driehoek, niet als formeel lid maar als adviseur, ondersteuner en inbrenger van regionale voorstellen. De functie van het PIV op de driehoeken dient om de samenhang te behouden tussen de driehoeken. 5 3.7 Regionaal Bestuurlijk Overleg Politie en V10 Met de komst van de nationale politie zijn er nieuwe bestuurlijke platformen ontstaan. De politie en het Openbaar Ministerie werken per 1 januari 2013 op de schaal van de eenheid NoordHolland (zie ook § 4.2). Dit gebied bestaat uit 3 veiligheidsregio’s en 38 gemeenten, ingedeeld in 10 basisteams en evenzovele driehoeken. Tweemaal per jaar komen de burgemeesters, de eenheidschef van de politie en de hoofdofficier van justitie bijeen in het Regionaal Bestuurlijk Overleg Politie (RBOP), voorgezeten door de burgemeester van Haarlem die de rol van regioburgemeester bekleedt. De voorzitters van de 10 driehoeken overleggen 5 maal per jaar in het zogenaamde V 10 overleg. De politiechef en de hoofdofficier van jusititie schuiven bij dit overleg aan. Het V 10 is een afstemmingsoverleg. De regioburgemeester koppelt in dit overleg terug wat er besproken is op het zogenaamde artikel 19 overleg – het overleg tussen de minister van V. en J. en de 10 regioburgemeesters. Daarnaast dient het V 10 om een beeld te krijgen welke veiligheidsvraagstukken er actueel zijn in de 10 driehoeken. Om de samenwerking op de schaal van NH te coordineren is er een Werkgroep Integrale Samenwerking (WIS) opgericht die bestaat uit de voorzitters van de 3 ambtenaren platformen, het OM, de politie en de adviseur van de regioburgemeester. Het PIV maakt – als voorzitter van het platform - deel uit van deze werkgroep. Zie hiervoor verder § 4.2. en 4.3. 6 Ontwikkelingen in 2014 4.1 Regionale veiligheidsagenda Begin 2012 is de regionale veiligheidsagenda 2012 – 2015 geaccordeerd door het Algemeen Bestuur. In de veiligheidsagenda is een focus aangebracht op twee belangrijke thema’s: - het op orde brengen van basisvoorzieningen op het gebied van fysieke veiligheid en het verminderen van veiligheidsproblemen die te maken hebben met jeugd. De veiligheidsagenda heeft wijzigingen met zich meegebracht in de regionale organisatie. Het aantal adviescommissies is teruggebracht van vier naar drie: • commissie basisvoorzieningen en fysieke veiligheid (cie. BFV) • commissie jeugd en sociale veiligheid (cie. JSV) • commissie brandweerzorg (tijdelijk) Begin 2013 heeft de commissie JSV een besluit genomen over haar prioriteiten, rol en taken In dit besluit zijn de hoofdonderwerpen voor de komende jaren (t/m 2015) benoemd. Dit zijn: • • • • • • georganiseerde criminaliteit/ondermijning (oa. mensenhandel, hennepteelt, witwassen, fraude) high impact crime (woninginbraken, overvallen en straatroof, geweld) jeugd (jeugd, alcohol en drugs, schoolverzuim, veilig uitgaan) maatschappelijke onrust (spanningen in de samenleving, o.a. door zededelinquenten) overlast en risicoburgers (incl. rol veiligheidshuizen en OGGZ problematiek) burgerparticipatie (stimuleren actieve rol burger en zelfredzaamheid) Deze lijst correspondeert met de landelijke prioriteiten van het ministerie, alsmede met de meeste lokale veiligheidsplannen. Ter ondersteuning van de commissie JSV zijn bestuurlijke trekkers (drivers) aangesteld met collega bestuurders of hoofden van ondersteunende diensten als secondanten (codrivers) zogenoemde drivers en co-drivers. Deze zijn gekoppeld aan de thema’s. De driver wordt ondersteund door een of twee ambtenaren met expertise op dit thema aangezocht De portefeuilles zijn voorlopig als volgt verdeeld: Georganiseerde criminaliteit/ondermijning driver co-driver K. Schuiling/J. Baas (BM Enkhuizen) A. Groot-Bas (OM) High Impact Crime driver co-driver O. van Veldhuizen (BM Hoorn) K. Schuiling (BM Den Helder) Jeugd driver co-driver Mw.M. Goldschmeding (BM Stede Broec) C. Kwint (weth. Heerhugowaard) Overlast/risicoburgers Maatschappelijke onrust driver co-driver Mw. R. Oosterop (BM Graft-de Rijp) N. Plug (GGD) Burgerparticipatie vacant 7 4.2 Nationale politie Zoials eerder vermeld zijn de 25 regionale politiekorpsen en het Korps Landelijke Politie Diensten per 1.1.2013 omgevormd tot één landelijk politiekorps. Het korps NHN vormt vanaf 1.1.2013 het district NHN en is onderdeel geworden van de politie eenheid Noord-Holland. Het regionaal college is daarmee opgeheven. In zijn laatste vergadering van 22 november 2012 heeft het college besloten de samenwerking en de overlegvormen volgens het bestaande model voort te zetten en het algemeen bestuur van de veiligheidsregio en de onderliggende commissies te blijven benutten voor het brede spectrum van openbare orde en veiligheid, ook om de integrale benadering met fysieke veiligheid en publieke gezondheidszorg te bekrachtigen. Dit sluit aan het het besluit van het Regionaal Bestuurlijk Overleg Politie (RBOP) waarin de brugemeesters van de drie regio’s NHN, Kennemerland en Zaanstreek-Waterland bijeen komen. Ook hier is afgesproken om voorlopig de bestaande samenwerkingsvormen in de “oude” regio’s in 2013 en 2014 voort te zetten, maar wel gezamenlijk toe te werken aan versterkte samenwerking o.a. een gezamenlijke aanpak op bovenregionale thema’s als ondermijning, high impact crime en burgerparticipatie (burgernet). In de loop van 2014 zal een besluit worden genomen over de voortgang en eventuele uitbouw van deze bovenregionale samenwerking. Dit staat op de agenda van het RBOP van mei 2014. Voor het PIV als bureau betekent dit dat het in zijn huidige vorm in 2014 nog binnen de regio NHN voort zal blijven gaan en dat de financiële bijdrage van de gemeenten en de personele en administratieve bijdrage van de politie komend jaar ongewijzigd blijft. De eenheidsleiding heeft de intentie uitgesproken haar deelnamel in het PIV voort te willen zetten, onder voorwaarde dat de gemeenten daar ook voor kiezen. In de loop van 2014 zal meer duidelijkheid komen over de definitieve (personele) bijdrage van de politie aan het PIV. De toekomst van het PIV hangt voor een belangrijk deel samen met de voortgang en mogelijke uitbouw van de bovenregionale samenwerking. De politie zal vanaf 1.1.2014 geen exogene gelden meer beheren, wat betekent dat voor de boekhouding van de gemeentelijke gelden van het PIV die bij de politie zijn ondergebracht een andere voorziening gevonden moet worden. Inmiddels heeft de gemeente Den Helder aangeboden het financieel beheer van het PIV voor de komende twee jaar op zich te nemen. De organisatorische koppeling van het PIV met het RIEC knooppunt blijft voorlopig in stand, en de verbintenis met het RIEC-NH dat wordt aangestuurd vanuit Haarlem wordt onverkort voortgezet en waar mogelijk versterkt. Deze koppeling is efficient gebleken bij de de bestuurlijke aanpak van georganiseerde criminaliteit en de samenhang tussen de drie regio’s. Medewerkers van PIV en RIEC die in vaste dienst zijn van de politie zullen wel in de loop van 2014 worden meegenomen in de personele reorganisatie. Wat dat voor consequenties heeft is nu nog niet geheel duidelijk. 4.3 Interregionale samenwerking Met de vorming van de nationale politie zijn niet alleen de geografische grenzen van het werkgebied gewijzigd, maar ook de wettelijke kaders. In de nieuwe situatie zijn beheer en gezag gescheiden: het beheer ligt bij de landelijke korpschef, het gezag over de politie ligt lokaal bij de burgemeester (openbare orde) en de officier van justitie (strafrechtsorde). Burgemeesters en officieren van justitie oefenen via de gezagsdriehoeken regie uit op de politietaken en stellen prioriteiten. Het lokale veiligheidheidsplan (LIVP) is hiervoor de basis. Zoals gezegd brengt de nationale politie diverse veranderingen met zich mee: burgemeesters in NH treffen elkaar in het Regionaal Bestuurlijk Overleg Politie (RBOP). De burgemeester van Haarlem is benoemd tot regioburgemeester en maakt deel uit van het zgn. art. 19 overleg met de minister van V. en J. Ter terugkoppeling van het art. 19 overleg èn om onderwerpen vanuit de driehoeken beter in kaart te brengen is in de eenheid een afstemmings overleg gevormd van de burgemeesters die de 10 driehoeksoverleggen voorzitten (het zogenaamde V10 overleg). 8 Met de komst van de nationale politie en gelijktijdig de gelijke indeling van de gerechtelijke arrondissementen is een nieuwe schaal voor samenwerking ontstaan. Met de taskforce overvallen en straatroven en de projectgroep is de eerste ervaring opgedaan op de schaal van de eenheid. Het PIV levert hiervoor de projectleiding. Bij de aanpak van georganiseerde criminaliteit wordt ook de schaal van de eenheid benut; het PIV en het RIEC werken op deze schaal o.a. aan de aanpak van mensenhandel en outlaw-motorclubs. De eerder genoemd interregionale werkgroep (Werkgroep Integrale Samenwerking) is gevormd om nauwere samenwerking tussen de partijen in de eenheid NH te verkennen en uit te werken. In deze werkgroep hebben de drie voorzitters van de platformen OOV zitting, samen met vertegenwoordigers van politie, OM en de adviseur van de regioburgemeester. Het RBOP heeft bepaald dat de werkgroep een spil gaat vormen tussen de platformen OOV, driehoeken, en het V10 overleg. Onder de werkgroep worden thematische werkgroepen ingesteld die met inhoudelijk veiligheidsproblemen aan de slag gaan. De rol van de werkgroep is inmiddels ook formeel door het RBOP bekrachtigd De eerste opdracht van de werkgroep was de mogelijkheden voor opschaling van de veiligheidsaanpak te verkennen. Besloten is in eerste aanleg te starten met de volgende thema’s: • • • • • • • regionaal beleidsplan politie 2015-2018 georganiseerde criminaliteit/ondermijning (RIEC-thema’s) taskforce overvallen en straatroof woninginbraken prostitutiewet (nog niet van kracht) hennepconvenant burgernet Alle voorstellen die de werkgroep oplevert worden tevens geagendeerd op het platform OOV en de commissie Jeugd en Sociale Veiligheid. 4.4 Veiligheidshuis NHN Per 1 januari 2014 is het veiligheidshuis Noord-Holland Noord een feit. In 2013 vond de transitie plaats naar de Veiligheidsregio. Het veiligheidshuis NHN heeft een regionaal werkgebied en richt zich op alle gemeenten in de Veiligheidsregio. De landelijke middelen van het ministerie worden per 1 januari 2014 beschikbaar gesteld aan de Veiligheidsregio waar het beheer van het Veiligheidshuis is ondergebracht. De gemeenten in de regio gaan het veiligheidshuis NHN voor 50% co-financieren. Deze 50% maakt deel uit van de reguliere bijdrage van gemeenten aan de Veiligheidsregio. Volgens het landelijk kaderdocument en het visieplan richt het veiligheidshuis zich primair op complexe en multi-problem gevallen en niet meer per definitie op vaste thema’s of doelgroepen zoals veelplegers of huiselijk geweld. Ook zal het Veiligheidshuis een sterkere binding krijgen met de gezagsdriehoeken. Het PIV was als deelnemer aan de projectgroep en later stuurgroep nauw betrokken bij de herinrichting van het Veiligheidshuis. De stuurgroep van het PIV, de commissie JSV is tevens aangewezen als stuurgroep voor het veiligheidshuis. Het PIV verzorgt het secretariaat van de commissie en zal de agenda afstemmen met het hoofd Veiligheidshuis. Het Veiligheidshuis is een belangrijke partner van het PIV, o.a. bij de connectie met gezagsdriehoeken en de uitvoering van regionaal veiligheidsbeleid, zoals de Top HIC en de nazorg van ex-gedetineerden. Daarom zal het PIV ook in 2014 nauw betrokken blijven bij het Veiligheidshuis. 9 4.5 HALT NHN De HALT-bureaus in Nederland zijn genationaliseerd. Voor het HALT bureau in NHN betekent dit een ontvlechting uit de gemeentelijke organisatie van Hoorn waar het bureau was ondergebracht. De werkzaamheden evenals het personeel zijn overgegaan naar de landelijke HALT-organisatie. HALT verricht zowel repressieve taken zoals taakstraffen als preventieve taken zoals voorlichting aan scholieren. Het preventieve deel wordt op kosten van gemeenten uitgvoerd en is facultatief. Tot voor kort vonden deze activiteiten plaats op basis van een samenwerkingsovereenkomst tussen de gemeente Hoorn cq. HALT en de overige gemeenten, maar met ingang van 2014 kunnen gemeenten rechtstreeks met HALT een dienstverleningssovereenkomst afsluiten. De commissie JSV heeft de gemeenten geadviseerd in 2014 nog voor 1 jaar door te gaan met de preventie activiteiten van HALT en in 2014 te bezien in hoeverre de preventieve taken van HALT zijn in te passen met het preventie- en voorlichtingspakket dat de GGD aan de scholen aanbiedt. Begin 2014 zal daar verder over gesproken worden. 4.6 Transitie Jeugdzorg Gemeenten zijn per1.1.2015 integraal verantwoordelijk voor de Jeugdzorg. In 2014 wordt de tranistie van deze jeugd- en zorgtaken naar gemeenten voorbereid. Voor gemeenten betekent dit een forse uitdaging met een taakuitbreiding die meerdere sectoren raakt. Het zorgdomein heeft diverse raakvlakken met het veiligheidsdomein, b.v. bij het zogenaamde gedwongen kader (jeugd reclassering, Advies- en steunpunt Huiselijk Geweld en Meldpunt Kindermishandeling) Vanwege de versterkte binding tussen zorg en veiligheid en de hoge afbreukrisico’s heeft de bestuurlijk driver op het thema jeugd binnen de commissie (mevr. M. Goldschmeding) het verzoek gekregen nauw betrokken te worden bij het transitieproces en voorstellen voor bovenregionale voorzieningen te coördineren. Voor dit doel zal een brede stuurgroep worden gevormd waar de wethouders jeugd en zorg bij worden betrokken Het PIV zal bij dit proces ondersteuning bieden (zie ook het programmaoverzicht). 10 4. Bedrijfsvoering 5.1 Organisatie PIV Bij het PIV werken drie mensen in vaste dienst. De PIV-fomatie bestaat uit een programma-manager, een projectleider en een projectassistente. In 2013 is er een tijdelijke medewerker tot 1.1.2015 ingehuurd bij het PIV primair belast met projectleiding op High Impact Crime (HIC). De koppeling tussen de HIC projecten overvallen en straatroven en woninginbraken zal in de loop van 2014 zijn beslag krijgen. De financiering hiervan vindt plaats vanuit de projectgelden en komt niet ten laste van de gemeenten. T.b.v. de taskforce overvallen en straatroven is tot 1 juli 2013 een externe projectleider ingehuurd vanuit subsidiegelden van het ministerie van V. en J. Externe projectleiders zijn er ook vanuit de politie (t.b.v. het project Burgernet), de gemeente Medemblik (Integrale Veiligheidsmonitor), de gemeente Hoorn (modelbeleid DHw) en de GGD (project jeugd, alcohol en drugs). Het PIV is ondergebracht bij de politie NHN en is gehuisvest op het politiebureau in Alkmaar. De beheersmatige verantwoordelijkheid berust bij de politie. Het financieel beheer berust vanaf 1.1.2014 bij de gemeente Den Helder. Op functioneel niveau wordt het bureau aangestuurd door de voorzitter van cie. JSV, de burgemeester van Graft-de Rijp. Jaarplan, formatie, begroting en het jaarverslag worden vastgesteld door de commissie JSV. 5.2 Organisatie RIEC Bij het RIEC zijn drie medewerkers (2,5 fte) werkzaam. Twee experts/adviseurs (2 fte) en een secretarieel medewerker (0,5 fte) . Laatstgenoemde is gedetacheerd vanuit de belastingdienst. Eind 2013 is tijdelijk een analist (0,5 fte) toegevoegd aan het knooppunt. Het RIEC-knooppunt is in november 2009 opgezet. Het RIEC-knooppunt is bij het PIV ondergebracht. Het knooppunt maakt deel uit van het RIEC-NH, gesubsidieerd door het rijk op projectbasis t/m 2017. Bij de financiering rekent de minister erop dat de gemeenten 50% co-financieren. Dit betekent niet dat de gemeenten geld moeten betalen aan het RIEC, maar als zij in RIEC-verband mee willen doen dienen zij aan de co-financiering te voldoen d.m.v. gekapitaliseerde uren. Het gaat dan om inzet aan uren ten behoeve van de bestuurlijke aanpak van criminaliteit, zoals casuïstiek op gebied van hennepteelt, mensenhandel, witwassen, vastgoedfraude. Tot en met 2013 heeft de regio aan deze cofinancieringseis voldaan. 5.3 Financiële aspecten Het PIV wordt deels gefinancierd door de gemeenten en deels door de politie. De politie draagt een derde van de kosten via het leveren van de programmamanager. De gemeenten betalen gezamenlijk tweederde van de kosten van het bureau. Dit komt neer op een bijdrage van ongeveer 28 cent per inwoner. Die bijdrage is al enkele jaren gelijk, CAO- looneffecten zijn de afgelopen jaren niet doorbelast, maar verrekend binnen de begroting. Op verzoek van de cie. zal het PIV deze nullijn ook in 2014 vasthouden. Wat de financiele effecten zijn van de nationalisering van de politie is nog niet bekend. De verrekening van de kosten gaat in 2014 via de gemeente Den Helder.Hoe dit op langere termijn eruit ziet is nog niet bekend (zie vorige hoofdstuk) Zie verder bijlage 2 voor de begroting 2014. De begroting van het RIEC is niet opgenomen, deze is opgesteld door het RIEC-NH en wordt vastgesteld door de stuurgroep RIEC. Het PIV probeert waar mogelijk externe geldmiddelen te verwerven voor haar projecten. Voor de projecten criminele jeugdgroepen, jeugd, alcohol en drugs (via de GGD), burgernet en woninginbraken is subsidiegeld beschikbaar. Voor de Integrale Veiligheidsmonitor betalen de gemeenten en de politie een aparte (tweejaarlijkse) bijdrage. Deze bijdrage wordt geïncasseerd via de gemeente Medemblik. 11 5. Overzicht taken PIV en RIEC 6.1 • • • • • • • • • • • • • Programma- en projectleiding (zie projectenoverzicht) Secretariaat Cie. JSV Secretariaat Projectgroepen wonininbraken en overvallen Secretariaat Platform OOV Noord-Holland Noord Secretariaat stuurgroepen en projectleiding Jeugd, Alcohol en Drugs Bijdragen aan gezamenlijke jaarplannen (matrix) Ondersteuning gemeenten bij aanpak jeugdoverlast Onderhouden landelijk netwerk via het CCV Ondersteuning driehoeken Voortgangsrapportages t.b.v. DB, AB en driehoeken Bijhouden regionale “smiley-monitor” Regionale website www.integraleveiligheidnhn.nl: De website is aan vernieuwing toe. Deze zal in 2014 in een nieuw jasje worden gestoken. Bijhouden van een regionale database met voorbeeld aanpakken en convenanten 6.2 • • • • • • • • • • Vaste werkzaamheden PIV Vaste werkzaamheden RIEC Voorzitterschap en secretariaat informatie-overleg over casuïstiek georganiseerde criminaliteit Bevorderen integrale samenwerking/samenbrengen partners Advisering gemeenten over Wet Bibob en overige bestuurlijke aanpak Organisatie cursussen Wet Bibob Opstellen regionaal beleid mbt verschillende onderwerpen Informatiebevraging, registratie, onderzoek en advisering m.b.t. casuïstiek Coördinatie en monitoring integrale aanpak hennep Ondersteunen en adviseren integrale aanpak softdrugsketen (hennepteelt, growshops, coffeeshops) Aanpak vastgoedfraude Ondersteunen aanpak illegale prostitutie en overige uitbuiting 12
© Copyright 2024 ExpyDoc