Stoomketels Voorbeeld: De drumdruk van de ketel bedraagt 120 bar absoluut. De druk en temperatuur van de oververhitte stoom bedragen respectievelijk 120 bara en 420 °C. Alle wanden zijn voorzien van Inconel 625. De rookgastemperatuur ter hoogte van de oververhitter bedraagt 760 °C, de rookgastemperatuur op een willekeurige plaats bij de membraanwand bedraagt 700 °C. Bij 120 bar absoluut is de wandtemperatuur van een opgelaste membraanwand en een opgelaste verdamperbundel, rookgaszijdig, 7 graden hoger dan de verzadigingstemperatuur. Bij 120 bar absoluut is de verzadigingstemperatuur: 325 °C. (afgerond) De wandtemperatuur van de membraanwand en die van de verdamperbundel bedraagt dan: 325 + 7 = 332 °C. De wandtemperatuur van de oververhitter, rookgaszijdig, is ongeveer 50 °C hoger dan de stoomtemperatuur. De wandtemperatuur van de oververhitter zal bij 420 °C dan bedragen: 420 + 50 = 470 °C. Als we dit geheel uitzetten in het corrosiediagram vinden we een voorstelling zoals weergegeven op afbeelding 8. Corrosie versus temperatuur 600 550 Wandtemperatuur in oC 500 B 450 400 350 A 300 250 200 500 550 600 650 700 750 Rookgastemperatuur in Niet corrosief corrosief 800 850 900 oC 332 / 700 470 / 760 Afbeelding 8. De temperaturen van de membraanwand en de oververhitter in combinatie met de rookgastemperatuur uitgezet in het diagram. 2014 Pagina 89 Stoomketels Als we de temperaturen uitzetten in het diagram vinden we voor de membraanwand punt A. Rookgastemperatuur 700 °C en de wandtemperatuur 332 °C. We zien dat deze buiten het corrosiegebied ligt. Voor de oververhitter, rookgastemperatuur 760 °C en wandtemperatuur 470 °C vinden we punt B. We zien hier dat punt B zich in de corrosiezone bevindt. Hier zullen we zien dat de ovo versnelt corrodeert en vervuild. Pagina 90 2014
© Copyright 2024 ExpyDoc