KNJV gewesten KNJV Gewest Utrecht door de j M edio 1980 zag de jachthondenwereld er anders uit. Je had toen vanuit de KNJV geen Gewesten maar “Afdelingen”. Veel zo niet alle afdelingen hadden een jachthondenopleiding. Die was uitsluitend gericht op de jachthondenproeven. Je ging voor een C, B of A diploma en dan was je hond klaar voor de jacht. In augustus kon je met de hond jagen op duiven en eenden. Of deelnemen aan veldwedstrijden. Het was dan afwachten of je uitgenodigd werd voor de Nimrod in november. Of voor de K.A.T. in januari. In die tijd was het nog vooral opleiden van honden voor de jacht en “het in wedstrijdverband vergelijken van prestaties van jachthonden”. De focus lag op de hond. De afdelingen hadden een “boekje” dat 2-4 keer per jaar uit kwam en daarin schreef de jachthondencommissaris een verslagje over de afgelopen cursus of wedstrijd. Rond Utrecht waren er vier KNJV afdelingen, ’t Sticht, Utrecht West, Eemland en Heuvelrug. Er was een jachthondenproef. Het beroemde “Tienhoven”. Waar bij het apport over water soms een eiland voorbij kwam drijven. En waar altijd een sloot zat in de dirigeerproef. Tienhoven ging helaas ten onder aan antijachtsentimenten bij de terreinbeherende organisatie. Inmiddels had Heuvelrug ook een jachthondenproef op de rails staan; “Valkenheide”. Een mooi terrein maar lastig met droge zomers want dan waren de waterputten leeg door verdamping. Dat was eerst nog wel op te lossen met de lokale brandweer die er dan gingen “oefenen”. En de volgende dag waren er dan al vissers gearriveerd…. Later moesten we een bedrijf inhuren om water in te pompen en dat ging wel erg in de papieren lopen. In de regio Utrecht had je ook de mooie jachthondenproef op Baarn, Baarn begon altijd te laat maar was altijd op tijd klaar. Er was gedonder met honden die terug liepen over de brug en of dat nu wel of geen puntenaftrek was. Er werd (nog steeds overigens) veel getraind op Baarn dus alle honden kenden die brug. Het werd dan ook een kunst om proeven anders uit te zetten dan dat er werd getraind. En opeens was er ook een deelnemer die 38 bij het apporteren van het konijn met een tennisbal ging spelen om de hond binnen te krijgen. En mocht dat nu wel of niet. En als het mocht is het dan een 10 of een 6. Voor mij was dat symptomatisch voor het feit dat de jachthondenwereld veranderde. Ik zie mezelf althans niet met een tennisbal op jacht gaan. En daar was het toch mee begonnen ? Groot areaal Met het ontstaan van de WBE’s (Wildbeheereenheden) verdween ook de noodzaak van de “afdelingen” want jagers werden nu anders georganiseerd. Meer vanuit wetgeving en beleid in plaats vanuit de afdelingsgezelligheid. Diverse afdelingen werden samengevoegd binnen Gewesten. En binnen de Gewesten waren de diverse WBE’s verbonden die overigens andere gebieden bestreken dan de afdelingen. WBE’s worden meer vanuit een soortgelijke biotoop gevormd of begrensd. Voor de jachthonden betekende dat, dat de trainingsgroepen van de voormalige afdelingen ook binnen de Gewesten werden verbonden. Het stadium waarin die samenwerking is doorgevoerd varieert tot op de dag van vandaag sterk per Gewest. Officieel is ieder Gewest in ieder geval vertegenwoordigd in de Raad van Jachthonden Commissarissen. Binnen Gewest Utrecht was er al een redelijke mate van samenwerking. Het gat na de jachthondenproeven werd al officieus gevuld met een “Mini-Nimrod”. Een soort onderlinge finale met A honden, waarin we de eventuele Nimrod-kandidaten al een mooie generale repetitie konden bieden. En in Lage Vuursche deden we al snel mee met het KNJV “Doe-wel” project. Een project om meer activiteiten na de jachthondenproeven te ontplooien en dat mondde later uit in de ontwikkeling van de Meervoudige Apporteerproeven. Ook die werden aanvankelijk in Lage Vuursche gehouden. Door de inrichting van de Gewesten raakten we de jachthondenproef Baarn kwijt. Baarn viel officieel onder Noord Holland. De organisatie van Baarn is enkele jaren later helaas gestopt. In plaats van Tienhoven en Valkenheide ging Gewest Utrecht jachthondenproeven organiseren in Tull en ’t Waal en op landgoed Sterkenburg. Begin 2000 werd de samenwerking steeds hechter. De trainingsgroepen die onder de voormalige afdelingen vielen hielden hun naam, lokatie en vrijheid van handelen. We maakten afspraken over aantallen lessen en lesgelden zodat we niet elkaars concurrent werden. Voor de proeven spraken we af dat we een gezamenlijke rekening hadden en een centrale inschrijving, inkoop etc. Dat was een flinke slag in efficiency en het leverde kostenbesparingen op. De ontwikkelingen op jachthondengebied gingen steeds verder en daar gingen we in mee zonder onze roots te verwaarlozen. KNJV gewesten jaren Medio 2005 hadden we een website; www.jachthonden-knjvgewestutrecht.nl . We wilden de “jachthonden” eerder binden door een eigen puppycursus te starten. We realiseerden ons dat mensen die niet jagen ook in de winter les willen hebben dus we startten met wintertrainingen. Er zijn work-shops om de trainers bij te scholen. Om de jagers te bedienen gaven we meer jachtpraktijkgerichte opleidingen voor jachtaktehouders. Er is een speciale MAP-A training. Vorig jaar begonnen we met een zweetwerk-cursus. Inmiddels hebben trainingsgroepen een besloten Facebook-pagina om de onderlinge binding te versterken en de communicatie te vereenvoudigen. Intussen hebben we ieder jaar twee MAP’s en in 2006 hadden we de primeur met de Provinciale Jachthondenproef. Tot nu toe ieder jaar herhaald. Wat mij betreft een afspiegeling van de kwaliteit van je trainingen. Heb je in je Gewest ieder jaar 24 cursisten die MAP-diploma’s halen? Je kan je dan afvragen of de kwaliteit van de honden in het midden van het land hoger ligt dan elders. Dat is, denk ik, niet zo. We hebben wel een groot areaal. Door ons brede programma zijn er wel ieder jaar ongeveer 200 cursisten. En dan is 24 PJP deelnemers maar 10 %.... Soms onredelijk en onbeschoft Ik zie door de jaren altijd golfbewegingen. Het ene jaar heb je betere cursisten dan het andere jaar. Niet betere honden maar mensen die het snappen, het juiste gevoel hebben om met een hond om te gaan en er ook tijd in willen en kunnen steken (en niet te vergeten financiën om meerdere proeven “... ook een deelnemer die bij het apporteren van het konijn met een tennisbal ging spelen om de hond binnen te krijgen.” te lopen). In 2007 hadden we 30 kandidaten voor de PJP. Afgelopen jaar waren dat er 22. Ik kan nu al voorspellen dat er dit en volgend jaar weer een stijging plaats vindt. We hebben nu meer potentieel op B en A niveau. Ik ben ontzettend trots dat er in Utrecht zoveel trainers en helpers zijn die heel veel werk verzetten voor een eenvoudige onkostenvergoeding. Door onze sterke organisatie en ook wel successen zijn ze er denk ik trots op om deel uit te mogen maken van dit “bedrijf”. Mensen zijn bijna beledigd als ze worden overgeslagen als helper op een proef. Ik beschouw het als een voorrecht om met deze mensen te werken en dit Gewest te mogen vertegenwoordigen. De manieren van sommige proef-deelnemers staan me wel tegen. En de uitgangspunten op de proeven zijn anders. Dat begon met die tennisbal. Het gaat nu om punten en om mensen. Minder om het jachtbedrijf en om de hond. Ik geniet op een proef van het vertoonde werk van de honden onder een gepaste regie van zijn baas. Wie er dan uiteindelijk de meeste punten heeft en wint is een logisch gevolg. Althans zo ervaar ik het. Sociale media zijn nuttig maar spelen wel een rol in de veranderde hondenwereld. Emoties en teleurstellingen die begrijpelijk zijn, worden gepubliceerd, gedeeld en escaleren tot een stroom van reacties waarbij de uitgangspunten al snel uit het zicht zijn. En dan heb ik het nog niet eens over de bejegening van de organisatie voor en tijdens de proeven. Ons secretariaat heeft heel wat te verduren. Ze doen hun werk goed en met bezieling maar het zijn wel vrijwilligers. Mensen zijn soms onredelijk en onbeschoft en zeggen o zo makkelijk af of ze komen gewoon zonder bericht helemaal niet op een proef. Een jachthondenproef start in Utrecht zelden met 80 honden, ondanks 10 reserves. Dat is frustrerend. Of ze gaan direct naar huis als ze bij de eerste proef tegen een onvoldoende aanlopen. Dan heb je veel mensen moeten teleurstellen die graag mee hadden gedaan om wat te bereiken en te leren. Van deze gelegenheid maak ik tenslotte gebruik om iedereen komend seizoen succes te wensen en de doelstellingen die men zich had gesteld, te bereiken. Jan Peter Spierenburg, Commissaris Jachthonden KNJV Gewest Utrecht Foto’s: Marjo Hagoort 39
© Copyright 2024 ExpyDoc