Activiteit: Jongleren!

Activiteit: Jongleren!
Leeftijd:
7- 12 jaar
Aandachtsgebied:
Motoriek en bewegen
Ruimte:
Buitenruimte (of ruime binnenruimte bij slecht weer)
Tijdsduur:
45- 60 min.

Beschrijving en doel van de activiteit
Leren jongleren, en dan ook nog eens met zelfgemaakte jongleerballetjes!

Voorbereiding
Zorg dat u de volgende materialen klaar heeft staan:

9 Ballonnen

3 Boterhamzakjes

6 handjes rijst

Schaar

Uitwerking van de activiteit
1.
Inleiding van de activiteit
Voor uw kind kan leren jongleren, moet hij/zij eerst eigen jongleerballetjes maken. Dit lijkt
moeilijker dan het is, bijgevoegd treft u een stappenplan met illustraties aan.
2.
Kern van de activiteit
Stap 1, Jongleerballetjes maken:
1. Vul een boterhamzakje met ongeveer 2 handjes rijst. Draai het zakje vervolgens dicht en
vouw het overige stuk van het zakje terug om de rijst.
2. Knip het blaastuitje van de ballon. Trek de ballon vervolgens om het zakje rijst.
3. Knip het blaastuitje van de 2e ballon. Trek de ballon om het zakje met rijst (let op, de
opening van de ballon moet op een andere plek komen dan die van ballon 1)
4. Knip het blaastuitje van de 3e ballon. Trek de ballon om het zakje met rijst (let op, de
opening van de ballon moet op een andere plek komen dan die van ballon 2)
Stap 2, leren jongleren:
1. Pak 1 balletje. Gooi deze ongeveer tot ooghoogte omhoog en vang deze weer met
dezelfde hand (recht omhoog!). Probeer hierbij stil te blijven staan. Oefen met beide
handen. Als dit goed gaat pak je twee balletjes. Gooi beide balletjes tegelijk recht
omhoog en vang weer met dezelfde hand.
2. Pak 1 balletje. Gooi deze ongeveer tot ooghoogte omhoog en vang deze met de andere
hand (heel klein beetje schuin gooien!). Probeer hierbij stil te blijven staan. Oefen met
beide handen.
3. Pak 2 balletjes, elke hand 1. Gooi 1 balletje omhoog, als deze op het hoogste punt is
(ooghoogte) en weer gaat dalen gooi je het 2e balletje. Let op! Je moet natuurlijk wel
beide balletjes weer proberen te vangen! Als dit goed gaat kun je ook vast het 3e
balletjes pakken. Deze houd je dan gewoon vast in een van je handen, en doe je nog
even niets mee.
4. Pak alle 3 de balletjes. In je ene hand 1 balletje, in je ander hand 2 balletjes. Begin met
de hand waarin je twee balletjes hebt. Gooi 1 balletje omhoog, als deze op het hoogste
punt is (ooghoogte) gooi je het 2e balletje (uit je andere hand) omhoog. Als dit balletje
weer op het hoogste punt is (ooghoogte), gooi je het 3e balletje (uit je eerste hand)
omhoog.
3. Afsluiting van de activiteit
Oefening baart kunst! Help uw kind waar nodig en stimuleer hem/haar om niet te snel op te
geven, het is even een kunst om onder de knie te krijgen maar als het eenmaal lukt verleren ze
het nooit meer en zullen ze super trots hun kunsten willen laten zien!