een neerslag

Vraag:
‘Het verwachte ‘Land van melk en honing’ betekent voor laaggeschoolde anderstaligen veelal een
leven van uitbuiting, uitsluiting en illegaliteit.’
We willen een filmpje maken in het Bulgaars en Slovaaks om mensen een realistisch beeld te
geven van de arbeidsmarkt hier. Wat moet er voor jou in dit filmpje aan bod komen?
Antwoorden:
-
-
-
Geen afradingscampagne, wel film met drempels
Getuigenissen doelgroep zelf
Inburgeringscursus  tonen
Sorry EU was niet klaar!
Realistisch beeld tonen:
o Woning?
o 12 portretten! Canvas A. Struyf
o Risico’s
o Uitbuiting tonen
o Wat is arbeidsmarkt
o Huisvesting
o Realiteit draait niet
o Kostprijs leven duur
o Jobs met toekomstmogelijkheden
o Taal!
Vb werkloosheid in beeld brengen
Stappenplan
o Inbrugering
o Administratie
Korte filmpjes
o verschillende groepen
o Getuigenis van de juiste persoon
Vraag:
Huisbezoeken: do or don’t?
Indien do: welke tips heb je voor collega’s die de eerste keer op huisbezoek gaan?
Antwoorden:
-
Huisbezoeken zeker relevant met een tolk! Absoluut nodig, indien nodig
Informeer je vooraf
Leer paar woordjes
Stop cultuurdenken (vertrek vanuit gedeelde dingen)
Ouders betrekken. ‘Elke’ ouder wil het beste voor zijn kind
Open houding  geen oordeel
Culturele en religieuze achtergrond kennen en rekening mee houden. Maar beschouw niet
iedereen als deel van een groep – individueel blijven benaderen
Er moet beroepsgeheim zijn
Ijsbreker: begin een gesprek over ‘veilige’ onderwerpjes: vb. wat je ziet in de kamer
Eten en drank (non-alcoholisch) aanvaarden
Vraag:
Je merkt op dat een klant liegt. Hoe reageer je?
Antwoorden:
-
Confronteren
Begrip opbrengen, know how
Welke consequenties?
Teveel partners  veel verwachtingen
Objectiveren
Rollenspel: consequenties
Taal: alles wel goed begrepen? Altijd “ja” zeggen. Zorgt voor verwarring
Mag niet!
Wat is liegen?/positie hulpverlener
Overlevingsstrategie
Cultuurgebonden
Vragen naar reden  wat is het doel?
Welke houding neem je aan? Als hulpverlener
Vraag:
Ik bemiddel mensen naar werk, maar pas als ze voldoende Nederlands spreken. Akkoord/niet
akkoord?
Indien niet akkoord: Waar/welke jobs vind je voor hen?
Antwoorden:
-
Taalcoaching
Seizoensarbeid eventueel
VDAB: niveau 2
OCMW: niveau 1
Eventueel tussenstap bemiddelen naar arbeidszorg
Bij fysieke beperking: andere job = moeilijk
Moeten collega’s begrijpen
Wat is voldoende
Leerbeperking: sommigen zitten aan grens: beperkt aanbod nodig
Werk = motivator voor TL. Wat kunnen ze wel? = stimuleren
Mini taaltest
Taal is belangrijk om leven verder uit te bouwen
Kan ook al doende leren (Nederlands leren terwijl je werkt)
Soort job
Reguliere arbeidsmarkt, ook sociale sector: meer NOD werkvloer, bedrijven moeten
middelen krijgen van de overheid
Tips: seizoensarbeider, kleinere bedrijven, IBO
Gebrek aan sociaal contact: nadeel
Als technische competenties sterk zijn = nederlands minder belangrijk!
Belangrijk voor veiligheid
Arbeidsmarkt is niet klaar
Vraag:
Praktische tips gevraagd: hoe verwijs je mensen door?
(is een foldertje meegeven voldoende?)
Antwoorden:
-
Actief bemiddelen – gesprekken oefenen
Route bekijken, bus opzoeken + uurrooster
Zelf bellen om concrete afspraak te maken
Openbaar vervoer (bus 5!)
Naam van de persoon meegeven
CAW
Werkwinkel
Locatie visueel voorstellen via Google streetview
Meegaan met cliënt
OCMW-dienst
Map meegeven (niet in portefeuille)
Doorverwijzen met ’n kaartje, waarin probleem/vraag uiteengezet
Afspraak in smartphone steken
Een dag op voorhand bellen en doen herinneren aan de afspraak
Werken met beelden, foto’s
Mensen moeten weten wat het voordeel is van de afspraak
Te laat?  confronteren? Waarom
Vraag:
Bemiddeling van werkzoekenden
Antwoorden:
-
Sociale kaart  doorverwijzen!
Geen afspraak  toch eerst ontvangen!
Verwachtingen duidelijk stellen  visueel weergeven/iconen/wat je wel kunt doen
Boekje ‘met weinig geld overleven in Gent’
Mee met de cliënt
Luisteren (niet direct “neen” zeggen)
Eerst telefonisch contact leggen, persoon inleiden en desnoods mee met de cliënt
Crisiscentrum  doorverwijzen met kaartje, telefonisch contact opnemen met HV/DV
Eerlijk zijn over je functie + doorverwijzen
Vriendelijkheid, attitude, vertrouwen
Vraag:
Case: Een Slovaakse jongere staat in voor de zorg van zijn moeder (kanker) en heeft het hierbij heel
lastig. Hij combineert dit met deeltijds onderwijs. Hij wil zijn kans wagen in het brugproject. Het
duurt enkele weken vooraleer de jongere ‘ontdooit’ en zijn moeilijke thuissituatie bespreekbaar
maakt op de werkplaats tijdens een emotioneel begeleidingsgesprek. Sedertdien communiceert de
jongere openlijker, maar blijft zijn frustrerende thuissituatie doorwegen in zijn communicatie naar
collega’s en begeleiders. Twee weken later beweren collega’s dat de betrokken jongere joints
rookt op de werkvloer. – Welke stappen onderneem je als begeleider?
Antwoorden:
-
Vermoeden concreet maken op basis van observaties
Heeft het ene met het andere te maken? Gesprek hierover met jongere maar ook met
collega’s. Vele jongeren roken joints  niet toelaten op de werkvloer = algemeen.
Situatie duidelijker krijgen door gesprekjes met de collega’s
Door individuele gesprekken een goede band creëren met de gast
Vraag:
Tips voor CV
Antwoorden:
CV1:
- rijbewijs = TROEF bij persoonlijke gegevens (geen aparte rubriek)
- werkervaring: taken?
- Studies: geen negatieve connotatie – beter niet vermelden
- Talenkennis: ‘beperkt’ = negatief (positief benoemen vb ‘basis’)
- Geen aantrekkelijke lay-out
- Vaardigheden en persoonlijke competenties vermelden!
- CV opmaken in functie van jobdoelwit
CV2:
CV 3:
-
lay-out niet goed  extra info staat onderaan, werkervaring eerst
werkervaring: taakomschrijving
studies: eerste graad – weglaten
vaardigheden benoemen
extra zaken toevoegen; vb referentie (gezien toch wel langere periode bij 1 werkgever)
idem CV2: vermelding eerste graad = geen meerwaarde
geen aantrekkelijke CV
vaardigheden, kennis… gehaald uit opleiding kinderzorg vermelden ( competenties linken
aan jobdoelwit)
duidelijkst – chronologie
takenpakket meer uitschrijven
welk niveau school
competenties erbij noteren
talen verfijnen
vrije tijd. Wat doe je: verwerken in CV
Geen VDAB CV, liever één die zelf gemaakt is
Vraag:
Welke tips geef je mee aan je Bulgaarse anderstalige klant als die gaat solliciteren?
Antwoorden:
- CV meenemen
- Attitude, op tijd! Voorkomen
- Realistisch beeld over arbeidsmarkt
- Stap voor stap cliënt laten inzien wat hij kan verwachten tijdens de sollicitatie
- Gesprek oefenen
- Profiel kennis
- Mobiliteit!
- Meer vermelden op CV!
- Op tijd!
- CV meenemen
- Voorbereiding!
- Oogcontact!
- Moeilijke boodschappen brengen (bvb persoonlijke hygiëne)
- Sollicitatie zonder kinderen, vrienden, …
- Nederlands!
- Rollenspelen
- Positief afsluiten
- Jobdoelwit
- Kennis  Jobprofiel (weekend werk, …)
- Veel oefenen (spiegel, …)
- Sollicitatietraining… interim…, scenario, film bekijken
- Op tijd
- Informatie over werken in België
- Jobcoaching
- Sollicitatie attitudes
- CV (meenemen, niet gekreukt)
- Routeplan
- Niet ja-knikken (taal)
- Voorkomen (hygiëne, geen vuile kleren, kostuum…)
- Sollicitatietraining in groep (veel info, …)
- E-mail adres, voice-mail veranderen!
- Juiste contactgegevens
- (goeie) referentie opgeven
- info over jobinhoud
- kinderopvang
- Nodig belang geven aan de Nederlandse taal
- Voorkomen (kleding, geen kinderen of partners mee), sollicitatie attitude
- Gesprek voorbereiden (bewijzen dat je de job kan)
- Op CV mee hebben wat vaardigheden zijn (ook uit verleden (thuisland) attesten, zwart werk,
…)
- Keuzes kunnen beargumenteren
- Sollicitatie procedure actief doorlopen (niet te snel zeggen dat je werk wilt, er ook over willen
praten). Dialoog – oogcontact
- Belangen van een werkgever kennen en kunnen benoemen naar jobprofiel (realiteit),
houding, attitudes
- Niet ja-knikken (bewijzen dat je het verstaat – vragen stellen over vervolg procedure)
- Volledige en communiceerbare contactgegevens
Vraag:
Bemiddeling van laaggeschoolde anderstaligen is specialisatiewerk. Er moeten aparte loketten
voor bestaan.
Akkoord/niet akkoord?
Antwoorden:
Akkoord:
-
vanuit VDAB keuze om met laaggeschoolden te werken vanuit begeleidersrol
Oriëntatiepakket aangepast aan de doelgroep
Uniforme groep vormt voordeel voor begeleider
! Op maat van de cliënt (afhankelijk van capaciteiten en taalniveau van de cliënt)
Diversifiëren naar taalniveau en scholingsgraad
Doelgroep hooggeschoolde anderstalige is niet altijd gemakkelijker (Krijgen te hoge
verwachtingen)
Wep++  te specialistisch, andere nationaliteiten komen niet in aanmerking
Projecten naar laaggeschoolden zitten snel vol
Loketten = begeleidingstrajecten, maar op maat en individueel door de anderstaligheid en
laagggeschooldheid
Sollicitatietraining
Nederlandse les
Inschatting van niveau van laaggeschooldheid (POP)
Naast bemiddeling van werkzoekenden ook bemiddeling van werkgever
(arbeidskaarten/documenten)
Ook werkzoekende persoon op de hoogte houden van tewerkstellingsmaatregelen
Inzetten op taalcoaching
Aanspreekpunt voor werkgever bvb jobcoach, ankerfiguur
Vergt toch andere aanpak
Staan verder van de arbeidsmarkt  verwachtingen van de werkgever
Leervermogen (plafond van de Nederlandse taal)
Ook Nederlandse les  door gebrek aan onderwijs niet de gewoonte om te leren
Verschillende aanpak in Nederlandse les: leervermogen van laaggeschoolde anderstaligen ligt
lager waardoor tempo voor anderen te laag ligt, 3 verschillende niveaus binnen 1 les
Specifieke hulp is nodig maar niet altijd haalbaar, qua budget, qua personeel, qua
thuissituatie
Zoveel mogelijk samenwerken met de verschillende organisaties die de persoon begeleiden
Centraliseren van de verschillende hulpverleningsorganisaties. Casemanager als
aanspreekpunt voor de verschillende organisaties die overzicht bewaakt en ook ziet dat er
geen overlapping is.
Niet akkoord:
- OTC heeft de mix van voortrajecten en N’Tuurlijk
- Mix van specialisatie maar niet continu op taal
- Kan ook positief zijn om in te bedden in reguliere trajecten
- Door te mengen met andere nationaliteiten pik je meer op dan door in hokjes te steken.
- Verrijking van gewoontes, levensstijl, …
- In kaart brengen waar ze voor welke vraag terecht kunnen
Vragen zonder antwoordflappen:
Stelling: ‘Als we niet streng zijn naar deze groepen, dan zullen nog meer Bulgaren migreren naar
hier.’ Akkoord/niet akkoord.
+Wat betekent dit voor je dienstverlening?
Stelling: ‘Nieuwe EU-ers hebben een groot wantrouwen in openbare dienstverleningen. De relatie
met mijn klant loopt maar goed als hij me 100% kan vertrouwen. Daarom geef ik nooit informatie
door aan collega’s of andere diensten.’ Akkoord/niet akkoord.
Je belt met een werkgever. Met welk argument maak je hem/haar warm voor deze klant?
Ze zijn zo lief, meneer. Ik heb het moeilijk om nee te zeggen tegen mensen die met een vraag naar
hulp afkomen. Hoe bewaak jij je grenzen?