HANDLEIDING VVW 2010 Inleiding Postbus 20952 2500 EZ Den Haag Datum 25 augustus 2014 De ‘vernieuwde’ Verkorte Voorwaarden voor Werken 2010 bestaat uit enkel een werkomschrijving/bestek (beschrijving van het te realiseren werk) met daarin opgenomen, slechts die algemene voorwaarden, welke noodzakelijk zijn om een werk met een beperkt uitvoeringsrisico beheerst (en met minimale beheersinspanning) te realiseren. - In de Verkorte Voorwaarden voor Werken 2010 worden enkel Technische Bepalingen van toepassing verklaard. - In de Verkorte Voorwaarden voor Werken 2010 worden geen administratieve Voorwaarden van toepassing verklaard overeenkomstig de UAV 2012, de UAV-GC 2005 of de Rijksvastgoedbedrijf Standaard besteksbepalingen (RS) - De administratieve voorwaarden opgenomen in de Verkorte Voorwaarden voor Werken 2010 zijn enkel gebaseerd op het BW: Boek 7, Titel 12 (aanneming van werk). - Variabele factoren zoals “Beperkingen ten aanzien de toegang en het gebruik van het werkterrein” worden middels bijlagen (b.v. documenten klant) toegevoegd. Dit met als doel om tot een daadwerkelijke reductie van administratieve lasten te komen en de inspanning om de Verkorte Voorwaarden voor Werken 2010 “up to date” te houden tot een minimum te beperken. De Verkorte Voorwaarden voor Werken 2010 zijn gebaseerd op toepassing bij bouw-, verbouw- en renovatie projecten in hoofdaanneming met een beperkt uitvoeringsrisico. Onder beperkt uitvoeringsrisico dient te worden verstaan: - geen aanwijzing dat de klant zijn uitvraag wezenlijk zal herzien; - alle eisen geformuleerd zijn; - geen ‘mogelijke’ eisen, optionele eisen of eisen waarvan de mogelijkheid van realisatie ter discussie staat; (bestekswijziging c.q. meerwerk) - geen project met coördinatie verplichting voor (markt) partijen; - geen oplevering in delen van het werk; - geen werkzaamheden aan cruciale (b.v. beveiliging) systemen waarbij een integrale beproeving noodzakelijk is; - geen noodzaak om, door de aard van de opdracht, de in de Verkorte Voorwaarden voor Werken 2010 opgenomen algemene voorwaarden aan te passen, aan te vullen en/of te wijzigen. Indien niet wordt voldaan aan bovenstaande eisen, en/of het voorschrijven van uitgebreide procedures noodzakelijk wordt geacht, kan niet meer worden gesproken over een minimaal uitvoeringsrisico. Deze opdrachten dienen middels een “volledig” bestek/contract, gebaseerd op de UAV 2012 inclusief RS of UAV-GC 2005, te worden gerealiseerd. De Verkorte Voorwaarden voor Werken 2010 worden alleen herzien, voor zover en indien: de wet- en regelgeving wijzigingen hebben ondergaan. HANDLEIDING VVW 2010 Pagina 1 van 24 HANDLEIDING VVW 2010 De Verkorte Voorwaarden voor Werken 2010 zijn tot stand gekomen met medewerking van: Datum 25 augustus 2014 Rijksvastgoedbedrijf De Directie Transacties en Ontwikkeling De Directie Bestuur & Bedrijfsvoering, afdeling Juridisch Advies Eindredactie: P.L.J. van der Zouw (Rijksvastgoedbedrijf) S.A. Brands LL.B (Stichting STABU) Opmerkingen op de Verkorte Voorwaarden Werken 2010 gaarne per e-mail zenden aan: Rijksvastgoedbedrijf Directie Transacties en Ontwikkeling, afdeling Inkoop en Contractmanagement, sectie Contractvorming en Inkoop De heer P.L.J. van der Zouw Postbus 20952 2500 EZ Den Haag E:mail: [email protected] HANDLEIDING VVW 2010 Pagina 2 van 24 HANDLEIDING VVW 2010 Algemeen De bepalingen van de Verkorte Voorwaarden voor Werken 2010 dienen één op één in het projectbestek te worden opgenomen. Bij keuzeposten dient (projectafhankelijk) een keuze te worden gemaakt uit de aangeboden mogelijkheden. Datum 25 augustus 2014 Bestekken geschreven in opdracht van het Rijksvastgoedbedrijf (RVB) dienen van geen andere omslag te zijn voorzien dan een omslag (schutblad) in RVB huisstijl. Deze omslagen zijn verkrijgbaar via de RVB projectbevoegde in wiens opdracht het bestek wordt samengesteld. Algemene richtlijnen voor de bestekschrijver Versie van de Verkorte Voorwaarden Werken 2010 De bestekschrijver dient de vigerende versie van de Verkorte Voorwaarden voor Werken 2010 toe te passen (te downloaden van www.stabu.org). Het toepassen van een verouderde versie van de Verkorde Voorwaarden 2010 of zelfs het toepassen van de VVW 2006 leidt tot zowel technisch als juridisch ernstige problemen. Deze voorwaarden zijn achterhaald en dienen niet meer toegepast te worden. Normen, voorschriften en richtlijnen Bij het samenstellen van bouwstof- en resultaatspecificaties dient de bestekschrijver (in deze volgorde) gebruik te maken van: 1. Beoordelingsrichtlijnen (gecertificeerde producten en processen); 2. Normen en daarmee vergelijkbare publicaties (zoals CUR aanbevelingen e.d.); 3. Bouwstof-/productspecificaties. Nederlandse (of nationale) merk-/fabrikantnamen, certificaten, normen en technische specificaties In het kader van de Aanbestedingswet 2012, waar de overheid en dus het Rijksvastgoedbedrijf zich aan moet conformeren, (uitgewerkt in het Aanbestedingsreglement Werken 2012 (ARW 2012), is het bij zowel Europese als nationale aanbestedingen niet toegestaan om te verwijzen naar een nationale norm, technische goedkeuring dan wel technische specificaties inzake het ontwerpen, berekenen en uitvoeren van werken. Dit is slechts toegestaan bij het ontbreken van Europese normen waarbij iedere verwijzing vergezeld moet gaan van de woorden ”of gelijkwaardig”. Tevens stelt artikel 2.76 lid 5 van de Aanbestedingswet 2012 het volgende: “Een aanbestedende dienst verwijst in de technische specificaties niet naar een bepaald fabricaat, een bepaalde herkomst of een bijzondere werkwijze, een merk, keurmerk of certificaat betreffende duurzaamheid, milieu of dierenwelzijn, dan wel gebaseerd op sociale overwegingen, een octrooi of een type, een bepaalde oorsprong of een bepaalde productie, waardoor bepaalde ondernemingen of bepaalde producten worden bevooroordeeld of uitgesloten, tenzij dit door het voorwerp van de overheidsopdracht gerechtvaardigd is” Het Aanbestedingsreglement Werken 2012 stelt per aanbestedingsprocedure het volgende: “De aanbesteder maakt in de technische specificaties geen melding van een bepaald fabricaat, een bepaalde herkomst of een bijzondere werkwijze, noch van HANDLEIDING VVW 2010 Pagina 3 van 24 HANDLEIDING VVW 2010 een verwijzing naar een merk, keurmerk of certificaat betreffende duurzaamheid, milieu of dierenwelzijn, dan wel gebaseerd op sociale overwegingen, een octrooi of een type, een bepaalde oorsprong of een bepaalde productie, waardoor bepaalde ondernemingen of bepaalde producten worden bevooroordeeld of uitgesloten.” Datum 25 augustus 2014 Dit resulteert in de verplichting dat in bestekken die worden aanbesteed door het Rijksvastgoedbedrijf bij iedere noodzakelijke verwijzing zoals hier bedoeld, dient te worden vermeld “of gelijkwaardig”. Onder de Aanbestedingswet 2012 en het ARW 2012 dient een bouwstof waarbij melding wordt gemaakt, van een bepaald fabricaat, merk e.d., vergezeld te gaan van de woorden “of gelijkwaardig”. In plaats van de woorden “of gelijkwaardig” dient in principe het woord “zoals” te worden gelezen. Het is mogelijk, als men op geen andere wijze duidelijk kan maken wat men wil, om dus wel een fabricaat, merk e.d. te benoemen maar niet te eisen, ofwel een bouwstof (product) welke bijvoorbeeld hetzelfde kan of van overeenkomstige kwaliteit is. Alleen wanneer het noodzakelijk is dat er daadwerkelijk een fabricaat, merk e.d. moet worden voorgeschreven (bv. sloten uitbreiding PI) is dit, mits ontwijfelbaar gemotiveerd in de aanbestedingsstukken, toegestaan. Waarbij alleen bij deze specifieke bouwstoffen de tekst niet wordt vergezeld van de tekst “of gelijkwaardig”! 100% Duurzaam inkopen Rijksoverheid Het kabinet heeft in het beleidsprogramma 2007 - 2011 de doelstelling geformuleerd dat het Rijk vanaf 2010 voor 100% duurzaam inkoopt. 100% duurzaam inkopen betekent voor de Rijksgebouwendienst/het Rijksvastgoedbedrijf dat zij vanaf 1 januari 2010 in alle aanbestedingen en inkopen van de voor de Rgd/het RVB relevante productgroepen, de opgestelde duurzaamheideisen opneemt en er daarmee voor zorgt dat het resultaat van de inkoop voldoet aan deze eisen. Het gaat hierbij om de minimumeisen aan het product en contractbepalingen. De contractbepalingen en de minimumeisen, welke betrekking hebben op de uitvoering, zijn opgenomen in de VVW 2010. De overige minimumeisen zijn vastgelegd in het bij het project behorende programma van eisen en de bijlagen. Conform de opdracht voor deze (bestek)fase dienen de betreffende eisen in het bestek (bestekboek en tekeningen) te worden uitgewerkt. Precontractuele bepalingen (selectie- en gunningcriteria bij aanbestedingen) Precontractuele bepalingen als maatschappelijke, technische, organisatorische en financieel-economische eisen waaraan een inschrijver moet voldoen, alsmede de gegevens die moeten worden overlegd om in aanmerking te kunnen komen voor de opdracht van het werk, worden uitsluitend in de uitnodiging tot inschrijving opgenomen. HANDLEIDING VVW 2010 Pagina 4 van 24 HANDLEIDING VVW 2010 Bijlagen bij het bestek De navolgende modelformulieren en andere documenten dienen (indien van toepassing) als bijlage bij het bestek te worden gevoegd en als zodanig te zijn vermeld in het “Overzicht bijlagen” op de voorbladen van het bestek: - - Datum 25 augustus 2014 Veiligheids- en gezondheidsplan (V&G-plan); Model garantieverklaring voor een onderdeel; Model afroep(bank)garantie; Norm voor Technisch Revisietekenwerk; (te downloaden bij www.rgd.nl onder ”Publicaties”, “Regeling Revisietekeningen”;) RVB Standaard technische bepalingen; (te downloaden bij http://www.stabu.org/diensten/bestekteksten/rijksgebouwendienst-vvw2010) Model Verantwoordingsformulier Social return VVW 2010; Beperkingen ten aanzien van de toegang en het gebruik van het werkterrein. De voornoemde bijlagen voor de VVW 2010 (tenzij anders vermeld) kunnen worden gedownload op: http://www.stabu.org/diensten/bestekteksten/rijksgebouwendienst-vvw2010. BESTEKOMSLAG De bestekomslagen uitvoeren in RVB huisstijl. De omslagen zijn verkrijgbaar via de RVB projectbevoegde in wiens opdracht het bestek wordt samengesteld. In het venster van de RVB bestekomslag op het voorblad zichtbaar vermelden: BESTEK Ten behoeve van de (renovatie) bouw van ..... (omschrijving van het gebouw) Projectnummer: ..... (RVB projectnummer) Datum: ..... (de officiële uitgavedatum van het bestek) HANDLEIDING VVW 2010 Pagina 5 van 24 HANDLEIDING VVW 2010 TITELPAGINA Opdrachtgever Hier de volledige naam-, RVB-directie-, vestigingsadres-, postadres-, emailadres-, telefoon- en faxgegevens van de projectbevoegde vertegenwoordiger van de opdrachtgever vermelden. Bij adresgegevens van Rijksvastgoedbedrijf onderdelen die beschikken over een intern postcodenummer dit intern postcodenummer vermelden. Datum 25 augustus 2014 Directie Met de directie in VVW 2010 wordt niet de directie volgens de UAV bedoeld, daar op de VVW 2010 er geen administratieve voorwaarden van toepassing zijn. En er dus geen specifieke directiewerkzaamheden en verplichtingen zijn vastgelegd. De werkzaamheden en bevoegdheden van de directievoerder van een VVW 2010 bestek dienen projectspecifiek te worden overeengekomen. De als samengestelde aanduiding voorkomende vermelding van bv. “Directie Transacties en Ontwikkeling” of “Directie Vastgoedbeheer” duidt op het Rijksvastgoedbedrijf dienstonderdeel. Adviseur(s) Indien het noodzakelijk is dat een adviseur of architect, naast de Directievoerder, beslissingsbevoegdheid (bindende afspraken) heeft ten behoeve van het project, dienen de gegevens van de natuurlijke of rechtspersoon in het bestek te worden vermeld. Paginanummering Opdrachtgever en aannemer behoren in het bezit te zijn van eenduidige en complete documenten die de overeenkomst vormen. Conform het ARW 2012 wordt bij opdracht een gewaarmerkt exemplaar van de contractstukken aan de aannemer toegezonden. Om ervoor zorg te dragen dat de overeenkomst wordt gesloten op basis van eenduidige en complete documenten worden de documenten voorzien van zogenaamde identificatiegegevens. Als onderdeel van de identificatie van het bestekboek als contractdocument op deze pagina in de invultekst het aantal genummerde pagina’s en alle niet-genummerde pagina’s (zoals bestekomslag) aangeven. De titelpagina en inhoudsopgaven pagina's apart vermelden. HANDLEIDING VVW 2010 Pagina 6 van 24 HANDLEIDING VVW 2010 BIJLAGEN Het bestek omvat “de voor het werk geldende voorwaarden en de beschrijving van het werk, de daarbij behorende tekeningen, de voor het werk geldende technische bepalingen, de nota van inlichtingen en het proces-verbaal van aanwijzing." Datum 25 augustus 2014 Onder “Bijlagen” dienen de (werk)tekeningen, de beperkingen ten aanzien van de toegang en het gebruik van het werkterrein en andere documenten te worden vermeld, welke worden toegevoegd aan het bestek. Het V&G-plan ontwerpfase en het V&G-dossier maken deel uit van het bestek. Bijlagen en andere documenten behorend bij de nota van inlichtingen dienen ook in de nota te worden vermeld. Bijlagen dienen eenduidig in het “Overzicht bijlagen” te worden vermeld met datum, eventueel (versie)nummer en titel. Als datum van een document dient vermeld te worden de dag waarop het betreffende document als zijnde gereed wordt beschouwd. Men dient er voor te zorgen dat de datum aanduidingen consistent zijn (bijvoorbeeld: een document met een bepaalde datum kan geen verwijzing bevatten naar documenten met een latere datum). In geval er sprake is van een openbare (Europese) aanbesteding dient het bestek aan de aanbestedingsvoorwaarden die voortvloeien uit de Aanbestedingswet 2012, de Gids Proportionaliteit en het ARW 2012 te voldoen. Aangezien het overnemen of interpreteren van terrein- en bodemgegevens de kans op het ontstaan van onjuistheden en tegenstrijdigheden vergroot, wordt aanbevolen te verwijzen naar als bijlage bij het bestek te voegen documenten. HANDLEIDING VVW 2010 Pagina 7 van 24 HANDLEIDING VVW 2010 EINDPAGINA DE BESTEKSTUKKEN DIENEN TE WORDEN GEWAARMERKT VOLGENS DE INSTRUCTIES VAN DE OPDRACHTGEVER (RIJKSVASTGOEDBEDRIJF). Datum 25 augustus 2014 Te waarmerken bestekstukken overeenkomstig de gevolgde ARW 2012 procedure het: inschrijvingsbiljet; het bestek; de nota van inlichtingen; het proces-verbaal van aanwijzing. Van bovengenoemde bestekstukken dienen ten minste 2 exemplaren te worden gewaarmerkt. Te weten: van elk één exemplaar t.b.v. de projectbevoegde (opdrachtgever); van elk één exemplaar t.b.v. de aannemer (opdrachtnemer). HANDLEIDING VVW 2010 Pagina 8 van 24 HANDLEIDING VVW 2010 ALGEMENE TOELICHTING OP DE VOOR HET WERK GELDENDE BEPALINGEN. INFORMATIE-OVERDRACHT Datum 25 augustus 2014 Toelichting Het vervaardigen van tekeningen, berekeningen en andere documenten door de aannemer is afhankelijk van hetgeen daaromtrent in de van toepassing zijnde voorschriften is bepaald en hetgeen is overeengekomen ten aanzien van de taakverdeling tussen de opdrachtgever/directie met de aannemer. Bovenstaande gegevens en stukken dienen per project en per onderdeel door de ontwerpende partij aan de opdrachtgever/directie te worden verstrekt. De opdrachtgever dient ervoor te zorgen dat de aannemer tijdig kan beschikken “over de publiekrechtelijke en privaatrechtelijke toestemmingen, die voor de opzet van het werk volgens het bestek vereist zijn” en "over de benodigde tekeningen en andere gegevens". De opdrachtgever/directie zorgt daarom voor het aanleveren van bescheiden, alsmede voor het verstrekken van de daartoe benodigde gegevens aan de aannemer. Indien een (Europees erkende) BRL is voorgeschreven, voldoen bouwstoffen/-producten respectievelijk processen middels het te verstrekken certificaat aan de (in de BRL genoemde) prestatie-eisen volgens het Bouwbesluit. HANDLEIDING VVW 2010 Pagina 9 van 24 HANDLEIDING VVW 2010 1 BESCHRIJVING VAN HET WERK; GEGEVENS 11 Algemeen 11.1 Algemene beschrijving 01. Toelichting: Algemene omschrijving van het werk Invultekst algemeen Als situering de straat en plaatsnaam vermelden. Als omschrijving van het werk vermelden: Datum 25 augustus 2014 “De nieuwbouw (verbouw, restauratie, sloop enz.) van … (het gerechtsgebouw, de penitentiaire inrichting, het belastinggebouw, het rijkskantorengebouw enz.).” >>> Bepaling 11.1-01 altijd in het projectbestek opnemen. 11.2 Locatie 01. Toelichting: Tot de locatiegegevens behoren ook de kadastrale gegevens indien noodzakelijk. >>> Bepaling 11.2-02 altijd in het projectbestek opnemen. 11.3 Algemene gegevens 01. Werkterrein Toelichting: Het oppervlak van het werkterrein dient eenduidig (op tekening) te worden aangegeven. De bepaling is van belang in verband met het fysiek afbakenen van het gebied dat de aannemer mag gebruiken om het werk uit te voeren. Indien er geen werkterrein wordt aangewezen of als de aannemer hiervan geen gebruik wil maken is het gebruik van een ander werkterrein voor rekening van de aannemer. Indien het werkterrein na oplevering, in de oorspronkelijke staat moet worden teruggebracht, dient dit in het bestek te worden vermeld. Het correct definiëren van het werkterrein is van belang voor het juiste gebruik van de bepalingen onder 23.4-01 van de VVW 2010 (Beperkingen ten aanzien van werkterrein bij verschillende projecten). >>> Bepaling 11.3-01 altijd in het projectbestek opnemen. HANDLEIDING VVW 2010 Pagina 10 van 24 HANDLEIDING VVW 2010 02. Rooilijn Toelichting: Alleen door het op deze wijze doen vastleggen van de rooilijn (gemeente, kadaster) kan absolute zekerheid worden verkregen omtrent de juiste ligging daarvan. >>> Datum 25 augustus 2014 Bepaling 11.3-02 indien niet van toepassing N.V.T. invullen. 03. Peil Toelichting: In geval van nieuwbouw, verbouw, restauratie, renovatie en plaatselijk sloopwerk de absolute peilhoogte vaststellen. Afhankelijk van het project kan gebruik worden gemaakt van de eerste of de tweede keuzetekst. >>> Bepaling 11.3-03 altijd in het projectbestek opnemen. 12 Documenten 12.1 Tekeningen >>> Bepaling 12.1 altijd in het projectbestek opnemen. 12.2 Bijlagen Toelichting: Van toepassing zijnde formulieren en documenten als bijlage bij het bestek toevoegen en in het "Overzicht bijlagen" in het bestek vermelden. "12.2 bijlagen" kan en dient aangevuld te worden met andere van toepassing zijnde projectspecifieke formulieren en documenten. >>> Bepaling 12.2 altijd in het projectbestek opnemen. 13 Aanduidingen, begripsbepalingen Toelichting: In VVW 2010 zijn de volgende begripsbepalingen opgenomen, te weten: >>> het Werk; Werkterrein; Dag Werkdag Projectbevoegde; Directie Aannemer Installateur; (13.1) (13.2-01 en 13.2-02) (13.3-01) (13.3-02) (13.4-01) (13.5-01) (13.6-01) (13.7-01) Bepaling 13.1 t/m 13.7 altijd en ongewijzigd in het projectbestek opnemen. HANDLEIDING VVW 2010 Pagina 11 van 24 HANDLEIDING VVW 2010 2. 21. 21.1 ALGEMENE VOORWAARDEN Voor het werk geldende voorwaarden en voorschriften Van toepassing zijnde voorwaarden LET OP: HET GAAT HIER OM DE TECHNISCHE BEPALINGEN ER WORDEN GEEN ADMINISTRATIEVE VOORWAARDEN VAN TOEPASSING VERKLAARD. Toelichting: De STABU Standaard Technische Bepalingen zoals deze zijn opgenomen in de STABU Standaard 2012 zijn van toepassing. De RVB Standaard Technische Bepalingen vullen deze voorwaarden aan. Hierin zijn ten behoeve van het bestek technische voorwaarden bijeengebracht die het Rijksvastgoedbedrijf noodzakelijk acht. >>> Bepaling 21.1-01 t/m -03 altijd letterlijk in het projectbestek opnemen. Datum 25 augustus 2014 LET OP: 21.1 LID 04 BETREFT GEEN TECHNISCHE BEPALING MAAR HOOFDELIJKE AANSPRAKELIJKHEID Toelichting: De regeling correspondeert met artikel 3.19.2 ARW 2012. De gelding van de regeling zal in geschillen tussen Nederlandse ondernemingen wel worden aangenomen, ook wanneer de regeling niet ook in het bestek is opgenomen (gewoonterecht; bestendig gebruik in de sector, etc.) maar dit sluit niet geheel uit dat een ondernemer die niet volledig op de hoogte is van de Nederlandse mores (aannemer Europese lidstaat) met succes kan betogen dat zo'n regeling tenminste ook deel uit moet gaan maken van de aannemingsovereenkomst zelf. Artikel 3.19.2 ARW 2012 luidt: “Tenzij de aanbesteder in de aankondiging anders bepaalt, zijn twee of meer ondernemers die gezamenlijk inschrijven hoofdelijk aansprakelijk voor de nakoming van alle uit de overeenkomst voortvloeiende verplichtingen. >>> Bepaling 21.1 lid 04 altijd opnemen tenzij het RVB aangeeft dat dit artikel achterwege moet blijven. 22. 22.1 Voor het werk geldende bepalingen Directie LET OP: DIT IS NIET DIRECTIE UAV. DIRECTIEVOERING DIE VOORTVLOEIT UIT DE UAV IS HIER NIET VAN TOEPASSING Toelichting: De directie vertegenwoordigt de opdrachtgever c.q. projectbevoegde in alle zaken betreffende het werk en treedt namens de opdrachtgever/projectbevoegde op. Het benoemen van een directie dient uiterlijk in de opdrachtbrief aan de aannemer te worden meegedeeld. >>> Bepaling 22.1-01 altijd opnemen in het bestek. 22.2 Verplichtingen van de opdrachtgever >>> Bepaling 22.2-01 altijd opnemen in het bestek. 22.3 Verplichtingen van de aannemer Toelichting: HANDLEIDING VVW 2010 Pagina 12 van 24 HANDLEIDING VVW 2010 De voorwaarden opgenomen in de leden 01 t/m 10 van deze bepaling zijn de minimale voorwaarden noodzakelijk ten aanzien van de verplichting van de aannemer. Deze leden vloeien voort uit het BW (aanneming van werk). Derhalve zijn geen andere voorwaarden op dit bestek van toepassing en/of mag deze bepaling niet worden gewijzigd, aangevuld of uitgebreid. Indien de opdrachtgever gebruik wil maken van, bepaling 22.3-06, voorgeschreven onderaannemer(s), dienen deze in bepaling 22.3-06a te worden genoemd. >>> Bepaling 22.2-01 t/m -10 altijd ongewijzigd opnemen in het bestek. >>> Bepaling 22.03-06a in het bestek opnemen indien de opdrachtgever gebruik maakt van voorgeschreven onderaannemer(s). Datum 25 augustus 2014 11. Toelichting: Door maatschappelijk verantwoordelijke overheidsopdrachten (MVOO) te stimuleren, kan het Rijksvastgoedbedrijf bedrijven een drijfveer geven om op maatschappelijke verantwoorde wijze te ondernemen. In het kader van scholing en werkgelegenheid van personen met een vergrote afstand tot de arbeidsmarkt (geen reclassering) neemt de Rijksoverheid bij inkopen en aanbestedingen "social return" als contractvoorwaarde op. Deze maatregel houdt in dat het Rijksvastgoedbedrijf, bij aanbestedingen van werken en diensten met een loonsom hoger dan € 250.000,00 (waarbij mag worden gerekend met het gegeven dat 30% van geraamde aannemingssom de loonkosten vertegenwoordigen, waardoor de discussie m.b.t. de inzet van onderaannemers wordt vermeden en een eenduidige eis is geformuleerd waaraan moet worden voldaan en sancties aan kunnen worden gerelateerd), in het contract opneemt dat de aannemer ten behoeve van de uitvoering van de opdracht, ook personen met een vergrote afstand tot de arbeidsmarkt moet inzetten. Het bijbehorende verantwoordingsformulier social return dient als bijlage bij het bestek te worden gevoegd. >>> Bepaling 22.3-11 altijd in het projectbestek opnemen indien de loonsom (30% van de aanneemsom) meer dan 250.000 euro bedraagt. 22.4 Uitvoeringsduur, oplevering 01. >>> Bepaling 22.4-01 ongewijzigd opnemen in het bestek. 02. Toelichting: Bepaling 22.4-02 alleen opnemen indien de werkzaamheden op het werkterrein en/of de bouwplaats bijvoorbeeld bij verbouw of restauratie, als gevolg van het toegankelijk/beschikbaar zijn van het object, niet eerder kan plaatsvinden dan een vastgestelde datum. In dat geval deze bepaling opnemen. HANDLEIDING VVW 2010 Pagina 13 van 24 HANDLEIDING VVW 2010 Bijvoorbeeld, werkzaamheden bestaan uit het aanbrengen van een dakraam, maar het gebouw is niet eerder toegankelijk dan een maand na de opdracht. De aannemer kan wel beginnen met het maken van het dakraam, dus het werk is begonnen zoals bedoeld in bepaling 22.4-01 aanvang voor het werk, maar er wordt een latere datum overeengekomen voor het plaatsen (lees aanvang werkzaamheden op het werkterrein). >>> Datum 25 augustus 2014 Bepaling 22.4-02 op aangeven van de projectbevoegde van het Rijksvastgoedbedrijf, datum of N.V.T. in het bestek opnemen. 03. Toelichting: Bij het gebruik van de VVW 2010 kan alleen maar een opleverdatum worden overeengekomen. Een opleveringstermijn is voor VVW 2010 niet toegestaan. >>> Bepaling 22.4-03 altijd in het projectbestek opnemen. 22.5 Onderhoudstermijn 01. Toelichting: De duur van de onderhoudstermijn is conform de vigerende versie van de Rijksgebouwendienst Handleiding overdracht tussen Projecten en Beheer 1 jaar, tenzij de projectbevoegde van het Rijksvastgoedbedrijf anders bepaalt. >>> Bepaling 22.5-01 altijd ongewijzigd in het bestek opnemen en de van toepassing zijnde periode invullen. 02. Toelichting: In aanvulling op de onderhoudstermijn, bepaling 22.5-01, kan het noodzakelijk zijn dat de aannemer aan installaties onderhoudswerkzaamheden dient uit te voeren, conform de voorschriften van de fabrikant/leverancier en wel zodanig dat aan de voorwaarden tot garantie van de fabrikant-leveranciersgarantie voldaan wordt, zodat de RVB het recht op deze garantie blijft behouden. De in de vigerende versie van de Rijksgebouwendienst Handleiding overdracht tussen (Beheer), Projecten en Beheer genoemde, projectspecifiek gemaakte, documenten toevoegen in overleg met de projectbevoegde. De projectbevoegde kan zorg dragen voor de benodigde (model)documenten. >>> Bepaling 22.5-02 altijd ongewijzigd in het bestek opnemen. 22.6 Aansprakelijkheid van de aannemer na de oplevering >>> Bepaling 22.6-01 t/m -03 altijd ongewijzigd in het projectbestek opnemen. 22.7 Verwerking van bouwstoffen 01. Toelichting: HANDLEIDING VVW 2010 Pagina 14 van 24 HANDLEIDING VVW 2010 Het kabinet heeft in juni 2004 bepaald dat overheden die hout inkopen zoveel mogelijk duurzaam hout moeten inkopen. Op 24 juni 2004 heeft het voormalig ministerie van VROM de Nederlandse criteria voor duurzaam hout vastgesteld en aan de Tweede Kamer gezonden. Deze criteria hebben betrekking op houtcertificatiesystemen en behandelen duurzaam bosbeheer, de handelsketen en de inrichting van een certificatiesysteem. Een onafhankelijke toetsingscommissie inkoop hout (TPAC: Timber Procurement Assessment Committee) toetst in opdracht van de Rijksoverheid, welke certificatiesystemen aan de criteria voldoen. De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (voorheen AgentschapNL) heeft op basis hiervan criteria (minimumeisen) geformuleerd voor de inkoop van duurzaam geproduceerd hout. Overheidsinkopers dienen deze te hanteren bij aanbestedingen en bij de inkoop van hout en producten waarin de grondstof hout is verwerkt. Op basis van deze criteria zijn door vertegenwoordigers van Stichting Probos en de Rijksoverheid t.w. de Rijksgebouwendienst (huidige Rijksvastgoedbedrijf), Rijkswaterstaat, Dienst Vastgoed Defensie en de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (voorheen AgentschapNL), standaard (besteks)bepalingen voor de STABU- en RAW-systematiek opgesteld, welke in de bestekken van toepassing verklaart dienen te worden. Vanaf 2 juni 2014 accepteert staatssecretaris Wilma Mansveld van Infrastructuur en Milieu ook het Maleisische certificatiesysteem voor duurzaam hout MTCS (Malaysian Timber Certification Scheme) voor twee jaar in het rijksinkoopbeleid. De komende twee jaar kan hout worden ingekocht indien kan worden aangetoond dat wordt voldaan aan ten minste 7 van de 9 principes voor duurzaam bosbeheer zoals die zijn vastgelegd in TPAS. >>> Bepaling 22.7-01 en -02 altijd ongewijzigd in het projectbestek opnemen . 22.8 Keuring van bouwstoffen Toelichting: De bouwstoffen die door de opdrachtgever gekeurd zullen worden, dienen deze in hoofdstuk 3, "technische omschrijving van het werk", te worden vermeld. Voor de overige bouwstoffen is de aannemer verantwoordelijk voor de hoedanigheid en de geschiktheid van de bouwstoffen. >>> Bepaling 22.8-01 altijd ongewijzigd in het projectbestek opnemen. 22.9 Oude bouwstoffen Toelichting: De uit het werk komende oude bouwstoffen blijven eigendom van de opdrachtgever (Milieuwetgeving). Deze dienen te worden weggevoerd door de aannemer naar een erkende bewerkings- verwerkings- of eindverwerkingsinstelling. Indien er bouwstoffen/-producten eigendom worden van de aannemer dienen deze te worden benoemd middels deze bepaling en zodanig gehandeld. HANDLEIDING VVW 2010 Datum 25 augustus 2014 Pagina 15 van 24 HANDLEIDING VVW 2010 LET OP: DAN BIJ DEZE BOUWSTOFFEN/-PRODUCTEN NIET VERMELDEN "NIET VAN WAARDE VOOR DE OPDRACHTGEVER". >>> 22.10 Bepaling 22.9-01 en -02 altijd ongewijzigd in het bestek opnemen. Garantie voor een onderdeel 01. Toelichting: De aanbevolen garantietermijnen, gerekend vanaf het gereedkomen of de levering van het gegarandeerde onderdeel tot aan de datum van oplevering en in aansluiting daarop gedurende: Datum 25 augustus 2014 Systeembekledingen 10 jaar Kozijnen, ramen en deuren (staal) 5 jaar Kozijnen, ramen en deuren (aluminium) 5 jaar Kozijnen, ramen en deuren (kunststof) 5 jaar Dakbedekkingen 10 jaar Beglazing (meerbladig-/veiligheidsglas) 10 jaar Voegvulling staffelgarantie 100% tot 5 jaar, 15% tot 10 jaar Gevelschermen (zonwering, rolluiken) 3 jaar Tegelwerk (gelijmd) 3 jaar Dekvloeren 3 jaar Vloerbedekking 3 jaar Plafond- en wandsystemen 5 jaar Schilderwerk (buitenwerk lak-/muurverf) 5 jaar Schilderwerk (buitenwerk vochtregulerend) 3 jaar Schilderwerk (vernis/vochtregulerende transparante afwerking) 2 jaar Schilderwerk (binnenschilderwerk) 5 jaar Elektronische voorschakel apparaten 5 jaar Voor mogelijkheid tot het naleveren van componenten en software voor een levering of een onderdeel kan geen garantie in de zin van deze bepaling worden bedongen. Hiervoor dienen producteisen te worden opgenomen in de technische eisen. De aangegeven onderdelen vormen een algemene richtlijn, de exacte (projectgebonden) invulling van deze bepaling dient te worden vastgesteld in overleg met de Projectbevoegde van het Rijksvastgoedbedrijf. De garantie voor een onderdeel dient zorgvuldig te worden toegepast, als van een onderdeel de bouwstoffen worden voorgeschreven kan in principe alleen garantie worden gegeven op “vakmanschap” en dit valt onder de aansprakelijk van de aannemer voor een “verborgen gebrek” (en nauwlettend toezicht) waarbij de verantwoording van aannemer is beperkt tot 5 jaar na oplevering of na de onderhoudstermijnen en voor totale ongeschiktheid c.q. instorten 10 jaar (verhouding garantieperiode/aansprakelijkheidsduur aannemer en product). Door het voorschrijven van gecertificeerde producten zal een gebrek dat zich voordoet na uitwendige en visuele beoordeling en goedkeuring door de directie worden aangemerkt als een gebrek. Het RVB verlangt in principe in alle gevallen een garantie van de aannemer en maakt geen gebruik van de mogelijke garantie, voor een HANDLEIDING VVW 2010 Pagina 16 van 24 HANDLEIDING VVW 2010 onderdeel van het werk die door een onderaannemer of leverancier wordt geboden. Onder “te garanderen door”, dient altijd de naam van de aannemer te zijn ingevuld die garant staat voor het goed functioneren van het onderdeel. >>> Bepaling 22.10-01 te garanderen onderdelen in het bestek opnemen. >>> Bepaling 22.10-02 altijd ongewijzigd in het bestek opnemen. 22.11 Betaling Toelichting: De VVW 2010 kent een betalingsregeling van één termijn na oplevering van het werk of in termijnen met afroep(bank)garantie. De overwaarderegeling (op elke termijn wordt 5% ingehouden) wordt niet meer toegepast daar dit bij een faillissement slechts een schijnzekerheid biedt. Indien zich dat voordoet zal de curator deze inhouding opeisen als gevolg van het gegeven dat de aannemer betaald moet worden, hetgeen de aannemer "ontwijfelbaar toekomt". Dit in tegenstelling tot een afroep(bank)garantie. Datum 25 augustus 2014 01 >>> Bepaling 22.11-01 opnemen in het bestek indien voor betaling in één termijn na oplevering wordt gekozen. 01. Toelichting: Het aantal betalingstermijnen en het bedrag van de termijnen behoort zodanig te zijn vastgesteld, dat de aannemer het werk kan financieren zonder onnodig hoog renteverlies. Als richtlijn kan worden aangenomen dat bij een aannemingssom van circa € 5.000.000,-- incl. BTW de grootte van de termijnen circa 5% van de aannemingssom bedraagt en de grootte van een termijn ca. € 250.000,-- is. >>> Bepaling 22.11-01 opnemen in het bestek indien er voor betaling in termijnen wordt gekozen. 02. Toelichting: >>> Bepaling 22.12-02 altijd opnemen in het bestek. 22.12 Kortingen 01. Toelichting: Het kortingsbedrag dient te zijn afgestemd op de mogelijke schade, welke de opdrachtgever en klant/gebruiker (voortgang bedrijfsproces, extra/alternatieve huisvestingskosten en inventaris huisvesting) kan lijden als gevolg van een te late oplevering. Als ondergrens voor het kortingsbedrag geldt 0,05‰ van de aannemingssom met een minimum van € 70,-- en als bovengrens geldt 15% van de aannemingssom. HANDLEIDING VVW 2010 Pagina 17 van 24 HANDLEIDING VVW 2010 >>> Bepaling 22.12-01 altijd opnemen in het bestek. Het bedrag van de korting moet zijn afgestemd op de werkelijk door opdrachtgever te lijden schade. Invulling geschiedt op aanwijzing van de projectbevoegde van het Rijksvastgoedbedrijf in overleg met RVB/Vastgoedbeheer en de klant. HANDLEIDING VVW 2010 Datum 25 augustus 2014 Pagina 18 van 24 HANDLEIDING VVW 2010 22.13 Zekerheidsstelling 01. Toelichting: De aannemer moet een zekerheid stellen, groot 5% van de aannemingssom inclusief BTW. Dit mag middels een bankgarantie of afroepgarantie bij een verzekering. Bij de afroep(bank)garantie blokkeert een bank een deel van het vermogen van de aannemer of indien bij een verzekering betaalt de aannemer een premie overeenkomstig 5% van de aan aannemingssom, waarbij de bank of verzekeraar zich verplicht op eerste aanzegging van de opdrachtgever tot betaling van het gegarandeerde bedrag over te gaan. De afroep(bank)garantie zal gelden voor de gehele duur van het werk tot en met de beëindiging van een eventuele onderhoudstermijn en nadat de aannemer aan al zijn verplichtingen heeft voldaan. De opdrachtgever kan een beroep doen op de afgegeven afroep(bank)garantie, indien de aannemer niet in staat is het werk te voltooien, bijvoorbeeld door overlijden en/of faillissement. Het gegarandeerde bedrag wordt dan gebruikt om de kosten te dekken voor het aantrekken van een andere aannemer. Het aanhouden van de garantieverklaring als pressiemiddel indien de aannemer nalaat om zijn verplichtingen na te komen, heeft als enig effect dat zijn kredietwaardigheid om andere opdrachten aan te nemen vermindert. Indien niet binnen 10 werkdagen nadat het werk is opgedragen deze afroep(bank)garantie is ontvangen, zal de opdrachtgever 5% van de aannemingssom van de 1e termijn inhouden (indien deze termijn niet gelijk is aan of meer bedraagt dan 5% van de aanneemsom, dan zal het restant van de 2e termijn worden ingehouden). Deze inhouding duurt tot de aannemer alsnog aan zijn verplichting m.b.t. het leveren van de zekerheidstelling heeft voldaan. Op deze inhouding (is dus niet ingehouden overwaarde) heeft de aannemer geen recht op wat hem "ontwijfelbaar toekomt", daar hij in gebreke is gebleven. (zie ook toelichting bij bepaling 22.11) >>> Bepaling 22.13-01 altijd ongewijzigd opnemen indien er betaalt wordt in termijnen. 22.14 Verzekering Toelichting: Een algemene stelregel van de overheid is een terughoudend verzekeringsbeleid. Dit ligt ten grondslag aan het feit dat o.a. overheidsgebouwen in beginsel niet verzekerd zijn, de premie voor het totale gebouwenbestand overtreft namelijk het risico. In de praktijk zal de aannemer na opdracht in de meeste gevallen voorstellen gebruik te mogen maken van zijn doorlopende CARverzekering, overigens biedt een CAR-verzekering geen “all risk” dekking, de aannemer dient zijn CAR-verzekering project specifiek aan te vullen met de benodigde “clausules” (aanvullende “CAR-verzekeringen”). De z.g. brand/storm-verzekering volgens de bepalingen van de Nederlandse Beurs-brandpolis, heeft voor het RVB geen toegevoegde waarde daar de “brandverzekeraars” zijn overeengekomen, dat bij een HANDLEIDING VVW 2010 Datum 25 augustus 2014 Pagina 19 van 24 HANDLEIDING VVW 2010 brandschade hoger dan € 500.000,-, de (brand)verzekering van de gedupeerde deze schade overneemt en daar overheidsgebouwen niet verzekerd zijn tegen brand is bovenstaand bedrag het maximum wat zal worden uitgekeerd (het Rijk heeft geen verzekering die de schade overneemt). Om bovenstaande reden (Rijksoverheid verzekert zich niet) wordt ook het verhalen van de “restschade” op de aannemer, in het kader van redelijkheid en billijkheid, maar beperkt mogelijk en wordt om deze reden een brand/storm-verzekering niet meer geëist. Daar echter de aannemers veelal de door hem nodig geachte polissen aan het RVB voorlegt ter verificatie, met de vraag of deze voldoen aan de eisen overeenkomstig de voorwaarden, heeft de Rgd/het RVB in samenwerking met Stichting STABU en de verzekeringsbranche minimumeisen opgesteld voor een CAR-verzekering met secties, welke dienen te worden opgenomen in de projectbestekken. Datum 25 augustus 2014 Het RVB verplicht de aannemer wel om bij werkzaamheden in of bij bestaande rijksgebouwen een WA-verzekering af te sluiten. Let wel, het RVB doet hierin afstand van zijn rechten op het meerdere, m.a.w. de dekking wordt beperkt per schadegeval (hoogte is vastgesteld in overleg met de verzekeringsbranche), maar dit geldt alleen voor de aansprakelijkheid van de aannemer jegens het RVB en niet de aansprakelijkheid van de aannemer jegens derden. Waarbij de aannemer zal bedingen dat ingeval van schade, de uitkering van de schadepenningen ter zake van de risico's en interesten waarvoor verzekering is voorgeschreven, inclusief omzetbelasting, worden uitgekeerd aan de Staat der Nederlanden (Rijksvastgoedbedrijf) als verzekerde of, middels een akte van cessie waarbij het vorderingsrecht op naam wordt overgedragen van de aannemer naar de Staat der Nederlanden / Rijksvastgoedbedrijf. >>> Bepaling 22.14-01 altijd ongewijzigd in het bestek opnemen. HANDLEIDING VVW 2010 Pagina 20 van 24 HANDLEIDING VVW 2010 22.15 Geschillen 01. >>> Bepaling 22.15-01 altijd ongewijzigd in het bestek opnemen. 23. 23.1 Overige algemene voorwaarden Werkzaamheden met toestemming van de opdrachtgever 01. Toelichting: Onder deze werkzaamheden worden verstaan alle werkzaamheden die gedurende de uitvoeringstermijn, in opdracht van de opdrachtgever c.q. gebruiker op het werk c.q. werkterrein, door andere partijen dan de aannemer worden uitgevoerd. Indien deze werkzaamheden tijdens de uitvoeringstermijn door andere partijen, in deze bepaling vermelden.(bv. door nutsbedrijven, bewaarders P.I., schoonmakers, beveiliging etc.) >>> Bepaling 23.01-01 in het projectbestek opnemen indien van toepassing. 23.2 Leerling bouwplaats 01. Toelichting: In een stimuleringsovereenkomst, in 1992 ondertekend door vertegenwoordigers van de Bouw- en Houtbond FNV, de Hout- en Bouwbond CNV, het Algemeen Verbond Bouwbedrijf en het (toenmalig) Ministerie van VROM, is tot doel gesteld het leerlingbouwplaatsenbeleid actief te ondersteunen. Met het creëren van leerlingbouwplaatsen wordt een zeer belangrijke bijdrage geleverd aan opleiding en ontwikkeling op bouwvakgebied. Fundeon heeft aandacht voor de volgende aspecten: aanwezigheid van timmer-, metsel- en/of tegelwerken; duur betreffende leerlingwerkzaamheden (liefst 4 tot 6 maanden); de aannemer een gecertificeerd leerbedrijf is of de bereidheid heeft zich te certificeren (een ruim percentage van de aannemers die in opdracht van de Directie Projecten werken zijn gecertificeerd); beschikbaarheid leermeesters in dienst. >>> Bepaling 23.2-01 altijd ongewijzigd in het projectbestek opnemen. 23.3 Arbeidsomstandighedenbesluit Toelichting: Opnemen indien de verplichtingen voortvloeiende uit het Arbeidsomstandighedenbesluit op het werk van toepassing zijn. Een Veiligheids- en Gezondheidsplan is verplicht indien het werk risicovol is (gevaar van bedelving, vastraken of vallen, blootstellen aan chemische en biologische stoffen, ioniserende straling, werkzaamheden nabij hoogspanningskabels, verdrinkingsgevaar, graven putten en ondergrondse- en tunnelwerken, werken met duikuitrusting of onder/overdruk, gebruik van springstoffen en montage of demontage van zware geprefabriceerde elementen) of een kennisgeving verplicht is. De kennisgeving is verplicht indien de geraamde duur van het bouwwerk meer dan 30 mensdagen beslaat en op die bouwplaats op enig moment meer dan 20 werknemers tegelijkertijd werken, of: indien de geraamde HANDLEIDING VVW 2010 Datum 25 augustus 2014 Pagina 21 van 24 HANDLEIDING VVW 2010 duur van het werk meer dan 500 mensdagen beslaat (geraamde aannemingssom groter dan € 350.000,00). >>> Bepaling 23.3-01 t/m -03 altijd ongewijzigd opnemen in het bestek indien een van de onder "23.3 Toelichting” omschreven situaties zich voordoet. 23.4 Beperkingen ten aanzien van werkterrein 01. Toelichting: De toegang tot werkterreinen en de speciale geldende voorschriften zoals die gelden voor PI's, musea, defensieterreinen e.d. worden niet meer standaard in VVW 2010 opgenomen i.v.m. de wisselende eisen van de gebruikers. Hiertoe dienen de regels van de betreffende gebruikers ten aanzien van de toegang en het gebruik van het werkterrein als bijlage bij het bestek te worden gevoegd. >>> Bepaling 23.4-01 altijd opnemen in het bestek bijlage op aanwijzing van de projectbevoegde van het Rijksvastgoedbedrijf. 23.5 Communicatie 01. Toelichting: De voorwaarden opgenomen in de leden 01 t/m 03 van deze bepaling betreffen de minimale beheers- c.q. administratieve inspanningen noodzakelijk ten aanzien van de vastlegging tussen de opdrachtgever c.q. directie en de aannemer. De frequentie en aanvullen van de minimumeisen is ter beoordeling van de directie. >>> Bepaling 23.5-01 t/m -03 altijd ongewijzigd opnemen in het bestek opnemen. Datum 25 augustus 2014 04. Toelichting: Deze bepaling regelt de bevoegdheid van de aannemer met betrekking tot de publiciteit over het werk. >>> Bepaling 23.5-04 altijd ongewijzigd opnemen in het bestek opnemen. 23.6 Naleven Wet Arbeid Vreemdelingen Toelichting: De Wet arbeid vreemdelingen (Wav) geeft aan op welke wijze vreemdelingen toegang hebben tot de Nederlandse arbeidsmarkt. In deze wet worden regels gesteld waaraan werkgevers moeten voldoen indien zij door vreemdelingen arbeid laten verrichten. In de wet wordt onder een werkgever verstaan degene die in de uitoefening van een ambt, beroep of bedrijf een ander arbeid laat verrichten en de natuurlijke persoon die een ander huishoudelijke of persoonlijke diensten laat verrichten. Het werkgeverschap is in de zin van de Wav ruimer dan de civielrechtelijke definitie van een werkgever. De ruime omschrijving van het werkgeverschap in de Wav brengt mee dat een persoon die arbeid verricht meer dan één werkgever kan hebben. Te denken valt aan een situatie waarin een persoon door tussenkomst van een bedrijf wordt ingezet voor het uitvoeren van werkzaamheden bij een ander bedrijf, dit is HANDLEIDING VVW 2010 Pagina 22 van 24 HANDLEIDING VVW 2010 bijvoorbeeld het geval bij het in- en uitlenen van arbeidskrachten en bij uitbesteding en aanneming van werk. Het brede werkgeversbegrip houdt dus in dat ook een werkgever die via intermediairs zoals uitzendbureaus en loonbedrijven personeel inhuurt, werkgever is in de zin van de Wav. De werkgever die inhuurt, is ervoor verantwoordelijk dat de persoon die voor hem werkt een tewerkstellingsvergunning heeft, tenzij de intermediair hier al over beschikt. Een opdrachtgever die het werk via een (onder)aannemer uitbesteedt, wordt eveneens aangemerkt als werkgever in de zin van de Wav, voor de werkzaamheden die de (onder)aannemer door een vreemdeling laat verrichten. (Uitzendbureaus, loonbedrijven, aannemers en onderaannemers vallen onder het brede werkgeversbegrip van de Wav). Datum 25 augustus 2014 In bovengenoemde situaties is dus iedere werkgever, van (hoofd)opdrachtgever tot (onder)aannemer, van uitzendbureau tot inlener, verantwoordelijk voor de juiste naleving van de wettelijke verplichtingen en kan aan iedere werkgever een boete worden opgelegd als ergens in de keten van werkgevers de wet wordt overtreden. Indien een overtreding aan een werkgever niet of in mindere mate verweten kan worden, kan een boete achterwege blijven of gematigd worden. Voor de beoordeling van de mate van verwijtbaarheid zijn alle relevante feiten en omstandigheden van het geval bepalend. Daarnaast is de wijze waarop en de mate waarin de opdrachtgever of andere werkgevers ten behoeve van wie het werk wordt uitgevoerd, op de juiste naleving van de wet- en regelgeving toeziet, van belang. Voor de invulling van de eigen verantwoordelijkheid zullen alle werkgevers in de keten, opdrachtgever en aannemer, maar ook een uitzendbureau, inlener en alle overige werkgevers betrokken bij de uitvoering, onderling afspraken moeten maken over de juiste naleving van de regelgeving. Ook zal gedurende de uitvoering van het werk, een opdrachtgever zich - met regelmaat – ervan moeten vergewissen dat het bedrijf dat hij voor de uitvoering van het werk heeft ingeschakeld, zich inzet om te voldoen aan de eisen die de Wav stelt. De Rijksgebouwendienst/het Rijksvastgoedbedrijf heeft daartoe met Rijkswaterstaat en de Inspectie SZW in een interdepartementaal overleg maatregelen opgesteld welke zijn gericht op het vermijden van in strijd zijn met de Wav, zonder als Rijksgebouwendienst/Rijksvastgoedbedrijf in een oneigenlijke rol te geraken. Deze maatregelen, geformuleerd middels een besteksartikel, dienen in de bestekken te worden opgenomen onder de administratieve voorwaarden. >>> Bepaling 23.6-01 t/m -05 altijd ongewijzigd opnemen in het projectbestek. HANDLEIDING VVW 2010 Pagina 23 van 24 HANDLEIDING VVW 2010 24. 24.1 Door de aannemer te verstrekken gegevens Werkdocumenten revisie- c.q. as-built-tekeningen >>> Bepaling 24.1-01 t/m -02 altijd ongewijzigd opnemen in het projectbestek. 24.2 Aanlevering digitale >>> Bepaling 24.2-01 altijd ongewijzigd opnemen in het projectbestek. 24.3 Informatie-overdracht algemeen >>> Bepaling 24.3-01 t/m -02 altijd ongewijzigd opnemen in het projectbestek. Datum 25 augustus 2014 24.3-03 Toelichting: Ten behoeve van het toekomstig onderhoud door directie Beheer dient de aannemer een Object Elementen Lijst (OEL) op te stellen. Hiertoe dient het gebouw te worden doorlopen op aanwezige elementen. Deze opname dient te worden gedaan door een gespecialiseerd bedrijf volgens de Rgd/BOEI®- systematiek. De Rijksgebouwendienst/het Rijksvastgoedbedrijf, directie Beheer, heeft ten behoeve hiervan overeenkomsten met diverse specialistische bedrijven afgesloten. De aannemer dient een door directie Beheer ( middels de objectmanager, via de projectmanager) aangewezen specialistisch bedrijf, als aangewezen onderaannemer, deze opname te laten uitvoeren en wel na de oplevering in de onderhoudstermijn. Dit gespecialiseerd bedrijf dient te worden benoemd in bepaling 22.3 lid 06a onder vermelding van "opname Object Elementen Lijst (OEL)". Let op: indien er geen onderhoudstermijn (bepaling 22.5-01) is opgenomen, is deze bepaling niet van toepassing. >>> Bepaling 24.3-03 indien van toepassing altijd opnemen. 3. Technische omschrijving van het werk In dit hoofdstuk dient de bestekschrijver de eisen op te nemen met betrekking tot de te realiseren werkzaamheden. HANDLEIDING VVW 2010 Pagina 24 van 24
© Copyright 2024 ExpyDoc