Finish first the Bible lessons…

Finish first the Bible lessons…
Bezinning studiereis Finland april 2014
In de introductie van Finnish Lessons worden we er op gewezen dat we bij onderwijsvernieuwing rekening moeten houden met onze context en tradities. Het boek “geeft
ons en inspireert ons tot nieuwe ideeën, tips en denkwijzen over hoe wij, vanuit onze
Nederlandse context en cultuur, de komende jaren ons onderwijsaanbod tot een
excellent niveau kunnen brengen.”
In deze bezinning wil ik proberen de cultuur, context en tradities breder te trekken
naar het bijzonder onderwijs. De Meerwaarde is immers een protestants christelijke
school waar we ‘protestants christelijk onderwijs’ geven. Maar wat betekent dat dan
precies? Ik hoop dat onderstaande stukken een aanzet geven tot bezinning en gesprek
hierover…
Ik heb gebruik gemaakt van allerlei bronnen om naast gevoed te worden door de
Levende Woorden van de Bijbel ook aan het nadenken gezet te worden over het
(christelijke) onderwijs van De Meerwaarde.
Leestips  
 Bijzonder Onderwijs, Christelijk geloof in de dagelijkse praktijk van basis- en
voortgezet onderwijs, onder redactie van Ronald de Graaf, 2006 Zoetermeer
 Finnish Lessons, Wat Nederland kan leren van het Finse Onderwijs, Pasi
Sahlberg, 2011
 De Bijbel, geschreven door gewone mensen, geïnspireerd door een
buitengewone God
Maandag 21 april
Christelijke Meerwaarde?
Efeze 1 + Johannes 20
De Meerwaarde is een christelijke school. Dat communiceren we naar buiten. Dat is
zichtbaar in het gebouw. Dat merken we aan de dagopeningen en de vieringen. Maar wat
betekent dat voor ons onderwijs zelf?
Voor een deel van onze collega’s is het genoeg om zich met elkaar en de leerlingen
verbonden te weten door de gemeenschappelijke opdracht: onderwijzen en leren. Niets meer
en niets minder. De school kan dan een christelijk onderwijsleer-verband worden genoemd.
Het Evangelie heeft hier vooral betekenis voor het vormen van een particuliere
levensbeschouwing. Die kan behulpzaam zijn bij het maken van verantwoorde keuzes in het
eigen leven of in maatschappij en milieu…
Maar toch... Wie op een school hoe dan ook met het Evangelie bezig is, loopt ‘het risico’ dat
er ineens ‘brand uitbreekt’ Dan gebeurt er echt wat. ‘It happens’. Wow! Tijdens het een of
andere voorval kan iemand in haar hart worden geraakt als door een vonk die van een
houtvuur afspat. Pang!
Misschien is het wel zeldzaam dat zoiets gebeurt. Misschien denken we wel dat het
helemaal niet gebeurt. Eén ding is echter duidelijk: Alleen vuur kan vuur ontsteken! Waar
God bezig is, daar gebeuren dingen. De Heilige Geest valt niet onder onze controle. Die
ontsteekt eigen vuren ook zonder bemiddeling van mensen. Toch is het bijzonder om in de
Bijbel te lezen hoe vaak juist gewone mensen worden ingezet als instument om ‘de ander’ te
bereiken.Gewone mensen die zelf Jezus hebben leren kennen. Het is vandaag Pasen. Het
feest van de opstanding van Jezus uit de dood. Wat een wonder! Wat een kracht. Hij leeft!
Nu leert de Bijbel ons dat diezelfde kracht in ons werkzaam is...
Efeze 1: 17-21
De Nieuwe Bijbelvertaling
Groot Nieuws Bijbel 1996
17 Moge de God van onze
Heer Jezus Christus, de
vader van alle luister, u een
geest van inzicht schenken in
wat geopenbaard is, opdat u
hem zult kennen.
17 en smeek de God van
onze Heer Jezus Christus,
de Vader aan wie alle eer
toekomt, u de geest van
wijsheid en inzicht te geven,
zodat u hem echt leert
kennen.
17 opdat de God van onze
Heere Jezus Christus, de
Vader van de heerlijkheid, u
de Geest van wijsheid en
van openbaring geeft in het
kennen van Hem,
18 Moge uw hart verlicht
worden, zodat u zult zien
waarop u hopen mag nu hij u
geroepen heeft, hoe rijk de
luister is die de heiligen
zullen ontvangen,
18 En ik vraag hem uw hart
te verlichten. Dan zult u
inzien wat u mag verwachten
nu hij u geroepen heeft, en
zult u begrijpen hoe rijk en
groots de erfenis is die hij zal
verdelen onder wie hem
toebehoren,
18 namelijk verlichte
ogen
van uw verstand, om te
weten wat de hoop van Zijn
roeping is, en wat de rijkdom
is van de heerlijkheid van
Zijn erfenis in de heiligen,
19 en hoe overweldigend
groot de krachtige werking
van Gods macht is voor
ons die geloven.
19 en hoe allesovertreffend
zijn macht is in ons die
geloven. Die macht is
dezelfde sterke kracht
19 en
wat
de
allesovertreffende
grootheid van Zijn kracht
is aan ons die geloven,
overeenkomstig
de
werking van de sterkte van
Zijn macht,
20 Die macht was ook
werkzaam in Christus toen
God hem opwekte uit de
dood en hem in de
hemelsferen een plaats gaf
aan zijn rechterhand,
20 die hij heeft ontplooid in
Christus: hem heeft hij
opgewekt uit de dood en
hem heeft hij in de hemel de
ereplaats gegeven aan zijn
rechterzijde,
20 die Hij gewerkt heeft in
Christus, toen Hij Hem uit
de doden opwekte en aan
Zijn rechterhand zette in de
hemelse gewesten,
21 hoog boven alle hemelse
vorsten en heersers, alle
machten en krachten en elke
naam die genoemd wordt,
niet alleen in deze wereld
maar ook in de toekomstige.
21 hoog
boven
alle
overheden,
machten,
krachten, heerschappijen en
hoe ze ook maar genoemd
worden, zowel in deze als in
de komende tijd.
21 ver boven alle overheid
en macht en kracht en
heerschappij en elke naam
die genoemd wordt, niet
alleen in deze wereld, maar
ook in de komende.
Kunnen we dan verder gaan dan die gemeenschappelijke
opdracht van onderwijzen en l eren? Kunnen we binnen
onze
school
zelfs
een
vorm
vinden
van
geloofsgemeenschap? Zouden we met die kracht van de
Heilige Geest niet zelf dat vuur proberen te ontsteken en er
geen brandstof voor willen aandragen door samen te
verdiepen in het goede nieuws van de Bijbel? Dan blijft er
hoe dan ook iets gloeien van geloof, hoop en liefde waar
leerlingen aan vast kunnen klampen . Dat is toch de missie
voor iedereen op een christelijke school..? Johannes windt
er geen doekjes om als hij zijn doel omschrijft van het
schrijven van het evangelie
Herziene Statenvertaling
Johannes 20: 30-31 Jezus heeft nog veel meer wondertekenen voor zijn leerlingen gedaan,
die niet in dit boek staan, maar deze zijn opgeschreven opdat u gelooft dat Jezus de Messias
is, de Zoon van God, en opdat u door te geloven leeft door zijn naam.
Als school zijn we geen kerk. We zijn leraren en geen dominees. Is het dan beter om een
bescheiden onderwijs-leerverband te vormen waar zo nu en dan de vlammen uitslaan? Of
kan er toch meer?
Het vormen van zo’n geloofsgemeenschap moet niet nep zijn. Er is daaarvoor echte
verbinding nodig met de leerlingen. Dat is ook nodig voor de rest van het onderwijs.
Onderwijzen is immers opvoeden. Daarvoor is een persoonlijke leermeester (v/m) voor
nodig. Een leerkracht die naast het delen van de kennis, er als mens toe doet. Iemand die
bereid is zich kwetsbaar op te stellen en iets te delen van zijn/ haar (zoektocht) in het geloof.
Wat heeft op deze 2e paasdag onze voorkeur?
Dinsdag 22 april
GOEDE wijn
Marcus 2:21-22 + Mattheüs 13:52
Nieuwe tijden brengen nieuwe gewoontes en nieuwe ideeën. Voor veel mensen is dat het
begin van een worsteling. “Wil ik mee met het nieuwe of wil ik liever dat het bij het oude
blijft?” Wil je nieuwe wijn, of zeg je: de oude wijn is goed? Dat proces hebben we binnen De
Meerwaarde ook geproefd en is nog steeds gaande.
Marcus 2: 21-22 ‘Niemand verstelt een oude mantel met een lap die nog niet gekrompen is,
want dan trekt de nieuwe lap de oude stof kapot en wordt de scheur nog groter. 22 Niemand
giet jonge wijn in oude leren zakken, want dan scheuren ze open en gaat de wijn verloren,
net als de zakken zelf. Jonge wijn hoort in nieuwe zakken.’
Jezus geeft zijn vaste tegenstanders in het Nieuwe Testament, joodse Schriftgeleerden, er
hard van langs in deze gelijkenis. Hij gebruikt in de gelijkenis het beeld van wijn en de
zakken waarin die destijds bewaard werd. Doe nieuwe wijn in oude zakken, en de zak
scheurt, zegt Jezus. Voor jonge wijn zijn alleen nieuwe zakken goed genoeg. Nieuwe kleren
maak je niet stuk om oude kleren op te lappen. Kortom: het nieuwe is beter. Doe je jonge
wijn in oude zakken, dan zullen de zakken scheuren door het gisten van de jonge wijn. Als je
alleen oude wijn hebt gedronken en deze is goed, dan hoef je de jonge wijn niet te proeven.
Dit was waar de Farizeeën zich schuldig aan maakten.
De Farizeeën volgden de wet, de oude wijn. Jezus kwam voor de zondaren en vertelde hen
van de genade, de jonge wijn. De Farizeeën waren tevreden met de oude wijn, deze was
goed. Ze nemen niet de moeite om de nieuwe wijn te proeven. Tegen de Farizeeën wil Jezus
eigenlijk zeggen: "Kijk verder dan je neus lang is, stop met het strak naleven van de wet en
volg mij."
Laten we deze gelijkenis eens op een andere manier toepassen op De Meerwaarde. We zijn
een weg ingeslagen met visie. Inmiddels hebben we een nieuw gebouw (zak) waar we les in
geven, maar wat voor onderwijs (wijn) stoppen we daar in? Het is overigens maar de vraag
in hoeverre we kunnen spreken van nieuwe wijn. Wat zeggen de woorden (ver)nieuw(end)
onderwijs nog?
Als we kijken naar de oude Joodse traditie die gebaseerd is op (in ieder geval
oudtestamentisch) Bijbels denken, dan zien we dat de belangrijkste taak van de joodse
school niet is om leerlingen te beoordelen, of te evalueren, maar om hen te stimuleren tot
leren, zodat zij dit ook na hun schooltijd zullen blijven doen. De verantwoordelijkheid voor
het permanente leren ligt bij de leerlingen en niet bij de instituten.
In de diverse onderwijsmodellen ligt het accent niet op het onderwijzen door de leraar, maar
op het leren door de leerling. In het Duits word dit lernen genoemd. Daarbij staat het samen
leren en elkaar onderwijzen in de traditie centraal.
Het doel van het lernen is dat de lerende een ‘gaaf’ mens wordt. Dat is iemand die in staat is
te handelen op een manier waarvan hij weet dat deze goed is. ‘Gaaf’ is degene wiens
binnenkant met zijn buitenkant overeenkomt. Een permanente leerling zal er steeds meer in
slagen de kloof tussen theorie en praktijk, tussen weten en doen, te overbruggen. Leren
moet dus leiden tot goed handelen. Dit houdt in: weten wat je doet, hoe je het doet en
waarom je het doet. Het hoe en waarom is belangrijker dan het wat. Eigenlijk zien we hier
een vorm van competentiegericht leren.
Vandaag de dag zeggen we: leerlingen moeten leren omgaan met het geven en ontvangen
van feedback. Steeds meer breekt het inzicht door dat het geven van cijfers zonder
begeleidend commentaar nauwelijks lerend en stimulerend werkt. Bij permanent leren is het
cijfer van veel minder belang dan de evaluatie/ feedback op je handelen.
Laten we deze week in Finland ons niet blindstaren op termen als oude of nieuwe wijn. Laten
we op zoek gaan naar goede wijn! Het moet er niet om gaan in hoeverre het onderwijs
beproefd, oud(erwets), vernieuwend, experimenterend is, maar vooral wat er goed is voor
onze leerlingen. Laten we wat dat betreft Matteus 13:52 toepassen:
Hij zei hun: ‘Zo lijkt iedere Schriftgeleerde die leerling in het koninkrijk van de hemel is
geworden op een huismeester die uit zijn voorraadkamer nieuwe en oude dingen
tevoorschijn haalt.’
Ik ben benieuwd wat we tegen gaan komen 
PS De echte wijn in Finland is toch te duur…
Woensdag 23 april
Imitatio Dei
Het hele Marcus evangelie 
We zitten met een groep medewerkers van De Meerwaarde in Finland. Wat nou als we
elkaar de vraag zouden stellen: “Ben jij een goede of een slechte leraar?” Wat zou je dan
antwoorden? En waarom zou je dat antwoorden?
Niet welk antwoord je geeft op deze vraag is het belangrijkste. De vraag nodigt namelijk uit
tot zelfreflectie! De kwaliteit van het antwoord zit in de tijd die je nodig hebt om over het
antwoord na te denken... Wat maakt een docent namelijk tot een goede?
Als we kijken naar onze leerlingen dan is krachtig onderwijs noodzakelijk. Wat de leerlingen
leren moet betekenisvol zijn, het moet echt zijn, praktisch, toepasbaar… Een goede leraar
treft leerlingen in het hart. De goede leraar heeft ook oog en ziel voor de jonge mens. Dat
zijn allemaal prachtige termen, maar ik ben nog steeds op zoek naar het goede rolmodel…
Hanan Alexander, pedagoog uit Haifa hield in najaar 2005 een lezing in Amsterdam. Hij
sprak over het thema "God as a Teacher" Hij had de bijbel doorgespit in zijn zoektocht naar
God als rolmodel van de ultieme leraar. Hij stelt dat als we de Bijbel als richtsnoer voor ons
leven nemen, ons leven dan het imitatio Dei inhoudt. Als we dit “nadoen/ navolgen van God”
in onze dagelijkse lespraktijk voor ogen houden, dan imiteren we de goede Leraar bij uitstek.
Als ik lees over Jezus in de evangeliën, dan lees ik over Hem als de ultieme rabbi/ meester.
Hij was een dynamische en verrassend effectieve leraar. Nooit vervelend, altijd stimulerend.
Niet uit de hoogte of onpersoonlijk, maar altijd liefdevol betrokken op zijn gehoor, of dit nu
grote groepen mensen waren of individuen. Hij bracht geen theologisch waarheden of
boekkennis. Elk woord van hem was leven en leven gevend.
Qua onderwijsmethodiek maakte Jezus gebruik van contrasten om de waarheid te
vereenvoudigen, van concrete voorbeelden om het abstracte dichterbij te brengen en van
symboliek en beeldspraak om moeilijke thema’s duidelijk te maken. Verder lees ik dat Jezus
met zijn discipelen door het land trekt en leert. Leren vindt hier niet plaats in een gebouw en
leren is niet gebonden aan leeftijd.
Wat een voorbeeld. Wat een uitdaging. Wat een onmogelijke
missie. Ik ben niet Jezus. Ik maak fouten genoeg. Ik ben niet de
perfecte leraar. Maar… ik ga er wel voor! Bedenken, toepassen,
evalueren, reflecteren, lezen, leren, een reis naar Finland… Op
zo veel mogelijk plekken verbeteringen oppikken. En natuurlijk
fouten maken… Leerlingen moeten naast kennis, namelijk
regelmatig voorbeelden krijgen aangeboden van authentieke
mensen in echte situaties… En in echte situaties worden wel
eens fouten gemaakt.
Waar haal jij jouw inspiratie? Wie is jouw voorbeeld? Laat je hieronder nog eens inspirerend
door de ultieme Leraar…
Marcus 1: 21-22 Ze gingen op weg naar Kafarnaüm, en op de eerstvolgende sabbat ging
Jezus naar de synagoge en onderwees er de mensen. Ze waren diep onder de indruk van
zijn onderricht, want hij sprak hen toe als iemand met gezag, niet zoals de schriftgeleerden.
Marcus 4: 1-2 Weer ging hij naar het meer om de mensen te onderwijzen; er kwam een
enorme menigte om hem heen staan. Daarom ging hij in de boot op het meer zitten, terwijl
de menigte op de oever bleef staan. Hij onderwees hen uitvoerig en sprak hen toe in
gelijkenissen.
Marcus 6 : 1-2
1 Hij vertrok weer en ging naar zijn vaderstad, gevolgd door zijn leerlingen. Toen de sabbat
was aangebroken, gaf hij onderricht in de synagoge, en vele toehoorders waren
stomverbaasd en zeiden: ‘Waar haalt hij dat allemaal vandaan? Wat is dat voor wijsheid die
hem gegeven is? En dan die wonderen die zijn handen tot stand brengen!
Vs 6-7 Hij trok rond langs de dorpen in de omtrek en onderwees de mensen. Hij riep de
twaalf bij zich en zond hen twee aan twee uit, en gaf hun macht over de onreine geesten.
vs 32-34 Ze voeren met de boot naar een afgelegen plaats, om daar alleen te kunnen zijn.
Maar hun vertrek werd opgemerkt en velen hoorden ervan, en uit alle steden haastten de
mensen zich over land naar die plaats en kwamen er nog eerder aan dan Jezus en de
apostelen. Toen hij uit de boot stapte, zag hij een grote menigte en voelde medelijden met
hen, omdat ze leken op schapen zonder herder, (net als onze leerlingen wel eens blz. 217
Finnish Lessons) en hij onderwees hen langdurig
Marcus 10: 1 Hij vertrok uit Kafarnaüm naar Judea en het gebied aan de overkant van de
Jordaan, en de mensen verzamelden zich weer in groten getale om hem heen; hij
onderwees hen zoals hij gewoon was te doen.
Donderdag 24 april
Onderwijsdoelen
Jesaja 50:4
De inhoud van ons onderwijs / curricula wordt in Nederland voorgeschreven. Cito en Slo
dicteren wat onze onderwijsdoelen moeten zijn. Centraal voor de richting en inrichting van
ons onderwijs zijn de zogenaamde eindtermen. Ergens hebben we ook een richtlijn nodig.
Aan de andere kant zien we binnen ons onderwijs een trend dat een PTO/ PTA een knellend
keurslijf dreigt te worden waar we aan vastzitten.
Het lijkt dat we ons met z’n allen in de eerste plaats richten op efficiency. Worden de harde
doelen qua cijfers bereikt? Terwijl onderwijs veel verder gaat of in ieder geval kan gaan.
Gaat het in het onderwijs ook niet om de vorming van jonge mensen?
Iemand stelde eens dat ook de Bijbel een boek is vol met onderwijsdoelen. Bevat dit boek
echt essentiële richting-uitspraken voor de opzet van onze lessen? Laten we als voorbeeld
een communicatieve competentie voor het vak Nederlands van Cito bekijken:
- De kandidaat kan de inhoud van een zaak voor een doelgroep adequaat presenteren
- De kandidaat kan een inhoudelijke bijdrage leveren aan een gesprek
Duidelijke omschreven doelen. Doelen die ook voor onze leerlingen belangrijk zijn in de
praktijk. Maar wat de profeet Jesaja zegt over de communicatieve competentie geeft een
hele andere dimensie:
Nbv
Groot nieuws
HSV
Nbg 51
God, de H E E R , gaf
mij een vaardige
tong,
waarmee ik de
moedeloze kan
opbeuren.
God, de Heer, gaf mij
een vaardige tong,
om op te beuren wie
de moed verloren.
De Heere HEERE
gaf Mij een tong van
een die onderwijs
ontving, zodat Ik
weet met de
vermoeide een
woord op de juiste
tijd te spreken.
De Here HERE heeft
mij als een leerling
leren spreken om
met het woord de
moede te kunnen
ondersteunen.
Elke ochtend wekt hij
mijn oor,
zodat het toegerust
is om aandachtig te
horen.
Elke ochtend wekt hij
mij met zijn woord.
Hij fluistert het mij in,
en ik luister,
aandachtig als een
leerling.
Hij wekt Mij elke
morgen, Hij wekt Mij
het oor,
zodat Ik hoor als zij
die onderwijs
ontvangen.
Hij wekt elke
morgen, Hij wekt mij
het oor, opdat ik hore
zoals leerlingen
doen.
Een heel ander doel op communicatief gebied dan Cito heeft gesteld: “Laat mij als een
leerling leren spreken om met woorden medemensen die moe zijn te kunnen ondersteunen”
Communicatieve vaardigheden in ethisch perspectief... De draagwijdte van deze
doelbepaling is grenzeloos. Want hoeveel leerlingen zijn er niet moe en mat, door het leven
getekend, zo jong als ze zijn. Wat hebben we als mensen elkaar nodig om goede woorden te
spreken. Hieronder staan de verschillen nog even op een rij:
-
Cito
Plat onderwijs/ efficiency first
Toetsbare mens die in de economie
zijn flexibele rol speelt en permanent
te leren valt.
-
-
Jesaja
Adequaat handelen als mens
tegenover de medemens die moe
is…  bemoedigen
Rechtvaardig onderwijs gaat voor
efficiency
Als wij binnen ons onderwijs doelen opstellen, moet het dan slechts gaan om
functionalisme? Of gaat dat binnen De Meerwaarde verder? Moet/ mag de bijbel richting
geven voor de opzet van onze lessen? Het heeft een meerwaarde als we onze competenties
in dienst laten staan van de medemens. Wie talent wil ontwikkelen, doet dat immers met het
oog op deze medemens.
Vrijdag 25 april
Naast vaardigheden en kennis  Vorming
Fillipenzen 4: 4-9
Maandag zijn we begonnen met een reis naar Finland. Een reis waarin we naast het
onderzoeken van allerlei onderwijsvormen, konden nadenken over het christelijke aspect van
De Meerwaarde. Maandag werd daarbij de vraag gesteld: ‘Gaan we voor een
geloofsgemeenschap of richten we ons vooral op de gemeenschappelijke opdracht van
onderwijzen en leren?
Vroege generaties van christenen ontwikkelden geen specifieke christelijke vorm van
onderwijs. Wel legde men eigen inhoudelijke accenten bij het nastreven van de paideia of
‘vorming’ van de jonge generatie. Het doel van paideia is niet het aanleren van vaardigheden
en kennis. Het stelt mensen in staat om het ware doel van hun leven te bereiken.
Als we kijken naar het onderwijs in Nederland dan vormen we jongeren niet zoveel in morele
zin, maar wij helpen hen slechts effectief handelend op te treden en succes te hebben in het
leven. Diepere vragen komen niet veel aan de orde: vragen naar het achterliggende
mensbeeld, morele fundering en het doel van het onderwijs en de vraag naar God en zijn wil
voor de mens.
Onze hedendaagse cultuur respecteert nauwelijks tradities die worden doorgegeven. Mede
onder invloed van de media en de commercie wisselen leerlingen dagelijks even vlot van
merk en mening als van ringtone. Doordat ze zich gretig blootstellen aan al die prikkels,
leven ze weel breed, maar niet diep. En al gauw klinkt het: wat heb ík eraan?
De paideia-vorming daarentegen is juist bedoeld als karaktervorming. Ze richt zich op
onderwijs zoals verwoord in Filippenzen 4:
Laat de Heer uw vreugde blijven; ik zeg u nogmaals: wees altijd verheugd. Laat iedereen u
kennen als vriendelijke mensen. De Heer is nabij. Wees over niets bezorgd, maar vraag God
wat u nodig hebt en dank hem in al uw gebeden.Dan zal de vrede van God, die alle verstand
te boven gaat, uw hart en gedachten in Christus Jezus bewaren.
Ten slotte, broeders en zusters, schenk aandacht aan alles wat waar is, alles wat edel is,
alles wat rechtvaardig is, alles wat zuiver is, alles wat lieflijk is, alles wat eervol is, kortom,
aan alles wat deugdzaam is en lof verdient. Doe alles wat ik u heb geleerd en overgedragen,
wat ik u heb verteld en laten zien. Doe het, en de God van de vrede zal met u zijn.
Het is van belang te blijven beseffen dat christelijk onderwijs in principe een
gemeenschappelijke zaak is, iets wat docenten en leerlingen samen delen en waaraan ze
samen vorm geven. Dit betekent dat naast de individuele leerroutes die leerlingen in de
toekomst zullen gaan lopen, zij toch ook betrokken zijn bij gemeenschappelijke elementen.
Juist het christelijke leren, vieren en dienen kunnen van die elementen zijn waarin leerlingen
samen met docenten het christelijke geloof wordt gedeeld en verdiept.
Voor de toekomst van het christelijke onderwijs is het belangrijk dat er aandacht blijft voor
morele vorming; voor een gemeenschappelijke bron – de Bijbel - en voor veel contacturen
met de docent als identificatiefiguur en voorbeeld. Daartoe is het belangrijk dat de leraar zelf
navolger is en blijft van de grote Leraar waar we woensdag van gehoord hebben: Jezus
Christus.