Nadere toelichting op vragen en discussies over de Nationale Energieverkenning (NEV) In het onderstaande overzicht worden enkele belangrijke “frequently asked questions” (FAQ) behandeld. Worden de doelen van het Energieakkoord bereikt? De NEV geeft verwachtingen weer, gebaseerd op plausibele uitgangspunten over energiemarktontwikkeling, groei, technologie, kosten, beleid, institutionele en maatschappelijke factoren. De doelen voor hernieuwbare energie en energiebesparing uit het energieakkoord vallen buiten de bandbreedte van die verwachtingen. Om binnen dat bereik te komen zal door de akkoordpartijen dus verder gewerkt moeten worden aan de genoemde factoren. Overheidsbeleid is daar een onderdeel van. De NEV geeft een momentopname, die dient om de akkoordpartijen te informeren over de nog resterende opgaven. Betekent dit dat er aanvullend beleid moet komen om de doelen te bereiken? In het Energieakkoord zijn concrete acties opgenomen, maar ook minder concreet uitgewerkte acties, of alleen ambities en doelen. Voor de NEV is in april gepeild hoe het staat met de uitwerking van de acties. Naarmate de acties minder concreet zijn heeft het NEV-resultaat een grotere onzekerheid, of wordt nog helemaal geen resultaat ingeboekt. Er is nog veel ruimte om de Energieakkoord-acties concreter te maken en daarmee de toekomstige resultaten te verbeteren en zekerder te maken. Daardoor is het nog te vroeg om te beoordelen of bovenop een volledig uitgewerkt Energieakkoord nog aanvullend beleid nodig is om de doelen te bereiken. Wat leveren de afspraken op die nog niet zijn verwerkt in de NEV? Veel van de acties die niet zijn meegenomen zijn procesmatig of voorwaardenscheppend. Dat betekent dat ze op zichzelf staand geen of geen groot effect hebben. Betere resultaten kunnen vooral gerealiseerd worden met concrete uitwerking van acties en invulling van de ambities met concrete acties. Waarin verschilt de doorrekening van hernieuwbare energie in de NEV 2014 met de doorrekening energieakkoord uit 2013? In de doorrekening van het energieakkoord (ECN/PBL 2013) is gesteld dat een percentage van 16% hernieuwbare energie in 2023 bereikt kan worden. Deze uitspraak werd gedaan bij aanname van bepaalde randvoorwaarden, en op basis van het toenmalig meest recente toekomstbeeld uit 2012. De NEV stelt dat bij het nu voorgenomen beleid naar verwachting een percentage van 15,1% [bandbreedte 13,1-15,9%] wordt bereikt. Het beeld van de ontwikkeling van hernieuwbare energie is tussen het opstellen van de beoordeling van het Energieakkoord en de NEV niet wezenlijk veranderd. Er zijn wel verschuivingen door actualisatie van het beeld voor de meest recente ontwikkelingen, en het nieuwe basisscenario dat ten grondslag ligt aan de berekening van het bruto eindverbruik (de ”noemer”). Daarnaast is er een belangrijk verschil in de uitgangspunten voor de berekeningen ten behoeve van de NEV en die voor de beoordeling van het Energieakkoord. Er bestaat hierdoor een wezenlijk verschil in hoe de uitspraken geïnterpreteerd dienen te worden: De beoordeling EA ging in op de vraag of het afgesproken doel gehaald kan worden. De NEV gaat in op de vraag wat het verwachte aandeel hernieuwbaar wordt, uitgaande van de huidige situatie plus de voorgenomen instrumentering. Ten behoeve van de beoordeling EA zijn voor een aantal categorieën hernieuwbare energie nieuwe inschattingen gemaakt over de maximaal te bereiken bijdrage uit deze categorieën. Ook is in de beoordeling EA als uitgangspunt aangenomen dat de subdoelen voor capaciteit van wind op zee en wind op land gehaald worden. Vervolgens is berekend of met die bijdragen het afgesproken doel binnen bereik lag. De bijdragen van verschillende categorieën aan het doel waren daarbij dus geen uitkomst, maar onderbouwd uitgangspunt in de berekening. De NEV stelt juist niet van te voren vast hoe groot de bijdrage uit categorieën zal zijn, maar geeft op basis van de meest recente inzichten en modelberekening een inschatting van de meest plausibele verwachte bijdrage. In de modelberekening wordt rekening gehouden met historische ontwikkeling, de verwachte kostenontwikkeling, ingroeisnelheden, lead-times en de maximale potentiëlen van de verschillende categorieën. De keuze voor een verschillende aanpak vindt zijn oorsprong in het doel van de analyses: Voor de EApartijen was het van belang te weten of de doelen die zij zichzelf stelden haalbaar werden geacht. Het doel van de NEV is zo goed mogelijk inzicht verschaffen in de huidige en meest plausibele verwachte situatie, bij de huidige inzichten over samenleving, markten en gegeven de bekende vastgestelde en voorgenomen beleidsinstrumentatie. De verwachtingswaarden die volgen uit de NEV helpen daarbij om eventuele resterende beleidsopgaven helder te krijgen, en daarvoor betrokken partijen eventueel tot acties aan te sporen. Indien zoals bij de doorrekening EA bij voorbaat zou worden aangenomen dat alle doelen en afspraken worden nagekomen, dan zou dat essentiële inzicht ontbreken. Bijdrage hernieuwbare energie Wind op land [PJ] Wind op zee [PJ] Verwachting NEV voorgenomen beleid 2023 63 [6,2 GW] Uitgangspunt Doorrekening EA 2023 63 [7 GW] 47 [3,2 GW] 60 [4,45 GW] Meestook [PJ] 25 25 Zon PV [PJ] 24 14 Biofuels [PJ] 36 36 Overige biomassa [PJ] 94 99 Overige hernieuwbaar [PJ] 34 46 Totaal [PJ] Finaal eindverbruik [PJ] Aandeel hernieuwbare energie 323 343 2142 2124-2167 15,1% [13,0-15,9%] 15,8%- 16,1% Pagina 2 van 3 Bijdrage hernieuwbare Verwachting NEV Uitgangspunt Verwachting AR2012 energie voorgenomen beleid Maximaal voorgenomen beleid 2020 Doorrekening EA 2020 2020 Wind op land [PJ] 51 54 47 Wind op zee [PJ] 23 37 21 Meestook [PJ] 24 25 29 Zon PV [PJ] 17 12 5 Biofuels [PJ] 37 36 36 Overige biomassa [PJ] 83 82 72 Overige hernieuwbaar [PJ] 30 44,5 27 Totaal [PJ] 264 290,5 237 Finaal eindverbruik [PJ] 2132 2124-2167 2183 Aandeel hernieuwbare 12,4% 13,4%-13,7% 10,9% energie Pagina 3 van 3
© Copyright 2024 ExpyDoc