Signaleringslijst voor leerlingen met autisme! Wennen en je begrepen voelen op je nieuwe school. De overgang van de basisschool naar het voortgezet onderwijs is voor iedereen even wennen. Zeker als je een vorm van autisme hebt. Daarom is het goed als jij, je ouders en je mentor samen een plan kunnen maken om ervoor te zorgen dat je zo snel mogelijk gewend raakt en je op je gemak voelt. Hieronder zie je een aantal vragen die je thuis, samen met je ouders, kunt beantwoorden. Het werkt volgens de zogenaamde ‘stoplichtmethode’. Misschien heb je er al eens van gehoord of er zelfs mee gewerkt. Groen: het gaat goed met mij; ik weet wat ik moet doen; ik kan gewoon verder; het gaat vanzelf. Oranje: ik voel me onzeker, gespannen. het gaat niet vanzelf; even stil staan; even nadenken; wat kan ik doen? Rood: ik ben in nood; ik moet direct stoppen; ik ga hulp halen. Herinner je je wat jou hielp op de basisschool om te voorkomen dat je in oranje of rood kwam? Misschien weten je ouders het nog. En als je toch in oranje of rood kwam, wat deed jij en jouw leraar of lerares om weer in groen te komen. Zet een kruisje in de rondjes voor de zinnen, die op jou van toepassing zijn. Bij de zin ‘ik heb een ander gevoel, namelijk …’ vul je in wat je nog meer kan vertellen over jezelf. Dat geldt ook bij de zin ‘wat kan de docent of mentor (nog meer) aan mij zien?’. Het is de bedoeling dat je in je kennismakingsgesprek met de mentor de uitkomsten van deze vragenlijst bespreekt. Je mentor leert jou dan beter kennen. Samen maken jullie afspraken om voor jou de overgang naar het Voorgezet Onderwijs zo prettig mogelijk te laten verlopen. Signaleringslijst voor leerlingen met autisme © Monique Lammers - mei 2014 1 GROEN: O Ik voel me goed. O Ik voel me ontspannen. O Ik voel me op mijn gemak. O Ik kan mijn aandacht bij de les houden. O Ik ben rustig. O Ik heb een ander gevoel, namelijk … ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ O Wat kan de mentor of docent (nog meer) aan mij zien? ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ Wat helpt mij om in groen te blijven? O Ik vind het fijn als de klas geïnformeerd wordt over mijn autisme. O Ik laat dit aan de mentor over. O Ik vertel het zelf. O Ik doe dit samen met de mentor. O Ik vind het niet fijn als de klas geïnformeerd wordt over mijn autisme. O Ik vind het fijn als de mentor de eerste dag een plaats in de klas voor mij uitkiest. O Ik wil graag zelf kiezen waar ik ga zitten. Signaleringslijst voor leerlingen met autisme © Monique Lammers - mei 2014 2 O In de eerste vier weken wil ik graag een vaste plaats. O In de eerste vier weken wil ik graag zoveel mogelijk van plaats wisselen, zodat het gemakkelijk is om mijn klasgenoten te leren kennen. O Ik vind het fijn als de mentor of docent mij tijdens de les af en toe vraagt of ik de lesstof goed begrepen heb. O Ik heb liever dat de mentor of docent geen extra aandacht aan mij geeft tijdens de les. O Ik vind het fijn als ik de eerste vier weken van het schooljaar de mogelijkheid krijg om me tijdens de pauzes terug te trekken in een rustige ruimte. O In deze ruimte wil ik dan alleen kunnen zijn. O Ik vind het geen probleem als er in deze ruimte ook andere leerlingen zijn die zich even terug willen trekken. O Ik vind het fijn als ik de eerste vier weken van het schooljaar met een klasgenoot mee kan lopen tijdens de lessenwisseling. O Ik vind het fijn als ik de eerste vier weken op een vaste dag een gesprekje kan hebben met de mentor om te vertellen hoe het gaat. O Wat mij nog meer helpt, is … ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ Signaleringslijst voor leerlingen met autisme © Monique Lammers - mei 2014 3 ORANJE: O Ik krijg hoofdpijn. O Mijn spieren voelen gespannen aan. O Ik voel me ongemakkelijk. O Ik voel me verdrietig. O Ik ben snel afgeleid en kan minder goed opletten. O Ik kan me niet meer concentreren. O Ik ben drukker dan normaal. O Ik ben stiller dan normaal. O Ik ga geluiden maken. O Ik maak telkens dezelfde bewegingen. O Ik word melig. O Ik word brutaal. O Ik heb een ander gevoel, namelijk … ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ O Wat ziet de docent (nog meer) aan mij? ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ Signaleringslijst voor leerlingen met autisme © Monique Lammers - mei 2014 4 Wat helpt mij als ik in oranje zit? O Een teken met de mentor of docent afspreken, waarmee ik aan kan geven dat ik in oranje zit. O Niet teveel met mij praten of aan mij vragen. O Juist wel aan mij vragen wat de reden is van mijn gedrag. O Mij een extra taak geven, zodat ik me daar op kan richten. O Toestemming krijgen even de klas te verlaten. Met de mentor is vooraf afgesproken waar ik dan naar toe kan gaan. O Even contact zoeken met een van mijn ouders (telefonisch, sms of app). O De mogelijkheid om iets te doen waar ik weer rustig van word (tekenen, schrijven…). Met de mentor of docent afspreken of dit in de klas kan of dat ik hiervoor in een rustige ruimte ga zitten. O Wat mij nog meer helpt, is … ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ Signaleringslijst voor leerlingen met autisme © Monique Lammers - mei 2014 5 ROOD: O Ik voel een soort paniek O Ik raak sterk geïrriteerd door alles wat er om me heen gebeurt O Ik word boos O Ik voel woede in me opkomen O Ik word angstig O Ik trek me terug en reageer nergens meer op O Ik heb een ander gevoel, namelijk … ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ O Wat ziet de docent (nog meer) aan mij? ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ Wat helpt mij als ik in rood zit? O De docent gaat apart met mij zitten en praat met mij; hier word ik rustig van. O De docent zegt niets en gaat door met de les. O De docent laat mij met rust. Ik blijf wel in de les, maar hoef niet te praten of actief deel te nemen. O De docent komt naar mij toe, neemt mij bij de arm en loopt met mij de klas uit. O De docent raakt mij niet aan. Hij maakt met gebaren of met een afgesproken woord duidelijk dat ik de klas uit kan gaan. Signaleringslijst voor leerlingen met autisme © Monique Lammers - mei 2014 6 O Alleen in een rustige ruimte werken. O Even muziek luisteren. O Even contact zoeken met een van mijn ouders (telefonisch, sms of app). O Wat mij nog meer helpt, is … ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ Tips van twee leerlingen met autisme, die al langer op het voortgezet onderwijs zitten! - Het is goed om de eerste week telkens van plaats te wisselen. Dat maakt het gemakkelijker om contact te krijgen met aardige klasgenoten. En wie weet, kom je dan vanzelf in contact met aardige vrienden van deze klasgenoten. - Probeer er achter te komen welke interesses (een aantal van) je klasgenoten hebben. Je kunt er dan vragen over stellen. Daarna kun je vertellen over jouw interesses. Op deze manier maak je gemakkelijker contact. - Het helpt om in de zomervakantie een aantal malen naar je nieuwe school te fietsen. Je leert dan de route van huis naar school kennen. Ook weet je dan zeker dat je de eerste dag niet te laat komt. - Een duidelijke agenda aanschaffen, bijv. de Schoolplanner XXL. Deze schoolplanner is bedoeld voor leerlingen die groot of onduidelijk schrijven, die behoefte hebben aan overzicht en structuur, die nog moeten leren plannen en die een agenda zoeken met minder prikkels dan de gewone, kleine schoolagenda’s. Signaleringslijst voor leerlingen met autisme © Monique Lammers - mei 2014 7
© Copyright 2024 ExpyDoc