Broedvogels van De Molenplas 2010. Vossen MHG Echt, september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 Broedvogels van De Molenplas 2010. Vossen MHG Echt, september 2010 Vossen MHG Pag. 2 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 Inhoudsopgave: Samenvatting ............................................................................................................................ 4 1. Inleiding............................................................................................................................. 5 2. Natuurgebied De Molenplas: veranderingen t.o.v. 2009. ............................................. 6 3. Werkwijze. ........................................................................................................................ 7 a. Gehanteerde methode.................................................................................................. 7 b. Aanvullende bezoeken ................................................................................................ 7 c. Het weer ...................................................................................................................... 8 4. Resultaten: ........................................................................................................................ 9 a. Rode Lijst soorten in het gebied.................................................................................. 9 b. Ecologische Vogelgroepen:....................................................................................... 10 DODAARSGROEP ...................................................................................................... 12 SLOBEENDGROEP .................................................................................................... 13 KUIFEENDGROEP ..................................................................................................... 14 KLEINE PLEVIERGROEP ........................................................................................... 15 VELDLEEUWERIKGROEP .......................................................................................... 16 RIETGORSGROEP ..................................................................................................... 17 GRASMUSGROEP...................................................................................................... 18 WINTERKONINGGROEP ............................................................................................ 20 PUTTERGROEP ......................................................................................................... 21 BOSVOGELS EN OVERIGE ........................................................................................ 22 5. Conclusie. ........................................................................................................................ 24 6. Dankwoord...................................................................................................................... 24 7. Literatuur........................................................................................................................ 25 8. Bijlagen............................................................................................................................ 26 8a. Waargenomen vogels per inventarisatieronde: ......................................................... 27 8b. Rode Lijst Soorten..................................................................................................... 28 8c. Aangetroffen Broedvogels 2008-2010 ...................................................................... 29 8d. Stippenkaarten broedvogels ...................................................................................... 30 Vossen MHG Pag. 3 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 Samenvatting In vergelijking met 2009 zijn in 2010 de bezoekrondes beter verdeeld over het broedseizoen. De inventarisatie begon ruim een maand eerder, hierdoor zijn vroegere soorten nadrukkelijker meegenomen in de eindresultaten. Vooral eenden betekent dit o.a. een grotere kans op een tweede waarneming buiten de datumgrenzen. Bij vroege zangers bijv. zien we dat de Winterkoning beter vertegenwoordigd is ondanks de strenge winter. In juni werd slechts één volledige ronde gedaan, wel een aanvullend bezoek eind van de maand voor soorten als Kleine Plevier en Visdief. Het totaal van 57 broedvogelsoorten (goed voor 392 territoria) betekent een groei van 10% in soorten en bijna 25% in territoria t.o.v. 2009. De Molenweerd is het meest gevarieerd qua soorten (51). In de Echterweerd worden er 38 aangetroffen en in de Zuidelijke Riffen 24. Er zijn 8 broedvogels die door Peeters nog niet als zondanig werden geconstateerd. Daarnaast zijn ook nog 29 niet broedvogels vastgesteld in het gebied. Rode Lijst soorten doen het in aantal minder goed dan vorig seizoen (44 territoria t.o.v. 47 in 2009), maar het aantal soorten is hoger dan ooit (9). Opvallend is dat Graspieper en Veldleeuwerik goed zijn voor 50% van de territoria, ofschoon hun aantal beide lager is dan in 2009. Nachtegaal en Zomertortel worden dit jaar gemist terwijl Patrijs, Wintertaling en Slobeend weer terug zijn als broedvogel. De indeling in ecologische vogelgroepen is gelijk gehouden aan die van vorig jaar. We constateren een grote groei bij de SLOBEEND- en KUIFEENDGROEP. Het aantal soorten nam een beetje toe, maar de aantallen daarentegen enorm (binnen de SLOBEENDGROEP van 5 naar 26 en bij de KUIFEENDGROEP van 59 naar 131). De Hoge waterstand zal hier zeker in het voordeel gewerkt hebben (Meerkoet), evenals de kwantitatieve telling van Grauwe Gans en Wilde Eend, als ook de vroegere start van de inventarisatie (Kuifeend). De VELDLEEUWERIKGROEP is de enige groep die in territoria sterk gedaald is (van 53 in 2009 naar 42 in 2010). Een hogere waterstand kan voor minder droge grond zorgen; veel grazers voor kortere begroeiing – 2 mogelijke oorzaken van achteruitgang? Ook in de GRASMUSGROEP zijn broedvogels van ruigten in aantal achteruitgegaan. Zulke terugvallen binnen deze groepen werd al eerder geconstateerd (2005-2008 voor de VELDLEEUWERIKGROEP en 2001 en 2003 voor de GRASMUSGROEP), maar hielden toen waarschijnlijk verband met de inrichting van het gebied. Binnen de RIETGORSGROEP is het de Kleine Karekiet die profiteert van een hogere waterstand – de rietontwikkeling in het gebied gedijt aardig. In een Maasontwikkelingsgebied als de Molenplas is te verwachten dat de natuurlijke successie haar gang mag gaan, hetgeen betekent dat een groep als de WINTERKONINGGROEP – vogels van jong bos – in aantallen en soorten moét groeien. Van 19 naar 35 territoria is een toename van bijna 100%. Een soort die hier ontbrak is de Zanglijster. Tenslotte zullen vogels die in bos groeien steeds meer op de voorgrond kunnen treden. Het aantal overstijgt de 10 al maar is in hoeveelheid natuurlijk nog maar aan een eerste start begonnen. De komende jaren zullen uitwijzen hoe de balans tussen vogels die aan water, aan open terrein en aan bos gebonden zijn zal veranderen. Vooralsnog mogen we 2010 als een goed broedvogeljaar van de Molenplas bestempelen met meer soorten, meer territoria, meer Rode Lijst soorten en een toenemende variatie in de ecologische vogelgroepen. Vossen MHG Pag. 4 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 1. Inleiding Voor de tweede keer in successie wordt de Molenplas op broedvogelsoorten kwantitatief geïnventariseerd. Dat houdt in dat alle soorten die in het gebied een territorium hebben op aantal worden geteld. In bijlage 8a wordt per ronde het aantal vermeld. Het eerste jaar, 2009, wordt als nulsituatie beschouwd. Een uitgangspositie die mogelijk is omdat het gebied dan pas voor het eerst op alle soorten bekeken wordt (Wilde Eend en Grauwe Gans werden door Peeters alleen kwalitatief genoteerd – Peeters 2008)). Er wordt wel steeds een vergelijk met 2008 gemaakt, want de Molenplas heeft dan zijn definitieve inrichting gekregen. Voor een uitgebreide gebiedsgeschiedenis en gebiedsbeschrijving wordt verwezen naar Vossen 2010a. Afbeelding 1: Gebiedsgrens en deelgebieden. Vossen MHG Pag. 5 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 2. Natuurgebied De Molenplas: veranderingen t.o.v. 2009. Enkele veranderingen t.o.v. het eerste inventarisatiejaar (zie kaartje): 1. Het in 2008 verhoogde waterpeil kende in 2010 een duidelijke periode van erg hoge waterstand. Bij de inventarisatie van watervogels zoals Meerkoet en de eendensoorten zal dit zeker tot verhoogde aantallen geleid hebben. 2. Opvallend dit voorjaar was de kalere open delen van het gebied. Het grote aantal grazers (paarden en runderen) heeft de kruidenlaag erg kort gehouden. In de Echterweerd is de struiklaag onder hoogspanningsmasten geheel verwijderd (jammer voor de Grasmus…). 3. De elzenbosjes in de Echterweerd hebben te natte voeten gekregen en het beide niet overleefd. De natuur lost dit zelf op: rondom de plassen groeit nieuwe aanwas al snel op! 4. In de plasjes van de Molenweerd is de begroeiing daarentegen behoorlijk aan het verdichten. Opschietende struiken onttrekken menige vogel aan het zicht. Hier wordt het dus meer luisterwerk dan zichtwaarnemingen. 5. Het eilandje is in het najaar van 2009 en het voorjaar van 2010 2x bezocht door vrijwilligers die de aanwas aan onkruiden geheel verwijderd hebben. 4 4 1 2 5 3 2 2 1 3 1 2 Afbeelding 2: Vegetatievormen in de Molenplas. Verklaring nummers: zie tekst. Vossen MHG Pag. 6 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 3. Werkwijze. a. Gehanteerde methode De gestandaardiseerde inventarisatietechniek zoals omschreven in Van Dijk (2004) werd ook nu toegepast. Vanaf maart tot en met juni worden 5 vroege ochtendbezoeken en 1 bezoek later in de ochtend aan het gebied gebracht van bijna 2 ½ uur gemiddeld (2 uur en 22 minuten). In totaal werd een uur meer geïnventariseerd dan in 2009. Een overzicht van de inventarisatierondes: Ronde: Datum: Tijd: Zon op: Duur: Soort bezoek: 1 2 3 4 5 6 9 maart 7 april 25 april 17 mei 27 mei 16 juni 7.15 uur – 9.15 uur 7.00 uur – 9.55 uur 6.05 uur – 8.35 uur 6.00 uur – 8.10 uur 9.25 uur – 12.05 uur 4.55 uur – 6.55 uur 6.24 uur 5.59 uur 5.32 uur 5.20 uur 5.22 uur 120 min. 175 min. 150 min. 130 min. 160 min. 120 min Vroege ochtend Vroege ochtend Vroege ochtend Vroege ochtend Late ochtend Vroege ochtend Totaal: 14 ½ uur Vergelijken we de periode van het jaar waarin geïnventariseerd werd met die van 2009 dan zijn er duidelijke verschillen (zie tabel hiernaast). Er werd bewust gekozen voor een bezoek vroeg in maart voor soorten als Grauwe Gans, eenden, Winterkoning, Heggenmus, enz. Voor de eenden heeft dat grote consequenties: de kans dat er 2 of meer verplichte waarnemingen tijdens geldige bezoeken plaatsvinden is veel groter dan vorig jaar. Een soort als de Wilde Eend heeft hier veel “voordeel” van; zij het dat juist deze soort door Peeters nooit op aantallen geïnventariseerd werd (Peeters, 2008). b. Weeknr. Datum: 2009 10 14 17 19 24 april 7 mei 20 2010 9 maart 7 april 25 april 17 mei 21 27 mei 22 24 26 26 mei 11 juni 27 juni 16 juni (30 juni) Totaal: 13 ½ uur 14 ½ uur Aanvullende bezoeken Naast bovengenoemde inventarisatiebezoeken is de Molenplas slechts enkele keren kort bezocht. Slechts één bezoek laten we in de interpretatie van de soortgegevens meetellen en dat was het bezoek op 30 juni. Tussen 9.45 uur en 11.45 uur werd het gebied met de fiets doorkruist en in tegenstelling tot de inventarisatierondes werd geen vast loopritme aangehouden en werden ook niet alle soorten genoteerd. De nadruk lag op het waarnemen van de Visdief- en Kleine Plevier-populatie. Voor beiden werd dan ook ruim de tijd genomen. Deze gegevens zijn meegenomen in het totaal. Vossen MHG Pag. 7 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 c. Het weer Ronde: Datum: Het weer: 1 2 9 maart 7 april Lichte vorst -3° C tot -1° C, stevige, koude oosten bries 7° C tot 13° C met veel zon! 3 4 5 25 april 17 mei 27 mei Zon, 7° C – 9° C Bewolkt, stevige zuiden wind, 10° C – 12° C 75-100% bewolkt met steeds meer zon, 11° C – 14° C 6 16 juni 10° C met een oostenwind Tijdens de inventarisatierondes was het weer eigenlijk steeds uitstekend om vogels te noteren. Ook op de aanvullende tocht was het meer dan 25° C en zeer zonnig! Het weer volgens het KNMI: Winter 2009/2010: Koud en de normale hoeveelheid neerslag en zon De winter van 2010 was de koudste sinds 1996. Zeldzamer waren de hoeveelheden sneeuw: de winter van 2010 telde het grootste aantal dagen met sneeuwbedekking sinds 1979. Een groot deel van de winter lag de temperatuur ruim beneden het langjarig gemiddelde. Echter, een stevige koudegolf ontbrak. Vaak bleef de vorst beperkt tot enkele graden of kwam de temperatuur in ieder geval overdag tijdelijk boven het vriespunt. De winter had de normale hoeveelheid neerslag, vaak in de vorm van sneeuw. Een dergelijk groot aantal sneeuwdekdagen was sinds de winter van 1979, niet meer voorgekomen. December en januari waren zonniger dan normaal, februari juist somberder. Lente 2010 (maart, april, mei): Zeer zonnig, droog en de normale temperatuur. Maart en april zacht, mei zeer koel. Toch was de lente de koudste sinds vijftien jaar. Het temperatuurverloop dit jaar was opvallend. Maart en april was een vrij zachte maand. Mei daarentegen was zeer koel,een van de koelste meimaanden sinds 1901. Met gemiddeld over het land 132 mm neerslag tegen 166 mm normaal was de lente droog. Van de afzonderlijke maanden waren zowel maart als april droog. De was lente zeer zonnig. Juni 2010: Zeer droog, zeer zonnig en warm Opvallend groot contrast tussen zeer koele mei en warme juni. Juni was een zeer droge maand. Het droogst was het in delen van Brabant en Limburg en in de Achterhoek. Met gemiddeld over het land 265 uren zonneschijn tegen 192 normaal was juni zeer zonnig. Gegevens ontleend aan www.knmi.nl. Vossen MHG Pag. 8 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 4. Resultaten: a. Rode Lijst soorten in het gebied In 2010 zijn 9 Rode Lijst soorten aangetroffen als broedvogel met in totaal 44 territoria (zie tabel). De toename in 2010 is vooral te danken aan de twee eendensoorten (Slobeend en Zomertaling), hetgeen deels terug te voeren is tot inventarisatie technische zaken zoals een vroegere start in maart april (bijlage 8a). Gele Kwikstaart, Graspieper en Veldleeuwerik daalden ieder in aantal (ieder -4!). Het aantal soorten dat sinds 1999 is waargenomen is niet toegenomen (12) ondanks het feit dat 2010 het hoogste aantal Rode Lijst soorten kent (9). (Gegevens naar Peeters 2008 in bleke tinten weergegeven). Rode Lijst Soort: 2008 2009 2010 Gele Kwikstaart Graspieper Koekoek Nachtegaal Patrijs Slobeend Veldleeuwerik Visdief Wintertaling Zomertaling Zomertortel 4,5 13 1 10 16 1 1 14 3 1 1 6 12 1 1 6 10 2 1 5 - Totaal: 18,5 47 44 Broedvogelsoorten Rode Lijst 50 40 Aantal Territoria Aantal Soorten Aantal Soorten Cumulatief 30 20 10 0 1999 2000 2001 2002 2003 2005 2006 2007 2008 2009 2010 Rode Lijst Soorten die tijdens de inventarisatierondes in het terrein werden waargenomen maar niet tot de broedvogels gerekend mogen worden zijn Boerenzwaluw, Boomvalk, Huiszwaluw, Kramsvogel, Oeverloper en Zwarte Stern (zie ook bijlage 8a). Van de boomvalk dient nog vermeld te worden dat op 30 juni 2 exemplaren samen jagend en duikelend (paartje?) zijn waargenomen. Dit zou op een broedgeval kunnen duiden… Vossen MHG Pag. 9 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 b. Ecologische Vogelgroepen: Evenals in 2009 zijn in dit verslag de volgende vogelgroepen gehanteerd (Sierdsema 1995): Jaar: 2008 2009 2010 Soorten Territoria Soorten Territoria Soorten Territoria DODAARS 1 1 1 5 2 5 SLOBEEND 3 5 4 8 6 28 KUIFEEND 6 18 8 59 9 133 KLEINE PLEVIER 2 62 2 9 2 7 VELDLEEUWERIK 3 18 7 53 7 42 RIETGORS 2 9 3 11 2 14 GRASMUS 7 70 9 90 9 81 WINTERKONING 5 18 6 19 5 35 PUTTER 3 3 2 4 4 8 4 20 4 14 11 39 36 224 46 272 57 392 Groep: BOSVOGELS EN OVERIGE Totaal: De diagrammen tonen het procentuele voorkomen van de aangetroffen vogelgroepen in de afgelopen drie jaar. Bij de aan water gebonden groepen zien we de SLOBEENDGROEP en de KUIFEENDGROEP (8 → 22 → 33%) groeien in 2010. Doort het verdwijnen van de Oeverzwaluw zakte de KLEINE PLEVIERGROEP in. De GRASMUSGROEP is de laatste drie seizoenen in percentage afgenomen (32→34→21%). Evenals de Veldleeuwerikgroep (8 → 19 → 11%). De andere groepen tonen niet zulke grote verschuivingen, ofschoon de WINTERKONINGGROEP in aantal sterk groeit(Merel!). BOSVOGELS zijn in aantal nog in de minderheid, maar zullen hier in de toekomst zeker opgenomen moeten worden. Hun deel van de koek is in 2010 ongeveer gelijk aan dat in 2008. Ecologische Vogelgroepen in 2008 0% 2% 1% 12% 8% Dodaars Slobeend 8% Kuifeend Kleine Plevier Veldleeuwerik 28% Rietgors Grasmus Winterkoning Putter 32% Bosvogels e.a. 8% 4% Ecologische Vogelgroepen in 2010 Ecologische Vogelgroepen in 2009 1% 1% 2% 3% 5% 7% 10% 2% 7% Dodaars Dodaars Slobeend 22% Slobeend 9% Kuifeend Kuifeend Kleine Plevier Kleine Plevier Veldleeuwerik Veldleeuwerik 33% Rietgors 3% 34% Winterkoning Winterkoning Putter Rietgors Grasmus Grasmus Putter 21% Bosvogels e.a. Bosvogels e.a. 19% 4% 4% Vossen MHG Pag. 10 11% 2% september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 In nevenstaande figuur zien we de concrete toename in aantallen territoria verdeeld over de diverse vogelgroepen in de Molenplas vanaf 2008. Ecologische Vogelgroepen 2008-2010 450 400 350 Bosvogels e.a. 300 Putt er Op den duur zullen de soorten van open terreinen deels plaats moeten maken voor meer aan bos gerelateerde vogels. Wint erkoning Grasmus 250 Riet gors Veldleeuwerik Kleine Plevier 200 Kuif eend Slobeend Dodaars 150 Dat zouden we nu al kunnen constateren uit de lichte achteruitgang van GRASMUS- en VELDLEEUWERIKGROEP en de toename van de BOSVOGELS E.A. (grafiek beneden). 100 De toekomst zal echter uitwijzen wat de resultaten in werkelijkheid zullen zijn en in welk tempo deze ontwikkelingen zullen plaats vinden! 50 0 2008 2009 2010 Ecologische Vogelgroepen 1999-2010 - aan water gebonden groepen - Ecologische Vogelgroepen 1999-2010 - niet aan water gebonden groepen 100 140 90 120 80 100 70 60 80 50 60 40 30 40 20 20 10 0 1999 2000 2001 Dodaars 2002 2003 Slobeend 2005 2006 Kuifeend 2007 2008 Kleine Plevier 2009 2010 0 1999 2000 2001 Veldleeuwerik Rietgors 2002 2003 Grasmus 2005 2006 Winterkoning 2007 Putter 2008 2009 Bosvogels e.a. Alle ecologische vogelgroepen door de jaren heen. (De BOSVOGELS E.A. is enkel vanaf 2008 opgenomen.) Vossen MHG Pag. 11 2010 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 Op de komende pagina’s geven we in de tabel bij de afzonderlijke groepen een vergelijking met de afgelopen twee jaar (Peeters 2008 en Vossen 2010a). Vogelsoorten in rood zijn Rode Lijst Soorten. Soms worden grafieken getoond met gegevens vanaf 1999 om een beeld te krijgen van de presentie van soorten in de drie deelgebieden. Hierbij zij opgemerkt dat de eerste 8 inventarisatiejaren van Peeters gebeurden toen de Molenplas als totale gebied nog “in wording” was. Pas in 2008 kreeg hij zijn definitieve vorm en inrichting. Vandaar dat dit jaar in de tabel opgenomen is. 1. Vogelgroepen van open water DODAARSGROEP Nog steeds komen we deze soorten voornamelijk in de plasjes van de Molenweerd tegen. DODAARSGROEP Dodaars Geoorde Fuut Wintertaling Zwarte Stern Soorten/Territoria 2008 1 2009 2010 1 5 4 - - 1 1 1 5 2 5 In 2010 is het aantal territoria van de Dodaars bijna gelijk gebleven. Verrassend is het voorkomen van de Wintertaling (door Peeters vastgesteld in 2005). Ofschoon in de eerste 2 rondes wel 5 resp. 8 paartjes waargenomen werden, vielen deze buiten de datumgrenzen. Op ronde 5 werd een roepend mannetje in de Molenweerd gehoord – genoeg voor een erkend territorium! De Zwarte Stern werd op 27 Dodaarsgroep 2008, 2009, 2010 mei weer vastgesteld als doortrekker. Vossen MHG Pag. 12 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 SLOBEENDGROEP SLOBEENDGROEP 2008 SLOBEENDGROEP Roodhalsfuut Grauwe Gans Smient Krakeend Pijlstaart Zomertaling Slobeend Krooneend Tafeleend Kokmeeuw IJsvogel Waterhoen Soorten/Territoria 2008 2009 2010 5 * 3 1 3 7 - 1 - 5 6 4 5 1 3 8 1 4 28 4 6 SLOBEENDGROEP 2009 In 2010 ‘doet’ de SLOBEENDGROEP het erg goed. De Grauwe Gans werd in 2009 ook al kwantitatief geteld, maar de vroegere start dit jaar gaf betere cijfers. Op 7 april werden maar liefst 18 koppels en 2 losse individuen geteld. Vanaf eind april zakken de aantallen drastisch. Dan zien we nog maximaal 5 paren in het gebied. Vanaf 1 juni zijn er al veel familiegroepen in het gebied en op 16 juni treffen we een ouder met grote pulli aan. Zomertaling en Slobeend zijn in grotere aantallen waargenomen dan vorig jaar: resp. max. 10 ♂ (Zomertaling) en 9 ♀ (Slobeend). M.b.v. de datumgrenzen zijn resp. 5 en 6 territoria vastgesteld kunnen worden. Slobeendgroep 2010 De IJsvogel is met één nest (met jongen) evenals de Waterhoen op het bekende aantal. Vossen MHG Pag. 13 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 KUIFEENDGROEP KUIFEENDGROEP Fuut Knobbelzwaan Canadese Gans Brandgans Nijlgans Bergeend Mandarijneend Wilde Eend Kuifeend Meerkoet KUIFEENDGROEP 2008 2008 2009 2010 2 3 12 4 2 2 1 3 5 11 6 1 5 6 * 9 2 2 30 28 10 65 59 1 133 Toegevoegd: Casarca Soorten/Territoria 6 18 8 9 KUIFEENDGROEP 2010 KUIFEENDGROEP 2009 Deze groep kent in 2010 twee nieuwkomers: de (Grote) Canadese Gans en (toegevoegd) de Casarca. Fuut, Knobbelzwaan, Nijlgans en Bergeend schommelen rond de aantallen van 2009. Wilde Eend (aprilbezoek!), Kuifeend en Meerkoet zijn explosief toegenomen. De laatste werd ook binnen de datumgrenzen in grote aantallen geteld. De Kuifeend kende begin april een record aantal paartjes/♂♂, maar ook daarna werden steeds 5-7 paartjes gezien. Vogels in groepen werden uiteraard niet meegeteld. Er werden van alle soorten uit deze groep geen adulten met pulli gezien dit jaar. Vossen MHG Pag. 14 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 2. Vogelgroepen van pioniervegetaties, ruigten en akkers KLEINE PLEVIERGROEP KLEINE PLEVIERGROEP 2008 Visdief Oeverloper Kleine Plevier Oeverzwaluw Soorten/Territoria 2 2009 2010 - 3 2 2 (60) 6 - 5 - 62 2 9 2 7 KLEINE PLEVIERGROEP 2008, 2009, 2010 Van de Kleine Plevier werden in 2009 herhaalde malen 5-6 territoria per ronde vastgesteld. In 2010 ligt dit aantal aanmerkelijk lager (zie ook bijlage 8a). Er waren weinig actieve vogels in het gebied. Uiteindelijk resulteerden alle waarnemingen toch nog in 5 ‘broedparen’. Er werden geen adulten met jongen gezien. De grafiek toont de waarnemingen vanaf 1999 opgesplitst naar deelgebied. De Visdief deed het met twee broedparen (met jongen!) en een waarschijnlijk derde territorium dit jaar weer goed. Zomaar rondvliegende vogels boven het eilandje werden niet meegeteld omdat dit een vertekend beeld kan geven van de werkelijk broedende aantallen (Nieuwsbrief SOVON – Het jaar van de Visdief). Kleine Plevier 5 4 3 2 1 0 1999 2000 2001 2002 M o lenweerd Vossen MHG Pag. 15 2003 2005 2006 Echterweerd 2007 2008 2009 2010 Zuidelijke Riffen september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 VELDLEEUWERIKGROEP VELDLEEUWERIKGROEP Patrijs Kwartel Scholekster Kievit Wulp Veldleeuwerik Graspieper Grauwe Gors VELDLEEUWERIKGROEP 2008 2008 2009 2010 - 1 2 2 1 4 4 13 4 14 16 10 12 1 18 10 8 53 6 5 42 Toegevoegd: Gele Kwikstaart Witte Kwikstaart Watersnip Soorten/Territoria 3 7 7 VELDLEEUWERIKGROEP 2009 VELDLEEUWERIKGROEP 2010 Het aantal soorten van deze groep bleef in 2010 gelijk aan die in 2009. Het totaal aantal territoria daalde echter met 11 (van 53 naar 42) een afname van 20%! De drie Rode Lijst soorten, Veldleeuwerik, Graspieper en Gele Kwikstaart daalden elk met vier territoria. De Kwartel werd niet gehoord en de Patrijs kreeg weer een territorium toegekend. Het zou kunnen dat er een vochtigere bodem is dan vorig jaar of dat de begroeiing korter was – het hele jaar door werden nl. grote grazers in het terrein gezien. Scholekster en Kievit hebben als enigen hun aantallen t.o.v. 2009 verdubbeld. Vossen MHG Pag. 16 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 RIETGORSGROEP 2008 RIETGORSGROEP RIETGORSGROEP Blauwborst Paapje Sprinkhaanzanger Krekelzanger Rietgors Kleine Karekiet Soorten/Territoria 2008 2 2009 2010 - - - - 1 - 8 1 9 9 2 12 8 6 14 3 2 RIETGORSGROEP 2010 RIETGORSGROEP 2009 In 2010 moeten we de Sprinkhaanzanger missen; hij werd eind april één keer gehoord: in de buurt van het territorium van vorig jaar, maar net buiten de gebiedsgrenzen. De Rietgors bleef in aantal ongeveer gelijk, maar de Kleine Karekiet doet het erg goed: van 1 naar 6 territoria. De natuurlijke ontwikkeling van de rietkraag zal hier zeker toe bijgedragen hebben. We horen hem nu behalve in de monding van de Geleenbeek (is onderdeel van de Echterweerd) ook in de Molenweerd (waar vanaf 2002 al territoria vastgesteld werden; Peeters, 2008). Kleine Karekiet 5 4 3 2 1 0 1999 2000 2001 2002 M o lenweerd Vossen MHG Pag. 17 2003 2005 2006 Echterweerd 2007 2008 2009 2010 Zuidelijke Riffen september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 GRASMUSGROEP. GRASMUSGROEP 2008 GRASMUSGROEP Heggenmus Nachtegaal Roodborsttapuit Bosrietzanger Spotvogel Orpheusspotvogel Braamsluiper Grasmus Tuinfluiter Fitis Grauwe Klauwier Kneu Geelgors Soorten/Territoria 2008 7 2009 2010 3 1 21 - 1 1 2 28 3 1 2 21 3 19 8 15 27 8 17 21 12 18 3 3 2 1 81 10 9 90 9 GRASMUSGROEP 2009 Binnen de Grasmusgroep valt als eerste op dat de aantallen van Bosrietzanger en Grasmus met bijna een kwart verminderd zijn. Dit kan natuurlijk een gevolg zijn van een toevallige jaarlijkse fluctuatie (zie de aantallen van Peeters in 2008), het zou ook kunnen dat het komt doordat de grote grazers het hele jaar door in het gebied zijn gebleven. GRASMUSGROEP 2010 Tijdens de inventarisatierondes viel al op dat de ruigtegebieden in de Echterweerd minder ‘ruig’ waren dan in 2009. Uit de grafiekjes blijkt ook dat beide soorten hier een grote daling in aantallen laten zien. Terwijl zij beide voor de eerste keer broeden in de Zuidelijke Riffen. De ontwikkeling van het zachthout broekbos in de Molenweerd loopt gelijke tred met de uitbreiding van de Tuinfluiter. Vossen MHG Pag. 18 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 De struikontwikkeling in de Echterweerd met die van de Fitis. Hij heeft geen last van de bezigheden van de grote grazers. Natuurlijk zijn dit korte termijn speculaties en zullen de komende jaren hier een duidelijker beeld van moeten geven. Fijn te noemen is de eerste waarneming van een Geelgors in de Molenplas. Een nieuwkomer die eigenlijk in een andere groep thuishoort: de GEELGORSGROEP – broedvogels van open bos, bosranden, boomgroepen met kale, zandige bodem. Kneu, Spotvogel, Heggenmus en Roodborsttapuit zijn in aantal gelijk gebleven. Overigens zijn dit soorten die toch vaker dan 3 keer in de periode ‘Peeters’ werden waargenomen (bijlage8c). Bosrietzanger Tuinfluiter 20 20 15 15 10 10 5 5 0 0 1999 2000 2001 2002 M o lenweerd 2003 2005 2006 2007 Echterweerd 2008 2009 2010 1999 Zuidelijke Riffen 2000 2001 2002 M o lenweerd 2003 2005 2006 2007 Echterweerd Grasmus 2008 2009 2010 Zuidelijke Riffen Fitis 20 20 15 15 10 10 5 5 0 1999 2000 2001 2002 M o lenweerd Vossen MHG 2003 2005 2006 Echterweerd 2007 2008 2009 2010 0 1999 Zuidelijke Riffen 2000 2001 2002 M o lenweerd Pag. 19 2003 2005 2006 Echterweerd 2007 2008 2009 2010 Zuidelijke Riffen september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 3. Vogelgroepen van jong bos en overige groepen. WINTERKONINGGROEP WINTERKONINGGROEP Fazant Zomertortel Winterkoning Roodborst Merel Zanglijster Zwartkop Staartmees Matkop Goudvink Soorten/Territoria 2008 5 2009 WINTERKONINGGROEP 2008 2010 3 1 3 4 1 1 3 4 9 2 7 1 5 17 9 2 18 6 19 5 WINTERKONINGGROEP 2010 35 WINTERKONINGGROEP 2009 Aantal territoria per deelgebied: Molenweerd Echterweerd 2008 11 6 2009 14 4 2010 23 12 Zoals in Vossen (2010a) al “verwacht” werd, is de Staartmees al broedvogel van de Molenplas geworden. Zowel Winterkoning als ook Merel en Zwartkop laten een grote groei zien. De vroegere inventarisatiestart kan hier een bijdrage aan geleverd hebben (bijlage 8a). De eerste twee zijn echter wintergevoelige soorten en blijken het elders minder te doen (Vossen 2010b). We zien dat de Echterweerd ook steeds meer ‘dichtgroeit’ met soorten uit deze groep (zie kleine tabel). Vossen MHG Pag. 20 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 PUTTERGROEP PUTTERGROEP Ekster Zwarte Kraai Groenling Putter Soorten/Territoria 2008 1 1 1 3 3 2009 1 3 2 4 2010 1 5 1 1 4 8 Ook deze groep kent een nieuwkomer: de Ekster. De toename van de Zwarte Kraai kan een inventarisatiepunt zijn: duidelijk roepende individuen of paren werden ingetekend. PUTTERGROEP 2008, 2009, 2010 Vossen MHG Pag. 21 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 BOSVOGELS EN OVERIGE BOSVOGELS EN OVERIGE 2008 Gaai Grote Bonte Specht Grote Lijster Holenduif Houtduif Huismus Koekoek Koolmees Pimpelmees Tjiftjaf Turkse Tortel Vink Zwarte Roodstaart Soorten/Territoria 4 2009 2010 - - 4 - 3 9 4 - 1 7 2 4 - 20 4 14 1 1 1 3 5 1 1 5 2 11 8 11 39 Zoals in Vossen (2010a) al BOSVOGELS EN OVERIGE 2010 aangaf was het te verwachten dat de soorten van de ecologische bosgroepen met het ouder worden van het bos ook in aantal zouden groeien. Ook al betekent dat soms/voorlopig dat soorten als broedvogel geregistreerd worden terwijl ze niet daadwerkelijk in het gebied tot broeden (kunnen) komen. Een voorbeeld hiervan is de Grote Bonte Specht die twee maal op een ronde gezien werd (♂en ♀) en dus een geldig territorium krijgt. Dit geldt ook voor de Huismus (ook ♂ en ♀ gezien), de Holenduif (evt. in de dode kienbomen? – echter geen nestgedrag gezien) en waarschijnlijk de mezen. Dat Vink en Tjiftjaf in aantal groeien was te verwachten en loopt gelijk met de toename van andere loofboszangers. Vossen MHG Pag. 22 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 Overige Broedvogels 2008 Overige Broedvogels 2009 Gaan we nog een stapje verder en plaatsen we deze broedvogels in te verwachten bosgroepen, dan krijgen we het volgende overzicht. BOSVOGELS EN OVERIGE Gaai Grote Bonte Specht Grote Lijster Holenduif Houtduif Huismus Koekoek Koolmees Pimpelmees Tjiftjaf Turkse Tortel Vink Zwarte Roodstaart Een indeling van deze broedvogels over mogelijke Bosvogelgroepen: VINKGROEP GROTE BONTE SPECHT GROEP HOUTDUIF GROEP ZWARTE ROODSTAART GROEP LOOFBOSBROEDERS HOLENBROEDERS X X X X X X X X X X X X X X X X X X X De HOUTDUIFGROEP (vogels van opgaand bos nabij cultuurland) en de ZWARTE ROODSTAARTGROEP (erven, bebouwing in cultuurland) zijn beide optionele groepen en hier opgenomen vanwege de aan het gebied grenzende bebouwingen/cultuurlanden. (De Koekoek wordt door Sierdsema als een soort benoemd die niet duidelijk in een van de bekende groepen in te delen is.) Hoe zal de vogelpopulatie er over vijf jaar in de Molenplas uit zien??? Vossen MHG Pag. 23 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 5. Conclusie. Na een tweede inventarisatiejaar vallen er nog geen duidelijke conclusies te trekken voor het beheer van het terrein. Zij het dat het opschonen van het eilandje er zeker voor gezorgd heeft dat de Visdief weer in behoorlijke aantallen succesvol gebroed heeft. Of het grote aantal grazers voor achteruitgang van bepaalde soorten zorgt is ook nog niet hard te maken. Meer inventarisatiewerk zal nodig zijn om jaarlijkse fluctuaties uit te kunnen sluiten en dus concrete gegevens te kunnen aanleveren voor een goed beheer. 6. Dankwoord Een oprecht woord van dank gaat uit naar de medewerkers van Natuurmonumenten die het mogelijk maakten het gebied op tij en ontij momenten te mogen betreden. Het was weer een groot voorrecht om de vogels te mogen inventariseren en te weten dat het hen ook nog ten goede kan komen! Tjeu Vossen Hulststraat 20 6101 MG Echt [email protected] september 2010. Vossen MHG Pag. 24 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 7. Literatuur - - - - Dijk, van. 2004. Handleiding Broedvogel Monitoring Project (Broedvogelinventarisatie in proefvlakken). SOVON Vogelonderzoek Nederland, Beek-Ubbergen. Hustings F., Borggreve C., van Turnhout C. & Thissen J. 2004. Basisrapport voor de Rode Lijst Vogels volgens Nederlandse en IUCN-criteria. SOVON onderzoeksrapport 2004/13. SOVON Vogelonderzoek Nederland, Beek-Ubbergen. Peeters, 2009. Natuurwaarden in het Stevol-gebied. Monitoring 2008. Peeters Consult, Roermond. Sierdsema H. 1995. Broedvogels en beheer. Het gebruik van broedvogelgegevens in het beheer van bos- en natuurterreinen. SBB-rapport 1995-1, SOVONonderzoeksrapport 1995/04. SBB/SOVON, Driebergen/Beek-Ubbergen. SOVON Nieuwsbrief: Het jaar van de Visdief. 2009. SOVON Vogelonderzoek Nederland, Beek-Ubbergen. Vossen, M. 2010a. Broedvogels van de Molenplas 2009. Persoonlijke publicatie. Vossen, M. 2010b. Broedvogels van Het Doorterbos 2010. Persoonlijke publicatie. Vossen MHG Pag. 25 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 8. Bijlagen 8a. Waargenomen vogels per inventarisatieronde: 8b Rode Lijst Soorten 8c Aangetroffen Broedvogels 2008-2010 8d Stippenkaarten broedvogels Vossen MHG Pag. 26 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 8a. Waargenomen vogels per inventarisatieronde: Ronde: Datum: Soort: / Deelgebied: Aalscholver Bergeend Blauwborst Blauwe Reiger Boerenzwaluw Boomvalk Bosrietzanger Bosruiter Brandgans Buizerd Casarca Dodaars Ekster Fazant Fitis Fuut Gaai Geelgors Geelpootmeeuw Gele kwikstaart Gierzwaluw Grasmus Graspieper Grauwe gans Groene Specht Groenling Groenpootruiter Grote bonte specht Grote canadese Gans Grote Lijster Grote Zilverreiger Grutto Heggenmus Holenduif Houtduif Huismus Huiszwaluw IJsvogel Indische Gans Kanoet Kauw Kievit Kleine karekiet Kleine Mantelmeeuw Kleine plevier Kleine Zilverreiger Kneu Knobbelzwaan Koekoek Kokmeeuw Koolmees Krakeend Kramsvogel Kuifeend Kwartel Meerkoet Merel Nachtegaal Nijlgans Noordse Kwikstaart Oeverloper Oeverzwaluw Paap Parkgans Patrijs Pimpelmees Pontische meeuw Putter Rietgans spec. Rietgors Ringmus Roodborsttapuit Rouwkwikstaart Scholekster Slobeend Smient Soepeend Sperwer Spotvogel Spreeuw Sprinkhaanzanger Staartmees Steenloper Stormmeeuw Tafeleend Tapuit Tjiftjaf Torenvalk Tuinfluiter Tureluur Turkse Tortel Veldleeuwerik Vink Visdief Waterhoen Watersnip Wilde eend Winterkoning Wintertaling Witgat Witte kwikstaart Wulp Zanglijster Zilvermeeuw Zomertaling Zomertortel Zwarte kraai Zwarte roodstaart Zwarte Ruiter Zwarte Stern Zwartkop TOTAAL BROEDVOGELS: TOTAAL NIET-BROEDERS: TOTAAL SOORTEN: Vossen MHG 1 9-3-2010 M E Z 2 2 7-4-2010 M E Z * 1 * 2 * * 2 2 3 25-4-2010 M E Z 4 17-5-2010 M E Z * 2 * 1 1 1 * *1 3 3 * * 5 27-5-2010 M E Z * 4 * 2 * 1 * 1 * * * * * 2 13 * 1 4 6 16-6-2010 M E Z 1 4 7 1 1 7 Totaal territ. M E Z 1 3 2 4 7 13 1 1 1 2 1 1 11 4 1 1 1 1 2 1 1 1 1 5 3 1 3 4 2 1 1 2 7a 30-6-2009 M E Z 1 9 4 2 1 6 3 3 8 7 1 1 4 5 4 6 2 3 7 4 1 7 2 2 2 10 6 1 2 2 10 1 1 3 2 1 2 4 1 5 1 8 2 11 4 2 1 2 1 1 4 1 1 3 * 5 4 2 5 2 2 * 2 2 2 2 2 7 3 4 1 1 4 1 1 4 1 1 1 2 1 6 6 5 2 3 8 2 2 11 6 2 2 4 1 1 1 1 *1 *1 *2 *2 1 1 *1 1 3 1 1 1 *2 2 * 1 2 1 1 2 3 3 2 3 1 * 1 1 *1 1 * 2 1 2 1 1 * 2 3 *1 1 2 1 14 1 1 18 1 1 12 1 1 4 * 1 2 1 2 * 3 10 9 * 3 1 5 5 5 1 35 2 17 1 12 23 6 17 5 2 2 1 3 *1 5 4 * 11 *4 *1 *1 1 2 3 1 1 1 2 * 1 1 1 1 3 2 1 1 1 2 2 1 1 2 * 3 2 1 1 * 1 1 2 * 1 2 3 1 11 10 1 3 1 7 17 2 2 *1 *4 * 1 4 1 2 3 3 10 6 8 2 2 16 19 8 19 2 1 3 1 * 2 2 6 1 2 1 4 2 1 1 2 8 6 1 1 1 1 1 *1 * 1,5 4 2 1 2 3 1 1 5 2 3 2 4 2 *260 4 28 12 21 5 16 2 2 1 1 1 2 2 7 5 1,5 1 2 1 3 1 2 1 2 1 1 2 1 1 *2 * 1 * 2 * 1 1 3 1 1 3 3 3 1 * 1 * 1 1 1 1 2 2 1 4 4 2 1 1 3 1 3 5 2 2 1 1 2 1 2 1 2 3 1 1 3 1 1 1 1 * *1 1 2 2 * * * 6 1 2 * 7 1 3 * 4 2 1 3 1 1 2 2 *1 6 2 4 1 3 1 2 1 4 17 7 5 1 1 3 4 2 1 1 3 2 2 * 6 1 *1 2 1 5 1 4 3 3 1 1 1 2 2 1 15 7 1 4 1 1 4 2 2 *1 12 13 3 2 1 3 4 8 3 11 11 1 4 5 2 2 1 3 17 2 1 6 2 5 1,5 2 1,5 2 4 2 1 2 4 * * * *7 *3 1 2 *38 1 2 6 1 2 *2 3 1 1 2 5 2 *1 1 * 1 3 1 3 1 1 1 1 1 2 1 21 4 25 3 32 7 39 2 3 2 1 2 16 0 16 *2 5 36 4 40 5 2 1 1 18 6 24 3 29 6 35 2 1 2 2,5 1 1,5 6 51 0 51 3 38 0 38 24 0 24 *1 20 2 22 15 7 22 8 0 8 26 4 30 27 4 31 1 25 8 33 13 2 15 2 32 6 38 3 24 7 31 Pag. 27 28 6 34 20 2 22 16 2 18 10 2 12 4 1 5 0 1 1 Tot * 6 0 * * * 21 0 0 * 1 4 1 3 18 11 1 1 0 6 * 21 12 5 * 1 * 1 1 1 0 0 1 3 5 1 * 1 0 0 * 4 6 * 5 0 2 6 1 * 5 7 * 10 0 65 17 0 5 * * * 0 0 1 2 0 1 0 8 0 2 0 4 6 * 0 0 3 * * 2 0 * * 0 11 * 12 0 0 10 8 2 4 * 28 4 1 * 5 * * * 5 0 5 0 * * 9 57 29 86 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 8b. Rode Lijst Soorten Blauwe Kiekendief Boerenzwaluw Bontbekplevier Boomvalk Brilduiker Draaihals Duinpieper Dwergmeeuw Dwergstern Engelse Kwikstaart Gele Kwikstaart Goudplevier Graspieper Grauwe Kiekendief Griel Groene Specht Grote Mantelmeeuw Grote Stern Grote Zilverreiger Grutto Hop Huiszwaluw Kemphaan Kerkuil Kleine Zilverreiger Kleinst Waterhoen Koekoek Korhoen Kramsvogel Kuifleeuwerik Kwak Kwartelkoning Lachstern Middelste Zaagbek Nachtegaal Nachtzwaluw Oeverloper Paapje Patrijs Pijlstaart Porseleinhoen Purperreiger Ransuil Roerdomp Roodhalsfuut Slechtvalk Slobeend Snor Steenuil Steltkluut Strandplevier Tapuit Tureluur Veldleeuwerik Velduil Visdief Watersnip Wintertaling Woudaap Zomertaling Zomertortel Zuidelijke Bonte Strandloper Zwarte Stern Aantal Territoria Aantal Soorten Aantal Soorten Cumulatief Vossen MHG 1999 2000 2001 2002 2003 2005 2006 2007 2008 2009 2010 1 0 0 1 1 2 2 0 0 10 6 1 1 2 0 3 6,5 6 6 4,5 16 12 0 0 0 0 0 0,5 0 0 0 1 1 0 0 0 0 0 0 0 0 0 1 0 2 2,5 3,5 3,5 6 3 1 1 0 0 1 0 0 0 0 0 1 1 0 0 0 6 2,5 4 4 6 8 20 13 15 13 14 10 0 0 0 0 0 0 0 0 0 3 2 0 0 0 0 0 1 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 1 0 0 0 0 1 0 1 1 0 2 0 0 0 0 1 5 0 0 0 0 0 0 0 0 1 1 0 6,5 4 4 8,5 4 5 10,5 4 5 10,5 3 5 20 5 5 35 8 9 23 5 9 22 3 9 18,5 3 10 47 8 12 44 9 12 Pag. 28 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 8c. Aangetroffen Broedvogels 2008-2010 Peeters 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52 53 54 55 56 57 58 59 60 61 62 63 64 65 66 67 68 69 Bergeend Blauwborst Bosrietzanger Brandgans Casarca Dodaars Ekster Fazant Fitis Fuut Gaai Geelgors Gele Kwikstaart Grasmus Graspieper Grauwe gans Groenling Grote Bonte Specht Grote Canadese Gans Grote Lijster Heggenmus Holenduif Houtduif Huismus IJsvogel Kievit Kleine Karekiet Kleine Plevier Kneu Knobbelzwaan Koekoek Koolmees Krakeend Kuifeend Kwartel Meerkoet Merel Nachtegaal Nijlgans Oeverzwaluw Patrijs Pimpelmees Putter Rietgors Roodborsttapuit Scholekster Slobeend Soepeend Spotvogel Sprinkhaanzanger Staartmees Tjiftjaf Tuinfluiter Turkse Tortel Veldleeuwerik Vink Visdief Waterhoen Watersnip Wilde eend Winterkoning Wintertaling Witte Kwikstaart Zanglijster Zomertaling Zomertortel Zwarte kraai Zwarte Roodstaart Zwartkop TOTAAL BROEDVOGELS: Vossen MHG 99-07 7 6 7 0 0 3 0 5 3 7 0 0 5 7 7 3 2 1 0 0 3 6 2 0 3 7 4 7 6 8 1 4 2 5 0 6 6 0 7 0 8 2 1 7 5 4 2 1 4 0 0 3 5 0 8 3 0 5 1 0 0 1 4 2 3 0 2 1 2 51 2008 2 0 21 0 0 1 0 3 15 2 0 0 0 19 5 * 1 0 0 0 3 0 4 0 0 0 1 2 3 3 0 3 1 0 0 9 9 0 2 60 0 0 1 8 1 0 0 0 0 0 0 9 8 0 13 4 0 4 0 * 3 0 1 0 0 1 1 0 2 36 Vossen 2009 5 0 28 1 0 5 0 4 17 12 0 0 10 27 16 0 1 0 0 0 1 0 0 0 1 2 2 6 3 4 1 0 3 2 1 30 7 1 3 0 0 0 3 9 2 2 0 0 3 1 0 7 8 2 14 4 3 3 0 2 1 0 8 1 1 1 0 0 5 46 2010 6 0 21 0 1 4 1 3 18 11 1 1 6 21 12 5 1 1 1 1 1 3 5 1 1 4 6 5 2 6 1 5 7 10 0 65 17 0 5 0 1 2 1 8 2 4 6 0 3 0 2 11 12 0 10 8 2 4 0 28 4 1 5 0 5 0 5 0 9 57 De eerste kolom (99-07) geeft het aantal jaren weer waarin de soort door Peeters vastgesteld is (Peeters, 2008). De jaren 2008, 2009 en 2010 geven het aantal vastgesteld territoria aan. Acht soorten zijn dit jaar voor het eerst als broedvogel vastgesteld: Casarca, Ekster, Gaai, Geelgors, Grote Canadese Gans, Grote Lijster, Huismus en Staartmees. In totaal zijn door Peeters en Vossen 69 broedvogels genoteerd voor de Molenplas. Pag. 29 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 8d. Stippenkaarten broedvogels Bergeend 2010 6 Bosrietzanger 2010 Canadese Gans 2010 1 Casarca 2010 Vossen MHG Pag. 30 21 1 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 Dodaars 2010 4 Ekster 2010 Fazant 2010 3 Fitis 2010 Vossen MHG Pag. 31 1 18 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 Fuut 2010 11 Gaai 2010 Geelgors 2010 11 Gele Kwikstaart 2010 Vossen MHG Pag. 32 1 6 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 Grasmus 2010 Grauwe Gans 2010 Vossen MHG 21 5 Pag. 33 Graspieper 2010 12 Groenling 2010 1 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 Grote Bonte Specht 2010 1 Grote Lijster 2010 1 Heggenmus 2010 Holenduif 2010 3 Vossen MHG 1 Pag. 34 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 Houtduif 2010 Vossen MHG 5 Huismus 2010 Pag. 35 1 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 IJsvogel 2010 1 Kievit 2010 4 Kleine Karekiet 2010 6 Kleine Plevier 2010 5 Vossen MHG Pag. 36 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 Kneu 2010 2 Knobbelzwaan 2010 6 Koekoek 2010 1 Koolmees 2010 5 Vossen MHG Pag. 37 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 Krakeend 2010 7 Meerkoet 2010 65 Vossen MHG Pag. 38 Kuifeend 2010 10 Merel 2010 17 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 Nijlgans 2010 5 Patrijs 2010 1 Pimpelmees 2010 2 Putter 2010 1 Vossen MHG Pag. 39 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 Rietgors 2010 8 Roodborsttapuit 2010 2 Scholekster 2010 4 Slobeend 2010 6 Vossen MHG Pag. 40 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 Spotvogel 2010 Tjiftjaf 2010 Vossen MHG 3 Staartmees 2010 2 11 Tuinfluiter 2010 12 Pag. 41 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 Veldleeuwerik 2010 Visdief 2010 Vossen MHG 10 2 Pag. 42 Vink 2010 8 Waterhoen 2010 4 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 Wilde Eend 2010 Wintertaling 2010 Vossen MHG 28 1 Pag. 43 Winterkoning 2010 4 Witte Kwikstaart 2010 5 september 2010 Broedvogels van de Molenplas 2010 Zomertaling 2010 5 Zwarte Kraai 2010 Zwartkop 2010 9 2009 Vossen MHG Pag. 44 5 1 september 2010
© Copyright 2024 ExpyDoc