Verslag startbijeenkomst LEC Transportveiligheid

Verslag startbijeenkomst
Landelijk Expertisecentrum Transportveiligheid
Vrijdag 9 mei 2014
IFV Kemperbergerweg 783 Arnhem
“Kennis is macht als je weet hoe je het moet gebruiken”
Landelijk Expertisecentrum Transportveiligheid van start
“Dit is een belangrijke dag op een belangrijke plek”, sprak dagvoorzitter Elie van Strien bij aanvang
van de startbijeenkomst van het Landelijk Expertisecentrum Transportveiligheid (LEC-TV) op vrijdag 9
mei. Na jaren voorwerk door het Platform en het Lectoraat Transportveiligheid is het LEC-TV
verankerd in het Instituut Fysieke Veiligheid (IFV). De plek bij uitstek om te fungeren als vliegwiel in de
samenwerking tussen overheid en bedrijfsleven. De
veiligheidsregio’s en de transportsector hebben hun
langgekoesterde wens voor een gezamenlijk
expertisecentrum in vervulling zien gaan.
Nut en noodzaak
Van Strien vatte kernachtig samen welke uitdagingen
er liggen op het raakvlak tussen transport en
veiligheid. Nederland is een transportland bij uitstek.
Enorme volumes goederen worden vanuit de
zeehavens vervoerd naar afnemers in binnen- en buitenland. Over de weg, over het spoor, via
vaarwegen en buisleidingen. Calamiteiten en verstoringen kunnen verstrekkende gevolgen hebben.
Voor de veiligheid van mens en milieu, maar ook voor de continuïteit van logistieke processen. Van
Strien riep nog eens het treinongeval bij Barendrecht in 2009 in herinnering. Door die botsing raakten
de goederenstromen via het spoor tot in Italië verstoord.
Van Strien: “Vanwege het grote economisch belang lijkt transportveiligheid een vanzelfsprekend
thema waar we nauwelijks bij stil staan. Toch zitten we als veiligheidsprofessionals nog lang niet
overal vanzelfsprekend aan tafel waar we aan tafel zouden moeten zitten. Via het LEC-TV kunnen we
transportveiligheidsvraagstukken doelgerichter aankaarten bij alle ketenpartners.”
Voor de regio’s en voor de sector
Algemeen directeur Leo Zaal van het IFV zei trots te zijn op
het feit dat het LEC-TV een thuis heeft gevonden onder de
vleugels van het instituut. Als gemeenschappelijk
ondersteuningsplatform voor de veiligheidsregio’s kan het IFV
in zijn ogen een belangrijke bijdrage leveren aan de
samenwerking tussen het veiligheidsdomein en de
transportsector. “Het LEC-TV staat voor het bevorderen van
veilig transport van mensen en goederen, is actief in alle
schakels van de veiligheidsketen en richt zijn focus op
complexe veiligheidsvraagstukken. Dit alles via twee pijlers: het lectoraat transportveiligheid en het
expertisecentrum. Het LEC-TV gaat kennis ontwikkelen, bundelen en uitwisselen, ontwikkelt les- en
leerstof voor de hulpverleningssector en initieert projecten.”
1
Zaal lichtte toe dat het LEC-TV programmatisch wordt aangestuurd, waarbij een adviesraad zal
adviseren over actuele thema’s met prioriteit. Een adviesraad onder voorzitterschap van Jan van
Belzen, een bestuurder met ervaring en doorzettingsvermogen als het om transportveiligheid gaat. De
Barendrechtse burgemeester Jan van Belzen verdiende zijn sporen tijdens het project Railplan en als
voorzitter van het Platform Transportveiligheid, de kiem van het huidige LEC-TV. Ook de andere
leden, vertegenwoordigers van het veiligheidsdomein, de spoorsector, de nationale politie en brancheorganisaties werden voorgesteld. Er zijn nog twee plaatsen te vergeven aan de wetenschap. Leo Zaal
noemt het partnernetwerk dat via het LEC-TV wordt geweven ‘ambitieus’. En ambitie gaat vooraf aan
succes.
Kennisparadox
In het eerste programmablok van de startbijeenkomst draaide het allemaal om het organiseren van
kennis, zowel op het terrein van incidentenbestrijding als bij risicobeheersing. Makkelijker gezegd dan
gedaan. Lector Transportveiligheid Nils Rosmuller constateert enkele paradoxen, die de gewenste
daadkracht en de samenwerking tussen het
veiligheidsdomein en de transportbranche kenmerken. Zo
heeft de transportsector hoge verwachtingen van de
veiligheidsregio’s als het gaat om incidentenbestrijding,
terwijl diezelfde sector spaarzaam is met het verstrekken
van informatie aan de regio’s. Andersom ziet hij ook dat de
veiligheidsregio’s zelf zich te weinig inspannen om actief op
zoek te gaan naar informatiebronnen en relevante
sleutelspelers die hen ten dienste kunnen staan. En een
derde paradox is dat de veiligheidsregio’s, de rijksoverheid en de branche weliswaar zeggen veiligheid
essentieel te vinden, terwijl de ontwikkeling van relevante kennis en kunde niet of nauwelijks wordt
gefaciliteerd. Er is dus veel werk aan de winkel voor het LEC-TV.
Vier deskundigen reageerden op het betoog van Rosmuller en vertelden wat hun verwachtingen zijn
ten aanzien van samenwerking en informatiedeling rond transportveiligheid.
Sjoerd Sjoerdsma, directeur van Keyrail, vindt dat organisaties over hun eigen grenzen moeten
durven stappen en wil graag met het LEC-TV in zee voor het doorontwikkelen van landelijke
standaarden voor veiligheid en incidentenbestrijding op het spoor. Martine Jongman van
Rijkswaterstaat wees op de informatielijn van Rijkswaterstaat die ook voor de veiligheidsregio’s een
waardevol informatieloket kan zijn. Dat geldt ook voor het ontsluiten van informatie uit het
partnernetwerk van RWS. Thomas Reitsma van brancheorganisatie EVO deed ook een handreiking
aan het veiligheidsdomein. Ook hij vindt dat de transportsector en de veiligheidsregio’s actief kennis
en informatie moeten delen en hij roept de veiligheidsprofessionals op om zelf initiatief te tonen:
“Wees brutaal! Pak je regierol en nodig jezelf uit aan de overlegtafel als je vindt dat je erbij hoort te
zitten.”
2
Jan Lonink was de bestuurlijke specialist in het panel. De burgemeester van Terneuzen heeft ook de
nodige ervaring met thema’s op het raakvlak van transport en veiligheid. Het Zeeuwse
samenwerkingsproject Deltawateren is in zijn ogen een geslaagd voorbeeld van samenwerking tussen
overheid en bedrijfsleven om de veiligheid en incidentenbestrijding te verbeteren. Hij ziet voor
bestuurders vooral de taak om veiligheidsvraagstukken op de agenda te zetten, zodat de
professionals in het partnernetwerk die met daadkracht kunnen aanpakken. En over het belang van
het expertisecentrum zegt Lonink: “Kennisontwikkeling en kennisdeling horen thuis op het nationale
niveau. In dat licht heeft het LEC-TV een voorbeeldfunctie voor het hele veiligheidsdomein.”
Handreiking uit Rotterdam
De Rotterdamse burgemeester Aboutaleb deed de symposiumdeelnemers en het LEC-TV via een
videoboodschap een handreiking voor participatie in het brede kennisnetwerk van het
expertisecentrum. De voorzitter van de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond
somde feiten en cijfers op die duidelijk maken dat vraagstukken rond
transportveiligheid nergens in Nederland zo nadrukkelijk spelen als in de
bruisende wereldhaven Rotterdam. “We hebben de grootste haven van het
westelijk halfrond, die immense goederenstromen genereert over het
binnenwater, over het spoor, via de weg en via pijpleidingen. Hebben we de
veiligheid rond al die transportmodaliteiten als overheid voldoende in de knip?
Dat lukt alleen door nauwe samenwerking tussen de betrokken sectoren. Nieuwe inzichten en nieuwe
technologieën genereren ook weer nieuwe veiligheidsvraagstukken. Wij stellen vanuit RotterdamRijnmond graag onze expertise en ervaringen beschikbaar voor het LEC-TV en werken graag samen
met een breed partnernetwerk om gezamenlijk de vitale transportsector in Nederland veiliger te
maken.”
Kunde en vaardigheden
Kennis is wat de partners in het netwerk rond het LEC-TV met elkaar moet verbinden. “Kennis is
macht”, zei dagvoorzitter Elie van Strien aan het begin van het eerste deel van de startbijeenkomst.
“Maar alleen als je weet wat je met die kennis moet doen.” Die link werd in het tweede programmablok
gelegd: van kennis naar kunde en vaardigheden. Hoe kunnen de veiligheidsregio’s beter worden
gefaciliteerd in hun voorbereiding op transportincidenten? Complexe transportincidenten komen
weinig voor, dus er is weinig praktijkervaring. Maar juist daarom moet ook op operationeel gebied de
samenwerking tussen overheid en bedrijfsleven worden versterkt. Haal de kennis waar die
beschikbaar is.
Lector Nils Rosmuller opende het tweede blok weer met een drietal paradoxen. Ten eerste: de
veiligheidsregio’s kunnen niet alles weten over alle typen transportvoertuigen, infrastructuur,
gevaarlijke stoffen en hun eigenschappen, dus moeten ze die informatie elders halen. Maar tegelijk
blijft specifieke deskundigheid van het bedrijfsleven nog teveel onbenut. Paradox 2: De
veiligheidsregio’s hebben een grote externe informatiebehoefte, maar juist de interne informatiedeling
is een punt van zorg. Risicobeheersing en incidentenbestrijding wisselen onvoldoende informatie uit
en een voorziening als het Landelijk Informatiepunt Gevaarlijke Stoffen (LIOGS) wordt door een deel
van de regio’s nauwelijks benaderd en benut. En last but not least: kennis is essentieel, maar geen
garantie voor succes.
Harm Balk, hoofdofficier bij brandweer AmsterdamAmstelland herkent de geschetste paradoxen wel. Hij kent uit
zijn praktijk diverse voorbeelden van operationele plannen die
op de tekentafel effectief leken, maar die in de praktijk niet
goed werken of niet goed worden toegepast. Zoals de
3
inzetprocedure en aanwezige blusvoorzieningen bij een tunnelbrand. Zijn oproep is dan ook: “Maak
goed gebruik van voorzieningen die we aan de voorkant bedacht hebben.”
Martine Jongman van Rijkswaterstaat haakt daarop in en ziet de kracht van lessen uit de praktijk om
tot verbetering te komen. “Een belangrijke rol van het expertisecentrum kan zijn een vertaalslag te
maken van ongevalsonderzoeken en leerpunten uit de operationele praktijk. Wat betekent een
incidentscenario nu precies voor de hulpverleningspartners en wat hebben we in de praktijk van elkaar
nodig om samen de klus te klaren?”
Oefenen is een probaat middel om de samenwerking in de praktijk handen en voeten te geven en
verbindingen te smeden. Sjoerd Sjoerdsma noemt ter illustratie de Betuweroute, waar
veiligheidsregio’s jaarlijks samen met spoorbeheerder Keyrail oefenen in de bestrijding van een
maatgevend incidentscenario: brandende ketelwagen op het tracé, waarbij omliggende wagons
moeten worden gekoeld om een grote explosie te voorkomen. Dat oefenen is een kwestie van
vooruitdenken en strakke planning, want er moet wel op het spoor worden geoefend met echte
ketelwagons. Dat kan alleen tijdens een buitendienststelling van het spoor. Daarom worden de
oefeningen voor 2015 nu al voorbereid.
Pieter Wildschut, voorzitter van de Commissie Transport Gevaarlijke Goederen (CTGG), bepleitte
om in de incidentbestrijdingsfase meer gebruik te maken van de kennis en kunde van de
transportsector. Zo mag het in zijn ogen niet meer
voorkomen dat een chauffeur van een tankwagen bij een
ongeval wordt weggestuurd, terwijl hij degene is met de
meeste kennis van het voertuig en de lading. Elie van Strien
vindt ook dat de landelijk beschikbare kennis en kunde beter
kan en moet worden ingezet. Dat kan ook via het LIOGS, dat
tevens het nationale loket is voor inzet van gebundelde
specialistische expertise uit het bedrijfsleven (ICE).
Ondersteuning van dat loket is in drie stappen te verkrijgen
voor de veiligheidsregio’s: via telefonisch advies, door een expert die ter plaatse komt voor advisering
van de hulpverleners en via het beschikbaar stellen van gespecialiseerde bestrijdingscapaciteit uit het
bedrijfsleven.
It takes two to tango
Het slot van de bijeenkomst was voor Jan van Belzen, voorzitter van de nieuwe Adviesraad
Transportveiligheid. Hij had een kernachtige oproep aan de aanwezige vertegenwoordigers van de
transportsector en de overheid: “It takes two to tango, dus
benut elke kans om elkaar te ontmoeten en op alle
niveaus samenwerking te zoeken. Dit moet geen
papieren tijger worden!” Zijn eigen opdracht is om de
agenda van het LEC-TV gevuld te krijgen met dossiers
en thema’s die ertoe doen. Een agenda waar enkele
deelnemers in de zaal nog wel adviezen voor hebben.
Zoals het uitbreiden van de samenwerking naar
buitenlandse kenniscentra op transport- en
veiligheidsgebied. Want transport houdt niet op bij de
grens. Ook de Onderzoeksraad voor Veiligheid wordt door enkele deelnemers nog gemist in het
partnernetwerk. De onderzoeksraad en internationale connecties staan volgens Van Belzen al langer
op het verlanglijstje van het LEC-TV. Maar first things first: het expertisecentrum moet eerst zijn plek
binnen het Nederlandse veiligheidsdomein vinden en uitgroeien tot het nationale
samenwerkingsplatform en vraagbaak voor overheid en bedrijfsleven.
4
Elie van Strien wenste het jonge expertisecentrum toe dat de telefoon vanaf nu dagelijks
roodgloeiend staat, als teken dat het voorziet in een grote behoefte. Met deze woorden besloot hij een
succesvolle en druk bezochte startbijeenkomst van het Landelijk Expertisecentrum
Transportveiligheid.
Hartenkreten op papier
Tijdens de startbijeenkomst van het LEC-TV konden deelnemers op flipovers opmerkingen en
suggesties kwijt. Waarmee zou het expertisecentrum zich bezig moeten houden? En welke partners
zou men nog graag in het netwerk zien? Een kleine greep uit de hartenkreten:
 Zorg voor een landelijk risicoprofiel ‘Binnenwater.
 Kan het LEC-TV veiligheidsregio’s ondersteunen bij het opstellen van risicoprofielen?
 Ik mis de Onderzoeksraad voor Veiligheid.
 Zorg voor uniformiteit in incidentscenario’s voor weg, water en spoor.
 Zorg voor een stevige lobby richting politiek ten aanzien van transportveiligheid.
Informatie
Landelijk Expertisecentrum Transportveiligheid
Postbus 7010
6801 HA Arnhem
drs. Hans Spobeck MCDm
programmamanager
[email protected] / 06 – 43 46 34 87
dr. ir. Nils Rosmuller
lector Transportveiligheid
[email protected] / 06 – 51 22 53 48
ing. Reinier Boeree
projectmanager
[email protected] / 06 – 23 36 84 82
www.infopuntveiligheid » dossiers » Landelijk Expertisecentrum Transportveiligheid
www.nifv.nl » lectoraten » transportveiligheid
5