Visio - Schoolgids

Visio_schoolgidsomslag_2014
21-5-2014
16:05
Pagina 6
Visio Onderwijs Rotterdam
Schoolgids
2014-2015
Schoolgids Visio Onderwijs Rotterdam /
2014-2015
1
Deel 1 / Algemeen
4
Voorwoord
4
Koninklijke Visio, expertisecentrum voor
slechtzie nde e n blinde mense n
6
Perspectief voor iedereen
6
Het onderw ijs van Koninklijke Visio
6
Het onderw ijsaanbod
7
Leerlingenaantallen
7
Visie op onderwijs - waar Visio Onderwijs voor
staat
10
Pedagogisch klimaat en veiligheid
10
Zorg in Onderwijs
11
Aanmeldprocedure en toelatingscriteria
11
Passend Onderw ijs
12
Kwaliteitszorg
12
2
Deel 2 / Speciaal onderwijs
Onze school
Directie en coördinatie
Locatie en gebouw
Speciaal onderwijs (so)
Voortgezet speciaal onderw ijs
Uitstroomperspectief vervolgonderw ijs
Uitstroomperspectief arbeid
Uitstroomperspectief dagbesteding
Visueel onderzoek en gezondheidszorg
Individuele begeleiding
Samenwerking met zorg
Oogarts
Schoolarts
Uitstroom
Speciaal onderwijs
Voortgezet speciaal onderw ijs
Samenwerkingsverba nden in de regio
Ons team
De functies en wie is wie?
Oude rpa rtic ipatie
Ouderbetrokkenheid
Ouderraad
Medezeggenschapsraad
Veiligheid
Wetten en regels
Pra ktische zake n van A tot Z
14
14
14
14
15
18
21
22
23
24
24
24
25
25
25
25
26
28
28
28
29
29
30
31
31
31
32
Deel 3 / Bijlagen
Raad van Toezicht, Raad van Bestuur,
medezeggenschap, klachtenregeling en
informatieverstre kking
Belangrijke adressen Koninklijke Visio
Afkortinge n en be grippe n
Bijlage: Toelatingscriteria
Nuttige adressen
Routebeschrijving
3
37
37
40
41
43
44
45
Deel 1 / Algemeen
Deel 1 / Algemeen
Voorwoord
Voor u ligt de schoolgids van Visio Onderwijs,
vastgesteld door Raad van Bestuur.
Visio Onderwijs maakt deel uit van Koninklijke
Visio, expertisecentrum voor slechtziende en
blinde mensen. Leerlingen met een visuele
beperking, al dan niet in combinatie met een
andere beperking, kunnen bij ons terecht voor
hun volledige onderwijsloopbaan. Wij bieden
primair onderwijs en voortgezet onderwijs aan
op scholen voor (voortgezet) speciaal
onderwijs, evenals ambulante
onderwijskundige begeleiding voor kinderen
die onderwijs volgen op reguliere of speciale
scholen uit een van de andere clusters. Ook
bieden we ambulante ondersteuning in het
vervolgonderwijs (MBO, HBO en universiteit).
Deze schoolgids geeft uitgebreide informatie
over onze scholen voor kinderen en jongeren
met een visuele en/of meervoudige beperking.
Naast praktische informatie wordt duidelijk
wat Visio Onderwijs de leerling en zijn ouders
te bieden heeft.
Ontwikkelen van vaardigheden en
mogelijkheden
Het onderwijs op de Visio-scholen sluit
nadrukkelijk aan bij het onderwijs op reguliere
scholen. De kerndoelen zoals deze in het
regulier basisonderwijs gelden, worden op
aangepaste wijze ook door ons gehanteerd.
Voor leerlingen vanaf twaalf jaar is er de
mogelijkheid om praktijkonderwijs, VMBO of
HAVO te volgen, waarbij we ons richten op een
positief resultaat op het reguliere eindexamen.
Leerlingen met een (ernstige) meervoudige
beperking kunnen deelnemen aan praktisch
onderwijs, gericht op het ontwikkelen van
(arbeidsmatige) vaardigheden.
De kinderen en jongeren worden gestimuleerd
om hun talenten en mogelijkheden zo goed
mogelijk te benutten. Naast de gebruikelijke
schoolse vakken, worden de leerlingen
geschoold in sociale en praktische
vaardigheden. De leerlingen werken zowel
zelfstandig als samen met andere leerlingen
aan hun sociaal-emotionele, motorische en
zintuiglijke ontwikkeling.
4
We vinden het van groot belang de leerlingen
te stimuleren tot maximale zelfstandigheid en
zelfontplooiing. Dit wordt onder andere
zichtbaar bij het werken met passende dag- en
weektaken. Onderwijs aan onze leerlingen is
maatwerk, dat groepsgericht wordt ingevuld.
In kleine groepen wordt het onderwijs
aangeboden, waarbij ruimte is voor het tempo
en ontwikkelingsniveau van iedere leerling. We
vinden het belangrijk dat kinderen en jongeren
met plezier naar school gaan. Dit is een
voorwaarde voor elke leerling om zich goed te
ontwikkelen en te leren. Hiertoe werken wij
graag met de leerlingen en u als ouder samen.
We hechten er veel belang aan om een goede
relatie met de leerlingen en u te onderhouden
en nodigen u en uw kind van harte uit
verwachtingen met ons te delen en vorm te
geven.
Kwaliteit van onderwijs
Visio Onderwijs heeft de ambitie en de taak
systematisch en doelgericht te werken aan het
maximaliseren van prestaties van de
leerlingen. We willen hoge, realistische doelen
stellen voor onze leerlingen en onze scholen.
Uitdagen en planmatig handelen gebeurt op
basis van een analyse van de prestaties van
de leerling.
Het zogenaamde ontwikkelingsperspectiefplan
(OPP) is richtinggevend voor het onderwijs dat
uw kind krijgt aangeboden. Hierin wordt
aangegeven op welk niveau de leerling werkt
en wat het verwachte uitstroomperspectief is.
Dit plan komt in samenspraak met de leerling
en u als ouder tot stand. Op vaste momenten
in het jaar meten wij de ontwikkeling van de
leerling, waardoor u de voortgang en de
ontwikkeling van uw kind mede kunt volgen.
Hiermee bent u er van verzekerd dat uw kind
optimaal gestimuleerd wordt om binnen de
eigen mogelijkheden, maximaal te presteren.
En dat wij hierover verantwoording afleggen
aan de leerling en u als ouder. Tevens leggen
wij verantwoording af aan de samenleving
door het aanleveren van alle vereiste
gegevens inzake instroom, doorstroom en
uitstroom aan de Inspectie van het Onderwijs.
Deel 1 / Algemeen
Onze onderwijskwaliteit meten wij regelmatig.
Dit doen we door het afnemen van
gevalideerde tests, het regelmatig afnemen
van tevredenheidsonderzoeken en het
afleggen van verantwoording aan de Inspectie
van het Onderwijs. Met het afgeven van een
basisarrangement voor iedere Visio-school
heeft de inspectie geoordeeld dat wij voldoen
aan de gestelde kwaliteitsnormen.
Toch blijven wij ons graag verbeteren.
Wij nodigen de leerling en u dan ook van harte
uit om tips, opmerkingen en kritische noten
met ons te bespreken. Daarmee stelt u ons in
staat om voor alle leerlingen binnen Visio
Onderwijs, het beste onderwijs te realiseren
en daarmee optimale kansen te creëren voor
een goede en passende toekomst. En dat doen
we graag!
We wensen u en uw kind een goed schooljaar
2014-2015 toe.
Mede namens de Raad van Bestuur,
Algemene directie Onderwijs, Koninklijke Visio
Marcel Janssen en Marjan van den Haak
5
Koninklijke Visio,
expertisecentrum voor
slechtziende en blinde mensen
Perspectief voor iedereen
In Nederland krijgen jaarlijks duizenden
mensen te maken met blijvende
slechtziendheid of blindheid. Wanneer iemand
slecht ziet of helemaal blind wordt, heeft dat
ingrijpende gevolgen voor wonen, werken,
ontspanning, onderwijs, opvoeding en
mobiliteit. Op al deze terreinen biedt
Koninklijke Visio ondersteuning. Onze diensten
zijn er voor kinderen en volwassenen die
slechtziend of blind zijn. Ook mensen die naast
een visuele beperking een andere beperking
hebben, kunnen bij ons terecht. Met
vakmanschap en bezieling begeleiden wij onze
cliënten en leerlingen bij een zo zelfstandig
mogelijk leven. Mensen die persoonlijk of
professioneel betrokken zijn bij iemand met
een visuele beperking, kunnen ook bij Visio
terecht voor advies, ondersteuning en
deskundigheidsbevordering. In onze
dienstverlening staat de vraag van de leerling
en de cliënt centraal. Samen zoeken we naar
de beste oplossing.
Voor meer informatie over onze
dienstverlening verwijzen wij u naar onze
website: www.visio.org.
Het onderwijs van Koninklijke Visio
Visio Onderwijs – dat formeel bestaat uit drie
onderwijsinstellingen
(drie
brin-nummers) –
verzorgt speciaal onderwijs, voorgezet speciaal
onderwijs
en
ambulante
onderwijskundige
begeleiding aan leerlingen met een visuele
beperking en aan leerlingen die naast een
visuele beperking, ook een verstandelijke of
andere beperking hebben. In de wet wordt dit
onderwijs “cluster 1” genoemd. De wet en ook
het ministerie hanteert voor de leerlingen van
cluster 1 de terminologie “visueel gehandicapt”
en “meervoudig gehandicapt”. Binnen Visio
kiezen
we
in
plaats
daarvan
voor
mensen/leerlingen met een visuele beperking
en mensen/leerlingen met een meervoudige
beperking. In deze schoolgids spreken we
daarom over visueel beperkt en meervoudig
beperkt; op enkele plekken wordt meervoudig
beperkt in deze schoolgids afgekort als mb.
6
Bijna 75% van de kinderen met een visuele
beperking neemt deel aan thuisnabij
onderwijs, mede dankzij de ambulant e
onderwijskundige begeleiding van Visio. Dit
kan een reguliere school zijn of een speciale
school buiten Visio. Daarnaast heeft Visio
eigen onderwijslocaties voor (voortgezet)
speciaal onderwijs aan leerlingen met visuele
beperkingen of meervoudige beperkingen, in
Amsterdam, Breda, Grave, Haren, Huizen en
Rotterdam.
Instellingsplan
Voor alle scholen van Visio Onderwijs bestaat
een gezamenlijk plan voor de periode tot
medio 2015: het instellingsplan. Daarin staan
de visie en de missie van het onderwijs
verwoord. Bovendien geeft het de accenten
aan voor de komende jaren. De schoolgidsen
en jaarplannen worden afgeleid van het
instellingsplan. Het plan is te verkrijgen op de
onderwijslocaties of te downloaden via
www.visio.org/onderwijs.
In het schooljaar 2014-2015 wordt een nieuw
meerjaren strategisch beleidsplan voor Visio
Onderwijs ontwikkeld. Onze missie blijft
‘meedoen mogelijk maken’. Door nieuwe
vormen van ondersteuning en meer maatwerk
op reguliere en speciale scholen en aan
leerlingen met visuele beperkingen, willen we
bereiken dat nog meer leerlingen thuisnabij
onderwijs kunnen volgen.
Deel 1 / Algemeen
Het onderwijsaanbod
Scholen
Visio Onderwijs heeft in zes gemeenten
onderwijslocaties van waaruit onderwijs wordt
aangeboden. Op de onderwijslocaties is er het
volgende onderwijsaanbod:
so
vso
so-mb vsomb
----------------------------------------------------------------Amsterdam
X
X
Breda
X
X
Grave
X
X
X
X
Haren
X
X
X
Huizen
X
X
X
X
Rotterdam
X
X
X
X
Voortgezet speciaal onderwijs voor
leerlingen met een meervoudige
beperking
Het vso-mb bestaat uit vijf leerroutes –
ingericht naar ontwikkelingsleeftijd – waaraan
uitstroomprofielen zijn verbonden. Het
onderwijsaanbod richt zich op een goede
voorbereiding op het wonen, werken,
samenleven en vrije tijd. Afhankelijk van de
leerroute vindt uitstroom plaats naar
belevingsgerichte, activerende of
arbeidsmatige dagbesteding, of een
beschermde arbeidsplaats.
----------------------------------------------------------------so = speciaal onderwijs
vso = voortgezet speciaal onderwijs
so-mb = speciaal onderwijs voor leerlingen met een
meervoudige beperking
vso-mb = voortgezet speciaal onderwijs voor leerlingen
met een meervoudige beperking
Speciaal onderwijs
Het onderwijsaanbod is gericht op het behalen
van de kerndoelen primair onderwijs, waarbij
de wijze van aanbieden is aangepast voor
leerlingen met een visuele beperking.
Voortgezet speciaal onderwijs
Het onderwijsaanbod is gericht op het behalen
van de eindtermen voortgezet onderwijs
(praktijkonderwijs, vmbo, HAVO), waarbij de
wijze van aanbieden is aangepast voor
leerlingen met een visuele beperking.
Het voortgezet speciaal onderwijs bereidt
leerlingen voor op doorstroom naar het
vervolgonderwijs (uitstroomprofiel
vervolgonderwijs), of op het gaan uitoefenen
van een (beschermde) functie op de
arbeidsmarkt (arbeidsmarktgerichte
uitstroomprofiel).
Speciaal onderwijs voor leerlingen met
een meervoudige beperking
Het onderwijsaanbod is gericht op het behalen
van de kerndoelen so-mb, waarbij de wijze
van aanbieden is aangepast voor leerlingen
met een visuele beperking. Er zijn vijf
leerroutes. Deze zijn ingericht naar
ontwikkelingsleeftijd.
7
Leerlingenaantallen
Visio geeft onderwijs aan circa 525 leerlingen
en aan ongeveer 1.550 leerlingen ambulante
onderwijskundige begeleiding. Het aantal
leerlingen dat onderwijs volgt op een van onze
onderwijslocaties daalt sinds enkele jaren licht.
De daling wordt vooral ingegeven door
demografische ontwikkelingen. Tevens heeft
ons streven naar integratie van leerlingen in
het regulier onderwijs tot gevolg dat minder
leerlingen onderwijs volgen bij Visio.
Om u een indruk te geven van de grootte van
de onderwijslocaties en de ontwikkeling in
leerlingenaantallen ziet u hieronder een
overzicht van de aantallen per locatie, over de
afgelopen zes jaar.
2008
2009
2010
2011
2012
2013
Amsterdam
Breda
Grave
Haren
Huizen
Rotterdam
76
73
125
78
90
100
78
71
134
74
89
106
80
75
130
71
87
110
80
72
128
66
82
115
76
66
129
61
80
120
81
64
127
60
70
125
T otaal
542
552
553
543
532
527
Visio onderwijs streeft naar thuisnabij
onderwijs. Dit betekent dat we integratie in
het reguliere onderwijs proberen te
bevorderen. Dit doen we door het bieden van
ambulante onderwijskundige begeleiding (aob)
in alle onderwijsvormen in Nederland. Op deze
manier maakt circa 75% van al onze leerlingen
gebruik van thuisnabij onderwijs met
ambulante onderwijskundige begeleiding.
Ambulante onderwijskundige begeleiding
wordt geboden aan de leerlingen en hun
leraren in het basisonderwijs, voortgezet
onderwijs, middelbaar beroepsonderwijs,
overig (voortgezet) speciaal onderwijs en
hogescholen/universiteiten.
Het resultaat van ons streven naar maximale
integratie is een groeiend leerlingenaantal in
de aob. De verwachting is dat in de komende
jaren het aantal aob-leerlingen tot stabilisatie
komt.
Hieronder ziet u een overzicht van de
ontwikkeling van de leerlingenaantallen in de
aob van Visio; de aob wordt vanuit de regio’s
Noord-, Midden- en Zuid-Nederland
aangeboden.
Ambulante onderwijskundige begeleiding
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
2013
--------------------------------------------------------------------------------------------------Regio zuid
644
755
803
834
883
898
900
929
Regio midden
339
353
358
375
372
388
390
391
Regio noord
138
160
168
173
176
186
213
234
--------------------------------------------------------------------------------------------------1.121 1.268 1.329 1.382 1.431
1.472 1.503 1.554
8
Deel 1 / Algemeen
Indeling Visio Onderwijs
Raad van Bestuur
Directie Onderwijs
Directeur Onderwijs
Zuid-Nederland
Onderwijs
Grave
so | vso | so-mb | vso-mb
Directeur Onderwijs
Midden- en Noord-Nederland
Huizen
so | vso | so-mb | vso-mb
Breda
so-mb | vso-mb
Amsterdam
so | vso
Rotterdam
so | vso | so-mb | vso-mb
Haren
so | so-mb | vso-mb
aob
9
aob
Visie op onderwijs
Onderwijs voor staat
-
waar
Visio
“Perspectief voor elk kind”
“Perspectief voor elk kind” is een belangrijk
uitgangspunt van ons onderwijs. We willen als
onderwijsinstelling ieder kind, ongeacht de
individuele beperkingen, een perspectief voor
de toekomst bieden. Elk kind is anders en
heeft een eigen ontwikkeling. Die ontwikkeling
en de ondersteuningsvragen van de leerling
staan centraal en geven richting aan het
onderwijs, uiteraard binnen de wettelijke
kaders. Daarbij is er een dialoog tussen de
leerling, de ouders en de
onderwijsmedewerkers.
Naast kennisontwikkeling is er binnen ons
onderwijs aandacht voor zintuiglijke, sociaalemotionele en lichamelijke ontwikkeling.
Hiermee ondersteunen en begeleiden we
kinderen in hun groei naar zelfredzaamheid en
zelfstandigheid. Elke leerling moet de beste
mogelijkheden krijgen om tot ontwikkeling te
komen, en binnen zijn mogelijkheden kunnen
participeren in de samenleving. We
bevorderen hun verantwoordelijkheidsgevoel.
Leerlingen doen, behalve kennis, ook
vaardigheden op waarmee ze een sociaal
netwerk kunnen opbouwen, kunnen
samenwerken en voorbereid zijn op de
thema’s wonen, werken, vrije tijd en
burgerschap.
“Leren leren”
“Leren leren” is een belangrijk concept in ons
onderwijsprogramma. Het bestaat uit drie
pijlers:
 Leerling-initiatief: leerlingen nemen regie
over hun eigen leerproces (passend bij hun
ontwikkelingsniveau).
 Leerkracht is coach: de leerkracht bewaakt
het leerproces en coacht de leerling in zijn
ontwikkeling.
 Rijke leeromgeving: de leeromgeving en
leerstof zijn rijk, activeren en prikkelen.
Kenmerkend
zijn
de
grote
inbreng
en
betrokkenheid van leerlingen. Er wordt zo
goed mogelijk aangesloten bij de kennis- en
belevingswereld van leerlingen. Leerlingen
worden begeleid naar het meer zelfstandig
opdoen van nieuwe kennis en vaardigheden en
het zelf kunnen oplossen van problemen. Dit
niet alleen tijdens hun schoolloopbaan, maar
in alle leer- en leefsituaties. Daarnaast zijn bij
het “leren leren” de vragen en keuzes van de
10
leerling (of zijn ouders) meer dan voorheen
bepalend voor de planning en uitvoering van
het onderwijs.
Gewoon waar het kan, speciaal waar het moet
We vinden het belangrijk dat een kind naar díe
onderwijssetting gaat, waarbinnen het de
beste kansen en mogelijkheden heeft om tot
ontplooiing te komen. Voor het ene kind is dit
het reguliere onderwijs, dichtbij huis, in
combinatie met ambulante onderwijskundige
begeleiding (aob). Voor een ander kind is dit
(tijdelijk) het speciaal of voortgezet speciaal
onderwijs van Visio. Binnen onze scholen is
het onderwijs “gewoon waar het kan, speciaal
waar het moet”. De meeste methoden die we
gebruiken binnen het speciaal onderwijs en
voortgezet speciaal onderwijs sluiten aan bij
het reguliere basis- en voortgezet onderwijs.
Hierdoor is het voor leerlingen gemakkelijker
om eventueel de overstap naar het reguliere
onderwijs te maken.
Pedagogisch klimaat en veiligheid
Visio Onderwijs vindt het belangrijk een
klimaat te creëren waarin leerlingen zich
veilig, gerespecteerd en gewaardeerd voelen.
We nemen leerlingen serieus en vinden het
belangrijk dat ze zich gesteund voelen door
hun medeleerlingen en leerkrachten. De
gewenste sfeer is het uitgangspunt voor de
manier waarop we met elkaar omgaan:
hoe leerkrachten met leerlingen omgaan,
leerlingen
met
elkaar
en
leerkrachten
onderling. Wanneer we signaleren dat een
leerling of leerkracht het klimaat negatief
beïnvloedt, spreken we hem daarop aan. De
scholen beschikken over een pestprotocol.
Hierin staat aangegeven hoe we pesten
tegengaan en aanpakken. Het pestprotocol is
één van de onderdelen van het veiligheidsplan.
Deel 1 / Algemeen
We willen onze leerlingen met een visuele
beperking ook een fysiek veilige omgeving
bieden waarop ze “blindelings” kunnen
vertrouwen. Dit betekent dat we onder andere
van onze leerlingen en leerkrachten
verwachten dat ze lesmaterialen
gestructureerd opbergen en hun eigen spullen
opruimen. De gebouwen zijn voorzien van
(tactiele) verwijzers en markeringen, zodat
leerlingen de weg goed kunnen vinden. We
bieden leerlingen hiermee een omgeving
waarin ze veilig kunnen bewegen en waarin ze
zich veilig voelen.
De scholen beschikken over een
leerlingenraad, een spreekbuis voor en door
leerlingen, die in gesprek gaat met de
locatieleiding over wat de leerlingen bezig
houdt op de school. Hierdoor kunnen signalen
snel worden opgepakt.
-
Zorg in Onderwijs
Naast het volgen van kwalitatief goed
onderwijs hebben veel leerlingen ook een
grote zorgbehoefte. Voor een gewone school is
lesgeven en zorg bieden aan uw kind soms
moeilijk te combineren.
Door het brede dienstenpakket van Visio
(naast Onderwijs ook Revalidatie & Advies en
Wonen & Dagbesteding) hebben we de
mogelijkheid om op onze Visio-scholen zowel
onderwijs als zorg te bieden. Binnen Visio
streven we dan ook naar een optimale
samenwerking tussen Onderwijs en Zorg. “Eén
kind, één plan” is hierbij het uitgangspunt.
Hierbij nemen we de wettelijke kaders vanuit
onderwijs in acht, zodat onderwijstijd voor
ieder kind effectief wordt ingezet.
Medisch handelen
Visio wil zo goed mogelijk aansluiten bij de
zorgbehoefte van de leerlingen. Uiteraard zijn
we hierin zo zorgvuldig mogelijk. Vanuit de
overheid zijn er regels opgesteld waar scholen
zich aan moeten houden bij het uitvoeren van
medische handelingen. Met medische
handelingen bedoelen we handelingen die op
voorschrift van een arts uitgevoerd moeten
worden. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het
toedienen van medicijnen, het toedienen van
(oog)druppels, aanbrengen van huidzalf of het
geven van sondevoeding. De afspraken
rondom medische handelingen zijn als volgt:
- Als op voorschrift van een arts bij een
leerling één of meerdere medische
11
-
-
handelingen onder schooltijd verricht
moeten worden, is het nodig dat de
school beschikt over een
uitvoeringsverzoek van de ouders.
Daarnaast moet het een expliciet
onderdeel zijn van het
ontwikkelingsperspectiefplan van de
leerling, dat door de ouders is
ondertekend. Beide documenten dienen
in het leerling-dossier aanwezig te zijn;
wanneer deze niet aanwezig zijn, zal de
school de ouders hier om vragen. Ook
wanneer de leerling de handeling zelf
kan uitvoeren, moeten deze
documenten opgenomen zijn in het
leerling-dossier.
Visio is er verantwoordelijk voor dat de
handeling wordt uitgevoegd door
bekwaam en bevoegd personeel.
Handelingen worden uitgevoerd volgens
de algemene aanwijzingen die zijn
opgenomen in protocollen. Bij het
uitvoeren van de handelingen wordt
ook rekening gehouden met de
individuele behoeften van de leerling
zoals vermeld in het individueel
ondersteuningsplan.
Het uitvoeren van een medische
handeling zonder uitvoeringsverzoek
van de ouders is niet toegestaan.
Om die reden wordt er in de scholen
van Visio geen paracetamol, andere
zelfzorggeneesmiddelen of
homeopathisc he middelen toegediend
zonder uitvoeringsverzoek en ingevuld
ondersteuningsplan.
Aanmeldprocedure en toelatingscriteria
Wanneer u een kind met een visuele beperking
wilt aanmelden voor (ondersteuning in)
onderwijs, kunt u bellen met het
Cliëntservicebureau van Visio (088 585 85
85). Een medewerker brengt uw vragen in
kaart en geeft informatie over het
aanmeldproces en de onderzoeken die nodig
zijn.
De aanmelding wordt beoordeeld door de
Commissie van Onderzoek, die bestaat uit een
schoolleider, gedragswetenschapper, oogarts
en maatschappelijk werker. Met inbreng van
de expertise van de verschillende leden, komt
de Commissie tot een besluit over de toelating
tot onderwijs of ambulante onderwijskundige
begeleiding van Visio.
Het kan zijn dat het kind regulier onderwijs
kan volgen met ondersteuning van een
ambulant onderwijskundig begeleider. Het is
ook mogelijk dat het kind een dusdanige
beperking ondervindt van zijn of haar visus,
dat het meest passende onderwijs het best op
een van de onderwijslocaties van Visio
geboden kan worden.
De Commissie van Onderzoek hanteert bij
haar besluit de toelatingscriteria van cluster 1
(opgenomen in de bijlage van deze schoolgids)
en weegt naast de onderzoeksgegevens,
tevens de hulpvraag van het kind en de
vragen en behoeften van de ouders.
Een besluit over toelating wordt binnen zes
weken genomen, na aanmelding en ontvangst
van het onderwijskundig rapport van de
huidige school en de actuele oogheelkundige
gegevens.
Passend Onderwijs
Binnen het primair en voortgezet onderwijs
(PO en VO) zijn regionale
samenwerkingsverbanden gevormd waarin ook
de speciale scholen voor leerlingen met
lichamelijke beperkingen, verstandelijke
beperkingen en gedragsproblematiek zijn
opgenomen. De scholen voor leerlingen met
visuele beperkingen (cluster 1) en de scholen
voor leerlingen met auditieve beperkingen
(cluster 2) maken hier geen onderdeel van uit,
maar zijn zelfstandig. Dit heeft te maken met
de relatief kleine omvang van deze
doelgroepen en dus ook de beperkte omvang
van deze clusters, in combinatie met de
specifieke expertise die nodig is.
Visio Onderwijs werkt samen met de
samenwerkingsverbanden in het PO en VO. We
vinden het immers belangrijk dat een visuele
beperking bij een kind tijdig wordt
gesignaleerd en dat snelle aanmelding bij Visio
12
Onderwijs plaatsvindt, zodat een kind snel kan
worden ondersteund bij zijn schoolloopbaan.
Voldoet het kind aan de toelatingscriteria, dan
zal bekeken worden welke ondersteuning en
expertise nodig zijn om het onderwijs voor de
leerling zo toegankelijk mogelijk te maken.
Kwaliteitszorg
Visio Onderwijs werkt systematisch en
doelgericht aan het maximaliseren van de
prestaties van de leerlingen. We willen hoge,
realistische doelen stellen voor onze leerlingen
en onze scholen. Uitdagen en planmatig
handelen vindt plaats op basis van een
analyse van de prestaties van de leerling. Om
dit optimaliseren geven we uitvoering aan de
projecten “bouwen aan een adaptieve school”
en “opbrengstgericht werken”.
Bouwen aan een adaptieve school (BAS)
Op alle onderwijslocaties van Visio krijgt
adaptief onderwijs vorm volgens de
systematiek van BAS (bouwen aan een
adaptieve school). In teambijeenkomsten
werkt het team gedurende een aantal
schooljaren, met begeleiding van het
Seminarium voor Orthopedagogiek, aan zeven
ontwikkelingslijnen. De ontwikkelingslijnen
krijgen gaandeweg steeds verder invulling. De
ontwikkelingslijnen zijn:
 Structuur: inrichting en aankleding van de
klas en voorspelbaar handelen van de
leerkracht, weekplanning etc.
 Interactie: met de individuele leerlingen,
met een groep leerlingen, met ouders
(doorgaande lijn bij onder andere de
ontwikkeling van een positief zelfbeeld, en
het werken met een portfolio).
 Zelfstandige leerhouding: omgaan met
regels, afspraken tijdsbewustzijn en
planning, begeleiden leerlingen in het
zelfstandig leren. Zelfstandig leren bereidt
leerlingen voor op het zelfgestuurd leren.
 Instructie: inhoud en organisatie van het
instructieproces, effectief benutten
instructietijd, omgaan met verschillen
tussen leerlingen, diverse
instructiemodellen hanteren.
 Samenwerkend leren: van elkaar leren in
verschillende situaties zoals zelfontdekkend
leren in homogene of heterogene groepen,
in tandems, in tafelgroepen, of
klasdoorbrekend.
Deel 1 / Algemeen


Planningssysteem:
afstemmen leerlingenzorg op de groei en
ontwikkeling van de leerling.
 Teamleren: komen tot een lerende
organisatie zodat het team kennis en
ervaring met elkaar deelt en daarvan leert.
BAS richt zich op optimale afstemming van het
onderwijs op de leerling, borging van
kwaliteitsdocumenten, en effectieve en
efficiënte inrichting van het onderwijs.
Opbrengstgericht werken
In lijn met de “Wet kwaliteit (V)SO” geeft Visio
Onderwijs invulling aan “opbrengstgericht
werken”. Cluster 1 (onderwijs aan leerlingen
met een visuele beperking) heeft hiervoor een
ontwikkeltraject ingericht waaraan alle
onderwijslocaties en de ambulante
onderwijskundige begeleiding van Visio
Onderwijs deelnemen.
Voor een deel gaat het in dit traject om het
formuleren van clusterstandaarden voor
opbrengsten van vakken zoals
rekenen/wiskunde, taal/Nederlands/Engels en
sociaal-emotionele
ontwikkeling/zelfredzaamheid. Maar het gaat
ook om nieuwe waarden en de overtuiging:
opbrengstgericht werken levert een bijdrage
aan het beste onderwijs en aan de beste
begeleiding van leerlingen met een visuele
beperking.
Meer planmatig en doelgericht handelen op
basis van analyse van prestaties, staat binnen
opbrengstgericht werken centraal. Het gaat
om het systematisch analyseren op leerling-,
groeps-, locatie-, instellings- en clusterniveau.
Het planmatig werken krijgt in de dagelijkse
praktijk vorm en is gericht op het verhogen
van opbrengsten vanuit het groepsplan, de
leerlijnen en de zorgstructuur. In het
ontwikkelingsperspectiefplan van de leerling
staat beschreven wat het verwac hte
uitstroomniveau van de leerling is. Dit is het
doel waar we naartoe werken. Jaarlijks wordt
dit plan met de ouders (en de leerling)
geëvalueerd en wordt bekeken welke
aanpassingen in het onderwijs of de
begeleiding nodig zijn om dit doel te kunnen
behalen.
De insteek van opbrengstgericht werken is dat
onze leerlingen het wat gaat opleveren.
Door meer of hogere doelen willen we betere
voorbereiding op de maatschappij, het
13
vervolgonderwijs, arbeid of dagbesteding
bereiken. Dit sluit naadloos aan op ons streven
tot ‘meedoen mogelijk maken’.
Inspectie van het Onderwijs
De Inspectie van het Onderwijs houdt toezicht
op de kwaliteit van het onderwijs en dus ook
op de kwaliteit binnen Visio Onderwijs. Krijgen
alle leerlingen onderwijs van voldoende
kwaliteit, voldoen de scholen aan de wet - en
regelgeving en zijn de financiën op orde?
Daarnaast rapporteert de Inspectie over
ontwikkelingen in het onderwijs, met als doel
het onderwijs als geheel te verbeteren.
De Inspectie hanteert voor Visio Onderwijs het
toezichtskader voor het (voortgezet) speciaal
onderwijs waarin het waarderingskader voor
het speciaal onderwijs en het
waarderingskader voor het voortgezet speciaal
onderwijs zijn opgenomen. Jaarlijks maakt de
Inspectie een risicoanalyse van een
onderwijslocatie en bespreekt deze met de
Raad van Bestuur van Visio. Mochten er geen
risico’s zijn, zal de Inspectie het
basisarrangement continueren. Als de
Inspectie gedurende vier jaar een
onderwijslocatie niet bezocht heeft vanwege
een themaonderzoek of het onderzoek voor
het onderwijsverslag, brengt de Inspectie een
vierjaarlijks bezoek aan de onderwijslocatie. In
het vierjaarlijks bezoek gaat de Inspectie in op
het opbrengstgericht werken binnen de
onderwijslocatie.
Deel 2 / Speciaal onderwijs
Onze school
Visio onderwijs Rotterdam
Heindijk 4
3079 PM Rotterdam
T 088 585 83 30
F 088 585 83 31
[email protected]
www.visio.org
Directie en coördinatie
Locatieleider/ adjunct-directeur:
Ulco van der Ende
Coördinator so: Gyntha Goertz
Coördinator mb: Ingrid Stekelenburg
Coördinator vso: Jacco van der Hoogt
Locatie en gebouw
Onze school staat in de deelgemeente
IJsselmonde. Het schoolgebouw bestaat uit
twee verdiepingen. Op de begane grond
bevinden zich de klas- en vaklokalen. We
beschikken onder andere over een lokaal voor
handvaardigheid en techniek, een
natuurkunde/ scheikundelokaal en een
leskeuken.
Op de eerste verdieping bevinden zich de
gymzaal, de bijbehorende kleedkamers en een
fitnessruimte.
Onze school in Rotterdam is in de eerste
plaats een gewone school waar kinderen
14
spelen, leren en zich ontwikkelen. Toch is het
óók een heel speciale school. De visuele
beperking van de leerlingen vraagt om een
aanpassing van het onderwijs. In het regulier
onderwijs wordt steeds meer gebruik gemaakt
van visueel aantrekkelijk materiaal en
methoden. Voor kinderen en jongeren met een
visuele beperking kan dat problemen
opleveren. Het schoolteam staat dagelijks voor
de taak de ziende wereld voor onze leerlingen
begrijpelijker te maken.
Daarbij houden we rekening met de
mogelijkheden en beperkingen van iedere
leerling. Behalve een visuele beperking,
hebben onze leerlingen vaak andere
beperkingen. Ze hebben bijvoorbeeld
leerproblemen, sociaal-emotionele problemen,
of een ziekte die aanpassingen vergt. Dat
maakt het onderwijs speciaal én aangepast
aan de mogelijkheden van iedere leerling.
Voor iedere leerling stellen we, samen met de
ouders, een ontwikkelingsperspectief (OPP)
op. Daarin staan de afspraken die we maken
voor de komende periode. Voordat kinderen in
staat zijn iets te leren, moeten zij zich veilig
voelen op school. Daarom besteden we daar
ook veel aandacht aan. Ieder kind heeft een
vaste groepsleerkracht of mentor.
Dit is voor het kind (meestal) de eerste
vertrouwenspersoon.
Ook besteden we aandacht aan de sociaalemotionele ontwikkeling van ieder kind. We
benaderen de kinderen met respect en
ondersteunen ze bij het opgroeien naar
zelfstandige en gelijkwaardige deelnemers aan
de samenleving. Binnen de grenzen van hun
mogelijkheden spreken wij onze leerlingen
hierop aan en dagen hen uit om de, soms
moeilijke, stappen hierin te nemen. De
slechtziende en op braille aangewezen
kinderen krijgen de meeste lessen samen in
hun groep. Waar nodig geven we binnen de
lessen een verschillend aanbod.
Deel 2 / Speciaal onderwijs
Bij sommige vakken kiezen we nadrukkelijk
voor een onderscheid in aanbod tussen
slechtziende leerlingen en leerlingen die zijn
aangewezen op braille, met name bij het begin
van het leren lezen en rekenen. En natuurlijk
organiseren we, zoals elke andere school,
allerlei activiteiten zoals een schoolkamp en
eindfeest.
Speciaal onderwijs (so)
Algemeen
We werken vanuit de gedachte dat de leerling
centraal staat.
Dat wil zeggen dat we voor iedere leerling
bekijken wat zijn onderwijsvraag is en daarop
het onderwijs afstemmen.
Tijdens de bespreking van het
ontwikkelingsperspectief stellen we, samen
met de ouders, de doelen voor de
daaropvolgende periode van een jaar vast. Dat
vertalen we vervolgens naar de dagelijkse
onderwijspraktijk. Met andere woorden: het
werken aan doelen vraagt om een praktische
invulling binnen het programma. De inzet van
verschillende methodieken, middelen en
disciplines kan hiervan het gevolg zijn. Als
blijkt dat de school bepaalde diensten niet kan
bieden, dan kan het zijn dat we gebruik maken
van externe expertise.
Wij willen de kinderen zodanig toerusten dat
zij vertrouwen in zichzelf hebben, weten wat
ze kunnen en waard zijn.
Ze leren goed met elkaar om te gaan en
respect te hebben voor elkaar.
15
Het uitgangspunt van ons onderwijs zijn vier
ontwikkelingsgebieden:
zintuiglijke
ontwikkeling,
sociaal-emotionele
ontwikkeling,
cognitieve
ontwikkeling
en
motorische ontwikkeling.
Ontwikkeling op deze vier gebieden draagt bij
aan toename van het zelfvertrouwen, de
zelfstandigheid en de zelfredzaamheid van de
leerling.
Met als motto “leren door te doen” bereiden
we de leerlingen voor op (zelfstandig) wonen,
werken en vrijetijdsbesteding.
Leerstof
In het speciaal onderwijs krijgen de leerlingen
in principe dezelfde leerstof aangeboden als op
een gewone basisschool. Inhoud en tempo
stemmen we zoveel mogelijk af op de
mogelijkheden van het kind.
Voor de groep moeilijk lerende kinderen wordt
over het algemeen een afgeslankt programma
ten opzichte van de einddoelen basisonderwijs
nagestreefd, waarna zij de overstap kunnen
maken
naar
het
voortgezet
(praktijk)
onderwijs.
Voor de normaal lerende leerlingen en de
moeilijk lerende leerlingen geldt dat zij in het
jaar waarin zij twaalf, dertien of uiterlijk
veertien worden onze afdeling verlaten.
Natuurlijk besteden wij op school veel
aandacht aan de keuze van - en de aansluiting
op het vervolgonderwijs. Onze zeer moeilijk
lerende leerlingen, de mb (meervoudig
beperkte) leerlingen, volgen een leertraject,
waarbij de doelen worden opgesteld vanuit de
kerndoelen voor zeer moeilijk lerenden. Het
komt echter ook regelmatig voor dat mbleerlingen werken met de lesstof die ook in het
so wordt gebruikt, maar dan wel aangepast op
eigen wijze en in het eigen tempo van de
leerling.
Bij het leren voor de mb-leerlingen is het
betekenisvol leren van belang.
Daarnaast is er ook veel aandacht voor de
zelfstandigheid en de zelfredzaamheid van de
leerling.
Leerlijnen
De leerlijnen waar we mee werken zijn
afgeleid van de door de overheid vastgestelde
kerndoelen. Deze leerlijnen zijn landelijk
vastgesteld voor onderwijs aan leerlingen met
een visuele beperking. De kerndoelen bieden
een houvast en een kader aan de scholen.
Voor de meeste leerlingen gelden de
kerndoelen van het basisonderwijs. Voor ieder
ontwikkelingsgebied en vak zijn de doelen
uitgewerkt in een basisarrangement en een
intensief arrangement. In een leerlijn worden
de doelen verfijnd in tussendoelen. Vervolgens
wordt bij de doelen beschreven hoe zij binnen
het onderwijs te realiseren zijn. Dit alles is
opgenomen in een leerrouteplan waarvan
ouders een exemplaar ontvangen. Binnen het
planmatig handelen werken we met deze
doelen.
De doelen voor de zeer moeilijk lerende
leerlingen, de mb-leerlingen worden
uitgewerkt in leerlijnen gebaseerd op de
kerndoelen die opgesteld zijn voor zeer
moeilijk lerenden.
Er bestaat ook de mogelijkheid dat een mb
leerling het leerrouteplan van het so volgt
maar wel in zijn eigen tempo.
Samen waar het samen kan
In al onze groepen zitten slechtziende en
blinde kinderen bij elkaar. Het uitgangspunt is
dan ook: samen waar het samen kan. Toch
vraagt het onderwijs aan blinde kinderen vaak
een andere benadering. Dat heeft ertoe geleid
dat een aantal vakken, of onderdelen daarvan,
wordt gegeven aan groepjes slechtziende met
blinde leerlingen en andere vakken aan beide
groepen apart. Bij het vak bewegingsonderwijs
bijvoorbeeld wordt voornamelijk apart les
gegeven aan slechtziende en blinde leerlingen.
Ditzelfde geldt voor mobiliteit, tekenen en
topografie.
Bij het aanvankelijk lezen en rekenen krijgen
de
brailleleerlingen
apart
les
van
de
brailleleerkracht.
16
Nadat de leerlingen het aanvankelijk lezen en
rekenen beheersen, stromen ze in binnen de
eigen groep, waarna ze samen met de
slechtziende leerlingen het onderwijs
vervolgen.
Brailleonderwijs
Leerlingen die zijn aangewezen op onderwijs in
braille, leren het voorbereidend en
aanvankelijk braille van een brailleleerkracht
met behulp van een speciale brailleleermethode. Als de leerlingen het voortgezet
braille lezen goed onder de knie hebben, leren
ze werken op een laptop met brailleleesregel.
Hiervoor is een goede typevaardigheid
noodzakelijk die de kinderen wordt
aangeleerd. Vervolgens bieden we les in
computervaardigheden aan. Voor de
rekenlesstof van groep 3 is een speciale
brailleleergang. De werkboeken voor
beginnend rekenen bestaan immers voor een
groot deel uit plaatjes. De brailleleerkracht
past deze lessen aan met veel concreet
materiaal.
Doel van het brailleonderwijs is dat de
leerlingen de brailleaanpassingen zelfstandig
kunnen gebruiken.
Groepssamenstelling
In welke groep een leerling geplaatst wordt is
afhankelijk
van
leeftijd,
vorderingen
en
mogelijkheden van het kind, sociale redenen
en het moment van binnenkomst van nieuwe
leerlingen.
Deel 2 / Speciaal onderwijs
Een leerling kan meerdere jaren achtereen in
dezelfde groep zitten, maar dat betekent
uiteraard niet dat we de leerstof herhalen.
In een nieuw schooljaar volgt het kind
onderwijs in een groep die passend is. Zitten
blijven is dan ook niet aan de orde.
Vaak hebben de leerlingen wel een jaar extra
nodig om de lesstof eigen te maken.
In elke groep zijn meerdere leerkrachten
werkzaam. Elke leerling heeft een eigen
groepsleerkracht.
Planmatig handelen
De begeleiding van de kinderen gebeurt
volgens het ontwikkelingsperspectief.
Nieuwe leerlingen begeleiden we de eerste vier
tot zes weken aan de hand van
aandachtspunten die het diagnostisch
onderzoeksteam heeft opgesteld.
Na deze observatieperiode maken we een
verslag op de vier ontwikkelingsgebieden:
sociaal- emotionele ontwikkeling, zintuiglijke
ontwikkeling, motorische ontwikkeling en
cognitieve ontwikkeling. Samen met de ouders
bespreken we de vorderingen en stellen we de
doelen op voor het komende jaar.
Het verslag hiervan is de leidraad voor het
handelen. Voor de huidige leerlingen hebben
we –in overleg met de ouders– de doelen voor
een jaar vastgesteld. De leerkracht zet deze
doelen om in een groepsplan en het
ontwikkelingsperspectief en werkt hier met de
leerling aan. Eenmaal per jaar is er een
gesprek met de ouders om het
17
ontwikkelingsperspectief te evalueren. Behalve
de leerkracht nemen soms ook de expertise
leerkracht, de maatschappelijk werker, een
behandelend therapeut of de orthopedagoog
deel aan het gesprek.
Alle ouders ontvangen ruim van te voren een
uitnodiging.
Leerlingvolgsysteem
Belangrijke elementen van de leerlingenzorg
zijn de leerlingbesprekingen, het
leerlingvolgsysteem en het leerlingendossier.
Met het leerlingvolgsysteem houden we de
vorderingen bij van de leerlingen op de vier
ontwikkelingsgebieden. Via observaties en
toetsen volgen we de kinderen systematisch
in hun ontwikkeling. Deze gegevens gebruiken
we voor het opstellen en/of bijstellen van
doelen. Waar nodig kunnen we extra
aandacht, hulp en individuele begeleiding
inzetten. We gebruiken hiervoor het Onderwijs
Volg Model (ovm) om de ontwikkeling van de
kinderen stap voor stap te volgen. Het ovm is
ontwikkeld door het Seminarium voor
Orthopedagogiek. Naast de uitnodiging aan
ouders voor de bespreking van het
ontwikkelingsperspectief ontvangen ouders
ook, verspreid over het schooljaar, twee maal
een uitnodiging om het schoolrapport van hun
kind te bespreken.
Leerlingen van 6, 9 en 12 jaar krijgen
automatisch een herhalingsonderzoek. Behalve
dat zij een intelligentietest krijgen wordt er
ook gekeken naar hun werkplek en hun visueel
functioneren.
De ontwikkeling van het onderwijs
Binnen Visio Onderwijs is “leren-leren” een
belangrijk thema binnen de onderwijsontwikkeling. Het uitgangspunt is onderwijs te
geven naar de ontwikkelingsmogelijkheden
van het kind. Dit in tegenstelling tot de
traditionele visie waarbij het programma het
uitgangspunt is. De leerlijnen die we hier voor
nodig hebben worden aangepast en/of
vernieuwd. Didactisch proberen we beter
aansluiting te vinden bij de kinderen door
methoden te gebruiken die betekenisvol zijn
en gericht zijn op ervaringsleren.
Voortgezet speciaal onderwijs
Inhoud van het onderwijs
Wij willen een fundament leggen voor de
toekomst. Dat doen we door de leerlingen te
leren wie ze zijn, ze sociaal vaardig te maken,
ze leren keuzes te maken en
verantwoordelijkheid te dragen, maar vooral
door ze een goede opleiding aan te bieden
waarmee ze kansen krijgen in het
vervolgonderwijs en op de arbeidsmarkt.
Het is voor onze leerlingen van groot belang
dat zij een reëel beeld krijgen van hun
mogelijkheden en leren die mogelijkheden te
benutten. Op het vso doen de leerlingen op
verschillende gebieden ervaringen op.
Zij nemen bijvoorbeeld deel aan
schooloverstijgende projecten zoals excursies,
werkweken, sportdagen en ze doorlopen
werkervaringstrajecten (een werkvorm waarbij
leerlingen kennismaken met en leren werken
in bedrijfsorganisaties).
De leerlingen leren hun eigen mogelijkheden
en beperkingen ontdekken.
Bijvoorbeeld ontdekken: wie ben ik, wat kan
ik, wat wil ik en hoe kan ik functioneren in de
buitenwereld?
Leerstof
In het vso krijgen de leerlingen dezelfde
leerstof aangeboden als in het reguliere
voortgezet onderwijs.
Inhoud en tempo stemmen we zoveel mogelijk
af op de mogelijkheden van het kind.
De leerroute van elke leerling leggen we vast
in het ontwikkelingsperspectief.
De onderwijsroutes havo en mavo worden
afgesloten met een landelijk staatsexamen,
schriftelijk en mondeling. De havo leerlingen
kunnen eindexamen doen in de profielen,
cultuur en maatschappij en economie en
maatschappij. De mavo leerlingen kunnen
eindexamen doen in de sectoren techniek,
landbouw, economie en zorg en welzijn.
De
leerroutes
vmbo
kaderberoeps
en
basisberoeps worden extraneus door middel
van schoolexamens met een samenwerkende
vmbo school afgesloten.
Voor de leerlingen van vmbo en praktijkonderwijs (pro) is het ook mogelijk certificaten
(via KPC, IVIO en SVH) te behalen waarmee
18
Deel 2 / Speciaal onderwijs
startkwalificaties verworven kunnen worden
om de aansluiting bij het middelbaar beroeps
onderwijs (mbo) te verbeteren.
Groepssamenstelling
In welke groep een leerling geplaatst wordt is
afhankelijk
van
leeftijd,
vorderingen
en
mogelijkheden van het kind, sociale redenen
en het moment van binnenkomst van nieuwe
leerlingen.
Iedere leerling heeft een eigen mentor.
Verschillende docenten verzorgen de lessen
gedurende de hele week.
Leerlijnen
Binnen elke leerweg kennen we een
verschillend pakket aan vakken. Binnen elk
vak volgen we de leerlijn zoals die door de
methode wordt aangegeven.
Individuele begeleiding
Waar nodig kunnen we extra aandacht, hulp
en individuele begeleiding inzetten.
Een leerling kan, indien deze extra begeleiding
noodzakelijk is voor de voortgang van het
leerproces, onder lestijd deze begeleiding
krijgen. De afspraken hierover, staan
beschreven in het groepsplan en/of het
ontwikkelingsperspectief. Indien het
noodzakelijk is, worden specialisten vanuit
Visio Revalidatie & Advies ingezet.
Ontwikkelingsperspectief
Samen met u en de leerling stellen we een
ontwikkelingsperspectief op.
Rondom de leerling wordt een kernteam
geformeerd. Daarin zitten medewerkers die
direct betrokken zijn bij het onderwijs van de
leerling.
Minimaal één keer per schooljaar voert de
mentor een gesprek met de leerling over het
ontwikkelingsperspectief.
Ouders en verzorgers worden voor dit gesprek
ook uitgenodigd.
Ook is het mogelijk, als de omstandigheden
dat vereisen, dat er een orthopedagoog of
19
maatschappelijk
aanwezig is.
werker
bij
het
gesprek
In de bespreking komen de visuele, fysieke,
sociaal-emotionele en cognitieve
ontwikkelingen van de leerling en diens
toekomstwensen ter sprake. De mentor maakt
een verslag van ieder gesprek.
Het verslag wordt u toegezonden. Aan het
einde van het schooljaar vindt altijd een
evaluatie van het ontwikkelingsperspectief
plaats.
Het ontwikkelingsperspectief beschrijft de
afspraken die we met u en uw zoon/dochter
maken om de doelstellingen van het onderwijs
te behalen.
Het leerrouteplan
Het leerrouteplan; beschrijft op hoofdlijnen de
route die wordt bewandeld binnen de
basisvorming of een bepaalde leerweg.
Het groepsplan
Het groepsplan beschrijft de
onderwijsactiviteiten en arrangementen, de
afspraken, de specifieke onderwijsbehoefte
van een groep leerlingen.
Het vakwerkplan
Het vakwerkplan; beschrijft concreet en
specifiek de te doorlopen vakken per
trimester. Dit is een operationeel stuk dat
eigendom is van de leerling waar dagelijks
mee gewerkt wordt.
De ontwikkeling van het onderwijs
Bij Visio onderwijs is “leren leren” een
belangrijk thema binnen de onderwijsontwikkeling. Het vso probeert aansluiting te
vinden bij deze leerpsychologie door de
leerlingen inzicht te geven in hun leerproces,
keuzes te laten maken binnen hun leerproces
en zelfstandig en duaal te laten leren. Op deze
wijze sluiten we aan bij het basisbegrip dat
leren het construeren van kennis is, waarbij de
leerling pas leert als hij open staat voor
kennis.
Het vso heeft een werkervaringstraject, een
leerlijn over de leerjaren heen, ontwikkeld.
Doel ervan is leerlingen stapsgewijs kennis te
laten
maken
met
organisaties van de
maatschappij, zodat ze in de toekomst ook
een rol en functie kunnen vervullen.
Loopbaanonderzoek (assessment)
De leerlingen uit het derde jaar van vso-mb,
praktijkonderwijs, en vmbo bb volgen in maart
van
het
schooljaar
een
tweedaags
loopbaanonderzoek. De essentie van het
loopbaanonderzoek:
1. Een onderzoek in een omgeving die
voor de leerling nieuw is, samen met
leeftijdgenoten die voor een deel
bekend, maar ook voor een deel
onbekend zijn. De onderzoekers zijn
ook
voor
een
deel bekend
en
onbekend.
In
een
omgeving
en
situaties
waarin
een
aantal
onvoorspelbare elementen zitten, laten
de leerlingen gedrag zien dat ook
tijdens een stage gevraagd wordt.
2. De leerlingen, de ouders en het
schoolteam staan uitdrukkelijk stil bij
de blik op de toekomst, bij de transitie
naar de periode van schoolverlaten.
Doordat
het
schoolverlaten
nog
betrekkelijk ver weg ligt, draagt het
uitstippelen van de grote lijnen bij aan
een
goede
voorbereiding
op
de
toekomst. Bewustwording van soms
nieuwe en onverwachte mogelijkheden
en beperkingen, biedt kansen de
komende jaren optimaal te benutten.
De leerling, de ouders en het team krijgen het
verslag waarin de verschillende uitslagen van
de onderzoeken zijn beschreven en
geïntegreerd. Er wordt een advies
geformuleerd naar de richting van de stage, de
soort stage en de uitstroommogelijkheid. Het
verslag is geschreven door een
gedragswetenschapper, in eenvoudige taal
zodat de leerling het verslag zelf kan lezen en
begrijpen.
20
Stage
Er zijn verschillende vormen van stage in het
onderwijsprogramma opgenomen door alle
leerjaren heen.
Leerlingen in de onderbouw maken via
introductiestages kennis met het bedrijfsleven.
In het voorexamenjaar van de diplomagerichte
leerwegen volgen de leerlingen een
snuffelstage van drie lesweken in een bedrijf
of instelling naar keuze.
Leerlingen uit de bovenbouw van het vmbo bb
doen als onderdeel van het eindexamen een
afstudeerstage in een instelling of bedrijf.
Leerlingen in de eindfase van het
praktijkonderwijs worden, indien mogelijk, via
een plaatsingsstage toegeleid naar betaalde
arbeid.
De vso mb- leerlingen worden in hun eindfase
toegeleid naar een passende werkomgeving
binnen de dagbesteding.
Deel 2 / Speciaal onderwijs
Leren op afstand
Het komt voor dat leerlingen uit de hoogste
leerjaren van het havo lessen volgen op een
andere locatie. Dit gebeurt met de webchair.
Dit is een systeem waarbij leerlingen een live
verbinding hebben met een docent op een
andere locatie. Het systeem kan ook worden
gebruikt wanneer een leerling tijdelijk of voor
langere tijd fysiek niet in staat is om onderwijs
op school te volgen en op deze wijze toch
kunnen blijven deelnemen aan (een gedeelte)
van het onderwijsprogramma.
Uitstroomperspectief vervolgonderwijs
Diplomagerichte leerwegen
De onderbouw duurt in principe twee en een
half jaar. De leerlingen krijgen een breed scala
aan vakken en worden voorbereid op de keuze
van een leerweg. Een keuze voor een leerweg
is een keuze voor een manier van leren. Een
leerweg is een route naar vervolgonderwijs.
Oriëntatie en mobiliteit
De leerlingen uit het eerste leerjaar blijven de
gehele schooldag op het schoolterrein. Vanaf
het tweede leerjaar mogen leerlingen die
positief gescreend zijn op oriëntatie en
mobiliteit en schriftelijk toestemming hebben
van hun ouders/verzorgers zelfstandig van het
schoolterrein af in de pauzes van het
lesprogramma.
Leerlingenraad
De vso afdeling heeft een leerlingenraad
bestaande uit vier leerlingen. Ieder schooljaar
vinden er verkiezingen plaats, zodat andere
leerlingen plaats kunnen nemen in de raad.
Twee leden treden dan af en twee nieuwe
leden worden gekozen. De leerlingenraad
vergadert minstens eenmaal per maand en
heeft zes keer per jaar een vergadering
waarbij ook de locatieleider aanwezig is.
Vanuit de leerlingenraad zijn (leerlingen)
commissies actief o.a. op het gebied van
schoolregels, cultuur, schoolkamp, feesten, lief
en leed en inrichting van het gebouw.
21
In het schooljaar 2014-2015 bieden we de
volgende leerwegen aan:
1 de theoretische leerweg (havo, mavo)
2 de beroepsgerichte leerweg (vmbo)
bestaande uit de kader- en de basisberoepsgerichte leerweg.
De theoretische leerweg mavo en de leerweg
havo worden afgesloten met een
staatsexamen.
De beroepsgerichte leerweg wordt afgesloten
met een examen van de school waarmee
samengewerkt wordt via een extraneus
regeling.
De theoretische leerweg (havo en mavo)
Deze leerweg is nog niet gericht op een
bepaald beroep. Een leerling kan doorstromen
naar het hbo (alleen vanuit havo), mbo (vakof middenkaderopleiding, niveau 3 en 4) of
vanuit mavo doorstromen naar het havo.
De beroepsgerichte leerweg (vmbo kb en bb)
Deze leerweg is geschikt als een leerling het
liefst leert door praktisch bezig te zijn. Met
deze leerweg kan een leerling doorstromen
naar de basisberoepsopleidingen in het mbo.
De leerweg is onderverdeeld in een
kaderberoepsgerichte leerweg en een
basisberoepsgerichte leerweg.
Bij mavo en vmbo wordt halverwege het 3e
leerjaar een sector gekozen. Een sector kiezen
heeft te maken met de beroepsopleiding die
een leerling wil gaan volgen en welk beroep hij
later wil gaan uitoefenen. Bij het kiezen van
een sector kan een leerling zichzelf afvragen
wat hij interessant en boeiend vindt en wat
hem een leuk beroep lijkt.
Als hulpmiddel om tot een goede sector- en
vakkenkeuze te komen wordt bij iedere
leerling een toets van het CITO afgenomen.
Er zijn vier sectoren:
- Zorg en Welzijn
- Techniek
- Economie
- Landbouw
Deze sectoren hebben ieder weer verschillende
afdelingen. Een leerling kiest een sector na de
basisvorming. Hierbij dient aangemerkt te
worden
dat
wanneer
een
leerling
de
basisgerichte of kadergerichte leerweg volgt,
alleen de sector economie of zorg en welzijn
gekozen kan worden. (bij de theoretische
leerweg kan voor alle vier gekozen worden).
Havo leerlingen kiezen na het derde leerjaar
een profiel. Deze profielkeuze heeft ook weer
invloed op de later te maken keuze voor een
vervolgopleiding. De leerling kan een keuze
maken
uit
de
profielen
cultuur
en
maatschappij en economie en maat schappij.
22
Uitstroomperspectief arbeid
Praktijkonderwijs
Het vso Rotterdam biedt praktijkonderwijs
(pro) aan. Het praktijkonderwijs is ingericht
voor moeilijk lerende jongeren. Verweven in
de doelstelling “toeleiding naar arbeid” is het
onderwijs zo breed mogelijk ingericht.
In de onderbouw (2 jaar) maken we gebruik
van de methode “Promotie”.
“Promotie” zet vakken als rekenen, taal,
cultuur en maatschappij zodanig neer dat een
contextrijke en logische wijze van natuurlijk
leren ontstaat. Een belangrijk uitgangspunt in
het eerste en tweede leerjaar zijn de sociale
competenties.
Hierbij staan centraal:
- Samenwerken
- Een keuze maken
- Jezelf presenteren
- Werkhouding
- Omgaan met kritiek
- Rekening houden met elkaar
- Omgaan met ruzie
- Opkomen voor jezelf
- Gevoelens delen
- Handicap verwerking
Deze competenties worden geleerd en
geoefend in alle vakken die de leerlingen
krijgen. Vooral in de praktijkvakken nemen ze
een belangrijke plaats in.
In het
derde leerjaar zijn de sociale
competenties
een
onderdeel
van
de
arbeidscompetenties. De interne stage staat
hierbij centraal. In het vierde en vijfde
leerjaar volgen de leerlingen één of meerdere
externe stages waarbij de toeleiding naar
betaalde arbeid of plaatsing op een middelbare
beroepsopleiding (mbo) het doel is.
In de eerste twee leerjaren (pro 1 en pro 2)
krijgen de leerlingen de volgende
praktijkvakken:
- zorg en welzijn
- plant en dier
- Nederlands
- gym
Deel 2 / Speciaal onderwijs
-
cultuur en maatschappij
tekenen
techniek
muziek
Alle leerlingen in het praktijkonderwijs hebben
een mentor die de met de leerling en de
ouders het gesprek over het
ontwikkelingsperspectief voert. De leerling
heeft daarnaast regelmatig coachingsgesprekken met de mentor. Bij een
coachingsgesprek gaat het erom dat de
leerling gestimuleerd en geprikkeld wordt zelf
te leren, over zichzelf na te denken, meer uit
zichzelf te halen en zichzelf te ontwikkelen.
Eigenlijk gaat het om drie vragen:
- Wie ben ik?
- Wat wil ik?
- Wat kan ik?
De leerlingen krijgen drie keer per jaar een
rapport.
Daarnaast verzamelen de leerlingen bewijzen
van wat ze geleerd hebben in hun
portfoliomap.
Werkervarend leren
Leerlingen gaan één dag in de week onder
begeleiding werken in een kringloopbedrijf.
Met name het aanleren van sociaal–emotionele
vaardigheden, waaronder verantwoordelijkheid
en samenwerken, spelen hierbij een
belangrijke rol.
Uitstroomperspectief dagbesteding
Vso mb leerroute praktisch onderwijs
Visio Onderwijs Rotterdam biedt ook een
onderwijsprogramma
aan
voor
vso
mb
leerlingen (leerlingen met een meervoudige
beperking). Het betreft leerlingen vanaf 13
jaar met een meervoudige beperking die een
leerroute krijgen aangeboden al naar gelang
het ontwikkelingsniveau van de leerling. De
leerlingen werken intensief met de leerroute
praktisch onderwijs waarin de verwerving van
arbeidsvaardigheden centraal staat.
Leerlingen stromen op maat uit naar:
sociale werkplaats
dagbesteding met
 Arbeidsmatige activiteiten
 Belevingsgerichte activiteiten
Het pedagogisch klimaat binnen het praktisch
onderwijs is vormgegeven vanuit het concept
‘Leren Leren’.
23
diverse bezigheden
Onderwijsinhoud
De onderwijsinhoud is afgestemd op de
landelijke kerndoelen en leerlijnen voor zeer
moeilijk lerende kinderen(zml), ontwikkeld
door het SLO (stichting leerplan ontwikkeling.
Daarnaast gebruikt Visio onderwijs ook nog de
leerlijnen van het CED (centrum educatieve
dienstverlening). De leerlijnen van het SLO
gaan uit van ontwikkelingsfases van; A (0-24
mnd), B (2-4 jr), C (4-6 jr), D (6-8 jr) en E
(8+ jr).
Er wordt gewerkt vanuit vier domeinen te
weten: wonen, werken, vrije tijd en
samenleven. De domeinen vormen de leidraad
waaraan de leer- en praktische vakken worden
opgehangen. De leerlingen in het vso mb gaan
door drie leerfases:
De basisfase
Deze fase duurt gemiddeld twee jaar. De
leerlingen maken projectmatig kennis met de
vier domeinen, wonen, werken vrije tijd en
samenleven aangepast op het
ontwikkelingsperspectief.
De oriëntatiefase
Deze fase duurt gemiddeld vier jaar en staat in
het teken van het verwerven van praktische
vaardigheden.
De spec ialisatiefase
Deze fase wordt ingezet een jaar voorafgaand
aan de uitstroom van de leerling.
Om het onderwijsaanbod en de leeromgeving
zo goed mogelijk in te richten is een
projectgroep in het leven geroepen die de
ontwikkeling van vso-mb op alle
onderwijslocaties van Visio monitort.
Indeling ontwikkelingsperspectieven van mbleerlingen
Perspectief
Ontwikkeling
Uitstroom
---------------------------------------------------A
0 – 24 mnd
Dagbesteding
op
belevingsniveau
B
2 – 4 jaar
Dagbesteding
belevingsniveau
24
op
met
C
4 – 6 jaar
Dagbesteding
met
enkelvoudige taak
D
6 – 8 jaar
Dagbesteding met daarbij
arbeidsmatige taken
E
8 -10 jaar
Dagbesteding gericht op
arbeid
F
10+ jaar
Uitstroom naar arbeid in
een beschermde vorm
----------------------------------------------------
Visueel onderzoek en
gezondheidszorg
Individuele begeleiding
Waar nodig kunnen we extra aandacht, hulp
en individuele begeleiding inzetten.
Een leerling kan deze begeleiding onder lestijd
krijgen,
afhankelijk
van
de
mate
van
belemmering voor het onderwijs. Medewerkers
van de school zorgen voor taalondersteuning
en remedial teaching.
Samenwerking met zorg
Visio Onderwijs en Visio Revalidatie & Advies
werken al enige tijd samen op het gebied van
onderwijs en zorg. Een aantal leerlingen maakt
ook gebruik van de diensten van Visio Wonen
& Dagbesteding.
Medewerkers van Visio Revalidatie & Advies
verzorgen op onze school oriëntatie- en
mobiliteitstraining, trainingen op het gebied
van algemene dagelijkse levensverrichtingen,
visuele training, tactiele training en typeles en
sociale
vaardigheidstraining
gericht
op
handicapverwerking en toekomstperspectief.
Alle resultaten van deze begeleiding en
training verzamelen we in het leerlingdossier,
dat ook toegankelijk is voor ouders.
Sensorische
integratie
therapie
en
fysiotherapie behoren ook tot de therapie
mogelijkheden. Aan onze school is tevens een
praktijk voor logopedie, een praktijk voor
fysiotherapie
en
een
praktijk
voor
Cesartherapie verbonden.
Kinderen die hiervoor in aanmerking komen,
kunnen onder schooltijd behandeld worden.
Deel 2 / Speciaal onderwijs
Voor Cesartherapie is een verwijsbrief van
huisarts of specialist nodig.
de laatste helft van het schooljaar een
herhalingsonderzoek.
Oogarts
Onze oogarts is mevrouw Tjon. Zij is
verbonden aan het Oogziekenhuis te
Rotterdam en doet onderzoeken voor onze
school. Zij let daarbij op de mogelijkheden
van uw kind binnen het onderwijs. Zij
vervangt niet uw eigen oogarts maar beschikt
wel over de gegevens van de behandelende
oogarts. Het jaarlijkse herhalingsonderzoek is
verplicht! U krijgt een uitnodiging via school.
Let op! U moet zelf met uw kind naar deze
afspraak gaan.
Schoolarts
Aan de school is een arts verbonden via het
Centrum voor Jeugd en Gezin in Rotterdam.
Leerlingen van de school worden, indien
noodzakelijk, door de arts onderzocht. De
schoolarts neemt dan een volledig medisch
onderzoek af. De arts stelt het op prijs dat één
van de ouders of verzorgers bij het onderzoek
aanwezig is. U kunt namelijk noodzakelijke
informatie over uw kind geven. U ontvangt
tijdig bericht over dag en tijdstip van het
onderzoek. Mocht u door het jaar heen vragen
hebben voor de schoolarts, dan kunt u contact
opnemen met de arts via:
Centrum voor Jeugd en Gezin
Groenetuin 265
3078 KG Rotterdam
T 010 444 46 03
Uitstroom
Speciaal onderwijs
Een belangrijk aspect van het onderwijs op
onze school is dat iedere leerling in zijn eigen
tempo en niveau de basisschool doorloopt. Het
programma stemmen we af op de individuele
mogelijkheden van de leerlingen.
De leerlingen uit de aanvangsgroep die de
overstap gaan maken naar de
onderbouwgroep (niveau groep 3), krijgen in
25
In samenwerking met Visio worden leerlingen
op verschillende gebieden onderzocht. Er
wordt bijvoorbeeld een intelligentieonderzoek
gedaan. De orthopedagoog onderzoekt dan de
leermogelijkheden van de kinderen, waardoor
het leerperspectief bepaald kan worden. Naast
een intelligentieonderzoek behoren visuele
functieonderzoeken, hulpmiddelenonderzoeken en exploratieonderzoeken tot de
mogelijkheid.
Tijdens deze onderzoeken wordt bepaald
welke invloed de visuele beperking heeft op
het onderwijs en welke hulpmiddelen nodig
zijn. Op negenjarige leeftijd krijgen leerlingen
wederom een onderzoek om de voortgang van
hun leerontwikkeling te volgen. Aan het einde
van de basisschool, de bovenbouwgroep, doen
de eventuele schoolverlaters mee aan het
eindonderzoek.
Dit eindonderzoek vindt plaats in de maanden
oktober en november. Er volgt advies over het
vervolgonderwijs, op basis van verschillende
onderdelen. Dat zijn: onderzoek van de
orthopedagoog, ervaringen van de
groepsleerkrachten, het leerlingvolgsysteem
met de didactische vorderingen en objectieve
toetsgegevens die een beeld geven over het
afgelegde leertraject. Alle onderdelen
worden met de ouders en de leerling
besproken.
Uitstroomgegevens 2009-2013
De uitkomsten van de onderzoeken worden in
de commissie leerlingenzorg (clz) besproken.
Deze commissie, bestaande uit de
orthopedagoog, de schoolarts, de
afdelingscoördinator, de locatieleider,
de schoolmaatschappelijk werkster en
betrokken groepsleerkrachten, volgt
periodiek de ontwikkeling van de leerlingen.
Op deze manier blijven wij het
onderwijsprogramma zo goed mogelijk
afstemmen op de mogelijkheden van de
leerling.
so
2009
Aantal leerlingen per 1 januari 2014
Visio onderwijs Rotterdam
Totaal 125 leerlingen
---------------------------------------------------so leerlingen (incl. so mb)
50
Voortgezet speciaal onderwijs
75
(inclusief vso-mb)
Totaal
125
----------------------------------------------------
26
naar
17
Regulier basisonderwijs, regulier
voortgezet onderwijs en cluster 1
vso
2010
10
Vso cluster 1 en onderwijs in
ander land
2011
10
Vso cluster 1
2012
13
Regulier
cluster
basisonderwijs,
1
en
ander
vso
speciaal
onderwijs
2013
De richtingen van uitstroom zijn zeer divers.
Er is een doorstroom mogelijk naar ons vso.
Hier zijn mogelijkheden om het
praktijkonderwijs, vmbo, mavo en havo te
volgen. Als een leerling verder gaat binnen het
regulier onderwijs, krijgt hij vanaf dat moment
begeleiding door een ambulant
onderwijskundig begeleider van onze school.
Tussentijdse terugverwijzing naar het regulier
basisonderwijs vindt ook plaats. Ook die
leerlingen krijgen vanaf dat moment
begeleiding door een ambulant
onderwijskundig begeleider van de school.
en
mb
8
Regulier
basisonderwijs,
praktijkonderwijs en vso cluster 1
Sinds 2009 zijn totaal 57 leerlingen vanuit ons
SO uitgestroomd.
- 44 leerlingen hiervan, dus 78% is
uitgestroomd naar het eigen vso of een
andere c luster 1 school,
- 3 leerlingen (= 5 %) zijn uitgestroomd
naar regulier basisonderwijs,
- 3 leerlingen (= 5 %) zijn uitgestroomd
naar ander speciaal onderwijs,
- 4 leerlingen (= 7 %) zijn uitgestroomd
naar een vorm van regulier voortgezet
onderwijs,
- 3 leerlingen (= 5%) zijn uitgestroomd
naar een school in het buitenland.
Voortgezet speciaal onderwijs
De lessen worden over het algemeen
klassikaal aangeboden. Het vakwerkplan biedt
echter mogelijkheden om te differentiëren
binnen dit klassikale aanbod. Op deze wijze
kunnen we het programma afstemmen op de
individuele mogelijkheden van de leerlingen.
Als de leerlingen het vso doorlopen hebben
ontvangen zij, afhankelijk van de leerweg die
zij doorlopen hebben, een diploma, certificaat,
getuigschrift of een schoolverklaring.
De leerlingen die na het behalen van het
diploma naar het regulier vervolgonderwijs
gaan, bijvoorbeeld het mbo, krijgen
begeleiding van een ambulant onderwijskundig
begeleider van onze school. Tussentijdse
terugverwijzing naar het regulier voort gezet
onderwijs vindt ook plaats.
Deel 2 / Speciaal onderwijs
-
Ook die leerlingen krijgen vanaf dat moment
begeleiding door een ambulant
onderwijskundig begeleider van de school.
-
Uitstroomgegevens 2009-2013
vso
naar
---------------------------------------------------2009
9
mbo en arbeid
2010
8
mbo, VAVO, praktijkonderwijs
2011
9
mbo en VAVO
2012
9
Praktijkonderwijs,
2013
10
mbo
en
buitenland
mbo, vavo en arbeidsmatige
dagbesteding
---------------------------------------------------Sinds 2009 zijn 46 leerlingen van het VSO
uitgestroomd.
- 21 leerlingen behaalden een volledig
MAVO diploma
- 2 leerlingen behaalden een volledig
vmbo bb diploma
- 2 leerlingen zijn uitgestroomd naar
betaalde arbeid
- 3 leerlingen zijn uitgestroomd naar
(arbeidsmatige) dagbesteding
- 18 leerlingen stroomden uit naar een
MBO school
- 4 leerlingen vervolgden hun opleiding
in het VAVO (onderwijs voor
volwassenen)
- 4 leerlingen zijn om verschillende
redenen niet uitgestroomd naar
vervolgonderwijs, arbeid of een vorm
van dagbesteding
Conclusies en trends betreffende de in- en
uitstroom van onze leerlingen:
- We nemen een groei waar van het
leerlingenaantal in ons vso. De
instroom van leerlingen is de laatste
5 jaar hoger dan de uitstroom
(vooral meer vso mb leerlingen en
havo leerlingen)
- Er is een geringe uitstroom van
onze leerlingen vanuit het so naar
een vorm van regulier onderwijs
- Vanuit ons Praktijkonderwijs (PRO)
stromen leerlingen ook uit naar de
entree opleidingen van het MBO
27
-
PRO leerlingen behalen ook
certificaten op vmbo of MAVO
niveau
Onze leerlingen behalen soms
certificaten op meerdere niveaus
tegelijk (bv een vmbo bb diploma
met certificaten op mavo niveau, of
een MAVO diploma met certificaten
op HAVO niveau
Tussentijdse uitstroom vanuit het
vso vindt wel plaats, maar plaatsing
in regulier onderwijs lijkt steeds
moeilijker te worden. Leerlingen
worden vaker afgewezen op grond
van hun visuele beperking
Samenwerkingsverbanden
regio
in
de
Visio Onderwijs Rotterdam werkt regelmatig
samen met andere organisaties. Door
samenwerking kunnen we de zorg aan onze
leerlingen verbeteren en onze expertise verder
ontwikkelen.
Medewerkers van Visio Onderwijs Rotterdam
ontwikkelen zich voortdurend. Verschillende
partners bieden ondersteuning om het
onderwijsaanbod te professionaliseren. Enkele
partners zijn: Centrum Educatieve
Dienstverlening Rotterdam (rekenonderwijs,
ontwikkeling leerlijnen), Hogeschool Utrecht
seminarium voor orthopedagogiek (o.a.
invoering ontwikkelingsvolgmodel) en
Katholiek Pedagogisch Studiecentrum
(leerroutes praktijkonderw ijs, certificering
PRO).
Visio Onderwijs Rotterdam voert structureel
overleg met andere scholen voor speciaal
onderwijs binnen de regio. Ook werken we
samen met instanties zoals MEE, Jeugd
Onderwijs Samenleving Rotterdam, het BOOR
(BestuursOverlegOnderwijsRotterdam), het
clusteroverleg regio Rotterdam en het Adviesen Meldpunt Kindermishandeling (AMK).
Ons team
De functies en wie is wie?
Locatieleider/ adjunct-directeur: Ulco van der
Ende. De locatieleider is integraal
verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van
zaken binnen de school.
Coördinator so: Gyntha Goertz.
Coördinator mb: Ingrid Stekelenburg
Coördinator vso: Jacco van der Hoogt
De so-groepen, mb-groepen en vso-groepen
hebben een eigen coördinator die belast is met
de ondersteuning en begeleiding van de
leerkrachten en assistenten. De coördinator
bewaakt tevens het leerlingvolgsysteem en is
lid van de c lz. (commissie leerlingenzorg)
28
Groepsleerkrachten so en mb:
Ingrid Stekelenburg, Tineke van Uffelen,
Linda Verhoef, Rolf Schimmer, St ephanie
Dopper, Marion Brillemans, Monique
Botterman, Wouter den Engelsman, Ingrid
Smit, Lilian Blouw, Margreeth Nieuwland en
Monique van Weissenbruch. Iedere groep
heeft een eigen mentor/leerkracht. Hij/zij is
degene die het overzicht van het totale
onderwijsproces bewaakt.
Leerkrachten vso: Jacomijn ‘t Mannetje,
Robert Steendijk, Buket Canatan, Jacco van
der Hoogt, Joke Schuurman, Annelies
Zonneveld, Ellen van Megen, Martien
Voorrips, Hans Blanken en Irina Cirpus.
Iedere leerling heeft een eigen
mentor/leerkracht. Hij/zij is degene die het
overzicht van het totale onderwijsproces
bewaakt. De mentor de voortgang van het
leerproces aan de hand van het vakwerkplan
en het ontwikkelingsperspectief. Mocht u als
ouder/verzorger de behoefte hebben om over
de voortgang van het leerproces te praten,
dan kunt u altijd contact opnemen met de
mentor.
Vakleerkrachten bewegingsonderwijs:
Marcel Aarts, Wim van der Gugten
Vakleerkrachten muziekonderwijs:
John Bazuijnen (vso), Meike Portegies (so en
mb)
Handvaardigheid/techniek: Annelies Zonneveld
Leerkrachten individuele begeleiding/
specialisten:
Tonny van Peppel, Gyntha Goertz en Christine
Oskamp
Stagebegeleiding/coördinatie:
Eva Slootweg
Onderwijsassistenten en
lerarenondersteuners: Marga Oude Kamphuis,
Marije Bos, Yvonne van Peelen, Ruby van
Oudenaarden, Lisette Holleman, Thijs Fleming,
Deel 2 / Speciaal onderwijs
Siham Ettakkouki-Chaibi, Milou van de Steeg,
Joyce Tiemens.
de school waar alle lijnen samen komen en
van waaruit de interne communicatie begint.
Maatschappelijk werk: Karin van der Waal.
De maatschappelijk werkster werkt onder
andere voor de Commissie leerlingenzorg. Ze
staat altijd klaar voor de leerlingen bij sociaalemotionele problemen en ondersteunt het
dagelijkse onderwijs proces op
maatschappelijk–sociaal niveau. U kunt de
maatschappelijk werker altijd benaderen bij
zaken als vervoer en extra hulpmiddelen.
Onderwijskundige aspecten bespreekt u echter
met de vakdocent.
Huismeester: Aad Merk
Hij draagt
onder meer zorg voor het
onderhoud
van
het
gebouw,
verricht
reparaties, regelt bestellingen etc.
Orthopedagogen: Renske Koornstra (so en
mb), Deborah Lock-van de Wetering (vso).
De orthopedagoog is werkzaam als specialist
binnen het team. Zij ondersteunt de
leerkrachten en geeft hen handelingsgerichte
adviezen bij het opstellen en uitvoeren van het
planmatig handelen.
Huishoudelijk personeel: Azra Sipovic, Carla
Vos. Zij zorgen ervoor dat de school dagelijks
goed schoongemaakt wordt.
Didactisch onderzoek: Annemiek van Leendert,
Christine Oskamp
Systeembeheerder: Richard de Bruin.
De systeembeheerder is verantwoordelijk voor
het “in bedrijf houden” van alle computers op
school.
Oogarts: verricht oogheelkundig onderzoek
voor de Commissie van Onderzoek. Ongeveer
eens per jaar ziet de oogarts alle leerlingen.
Schoolarts: onderzoekt de kinderen bij het
adviesonderzoek of op aanvraag.
Medewerkers Visio Revalidatie & Advies: Wil
Bouw, Jacqueline Smit, Eric a Bakker, Marijke
van den Bosch voor training oriëntatie &
mobiliteit,
training
algemene
dagelijkse
levensverrichtingen, tactiele- en zientraining.
Administratie/secretariaat: Allegonda Bos
Zij verzorgt de administratie van de school. De
administratie is vaak het zenuwcentrum van
29
Receptie: Bea Eefsting, Willeke van Wurmond
Ondersteunende medewerkers die onder meer
de zorg hebben voor het aannemen van de
telefoon, de ontvangst van bezoekers, de zorg
voor het kopiëren, het brailleren en het zetten
van koffie.
Jaarlijks begeleiden wij een aantal stagiaires
van diverse opleidingen (Pabo, Pedagogiek,
SPW).
Een aantal enthousiaste vrijwilligers helpen
ons bij onder meer met het onderhoud van de
bibliotheek, de ondersteuning bij ICT, het
schoolzwemmen en drama/toneelactiviteiten.
Ouderparticipatie
Visio Onderwijs Rotterdam hecht zeer aan een
actieve betrokkenheid van de ouders bij het
onderwijsleerpoces van hun kinderen, zowel
op het so als op het vso. De ouders kennen
hun kind tenslotte het best en het onderwijs
sluit beter aan bij het kind wanneer regelmatig
overleg en contact is tussen ouders en
leerkrachten.
Visio verwac ht dat ouders ook zelf contact
opnemen als er vragen of problemen zijn met
het onderwijs aan hun kind. Visio probeert zo
goed mogelijk ouders te informeren over en te
betrekken bij alles rond de school en hun kind.
Ouderbetrokkenheid
Ouderbetrokkenheid wordt gestimuleerd door:
Educatief partnerschap
Jaarlijks vindt een uitgebreid multidisciplinair
gesprek over het ontwikkelingsperspectief van
het kind plaats.
Onderwijsondersteunend gedrag van ouders
De ouders worden door het schooljaar heen
uitgenodigd voor diverse activiteiten, zoals een
ouderinformatiebijeenkomst (september),
open dag (bv fancyfair) en een braillecursus.
Ook worden thema-avonden georganiseerd
waarbij ouders elkaar, deskundigen en
leerkrachten kunnen ontmoeten.
Bij feesten en vieringen worden ouders
uitgenodigd om te helpen. Ouders zijn, na
telefonische afspraak, altijd welkom voor een
bezoek aan de klas om te kunnen beleven hoe
het onderwijs aan hun wordt aangeboden.
Ouders worden ook betrokken bij het
organiseren en de uitvoering van educatieve
excursies.
Betrokkenheid van ouders (en leerlingen) bij
keuze- en schakelmomenten
Het eindonderzoek van 12-jarige leerlingen.
De sector- of profielkeuze van de leerlingen
van de diplomagerichte leerwegen.
De bespreking van de uitkomsten van het
loopbaanonderzoek/ assessment bij leerlingen
uit het derde leerjaar van het vso. De
studie/beroepskeuze van leerlingen in de
eindfase van het vso.
Heldere
communicatie
en
informatie
overdracht
Alle belangrijke informatie, nieuwsbrieven,
foto’s van activiteiten zijn op de website van
school te vinden. Via de Visio website kunnen
ouders snel en direct zaken opzoeken die op
school spelen en leven. Een inlogcode wordt
op verzoek aangemaakt. Ouders van het so
ontvangen digitaal “Het Babbeltje”: een
informatieblad over de lopende zaken en
klassenactiviteiten van de kinderen. “Het
Babbeltje” verschijnt voor iedere vakantie.
Ouders van vso mb (meervoudig beperkte)
leerlingen ontvangen driemaal per jaar een
nieuwsbrief.
Ouders van kleuters en leerlingen met een
meervoudige beperking krijgen een “heen-enweerschriftje” via de groepsleerkracht; een
contactschriftje waarin dagelijks de gang van
zaken van het individuele kind wordt
bijgehouden. Ieder jaar draait er in alle
groepen van het so een gezamenlijk project.
Ouders worden altijd uitgenodigd voor de
afsluiting van het project.
Bij de rapportuitreiking (driemaal per jaar) is
er de mogelijkheid een gesprek aan te vragen
met de mentor/leerkracht over de voortgang
van het kind.
Betrokkenheid van ouders bij
schoolactiviteiten (ouderraad) en
medezeggenschap (g)(mr)
Ouders kunnen zitting nemen in de ouderraad
of (g)(mr) van onze school.
Meten van oudertevredenheid
Iedere twee schooljaren wordt een
tevredenheidsonderzoek onder de ouders
uitgezet om het welbevinden en de
betrokkenheid van de ouders te meten. De
uitkomsten worden verwerkt en de
verbeterpunten worden in het jaarplan van de
locatie opgenomen.
30
Ouderraad
We hebben een actieve ouderraad. De
ouderraad organiseert en ondersteunt het
team bij allerhande activiteiten. Daarnaast
organiseert de ouderraad ieder schooljaar een
informatieavond over een onderwerp dat
gekozen wordt door de ouders.
Deel 2 / Speciaal onderwijs
De namen van de leden van de ouderraad zijn:
Dhr. J. v.d. Pas
Mw. J. van Delden
Mw. M. Rink
Mw. J. Walraad
Mw. E. Fidecius
Dhr. M. Rommens
Mw. M. van Gastel
Namens het personeel:
Mw. M. Oude Kamphuis
Mw. M. Brillemans
De ouderraad is digitaal te bereiken via
[email protected]
Medezeggenschapsraad
Er zit een afvaardiging van ouders van elke
school van Visio Zuid-Nederland (Breda, Grave
en Rotterdam) in de medezeggenschapsraad
(mr)
en
in
de
gemeenschappelijke
medezeggenschapsraad (gmr) van Koninklijke
Visio. Deze raden geven advies over allerlei
beleidszaken van Visio Onderwijs.
De vertegenwoordiging in de mr van de
locatie Rotterdam bestaat uit de volgende
leden:
Namens de ouders: vacature en Dhr. Ronald
Koster
Namens het personeel: Ingrid Smit en
Annelies Zonneveld.
De vertegenwoordiging in de gmr van
de
locatie Rotterdam bestaat uit de volgende
leden:
Namens de ouders: vacature
Namens het personeel: Stephanie Dopper
Veiligheid
We kiezen voor een positieve benadering naar
de leerlingen die heel duidelijk en transparant
is. Het beleid bij incidenten is direct gericht op
gedragsverandering bij betrokkenen. Er is dan
altijd een “op maat” benadering van de
situatie.
31
Er worden geen standaard afspraken
gemaakt over hoe te handelen bij
vechtpartijen, diefstal en pestgedrag. Voor
iedereen moet duidelijk zijn dat er een grens is
overschreden. Incidenten hebben altijd
consequenties voor de betrokken leerlingen.
Bij incidenten bepaalt de adjunct -directeur of,
en op welke wijze, ouders geïnformeerd
worden. Bij diefstal en zedenzaken doet de
school altijd aangifte.
In andere situaties wordt een afweging
gemaakt of er aangifte wordt gedaan. We
stimuleren ouders en leerlingen om ook
aangifte te doen. De schoolregels worden
regelmatig met de leerlingen besproken.
Wetten en regels
Wet bescherming persoonsgegevens
De gegevens die door de ouders (voogden)
aan de school verstrekt worden en de
resultaten van testen en toetsen van de
leerlingen worden door de school gebruikt
voor:
Schooladministratie
De school is verplicht een leerlingadministratie te voeren. Deze
gegevensverzameling valt onder het
vrijstellingsbesluit van de Wet Bescherming
Persoonsgegevens.
Leerlingbegeleiding
De door de leerling behaalde resultaten
spelen een belangrijke rol bij het begeleiden
van de leerlingen. Ook deze administratie is
vrij van meldingsplicht door het
vrijstellingsbesluit van de Wet Bescherming
Persoonsgegevens.
Portretrecht
Ouders kunnen via een door hen ondertekend
formulier aangeven of ze al dan niet bezwaar
hebben dat foto’s waarop hun kind herkenbaar
in beeld is gebracht worden gebruikt voor
publicitaire doeleinden of intern gebruik.
Inspectie van onderwijs
Als u vragen heeft over het onderwijs in het
algemeen of de inspectie in het bijzonder, dan
kunt u contact opnemen met:
Inspectie van het onderwijs
[email protected]
www.onderwijsinspectie.nl
T 0800 8051 (gratis).
Praktische zaken van A tot Z
Activiteiten voor het so
In de loop van het schooljaar vinden er
verschillende activiteiten plaats. We vieren
Sinterklaas, Kerstmis en Pasen. Daarnaast is
er in september de sportdag, en in oktober
besteden we uitgebreid aandacht aan de
kinderboekenweek. Op 15 oktober besteden
we aandacht aan de “Internationale Dag van
de Witte Stok” . Eens per jaar vinden de
projectweken plaats met de hele school. Het
schoolkamp is in mei of juni.
De laatste week van het schooljaar
organiseren wij het eindfeest met het hele so.
Ook het hele jaar door zijn er de “bijzondere”
lessen vanuit de kinderboerderij, musea, de
stichting kunstzinnige vorming Rot terdam en
de Openbare Bibliotheek.
Activiteiten voor het vso
In de loop van het schooljaar vinden de
volgende activiteiten plaats:
- Introductiedag (eerste schooldag)
- Internationale Dag van de Witte Stok
op vrijwillige basis
- Kerstviering, gehele vso
- Sportdag(en), gehele vso
- Werkweek(en), gehele vso
- Diverse projecten, gehele vso
- Eindfeest, gehele vso
- Door de leerlingenraad georganiseerde
activiteiten op gebied van cultuur, sport etc.
32
Bibliotheek
Onze school beschikt over een eigen
bibliotheek met boeken in zwartdruk en
braille. De boeken zijn vooral bedoeld voor het
lezen in de klas. De brailleboeken lenen we uit,
als kinderen thuis willen lezen. We kunnen niet
vaak genoeg benadrukken hoe belangrijk het
is om zelfstandig te kunnen lezen. Daarom
stimuleren wij kinderen ook buiten school te
lezen.
Kinderen kunnen lid worden van de
bibliotheek thuis. Voor het aanvragen van
leesboeken en romans in braille en op Daisy
cd-rom kunnen leerlingen terecht bij het loket
www.aangepast-lezen.nl T 070 3381 500. Tot
18 jaar is lidmaatschap gratis. Voor jongeren
bestaan er tijdschriften in braille, in gesproken
vorm en in vergrote druk.
Voor abonnementen kunt u terecht bij Dedicon
Grave. Hieraan zijn kosten verbonden. U vindt
hierover informatie
op de site www.anderslezen.nl.
Voor kinderen van 4-8 jaar zijn gratis tastbare
prentenboeken
te
leen
via
www.voeljeboekje.nl en grootletterboeken via
www.superboek.nl
Buitenschoolse activiteiten voor het so
We organiseren jaarlijks verschillende
buitenschoolse activiteiten, excursies en een
sportdag. Alleen het schoolkamp duurt langer
dan een dag; namelijk drie dagen. Een aantal
weken voor het kamp ontvangt u meer
informatie
over het
programma en de
organisatie van het kamp. Wij gaan ervan uit
dat al onze leerlingen meegaan met het
schoolkamp. De kosten voor het schoolkamp
zijn € 50,-.
Deel 2 / Speciaal onderwijs
Gym- en zwemkleding voor het so
Een aantal leerlingen met een meervoudige
beperking en een aantal bovenbouw leerlingen
uit het so krijgen zwemles in het
sportfondsenbad van IJsselmonde. Zij krijgen
les van zwemonderwijzers.
Voor deelname van uw kind aan dit zwemmen,
vragen we toestemming aan u. In de jaarlijkse
bespreking over het ontwikkelingsperspectief
wordt afgesproken welke bovenbouw
leerlingen zwemles zullen gaan volgen. De
eigen leerkrac ht(en) en vrijwilligers begeleiden
de kinderen. Kinderen met epilepsie worden
individueel begeleid door vrijwilligers.
Zwemkleding en een handdoek zijn verplicht.
Tijdens de gymlessen moeten de leerlingen
sportkleding dragen, zoals een gymshirt, gym
of trainingsbroek en gymschoenen.
Gymkleding voor het vso
Voor de gymlessen moet de leerling
sportkleding dragen, zoals een gymshirt,
gymbroek of trainingsbroek en gymschoenen.
Buitenschoolse activiteiten voor het vso
Elk schooljaar organiseren we een aantal
buitenschoolse activiteiten. Deze activiteiten
duren één dag tot maximaal een week (de
schoolwerkweek). De school organiseert
jaarlijks sportdagen waar zowel de leerlingen
als de leerkrachten aan deelnemen. Ieder jaar
organiseert het vso een schoolwerkweek. Dit is
voor iedere leerling een verplichte activiteit.
Filmen en foto’s op school
Soms worden er foto’s of filmopnames
gemaakt bij feestelijke gebeurtenissen.
Als u liever niet wilt dat uw kind op de foto of
film komt, kunt u dit aangeven en hiervoor
een formulier invullen dat in het dossier van
uw kind wordt opgenomen. Soms worden er
opnames van lessen gemaakt met als doel ons
onderwijs te verbeteren. (School Video
Interactie Begeleiding).
Deze opnames worden alleen gebruikt voor
interne studie en soms gepubliceerd op
besloten website.
33
Hoofdluis
Hoofdluis is een vervelend probleem, zowel
voor de thuissituatie als op school. Indien u bij
uw kind hoofdluis constateert, wordt u
verzocht direct contact op te nemen met de
leerkracht van uw kind. Op school nemen wij
dan onze maatregelen en lichten de overige
ouders van de groep in. Vanuit school kunt u
informatie krijgen over de bestrijding van
hoofdluis. Wij vragen alle ouders en verzorgers
om hun medewerking om erger te voorkomen.
Lesgeld
Voor
onze
verschuldigd.
leerlingen
is
geen
lesgeld
Lesuitval binnen het vso
De lesuitval binnen het vso proberen we
zoveel mogelijk te voorkomen, maar is soms
onvermijdelijk. Bij uitval van een les of bij een
tussenuur blijven leerlingen op school; het
lesrooster wordt zo mogelijk aangepast.
Net als voorgaande jaren zijn er ook in dit
schooljaar maximaal zes studiedagen gepland.
Over de studiedagen wordt u geruime tijd
vooraf door de school geïnformeerd.
Lunchpakket voor het so
Alle leerlingen blijven in de middagpauze over
op school in de eigen groep. Ze brengen hun
eigen
lunchpakketje
mee.
Het
is
niet
toegestaan om snoep, chips, koek en frisdrank
of energiedrank tijdens de pauze te nuttigen.
Gezonde tussendoortjes als fruit, cracker, liga,
sultana of ontbijtkoek zijn wel toegestaan.
Opvang in de ochtend en overblijven voor het
so
De meeste so-leerlingen komen per taxi naar
school. De groepsleerkracht vangt de
leerlingen ’s ochtends op. Tussen de middag
blijven de leerlingen op school en eten zij in de
eigen groep onder verantwoordelijkheid van
de groepsleerkracht.
Ouderbijdrage
De vrijwillige bijdrage voor (activiteiten van)
de ouderraad is € 27,50.
Om het so-schoolkamp te kunnen bekostigen
vragen wij een bijdrage van € 50,00 per
kamp. Uitgangspunt is dat leerlingen drie keer
in hun so tijd op kamp gaan.
Om het vso-schoolkamp te kunnen bekostigen
vragen wij een bijdrage van € 150,00.
Schoolbenodigdheden voor het so
Alle nodige materialen binnen het so worden
door de school verstrekt. De aanschaf van een
laptop met brailleregel of andere specifieke
hulpmiddelen voor gebruik op school of thuis
loopt via de verzekering van de ouders.
Schoolbenodigdheden voor het vso
De schoolboeken krijgen de leerlingen in
bruikleen van school. Leerlingen kaften de
boeken zelf. Indien boeken kwijtraken of
beschadigd worden, is de leerling hiervoor
verantwoordelijk. De leerling moet dan de
kosten van reparatie of aanschaf van nieuw
materiaal betalen. Zelf zorgt de leerling voor
aanschaf van: rekenmachine, liniaal, agenda
en schrijfmateriaal. De leerlingen kunnen een
34
kluisje ter beschikking krijgen om spullen en
materialen op te bergen. De borg hiervoor
bedraagt € 7,50.
Schoolmelk voor het so
De leerlingen kunnen schoolmelk krijgen. Bij
aanvang van het schooljaar ontvangt u een
formulier met nadere informatie. Schoolmelk is
niet gratis, u krijgt van Melkunie een
acceptgiro thuisgestuurd.
Schooltijden so
Maandag:
08.30
Dinsdag:
08.30
Woensdag:
08.30
Donderdag: 08.30
Vrijdag:
08.30
uur
uur
uur
uur
uur
–
–
–
–
–
14.00
14.00
12.30
14.00
14.00
uur
uur
uur
uur
uur
Leerlingen jonger dan 7 jaar zijn op woensdag
vrij. Leerlingen in de laatste twee schooljaren
van het so zijn op dinsdag om 15.00 uur uit in
plaats van 14.00 uur.
Schooltijden vso
Maandag:
08.30 uur
Dinsdag:
08.30 uur
Woensdag:
08.30 uur
Donderdag: 08.30 uur
Vrijdag:
08.30 uur
Middagpauze van 12.15
– 15.00 uur
– 15.00 uur
– 12.15 uur
– 15.00 uur
– 15.00 uur
uur – 13.00 uur.
Sisa
Visio onderwijs is aangesloten op SISA. SISA
staat voor Signaleren en Samenwerken. SISA
is de verwijsindex risicojongeren (VIR) van de
gemeente Rotterdam e.o. De verwijsindex
risicojongeren (VIR) is een landelijk digitaal
systeem
waarin
hulpverleners
meldingen
kunnen doen over jongeren tot 23 jaar met
problemen. Zo weet een hulpverlener sneller
of een kind ook bekend is bij zijn collega’s.
Hulpverleners van de verschillende instanties
kunnen dan met elkaar overleggen wat de
beste aanpak is voor hulpverlening. Het gaat
hierbij om betrokkenheid en samenwerken.
Deel 2 / Speciaal onderwijs
Te laat komen, afwezigheid, overblijven voor
het vso
Onze vso-leerlingen hebben hun eigen
verantwoordelijkheid om op tijd aanwezig te
zijn in de lessen. Wij verwachten dat zij
minimaal vijf minuten voor aanvang van de les
op school zijn.
De afspraken met taxi’s moeten zo gemaakt
worden, dat op tijd aanwezig zijn mogelijk is.
Als er problemen zijn met op tijd op school
komen, moet de leerling dit tijdig doorgeven
aan de mentor.
Leerlingen blijven tussen de middag op school
over. Er is dan gelegenheid te lunchen.
Leerlingen van het eerste leerjaar mogen in de
pauzes niet van het schoolterrein. Leerlingen
vanaf het tweede leerjaar alleen na positieve
screening op mobiliteit en met schriftelijke
toestemming van hun ouders/verzorgers.
Traktaties binnen het so
Wanneer uw kind jarig is, besteden wij daar
graag aandacht aan.
In principe wordt de activiteit gevierd binnen
de eigen groep. Soms willen kinderen alle
groepen langs. Natuurlijk staan we dat toe.
Indien uw kind wil trakteren, adviseren wij u
vooraf contact op te nemen met de
groepsleerkracht of mentor, aangezien
sommige van onze kinderen gehouden zijn aan
een dieet.
Traktaties binnen het vso
Wanneer uw kind voor zijn verjaardag op
school wil trakteren, dan mag dat.
Wel verzoeken wij u dit op een gezonde en
bescheiden wijze te doen.
35
Vakantie
De overheid stelt elk jaar de vakantieperiodes
vast, met name in verband met de
vakantiespreiding. Wij houden ons zoveel
mogelijk aan het advies van de overheid.
Het vakantierooster van het schooljaar 20142015
Herfstvakantie 20-10-2014 t/m 24-10-2014
Kerstvakantie 22-12-2014 t/m 2-1-2015
Krokusvakantie 23-2-2015 t/m 27-2-2015
Pasen 3-4-2015 t/m 6-4-2015
Meivakantie 27-4-2015 t/m 8-5-2015
Hemelvaartsvakantie 14-5-2015 t/m 15-52015
Pinksteren 25-5 2015 t/m 25-5-2015
Zomervakantie 13-7-2015 t/m 21-8-2015
Gedurende het schooljaar plannen we een
aantal studiedagen. Uw kinderen zijn dan vrij.
Via de jaarkalender die u aan het begin van
het schooljaar ontvangt, brengen we u op de
hoogte van de data.
Verlof buiten schoolvakanties om
Extra verlof is niet mogelijk tenzij er sprake is
van artikel 13 A van de leerplichtwet.
Er zijn twee soorten verlof:
1 extra vakantieverlof
2 extra verlof wegens gewichtige
omstandigheden. Voor beide soorten geldt dat
er een maximum van tien dagen aan
verbonden is. Bij 1 is alleen sprake van
toekenning van verlof indien aantoonbaar is
dat een van beide ouders door de specifieke
aard van zijn/haar beroep niet in staat is om
tijdens de schoolvakanties vakantie te
genieten. Verlof dient schriftelijk aangevraagd
te worden bij de directie van de school. Verlof
kan nooit worden toegekend in de eerste 2
weken na de zomervakantie. Bij 2 kan verlof
worden toegekend bij bijzondere plezierige of
minder plezierige gebeurtenissen zoals
verhuizingen, gezinsuitbreiding, overlijden,
huwelijk e.d. Ook dit verlof dient schriftelijk te
worden aangevraagd bij de directie van de
school. Indien er voor meer dan tien dagen
verlof wordt aangevraagd of genomen dan
dient de directie de aanvraag te melden bij de
leerplichtambtenaar van de gemeente. Indien
de directie van de school het nodig vindt, kan
er overleg met de leerplichtambtenaar
plaatsvinden.
Vervoer van en naar school
Het vervoer van de leerlingen valt onder de
verantwoordelijkheid van de ouders. Dit
betekent dat u de kinderen zelf naar en van
school brengt of haalt, of u regelt dit, via de
gemeente, met een taxibedrijf.
Het aanvraagformulier wordt jaarlijks door de
ouders ingevuld, de ondersteunende verklaring
van de Commissie van Onderzoek wordt door
de school naar de betreffende gemeente
verzonden.
Graag vernemen wij van u aan het
begin van het schooljaar de naam en het
telefoonnummer van
het
taxibedrijf.
De
maatschappelijk werker kan u eventueel
behulpzaam zijn.
Website
Via de website van Visio onderwijs Rotterdam
www.visio.org kunt u zich op de hoogte
stellen van het actuele nieuws van de locatie,
maar ook documenten en foto’s bekijken en
downloaden.
Een inlogcode wordt op verzoek aangemaakt.
U wordt dringend verzocht regelmatig de site
voor nieuws te raadplegen.
36
Ziekmeldingen en schoolverzuim
Indien uw kind door ziekte of doktersbezoek
afwezig is, dient u dit zo spoedig mogelijk te
melden bij de receptie van de school tussen
08.00 - 8.30 uur. U moet zelf het vervoersbedrijf inlichten! Bij niet gemelde afwezigheid
van de leerling nemen we zo snel mogelijk
contact op met de ouders en zijn wij
genoodzaakt de leerling te registreren als
ongeoorloofd afwezig.
Deel 3 / Bijlagen
Deel 3 / Bijlagen
Raad van Toezicht, Raad van
Bestuur,
medezeggenschap,
klachtenregeling
en
informatieverstrekking
Raad van Toezicht Koninklijke Visio
Dhr.
Mw.
Dhr.
Dhr.
Dhr.
Mw.
drs. E.F. Stoové (voorzitter)
J. van Vliet, MHA (vicevoorzitter)
drs. G. Joosten
prof. dr. G.P.M. Luyten
Z. Arslan
drs. J.Ch. Pawlikowski
Raad van Bestuur Koninklijke Visio
Dhr. drs. M. (Marten) de
(voorzitter)
Dhr. A.J.G. (Jo) Triepels, MHA
Bruine,
MBA
Wat is de medezeggenschapsraad
(MR) en wie zitten er in?
Visio Onderwijs bestaat formeel uit drie
onderwijsinstellingen; noord, midden en zuid.
Per onderwijsinstelling is er een
medezeggenschapsraad zodat er
medezeggenschapsraden bestaan voor Zuid,
Midden en Noord. De MR wordt gevormd door
ouders en personeelsleden, waarbij er
evenveel zetels zijn voor ouders als voor
personeelsleden. De omvang van de MR is
afhankelijk van het aantal leerlingen en het
aantal schoollocaties. De MR van Zuid heeft in
totaal 12 zetels, de MR Midden en de MR
Noord hebben 8 zetels.
De personeelsgeleding van de MR
vertegenwoordigt zowel de medewerkers van
de schoollocaties als de medewerkers van de
ambulante onderwijskundige dienstverlening.
Wat doet de MR?
De MR is een wettelijk orgaan met wettelijke
taken en verantwoordelijkheden. De rechten
en bevoegdheden van de MR staan beschreven
in de Wet Medezeggenschap op Scholen
(WMS). De MR heeft instemmingsrecht en
adviesrecht over zaken die van wezenlijk
belang zijn. De ouder- en personeelsgeleding
37
van de MR moeten bijvoorbeeld gezamenlijk
instemmen met de schoolgids en het
schoolreglement. Daarnaast heeft de
oudergeleding instemmingsrecht over de
besteding van de vrijwillige ouderbijdrage. In
een aantal gevallen moet de directie advies
vragen aan de MR over hun plannen met de
school. De MR kan ook ongevraagd een
standpunt kenbaar maken aan de directie. De
directie moet ieder advies dat de MR geeft
serieus nemen, maar hoeft de adviezen niet
over te nemen.
De directie is gericht op een positieve wijze
van samenwerken met de MR. Samen staan
zijn voor het doel om optimale kansen te
bieden aan leerlingen met visuele
beperkingen.
Gemeenschappelijke
medezeggenschapsraad (GMR)
Voor Visio Onderwijs als geheel bestaat een
gemeenschappelijke medezeggenschapsraad
die periodiek overleg voert met het bestuur
van Visio. De GMR bestaat net als de MR uit
een oudergeleding en een personeelsgeleding.
Voor iedere geleding zijn zes zetels
beschikbaar, zodat er in totaal twaalf zetels
zijn. Een belangrijk deel van de GMR-leden is
tevens MR-lid. Ook zonder MR-lid te zijn, is het
echter mogelijk om GMR-lid te worden. De
GMR praat mee over alle zaken die betrekking
hebben op het gehele onderwijs van Visio. De
GMR heeft instemmingsrecht over een nieuw
strategisch beleidsplan voor Visio Onderwijs of
wijzigingen in de onderwijskundige
doelstellingen. Ook wordt er aan de
personeelsgeleding bijvoorbeeld instemming
gevraagd op personele inzet
(bestuursformatieplan). Gezamenlijk moeten
de ouder- en personeelsgeleding adviseren
over het strategisch beleidsplan en wijzigingen
in de organisatiestructuur. De gesprekspartner
van de GMR is het bestuur van Visio.
Lid worden van de MR of de GMR?
In de MR en GMR bent u dicht bij de bron. U
bent snel op de hoogte van nieuwe
ontwikkelingen en beleidszaken in het
onderwijs van uw kind.
Denk en praat erover mee. Door uw deelname
aan de MR of GMR krijgt u inzicht in de manier
waarop Visio Onderwijs met financiën,
personeel en voorzieningen omgaat. Uw stem
wordt gehoord en u hebt dus daadwerkelijk
invloed.
De MR en de GMR vergaderen een aantal keer
per jaar. De MR-vergaderingen vinden plaats
in de regio (Zuid, Midden of Noord) waarvoor
de MR is ingesteld. De GMR-vergaderingen
vinden in Huizen plaats. Af en toe wordt er een
studieavond georganiseerd over een
onderwerp dat door de MR of GMR zelf bepaald
is. De reiskosten worden voor de MR- en GMRleden vergoed en u als ouder ontvangt een
presentievergoeding.
Is na het lezen van deze informatie uw
nieuwsgierigheid gewekt, hebt u belangstelling
voor deze taak of wilt u wat meer weten?
Neem dan gerust contact met
ons op. U kunt ons bereiken via de volgende
e-mailadressen:
MR Zuid: [email protected] | MR Midden: [email protected] | MR Noord:
[email protected] | GMR:
[email protected].
Klachtenregeling
Het is van groot belang dat de school een
veilige leeromgeving biedt en er kwaliteitsrijk
onderwijs wordt geboden. De leeromgeving
moet vrij zijn van ongewenste
omgangsvormen zoals seksuele intimidatie,
agressie en geweld. Visio voert een helder
beleid rondom (sociale) veiligheid en stelt
eisen aan haar eigen kwaliteit van onderwijs
en bejegening. Mocht u, om welke reden dan
ook, niet tevreden zijn en onvoldoende gehoor
vinden bij de schoolleiding, dan kunt u gebruik
maken van de klachtenregeling.
Visio heeft een klachtenregeling voor
leerlingen, cliënten en hun ouders. Binnen
deze regeling zijn duidelijke procedures
geformuleerd, zodat iedere klacht serieus en
met zorg wordt behandeld.
Klacht indienen
Er zijn twee manieren om een klacht in te
dienen. De eerste mogelijkheid is het
bespreken en behandelen van uw klacht of
onvrede in onderling overleg, dus met de
betrokken medewerker en eventueel de
38
schoolleiding. De tweede mogelijkheid – of
wanneer de eerste manier niet tot de
gewenste oplossing heeft geleid – is het
indienen van een klacht bij de onafhankelijke
Klachtencommissie voor cliënten en leerlingen.
Bespreking en behandeling van de klacht in
onderling overleg
Als een klacht in onderling overleg tussen
ouders, leerling, medewerker en schoolleiding
goed wordt besproken, dan leidt dit vaak tot
een aanvaardbare oplossing. De ouders en de
leerling kunnen hierbij hulp krijgen van een
externe vertrouwenspersoon. Een
vertrouwenspersoon kan ondersteunen bij het
verwoorden van de klacht of kan advies en
informatie geven. Visio kiest voor externe
vertrouwenspersonen omdat leerlingen of
ouders zich vaak beter durven te uiten bij
mensen die onafhankelijk zijn.
Behandeling door de Klachtencommissie voor
cliënten en leerlingen
Het indienen van een klacht bij de
Klachtencommissie betekent dat een meer
formele procedure in gang wordt gezet dan het
bespreken van de klacht met de direct
betrokkenen. Een klacht moet binnen een jaar
na de gedraging of beslissing worden
ingediend, tenzij de Klachtencommissie anders
beslist. De Klachtencommissie is een
onafhankelijke commissie waarvan de leden
niet aan Visio verbonden zijn. De
Klachtencommissie onderzoekt de klacht en
stelt de betrokken partijen in de gelegenheid
om hierop een toelichting te geven. De
Klachtencommissie doet binnen negen weken
uitspraak in termen van “ongegrond”,
“gegrond” of “gedeeltelijk gegrond”. Ook kan
de Klachtencommissie aanbevelingen doen om
opnieuw optreden van de klacht te voorkomen
of ter verbetering van een situatie.
Meer informatie en contact
Op de website van Visio vindt u onder het
kopje “Over Visio” het onderwerp
”Klachtenregeling”. Via die pagina kunt u de
volledige klachtenregeling downloaden en treft
u de gegevens van de externe
vertrouwenspersoon en de Klachtencommissie
aan.
Deel 3 / Bijlagen
Jaarverslag
Jaarlijks wordt een jaarverslag opgemaakt
voor Koninklijke Visio als geheel. In het
jaarverslag vindt evaluatie en verantwoording
plaats over het beleid, de activiteiten en de
resultaten.
Ook de jaarrekening is in het jaarverslag
opgenomen. Het jaarverslag wordt vóór 1 juni
vastgesteld en openbaar gemaakt. In het
jaarverslag is ook de verant woording van Visio
Onderwijs opgenomen. Het jaarverslag is via
de website van Visio te downloaden.
Ongevallenverzekering
Voor de leerlingen van de scholen is een
ongevallenverzekering afgesloten. Ook tijdens
evenementen in schoolverband zoals bij een
schoolkamp of tijdens stage is de verzekering
van toepassing. Bagage is bij
schoolactiviteiten niet verzekerd. Ook schade
aan kleding of brillen is niet via de school
verzekerd. Diefstal van goederen valt evenmin
onder de verzekering van de school.
Daarnaast verzoekt de school u om voor uw
kind een Wettelijke
Aansprakelijkheidsverzekering af te sluiten.
Privacy
Persoonsgegevens van de leerling worden
verwerkt met inachtneming van de regels van
de
Wet
bescherming
persoonsgegevens.
Relevante gegevens van de leerling worden
opgenomen in het leerlingendossier en alleen
gebruikt voor het doel waarvoor ze zijn
opgenomen.
Wanneer de
leerling
naast
onderwijs, aanvullende zorg of dienstverlening
binnen
Visio
ontvangt
(conform
een
overeenkomst) dan hebben degenen die direct
betrokken zijn bij de uitvoering van de zorg of
dienstverleningsovereenkomst inzage in de
gegevens, voor zover dit nodig is voor
uitoefening van hun werkzaamheden. Hiervoor
geeft u als ouder toestemming bij de
aanmelding.
Sponsoring
Binnen Visio Onderwijs is geen algemeen
beleid opgesteld op het gebied van sponsoring.
We gaan op dit moment terughoudend met
sponsoring om, maar sluiten het niet uit. Af en
toe ontvangt een onderwijslocatie gelden als
bijdrage voor bijvoorbeeld de financiering van
speeltoestellen. Mogelijk dat in het komende
39
schooljaar beleid op het gebied van sponsoring
opgesteld wordt.
Schorsen en verwijdering
Ondanks alle aandacht die wordt besteed aan
het bieden van een veilig klimaat binnen Visio
Onderwijs – er is bijvoorbeeld een protocol
aanwezig over het voorkomen en aanpakken
van (cyber-)pesten – kan het voorkomen dat
de veiligheid van medeleerlingen of
medewerkers op enigerlei wijze in gevaar
wordt gebracht door een leerling. Er volgt dan
direct een gesprek met de leerling en zijn
ouders/verzorgers. Eventueel kan de adjunct directeur besluiten tot een time-out voor een
bepaalde periode.
Wanneer de problemen (zeer) ernstig zijn of
wanneer na diverse time-outs de situatie niet
beheersbaar blijkt, kan het bevoegd gezag op
advies van de adjunct-directeur besluiten tot
schorsing voor ten hoogste één week. Een
schorsing wordt schriftelijk aan de ouders
bekendgemaakt en direct met de leerling en
zijn ouders/verzorgers besproken. De
schorsing wordt schriftelijk gemeld bij de
Inspectie van het Onderwijs en de
leerplichtambtenaar.
Als het schorsen niet het gewenste effect
heeft, dan kan het verwijderen van de leerling
van een school een vervolgstap zijn. De
directie raadpleegt in dat geval de betrokken
leraar en gaat een gesprek aan met de
ouders/verzorgers. Vervolgens zal de directie
het bevoegd gezag adviseren over het
verwijderen van de leerling en dit advies
voorzien van een deugdelijke motivering.
Wanneer de ouders/verzorgers het niet eens
zijn met het besluit, dan kunnen zij dit binnen
zes weken schriftelijk kenbaar maken. Hierop
moet het bevoegd gezag binnen vier weken
reageren. De school heeft een
inspanningsverplichting van acht weken om
voor de leerling een geschikte andere school
te vinden. De leerplichtambtenaar en de
Inspectie van het Onderwijs worden op de
hoogte gesteld.
Vrijstelling onderwijsactiviteiten
Leerlingen in het (voortgezet) speciaal
onderwijs zijn verplicht deel te nemen aan alle
onderwijsactiviteiten uit het
onderwijsprogramma.
Voor sommige onderwijsactiviteiten kunnen de
ouders of een meerderjarige, handelsbekwame
leerling vrijstelling vragen bij het bevoegd
gezag. Voor de vrijgestelde activiteiten komen
in dat geval vervangende onderwijsactiviteiten
in de plaats, die beter aansluiten bij de
mogelijkheden en behoeften van de leerling.
Het bevoegd gezag bepaalt welke
onderwijsactiviteiten dat zijn en onder welke
voorwaarden een leerling vrijstelling kan
krijgen.
Er moet rekening mee gehouden worden dat
er in principe geen zorg tijdens onderwijstijd
wordt geboden, tenzij deze voorwaardelijk is
voor deelname aan het onderwijs.
Informatieverstrekking door de school
aan gescheiden ouders
Als ouders scheiden, dan behouden zij meestal
beiden het ouderlijk gezag over hun kind, ook
al woont het kind maar bij één ouder.
De school behandelt deze ouders gelijkwaardig
en informeert hen allebei over het
functioneren en de ontwikkeling van hun kind.
Dit is de school wettelijk verplicht. Dit
betekent dat beide ouders worden uitgenodigd
voor ouderavonden en rapportbesprekingen en
dat zij beiden de rapporten krijgen
toegestuurd. De niet-verzorgende ouder hoeft
dus niet zelf om informatie te vragen. Als na
een scheiding één van de ouders het ouderlijk
gezag krijgt toegewezen, dan verstrekt de
school alleen informatie aan de
gezaghebbende ouder.
Onderwijs Amsterdam
>>> so en vso
Slotermeerlaan 103
1063 JN Amsterdam
T 088 585 60 00
[email protected]
Onderwijs Breda
>>> (v)so-mb
Galderseweg 65
4836 AC Breda
T 088 585 82 00
[email protected]
Onderwijs Grave
>>> so, vso en (v)so-mb
Tijdelijk adres 1 juli 2013 tot 1 augustus 2014
St Elizabethstraat 4 - 6
5361 HK Grave
T 088 585 82 50
[email protected]
Onderwijs Haren
>>> (v)so-mb
Rijksstraatweg 284
9752 CL Haren
T 088 585 75 00
[email protected]
Onderwijs Huizen
>>> so en (v)so-mb
Oud Bussummerweg 76
1272 RX Huizen
T 088 586 17 00
[email protected]
Onderwijs Rotterdam
>>> so, vso en (v)so-mb
Heindijk 4
3079 PM Rotterdam
T 088 585 83 30
[email protected]
Visio
ambulante
begeleiding
Belangrijke
Visio
adressen
Visio Onderwijs
www.visio.org/onderwijs
40
Koninklijke
AOB Zuid-Nederland
Heindijk 4
3079 PM Rotterdam
T 088 58 58 299
[email protected]
AOB Noord-Nederland
Oud Bussummerweg 76
onderwijskundige
Deel 3 / Bijlagen
1272 RX Huizen
T 088 586 17 00
[email protected]
Cliëntservicebureau Koninklijke Visio
Aanmelding en informatie
T 088 585 85 85
Klachtencommissie voor cliënten en
leerlingen
Postbus 1180
1270 BD Huizen
T 088 585 85 52
[email protected]
Raad van Bestuur Koninklijke Visio
Amersfoortsestraatweg 180
1272 RR Huizen
T 088 585 50 00
Afkortingen en begrippen
aob ambulante onderwijskundige begeleiding
AWBZ Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten
CCE Centrum voor Consultatie en Expertise
CIZ Centrum Indicatiestelling Zorg
CSB Cliëntservicebureau
CvO Commissie van Onderzoek
cvi cerebrale visuele inperking
CLz Commissie Leerlingzorg
GMR gemeenschappelijke
medezeggenschapsraad
INK Instituut Nederlandse Kwaliteit
kdv kinderdagverblijf
mb meervoudige beperking
vvb visuele en verstandelijke beperking
MR medezeggenschapsraad
OPP ontwikkelingsperspectiefplan
OCW Ministerie van Onderwijs, Cultuur en
Wetenschappen
PRO praktijkonderwijs
SO speciaal onderwijs
VSO voortgezet speciaal onderwijs
cluster 1 alle scholen voor leerlingen met een
visuele beperking
didactische benadering de wijze van
overdracht van kennis en vaardigheden
expertise specifieke deskundigheid
fysieke herinrichting de aanpassingen in de
leeromgeving zowel binnen als rondom de
school
41
groepsplan organisatie van het onderwijs
voor een groep leerlingen opdat planmatig
wordt gewerkt aan de leer- en
ontwikkelingsdoelen van de verschillende
leerlingen en tegemoet wordt gekomen aan de
verschillende onderwijsbehoeften van
leerlingen in die groep
individueel ondersteuningsplan plan
waarin de afspraken zijn opgenomen tussen
cliënt/leerling en Visio zorg over doelen van de
ondersteuning en de wijze waarop getracht
wordt deze te bereiken
leerlijn aanwijzingen om met tussendoelen te
komen tot een kerndoel
leerlingvolgsysteem stapjes om de
ontwikkeling te volgen en als basis te dienen
voor het bepalen van de beginsituatie
leerroute pakket van
kerndoelen/tussendoelen behorende bij een
bepaalde categorie
leerlingen
leren leren visie binnen het onderwijs gericht
op het ontwikkelen van zelfstandig en
zelfredzaamheid; het bestaat uit drie pijlers:
leerling-initiatief, de leerkracht als coach en
rijke leeromgeving
motorische ontwikkeling ontwikkeling van
de grove bewegingen (lopen, rennen,
springen, zwemmen etc.) en/of fijne
bewegingen (knippen, schrijven, tekenen)
onderwijs-zorgarrangement totaal van
onderwijs- en zorgdoelen die binnen de
onderwijstijd gesteld worden
onderwijsvoorwaa rdelijke zorg zorg die
nodig is om onderwijs mogelijk te kunnen
maken voor een leerling
ontwikkelingspe rspectie f verwachte
uitstroombestemming/niveau van een SOleerling aan het eind van het speciaal
onderwijs of van een VSO-leerling aan het eind
van het voortgezet speciaal onderwijs; ook
voor de leerlingen die ambulante
onderwijskundige begeleiding ontvangen wordt
een ontwikkelingsperspectief opgesteld.
ontwikkelingspe rspectie fplan individueel
plan voor een leerling in het (V)SO of een
leerling in het regulier onderwijs die
ambulante begeleid wordt, waarin de – met
ouders overeengekomen – handelingsgerichte
aanpak is beschreven gericht op het behalen
van het vastgelegde ontwikkelingsperspectief
oriëntatie en mobiliteit zelf bewust worden
waar je je bevindt in de ruimte en je daarin
kunnen verplaatsen
orthopedagogische benadering afstemmen
van het handelen op de leerlingen met leer-,
sociale of gedragsproblemen, gericht op het
creëren van een omgeving waarin de
leerlingen tot onderwijs en ontwikkeling
kunnen komen
orthodidactische benadering afstemmen en
aanpassen van de wijze van onderwijs geven
aan leerlingen met leer- sociale en/of
gedragsproblemen, er op gericht om de
leerlingen tot leren en ontwikkeling te laten
komen (dan wel verder te bevorderen)
pedagogisch klimaat creëren van een
omgeving waarin opvoedkundig verantwoord
gewerkt wordt
pedagogische benadering de
opvoedkundige benadering van de leerling
toelatingscriteria criteria waaraan een
leerling moet voldoen om
te worden toegelaten
uitstroommogelijkheden mogelijkheden ná
school, zoals vervolgonderwijs, betaalde
arbeid, gesubsidieerde arbeid of dagopvang
verwijzers voorwerpen (of delen ervan),
plaatjes, foto’s en/of tekens die verwijzen naar
een handeling, een ruimte of een activiteit
zelfredzaamheid het zich zelfstandig kunnen
redden bij alledaagse handelingen
zintuiglijke ontwikkeling ontwikkeling van
de zintuigen, zoals visus, gehoor, tast, geur en
smaak
42
Deel 3 / Bijlagen
Bijlage: Toelatingscriteria
Kinderen met visuele beperkingen die
belemmerend zijn voor het
onderwijsleerproces en de participatie in de
onderwijsleeractiviteiten, kunnen worden
toegelaten tot onderwijs of ambulante
onderwijskundige begeleiding van Visio. Na de
aanmelding worden verschillende
oogheelkundige onderzoeken verricht en
gegevens verzameld. Vervolgens wordt er
besloten of iemand wel of niet wordt
toegelaten.
Schema ten behoeve van de indicatie
Enkelvoudige beperking
Oogheelkundig
gezichtsscherpte =< 0,3
en/of gezichtsveld =< 30°
en/of hemianopsie
en/of leesvisus =< 0,25
In combinatie met
Ja, altijd (behoort tot de doelgroep).
gezichtsscherpte 0,3 – 0,5 - stoornissen in de lagere visuele functies
(visueel sensorische functies en/of
oculomotore functies) (bijvoorbeeld:
specifieke functiestoornissen, zoals
contrast-gevoeligheid
en
licht(over)gevoeligheid;
gezichtsveldbeperking anders dan een
concentrische beperking<30°)
- stoornissen in de hogere visuele
functies (visueel perceptuele cognitieve
functies
en/of
visuo-motorische
functies)
- ontbreken (dan wel zeer beperkt
aanwezig
zijn)
van
compensatiemogelijkheden
gezichtsscherpte 0,3 – 0,5
gezichtsscherpte > 0,5
Toelating
Toelating indien:
1.
2.
3.
de visuele beperking samenhangt
met meetbare visuele stoornissen
de visuele beperking leidt tot
participatieproblemen
er geen alternatieve verklaring voor
de
participatieproblemen
aanwijsbaar is
Uitsluitend bij het voldoen aan alle
hiervoor genoemde drie punten is een
toelating voor behandeling/begeleiding
geïndiceerd
progressieve aandoening (die de Toelating indien de verwachting bestaat
ontwikkeling van het kind/de jongere dat zich participatieproblemen zullen
bedreigt)
voordoen
- stoornissen in de lagere en/of hogere
visuele functies zoals beschreven bij
gezichtsscherpte 0,3 – 0,5
- interdisciplinair afwegen of er vanuit
visuele beperkingen in het dagelijks
leven en/of cerebrale aandoeningen van
het
visueel
systeem
voldoende
indicaties zijn voor toelating tot
onderzoek
Toelating indien:
1.
2.
3.
de visuele beperking samenhangt
met meetbare visuele stoornissen
de visuele beperking leidt tot
participatieproblemen
er geen alternatieve verklaring voor
de
participatieproblemen
aanwijsbaar is
Uitsluitend bij het voldoen aan alle
hiervoor genoemde drie punten is een
toelating voor behandeling/
begeleiding geïndiceerd
43
Voor leerlingen met een gezichtsscherpte van
0,3 tot 0,5 kan toelating tot onderwijs of
ambulante onderwijskundige begeleiding
plaatsvinden wanneer op basis van onderzoek
geconstateerd wordt dat de leerling
overwegend is aangewezen op een
orthopedagogische en orthodidactische
benadering.
Leerlingen met een meervoudige
beperking
Leerlingen met een visuele en verstandelijke
beperking worden leerlingen met meervoudige
beperkingen genoemd. Voor deze leerlingen
gelden de toelatingscriteria op visueel gebied
zoals hierboven beschreven.
Ernstige meervoudige beperkingen
Naast een visuele en verstandelijke beperking
kan er sprake zijn van een motorische
beperking, autisme, progressieve
ziektebeelden, epilepsie, spraaktaalproblematiek
en/of slechthorendheid. Genoemde
bijkomstige beperkingen zijn geen criteria voor
toelating; daarvoor zijn de visuele beperkingen
immers leidend. Bij toelating is het echter wel
belangrijk om zicht te krijgen op de ernst en
de mate van de bijkomende beperking(en). Zo
kan de inzet van de onderwijsvoorwaardelijke
behandelingen en therapieën zo goed mogelijk
geïntegreerd worden binnen het dagelijkse
onderwijs aan de leerling. Als er sprake is van
kinderen met zeer ernstige gedragsproblemen
of als duidelijk aantoonbaar is dat het kind
geen ontwikkelingsmogelijkheden heeft, dan
kan het niet worden toegelaten. Als er sprake
is van een grote persoonlijke zorgbehoefte
en/of extra ondersteunende begeleiding van
een kind op het gebied van algemene
dagelijkse levensverrichtingen, dan kan er
worden verzocht extra zorgbegeleiding te
faciliteren.
Nuttige adressen
Ooglijn (informatiepunt bij oogproblemen)
T 030 294 54 44
Stichting Oogfonds Nederland
Postbus 2086
3500 GB Utrecht
T 030 254 57 11
www.oogfonds.nl/[email protected]
World Wide Vision
(levert producten voor mensen met
visuele, auditieve en/of leesbeperking)
Luxemburgstraat 7
5061 JW Oisterwijk
T 013 528 56 66
[email protected]
www.worldwidevision.nl
Iris Huys
(levert hulpmiddelen voor slechtziende en
blinde mensen)
James Wattstraat 13 b
2809 PA Gouda
T 0182 52 58 89
www.irishuys.nl
Aangepast Lezen
Postbus 84010
2508 AA Den Haag
T 070 33 81 550
www.aangepastlezen.nl/klanten@aangepastlez
en.nl
Dedicon
Postbus 24
5360 AA Grave
T 0486 48 64 86
[email protected]
www.dedicon.n
Stichting Uitgeverij XL
Alle locaties van Visio zijn te vinden op
www.visio.org onder het kopje “Adressen”. De
routebeschrijving naar de scholen kunt u
vinden bij de “Adressen onderwijs”.
Westvlietweg 68 R
2495 AA Den Haag
T 070 367 60 58
[email protected]
www.uitgeverijxl.nl
Oogvereniging
Uitgeverij Grote Letter Bibliotheek
Postbus 2344
3500 GH Utrecht
T 030 299 28 78
www.oogvereniging.nl/[email protected]
44
een
Postbus 26
1390 AA Abcoude
T 0294 28 50 20
Deel 3 / Bijlagen
[email protected]
www.groteletter.nl
•
•
OV-Begeleiderskaart
www.ns.nl/cs/Satellite/reizigers/service/de-ovbegeleiderskaart
Onderwijsinspectie
Voor vragen aan de Inspectie van
Onderwijs kunt u contact opnemen met:
T 0800 50 10 (gratis)
www.onderwijsinspectie.nl
het
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
Routebeschrijving
•
https://maps.google.nl/ routebeschrijving
•
OPENBAAR VERVOER
•
•
•
Vanaf station ROTTERDAM
LOMBARDIJEN tramlijn 2 (richting
BEVERWAARD) tot halte REYERDIJK.
Meelopen in de richting van de tram
Eerste straat linksaf en daarna rechtsaf
HEINDIJK
•
Vanaf CENTRAAL STATION ROTTERDAM
tramlijn 20 (richting BEVERWAARD) tot
eindpunt.
•
Reyerdijk verder aflopen naar halte
Reyerdijk
•
Eerste straat linksaf en daarna rechtsaf
HEINDIJK
•
•
45
Vanuit METROSTATION KRALINGSE
ZOOM
Bus 47 - halte HERENWAARD
(winkelcentrum Keizerswaard)
•
•
•
•
Groeninx van Zoelenlaan oversteken,
rechtsaf
Voor de Zuiderkerkedijk linksaf, tussen
2 flats doorlopen HEINDIJK
Vanaf station ROTTERDAM
LOMBARDIJEN tramlijn 2 (richting
GROENE TUIN) tot halte KERSTENDIJK.
Tramspoor en straat oversteken
BANDELOORDIJK (schuin tegenover
tramhalte) inlopen
HEINDIJK eerste straat rechtsaf en met
de bocht meelopen
Vanaf CENTRAAL STATION ROTTERDAM
tramlijn 20 (richting LOMBARDIJEN) tot
eindpunt halte OPSTELSPOOR
KREEKHUIZENLAAN
Op de straat REYERDIJK rechts verder
aflopen richting halte KERSTENDIJK
BANDELOORDIJK (schuin tegenover
tramhalte) links inlopen
HEINDIJK eerste straat rechtsaf en met
de bocht meelopen
Vanuit BUSHALTE KRALINGSE ZOOM
BUS 163 (richting halte OUD
BEIJERLAND) tot aan halte
KREEKHUIZENLAAN
Op de straat REYERDIJK verder aflopen
richting halte KERSTENDIJK
BANDELOORDIJK (schuin tegenover
tramhalte) links inlopen
HEINDIJK eerste straat rechtsaf en met
de bocht meelopen
Vanuit BUSHALTE KRALINGSE ZOOM
BUS 145 (richting halte RIDDERKERK)
of 183 (richting halte BARENDRECHT)
tot aan halte KEIZERSWAARD
(winkelcentrum)
Groeninx van Zoelenlaan oversteken,
rechtsaf
Voor de Zuiderkerkedijk linksaf, tussen
2 flats doorlopen HEINDIJK
Visio_schoolgidsomslag_2014
21-5-2014
16:05
Pagina 7
Visio Onderwijs
Visio Onderwijs is er voor kinderen van vier tot twintig
jaar met een visuele beperking, al dan niet in combinatie
met een andere beperking. Visio Onderwijs biedt speciaal
onderwijs (so), voortgezet speciaal onderwijs (vso) en
onderwijs aan kinderen met een meervoudige beperking
(mb).
“Perspectief voor elk kind” is een belangrijk uitgangspunt
van ons onderwijs. We willen als onderwijsorganisatie
íeder kind, ongeacht de individuele beperkingen, een
perspectief voor de toekomst bieden.
Vijfenzeventig procent van de kinderen met een visuele
beperking gaat naar een gewone school met behulp
van ambulante onderwijskundige begeleiding door
Visio. Daarnaast heeft Visio onderwijslocaties in zes
gemeenten: in Amsterdam (so en vso), Breda (mb),
Grave (so, vso, mb), Haren (so en mb), Huizen (so en mb)
en Rotterdam (so, vso en mb).
De kerndoelen, zoals die binnen het reguliere onderwijs
gelden, zijn het uitgangspunt en er bestaat voor leerlingen vanaf twaalf jaar de mogelijkheid om deel te
nemen aan praktijkonderwijs, vmbo of havo.
Koninklijke Visio
expertisecentrum voor
slechtziende en blinde mensen
www.visio.org
Volg ons op: