VERZUIM - Robidus

WET EN REGELGEVING
René Ravestein, journalist, [email protected]
Met stip terug op de bedrijfsagenda
VERZUIM
Met de nieuwe Ziektewet en de introductie van WGA-flex
neemt de verantwoordelijkheid van werkgevers bij verzuim
toe. Daarmee staat verzuim weer hoog op de bedrijfsagenda.
Hoe kan HR hier het best op inspelen? ‘Door continu met
verzuim bezig te zijn.’
D
e trend is onmiskenbaar. De overheid
legt de verantwoordelijkheid voor verzuim
en arbeidsongeschiktheid steeds
nadrukkelijker bij werkgevers neer.
Het begon ooit met de loondoorbetaling bij ziekte en met premiedifferentiatie bij WAO-instroom. Later volgden
nog de Wet Poortwachter en de WIA,
als opvolger van de WAO. Daar is het
niet bij gebleven. Door de vernieuwde
Ziektewet zijn bedrijven tegenwoordig
ook financieel verantwoordelijk voor
zieke ex-werknemers. Met de komst
van WGA-flex (vanaf 2016) draaien
werkgevers op termijn ook op voor de
financiering van WGA-uitkeringen aan
(ex-)werknemers.
Bedrijven kunnen ervoor kiezen de
risico’s te blijven verzekeren bij het
UWV. Ze kunnen ook eigenrisicodrager worden voor ZW-flex, WGA-vast
en WGA-flex. In dat geval betalen ze
zelf de uitkeringen van (oud-)werknemers en dragen ze alle verantwoordelijkheid voor de re-integratie. Vaak
worden deze risico’s herverzekerd bij
private partijen. Welke keuzes organisaties hierin ook maken: de financiële
risico’s nemen flink toe. Mick Netiv,
directeur van Robidus, een bedrijf dat
de uitvoering van private sociale zekerheid voor werkgevers verzorgt, rekent
voor hoe hoog de kosten kunnen oplopen. ‘Als werkgever ben je maximaal
twaalf jaar financieel verantwoordelijk
voor een zieke, dan wel arbeidsongeschikte medewerker. In het slechtste
scenario bedragen de gemiddelde kosten 150.000 euro. Het voorkomen van
16
/ JULI/AUGUSTUS 2014 / NR7/8
TIPS & TRICKS
Actuele kennis van wet- en regelgeving is onmisbaar bij verzuimmanagement.
Er zijn meerdere mogelijkheden om de schadelast te beperken bij verzuim:
• Organisaties hoeven niet altijd alle kosten zelf te betalen.
Als een derde partij het verzuim heeft veroorzaakt, is het mogelijk de kosten
op deze partij verhalen.
• Als een werknemer onder de zogenoemde no-riskpolis valt, is de ZW- of
WGA-uitkering niet aan de werkgever toerekenbaar.
• Er zijn diverse subsidies en premiekortingen voor specifieke doelgroepen,
zoals vangnetregelingen voor arbeidsgehandicapten en 50-plus werknemers
met een uitkeringsverleden.
• Als een werknemer waarschijnlijk niet meer aan het werk kan, is het mogelijk
een vervroegde WIA-aanvraag in te dienen. Wordt een IVA-uitkering toegekend, dan kan deze in mindering worden gebracht op de loondoorbetaling.
ziekte en van instroom in de WGA
moet daarom voor elke organisatie
topprioriteit hebben. Preventie van
verzuim door optimale inzetbaarheid
van werknemers wordt daarbij steeds
belangrijker. Zit iedereen nog wel op
de juiste plek? Welke werknemers
lopen risico op uitval? Dat worden
steeds actuelere vragen. Het nietmonitoren van de potentiele risicogroepen zal op termijn tot een
reusachtige kostenpost leiden waar
geen enkele arbeidsproductiviteit
tegenover staat.’
Oplossing
Volgens Netiv is de oplossing primair
gelegen in een integrale aanpak van de
verzuimproblematiek. ‘Kosten en risico’s kunnen alleen beperkt worden
door de meestpassende financieringskeuze te combineren met een juiste
uitvoering van wet- en regelgeving.
Daarnaast is het zaak om binnen scha-
debeheer meer aandacht te schenken
aan preventie.’
Bedrijven en instellingen moeten dus
aan de bak. Sectoren die veel met flexwerkers werken zoals retail, horeca en
uitzendbranche staan hierbij voor een
extra uitdaging. Inge Helsloot is specialist Arbo & Verzuim bij het landelijke
warenhuis V&D en horecazusterbedrijf La Place. Ze is verantwoordelijk
voor het verzuim- en arbobeleid van
beide bedrijven met in totaal ongeveer
11.000 medewerkers. Met name bij
La Place is de doorstroom – en daarmee het risico op extra kosten als
gevolg van zieke flexwerkers – groot.
Bijna driekwart van de medewerkers
stroomt binnen maximaal een jaar tijd
weer uit. Bij V&D is het verloop minder, daar zijn meer medewerkers in
vaste dienst. In de ogen van Helsloot
zijn de financiële risico’s de afgelopen
jaren fors toegenomen. ‘We hebben
een businesscase gemaakt. Deze liet
THEMA VERZUIM
zien dat de twee bedrijven met hun
werknemers een flink extra kostenrisico lopen als gevolg van verzuim en
arbeidsongeschiktheid.’
Stevige cijfers, maar geen cijfers om
voor terug te schrikken, aldus Helsloot. ‘Dankzij dezelfde businesscase
weten we dat V&D en La Place de
personeelskosten als gevolg van verzuim en arbeidsongeschiktheid positief
kunnen beïnvloeden. Dat is natuurlijk
het goede nieuws: je loopt meer risico’s, maar je kunt ook veel meer dan
vroeger invloed uitoefenen op de personeelskosten als gevolg van verzuim
en arbeidsongeschiktheid. De kosten
zijn te beperken door de risico’s op uitval te beheersen.’
V&D is nu enkele jaren eigenrisicodrager WGA. Sinds een jaar is het bedrijf
ook eigenrisicodrager voor de Ziektewet. Helsloot richt de verzuimorganisatie zo veel mogelijk op dit eigen
risico in. ‘Je draagt als eigenrisicodrager
voor een lange periode financiële verantwoordelijkheid voor een zieke werknemer. Dat betekent dat de organisatie
het eigen verzuim hoe dan ook echt
goed moet leren beheersen. We hebben
het WGA-risico herverzekerd. Ook het
casemanagement voor zieke ex-werknemers die in Ziektewet of WGA zijn
beland, hebben we elders belegd. Op
deze manier hebben we goed inzichtelijk wat er met de casussen wordt
gedaan. Maar ook dan nog dragen we
steeds flinke verantwoordelijkheid,
lopen we nog steeds financiële risico’s.’
Verzuimregisseurs
V&D en La Place doen daarom ook
veel zelf op het gebied van verzuim.
Daarbij investeren ze vooral tijd en
energie in het leren begrijpen van verzuimoorzaken. Het verzuimvolgsysteem, dat binnenkort van start gaat,
bevat een globale indeling die inzicht
zal bieden in de vraag in hoeverre verzuim samenhangt met fysieke omstandigheden, psychische belasting of de
combinatie werk-privé. Ook wordt een
digitale RI&E ontwikkeld, bedoeld
om de arbeidsrisico’s extra goed in
kaart te brengen. Helsloot: ‘We analyseren niet op basis van individuele
medische diagnoses, dat is een zaak
van de bedrijfsarts. Maar we willen wel
meer weten over de belangrijkste verzuimoorzaken. Want dan zijn ook
Mirjam Sijmons, directeur ArboNed: ‘Verzuim is een risico waarvoor goede verzekeringen zijn. Maar daarmee ben je er niet. Het is eerst en vooral een kwestie van
aandacht voor medewerkers die ziek uitvallen.’
meer gerichte interventies mogelijk.
We werken met twee verzuimregisseurs, voor V&D en voor la Place.
Deze kopen interventies in op basis
van klachtenpatronen. Dit kan psychische ondersteuning of fysiotherapie
zijn, maar ook hulp bij schuldhulpverlening.’
Volgens Helsloot sluit het verzuimbeleid van V&D en La Place goed aan op
de huidige situatie. Maar het is zeker
geen volledig uitgestippeld pad voor de
komende tien jaar. ‘Je moet continu
met verzuim bezig zijn. Steeds weer
naar de cijfers kijken: wat zijn de reële
en potentiële kosten, hoe kunnen we
het nog beter doen als het gaat om
preventie en re-integratie? Het speelveld verandert telkens. Er komen
steeds weer nieuwe wetten, en ook de
premies van private verzekeraars
schommelen. Om de zoveel tijd zullen
we opnieuw afwegen wat voor ons het
best is: verzekeren via UWV of eigenrisicodrager blijven en risico’s privaat
herverzekeren?’
Mirjam Sijmons, algemeen directeur
ArboNed, beaamt dat verzuimmanagement échte aandacht vraagt. ‘Verzuim is een risico waarvoor goede
verzekeringen zijn. Maar daarmee ben
je er niet. Het is eerst en vooral een
kwestie van aandacht voor medewerkers die ziek uitvallen. Verzuimbeleid
is alleen succesvol als de organisatie op
verschillende sporen acteert. Dan gaat
het om de combinatie van preventief
gezondheidsmanagement en actief
casemanagement, met de focus op
vitaliteit en duurzame inzetbaarheid.
Werken geeft energie, als er een goede
match is tussen werkgever, werknemer
en werk. ArboNed weet uit onderzoek
dat energieke mensen minder verzuimen en productiever zijn. Als HRafdeling kun je randvoorwaarden
bieden, zodat medewerkers energiek
kunnen blijven werken en daarmee
inzetbaar zijn en blijven. Zo worden
de ongemakken en de kosten van verzuim en arbeidsongeschiktheid
beperkt.’
/ JULI/AUGUSTUS 2014 / NR7/8 17