Crowdfunding - Vereniging kleine kernen Noord

or
zine vo
emaga
ti
a
a
m
r
b
a nt
info
oord-br
n
t gratis
n
e
e
h
n
r
is
e
kleine k
RACHT
KERNK de vereniging
an
leden v
vereniging kleine kernen
noord-brabant
Jaargang 11 - nummer 2 - juni 2014
Succesvolle workshop
Crowdfunding
In deze KERNKRACHT
onder andere:
Column voorzitter
BrabantLAB
Pagina 3
Vliegveld Seppe
Op 24 mei was het een drukte van jewelste in Biest-Houtakker: zo’n tachtig
dorpsbewoners uit Brabant hadden
aan de uitnodiging van Provincie NBr
en VKKNB gevolg gegeven, om hun
zaterdag te besteden aan een nieuwe
wijze van financiering. Crowdfunding
of financiering door de Gemeenschap
is een vorm van geld inzetten voor een
maatschappelijk of commercieel doel.
Het bureau Douw&Koren was als expert
uitgenodigd om ons als geïnteresseerden de kneepjes te leren en de speciale
aanpak door te nemen, die nodig is om
deelnemers te werven voor het project
dat je wilt financieren.
Crowdfunding is een nieuwe aanpak van
financiering om de gemeenschap over te
halen, een project mee te financieren. Het
heeft een ideële insteek, maar levert ook
wat op als het slaagt. Financiering door de
gemeenschap is voor dorpen niet nieuw,
maar de wijze waarop crowdfunding wordt
aangepakt is dat wel. Er wordt gebruik
gemaakt van internet en sociale media
om aandacht te genereren en geïnteresseerden te werven. We kennen best al
voorbeelden waarbij dorpsbewoners bij een
project voor hun eigen financiering zorgden
door middel van het oprichten van een
coöperatie. Bijvoorbeeld in Esbeek heeft
men een eigen dorpscafé gebouwd en in
Sterksel een eigen dorpswinkel. En zo zijn
er nog meer voorbeelden.
Meerdere vormen mogelijk
Uitgangspunt bij crowdfunding is dat de
deelnemer zijn geld terugkrijgt als een
product of als een beloning. Soms zijn het
projecten op basis van een lening met een
schappelijke rentevergoeding, die al gauw
meer is dan de huidige spaarrente bij banken, of in de vorm van aandelen.
>>>
Pagina 6
Infopunt
leefbaarheid
Pagina 8
Oproep:
Denk mee - Doe mee
Pagina 12
>>>
Dat kan wel meer risico geven. Om
op deze wijze geld te genereren zijn
er speciale organisaties , platforms
genoemd, die tegen een kleine vergoeding alle wettelijke zaken voor je
regelen. Een andere vorm is een gift,
voor een maatschappelijk of gemeenschapsproject.
Een nieuwe aanpak
Met gebruik van de nieuwe digitale
communicatie is een sneller bereik
mogelijk, maar daar moet een goed
plan aan ten gronde liggen. Hoe je
zo’n plan maakt werd uitvoerig toegelicht.
Als hulpmiddel hebben Douw&Koren
Crouwdfunding Canvas ontwikkeld
waarmee je op een gestructureerde
wijze een compleet draaiboek maakt
voor je project- of productfinanciering.
Daarin wordt het doel van het project
duidelijk omschreven: waarom, waarvoor en wat willen we uitvoeren. Het
moet ambitieus zijn om mensen te
interesseren. Vervolgens wordt het
project of product gedefinieerd. Er
moet op een eenvoudige doch duidelijke wijze een toelichting worden
gegeven. Daarvoor wordt een filmpje
gemaakt over de uitleg door de initiatiefnemer. Liefst opgenomen op de
plaats waar het gaat plaatsvinden. In
kleine stappen moet duidelijk worden
gemaakt en wat het uiteindelijk oplevert. Ook het doelbedrag wat nodig is
moet bekend zijn en wanneer je dat
wilt bereiken.
 Wie is de doelgroep van direct
belanghebbenden;
 Wie zal er wellicht voor geïnteresseerd kunnen worden;
 Wat is het voorstel voor de deelnemers.
Gaat het over een product , dan biedt
het mogelijkheden voor promotie,
klantenbinding, marktonderzoek,
klanten vinden en innovatie vanuit
de gemeenschap (Cloud), tegen lage
kosten.
Iedereen denkt mee
Om een geïnteresseerde doelgroep te
vormen gaat men uit van bestaande
eigen netwerken, bijvoorbeeld familie,
kennissen en relaties. Van daaruit
moet je proberen deze als ambassadeurs van het project te maken die het
vervolgens weer doorvertellen aan
hun familie en vrienden. Daarmee
wordt de kring van geïnteresseerden
steeds groter.
In eerste instantie is telefonische bekendmaking tevens een mogelijkheid
om te testen of mensen het een goed
project of product vinden.
Bij de presentatie is ook van belang
om te weten wat er als tegenprestatie
wordt geleverd, om mensen over de
streep te trekken.
Denk na of je doelgroep het interessant vindt om iets te krijgen als tegenprestatie om mee te doen. De insteek
daarbij is ook: ‘Wij samen maken iets
nieuws’ of ‘voor het eerst gaan we die
activiteit uitvoeren’.
Vervolgens gaan we internet gebruiken om met een eigen filmpje het project of voorstel te promoten. Gebruik
voor dit doel een eigen internetpagina
en social media om de bekendmaking
te ondersteunen.
Het kan ook nog anders
Echter, voor Crowdfunding is het niet
altijd per se nodig om internet en social media als middel om geld in te za-
melen te gebruiken. Via social media
is het vrij moeilijk om geld bij elkaar te
krijgen. Zeker voor maatschappelijke
projecten is de eigen gemeenschap
soms veel gemakkelijker te bereiken
via directe aanspraak. Laat mensen
meedenken en suggesties doen die
je direct kunt opnemen in je project,
men wordt dan ‘mede-eigenaar’.
(Denk ook aan een bedankje voor
zulke goede ideeën.)
Schat in wat je binnen de beoogde
gemeenschap kan verwachten als
opbrengst en maak een tijdplan wanneer je wat bereikt wilt hebben.
Een project van Crowdfunding loopt
circa 60 – 90 dagen, in die tijd moet je
het eindbedrag kunnen bereiken.
Perspectief voor Dorpsprojecten
Voor nieuwe initiatieven is Crowdfunding een mogelijkheid om eigen
initiatieven mogelijk te maken en voor
dorpsraden is dit zeker een mogelijkheid om cofinanciering te krijgen om
bijvoorbeeld voor Europese subsidies
in aanmerking te komen.
Een vervolg op deze bijeenkomst
met de verdere uitwerking van de
Crowdfunding Canvas is zeker aan
te bevelen en de VKKNB zal daarin
zeker weer samen met de Provincie
het initiatief daarvoor nemen.
Het was een succesvolle bijeenkomst
van BrabantLab, een vernieuwende
aanpak van zelfsturing op gebied van
leefbaarheid.
<<<
Wim van Lith
jaargang 11 - nummer 2 - juni 2014
Pinautomaat moet
behouden blijven
De laatste vijf jaar zijn in ons land
al duizend geldautomaten op het
platteland verdwenen. Straks is er
geen contant geld meer in de buurt
en moet er zelfs voor een frietje met,
gepind gaan worden. Als reden wordt
aangegeven een toenemend aantal
plofkraken en de kosten van een automaat. De vereniging kleine kernen
noord-brabant is van mening dat dit
geen juiste keuze is. Klanten verwachten dat de banken hun belangen
dienen op een maatschappelijk verantwoorde manier (zie boek ‘Heartful
banking’ van Owen de Vries). Niet
alleen naar de kosten kijken maar
ook naar de sociale opbrengst. Voor
klantbehoud en imago is het nodig
om te luisteren naar de wensen van
de klanten: een pinautomaat binnen
5 km van je huis.
Er zijn zomaar, zonder mededeling
vooraf, pinautomaten in de kernen
gesloten. Weggehaald zonder er over
te communiceren met de klanten.
Samen met de landelijke VKK hebben
we in Den Haag aan de bel getrokken.
Dit kan toch niet de bedoeling zijn?
Contant geld blijft nodig om de economie in de dorpen te laten draaien.
Als ruilmiddel om de klusjesman of
poetsvrouw te kunnen betalen of om
even bij de boerderij om de hoek
aardbeien of asperges te kopen. Je
doet dit niet meer als je eerst een half
uur in de auto moet gaan zitten om
ergens ver weg te pinnen. Dan ga je
ook meteen in die grote supermarkt
je boodschappen doen want dat is
wel zo efficiënt.
Of als je naar een verjaardag gaat
buiten het dorp en je wilt een streekjaargang 11 - nummer 2 - juni 2014
product als cadeau meenemen dan is
het wel handig als je dit contant kunt
afrekenen. Als er geen pinautomaat
meer is dan koop je ook je cadeau
verder weg waar je meteen contant
geld kunt pinnen. Het is slecht voor
de lokale middenstand als dit gebeurt
en ook als de detailhandel de extra
kosten krijgt van het pinnen van kleine
bedragen.
Het valt op dat langzaam alle voorzieningen in de dorpen aan het verdwijnen zijn. Dit moet stoppen. Het
is belangrijk dat het prettig wonen,
werken en leven blijft in een dorp. En
dat de toenemende vergrijzing er niet
voor gaat zorgen dat onze ouderen
straks geen voorzieningen meer in
de buurt hebben.
Daarnaast hoor je veel praten over
duurzaamheid. Het is in ieder geval
niet duurzaam om eerst in je auto
te stappen en dan 10 km te moeten
rijden om contant geld te kunnen
pinnen. Als argument wordt gebruikt
dat steeds meer mensen internetbankieren en pinnen in winkels en dat
daarom de pinautomaten niet meer
nodig zijn. We hebben het vermoeden
dat dit argument goed uitkomt omdat
verliesgevende pinautomaten in dunbevolkte gebieden de banken geld
kosten. Dat zijn dezelfde banken die
al die tijd veel geld hebben verdiend
aan die klanten en dat overigens nog
steeds doen.
Contant geld blijft nodig als bindmiddel in de maatschappij en gewoon
om een krant en een frietje te kunnen
afrekenen in de buurt. Dorpsraden
zijn creatief en er zijn gelukkig goede
voorbeelden waar de pinautomaat
is behouden in een multifunctionele
accommodatie of in de lokale buurtsuper. Te noemen zijn: Achtmaal,
Asten-Heusden en Biest-Houtakker.
Allemaal door samenwerking met
lokale banken tot stand gekomen.
De autoriteit consument en markt
heeft nu de weg vrijgemaakt voor
banken om te kunnen samenwerken
in de kleine kernen. Graag horen we
de ervaringen van onze dorpsraden.
Reacties zijn dan ook van harte
welkom.
<<<
Ingeborg Verschuuren
Voorzitter vereniging kleine kernen
noord-brabant
De Wooncarrousel in
Hilvarenbeek: Schot in de roos
De zaterdag 22 maart in Hilvarenbeek
gehouden WoonCarroussel, een bijeenkomst om kopers en verkopers
van woningen binnen de gemeente
Hilvarenbeek bij elkaar te brengen, is
enthousiast ontvangen. De hele dag
was het een komen en gaan van belangstellenden. Elckerlyc, het nieuwe
MCC, blijkt zich ook uitstekend te lenen voor een dergelijke manifestatie.
Al met al werden er enkele honderden
bezoekers geteld. De bijeenkomst
was vooral opgezet voor een ongedwongen ontmoeting van potentiele
kopers en verkopers. Want de verkopers van vandaag zijn weer de kopers
van morgen. Het wordt lente op de
woningmarkt en dat was te merken.
Alhoewel niet verwacht vielen er als
gevolg van deze manifestatie op de
zaterdagmiddag al de eerste kopers
te noteren.
Bijzonder van De WoonCarrousel
is ook dat particuliere verkopers en
kopers elkaar tijdens dit evenement
ontmoeten en zelfs meteen even mee
naar de woning kunnen gaan kijken.
Klein detail: Prominente taxichauffeurs hiervoor waren burgemeester
Ryan Palmen en wethouder Peer
Verkuijlen.
De Beekse makelaars en ontwikkelaars presenteerden op deze dag 180
woningen die te koop zijn. Huizenverkopers en -kopers worden letterlijk en
figuurlijk bij elkaar gebracht. Maar
ook belangrijk is dat de woningen die
in verkoop staan op een andere manier in beeld komen. Een interessant
en laagdrempelig initiatief onder het
motto ‘Niets doen is geen optie’. Mensen bij elkaar brengen die een woning
verkopen met mensen die iets zoeken
of mogelijk zelfs woningen ruilen, dat
is het doel. Een geslaagd initiatief dat
navolging verdient. Ik heb met plezier
dit initiatief mee uitgedragen en vorm
gegeven.
<<<
Ad van de Wouw
Zorgcoöperaties:
het doorzetten van een beweging
De rijksoverheid is de verzorgingsstaat aan het verbouwen. Een aantal heilige
huisjes zijn de afgelopen tijd omver gegaan. Denk aan alle hervormingen in
de zorg, maar ook op het terrein van pensioenen, ontslagrecht en wonen zijn
forse veranderingen doorgevoerd. En als de overheid de verzorgingsstaat zelf
niet verbouwt, vertimmeren de burgers de boel zelf wel. Het borrelt en het gist.
Groepen burgers nemen allerlei initiatieven: van zorg- en energiecoöperaties
tot autodeel-, zorgruil en glasvezelprojecten.
Doe-het-samen
Je zou kunnen spreken over een
‘doe-het-samen’-beweging. Burgers
kijken niet meer lijdzaam toe als ze
het ergens niet mee eens zijn of als
zij een tekort ervaren, maar gaan
zelf, of beter gezegd: samen, aan de
slag. Waar vroeger snel naar politiek
en bestuur werd gekeken om zaken
te organiseren, slaan burgers nu zelf
de handen ineen. Er ontstaan nieuwe
vormen van solidariteit.
Ik wil in dit artikel wat verder inzoomen op één van deze ontwikkelingen,
namelijk de opkomst van de zorgcoö-
peraties. De eerste zorgcoöperaties
ontstonden halverwege het vorige
decennium. De Zorgcoöperatie in
Hoogeloon is bijvoorbeeld in 2005
opgericht. Op dit moment zijn er
een aantal koploper-initiatieven uit
Zuidoost-Brabant verenigt in het
platform Zorgcoöperaties.
>>>
jaargang 11 - nummer 2 - juni 2014
>>>
Er zijn al veel nieuwe initiatieven gestart. Niet alleen in Brabant, maar op
veel plekken in Nederland. Ook zien
we dat in de steden de coöperatieve
initiatieven opkomen.
Grote diversiteit aan initiatieven
Ook al komen de zorgcoöperaties
voort uit dezelfde maatschappelijke
onderstroom (‘doe-het-samen’), de
verschijningsvorm is zeer divers.
Zorgcoöperaties sluiten heel goed
aan bij de lokale behoeften en bij
wat er lokaal al wordt georganiseerd.
De werkwijzen, het aanbod en de
juridische structuur verschillen sterk
tussen alle initiatieven, ook tussen de
zes koploper-initiatieven. Ook zie je
verschil tussen dorpse en stedelijke
initiatieven: de dorpscoöperaties organiseren sterk welzijn en voorzieningen rondom families heen; in steden
ligt de nadruk meer op het doorbreken
van de stedelijke anonimiteit en het
versterken van de sociale cohesie en
de onderlinge hulp.
Zorginitiatieven door burgercollectieven hebben een grotere kans om te
slagen, zo is mijn indruk, als ze heel
goed weten wat de dorps- of wijkbewoners willen. De zorgcoöperaties
moeten hun eigen agenda bepalen.
Die eigen agenda is erop gericht om
in lokale behoeften te voorzien, om
het dorp leefbaarder te maken etc. Als
burgercollectief moet je er waakzaam
op zijn niet in de rol terecht te komen
dat je de overheidsbezuinigingen aan
het opvangen bent.
Ondersteuning voor een beweging
Wat is er nodig om deze beweging
verder te helpen?
 Belangenbehartiging. De eerste
zorgcoöperaties hebben zich verenigd in een platform. Dat platform
wordt langzamerhand uitgebreid
met nieuwe initiatieven. Vanuit de
gezamenlijkheid is het makkelijker
om in gesprek te komen met ministeries, verzekeraars etc.
 Kennisdeling- en verspreiding.
Zorgcoöperaties zijn zeer bereid
om kennis te delen. Het platform
jaargang 11 - nummer 2 - juni 2014
Zorgcoöperaties, de
Verenigingen Kleine
Kernen in Brabant
en Limburg en de
provincies NoordBrabant en Limburg
werken samen aan
een verspreidingsstrategie. Ook is er
contact met initiatieven buiten Brabant.
In het verlengde van
kennisdeling ligt onderzoek; onderzoek
naar werkwijzen, principes en resultaten.
Dat is van belang om
verder ter werken aan
de versteviging van
zorgcoöperaties en om samenwerkingsafspraken te maken met
bijvoorbeeld gemeenten.
 Facilitering. Zorgcoöperaties zijn
vaak kleine organisaties. Door
samenwerking kunnen een aantal
facilitaire zaken wellicht wat makkelijker worden georganiseerd.
Denk bijvoorbeeld aan werkgeverschap, scholing voor professionals
en vrijwilligers, ledenadministratie
en eventueel zorgafspraken met
zorgverzekeraars. Met zorgverzekeraar CZ wordt hierover nagedacht.
 Ontregelen. Veel regelgeving is in
de afgelopen decennia tot stand
gekomen ten behoeve van de
professionele gezondheidszorg.
Nu burgers de verantwoordelijkheid terugnemen is het van belang
om te kijken of de regelgeving ook
lichter te maken, passend bij burgerinitiatieven.
In het afgelopen jaar heeft het platform
gesprekken gevoerd met de Ministeries van VWS en Binnenlandse Zaken, de Vereniging van Nederlandse
Gemeenten en onderzoeksfinancier
ZonMW. Het zou goed zijn, zo hebben
wij betoogd, als de rijksoverheid deze
burgerbeweging van zorgcoöperaties
ondersteunt en faciliteert. Die bereidheid is groeiende: het sluit aan bij de
ingezette hervormingen in de zorg.
Wat brengt de toekomst?
Voorlopig zie ik de olievlek met zorgcoöperaties en soortgelijke zorg- en
welzijnsinitiatieven alleen maar groter
worden. Tegelijkertijd zullen er ook
andere discussies gaan opspelen.
Rond de Wmo en de jeugdzorg wordt
al gediscussieerd of in Nederland
grote verschillen tussen gemeenten
worden geaccepteerd. Maar wat als
er flinke verschillen binnen een gemeente ontstaan, omdat in het ene
dorp wel een burgercollectief actief
is en in een andere wijk niet? Ook
zullen er altijd mensen zijn die weinig
aansluiting vinden bij de samenleving
en die ook bij coöperatieven wellicht
tussen wal en schip vallen.
Geen enkel ‘systeem’ is perfect.
Noch het oude waar de zorginstituties
domineren, noch het nieuwe waarin
burgers de verantwoordelijkheid en
zeggenschap over de zorg terugnemen. Het lokale/regionale zorgsysteem zal de komende jaren hybride zijn, waarbij de zorg zowel op
de oude als op de nieuwe manier
geschoeid zal zijn en waarbij de formele zorg en burgers beter met elkaar
zullen leren samenwerken.
<<<
Alexander van den Dungen,
beleidsadviseur Provinciale Raad
Gezondheid en adviseur van het
platform Zorgcoöperaties
Van vliegveld Seppe naar
International Airport Breda
Toen Arie van Campenhout op 28
augustus 1949 het Vliegveld Seppe
opende, uitsluitend voor zweefvliegtuigen, had hij niet kunnen
vermoeden dat het vliegveld 65 jaar
later zou worden omgedoopt tot:
International Airport Breda. “Deze
naam spreekt meer dan het aloude
bekende Vliegveld Seppe,” aldus
een van de huidige directeuren
Stef Have. “De naam Breda geeft
meer exposure en doet meer recht
aan onze plannen met het huidige
vliegveld. De naamsverandering is
één, maar hier blijft het niet bij.”
Vliegveld Seppe, in de Halderbergse
volksmond ook wel ‘Campi’ genoemd,
staat bekend als een toeristische
trekpleister eerste klas. Het is er
altijd druk, ’s zomers bij mooi weer,
zitten de terrassen afgeladen vol met
mensen, vooral senioren, die al dan
niet met hun fiets met trapondersteuning, genieten van de spectaculaire
beelden die de vele vliegtuigjes en
helikopters met zich meebrengen.
Ook veel papa’s en mama’s, opa’s
en oma’s al dan niet vergezeld van
(klein)kinderen, vechten om een stoel
of zitplaats om rustig te kijken naar de
vele ronkende vliegtuigjes. Dit alles
onder het genot van een ‘bakse’ kof-
fie, een glaasje fris en ’s zomers natuurlijk bergen ijs! Het is een lust voor
het oog en een aangename wijze om
even te ontspannen bij ‘International
Airport Breda’. What,s in a name!
Terugblik
Een korte terugblik op de geschiedenis. Het vliegveldje is geopend in
1949 en deed lange tijd uitsluitend
dienst als vliegveld voor zweefvliegtuigen. Later werden er ontzettend
veel reclamevluchten gevlogen, wat
spectaculaire beelden opleverde van
vliegtuigjes die hun reclamesleep
van een boven de grond gespannen
sleepkabel, met reclame, uit de lucht
pikte en later ook weer liet vallen.
Maar nu spreken we over juli 1961,
in dat jaar wordt vliegveld Seppe een
officieel luchtvaartterrein met de code
EHSE-HOEVEN/Seppe. Dit betekent
dat er ook motorvliegtuigen mogen
landen en opstijgen. In 1990 wordt
de bestaande grasbaan verlengd van
600 naar 830 meter. Dat niet iedereen blij was met de ontwikkelingen
rond het vliegveld leidde er onder
andere toe dat pas op 15 oktober
1996 de verlengde grasbaan officieel
in gebruik mocht worden genomen.
Maar de teerling was geworpen de
‘luchtvaart’ op Seppe steeg tot grote
hoogte. In 2002 kiest Seppe voor een
drastische aanpak van de nog steeds
onverharde start- en landingsbaan,
deze krijgt een asfaltbaan.
>>>
jaargang 11 - nummer 2 - juni 2014
>>>
In mei 2003 wordt dit besluit door de
beslissing van de Raad van State
definitief. We zijn er nog niet, per
één januari 2008 wordt N.V. Vliegveld
Seppe verkocht, geprivatiseerd, aan
Seppe Holding B.V. Het vliegveld
was tot deze datum eigendom van
dertien gemeenten en de Kamer van
Koophandel. De nieuwe naam wordt
dan: Seppe Airport NV.
Breda International Airport
Op 1 maart 2014 komt er voorlopig
een einde aan de naam Seppe als
naamgever van het vliegveld in Bosschenhoofd. De nieuwe naam wordt:
Breda International Airport. “Hiermee
komt de professionalisering en verzakelijking van het vliegveld óók in de
naam tot uiting,” aldus Stef Have. “Dat
neemt niet weg dat de naam ‘Seppe’
bewust terugkomt in ons nieuwe logo.
De huidige naam van het vliegveld
‘Breda’ had ook in relatie gebracht
kunnen worden met ‘Moerdijk’,” aldus
directeur Stef Have en daarin staat
hij zeker niet alleen.
Strategisch gelegen
Have verwacht veel van de ontwikkeling van Havenschap Moerdijk. Dit
internationaal havenschap is strategisch gelegen tussen de mainport
Rotterdam-Antwerpen. Mede hierdoor verwacht de huidige eigenaar
van Breda International Airport hier
ook de nodige graantjes van mee te
kunnen pikken. Volgens Stef Have
heeft de naam ‘Seppe’ landelijk niet
voldoende uitstraling, dit in tegenstelling tot de naam Breda. De stad
Breda, zeker hier in de grensstreek,
heeft een internationale uitstraling
met grote bedrijven en uitstekende
internationale verbindingen, zowel via
de weg als via het spoor. Breda International Airport sluit hier naadloos
bij aan. Daarnaast is er ook nog een
uitstekend restaurant, de ‘Cockpit’ ,
een vliegend museum, een jaarlijkse
Internationale vliegshow, een vliegschool en een helihaven, een tankstation voor vliegtuigen en opleidingsmogelijkheden tot piloot van onder
andere Cesna’s. Daarnaast is men
druk in de weer met het plaatsen van
gloednieuwe loodsen voor het stallen
van Cesna’s en ander vliegend materieel. “De kracht van ons vliegveld is
de kleinschaligheid in relatie met kwaliteit.” Tot slot wil Stef Have nog wel
gezegd hebben dat de medewerking
van de gemeente Halderberge zowel
wat bestuur als ambtenaren betreft,
uitstekend is. Ondanks de crisis ziet
Stef Have de toekomst van Breda
International Airport vol vertrouwen
tegemoet. Je zou haast denken: The
sky is the limit!
<<<
Marijke Timmermans &
Antoon Koevoets
Vierlingsbeek winnaar
Dorpenderby 2014
Vierlingsbeek is zaterdagavond 7 juni, tijdens de liveuitzending van Omroep Brabant in Oisterwijk, de winnaar geworden van de Dorpenderby
2014. Boekel werd tweede en Son behaalde de derde plaats.
Winnaar Vierlingsbeek won met hun
project ‘Symphonica in Sporto’
naast een grote beker, 25.000 euro.
Boekel verdiende 12.500 euro met
het project ‘SportBoeVenkar’ en
Son kreeg 7500 euro voor hun project
‘Meedoen’.
‘Symphonica in Sporto’ is een maandelijkse wedstrijd tussen twee verenigingen, die cultuur en sport vertegenwoordigen. Samen organiseren
ze een beweegactiviteit. Met een
beweegmeter wordt gemeten hoeveel
beweegactiviteiten er zijn geweest.
Coach was InekeSchellekens.
Boekel heeft een idee van vier schojaargang 11 - nummer 2 - juni 2014
len uitgewerkt. De ‘SportBoeVenkar’
is een bakfiets gevuld met allerlei
soorten spelmateriaal, zoals bokshandschoenen, badmintonrackets en
frisbees. Buurtverenigingen, scholen,
verjaardagfeestjes, het zorgcentrum
en sportverengingen kunnen er gebruik van maken. Coach was Yuri
van Gelder.
‘Meedoen’ was het project van Son
voor bijzondere kinderen die buiten het
dorp naar school gaan. De intentie is
mee te laten doen met dorpse activiteiten, zodat deze kinderen aansluiting
krijgen met kinderen uit eigen dorp.
Coach was Laura de Vaan.
<<<
Infopunt leefbaarheid West-Brabant
Vergrijzing, ontgroening en arbeidsmigratie hebben hun
invloed op de leefbaarheid in dorpen en wijken. Hoe
zorgt u ervoor dat het goed gaat met de leefbaarheid?
De Regio West-Brabant (RWB) helpt u daarbij. Ze werkt
hiervoor nauw samen met de West-Brabantse streeknetwerken, met de vereniging kleine kernen noordbrabant en met de provincie Noord-Brabant. Dat kan
op verschillende manieren, door initiatiefnemers verder
te helpen met bijvoorbeeld advies over ervaring van
andere partijen bij leefbaarheidsprojecten. Ook biedt de
RWB ondersteuning bij het verbinden van partijen en bij
het verspreiden van kennis. Kortom, informatie wordt
via het infopunt leefbaarheid aangeboden, gedeeld en
verkregen en fungeert als eerste aanspreekpunt voor
de regio voor leefbaarheidsinitiatieven.
Initiatief aanmelden
Ziet u kansen en oplossingen in het
kader van leefbaarheid in de regio
West-Brabant? Kom dan in actie en
ga samen met ondernemers, bewoners, maatschappelijke organisaties,
onderwijs of overheid aan de slag!
Heeft u behoefte aan ondersteuning
om bijvoorbeeld uw idee verder uit
te werken? Hiervoor organiseert
de RWB spreekuren in samenwerking met vertegenwoordigers van
de streeknetwerken, de Vereniging
Kleine Kernen Noord-Brabant en de
provincie Noord-Brabant.
Contact via Informatiemakelaar
Voor het aanmelden van uw initiatief
of het aanmelden voor de spreekuren
kunt u contact opnemen met het
infopunt leefbaarheid West-Brabant
via Heleen van Exsel. Zij is het eerste aanspreekpunt voor de regio op
gebied van leefbaarheid en vervult
een verbindende rol voor leefbaarheidsinitiatieven. Voor alle betrokken partijen, waaronder ook burgers
is zij benaderbaar. Heleen biedt
ondersteuning aan lokale en (sub-)
regionale leefbaarheidsinitiatieven
en opereert in een netwerk waarin
kennis, informatie en best practices
gedeeld worden. Hierbij is nauw
contact met de streeknetwerken in
West-Brabant en met de Vereniging
Kleine Kernen.
Projectideeën kunnen via het infopunt leefbaarheid West-Brabant worden
versterkt. Heleen van Exsel is via e-mail: [email protected]
te bereiken. Telefoonnummer: 076-5027219.
Website infopunt: http://leefbaarheid.west-brabant.eu
Het infopunt leefbaarheid is sinds november 2013 operationeel.
<<<
Spreekuren zijn op de volgende data:











woensdag 25 juni
woensdag 09 juli
woensdag 23 juli
woensdag 06 augustus
woensdag 20 augustus
woensdag 03 september
woensdag 15 oktober
woensdag 29 oktober
woensdag 12 november
woensdag 26 november
woensdag 10 december
Infopunt leefbaarheid:
Regio West Brabant
(2e verdieping ROC-gebouw)
Trivium 76
Etten-Leur
IDOP’s
Kijk voor een actueel overzicht van IDOP’s in de
provincie Noord-Brabant op de website van de VKKNB
jaargang 11 - nummer 2 - juni 2014
Verdiepingsslag
overheidsparticipatie iets voor uw gemeente?
U heeft het ongetwijfeld gemerkt:
de participatiemaatschappij wordt
door gemeenten erg serieus genomen. Natuurlijk is uw gemeente
druk bezig met alle veranderingen
die plaatsvinden in de zorg. Maar
de meest gemeenten willen tegelijkertijd ook een moderniseringsslag maken. Ze willen intensiever
samenwerken met buurgemeenten
en met instellingen, ze willen moderner werken en ze willen meer
verantwoordelijkheid geven aan
bewoners.
Over dat laatste (samenwerken met
bewoners) schrijven gemeenten
mooie visies. In het coalitieakkoord
van uw gemeente staat het vast ook
genoemd – en waarschijnlijk met veel
nadruk. Alle gemeenten zien immers
graag dat er allerlei initiatieven in de
samenleving ontstaan en dan willen
zij ook daaraan meedoen (overheidsparticipatie).
De kunst is natuurlijk om het niet bij
mooie woorden te laten, maar het ook
in praktijk te brengen. En daar worstelen de meeste gemeenten mee,
wellicht uw gemeente ook.
Samenwerking met bewoners
De meeste gemeenten worstelen
met hun nieuwe rol. Wat kunnen wij
overlaten aan inwoners en wat moeten wij zelf blijven aansturen? Een
worsteling, waar bewoners en bewonersorganisatie dus ook de gevolgen
van merken! Wat vragen ambtenaren
en bestuurders zich zoal af?
Als we verantwoordelijkheid geven
aan de inwoners, krijgen dan niet
alleen de mondige burgers hun zin
en sneeuwen de minder mondige
jaargang 11 - nummer 2 - juni 2014
burgers dan niet onder? Hebben
de inwoners ook wel oog voor het
algemeen belang of zijn ze vooral
bezig met hun eigen belang? Vertegenwoordigen initiatiefnemers wel
een voldoende grote groep? Moet
de gemeente haar eigen beleid aan
de kant schuiven als bewoners dat
willen? Kan de democratisch gekozen
gemeenteraad nog wel eerlijk een
besluit nemen over een initiatief als
daar al door de betrokkenen keuzes
in zijn gemaakt? Moeten wij wel of
niet iets doen als initiatieven spaak
dreigen te lopen?
Terechte vragen en ook vragen waar
niet zo maar even een antwoord op
is te geven. Vragen, die eigenlijk alleen in de praktijk beantwoord kunnen
worden, in de samenwerking tussen
gemeente, dorpsraden, buurtbewoners en initiatiefnemers.
Verdiepingsslag
Daarover gaat de Verdiepingsslag
Overheidsparticipatie. De verdiepingsslag, ontwikkeld op initiatief
van het Ministerie van Binnenlandse
Zaken door specialisten in burgerparticipatie en veranderkunde van
de Vereniging van Kleine Kernen,
Bureau Balg en Kracht in Nederland,
bestaat uit twee workshops voor
gemeenteambtenaren of voor college- en raadsleden. In die workshops
bespreken de ambtenaren of bestuurders onderling wat hun ervaringen zijn
met bewoners, dorpsraden en bewonersinitiatieven en wat ze daaruit
kunnen leren. Maar ook bespreken ze
hoe ver ze willen gaan in die samenwerking met bewoners. En wat hun
houding en gedrag moet zijn.
Zo worden gemeenten geholpen:
enerzijds door goed te kijken naar
hun huidige houding en gedrag,
anderzijds door eerlijk onderling te
bespreken wat ze daarin willen veranderen.
Voor sommige ambtenaren of bestuurders is het best wel even slikken
om te merken, dat ze het wel mooi
opschrijven, maar dat ze het in de
praktijk nog niet zo toepassen.
Anderen worden juist gestimuleerd
als ze merken, dat er veel collega’s
zijn die dezelfde ambities hebben.
En alle deelnemers erkennen, dat
ze zich veel meer bewust zijn van de
stappen, die ze als persoon en als
organisatie nog moeten maken om
de participatiemaatschappij ook in
hun gemeente werkelijkheid te laten
worden. Dat is precies de bedoeling
van het ministerie van BZK, namelijk
dat alle gemeenten zich goed realiseren wat ze nu al doen in de praktijk,
samen met bewoners en wat ze nog
meer kunnen doen.
Wat denkt u? Kan de samenwerking
met uw gemeente nog wel wat beter?
Zou uw gemeente zo’n verdiepingsslag best kunnen gebruiken? Laat
het ons weten, dan nemen we contact met u op. Dan kunnen wij met u
bespreken hoe wij ook uw gemeente
een stap kunnen laten zetten in
de goede richting, naar een betere
samenwerking met bewoners en bewonersorganisaties.
<<<
Anton Vlaanderen, Bureau Balg
E: [email protected]).
T: 06 – 2358 7651
Paul Basset, Kracht in Nederland.
E: [email protected]
Ontmoetingen aan de keukentafel
Op uitnodiging van de vereniging kleine kernen noord-brabant (VKKNB) kwamen de dorpsraden en stadsraad van Steenbergen, plus de
dorpsplatforms Woensdrecht begin april bij elkaar in de MFA Siemburg
te Kruisland. Dit om onderling informatie uit te wisselen en zo mogelijk
inbreng te leveren voor het werkplan 2015 van VKKNB. Bert van Kesteren
zat namens VKKNB de avond voor, met naast hem ondergetekende. Alle
raden hebben een reactie gegeven op wat zij tot op heden gerealiseerd
hebben en welke actualiteiten er spelen. Zo bleek dat er dorpsspecifieke
belangen behartigd zijn en worden, maar dat zeker ook overlap te vinden
is op actuele hoofdthema’s.
Inventarisatie van behoeften
Voor het gebied West-Brabant spelen
zorg (behoeften en invulling), sluiting
van kerken, dreigende sluiting van
zwembaden, inrichting van de openbare ruimte (van ommetjes tot de A4),
openbaar vervoer en planontwikkeling
van centrumfuncties en culturele- of
zorgvoorzieningen een rol. Er kwam
duidelijk naar voren dat de dorpsraden structureel overleg met hun
gemeentebestuur en nauw contact
met ambtenaren belangrijk vinden.
Dorpsraden en burgers weten, in
samenwerking met andere partijen,
eigen initiatieven te realiseren om de
leefbaarheid op peil te houden. Meerdere dorpsraden zijn doende of gaan
aan de slag met inventarisatie van
behoeften in het dorp op het gebied
van wonen, zorg en welzijn. In de kernen van Woensdrecht en Dinteloord
is op dit vlak samenwerking met
derden geformaliseerd. In Kruisland
gebeurt de huidige inventarisatie van
behoeften op het gebied van wonen,
zorg en welzijn met de dorpsraad
van Heerle, dat onder de gemeente
Roosendaal valt en het PON. Heerle
heeft dit proces al eerder doorlopen.
Waardering voor kennisdeling spreekt
hieruit. Welberg wil zich richten op
de centrumontwikkeling in relatie tot
sluiting van de kerk en het nieuw te
ontwerpen bestemmingsplan Kom
Welberg. Het wordt als een positieve ontwikkeling ervaren om als
dorpsraad een plaats te hebben in
platforms die aan grote(re) ontwikkelingen opgetuigd worden.
10
Inspelen op burgerinitiatieven
Gemeenten, zowel bestuurders als
ambtenaren, moeten leren inspelen
op burgerinitiatieven: meedenken en
niet tegenwerken. Overigens ook een
veel gehoorde kreet vanuit het bedrijfsleven. Burgers komen met eigen
initiatieven en weten die met vereende kracht om te zetten in resultaten. In
West-Brabant spreken de gemeenten
in dit kader ‘van burgerparticipatie
naar overheidsparticipatie’. Wanneer
gemeenten gaan loslaten dan zal ook
de zeggenschap losgelaten moeten
worden. Onderlinge communicatie is
hierbij een wezenlijk aspect, zo werd
tijdens de avond uitgesproken.
Netwerk duurzame dorpen
Behoefte aan uitwisseling van projecten en initiatieven kwam als aspect
naar voren en als voorbeeld daarbij
is het netwerk duurzame dorpen
genoemd. Dit digitale netwerk kan
gevuld worden met gerealiseerde initiatieven waar een ander zijn voordeel
mee kan doen.
Kijkt u maar eens op www.netwerkduurzamedorpen.nl, profiteer en laat
anderen profiteren van uw initiatief
en kennis!
Al bij al een geslaagd keukentafelgesprek en een vervolg zal gewaardeerd worden.
<<<
Hanneke Neutkens
bestuurslid VKKNB
Brabantse
Kempentrofee 2014
Op zaterdag 8 november wordt in
Bergeijk de jaarlijkse Brabantse Kempentrofee uitgereikt. Een bijzondere
waardering voor bedrijven, organisaties of personen die bijdragen aan
een vitale Kempische regio. Met de
uitreiking van de Kempentrofee wil
het Streekplatform, hèt samenwerkingsverband in De Brabantse Kempen, projecten en initiatieven onder
de aandacht brengen die zich onderscheiden door hun vernieuwende
aanpak of samenwerking.
Bedrijven, organisaties of personen
die zich afgelopen jaar verdienstelijk
hebben gemaakt door een bijzonder
project, product of initiatief kunt u voordragen voor de Kempentrofee 2014.
Nomineren kan tot 15 september!
Uit alle genomineerden kiest een
vakkundige jury vijf kandidaten. Door
een publiekstemming zal uiteindelijk
één winnaar worden gekozen. Alle
informatie en voordrachtformulier
staan op: www.brabantsekempen.
eu/435/kempentrofee.
<<<
jaargang 11 - nummer 2 - juni 2014
‘Tekortkomingen in het
gemeenschapsleven’
Begin april nam gedeputeerde
Brigite van Haaften de handreiking
‘Tekortkomingen in het gemeenschapsleven’ in ontvangst. Deze
handreiking moet sociaal isolement in kleine dorpen tegengaan.
Bruikbaar in elk dorp
“Wat mij aanspreekt, is de praktische
aanpak in de dorpen. Jullie gebruiken
de kennis in het dorp, vormen een
netwerk en pakken samen sociale
uitsluiting aan”, zegt Ton Schepens,
bestuurslid van de vereniging kleine
kernen noord-brabant (VVKNB). “Zo
ken ik de kernen ook: geen praatcircus, maar de daad bij het woord. Het
mooie van de vier pilots is dat ze verschillende uitkomsten hadden. Maar
de methode was overal hetzelfde. Ik
ben ervan overtuigd dat deze handreiking in elk dorp én in elke stadswijk
bruikbaar is”, aldus Schepens.
‘Wij kunnen daarbij helpen, maar
onze rol is bewust bescheiden. Het
plan van aanpak moet niet van bovenaf worden bedacht. Het zijn de
bewoners zelf die het moeten doen.
Praktisch en van onderop: dat is de
enige begaanbare weg.’
De methode
Hierin smeden leden van de dorps- of
wijkraad en sleutelfiguren op basis
van de ontdekkingen een concreet
plan met actiepunten.
Zo betrekt Budel Dorp nieuwe bewoners meer bij het dorp. Er komt
een bord in de tuin (‘Welkom in onze
buurt’) en ze krijgen een welkomstpakket met informatie over het dorp.
En in Maarheeze gaan ze zorgvragen
behandelen in een nieuw dorpssteunpunt.
Bescheiden rol provincie
Nadat ze de handreiking in ontvangst
had genomen, dacht gedeputeerde
Van Haaften direct mee over manieren om hem breed te verspreiden
en over de rol van de provincie en
gemeenten daarbij.
jaargang 11 - nummer 2 - juni 2014
11
Jongerennummer van de Kleine Kernen Krant in de maak
Oproep * Denk mee * Doe mee *
Aan dorpsraden en leefbaarheidsgroepen van Noord-Brabant
De redactie van de Kleine Kernen
Krant is samen met de VKKNB bezig met de voorbereidingen voor het
uitbrengen van een jongerennummer.
Dat nummer willen we in het najaar
van de persen laten rollen. Een nummer dus vooral vóór en dóór jongeren.
Met leuk nieuws, met minder leuk
nieuws. Kortom met artikelen die de
jongeren aanspreken en waarmee
iedereen zijn voordeel kan doen. We
willen daarom ook van dit nummer net als dat van het zorgnummer - een
nummer maken dat er toe doet en
KERNKRACHT is een uitgave
van de vereniging kleine kernen
noord-brabant en komt tot stand
met financiële ondersteuning
van de provincie Noord-Brabant.
Met bijdragen van:
Paul Basset
Antoon Koevoets
Wim van Lith
Marijke Timmermans
Ingeborg Verschuuren
Anton Vlaanderen
Regio West-Brabant
Ad van de Wouw
Redactie:
Antoon Koevoets
Wim van Lith
Hanneke Neutkens
Tim Niessen
Wilma Numans
Hans Ursem
Realisatie:
Ursem Communicatie
vereniging kleine kernen
noord-brabant
Spoorlaan 444
Postbus 3078
5038 CH TILBURG
T: (013) 583 99 93
E: [email protected]
W: vkknoordbrabant.nl
F: facebook.com/VKKNB
12
massaal verspreid gaat worden over
de provincie Noord-Brabant. Daarnaast zal er een speciale website worden ingericht met alle informatie voor
de jongeren en belanghebbenden.
Via Facebook, via de dorpsraden,
leefbaarheidsgroepen en wijkraden
doen we een oproep voor input, behoefte aan informatie et cetera.
Doe mee, denk mee! Heb je nieuws
of interesse om mee te werken aan
dit speciale nummer? Stuur een mail
naar de redactie: [email protected]. We nemen dan contact
met je op.
Redactie Kleine Kernen Krant
WiSH Outdoor wint
Peeltrofee 2014
De organisatie van WiSH Outdoor
uit Beek en Donk heeft de Peeltrofee 2014 gewonnen. Het festival
krijgt die eer omdat dit project volgens de jury ‘laat zien dat met eigen
initiatief en inzet van bewoners iets
groots kan worden gerealiseerd:
een festival van nationale allure.’
“Jongeren die ontevreden waren met
het aanbod in de regio hebben de
handen ineen geslagen en hebben
met oog voor de omgeving een eigen
festival van de grond getild.” En dat
Yves De Boer, gebiedsgedeputeerde voor
De Peel, reikte de prijs uit.
wordt nu beloond. “Niet afwachten
of kijken naar anderen, maar zelf het
voortouw nemen! Er is samenwerking gezocht met vele (vrijwilligers)
organisaties die het festival mede
mogelijk maken maar daarmee ook
hun eigen kas spekken. Het project
vergroot de leefbaarheid en cohesie
in de dorpen. De jongeren laten zien
wat ondernemerschap is waardoor
nieuwe werkgelegenheid ontstaat.
Kortom een project dat laat zien waar
burgerinitiatief toe kan leiden.” <<<
jaargang 11 - nummer 2 - juni 2014