Klik hier.

Van Kantongerecht naar Marktgebouw
OMMEN - Nog even en dan wordt het nieuwe Marktgebouw in Ommen geopend. Een restaurant
(Het Gerecht) , een bank (Rabobank) en een warenhuis (Action) worden de nieuwe bewoners van dit
imposante gebouw. Een vergelijking van het nieuwe Marktgebouw met het vroegere Kantongerecht,
zoals door sommige wordt gedaan, gaat mank. Dat bewijzen foto’s van vroeger. Het oude
kantongerecht was veel kleiner. Bovendien staat het nieuwe gebouw dichter op de bestaande
bebouwing. Het vroegere kantongerecht stond meer in zuidwestelijke richting van de Markt.
Overigens is de naam van het nieuw te vestigen restaurant: “Het Gerecht” als verwijzing naar het
oude Kantongerecht leuk bedacht.
Ommen in tweeën
Het voormalige Kantongerecht moest in 1970 wijken voor de aanleg van een nieuwe verkeersweg
over de markt, die Ommen radicaal in tweeën sneed. Dit in combinatie met de bouw van een nieuwe
Vechtbrug. De oude weg lag dichter aan de Vecht en liep aan de zuidkant van het toenmalige
gemeentehuis. De eerste huizen aan de Brugstraat werden toen afgebroken om het verkeer toegang
te geven naar de nieuwe brug. De nieuwe weg kwam aan de noordkant van het gemeentehuis te
liggen. Daardoor belandde het gemeentehuis op een eiland.
Het Kantongerecht verloor zijn functie in 1933. Tot aan de sloop zijn verschillende Rijksdiensten in
het gebouw ondergebracht geweest. Dit waren onder andere het Arbeidsbureau, het kantoor van de
Plaatselijke Bureauhouder voor de Dienst Uitvoering Landbouwmaatregelen, Staatsbosbeheer en
kantoor Dienstgeleider van de Inspectie van de Invoerrechten en Accijnzen. De bovenverdieping is
geheel in gebruik geweest bij de Ontvanger der Rijksbelastingen en Accijnzen. De familie Van
Driessen, bewoonde een deel van het pand omdat de heer Driessen als conciërge aan het gebouw
verbonden was.
Markt
Het kantongerecht Ommen was van 1838 tot en met 1933 een van de kantongerechten in
Nederland. In 1882 betrokken de kantonrechter en zijn griffie een eigen onderkomen aan de Markt.
Daarvoor hield men zitting in de raadzaal van het gemeentehuis. Tot 1877 viel het kantongerecht
Ommen onder het arrondissement Deventer, daarna onder Zwolle. Tot de werkzaamheden van het
Kantongerecht behoorden onder andere huren en pachten, schulden, arbeidszaken, overtredingen
en familiezaken zoals de regeling van voogdij bij minderjarigen en machtiging minderjarigen voor
verkoop van onroerend goed. Op de laatste zitting in 1933 werd recht gesproken door kantonrechter
baron J.P.A. Mulert, bijgestaan door griffier mr. L.J.A. du Quesne van Bruchem en ambtenaar
openbaar ministerie N.Lever. Deurwaarder van het kantongerecht was toen J.Lameijer en bij
ongeregeldheden trad M.Eelman op als majoor van de rijksveldwacht.
Zoals gemeld was het Kantongerecht eerst in het gemeentehuis van Ommen gevestigd. De huur van
het kantongerecht in het gemeentehuis is door de gemeente opgezegd bij brief van 6 september
1879, omdat men de ruimte zelf nodig had. Omdat de gemeente geen andere ruimte te huur had,
besloot de minister tot nieuwbouw. De gemeente stelde in februari 1881 kosteloos een terrein aan
de Markt beschikbaar aan Justitie. Het bestek en de voorwaarden van aanbesteding werden op 5
februari 1881 goedgekeurd en de gunning vond plaats op 28 maart 1881 voor 13.100 gulden. Het
gebouw is op 13 juni 1882 in gebruik genomen. Het ontwerp is, evenals dat van het kantongerecht
Hilversum, gebaseerd op het standaardontwerp van Allard Pierson uit 1860.
Het kantongerecht in Ommen was de opvolger van de vrederechter die in 1810 zijn intrede had
gedaan. Na de Franse tijd wilde de nieuwe Nederlandse staat een eigen rechterlijke indeling
invoeren. Pas in 1828 was de wet hiervoor gereed, die echter vanwege de Belgische Opstand niet
werd ingevoerd. Het duurde uiteindelijk tot 1838 voordat het kantongerecht daadwerkelijk een feit
werd. Ommen werd daarbij het tweede kanton van het arrondissement Deventer. Het omvatte de
gemeenten: Stad Ommen, Ambt Ommen, Den Ham, Gramsbergen, Stad Hardenberg en Ambt
Hardenberg.
In 1877 werd het aantal rechtbanken en het aantal kantongerechten fors ingekrompen. In Overijssel
verdween de rechtbank Deventer en de kantons Vollenhove. Raalte, Delden, Oldenzaal en
Ootmarsum. Voor Ommen wijzigde er maar weinig. Het kanton Ommen bleef ongewijzigd, het werd
nu ingedeeld bij het arrondissement Zwolle, als het vierde kanton.
Opheffing
In 1932 volgde opnieuw een bezuiniging met als gevolg een herindeling en opheffing van het
kantongerecht in Ommen. Het gemeentebestuur van Ommen heeft toen nog fel geprotesteerd bij de
Minister van Justitie om sluiting te voor komen. De burgers zouden een grotere afstand moeten
afleggen als ze voor zaken naar Zwolle moesten. De zes gemeenten die onder kantongerecht Ommen
resulteren (Ommen, Avereest, Gramsbergen, Den Ham, Stad-Hardenberg en Ambt-Hardenberg)
hebben gezamenlijk een oppervlakte van bijna 55.000 hectare. “De Gemeente Ommen is voor deze
gemeenten zeer gunstig gelegen, terwijl bezoeken aan het Kantongerecht te Ommen, waar op den
dag der zitting weekmarkt wordt gehouden, thans veelal met marktzaken kunnen worden
gecombineerd. De schade en het tijdverlies wordt hierdoor aanmerkelijk minder, terwijl voorts op de
marktdagen buiten den trein over onderscheiden vervoermiddelen wordt beschikt, waardoor de reis
naar en van het Kantongerecht zeer wordt vergemakkelijkt en minder kostbaar is. Straks zullen deze
personen veel grootere en vaak veel moeilijker reizen moeten afleggen om aan hun verplichtingen te
kunnen voldoen”, aldus de protestbrief van 20 september 1932 van de gemeente aan de Minister
van Justitie.
In 1931 werden 940 strafzaken behandeld en 50 voogdijbenoemingen en 70 verzoekschriften
behandeld van minderjarigen voor verkoop van vastgoed. Waarmee volgens het gemeentebestuur
het bestaansrecht voldoende was bewezen. Ook het feit dat de Kantonrechter met de plaatselijke
omstandigheden bekend is werd van groot belang geacht. “Het bekend zijn met zeden en gewoonten
der bevolking vormt een niet te onderschatten bestanddeel bij de beoordeling der feiten welke aan
een uitspraak voorafgaan”, aldus burgemeester en wethouders van Ommen. “Juist nu de opheffing
aanhangig is, komt de Crisispachtwet, welke minsten tot 1936 zal voortduren en waarvoor reeds
meer dan 50 zaken voor het Kantongerecht aanhangig zijn”. Mocht de Minister anders besluiten, dan
was het dringend verzoek van het gemeentebestuur van Ommen aan de Minister om het gebouw te
bestemmen voor de vestiging van een afdeling van de Belastingdienst, zoals de Registratie of Directe
Belastingen. Bij de tweede herindeling in 1933, werd ondanks het protest het Kantongerecht Ommen
toch opgeheven. Maar de protestbrief werd gedeeltelijk ingewilligd doordat het leegkomend
gebouw, overeenkomstig de wens van de gemeente, de functie kreeg van belastingkantoor.
Harry Woertink
Het nieuwe Marktgebouw
Gezien vanaf de Voorbrug
Het Marktgebouw vanaf de Zwolseweg
Impressie van het Marktgebouw
Kantongerecht met rechts muziektent
Nostalgisch plaatje van het oude Kantongerecht
Het gebouw kwam in 1882 gereed en werd in 1970 afgebroken voor de verkeersweg. Hier is goed te
zien waar het stond ten opzichte van de muziektent
Achterkant oude Kantongerecht met opslagruimte van de gemeente Ommen
Achterzijde Kantongerecht met weide
Hoogwater op de Markt in 1946
De sloop in 1970
In 1933 werd het Kantongerecht opgeheven. De laatste zitting, van links naar rechts: N.Lever,
ambtenaar openbaar ministerie; mr. J.P.A. baron Mulert, kantonrechter; mr. L.J.A. du Quesne van
Bruchem, griffier; J. Lameijer, deurwaarder en M.Eelman, majoor der rijksveldwacht
Belastingambtenaren: achter: Kees Gaasbeek, Jennie Vowinkel en Marietje Luttekes
Voor: Andries Sierink, Pieter Pont en Jan van Dam