Portfolio Jaap Schuurman

Achtergrondverhaal
Nederland wil de handel in palmolie volledig verduurzamen.
Een keurmerk moet het kaf van het koren scheiden.
Maar hoe effectief is dit keurmerk?
TEKST JAAP SCHUURMAN FOTO JAAP SCHUURMAN & RSPO
Hoe duurzaam is
duurzame palmolie?
Het geeft smaak aan de chocoladereep en structuur aan de mayonaise.
Palmolie. De meest gebruikte plantaardige olie ter wereld. Chips, shampoo,
snoepgoed, lippenstift, waspoeder, in
elke afdeling van de supermarkt zijn
wel sporen van palmolie te vinden.
Indonesië is hoofdleverancier. Het land
neemt tachtig procent van de wereldhandel in palmolie voor zijn rekening.
Indonesië is strategisch gelegen, heeft
het juiste klimaat en is uitgestrekt. Een
walhalla voor investeerders. Dit jaar
exporteert het land 22.000 megaton
palmolie. Ter vergelijking: In 2004 lag
de jaarproductie nog op 9.600 megaton.
En met het toenemende gebruik van
biobrandstoffen zal ook de vraag naar
palmolie alleen maar toenemen.
Deze groei heeft een prijs. Regenwoud
wordt gekapt om ruimte te maken
voor plantages en er ontstaan sociale spanningen doordat de winst van
palmolie niet eerlijk wordt verdeeld.
Om de productie te verduurzamen is
in 2004 de zogeheten Ronde Tafel over
Duurzame Palmolie (RSPO) opgericht,
een overlegorgaan van producenten,
1 Jaap Schuurman - www.jaapschuurman.nl - juli 2014
Ngo’s en overheden. Ook Nederland
neemt deel aan dit overleg. In december 2013, tijdens de handelsmissie van
premier Rutte, maakte Nederland zelfs
de afspraak met Indonesië om alle nietduurzaam geproduceerde palmolie op
termijn te weren. Economische groei in
combinatie met een eerlijke verdeling
van de winst is het streven. De samenwerking moet aantasting van natuur
voorkomen en de inkomenspositie
van ruim twee miljoen Indonesische
palmolieboeren verbeteren.
Eerlijke prijs
Mansuetus Darto is voorzitter van
SPKS, de Indonesische vereniging van
zelfstandige palmolieboeren. Leden van
deze organisatie bezitten minder dan
25 hectare land en worden daarom tot
de smallholders gerekend. Darto erkent
de goede motieven van RSPO, maar is
kritisch over de praktische uitwerking
van de richtlijnen. “Inderdaad worden bedrijven die duurzaam willen
produceren door RSPO gedwongen
om boeren een eerlijke prijs te betalen. Maar die prijs wordt bepaald in
Jaap Schuurman - www.jaapschuurman.nl - juli 2014
overleg met de Indonesische overheid.
De smallholders worden niet betrokken bij dit overleg. Een palmolieboer
verdient gemiddeld 1,25 dollar per dag.
De overheid vindt dat genoeg.” Volgens
Darto verzwakken de richtlijnen van
RSPO juist de inkomenspositie van
zelfstandige boeren. Volgens hem kunnen bedrijven zich achter dit keurmerk
verschuilen zonder zich druk te hoeven
maken over hun sociale verantwoordelijkheid. Darto: “Een écht eerlijke
prijs ontstaat in overleg met de boeren.
Op dit moment gaat RSPO niet over
duurzaamheid, maar over het al dan
niet verkrijgen van een keurmerk.”
Johan Verburg, palmolie-expert
voor Oxfam Novib, geeft toe dat het
effect van RSPO op van het inkomen
van zelfstandige boeren lastig te meten
is. “De prijs van palmolie hangt af van
de mondiale markt. Op basis daarvan
wordt door een comité van overheid,
bedrijven en een vertegenwoordiger
voor de smallholders bepaald wat de
boeren krijgen. Je kunt je afvragen
hoeveel invloed zelfstandige boeren
hebben op de hoogte van deze prijs.
2
Maar wat ons betreft is het effectiever om iets doen aan de productiviteit dan aan de prijs. De prijs van
palmolie is afhankelijk van externe
factoren. Over de opbrengst van het
land heb je als boer veel meer invloed.
Daarom is het goed om smallholders
te stimuleren op hun eigen grond beter
te produceren. RSPO kan zorg dragen
voor goede materialen en voorlichting.
Fair-trade modellen zijn niet overal
Mansuetus Darto, SPKS
‘Een écht eerlijke prijs
ontstaat in overleg met
de boeren’
toepasbaar.”
Duurzame landbouw
Op een aantal plekken is RSPO al actief
met het organiseren van cursussen op
het gebied van duurzame landbouw.
Ook Nederland doet hier sinds kort
aan mee via het Initiatie Duurzame
Handel, een samenwerkingsverband
tussen de Nederlandse overheid en
zelfstandige boeren in Indonesië.
Het eerste pilotproject wordt op dit
moment uitgevoerd op Kalimantan
en moet een hogere opbrengst opleveren zonder concessies te vergroten.
Landbouwgrond heeft zo zijn prijs.
Volgens Greenpeace verloor Indonesië
in de afgelopen vijftig jaar maar liefs
64 miljoen hectare tropisch regenwoud
(omgerekend bijna 19 maal het oppervlakte van Nederland) voor de productie van papier, cacao en palmolie. Nog
steeds verdwijnt jaarlijks bijna 4 miljoen hectare, voor een deel ten behoeve
van de aanleg van plantages door grote
palmoliebedrijven. Een criterium van
RSPO is dat nieuwe plantages niet mogen worden aangelegd op landbouwgrond die is vrijgekomen door recente
ontbossing, maar volgens Zenzi Suhadi
van de Indonesische milieudefensie
trekken niet alle gecertificeerde bedrijven zich hier iets van aan. “De meeste
bedrijven bezitten meerdere plantages.
Een palmolieproducent wordt door
RSPO als geheel gecertificeerd op
basis van één modelplantage. Zolang
het bedrijf zich op die modelplantage
netjes gedraagt kan het op andere
plantages ongestoord zijn gang gaan.
Controlerende instanties in Indonesië
zijn relatief zwak. De richtlijnen van
RSPO hebben hier weinig effect.”
Op Sumatra ontstond vorig jaar
een conflict tussen duurzame palm-
olieproducent Wilmar en inwoners
van de provincie Jambi. Om de plantage uit te kunnen breiden werd een
aantal huizen vernield. Toen Wilmar
hierop juridisch werd aangeklaagd
verkocht het bedrijf de plantage aan
het ongecertificeerde Asiatic Persada,
een palmolieproducent die in maart
van dit jaar in het nieuws kwam met
berichten over gewelddadige intimidatie van dorpsbewoners. “Natuurlijk
kun je RSPO niet verantwoordelijk
houden voor het conflict in Jambi”,
zegt Suhadi. “Maar je kunt wel stellen
dat ze in de praktijk geen grenzen stelt
aan de expansie van palmolieplantages.
De richtlijnen zijn te vrijblijvend. Ik
hoop dat RSPO gaat inzien dat het
duurzaamheidskeurmerk op dit moment weinig voorstelt. Er zijn te weinig
consequenties voor slecht gedrag.” Ook
de Indonesische overheid zou wat hem
betreft haar eigendommen beter moeten beschermen. “Er bestaat een wet
die de aantasting van tropisch regenwoud verbiedt. Indonesië moet daar
serieus gebruik van maken. RSPO zal
de ontbossing niet op eigen initiatief
stoppen.”
Toch is Oxfam Novib positief over de
samenwerking tussen de Nederlandse
en Indonesische overheid. “Het feit dat
de overheid in beweging komt is goed”,
zegt Johan Verburg. “De belofte om de
handel in palmolie volledig te verduurzamen is niet niks. Maar we zetten nu
in op de rol van het internationale bedrijfsleven. De sector heeft de potentie
op het goed te doen. De verwachting is
dat de mondiale vraag naar palmolie
tussen nu en 2050 zal verdubbelen. Om
aan die vraag te voldoen kun je niet anders dan zo efficiënt mogelijk gebruik
maken bestaande middelen.” 
Unilever
Johan Verburg, Oxfam Novib
‘De sector heeft de
potentie om het goed te
doen’
3 Jaap Schuurman - www.jaapschuurman.nl - juli 2014
Unilever is lid van RSPO en via het Initiatief Duurzame Handel
betrokken bij de handelsovereenkomst tussen Nederland en
Indonesië. Op dit moment werkt Unilever met de zogenaamde
book & Claim-methode, waarbij het bedrijf een certificaat koopt
voor een bepaalde hoeveelheid palmolie die duurzaam wordt
geproduceerd (vergelijkbaar met de aankoop van groene
stroom). Eind 2015 moet alle ingekochte palmolie afkomstig
zijn van zogenaamde ‘traceable sources’. “We willen zeker weten
dat al onze producten duurzaam worden geproduceerd”, zegt
Marc Potma, woordvoerder van Unilever. Het bedrijf herkent zich
volgens hem niet in de klacht dat zelfstandige boeren worden
onderbetaald, ook wanneer zij leveren aan RSPO-gecertificeerde
bedrijven. Wel geeft hij toe dat smallholders intensiever bij het
overleg van RSPO zouden moeten worden betrokken. “Zij nemen
een groot deel van de wereldwijde productie voor hun rekening
en zijn daarom een belangrijke gesprekspartner. Maar sociaalmaatschappelijke problemen kan Unilever niet alleen oplossen.
We moeten dit met elkaar doen. Grote plantages, palmoliecooperaties, bedrijven uit de voedingsmiddelenindrustie, Ngo’s,
nationale autoriteiten. Alleen door samenwerking kunnen we
tot een echte duurzame oplossing komen. Als we alleen aan
onszelf denken schuiven we het probleem door naar een andere
laag in de keten.”
Jaap Schuurman - www.jaapschuurman.nl - juli 2014
Zenzi Suhadi, Milieudefensie
‘In de praktijk stelt
RSPO geen grenzen aan
de expansie van palmolieplantages’
4