Het roer moet om

M
a
r
k
t
n
i
e
u
w
s
Brainstormen over de toekomst
Het roer moet om
schroom niet om dan bij de wethouder
aan te kloppen.”
Inventief
Op initiatief van Attema en de Technische Unie kwamen woensdag 12 februari zo’n
tachtig specialisten uit de installatiebranche bij elkaar om te brainstormen over de
toekomst van de branche. De conclusie aan het eind van de middag: de installateur
moet afstand doen van zijn ‘Calimero-gevoel.’
Auteur: Gerrit Tenkink
e hebben verstand van zaken en
weten waarschijnlijk net zo goed
als de aannemer hoe het bouwproces in elkaar steekt. Ook wat betreft
innovatie op productniveau zit de sector niet stil. Toch staan we altijd achteraan en mogen alleen aan het eind van
de rit prijs opgeven, waarbij we alleen
meedoen als we de goedkoopste zijn.
Dat moet anders, aldus Theo Harzing,
directeur bij Attema en Wim van Rixtel,
directeur National Accounts & Commerciële projecten Technische Unie. En dus
namen ze het initiatief voor deze bijeenkomst.”
W
Informatief
Na de inleidende woorden van de initiatiefnemers werd de groep in drieën
opgedeeld, voor de nodige informatie,
inventiviteit en inspiratie, verzorgd door
respectievelijk Olaf Prinsen, wethouder
in Apeldoorn, Joris van Zoelen, oprichter
adviesbureau Synergie en onder andere
actief voor de FEDET (Federatie Elektrotechniek) en Boudewijn Goedhart, directeur BouwKennis.
Prinsen probeerde wat meer inzicht te
verschaffen in het ambtelijke apparaat.
Als wethouder van Apeldoorn werd hij
de afgelopen jaren geconfronteerd met
flinke bezuinigingen (onder andere vanwege het falend grondbeleid), hetgeen
betekent dat hij doorlopend keuzes
moet maken. In dat kader had hij nog enkel tips voor de aanwezigen: “Weet wat
er op gemeentelijk niveau leeft. Als je
wil bouwen of renoveren, kies dan voor
plekken op basis van de behoefte van
een stad. Als gemeente zijn we ook blij
als een bouwende partij zich meldt voor
een dichtgetimmerd pand in het stadscentrum. Daarnaast is het belangrijk om
op de prioriteiten van een stad in te spelen. Apeldoorn wil in 2020 energieneutraal zijn. Speel daar op in en kom met
een goed duurzaamheidsverhaal. En tot
slot: op tijd opschalen. Het is goed om je
plan in eerste instantie bij de ambtenaar
neer te leggen, maar kom je niet verder,
Joris van Zoelen, zette vooral in op de
softe kant. “De identiteit van de organisatie bepaalt het succes. Kom dus niet
met nietszeggende slogans als ‘de beste’
of ‘de snelste’, want voordat het op de zijkant van jouw busje staat is er alweer iemand anders sneller of beter”, aldus Van
Zoelen. Volgens hem draait alles om de
'Triple C'-gedachte: comfort, connectivity
en control. “Als techneuten praten we het
liefst over techniek. Die klant heeft echter
maar één wens. Hij wil de juiste tempe-
Extreme
klantgerichtheid, dat is
de toekomst
ratuur of het juiste licht. De klant vraag
niet om techniek, maar om de oplossing.
Als connectivity en control goed op elkaar zijn ingesteld, dan is er sprake van
maximale tevredenheid en comfort. En
dat is wat de klant wil”, aldus Van Zoelen.
Inhoudelijk
Boudewijn Goedhart drukte de sector
met de neus op de feiten. “De installateur
werkt in een generieke industrie en biedt
dus weinig toegevoegde waarde ten opzichte van de concurrent. Je bent dus
makkelijk in te wisselen. Kortom: zorg
dat je wel die toegevoegde waarde biedt,
anders word je ingewisseld. Wil je je onderscheiden, dan moet je innoveren. Toch
is de sector niet erg innovatief. Hoe komt
dat”, vroeg Goedhart zijn toehoorders.
Nadat het even angstig stil was, kwam hij
zelf met het antwoord: “De sector is lui
geworden. Gooi die aannemer er uit en
ga zelf in gesprek met de klant. Extreme
klantgerichtheid, dat is de toekomst.”
Plenaire afsluiting
Afb. 1: Dagvoorzitter Joop Vos (midden) in gesprek met Wim van Rixtel (l) en Theo Harzing.
Tijdens de plenaire afsluiting viel het op
dat alle aanwezigen zich ervan bewust
zijn dat de markt aan het veranderen
is, maar hoe moeilijk het tegelijkertijd
is om los te komen van de waan van de
dag. Neem de inrichting van de bouwkolom. Vreemd, we zetten met een aantal
partijen heel succesvol een gebouw neer
#2 maart 2014
13
a
r
k
t
n
i
e
u
w
s
van kennis. Veel bouwende partijen zijn
bang voor die transparantie, maar zie
het als kans in plaats van bedreiging. In
het kader van de klantgerichtheid waar
Goedhart eerder over sprak, kwam Wim
van Rixtel met een mooi voorstel: “Stop
met oplevertermijnen. We leveren het
gebouw niet op, maar zorgen ervoor dat
de klant daar tot volle tevredenheid kan
wonen en werken”, waarmee Van Rixtel
aangeeft dat het maar eens afgelopen
moet zijn met opleveren en daarmee afscheid nemen van verantwoordelijkheden, één van de oorzaken van het slechte
imago van de bouw.
Op tijd aan tafel
Afb. 2: We hebben verstand van zaken en weten waarschijnlijk beter dan de aannemer hoe
het bouwproces in elkaar steekt.
en vervolgens wordt de complete samenwerking weer opgedoekt en voor een volgend project gaan we weer met anderen
om de tafel. Zoets kan alleen maar in de
bouw. Een tweede voorbeeld dat door
iedereen in de zaal werd herkend: het
gebrek aan gemeenschappelijke verantwoordelijkheid, waarbij de vergelijking
met de auto-industrie werd getrokken.
Je kunt je toch niet voorstellen dat ze bij
Audi een deur inbouwen terwijl de stoel
er nog niet inzit? In de bouw gebeurt dat.
Social media
Een ander fenomeen dat invloed heeft op
de toekomst van de bouw en de installatiesector is de invloed van social media
en in het verlengde daarvan transparantie van de markt. Social media zorgt voor
transparantie, maar ook voor het delen
Allemaal mooi en wel, maar één opmerking uit de zaal gaf duidelijk aan hoe
de installateur gebukt gaat onder zijn
plaats in de bouwkolom: We hebben wel
een verhaal, maar we krijgen de kans
niet om het te vertellen.” Op dat moment
greep dagvoorzitter Joop Vos de kans om
de sector over de knie te leggen:“Het gaat
om hoofd, hart en ballen. Met het hoofd
en het hart zit het wel goed. Het gaat om
de ballen. Weg met dat Calimero-denken.
Zorg dat je zo belangrijk wordt dat de opdrachtgever wel gedwongen is om jou op
tijd aan tafel uit te nodigen.”
Y
Afb. 3: Tijdens het afsluitende plenaire deel beloofden de aanwezigen (met de hand op het hart) dat ze voortaan de marktpartijen met opgeheven hoofd en borst vooruit gaan benaderen.
#2 maart 2014
15