Zondag 29 juni 2014

25 eurocent
VERKONDIGING op 29 juni 2014, hoogfeest van de apostelen Petrus
en Paulus, in de kerk van Onze Lieve Vrouw van de Allerheiligste
Rozenkrans te Amsterdam
door pastor Pierre Valkering
Gelezen: uit de Handelingen van de Apostelen (12, 1-12), Psalm xx, de tweede brief aan Timoteüs (4, 6-8) en het Mattheüsevangelie (16, 11-19).
Afgelopen week sprak ik met een vrouw, moeder van twee volwassen kinderen, die gehuwd
is geweest met een alcoholist. Toen hij, na de scheiding, op een gegeven moment echt
aftakelde en hulpbehoevend werd, bleef ze wél op hem betrokken en zorg voor hem houden.
Op een avond vroeg iemand haar om hier of daar heen te gaan, maar ze zei: Nee, ik ga niet.
Ze voelde: het ging niet goed met hem. Ze begaf zich naar zijn woning en belde aan. Geen
gehoor. Ook kreeg ze met haar eigen sleutel de deur niet open. "O Jezus, help me..." sprak
ze in zichzelf. Het lukte vervolgens om de deur toch te openen. En daar vond ze hem: dood.
Ze belde de politie. "Hoe bent u binnen gekomen?" vroegen de agenten aan haar: "De
sleutels zitten aan de binnenkant van de deur in het slot." "Toch heb ik mijn eigen sleutels
gebruikt en ik kwam binnen", zei ze. "Maar dat kán helemaal niet... Dat is onmogelijk." "En
toch is het zo."
Toen ze het mij vertelde moest ik onmiddellijk denken aan de passage uit de Handelingen
van de Apostelen die wij vandaag hoorden: die over de achter slot en grendel zittende en
zwaar bewaakte Petrus die door een engel uit zijn gevangenschap wordt bevrijd: De ketens
waarmee hij geboeid is vallen van hem af, alle deuren springen open en ongezien passeert
hij alle wachtposten.
Ja, ik moest meteen aan deze passage denken toen die mevrouw mij vertelde hoe zij door
haar intuïtie geleid naar de woning van haar ex-man ging en zij daar wonderbaarlijk
binnenkwam. Op dat moment wist ik nog niet dat deze passage vandaag ook in de kerk
gelezen zou worden. Ik vond, en vind, dat een verbijsterend toeval... Toeval! Het valt je toe...
Het moest zo zijn. Alsof je een teken, een bevestiging, een aanmoediging krijgt van 'gene
zijde'. Ja, zo voelde en voelt dat nog steeds voor mij. Het bijbelverhaal helpt mij om wat die
mevrouw mij vertelde te begrijpen. En wat zij mij vertelde helpt mij om het bijbelverhaal te
begrijpen. De schrift en het leven leggen elkaar uit. Daar is sprake van een wisselwerking.
Die mevrouw is een engel van een vrouw. Ik weet zeker: in het tragische leven van haar aan
de drank verslaafde en daarin helemaal vastgelopen ex-man was zij een helpende en een
troostende engel - al gaf hij haar vaak van al zijn ongeluk de schuld. En ook dat incasseerde
zij. In zijn léven was zij een engel en bij zijn dood was het niet anders. Ook toen was zij
dichtbij. "O Jezus help mij" sprak ze in zichzelf. En de deur ging open.
Vandaag vieren wij het hoogfeest van de apostelen Petrus en Paulus. Mijn moeder viert
vandaag haar 75ste verjaardag. Het is mijn eigen naamdag. En vandaag maken we echt een
begin met de werving binnen onze parochies voor de diocesane bedevaart naar Rome
volgend jaar mei. Ja, onze bisschoppen, Monseigneur Jozef Punt en zijn hulpbisschop Jan
Hendriks, willen met ons, met zoveel mogelijk mensen van ons bisdom, naar Rome, naar de
stad waar Petrus en Paulus, de prinsen der apostelen, het leven lieten, waar hun bloed en
dat van vele andere martelaren vloeide en waar Petrus' opvolger paus Franciscus zetelt of
liever gezegd: waar hij, paus Franciscus, bewéégt; waar hij op z'n 78ste met een geweldige
Schwung bewéging brengt, een nieuw élan, een nieuwe zin en pit, in die zo vaak logge,
suffe, vastgeroeste, zieke en voor veel mensen vaak weinig inspirerende katholieke kerk van
ons. Een monnik schreef afgelopen week: "Dominus Papa habet pedes plumbeos heette het
vroeger": De heer Paus heeft loden voeten. "Maar de Paus is veel vlotter tegenwoordig dan
de vlotste kardinaal." En zelf zeg ik altijd, tongue in cheek: "Paus Franciscus heeft binnen de
1
universele kerk in één jaar meer voor elkaar gekregen dan ik in de Rozenkransparochie in
Amsterdam in zes!" En misschien is dat maar goed ook - dat laatste, zullen allerlei mensen
ongetwijfeld vinden. En daarbij: er gebeuren hier genoeg goede dingen. Dat vind ook ik.
Maar: Rome. Waarom zouden we naar Rome? Wat moeten wij met Rome? Heb je wat met
Rome? Wat betekent Rome voor u, voor jou, voor ons? Wat betekenen Petrus en Paulus
voor ons? Wat betekent "De Paus", wat betekent paus Franciscus voor ons?
Geef toe... paus Franciscus maakt het ons gemakkelijk... Hij trekt ons allemaal aan. En hij
daagt ons allemaal uit. Want hij neemt geen blad voor de mond. Paus Franciscus durft nota
bene de máffia tegen de haren in te strijken. Wat ú van mij op dat vlak moet verduren is
daarbij vergeleken kinderspel. U bent dan ook géén maffia. Maar wat de paus doet is écht
gevaarlijk. Wij moeten, serieus, vrezen voor zijn leven. En wij moeten dus vurig voor hem
bidden - precies zoals zijn geloofsgenoten in Jeruzalem baden voor de gevangengenomen
Petrus. Paus Franciscus heeft een geweldig charisma. Hij ontroert en ontdooit, hij verwarmt
en bemoedigt iedereen. Maar hij speelt ook hoog spel. Allerlei maffiosi buiten en ook binnen
de kerk, mensen bij wie het niet om Christus gaat maar om hele andere belangen, ik denk:
zulke mensen kunnen zijn bloed wel drinken en zien hem liever vandaag dan morgen het
tijdelijke met het eeuwige verwisselen. Paus Franciscus, zo ontwapenend als hij is, moet ook
gewéldige tegenkrachten oproepen. Maar daarom maalt hij niet. Want deze paus is voor de
duvel niet bang. Als Petrus in de gevangenis zit is dat net nadat de zeer wrede koning
Herodes Agrippa I1 Petrus' mede-apostel Jakobus, de broer van Johannes, met het zwaard
ter dood heeft laten brengen. Dus dat komt griezelig dichtbij Petrus zelf. Een gemiddeld
mens, of: een middelmatig mens, die zingt dan al gauw een toontje lager. Maar ik denk:
Petrus niet. Die liet zich zijn geloof in Jezus niet afnemen. En dat geloof maakte dat hij ook
gewoon níet vast te houden was, Petrus. Petrus gaat dwars door alle weerstanden die hem
gevangen zouden kunnen en willen houden héén - net als paus Franciscus dus.
En net als de apostel Paulus, van wie wij hoorden uit zijn tweede brief aan Timoteüs, de
woorden: "Mijn bloed wordt weldra geplengd, het uur van mijn heengaan is nabij. Ik heb de
goede strijd gestreden, de wedloop ten einde gebracht." Mij wacht de krans der
gerechtigheid die de Heer geeft "aan allen die met liefde hebben uitgezien naar zijn
verschijnen." Ook Paulus kijkt de dood in de ogen, net als Petrus. Maar ook hij is niet bang.
Moed! Moed en liefde, "met liefde" uitzien "naar zijn verschijnen" - dáár gaat het om en
dáárop is heel de Kerk gebouwd. Petrus heeft dóór, hij doorziet, hij herkent en érkent, in het
evangelie van vandaag, dat Jezus' hele bestaan gebouwd is op die voor zoveel mensen in
het huidige Nederland zo onwerkelijke God. Petrus begrijpt Jezus in die zin wérkelijk. En
daarom kan Jezus aan Petrus al het Zijne, heel die gemeenschap die rond Hem gegroeid is
en nog verder groeien zal; daarom kan Jezus heel die kerkgemeenschap aan Petrus met
een gerust hart toevertrouwen: "Wat jij op aarde bindt zal ook in de hemel gebonden zijn, en
wat je op aarde ontbindt zal ook in de hemel ontbonden zijn." Wat betekent dat? Ik denk: als
jij in Jezus Gód kunt zien, dan zit God ook in jou en dan mag en dan kun ook jij, precies als
Petrus, er op vertrouwen dat God ook jou in alles leidt en stuurt.
Rome. Waarom zou je meegaan naar Rome met de diocesane bedevaart? Ik denk: Je zou
kunnen of zelfs moeten meegaan om je vertrouwen, om je geloof, om je moed en je liefde te
sterken aan die van de apostelen Petrus en Paulus, aan die van paus Franciscus en aan die
van allerlei mensen in heden en verleden die je op en door zo'n bedevaart ontmoeten kunt.
Kom ik nog even terug op die vrouw over wie ik sprak aan het begin van de preek, die engel
van een vrouw. Haar zoon, dertig jaar oud, heeft zich afgelopen week verhangen in het
Beatrixpark. Hij deed aan krachtsport. Hij gebruikte in dat verband ook wel steroids,
hormoon-preparaten. Depressie kan daarvan een bijwerking zijn. En ook: slapeloosheid. Hij
werd daar gek van. Hij kon het leven niet meer aan. Misschien was dat het. Een ander z'n
1
10 v. Chr.-44 n. Chr. Zie: Flavis Josephus, Antiquitates Judaicae ('De oude geschiedenis van de
Joden'), XIX, 7,5. Zie ook: E. Drewermann, Die Apostelgeschichte. Wege zur Menschlichkeit. (2011).
p. 536-545.
2
boeken zijn en blijven duister te lezen, zelfs soms voor een moeder. Vorige week heeft hij
een geweldig boeket voor haar gekocht. Vervolgens is het gebeurd. Zijn bed onbeslapen. De
telefoon die niet meer werd beantwoord. En tóen begreep zijn moeder... Een toerist heeft
hem gevonden. In het Beatrixpark. De vriendenkring van de gestorven jonge man, veel
jongens met een Noord-Afrikaanse achtergrond; al die jongens zijn in shock. Niemand had
dát gedacht... Ze zijn gaan waken in het Beatrixpark, op "de plek". Een groot hart van
waxinelichtjes en in houtjes zijn naam. En bloemen, heel veel bloemen. En ze zijn er voor
zijn moeder. Voor haar zijn ze engelen die haar bevrijden uit de gevangenschap, nee uit die
hél van deze dood van haar zoon.
Tenslotte... nóg zo'n vrouw. Afgelopen vrijdag namen we op de begraafplaats Buitenveldert
afscheid van Greetje Löwenthal-Bak, de moeder van Luc onze koordirigent en zijn broers en
van zijn zussen, grootmoeder en overgrootmoeder, 95 jaar oud is zij geworden. Velen hier
hebben haar gekend en hielden van haar. Een engel van een vrouw. En een róts van een
vrouw - een rots zoals Petrus. Greetje heeft in haar lange leven veel "rare dingen
meegemaakt" zoals ze zelf zei: ziektes, ongeluk. Ook zij moest twee van haar kinderen
wegbrengen. Eén van haar zoons, Frits, vertelde bij de uitvaart wat zijn moeder zei als ze
slecht nieuws kreeg: "Christenzielen..." zei ze dan. Maar dan ook altijd, niet veel later: "Maar
het is zo, je doet er niets aan." Mogen wij, zoals Greetje, állen de goede strijd strijden, het
geloof bewaren, en door alle gebeurtenissen van ons leven, mooi en moeilijk héén, met
liefde blijven uitzien naar het verschijnen van de Heer. Amen.
3