Scan deze QR-code en surf naar www.ac-hop.nl • Tips van Fred Veer • 11 dingen die je werkdag mooi maken! • Interview met Ewald Ebing, documentalist in Leiden Nr. 2 • 2014 AC-HOP, de belangenorganisatie voor medewerkers bij Universiteiten, Onderzoekinstellingen en Universitair Medische Centra Inhoud COLUMN Agenda Algemene Vergadering 2014 pagina 2 Column pagina 3 Tijdelijke aanstelling! AC-HOP lid worden of toch maar niet? pagina 4 11 Dingen die je werkdag mooi maken pagina 6 Ontwikkelingsdagen pagina 8 Interview met Ewald Ebing pagina 9 Individuele Belangenbehartiging pagina 11 Uitnodiging Binnenkort is de vergadering van de belangenorganisatie voor medewerkers bij Universiteiten, onderzoekinstellingen en Universitair Medische Centra. Hierbij willen wij u van harte uitnodigen! Aanmelden kan bij Anko van der Wal, secretaris, 030-6065 946 of [email protected]. Datum: Tijd: Locatie: Vrijdag 11 april 10.30 uur Vergadercentrum ‘Vredenburg’, Vredenburg 19, 3511 BB Utrecht Agenda Algemene Vergadering AC-HOP 2014 1 Opening door de voorzitter met welkomstwoord en openingsrede 2Mededelingen 3 Vaststellen van de agenda 4 Verslag Algemene Vergadering AC-HOP 2013 5 Jaarverslag Bondsbestuur AC-HOP 2013 6 Financieel verslag AC-HOP 2013 7 Begroting AC-HOP 2014. Begrotingsvergelijking 2013 8 Verslag kascommissie 9 Benoeming nieuwe kascommissie 10 Contributievoorstel 2015 11Bestuursverkiezing 12 Vaststelling datum Algemene Vergadering 2015 13Middagprogramma “Belangenorganisaties in de 21e eeuw en hoe gaan wij ons als AC-HOP profileren?” 14Rondvraag 15 Sluiting 2 Overheveling van beleidstaken van het Rijk naar het gemeentebestuur, Euroverkiezing maar nog steeds geen cao’s! Op de avond van de verkiezingen in de 380 gemeenten in Nederland, speelde het aspect dat allerlei beleidstaken van de rijksoverheid door het zittende kabinet worden gedecentraliseerd naar de gemeenten, een grote rol. Dit betreft voornamelijk uitvoeringstaken omtrent jeugdzorg, AWBZ, Wet Werk & Inkomen en de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO). De bedoeling van deze decentralisatie van taken naar lagere overheden, dient het adagium van het kabinet te verbeelden: ‘dicht bij de burger’, dit alles in het kader van de door hen gemunte term ‘participatiesamenleving’ (waarbij moet beseft worden dat VVD en PvdA de aspecten van de voormalige ‘welzijnssamenleving’ in de prullenbak aan het werpen zijn). Onder andere dagbesteding, huishoudelijke zorg voor chronisch zieken en lichamelijk gehandicapten, zal over negen maanden per 1-1-2015 - conform het voornemen van het kabinet - door de gemeentelijke wethouders moeten worden vormgegeven. Door de gelijktijdige bezuinigingstaakstelling van het kabinet ten aanzien van de gemeenten, zullen de betreffende (nieuwe) wethouders voor moeilijke keuzen komen te staan, waarbij bijvoorbeeld oorspronkelijke lokale beheerprogramma’s (rioleringsvernieuwingen, groenvoorzieningen) in het gedrang zouden kunnen komen. In totaliteit worden de 380 gemeenten in Nederland ca. 40% aan rijksbijdragen worden gekort. Dit kan niet anders leiden dan verslechteringen voor al die mensen die voor hun gezondheid e.d. te dele afhankelijk van de te decentraliseren uitvoeringstaken. Kijkend naar de exit polls, prognoses en definitieve uitslagen tijdens de betreffende avond, bleek dat met name de regeringspartijen VVD en PvdA aanmerkelijk kiezersaanhang verloren én dat D66 en SP de ‘landelijke’ winnaars waren. De lokale partijen waren echter op 19 maart jl. de grote overwinnaars met 30% winst ten opzichte van de vorige gemeenteraadsverkiezingen in 2010. De volgende keer dat de Nederlandse bevolking ‘haar democratisch recht’ mag vervullen, is op 22 mei a.s. Dan zullen wellicht internationaal-politieke onderwerpen de grootste rol spelen bij de uiteindelijke electorale keuze. Te denken valt aan de ongebreidelde uitbreidingszucht van Europese politici richting de voormalige Sovjet-republieken in Oost-Europa. Dit laatste werd verbeeld tijdens de langdurige stadsopstand in hoofdstad Kiev te Oekraïne vanaf december 2013, waarbij Europese parlementsleden beloften deed aan de bevolking aldaar die zij nummer kunnen standhouden. In Nederland zijn er trouwens 26 zetels te verkiezen in het ‘Europarlement’, dus ik hoop dat de opkomst beter zal zijn dan vijf jaar geleden. Werkgeversverenigingen VSNU en WVOI houden zich angstvallig stil omtrent de ‘vorderingen’ die zich voordoen in de caoonderhandelingen te behoeve van respectievelijk universitair personeel en onderzoekinstellingspersoneel. VSNU en vakbondsonderhandelaars zijn op 14 maart jl. voor het laatst in overleg geweest. Zonder opzienbarend resultaat. WVOI en vakbondsonderhandelaars komen pas op 24 maart a.s. voor het eerst formeel bijeen in cao-onderhandeling. Op deze wijze wordt ‘tijd gekocht’ door de onderhandelingsdelegaties van VSNU en WVOI en dit levert de afzonderlijke instellingen enig soelaas qua financiën. Tenslotte valt te melden dat de verlenging van de cao-UMC 2013-2015 naar 1-1-2016 (in verband met de pensioenovergang van ABP naar PFZW voor het personeel, werkzaam bij de academische ziekenhuizen) nog steeds onzeker is. Noteer in uw agenda: 11 april 2014 jaarlijkse Algemene ledenvergadering AC-HOP. Laat uw gezicht eens zien op deze dag. Ook leuk voor de hardwerkende bestuurs- en kaderleden. Ger Ruigrok, voorzitter AC-HOP 3 Tijdelijke aanstelling! AC-HOP lid worden of toch maar niet? Door: Fred Veer Heel vaak denken medewerkers met een tijdelijke aanstelling, dat het weinig zin heeft om lid te worden van een vakbond, zoals AC-HOP. ‘Als we toch na een paar jaar weg zijn uit de organisatie’, heeft het geen nut denkt dit personeel. Dit is een erg kortzichtige gedachtegang. In de praktijk (merken de kaderleden Individuele Belangenbehartiging (IB) hebben medewerkers met tijdelijke contracten, vaak de meeste rechtspositionele- en/of arbeidsvoorwaardelijke problemen. Uitgangspunt in de cao-Nederlandse Universiteiten (cao-NU) is dat aanstellingen in principe ‘vast’ zijn. Tijdelijke contracten mogen eigenlijk alleen worden verleend aan personeel, als er sprake is van tenure track in geval van wetenschappelijk personeel (WP) of als de financiering van de functie ‘op tijdelijke basis’ is (bijvoorbeeld vanuit een ‘externe geldbron’). In de praktijk wordt bovenvermeld uitgangspunt cao-NU tegenwoordig meestal ‘terzijde geschoven’ door ‘verkeerde zuinigheid’ bij de betreffende werkgever. Medewerkers met een vaste aanstelling, namelijk, hebben in principe ruimere ‘wachtgeldrechten’ (hoewel deze rechten in het onderhandelaarsakkoord cao-NU 2011-2013 tussen werkgeversvereniging VSNU en de onderhandelaars namens de vier vakbonden, fors zijn ingeperkt); deze wachtgeldrechten: daar ‘lopen werkgevers tegenaan’. Zo heeft een personeelslid met een vaste aanstelling - bij een reorganisatie - recht op een herplaatsingstermijn van één jaar, waarin hij/zij 100% doorbetaald wordt terwijl werkgever/werknemer gezamenlijk een (passende) functie (intern óf extern) zoeken voor de medewerker (daarna heeft het personeelslid nog recht op een aanvullende uitkering vanuit de WW/BWNU (Werkloosheidswet/Bovenwettelijke Werkloosheidsregeling Nederlandse Universiteiten). De ‘fictieve kosten’ van een reorganisatie kunnen dus aanmerkelijk verlaagd worden voor een werkgever, door medewerkers zoveel mogelijk ‘niet-vast’ aan te stellen. Bij de TU Delft heb ik het college-van-bestuurslid (voorzitter van het Lokaal Overleg) meerdere keren horen zeggen ‘… dat vaste aanstellingen eigenlijk ongewenst zijn! Het maakt de organisatie inflexibel!’ Op zich denk ik dat dit een totaal verkeerde grondhouding is. Universiteiten, onderzoekinstellingen en UMC zijn organisaties ‘waar medewerkers kennis moeten opbouwen om die uiteindelijk te kunnen delen’. Dit geldt zowel voor een hoogleraarsfunctie als voor de functie van een secretaresse. De ‘vaste aanstelling’ is hierbij een belangrijk instrument omdat dit ook aangeeft dat je investeert in je medewerkers en deze vooral wil behouden. Daaróm is de vaste aanstelling ook de basis van de cao-NU. Zowel de cao-NU als de wetgeving, plaatsen beperkingen aan ‘tijdelijkheid’. In de caoNU is dit zes jaar voor wetenschappelijk personeel, en dan met name eigenlijk alleen in combinatie met tenure track of in geval van een aanstelling als promovendus/promovenda. Voor ‘normale functies’ is het aanstellingsbeleid binnen de cao-NU: in principe een vaste aanstelling met een maximale proeftijd van twee jaar in geval van een academische functie. Proeftijden zijn respectievelijk één jaar voor HBO-functies en maximaal 6 maanden voor functies op MBO-niveau. tot veel fouten leiden. Stel: een project met een looptijd van drie jaar, is ná de drie jaar nog niet afgerond. Ga je de betreffende technicus dan ontslaan of verleng je diens aanstelling? Het project moet wel degelijk worden afgerond! Maar de werkgever wil geen ‘vaste aanstelling’ aan de technicus afgeven. Soms vraagt de werkgever de werknemer in zo’n geval, om even te tekenen voor een ‘beperkte verlenging’ voor een X-aantal maanden. P&O zal je echter niet wijzen op je rechten in deze zaak en als je hier expliciet naar vraagt, krijg je géén-, ontwijkende- of zelfs (zoals regelmatig gebeurt) foute antwoorden. Soms krijg je ook een constructie via een uitzendbureau aangeboden door je exwerkgever, zodat je nog ‘even kan doorwerken’. Dit kán rechtspositioneel dus helemaal niet en ze mogen je helemaal nooit vragen om ‘even bij het kruisje te tekenen op een verlengingsformulier’. Hier loont het dus om lid te zijn van de AC-HOP omdat onze individuele belangenbehartigers exact je ‘rechten’ kunnen uitleggen en de beste strategie met je kunnen kiezen, om deze ‘rechten’ ook te verkrijgen. Tevens zijn er vaak problemen met (ouderschaps-)verlof en veel andere kwesties, waar je als tijdelijk medewerker ‘voor komt te staan’. De maandelijkse contributie voor de AC-HOP (de laagste van de vier vakbonden, binnen het veld van wetenschappelijk onderwijs en -onderzoek, in onze drie sectoren NU, OI en UMC) is in het keuzepakket arbeidsvoorwaarden fiscaal-vriendelijk aftrekbaar. Dus voor tussen de 3 en 6 euro netto per maand (afhankelijk van je inkomsten belastingschaal), ben je verzekerd van deskundig advies en eventuele arbeidsvoorwaardelijke hulp. Drie jaar vakbondslidmaatschap bij AC-HOP kost je dus maximaal 216 euro netto, hetgeen beduidend minder is dan het gemiddelde uurloon van een advocaat. In andere bewoording: het heeft wel degelijk zin lid te worden van AC-HOP, als je een tijdelijk contract hebt en je kan het ook beter doen!!! Fred Veer, kaderlid Individuele Belangenbehartiging AC-HOP Er is maar één vakbond de ideale partner voor tijdens je werk! Bij ‘ondersteunend- en beheerspersoneel’ (OBP) is de maximale duur van een tijdelijke aanstelling drie jaar tenzij er duidelijk sprake is van tijdelijke financiering voor een project (de maximumduur is dan vier jaar). Als je langer dan deze tijd in dienst bent, moet men je een ‘vaste aanstelling’ geven. Deze is derhalve afdwingbaar in het recht. Bij periode tussen tijdelijke dienstverbanden - waar er minder dan 6 maanden zit tussen einde 1e dienstverband en aangaan 2e dienstverband - tellen deze perioden als ‘aansluitend’. Fred Veer, individueel belangenbehartiger van de AC-HOP 4 Waar zit nu het belang van de ‘tijdelijke medewerker’ om lid te worden van AC-HOP? De reden: de beroerde kwaliteit van het management en P&O bij de werkgevers, welke AC-HOP, de belangenorganisatie voor medewerkers bij Universiteiten, Onderzoekinstellingen en Universitair Medische Centra [email protected] www.ac-hop.nl 5 11 Dingen die je werkdag mooi maken n re locatie werke Op een bijzonde In je pauze een potje voetbal spelen Een jarige colle ga die taart van je favoriete bakker trakteer t! Per ongeluk horen dat je collega iets heel aardigs over je zegt Flirten met die hotshot van fin anciën! Op een dag je intrek nemen in een kamer op kantoor voor jou alleen vieren! met je collega’s Casual vrijdag ijgen doorgestuurd kr Een goede grap Eindelijk raak gooien! Je collega met een ‘bad hair day’ tegenkomen en beseffen dat jouw haar vandaag goed zit! Op een geweldi g idee komen 6 7 Ontwikkelingsdagen Interview met Ewald Ebing Door: dr.ir. Fred Veer, kaderlid Individuele Belangenbehartiging (IB) AC-HOP In het cao-onderhandelaarsakkoord Nederlandse Universiteiten 2011-2013 (cao-NU 2011-2013) is het volgende opgenomen: Aan ieder personeelslid zullen per jaar minimaal twee ontwikkelingsdagen ter beschikking worden gesteld; deze dagen zijn niet verkoopbaar. Zij kunnen bijvoorbeeld worden ingezet voor trainingen die de werkgever actief aanbiedt als onderdeel van de duurzame inzetbaarheid, voor stages op een andere werkplek binnen de instelling of voor externe trainingen. Hierbij moet er ook ruimte zijn voor initiatieven van de werknemer. De dagen kunnen over meerdere jaren gespaard en ingezet worden. In de praktijk werkt dit cao-artikel absoluut nog niet. Het verlofsysteem maakt het bijvoorbeeld bij de TU Delft niet eens mogelijk deze dagen aan te vragen (c.q. op te nemen). Zo heb ik bij de TU Delft zelfs iemand uit de ‘top van P&O’ horen zeggen, “dat wat hem betreft het niet de bedoeling is dat deze ontwikkelingsdagen worden opgenomen”. Een van de vele discrepanties tussen de letters van een tussen VSNU en vakbonden overeengekomen cao-artikel én de (niet-/onjuist-)uitvoering in de praktijk ervan door het management in een instelling. Doel van deze ‘ontwikkelingsdagen’ is echter dat het personeelslid de kans krijgt ‘in zijn eigen employability te investeren’. De ACHOP heeft derhalve het plan najaar 2014 een workshop-dag te organiseren op diverse plekken bij universitaire instellingen in het land. Aan de orde zullen komen, tijdens deze dag: - het R&O (=resultaat & ontwikkeling, i.c. beoordelings- en functioneringsgesprekken/ jaargesprekken)-systeem en hoe kan je dit als medewerker gebruiken als loopbaaninstrument; - het POP (=Persoonlijk Ontwikkelingsplan)gesprek, sturing geven aan je loopbaan; - UFO (=Universitair Functie Ordeningssysteem), hoe werkt dit nu eigenlijk; - scholing geïnitieerd vanuit de werkgever, je rechten op scholing en hoe je dit kunt gebruiken ter verbetering van je loopbaan; - conflicten op het werk, strategieën om ermee om te gaan en deze te ‘sturen’. 8 Nadere details komen in AC-HOP bulletin, nummer 3 (2014). Buiten hetgeen wat AC-HOP voornemens is haar leden aan te bieden, is het trouwens ‘zonde’ om de ontwikkelingsdagen verloren te laten gaan. Als je een cursus wilt volgen ‘om je leven te verrijken’, zou je dit met behulp van deze ontwikkelingsdagen doen. Als je verwacht dat je de ontwikkelingsdagen ‘dit jaar’ niet zult gebruiken, laat in je R&O-gesprek dan vastleggen dat je deze wil doorschuiven naar de toekomst. Misschien dat je over een Werkzaam als documentalist bij het Koninklijk Instituut voor Taal- Land- en Volkenkunde (KITLV) - KNAW te Leiden aantal jaren een week wilt vrij nemen voor een (langduriger) cursus. Onthoudt goed: niet gebruiken maar ook nietreserveren (dus laten vastleggen), betekent dat je jaarlijks twee werkdagen vanuit de cao-NU 2011-203 ‘cadeau geeft’ aan je werkgever. Dit lijkt mij tamelijk onverstandig! Kun je iets over jezelf vertellen? “Ik heb altijd veel uitlopende interesses gehad, wat zich weerspiegelt in mijn opleiding en bezigheden. Na een jaar HTS in Amsterdam ben ik Indonesische taal- en letterkunde gaan studeren in Leiden. In een latere fase ben ik ernaast jazzpiano gaan studeren in Hilversum (later gefuseerd met het Conservatorium van Amsterdam). Ik heb daarna twee jaar in Jakarta gewoond en gewerkt. Na terugkeer ben ik gepromoveerd op een experimenteelfonetisch onderwerp, maar heb besloten niet voor een wetenschappelijke carrière te gaan. Daarvoor vind ik mezelf te weinig gefocust op een specifiek gebied. Ik heb enkele jaren meegewerkt aan de totstandkoming van een Nederlands-Indonesisch woordenboek, en ben nu zo’n veertien jaar in dienst bij het KNAWinstituut KITLV, waar ik voor de bibliotheek wetenschappelijke literatuur en Indonesische muziek ontsluit. Daarnaast ben ik sinds mijn terugkeer naar Nederland steeds actief geweest als freelance pianist en toetsenist in bands en sinds twee jaar ook als pianoleraar aan een muziekschool in Leiderdorp.” Wat zijn je hobby’s? “Muziek is nog steeds mijn grootste hobby en zal dat waarschijnlijk altijd blijven, al is het ook gedeeltelijk werk. Mijn andere hobby’s zijn lezen (met name science fiction, historische romans en populair-wetenschappelijke boeken over de meest uiteenlopende onderwerpen) en vechtsporten, hoewel ik daar sinds een paar jaar niet actief meer in ben. Ik heb onder andere aan judo, karate, pencak silat, taekwondo, aikido en wing chun gedaan.” Op je LinkedIn profiel staat dat je ook pianoles geeft. Welk muziekstuk breng je graag ten uitvoer met leerlingen? “Dat hangt helemaal van aanleg, interesses en ambities de leerling af. Ik houd zelf van vele genres, waaronder klassiek, jazz, blues, latin, rock, soul en funk. Met degenen die klassiek doen doe ik in met name Bach, Beethoven, Schubert en Chopin. Zelf speel ik ook graag werk van Russische componisten als Moussorgsky. Met degenen die aanleg en interesse tonen voor improvisatie doe ik ragtime, blues en jazz en met weer anderen pop of bijvoorbeeld filmmuziek. De meeste in de handel verkrijgbare bladmuziek in het popgenre is helaas van matige tot slechte kwaliteit, daarom doe ik dat meestal helemaal zonder bladmuziek. Ik leer mijn leerlingen liever hoe de muziek in elkaar zit, zodat je van een nummer op YouTube of Spotify zelf een speelbare versie voor piano kunt maken.” Kun je meer vertellen over je huidige baan? “Mijn huidige baan staat op het punt om te verdwijnen, aangezien het KITLV op het punt staat om zijn collectie af te stoten, waarbij alle medewerkers van de afdeling Collecties en nog enkele anderen, waaronder een paar IT-ers, zullen worden ontslagen. De collectie zal worden overgenomen door de UB van de Universiteit Leiden; van het onderzoeksinstuut blijft een man of tien over. Voor ongeveer de helft van de door ontslag bedreigde medewerkers komt er een mogelijkheid om te solliciteren op nieuw te creëren functies bij de UB. De andere helft zal ergens anders een baan moeten vinden of in de WW terecht komen. Ikzelf overweeg om in dat geval in te zetten op een nieuwe carrière in het muziekonderwijs, misschien met nog wat bijscholing op een conservatorium via de zijinstroom. Naast pianoles wil ik onder andere ook muziektheorie, solfège (gehoortraining) en groepscoaching gaan aanbieden.” Is er een Indonesisch spreekwoord dat voor jou in je dagelijks werk van toepassing is? “Eerlijk gezegd zijn spreekwoorden niet mijn sterkste punt. De spreekwoorden die ik het heb onthouden zijn meestal diegene die een tegenhanger in het Nederlands hebben. Het Indonesië kent vele honderden talen, allemaal met hun eigen spreekwoorden. Eentje die mij te binnen schiet komt uit het Javaans: “Alonalon waton kelakon”, dit heeft een betekenis vergelijkbaar met “Beter laat dan nooit” of misschien “Langzaam aan, dan breekt het lijntje niet”. In mijn dagelijks werk kan ik hier weinig mee, gezien de jarenlange trend van steeds meer nadruk op productiecijfers. Zelf heb ik altijd meer belang gehecht aan inhoudelijke kwaliteit dan aan kwantiteit. Maar misschien ik kan het spreekwoord wel toepassen op mijn toekomstplannen in het muziekonderwijs.” Kun je meer vertellen over de redenen waarom je destijds voor Indonesische taalen letterkunde hebt gekozen? “Vanwege mijn brede interesses heb ik het altijd moeilijk gevonden voor één ding te kiezen. Halverwege mijn VWO-tijd werd het duidelijk dat ik meer aanleg voor talen had dan voor exacte vakken, maar ook daarvoor had ik altijd belangstelling, vandaar dat ene jaar op de HTS. Maar toen werd het verschil in 9 aanleg nog duidelijker en heb ik gekozen voor een taalstudie. Ik heb altijd een fascinatie voor Indonesië gehad vanwege de verhalen van mijn vader, die daar als dienstplichtig militair had gezeten, en de vriendenkring van mijn ouders, waar veel mensen met een Indische/Indonesische achtergrond tussen zaten. Toen ik in een Moluks bandje ging spelen leerde ik mezelf - met wat hulp van een Molukse collega van mijn vader - Maleis spreken, en toen ik eenmaal de keuze voor een talenstudie had gemaakt was er voor mij geen andere keuze meer mogelijk.” Kun je vertellen over een leermoment in je carrière? “Een jaar of twee geleden deed ik de cursus “Zicht Op Jezelf” die door de KNAW werd aangeboden. Juist op dat moment deden de eerste geruchten over de mogelijke opheffing van het KITLV de ronde, en het resultaat van de cursus was dat ik het besluit nam om me op het muziekonderwijs als alternatief te richten. Mede daardoor ben ik nu al veel beter voorbereid op de komende veranderingen dan ik anders zou zijn geweest.” Wat maakt het werk wat je doet leuk? “Er is over de jaren veel veranderd in mijn werkzaamheden. Toen ik voor het eerste bij het KITLV kwam werken was het met een tijdelijke aanstelling voor een bibliografisch project. Toen ik een vaste aanstelling kreeg was dat in mijn huidige functie, maar de inhoud van het werk was meer op het schrijven van tekstjes gericht. Langzamerhand kwam het accent steeds meer op trefwoorden te liggen, met steeds minder tijd om in detail naar de publicaties te kijken. Dat maakte het werk voor mij minder aantrekkelijk. De laatste tijd is er voor mij een nieuwe taak bijgekomen op het gebied van audiovisueel materiaal, waaronder een stuk acquisitie en sinds vorig jaar ook de beschrijving van muziekbestanden. Helaas komt daar door de komende reorganisatie een eind aan, juist nu ik weer meer plezier in mijn werk heb gekregen.” Kun je iets vertellen over een bijzondere gebeurtenis op je werk? “Het KITLV bestaat al sinds 1851 en is een koninklijk instituut, in verband daarmee hebben we ook een Koninklijke beschermheer of -vrouwe. Sinds de dood van Prins Claus is deze rol overgenomen door (destijds nog) Prinses Máxima. In 2006 heeft Máxima het instituut 10 bezocht en heb ik persoonlijk met haar kunnen spreken, wat ik een bijzondere ervaring vond. Het grappige was dat ik haar eigenlijk al eens in levende lijve had ontmoet, namelijk bij haar allereerste (en nog anonieme) verschijning op een feest in Leende in Brabant, op 28 augustus 1999. Ik speelde op dat feest namelijk in de band. Behalve Máxima liep daar toen ook nog Willem-Alexander’s ex-vriendin Emily Bremers rond. Máxima kon zich dat feest uiteraard nog goed herinneren, het was tenslotte haar eerste kennismaking met veel van Willem-Alexander’s vrienden. Ik vond het erg bijzonder om haar te spreken, terwijl ik in het algemeen bepaald geen fan van het koningshuis ben.” Welk boek heeft indruk op jou gemaakt? “Ik ben een groot fan van de (in 2013 overleden) science fiction en fantasy-schrijver Jack Vance. In Nederland is hij een van de meest gelezen schrijvers in dit genre, terwijl hij in Amerika weliswaar een gerespecteerd schrijver was maar veel minder bekend. Vance was een meester in het bedenken van kleurrijke en exotische samenlevingen op andere planeten, die hij op een gedetailleerde en beeldende wijze kon beschrijven. De meeste van zijn boeken heb ik al vaak herlezen en ze gaan me nooit vervelen. Een van mijn favorieten is Emphyrio, over een houtsnijder die zich ontwikkelt tot een revolutionair. Van de non-fiction boeken noem ik Fingerprints of the Gods van Robert Bauval en Graham Hancock, over onder andere de pyramiden, en van de laatstgenoemde ook The Sign and the Seal, over de Bijbelse Ark van het Verbond.” Individuele Belangenbehartiging Waar heb je de AC-HOP leren kennen? “Ik ben al een jaar of acht lid van de Ondernemingsraad van de KNAW, maar was nooit lid geweest van een vakbond; ik werd gekozen via een zogenaamde ‘vrije lijst’. Tijdens mijn laatste zittingstermijn leerde ik Ger Ruigrok van AC-HOP kennen en ik was onder de indruk van zijn gedrevenheid en energie. Hij heeft mij weten te overtuigen van het belang van het lidmaatschap van een vakbond.” Sector: Naam IB’er: telefoonnummer: e-mailadres: Nederlandse Universiteiten (NU) Nederlandse Universiteiten (NU, UMC Groningen) Nederlandse Universiteiten (NU) Technische Universiteit Eindhoven (TUe) Universitair Medische Centra (UMC) Onderzoekinstellingen OI (KB, NWO en KNAW) Fred Veer Hans Bartels (privé) Leo Gerrése, coördinator Anita Neijzen Peter Bloemendaal Ger Ruigrok Marty Smits, landelijk vakbondsconsulent 015-2781358 050-5344128 015-2782471 040-2474093 071-5263628 070-3156461 06-24556250 [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] Bij problemen in de werksituatie kunt u, als lid van de AC-HOP, een beroep doen op de kennis en ervaring van Individuele Belangenbehartigers (IB’ers). Zij zijn op de hoogte van uw rechtspositie en kunnen u met raad en daad terzijde staan. Het is dan wel van belang dat u weet waar u de IB’er in uw sector kan vinden. Vandaar dat we dat nog een keer op een rijtje zetten. Is uw ‘eigen’ IB’er na herhaalde pogingen niet bereikbaar, dan kunt u - zeker wanneer het om een spoedeisende kwestie gaat - contact opnemen met een van de andere mensen die op de lijst staan: Waarom ben je lid van de AC-HOP? “Ik vind het belangrijk dat een goed gemotiveerde groep mensen bezig is met de belangen van het personeel in onze sector. Een vakbond heeft middelen en kennis voorhanden die een gewone werknemer niet heeft. Tegelijk zorgt de relatieve kleinschaligheid van de AC-HOP in vergelijking met de grote vakcentrales ervoor dat de afstand tussen vakbondsleden en kader niet te groot wordt. Bij AC-HOP word je niet als een nummer behandeld.” Ander e-mailadres of ben je verhuisd? Laat het weten aan de AC-HOP, wij blijven je graag informeren! Insch kan o rijven www ok via .ac-h op.nl AC-HOP Postbus 941 2300 AX Leiden Nederland KvK 40477405 NL39 INGB 0000 1752 76 Doorlopende machtiging De belangenorganisatie voor medewerkers bij Universiteiten, Onderzoekinstellingen en Universitair Medische Centra incassant ID: NL30ZZZ404774050000 Reden betaling: Contributie AC-HOP Door ondertekening van dit formulier geeft u toestemming aan de AC-HOP om doorlopende incasso-opdrachten te sturen naar uw bank om een bedrag van uw rekening af te schrijven en aan uw bank om doorlopend een bedrag van uw rekening te schrijven overeenkomstig de opdracht van de AC-HOP. Als u het niet eens bent met deze afschrijving kunt u deze laten terugboeken. Neem hiervoor binnen 8 weken na afschrijving contact op met uw bank. Vraag uw bank naar de voorwaarden. Mandaat ID: (*) Naam en voorletters : ......................................................................................................................................... Adres : ......................................................................................................................................... Postcode :[ ][ ][ ][ ] [ ][ ] Woonplaats: : ................................................................................ IBAN Rekeningnummer : . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Plaats en datum: : . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Handtekening: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Bruto salaris < 1950> 5 euro. Meer dan 1950 euro 10 euro. Postactieven betalen 3,40 eur. [email protected] www.ac-hop.nl AC-HOP, de belangenorganisatie voor medewerkers bij Universiteiten, Onderzoekinstellingen en Universitair Medische Centra Maak uw keuze: 10 Euro per maand (Bruto salaris 1950 euro p/m of meer ) 5 Euro per maand (Bruto salaris minder dan 1950 euro p/m, jaarlijks kopie salarisstrook verplicht) 3,40 Euro per maand (Postactief) Ik wil dat de contributie per maand [ ] per jaar [ ] wordt ingehouden (*) Het Mandaat ID vullen wij later in. Indien van toepassing – Ik ben opgegeven door: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Ik ben wel/niet geïnteresseerd in het vervullen van activiteiten als kaderlid van de AC-HOP. U kunt het volledig ingevulde formulier in een ongefrankeerde enveloppe opsturen (postzegel is niet nodig) naar: AC-HOP Antwoordnummer 10034 2300 VB LEIDEN 11 COLOFON Het AC-HOP-Bulletin is het ledenorgaan van de AC-HOP. Leden van de AC-HOP zijn personen die werkzaam zijn bij Universiteiten, Onderzoekinstellingen en Universitair Medische Centra. In principe verschijnt het bulletin zes maal per jaar. De redactie heeft de vrijheid artikelen op te nemen die niet altijd hoeven te stroken met de opvattingen van het Bondsbestuur. Voor vragen en/ of opmerkingen over de inhoud van het HOP-Bulletin kan men zich wenden tot de redactie, e-mail [email protected] . Redactie: Copgroep, eindredactie Leo Gerrése | Yvonne van der Kaay Dagelijks Bestuur: Ger Ruigrok, voorzitter / secretaris Leo Gerrése, penningmeester Ron Tempelaars, ledenadministrateur, e-mail: [email protected] Redactieadres: Postbus 941 2300 AX Leiden Tel. 015-2782471 e-mail: [email protected] InternetsitE: www.ac-hop.nl ISSN 1570-1859 Vormgeving en druk: Compact Drukwerken, Lanaken Contributietarieven: 1. € 5,- per maand voor leden die per maand minder dan € 1950,- bruto verdienen. 2. € 10,- per maand voor mensen die € 1950,- bruto of meer verdienen 3. € 3,40 per maand voor Postactieven. (gepensioneerden) Leden die in aanmerking willen komen voor het lage tarief van € 5,- dienen jaarlijks een fotokopie van hun salarisstrook te overleggen. Wilt u geen bewijsstuk overleggen dan valt u automatisch in het € 10,- tarief. Ma Inleveren kopij voor het volgende nummer: Uiterlijk 15 mei 2014 Overname van artikelen, mits met bronvermelding, is toegestaan. ak AC-HOP, de belangenorganisatie voor medewerkers bij Universiteiten, Onderzoekinstellingen en Universitair Medische Centra v je an st ww ar w tp .a ag c-h in op a .n l Heeft u vragen of zijn er zaken onduidelijk dan kunt u contact opnemen met onze ledenadministrateur Ron Tempelaars. E-mail: [email protected] • Telefoon: 040-2475362
© Copyright 2024 ExpyDoc