Integrale versie

-
Stad Damme
Strategisch meerjarenplan
2014-2019
Identificatie bestuur
Naam bestuur:
Stad Damme
NISCODE bestuur:
31006
Adres bestuur:
Vissersstraat 2a
8340 Moerkerke
Secretaris (wnd):
Hendrik De Corte
Financieel beheerder:
Rachel De Bruyckere
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
2
Meerjarenplan 2014-2019
4
1. Strategische nota
1.1.
Algemeen
1.2.
Overzicht prioritaire beleidsdoelstellingen
5
5
6
2. Financiële nota
2.1.
Financieel doelstellingenplan
2.2.
Staat van het financieel evenwicht
2.2.1. Structurele maatregelen financieel evenwicht
16
16
19
21
3. Toelichting
23
3.1.
Omgevingsanalyse
23
3.1.1. Aanpak binnen Stad Damme
23
3.1.2. Interne omgevingsanalyse
26
3.1.3. Externe omgevingsanalyse
38
3.1.4. SWOT
54
3.2.
Participatie
58
3.3.
Financiële risico’s
59
3.4.
Overzicht van beleidsdoelstellingen
60
3.5.
Interne organisatie
88
3.5.1. Organogram
88
3.5.2. Interne controle
89
3.5.3. Overzicht personeelsbestand (schema TM1)
90
3.5.4. Overzicht budgethouders
90
3.5.5. Toewijzing beleidsvelden aan beleidsdomeinen
91
3.6.
Overzicht het overzicht van de entiteiten die opgenomen zijn onder de financiële
vaste activa
93
3.7.
Fiscaliteit
94
3.7.1. Aanslagvoet per jaar van de aanvullende belasting op personenbelasting en van de
opcentiemen op de onroerende voorheffing
94
3.7.2. Verwijzing naar de plaats van de publicatie van de belastingsreglementen
94
3.7.3. Overzicht van de belastingen waarvan de aanslagvoet zal wijzigen gedurende de
periode 2014-2019
95
3.7.4. Overzicht van de jaarlijkse opbrengst van elke door het bestuur geheven
belastingsoort
97
3.8.
Financiële schulden (schema TM2)
98
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
3
Meerjarenplan 2014-2019
1. Strategische nota
Naam bestuur:
Stad Damme
NISCODE bestuur:
31006
Adres bestuur:
Vissersstraat 2a
8340 Moerkerke
Secretaris (wnd):
Hendrik De Corte
Financieel beheerder:
Rachel De Bruyckere
4
1.
Strategische nota
De strategische nota van het meerjarenplan geeft een overzicht van alle prioritaire
beleidsdoelstellingen.
1.1.
Algemeen
Bij de strategieontwikkeling moet men zich bewust zijn van en zich focussen op “het
waarom” van wat de organisatie doet.
Daarbij moeten de bestuurders en het management zich de volgende vragen stellen: “doen
wij de juiste dingen?”; “wat is de toegevoegde waarde van onze prestaties/diensten?”;
“kunnen dezelfde beleidsdoelstellingen niet beter met andere beleidsinstrumenten
gerealiseerd worden?”; “kunnen wij onze doelstellingen niet effectiever realiseren, op een
andere manier, met andere overheidsproducten of diensten?”.
Daarnaast is het noodzakelijk dat het management ervoor zorgt dat de inrichting en
uitvoering van organisatieprocessen zijn afgestemd op de beleidsdoelstellingen die door de
beleidsvoerders zijn vastgelegd.
Concreet betekent dit dat er dient geanalyseerd of we met de bestaande
organisatieprocessen in staat zijn om de beleidsdoelstellingen te realiseren of we nieuwe
organisatieprocessen dienen te implementeren of de bestaande processen verder dienen te
verbeteren.
Ten slotte moet de strategie ook daadwerkelijk geconcretiseerd worden.
De strategieontwikkeling is duidelijk maken:
 wat de gewenste situatie is en waarom (Waar willen wij heen, wat is onze
bestemming?)=> Hiervoor verwijzen we naar de omgevingsanalyse (zie toelichting)
 hoe die gewenste situatie nagestreefd wordt (Langs welke weg gaan wij en met welke
vervoersmiddelen?) => Hiervoor verwijzen we naar punt 1.2
 hoe wij het succes van de strategie zullen meten / evalueren (Hoe zullen wij weten of wij
wel degelijk op onze bestemming aangekomen zijn) => In het kader van het eerste
meerjarenplan binnen de BBC methodiek werden nog maar een beperkt aantal
indicatoren geformuleerd. Dit komt verder aan bod bij een eerste tussentijdse
rapportering in 2014.
Dit alles houdt een verdere concretisering in van de strategische keuzes. Uiteindelijk moet
iedere medewerker zijn plaats en zijn individuele doelstellingen kennen die binnen dit
totaalplaatje passen.
De strategieontwikkeling en –implementatie moeten de energie, de creativiteit, het
kwaliteitsbewustzijn van de medewerkers en interne belanghebbenden aanscherpen en
benutten; terwijl het vertrouwen bij de externe belanghebbenden versterkt worden. Dit alles
vereist een concrete vertaling en communicatie naar alle niveaus en een samenhangend
beheerssysteem en adequaat systeem van rapportering en sturing dat bij dit alles aansluit.
Strategie is vooruitzien, maar is niet dromen. Van bij de start wordt de link met de
beschikbare middelen bewaakt en dient ook afgetoetst in welke mate de vooropgestelde
doelstellingen daadwerkelijk haalbaar en realistisch zijn.
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
5
De organisatie moet zich maximaal richten op de realisatie van de beleidsdoelstellingen.
1.2.
Overzicht prioritaire beleidsdoelstellingen
De strategische nota van het meerjarenplan bevat een oplijsting van de prioritaire
doelstellingen. Het betreft die doelstellingen waarvan de gemeenteraad de realisatie
uitdrukkelijk wil opvolgen. De andere doelstellingen maken, samen met de verrichtingen die
niet in beleidsdoelstellingen werden vertaald, deel uit van het overige beleid.
De keuze van de gemeenteraad om iets te beschouwen als prioritaire beleidsdoelstelling of
overig beleid duidt dus op een differentiatie in de manier van opvolgen en rapporteren over
die beleidsdoelstelling en niet noodzakelijk op het belang dat aan die doelstelling wordt
gehecht.
Per prioritaire beleidsdoelstelling worden de bijhorende actieplannen evenals de termijn voor
realisatie en de geplande raming van ontvangsten en uitgaven per jaar op doelstellingniveau
vermeld.
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
6
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
7
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
8
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
9
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
10
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
11
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
12
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
13
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
14
Meerjarenplan 2014-2019
2. Financiële nota
Naam bestuur:
Stad Damme
NISCODE bestuur:
31006
Adres bestuur:
Vissersstraat 2a
8340 Moerkerke
Secretaris (wnd):
Hendrik De Corte
Financieel beheerder:
Rachel De Bruyckere
2.
Financiële nota
De financiële nota van het meerjarenplan bestaat uit:
-
2.1.
het financieel doelstellingenplan: M1-schema
de staat van het financieel evenwicht: M2-schema
Financieel doelstellingenplan
Het financieel doelstellingenplan bevat per beleidsdomein en voor elk jaar waarop het
meerjarenplan betrekking heeft:


het totaal van de verwachte ontvangsten en uitgaven van alle prioritaire
beleidsdoelstellingen (zoals opgenomen in de strategische nota);
het totaal van de verwachte ontvangsten en uitgaven voor het overig beleid (niet
prioritaire beleidsdoelstellingen en overig beleid).
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
16
Financieel Doelstellingenplan (M1-schema)
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
17
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
18
2.2.
Staat van het financieel evenwicht
De BBC methodologie streeft een dubbel evenwichtscriterium na:


Toestandsevenwicht: het resultaat op kasbasis moet elk jaar groter of gelijk zijn aan 0.
Structureel evenwicht: de autofinancieringsmarge moet bij de gemeente in het laatste
jaar van het meerjarenplan groter of gelijk zijn aan nul.
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
19
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
20
2.2.1. Structurele maatregelen financieel evenwicht
Om de autofinancieringsmarge te behalen neemt het bestuur structurele maatregelen aan
ontvangstenzijde en aan uitgavenzijde.
Ontvangsten:
-actualisatie van de gebruikerstarieven van de stedelijke infrastructuur;
- billijke retributies voor geleverde prestaties;
- invoering (onbebouwde percelen) of verhogen (leegstand) van heffingen. Deze heffingen
worden verkozen boven eventuele andere omdat beide heffingen ook beleidsondersteunend
werken. Dit wil zeggen die een bepaald gedrag van de belastingplichtige ontraden of
stimuleren. In concrete wordt de bebouwing van percelen gestimuleerd en leegstand
ontraden.
Uitgaven:
-schrappen van gemeentelijke subsidies die niet effectief zijn om een doelstelling te
realiseren of waarvan de doelstelling minder duidelijk definieerbaar is;
-onderhoud van de gemeentelijke gebouwen om duurdere investeringen te voorkomen;
-spreiding van de investeringen in de tijd.
Om de autofinancieringsmarge ook op langere termijn te blijven behalen:
- rentelasten verminderen door duurtijd leningen te beperken.
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
21
Meerjarenplan 2014-2019
3. Toelichting
Naam bestuur:
Stad Damme
NISCODE bestuur:
31006
Adres bestuur:
Vissersstraat 2a
8340 Moerkerke
Secretaris (wnd):
Hendrik De Corte
Financieel beheerder:
Rachel De Bruyckere
22
3.
3.1.
Toelichting
Omgevingsanalyse
3.1.1. Aanpak binnen Stad Damme
Een omgevingsanalyse voorziet een organisatie van de informatie die nodig is om
gefundeerde strategische keuzes te maken. De omgevingsanalyse bestaat uit volgende
onderdelen:
• de interne omgevingsanalyse (zie 3.1.2) biedt informatie over de interne werking van de
organisatie. Door middel van een kritische zelfevaluatie worden relevante sterktes en
zwaktes gedefinieerd die een impact kunnen hebben op toekomstige strategische keuzes.
Dit gebeurde aan de hand van een onderzoeksmodel met als voordeel dat:
• Alle relevante elementen van de werking van de organisatie kritisch worden
geanalyseerd. Blinde vlekken worden op die manier vermeden.
• De verzamelde informatie gestructureerd wordt ondergebracht in enkele
vastgelegde kaders/factoren.
• Er rekening wordt gehouden met de complexiteit van de organisatie. Niet enkel
de informatie die zichtbaar is, wordt gebruikt. Een analysemodel kan aanzetten
tot een dieper onderzoek en kritischer evaluatie van bestaande werkmethoden.
In Stad Damme werd gebruik gemaakt van het 7S-model om sterktes en zwaktes te
onderscheiden. Dit model bestaat uit volgende factoren:
 Strategie
 Structuur
 Systemen
 Staf
 Stijl
 Sleutelvaardigheden
 Significante waarden
Concreet heeft BDO Public Sector groepsgesprekken gevoerd met de medewerkers van de
stedelijke diensten (exclusief de buitendienst van de technische dienst). Aan de hand van
het 7S-model werden gericht enkele vragen gesteld aan de medewerkers. Deze gesprekken
vonden plaats in maart 2013. De medewerkers konden in alle vrijheid en openheid hun
antwoorden formuleren zodat wel degelijk sprake is van een “kritische zelfevaluatie”. Op
organisatiebreed niveau heeft BDO Public Sector dan sterktes en zwaktes geformuleerd.
Deze werden ook afgestemd met de werkgroep BBC. De resultaten daarvan vindt u in
volgende onderdelen terug.
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
23
• de externe omgevingsanalyse (zie 3.1.3) laat toe inzicht te verwerven in de omgeving
waarin de organisatie actief is. Hoe zien onze doelgroepen er uit? Welke trends komen er
op ons af en wat zal de impact ervan zijn op onze organisatie? Deze externe factoren zullen
in kaart worden gebracht als mogelijke kansen en bedreigingen.
De factoren die een gunstige invloed of een negatieve invloed kunnen hebben op de
werking van de organisatie werden in kaart gebracht en geformuleerd als ‘kansen’ en
‘bedreigingen’. Om de externe omgeving zo volledig mogelijk in kaart te brengen werd het
DESTEP-model als kader gebruikt. Dit model bevat volgende factoren:
• Demografie,
• Economie,
• Sociaal-cultureel,
• Technologie,
• Ecologie,
• Politiek-juridisch.
Het oplijsten van de kansen en bedreigingen per factor gebeurde na een grondige
documentenanalyse. In volgend onderdeel vindt u voor elk van de factoren van het DESTEPmodel de geformuleerde kansen en bedreigingen terug.
• de confrontatiematrix leidt tot het formuleren van enkele centrale thema’s, namelijk de
speerpunten/beleidsthema’s. Na de interne en de externe analyse ontstond een
onderbouwde SWOT-analyse (Strength, Weakness, Opportunity, Threat).
Intern
STERKTE
ZWAKTE
Positief
Negatief
KANS
BEDREIGING
Extern
Door van deze SWOT-analyse te vertrekken in het beleidsvoorbereidend en –bepalend werk
wenste men een indruk te krijgen over de mogelijke intensiteit (positieve impact vs.
negatieve impact) van de strategie.
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
24
Extern
Confrontatiematrix
Bedreiging
Sterk
Aanvallen
Verdedigen
Zwak
Verbeteren
Omkeren
Intern
Kans
Wanneer men bij het vormgeven van de speerpunten merkt dat een bepaalde groep uit de
omgevingsanalyse (sterkte, zwakte, kans of bedreiging) sterk aanwezig is, zal men een beeld
krijgen over de intensiteit van de strategie. Volgende strategieën kunnen onderscheiden
worden (gerangschikt van minst, naar meest intensief):
1. Wanneer men vooral sterke elementen en kansen clustert rond een bepaald speerpunt
dan kiest men voor een aanvallende strategie.
 Welke sterke punten kunnen we inzetten om een kans optimaal te benutten?
2. Wanneer men vooral sterke elementen en bedreigingen clustert rond een bepaald
speerpunt dan kiest men voor een verdedigende strategie.
 Welke sterkte punten kunnen we inzetten om een bedreiging tegen te gaan?
3. Wanneer men vooral zwakke elementen en kansen clustert rond een bepaald
speerpunt dan kiest men voor een strategie gericht op verbetering.
 Welke zwakke punten moeten we verbeteren om toch kansen te benutten?
4. Wanneer men vooral zwakke elementen en bedreigingen clustert rond een bepaald
speerpunt dan kiest men voor een strategie gericht op een totale omkeer.
 Welke zwakke punten moeten we verbeteren om bedreigingen tegen te gaan?
Concreet heeft de werkgroep BBC onder begeleiding van BDO Public Sector op basis van de
SWOT-analyse enkele beleidsthema’s geformuleerd. Deze beleidsthema’s werden, samen met
het volledige traject van de omgevingsanalyse, ook afgetoetst met het college van
burgemeester en schepenen tijdens het overleg op 11 juli 2013. Zowel de SWOT als de
beleidsthema’s kan u in volgend onderdeel terugvinden
Deze 3 elementen samen (interne omgevingsanalyse, externe omgevingsanalyse en de
beleidsthema’s) vormen de omgevingsanalyse. Het zorgt ervoor dat de organisatie goed
geïnformeerd is om de richting van het toekomstig beleid te bepalen. De beleidsthema’s
werden dan ook als basis gebruikt om de beleidsdoelstellingen te formuleren.
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
25
3.1.2. Interne omgevingsanalyse
Factor 1: Strategie
Welke uitdrukkelijke doelen worden gesteld en met welke middelen wil men ze bereiken?
De strategie dient de brug te vormen tussen het mission statement, dat wil zeggen de ‘raison
d’être’ van de organisatie, en de harde realiteit die dicteert dat met beperkte middelen niet
alle doelen tegelijkertijd gerealiseerd kunnen worden. Een strategisch plan maakt keuzes en
zorgt dat alle delen van de organisatie weten wat er van hun verwacht wordt om bij te
dragen aan het succes van het geheel.
1.1.
Overzicht sterktes en zwaktes
Sterktes:
IA1-S1 omgevingsanalyse
IA1-S2 rapporteringssystemen
IA1-S3 relatie administratie-politiek
IA1-S4 participatie
Zwaktes:
IA1-Z1 gebrek aan organisatiebrede doelstellingen + geen afstemming tussen de diensten
IA1-Z2 organisatiebrede beleids- en beheersrapporten
IA1-Z3 operationele en financiële koppeling
IA1-Z4 relatie administratie-politiek
1.2.
1.
Omschrijving sterktes
Omgevingsanalyse
 Vanuit de sectorale plannen heeft de organisatie veel ervaring en kennis
omtrent het uitvoeren van omgevingsanalyses. Tot nu toe ontbrak een
omgevingsanalyse voor de volledige organisatie, maar met de implementatie
van de BBC is het uitvoeren van een organisatiebrede omgevingsanalyse
geïntroduceerd. De verschillende diensten zijn betrokken in het tot stand
komen van de omgevingsanalyse; dit vergroot ook meteen het draagvlak
binnen de administratie voor het toekomstig beleid.
2. Rapporteringssystemen
 Diensten (vb. vrijetijdsdiensten, milieudienst) hebben ervaring met
rapporteringssystemen voor het opvolgen en evalueren van de doelstellingen
(geven realisatiegraad aan, beslissingen over verderzetten/stopzetten). Voor
de opvolging wordt soms ook gebruik gemaakt van indicatoren.
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
26
3. Relatie administratie-politiek
 In de afdelingen verschillen de relaties administratie-politiek: de ene
administratie wordt al meer gestuurd door de schepen dan de andere op vlak
van beleid. In de ene afdeling is er ook al meer een duidelijke lange termijn
visie aanwezig dan bij anderen.
4. Participatie
 De vrijetijdsdiensten hebben ervaring met participatie-initiatieven: enquêtes,
voeren van debat met burgers/verenigingen, etc. Ook andere diensten voeren
debatteren met burgers (bijvoorbeeld: dienst ruimtelijke ordening bij opmaak
gemeentelijke ruimtelijke plannen).
1.3.
Omschrijving zwaktes
1. Gebrek aan organisatiebrede doelstellingen + geen afstemming tussen de diensten
 Op vlak van doelstellingen is er een verkokering te zien: binnen sommige
diensten zijn doelstellingen expliciet (vrijetijdsdiensten) of impliciet
(ondersteunende diensten) aanwezig, maar op niveau van de Stad Damme als
geheel zijn doelstellingen minder duidelijk aanwezig. Volgens de BBC-filosofie
zouden doelstellingen organisatiebreed geformuleerd moeten worden: voor
iedere dienst moet het duidelijk zijn aan welke doelstellingen van de Stad als
geheel men bijdraagt.
2. Organisatiebrede beleids- en beheersrapporten
 Momenteel worden er geen organisatiebrede thema's opgevolgd. Het MAT
(uitbreiding van het MAT sinds 1 januari 2013) is een aangewezen orgaan om
enkele strategische en beheersmatige zaken van de Stad op te volgen. In het
kader van BBC zal het MAT een keuze moeten maken wat ze systematisch wil
opvolgen en hiervoor de nodige rapporteringssystemen voorzien.
3. Operationele en financiële koppeling
 In het vorige MJP van de Stad werden doelstellingen niet financieel vertaald;
in de financiële nota van het budget is er wel een financiële vertaling van de
doelstellingen opgenomen en in de verklarende nota wordt aangegeven bij
welke doelstelling van het meerjarenplan een uitgave hoort. Volgens de BBCfilosofie zou dit omgekeerd moeten: eerst afvragen wat men wil doen en
daarna er de financiële middelen aan koppelen.
 De dagelijkse opvolging van budgetten is bij enkele operationele diensten
aanwezig (vb. volksontwikkeling), maar niet bij alle diensten. De opvolging
gebeurt hoofdzakelijk door eigen opgemaakte excellen, terwijl dit
rechtstreeks uit de financiële dienst zou kunnen komen, waardoor
dubbelwerk kan worden vermeden.
4. Relatie administratie-politiek
 Er ontbreekt soms een (formeel) overleg met de schepen (vb. technische
dienst) waardoor zaken die informeel door de schepenen toegezegd zijn aan
de burger niet, te laat of onduidelijk terechtkomen bij de dienst. Dit kan voor
ontevredenheid zorgen bij de burger, de schepen, maar ook bij de betrokken
dienst.
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
27
Factor 2: Structuur
Refereert aan de inrichting van de organisatie zelf. Hoe ziet ons organogram eruit? Welke
niveaus bestaan er? Hoe verloopt de taakverdeling, coördinatie?
Ook wordt hierbij bekeken over welke infrastructuur de organisatie beschikt om haar
dienstverlening in onder te brengen.
2.1.
Overzicht sterktes en zwaktes
Sterktes:
IA2-S1 nieuwe en moderne infrastructuur
IA2-S2 initiatieven om verkokering tegen te gaan
IA2-S3 communicatiestructuren
IA2-S4 goede communicatie tussen bepaalde diensten
Zwaktes:
IA2-Z1 verouderde infrastructuur + onderhoud infrastructuur
IA2-Z2 interne focus van diensten/verkokering
IA2-Z3 achtergrondduiding van collegebeslissingen
IA2-Z4 ondersteunende diensten voorzien niet de nodige ondersteuning: dubbelwerk
IA2-Z5 oplossen technische mankementen en beschadigingen gebouwen en infrastructuur
IA2-Z6 geen uniformiteit van communicatie in de diensten
IA2-Z7 intranet
2.2.
Omschrijving sterktes
1. Nieuwe en moderne infrastructuur
 Stad Damme beschikt over moderne en nieuwe infrastructuur: vb. nieuw AC,
bib, cultuurfabriek, de Sterre.
2. Initiatieven om verkokering tegen te gaan
 Eerste initiatieven om de verkokering tegen te gaan zijn genomen: verruiming
van het MAT, dienstoverschrijdend overleg, wekelijks kort bestek voor
personeel en pers omtrent collegebeslissingen, etc.
3. Communicatiestructuren
 Stad Damme heeft verschillende communicatiestructuren:
dienstoverschrijdend overleg met 15 leidinggevenden (1x per maand), MAT en
communicatiestructuren binnen de diensten.
4. Goede communicatie tussen bepaalde diensten
 Er is overleg tussen de verschillende diensten in de afdeling vrijetijd
(diensthoofdenoverleg). Dit overleg zorgt ervoor dat kennis gedeeld wordt,
dat men op de hoogte is van elkaars werkzaamheden en dat er een
afstemming is tussen de diensten.
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
28
2.3.
Omschrijving zwaktes
1. Verouderde infrastructuur + onderhoud infrastructuur
 De stad beschikt over infrastructuur die stilaan veroudert vb. turnzaal, de
sportzalen, centrum Rostuine.
 Er ontbreekt een visie voor het onderhoud van de infrastructuur. Pas bij het
optreden van zeer dringende problemen/herstellingen wordt er ingegrepen.
2. Interne focus van diensten/verkokering
 Diensten zijn vooral op hun eigen werking gericht. Er is weinig samenwerking
tussen de diensten. Enerzijds is er een fysieke gescheidenheid door de ligging
van het administratief centrum en de buitendiensten, maar anderzijds ook
tussen de ondersteunende en de operationele diensten.
3. Achtergrondduiding van collegebeslissingen
 De collegebeslissingen worden via een verslag per mail doorgegeven aan de
diensthoofden. De diensthoofden zijn verantwoordelijk voor de verspreiding
van de informatie binnen hun dienst. De diensten geven aan dat dit als
beperkt ervaren wordt waarbij het overkoepelend beeld ontbreekt.
4. Ondersteunende diensten voorzien niet de nodige ondersteuning: dubbelwerk
 De nodige ondersteuning vanuit de centrale diensten die zou moeten gegeven
worden is niet aanwezig waardoor operationele diensten deels de taken van
de ondersteunende diensten overnemen. Hierdoor ontstaat er veel
dubbelwerk: diensten leggen eigen excels aan om (personeels-, financiële)
informatie ter beschikking te hebben.
5. Oplossen technische mankementen en beschadigingen gebouwen en infrastructuur
 De processen voor het oplossen van technische mankementen en
beschadigingen van gebouwen en infrastructuur verlopen niet optimaal. Er
zijn onduidelijkheden over de aanpak, het tijdspad en de motivering waarom
bepaalde vragen wel (snel) of niet (snel) worden behandeld.
6. Geen uniformiteit van communicatie in de diensten
 Iedere dienst zelf organiseert de eigen overlegmomenten en organiseert zelf
de doorstroom van informatie (maandelijks overleg in PD, enkel overleg bij
problemen, diensthoofdenoverleg volksontwikkeling, teamvergaderingen, …).
7. Intranet
 Intranet wordt onvoldoende ingezet om informatie over de organisatie te
verspreiden.
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
29
Factor 3: Systemen
Dit omvat alle formele en informele werkwijzen, procedures, reglementen, afspraken en de
bijhorende communicatiestromen.
3.1.
Overzicht sterktes en zwaktes
Sterktes:
IA3-S1 procedures en processen op eigen initiatief van de diensten
Zwaktes:
IA3-Z1 ICS
IA3-Z2 processen zijn niet mee geëvolueerd met de organisatie
IA3-Z3 processen faciliteren de samenwerking niet
IA3-Z4 weinig ondersteunende IT pakketten
IA3-Z5 geen IT-coördinatie en beleid
3.2.
Omschrijving sterktes
1. Procedures en processen op eigen initiatief van de diensten
 Enkele diensten schrijven op eigen initiatief procedures/processen uit vb.
financiële dienst, dienst cultuur, personeelsdienst, …
3.3.
Omschrijving zwaktes
1. ICS

Interne controlesysteem wordt niet gecoördineerd aangepakt: er is geen
systematische opvolging en evaluatie van de bestaande procedures en
processen.
2. Processen zijn niet mee geëvolueerd met de organisatie
 Procedures zijn niet meer aangepast aan de organisatie. De Stad heeft zijn
dienstverlening/takenpakket uitgebreid en de omvang van de organisatie is
toegenomen, maar de werkwijze/procedures zijn onvoldoende aangepast aan
deze verandering. Hierdoor nemen basisprocessen veel tijd in beslag en duurt
het lang voor iets geregeld/goedgekeurd wordt.
3. Processen faciliteren de samenwerking niet
 Processen belemmeren de samenwerking omdat ze niet gekend zijn (niet
duidelijk wat verwacht wordt) of omdat ze niet gevolgd worden. Vb. er wordt
een aankoop aangevraagd vanuit de diensten, maar technische dienst kan het
niet verder behandelen omwille van gebrek aan juiste informatie
(=gekendheid), maar technische dienst laat ook niet weten wat er precies
moet wijzigen aan de aanvraag omwille van tijdsgebrek.
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
30
4. Weinig ondersteunende IT pakketten
 Er zijn weinig ondersteunende IT pakketten aanwezig. Heel wat zaken moeten
nog handmatig ingegeven en verwerkt worden waardoor heel wat tijd
verloren gaat en de kans op fouten toeneemt.
5. Geen IT-coördinatie en beleid
 Op vlak van IT is er expertise tekort en is er geen coördinatie aanwezig. Er
wordt nieuw materiaal voorzien (vb. nieuwe software of hardware), maar dit
wordt niet gekaderd: er wordt geen aandacht besteed aan hoe de
medewerkers met een nieuw programma moeten omgaan, hardware wordt
niet afgestemd op zwaardere softwareprogramma's (vb. GIS), soms tekort aan
software (voor gestructureerde betalingen, personeelsdienst), etc. Dit kan de
werking van bepaalde diensten vertragen of beperken. In kader van de BBC
zal de goede implementatie van de software zeer belangrijk worden.
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
31
Factor 4: Sleutelvaardigheden
Stelt scherp vast wat de eigen organisatie doet schitteren. Waar zijn we goed in? Maar ook in
welke mate het succes afhangt van individuen?
4.1.
Overzicht sterktes en zwaktes
Sterktes:
IA4-S1 sterk vrijetijdsaanbod
IA4-S2 milieubewustzijn
Zwaktes:
IA4-Z1 kennisconcentratie omtrent overheidsopdrachten
4.2.
Omschrijving sterktes
1. Sterk vrijetijdsaanbod
 Groot vrijetijdsaanbod ivgm gelijkaardige gemeenten.
2. Milieubewustzijn
 Zowel intern (tips voor energiebesparing, milieukrantje, investeringen in
openbare gebouwen), als extern beleid (premies, gemeentelijk infoblad,
energiesparen, etc.).
4.3.
Omschrijving zwaktes
1. Kennisconcentratie omtrent overheidsopdrachten
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
32
Factor 5: Staf
Concentreert zich op de vraag wat de profielen zijn van de leidinggevenden en de
medewerkers, nu en in de toekomst. Hoe zullen we ze rekruteren, vormen, evalueren, en
belonen, motiveren, behouden?
5.1.
Overzicht sterktes en zwaktes
Sterktes:
IA5-S1 vormingsmogelijkheden
IA5-S2 functionerings- en evaluatiegesprekken
IA5-S3 teamgevoel
IA5-S4 professionalisering
Zwaktes:
IA5-Z1 professionalisering van de personeelsadministratie
IA5-Z2 geen personeelsmanagement
IA5-Z3 gebrek aan vormings- en ontwikkelingstrajecten
IA5-Z4 functionerings- en evaluatiegesprekken zijn geen werkinstrument
IA5-Z5 medewerkers verlaten de organisatie
IA5-Z6 hogere werkdruk door dubbele functies
IA5-Z7 geen retentiebeleid
IA5-Z8 teamgevoel
IA5-Z9 afwezigheid arbeidsreglement
IA5-Z10 weinig flexibiliteit in uurregeling
IA5-Z11 back-up
5.2.
Omschrijving sterktes
1. Vormingsmogelijkheden
 De diensten hebben de mogelijkheid om vormingen te volgen. De vorming
wordt op eigen initiatief (individueel of per dienst) aangevraagd. Een
aanvraag wordt praktisch altijd goedgekeurd indien ze een toegevoegde
waarde hebben.
2. Functionerings- en evaluatiegesprekken
 Er zijn functionerings- en evaluatiegesprekken voorzien in de RPR. Formeel is
de basis in de organisatie aanwezig voor competentiemanagement.
3. Teamgevoel
 Binnen de diensten is er over het algemeen een goede sfeer en teamgevoel.
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
33
4. Professionalisering
 De Stad wil verder professionaliseren. Hiervoor wil men in de toekomst o.a.
hogere niveaus binnenbrengen omwille van de nood tot meer gespecialiseerde
medewerkers.
5.3.
Omschrijving zwaktes
1. Professionalisering van de personeelsadministratie
 De personeelsdienst kan bepaalde personeelsvragen van medewerkers
onvoldoende beantwoorden. De medewerkers kunnen onvoldoende voortgaan
op de juistheid van de documenten die aangeleverd worden door de
personeelsdienst. Hierdoor houden heel wat medewerkers zelf hun
administratie bij (vb. om hun verlofsaldo te kunnen opvolgen).
2. Geen personeelsmanagement
 De personeelsdienst houdt zich vooral bezig met de personeelsadministratie
en het beheer. Er is geen personeelsmanagement/personeelsbeleid aanwezig.
Met de bestaande middelen en personeel is het niet mogelijk om dit in het
takenpakket op te nemen.
3. Gebrek aan vormings- en ontwikkelingstrajecten
 Er is een gebrek aan vormingsbeleid dat centraal aangestuurd wordt:
vormingsplan, Persoonlijk OntwikkelingsPlan (POP), managementskills,
opleiding gebruik nieuwe software, etc.
4. Functionerings- en evaluatiegesprekken zijn geen werkinstrument
 De functionerings- en evaluatiegesprekken zijn formeel voorzien, maar deze
worden niet systematisch ingezet door de diensten. Door verschillende
redenen worden ze niet gebruikt: geen draagvlak, geen uniformiteit tussen
diensten, geen opvolging, etc.
5. Medewerkers verlaten de organisatie
 De voorbije jaren hebben enkele medewerkers de organisatie verlaten (ook
statutairen) terwijl dit vroeger minder frequent gebeurde. Verschillende
redenen worden hiervoor aangegeven: hoge werkdruk, men kan niet
verwezenlijken wat men wou, andere interesses, …
6. Hogere werkdruk door dubbele functies
 Bepaalde medewerkers combineren twee functies (secretaris, diensthoofden,
medewerkers). Dit leidt tot een hogere werkdruk door combinatie van
functies.
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
34
7. Geen retentiebeleid
 Als een medewerker de organisatie verlaat of op het einde van zijn loopbaan
is, kan de organisatie heel wat leren van deze medewerkers. Een goed
exitgesprek gaat na waarom een bepaalde medewerker de organisatie
verlaat. Dit kan belangrijke informatie opleveren (betere aanpak van
bepaalde organisatieaspecten, verhinderen dat andere medewerkers om
dezelfde redenen vertrekken, ...). Aangezien medewerkers frequenter de
organisatie verlaten, kunnen exitgesprekken belangrijke informatie
opleveren. Voorlopig worden zo'n gesprekken niet gevoerd.
8. Teamgevoel
 Tussen medewerkers van verschillende diensten heerst soms wantrouwen.
9. Afwezigheid arbeidsreglement
 Geen arbeidsreglement voor de Stad. Het verhindert de personeelsdienst om
initiatieven te nemen rond personeelsmanagement.
10. Weinig flexibiliteit in uurregeling
 Medewerkers ervaren de bestaande flexibiliteit op vlak van uurregeling als
beperkt omwille van de administratieve rompslomp, maar ook omwille van de
sociale druk van de collega's.
11. Back-up
 In sommige diensten kan er een acuut probleem optreden naar backup van de
taken.
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
35
Factor 6: Stijl
Deze factor verwijst naar de managementstijl van de organisatie. We hebben het dan over de
manier waarop de leidinggevende de medewerkers behandelt en de wijze waarop men met
elkaar omgaat. Een goede manier van leiding geven, levert meestal ook een goed resultaat
op, wat in de praktijk vaak duidelijk terug te zien is.
6.1.
Overzicht sterktes en zwaktes
Sterktes:
IA6-S1 toegankelijkheid leidinggevenden
Zwaktes:
IA6-Z1 evenwicht kwaliteit en dienstverlening
IA6-Z2 gespannen sfeer in AC
IA6-Z3 operationele invulling van leidinggevenden
6.2.
Omschrijving sterktes
1. Toegankelijkheid leidinggevenden
a. De medewerkers hebben een goede relatie met hun directe leidinggevenden.
6.3.
Omschrijving zwaktes
2. Evenwicht kwaliteit en dienstverlening
 Bestaande controlemechanismen en afspraken kunnen de kwaliteit van de
werking bevorderen, maar er dient steeds gewaakt te worden over het
evenwicht kwaliteit en snelheid dienstverlening.
3. Gespannen sfeer in AC
 In het Administratief Centrum is er duidelijk een gespannen sfeer merkbaar.
4. Operationele invulling van leidinggevenden
 De leden van het MAT zijn ook in de dagelijkse praktijk vooral bezig met
operationele taken.
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
36
Factor 7: Significante waarden
Hierbij gaat het over de organisatiecultuur, de identiteit: ofwel de visie. De reden voor de
centrale plaatsing is het feit dat deze factor zorgt voor samenhang en sturing van de overige
factoren.
7.1.
Overzicht sterktes en zwaktes
Sterktes:
IA7-S1 klantvriendelijk
IA7-S2 persoonlijk
Zwaktes:
IA7-Z1 geen geformuleerde missie
7.2.
Omschrijving sterktes
1. Klantvriendelijk
 Klantvriendelijk, op maat van de Dammenaar (onthaal, verschillende loketten,
bereikbaarheid, gemakkelijk bij juiste dienst). Lange openingsuren (donderdag
tot 20u + zaterdagvoormiddag) voor de burger.
2. Persoonlijk
 Persoonlijk, laagdrempelig. Iedereen kent elkaar.
7.3.
Omschrijving zwaktes
1. Geen geformuleerde missie
 Er is geen formuleerde missie.
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
37
3.1.3. Externe omgevingsanalyse
Factor 1: Demografie
Producten en diensten worden gemaakt voor de bevolking. Het is belangrijk om uw doelgroep
te kennen en bijgevolg te weten wat de groei, de omvang en de samenstelling van de
bevolking is.
1.1.
Overzicht kansen en bedreigingen
Kansen:
EA1-K1 veroudering van de bevolking
EA1-K2 groene druk daalt, maar is nog steeds hoog
EA1-K3 verscheidenheid deelgemeenten
Bedreigingen:
EA1-B1 lichte bevolkingsafname: stijging in Moerkerke, Den Hoorn en Vivenkapelle
EA1-B2 veroudering van de bevolking: sterke interne vergrijzing
EA1-B3 aantal jongeren neemt af
EA1-B4 stijging aantal huishoudens + toenemende individualisering (kleine huishoudens)
1.2.
Omschrijving kansen
1. Veroudering van de bevolking
 In Damme is er een sterke veroudering van de bevolking. De oudste
bevolkingsgroep neemt steeds toe. De grootste bevolkingsgroep situeert zich
in 2012 tussen de 40 en 65 jaar. En de jongere bevolkingsgroep daalt in
aantal.
2. Groene druk daalt, maar is nog steeds hoog
 In Damme is er een sterke daling te zien van de groene druk: van 42,04 in
2002 naar 34,78 in 2012. De daling in Damme is sterker ivgm het
arrondissement (36,24 in 2002 naar 33,67 in 2012). In 2012 was de groene
druk in Damme hoger ivgm het arrondissement.
3. Verscheidenheid deelgemeenten
 Vivenkapelle en Sijsele zijn de deelgemeenten met het minst ouderen en
hoogbejaarden. Damme-centrum is dan weer de deelgemeente waar veel
ouderen en hoogbejaarden wonen (aanwezigheid rusthuis speelt hierbij een
rol; zal wijzigen met nieuw WZC in Sijsele).
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
38
1.3.
Omschrijving bedreigingen
1. Lichte bevolkingsafname: stijging in Moerkerke, Den Hoorn en Vivenkapelle
 Sedert 2001 kent Damme een lichte bevolkingsdaling met een dieptepunt in
2009 (in 2000: 11.058 inwoners). Sedert 2009 bleef het bevolkingsaantal vrij
constant. In 2012 telde Damme 10.844 inwoners.
 De deelgemeenten Moerkerke, Den Hoorn en Vivenkapelle kennen een stijging
van het aantal inwoners. Terwijl de deelgemeenten Damme, Hoeke,
Lapscheure, Oostkerke en Sijsele een daling kennen. (voor Sijsele kan in de
toekomst wel een stijging verwacht worden door verkavelingen).
2. Veroudering van de bevolking: sterke interne vergrijzing
 In Damme is er een constante stijging van de grijze druk (bevolking 65+ tov de
bevolking 20-64 jaar). De grijze druk in Damme nam toe van 29,46 in 2002
naar 32,77 in 2012 Deze stijging is minder uitgesproken dan in het
arrondissement (stijging van 31,15 in 2002 naar 37,92 in 2012). Damme
(32,77) heeft in 2012 een lagere grijze druk ivgm het arrondissement (37,92).
 De interne vergrijzing (bevolking 80+ tov 65+) neemt steeds toe in Damme:
van 20,78 in 2002 naar 31,16 in 2012. De stijging in Damme is sterker dan in
het arrondissement (22,45 in 2002 naar 28,65 in 2012). Damme heeft in 2012
een sterkere interne vergrijzing ivgm het arrondissement.
3. Aantal jongeren neemt af
 In de bevolkingspiramide van Damme zien we een systematische daling van
het aantal jongeren.
4. Stijging aantal huishoudens + toenemende individualisering (kleine huishoudens)
 Hoewel het aantal inwoners de laatste jaren steeds afneemt, blijft het aantal
huishoudens toenemen. Het aantal huishoudens zijn gestegen van 3.972
huishoudens in 1999 naar 4.225 huishoudens in 2009. Deze stijging van de
huishoudens zal zich in de toekomst ook verderzetten (in 2019 zouden er
4.420 huishoudens zijn).
 Als men naar de omvang van de Damse private huishoudens kijkt, zien we
tussen 1997 en 2007 een stijging van het aantal huishoudens met een omvang
van 1 persoon en 2 personen. Het totaal alleenstaanden zijn toegenomen van
759 alleenstaanden in 1999 naar 946 alleenstaanden in 2009 (bijna 1/4de van
het totaal aantal huishoudens). De 2-persoonshuishoudens zijn toegenomen
van 1.214 huishoudens in 1997 naar 1.467 in 2007. Vanaf huishoudens met 3
personen is er een daling van het aantal te zien.
 Volgens bevolkings- en huishoudingsvooruitzichten van de VUB wordt de
toename van het aantal één-en tweepersoonshuishoudens in onze provincie
op verschillende leeftijdscategorieën geboekt en kan deels verklaard worden
door de toenemende vergrijzing. Ouderen wonen klassiek vaak alleen of als
koppel. Anderzijds vertaalt ook het toenemende aantal echtscheidingen zich
in het vaker voorkomen van kleinere huishoudens. Binnen de groep ouderen
zijn de tweepersoonshuishoudens in West-Vlaanderen duidelijk aan een
opmars bezig. Meer ouderen overleven blijkbaar langer als koppel.
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
39
Factor 2: Economisch
Op de organisatie zelf als op haar doelgroep spelen ook enkele economische factoren in die
ervoor kunnen zorgen dat de vraag naar producten en dienstverlening enorm toenemen. Naast
nationale ontwikkelingen, hebben ook internationale ontwikkelingen een impact op de
dagelijkse situatie.
2.1.
Overzicht kansen en bedreigingen
Kansen:
EA2-K1 lage urbanisatie
aantal leefloners + aantal kinderen in kansarme gezinnen nemen toe, maar
EA2-K2 blijven laag
EA2-K3 hoge activiteitsgraad, hoge werkzaamheidsgraad en lage werkloosheidsgraad
EA2-K4 verkavelingen
EA2-K5 tweede verblijven
EA2-K6 lokaal bedrijventerrein
EA2-K7 landbouwverbreding
Bedreigingen:
EA2-B1 inhaalbeweging gemiddeld inkomen per inwoner, maar nog steeds laag
aantal leefloners + aantal kinderen in kansarme gezinnen nemen toe, maar
EA2-B2 blijven laag
EA2-B3 hoge huurprijzen en leegstand
EA2-B4 tweede verblijven
EA2-B5 openbaar vervoer
EA2-B6 winkelaanbod
EA2-B7 bereikbaarheid
2.2.
Omschrijving kansen
1. Lage urbanisatie
 Damme kent een zeer lage bevolkingsdichtheid. In 2012 bedroeg de
bevolkingsdichtheid in Damme 121 inwoners/km² (Vlaams gemiddelde: 462
inwoners/km²). Dit kan een kans zijn voor het aantrekken van nieuwe
inwoners (wat ook meer inkomsten voor de stad kan opleveren).
2. Aantal leefloners + aantal kinderen in kansarme gezinnen nemen toe, maar blijven
laag
 In 2010 waren er 0,6 leefloners per 1.000 inwoners in Damme. De laatste tien
jaar is er een golfbeweging merkbaar, waarbij het hoge aantal leefloners in
2000 (1 leefloner per 1.000 inwoners) niet meer werd geëvenaard. Sedert
2008 steeg het aantal leefloners per 1.000 inwoners van 0,3 in 2008 naar 0,6
in 2010 (stijging). Het aantal leefloners in Damme is laag ivgm het Vlaams
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
40

Gewest (4,1 leefloners per 1.000 inwoners) en andere landelijke gemeenten
met een sterke vergrijzing (1,4 leefloners per 1.000 inwoners in 2010).
Aantal kinderen geboren in kansarme gezinnen nemen toe in Damme: van
2,1% kinderen tov totaal aantal kinderen in 2007 naar 3,7% kinderen in 2011.
Deze stijging is ook te zien bij andere landelijke gemeenten en in het Vlaams
Gewest. Het percentage in Damme in 2011 (3,7% kinderen) blijft echter lager
ivgm andere landelijke gemeenten (5,4% kinderen) en in het Vlaams Gewest
(9,7% kinderen).
3. Hoge activiteitsgraad, hoge werkzaamheidsgraad en lage werkloosheidsgraad
 Damme kent een hoge activiteitsgraad, een hoge werkzaamheidsgraad en een
lage werkloosheidsgraad. De activiteitsgraad (beroepsbevolking/bevolking op
arbeidsleeftijd) bedroeg in 2010 78,41%. Dit is iets hoger dan de
activiteitsgraad van het Vlaams Gewest, nl. 76,54%. De werkzaamheidsgraad
(aantal werkenden/bevolking op arbeidsleeftijd) in Damme bedraagt 75%. Dit
is hoger dan het Vlaams Gewest 71%. De werkloosheidsgraad
(NWWZ/beroepsbevolking) in Damme (3,45%) is lager ivgm de
werkloosheidsgraad in het Vlaams Gewest 6,65%).
 De inwoners van Damme zijn vooral tewerkgesteld in de tertiaire (37,1%) en
quartaire sector (39,1%). Ondertussen is wel de legerbasis in Sijsele gesloten
en verhuist op relatief korte termijn AZ Alma van Sijsele naar Eeklo.
4. Verkavelingen
 Damme heeft op haar grondgebied enkele verkavelingen: Sijsele (Spermalie II
- reeds verkocht, gebied rond het nieuwe OCMW-centrum), Damme (geen
bouwgrond beschikbaar, mogelijkheden rond oude rusthuissite,
schoolgebouw), Moerkerke (nieuwe verkaveling Belle Maertensstraat), De
Hoorn (nieuwe verkavelingen zijn beperkt, maar wel een sociaal
groepsbouwproject), Oostkerke, Lapscheure, Hoeke en Vivenkapelle
(nauwelijks nieuwe kavels).
 Damme heeft weinig sociale woningen. Om het aanbod op niveau te brengen,
moeten de geplande projecten daadwerkelijk gerealiseerd worden. De
realisatiesnelheid is evenwel traag.
 In samenwerking met Wvi wordt gestreefd naar een aanbodbeleid voor
bouwgronden, in het bijzonder in Sijsele. De realisatiesnelheid is evenwel
traag.
5. Tweede verblijven
 Een aantal woningen worden gebruikt als tweede verblijf of als
vakantiewoning: Damme heeft 34 tweede verblijven, Vivenkapelle 3,
Oostkerke 34, Hoeke 3, Lapscheure 15, Moerkerke 28, De Hoorn 15 en Sijsele
38 (waarvan ook vakantiewoningen). In Damme en Oostkerke gaat het in
verhouding met het totale aantal woningen om een aanzienlijk percentage.
6. Lokaal bedrijventerrein
 Damme heeft de mogelijkheid om het lokale bedrijventerrein in Moerkerke uit
te breiden en een nieuw bedrijventerrein in te richten in Sijsele.
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
41
7. Landbouwverbreding
 Het aantal actieve landbouwbedrijven daalt. Thuisverkoop en
landbouwverbreding neemt toe.
2.3.
Omschrijving bedreigingen
1. Inhaalbeweging gemiddeld inkomen per inwoner, maar nog steeds laag
 Het gemiddeld inkomen per inwoner in Damme is toegenomen van 15.318€ in
2008 naar 16.309€ in 2010. Dit is een sterkere stijging dan in het Vlaams
Gewest en Resoc Brugge. Het gemiddeld inkomen per inwoner in Damme blijft
in 2010 echter lager dan het gemiddeld inkomen in het Vlaams Gewest
(16.744€ per inwoner) en Resoc Brugge (17.373€ per inwoner).
2. Aantal leefloners + aantal kinderen in kansarme gezinnen nemen toe, maar blijven
laag
 Het toenemend aantal leefloners en het toenemend aantal kinderen in
kansarme gezinnen zijn laag, maar blijven toenemen. Dit kan een bedreiging
zijn voor de Stad Damme.
3. Hoge huurprijzen en leegstand
 Panden in centrum Damma (horeca) zijn overgewaardeerd in de
immobiliënmarkt waardoor er te hoge huurprijzen gevraagd worden, met
leegstand tot gevolg.
4. Tweede verblijven
 Het aantal tweede verblijven kunnen een bedreiging zijn wanneer het de
mogelijkheden voor de eigen inwoners beperken op vlak van huisvesting.
Daarnaast is er ook de bedreiging dat het dorpsweefsel wegtrekt tijdens de
afwezigheid van de tweede verblijven.
5. Openbaar vervoer
 De lijn voerde in 2012 besparingen uit waarbij verschillende belbushaltes
afgeschaft werden en het rittenschema van de belbus herzien werd.
Concentratie ligt nu op de woonkernen Damme, Lapscheure, Hoek en
Moerkerke (een uurfrequentie). Tijdens daluren geldt een tweeurenfrequentie voor het volledige grondgebied. Dit kan een bedreiging zijn
aangezien mobiliteit een belangrijk gegeven is voor Damme: tewerkstelling,
onderwijs, etc. Daarnaast is er een probleem op de spitsuren van
overbevolkte bussen op de reguliere lijnen (Sijsele). In Moerkerke en Damme
is er een beperkt aanbod aan reguliere busverbindingen.
6. Winkelaanbod
 Lokale economie: er is een daling van het winkelaanbod (supermarkten
nemen toe), Oostkerke, Hoeke, Vivenkapelle en Lapscheure hebben geen
winkels.
7. Bereikbaarheid

Stad Damme
Bereikbaarheid door grote infrastructuurwerken. (Vb. omvorming N49, aanleg
A11, …)
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
42
Factor 3: Sociaal-cultureel
Bij de sociaal-culturele factoren wordt er nagegaan welke kenmerken onze stakeholders
bezitten en hoe wij als organisatie daarmee omgaan. Ook de interactie tussen de organisatie
zelf en deze stakeholders, belangengroepen verdient hier de nodige aandacht.
3.3.
Overzicht kansen en bedreigingen
Kansen:
EA3-K1 basisonderwijs
EA3-K2 toeristisch aanbod
EA3-K3 historische stad + talrijke beschermde monumenten
EA3-K4 combinatie vrijetijdsvoorzieningen en kinderopvang
EA3-K5 hoog vrijetijdsaanbod
EA3-K6 uitgebreid en verspreid verenigingsleven
EA3-K7 toenemend belang recreatieve sporten
EA3-K8 gedifferentieerd prijsbeleid sport en cultuur
EA3-K9 activiteiten gezonde levensstijl
EA3-K10 evenementencel
Bedreigingen:
EA3-B1 leerlingenaantal en verspreiding basisonderwijs
EA3-B2 niet alle verenigingen bloeien
EA3-B3 verenigingsleven afhankelijk van gemeentelijke infrastructuur
EA3-B4 vrijetijdsaanbod vooral voor verenigingen
EA3-B5 bepaalde sociale groepen zijn moeilijk bereikbaar
EA3-B6 bepaalde sporttakken hebben geen georganiseerd aanbod
EA3-B7 nood aan nieuwe impulsen voor toerismebeleid
EA3-B8 museumbeleid
EA3-B9 verbroedering
EA3-B10 restauratie van monumenten
3.3.
Omschrijving kansen
1. Basisonderwijs
 In Damme is er basisonderwijs aanwezig: kleuter en lager onderwijs. 70% van
de lagereschoolkinderen volgt lager onderwijs in eigen gemeente (in de
provincie West-Vlaanderen bedraagt dit 83,42%).
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
43
2. Toeristisch aanbod
 Damme beschikt over toeristische infrastructuur (bezoekerscentrum,
infopunten, fietsroutes, wandelpaden, …) en toeristische dienstverlening
(gidsen, groepsbezoeken, boottochten, fietsenverhuur, dagtrips, boeken- en
kunstmarkten, brochures, …).
3. Historische stad + talrijke beschermde monumenten
 Damme heeft een aantal beschermde monumenten waarvan enkele van groot
historisch belang en enkele beschermde dorpsgezichten (Kern Damme,
Vivenkapelle, … ).
4. Combinatie vrijetijdsvoorzieningen en kinderopvang
 De vraag naar buitenschoolse kinderopvang is groot en divers. Een combinatie
van vrijetijdsvoorzieningen (sport, cultuur, jeugdwerk) en kinderopvang biedt
kansen.
5. Hoog vrijetijdsaanbod
 Het vrijetijdsaanbod in Damme ligt hoger dan gelijkaardige gemeenten.
6. Uitgebreid en verspreid verenigingsleven
 Met 127 (erkende) lokale vrijetijdsverenigingen waar samen ongeveer 5.000
Dammenaren (sommigen participeren in meerdere verenigingen) in
participeren kunnen we spreken van een bijzonder uitgebreid en populair
lokaal verenigingsleven. De verenigingen zijn verspreid over het grondgebied
van Damme: socio-culturele en sportverenigingen zijn het best verspreid over
de deelgemeenten, jeugdverenigingen hebben hun werking vooral in de grote
woonkernen.
7. Toenemend belang recreatieve sporten
 Bijna 2/3 doet regelmatig aan sport en dan vooral in recreatief verband.
Clubsporten zijn belangrijk voor de frequentie, maar niet-georganiseerde
'lichte' sporten nemen toe in belang. Zo zijn de 5 populairste sporten allemaal
'solo-sporten' (wandelen, fietsen, loopsport, zwemmen en fitness).
 Groot deel van de bevolking maakt gebruik van alternatieve ruimtes (bos,
straten, pleinen…) om te sporten en te bewegen.
8. Gedifferentieerd prijsbeleid sport en cultuur
 Een gedifferentieerd prijsbeleid verhoogt de opbrengst en kan daarbij ook de
participatie verhogen. De betalingsbereidheid voor sport en cultuur ligt vaak
hoger dan wordt vermoed, maar een ongedifferentieerde hogere prijs
veroorzaakt een daling van de participatie.
9. Activiteiten gezonde levensstijl
 We organiseren diverse activiteiten die een gezondere levensstijl stimuleren.
Er bestaat sinds 2012 een werkgroep 'Zot van gezond' die een coördinerende
rol heeft.
10. Evenementencel
 We ondersteunen al jaren manifestaties van derden (logistiek,
infrastructureel, promotioneel, …). Sinds 2012 is er een evenementencel.
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
44
3.3.
Omschrijving bedreigingen
1. Leerlingenaantal en verspreiding basisonderwijs
 Het aantal kleuters en het aantal leerlingen lager onderwijs in Damse
basisscholen zijn gedaald tussen 2009 en 2012. In 2013 is het leerlingenaantal
opnieuw toegenomen. Daarnaast zijn het aantal vestigingen van het
basisonderwijs afgenomen; de spreiding van het basisonderwijs vormt ook een
bedreiging.
2. Niet alle verenigingen bloeien
 Niet alle verenigingen bloeien. Een aantal verenigingen kampen met problemen:
weinig instroom nieuwe leden, problemen om nieuwe mensen te vinden die
bestuursverantwoordelijkheid willen nemen.
3. Verenigingsleven afhankelijk van gemeentelijke infrastructuur
 De plaats van activiteiten van het verenigingsleven is zeer afhankelijk van de
locatie van de beschikbare (gemeentelijke) infrastructuur. Met uitzondering
van de parochiale zalen, een paar specifieke sportcentra en de lokale cafés
als verzamelplaats zijn er weinig bekende particuliere voorzieningen voor het
verenigingsleven in Damme.
4. Vrijetijdsaanbod vooral voor verenigingen
 De huidige gemeentelijke vrijetijdsvoorzieningen (sport, cultuur, jeugdwerk)
zijn met hun reglementen, inrichting en uitrusting vooral voorzien op de
activiteiten van het verenigingsleven en minder op niet-georganiseerd
gebruik. Verdere ondersteuning door de stad: infrastructureel, financieel,
promotioneel en logistiek.
5. Bepaalde sociale groepen zijn moeilijk bereikbaar
 De deelname aan het verenigingsleven is ongelijk gespreid over de bevolking.
Bepaalde sociale groepen en kansengroepen blijken nog altijd moeilijk
bereikbaar.
6. Bepaalde sporttakken hebben geen georganiseerd aanbod
 Er is voor diverse sporttakken geen aanbod in georganiseerd verband.
7. Nood aan nieuwe impulsen voor toerismebeleid
 Stad Damme heeft nood aan nieuwe impulsen om toeristen blijvend aan te
trekken.
8. Museumbeleid
 Het gebouw van het OCMW komt leeg te staan. Een museumbeleid zal
uitgebouwd moeten worden.
9. Verbroedering
 Damme is actief inzake verbroedering maar het aantal participanten is laag.
10. Restauratie van monumenten

Stad Damme
De goede instandhouding, de valorisatie en indien nodig de restauratie van
monumenten en de diverse kerken vereisen grote financiële inspanningen.
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
45
Factor 4: Technologisch
Bij de technologische factoren worden vooral de trends opgespoord die als vernieuwend of
innovatief kunnen worden beschouwd. We beperken ons hierbij dan ook niet enkel tot nieuwe
ontwikkelingen op vlak van hard- en software. Ook trends op het gebied van bijvoorbeeld
management, personeelsbeleid, e.d., worden best onder deze factor gecentraliseerd.
4.1.
Overzicht kansen en bedreigingen
Kansen:
EA4-K1 digitalisering
EA4-K2 sociale media
EA4-K3 snelle informatiespreiding
EA4-K4 vlottere communicatiedoorstroming en participatie
Bedreigingen:
EA4-B1 snelle informatiespreiding
EA4-B2 digitale kloof
4.2.
Omschrijving kansen
1. Digitalisering
 In dun bevolkte gebieden beschikt 79% van de Belgische huishoudens over één
of meerdere computers. Eén derde ervan gebruikt gsm of smartphone om
verbinding te maken met het internet. Redenen om internet in huis te halen
zijn naar belangrijkheid: voor informatie, voor e-mail, voor e-banking, …
 Toenemende verwachting aan digitale dienstverlening.
2. Sociale media
 Nieuwe sociale media zijn in opmars: sociale netwerksites, facebook, twitter,
ipad, smart-phone, …
3. Snelle informatiespreiding
 Ervaringen en informatie kunnen snel gedeeld worden (information sharing).
Dit schept de mogelijkheid om zaken aan te bevelen of af te raden.
Reputatiemanagement wint aan belang door deze tendens.
4. Vlottere communicatiedoorstroming en participatie
 Informatie kan verspreid worden en dagelijks aangeboden worden: informatie
is steeds beschikbaar (website, reclame activiteiten, evenementen, etc.). Via
sociale media is er ook een mogelijkheid tot participatie.
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
46
4.3.
Omschrijving bedreigingen
1. Snelle informatiespreiding
 Door de mogelijkheid tot snelle reactie op het beleid of op bepaalde
activiteiten, kan ook iets zeer snel worden afgebroken.
2. Digitale kloof
 Niet iedereen neemt deel aan het digitale verhaal. Bepaalde groepen hebben
er geen kennis rond (vb. ouderen), andere groepen worden beperkt door de
hoge kosten (vb. kansarme gezinnen).
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
47
Factor 5: Ecologie
Deze factoren geven ons zicht op de bestaande fysieke omgeving waarin de organisatie zich
bevindt. Beschikken we over nabijgelegen groenzones? Behoren we tot een eerder
verstedelijkt gebied? Daarnaast merken we op dat zorg voor het milieu de laatste jaren
belangrijkers is geworden. Als organisatie moeten we ons dan ook bewust zijn van de
ontwikkelingen die zich voordoen, wil men een duurzaam en verantwoord beleid bekomen.
5.1.
Overzicht kansen en bedreigingen
Kansen:
EA5-K1 uitgestrekte, landelijke gemeente
EA5-K2 natuurreservaten en kanalenlandschap
EA5-K3 maatschappelijke trend duurzaamheid: mobiliteit, ondernemen
EA5-K4 landelijk wegennet
EA5-K5 recreatief fietsverkeer
EA5-K6 kwaliteit (o.a. energiezuinigheid) woningen
EA5-K7 gemeentelijke energiebesparende maatregelen
EA5-K8 gemeentelijk groenareaal
Bedreigingen:
EA5-B1 stijging restafval per inwoner
EA5-B2 zuiveringsgraad: afvalwater
EA5-B3 hoog aantal personenwagens
EA5-B4 afvaltoerisme
EA5-B5 riolering
EA5-B6 landelijk wegennet
EA5-B7 energiezuinigheid woningen
EA5-B8 verspreide bebouwing
EA5-B9 zwaar verkeer door centrum van de kern Damme
5.2.
Omschrijving kansen
1. Uitgestrekte, landelijke gemeente
 Damme is een uitgestrekte, landelijke gemeente.
2. Natuurreservaten en kanalenlandschap
 Natuurreservaten (De Stadswallen, De Platte Kreek) + Kanalenlandschap
(Damse Vaart, Leopoldskanaal, Schipdonkkanaal).
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
48
3. Maatschappelijke trend duurzaamheid: mobiliteit, ondernemen
 Duurzaamheid. Één van de sectoren waarin duurzaamheid sterk toeneemt is
mobiliteit. De CO²-uitstoot van met fossiele brandstof aangedreven
voertuigen staat sterk ter discussie. Momenteel wordt opzoek gegaan naar
alternatieven vb. hybride en elektrische voertuigen, elektrische fietsen en
scooters en zelfs landbouwvoertuigen.
 Maatschappelijk verantwoord ondernemen is een vorm van ondernemen
gericht op economische prestaties (profit), respect voor de sociale kant
(people) en binnen ecologische randvoorwaarden (planet). = triple-Pbenadering.
4. Landelijk wegennet
 Het landelijk wegennet (dat ook belangrijk (dat ook belangrijk is voor het
recreatief fietsverkeer) is in behoorlijke toestand. Deze toestand kan alleen
behouden blijven mits verder zetten van regelmatig onderhoud.
5. Recreatief fietsverkeer
 In het kader van het landinrichtingsproject wordt gewerkt aan de verbetering
van de fietsvoorzieningen voor (hoofdzakelijk) het recreatief fietsverkeer.
6. Kwaliteit (o.a. energiezuinigheid) woningen
 Via de Woonwinkel en de lokale entiteit in het kader van FRGE wordt gewerkt
aan de kwaliteit van bestaande woningen, met inbegrip van de vereisten qua
energiezuinigheid.
7. Gemeentelijke energiebesparende maatregelen
 De elementaire energiebesparende maatregelen (dakisolatie, dubbel glas,
zuinige stookinstallatie) in de gemeentelijke gebouwen zijn grotendeels maar
nog niet volledig uitgevoerd.
8. Gemeentelijk groenareaal
 Het gemeentelijk groenareaal is uitgestrekt. Het in de toekomst verplichte
pesticiden vrij onderhoud draagt bij tot de gezondheid maar is een uitdaging op
logistiek en financieel vlak.
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
49
5.3.
Omschrijving bedreigingen
1. Stijging restafval per inwoner
 De hoeveelheid restafval (huisvuil, grofvuil en gemeentevuil) per inwoner per
jaar is gestegen van 162,1kg/inwoner in 2011 naar 169,609kg per inwoner in
2012. Het 'Vlaamse Uitvoeringsplan Milieuverantwoord' legt op dat een
inwoner maximum 180kg restafval per jaar mag hebben; Damme beantwoordt
aan dit cijfer. Maar enige waakzaamheid is noodzakelijk aangezien dit een
grote en onverklaarbare stijging is.
2. Zuiveringsgraad: afvalwater
 In 2009 bedroeg de uitvoeringsgraad van de riolering 87,4% en de
zuiveringsgraad 65,9%. Het Vlaamse milieubeleidsplan (MINA-plan 4) stelt als
plandoelstelling tegen 2015 een zuiveringsgraad van 86% op Vlaams niveau
voorop. Hoewel er vrij veel geïnvesteerd is in de aanleg van riolen blijft de
opdracht groot.
3. Hoog aantal personenwagens
 Damme beschikt over een hoog aantal personenwagens per 1.000 inwoners. In
2011 waren er in Damme 526 personenwagens per 1.000 inwoners, in andere
landelijke gemeenten 506 personenwagens en in het Vlaams Gewest 511
personenwagens.
4. Afvaltoerisme
 De geautomatiseerde toegangscontrole op het kringlooppark bemoeilijkt
afvaltoerisme maar sluit het niet uit. Verhoogde prijzen op de
containerparken van naburige gemeenten verhoogt het risico op
afvaltoerisme. Op ons kringlooppark is het praktisch gezien alleen haalbaar
om een beperkt aantal fracties te laten betalen gezien er geen gescheiden
deel is voor te betalen en voor gratis fracties.
5. Riolering
 Structurele gebreken aan bestaande riolen leiden tot verzakkingen in wegdek,
voetpaden, parkeerstroken in de kernen. De inkomsten uit de
saneringsbijdrage volstaan niet voor een goed rioolbeheer.
6. Landelijk wegennet
 Het landelijk wegennet (dat ook belangrijk (dat ook belangrijk is voor het
recreatief fietsverkeer) is in behoorlijke toestand. Deze toestand kan alleen
behouden blijven mits verder zetten van regelmatig onderhoud.
7. Energiezuinigheid woningen
 Heel wat woningen voldoen nog niet aan de elementaire vereisten qua
energiezuinigheid: dakisolatie, dubbel glas, zuinige stookinstallatie.
8. Verspreide bebouwing
 Damme bestaat uit een groot aantal verspreide kernen en kent veel
verspreide bebouwing.
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
50
9. Zwaar verkeer door centrum van de kern Damme
 Er is veel doorgang van zwaar verkeer door het centrum van de kern Damme.
Dit zware verkeer op kasseien veroorzaakt onaangename trillingen die
schadelijk kunnen zijn voor de (monumentale) gebouwen.
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
51
Factor 6: Politiek-juridisch
Nieuwe (en bestaande) wetgeving leidt vaak tot beperking van de vrijheid van de organisatie.
Voor lokale besturen is de politieke factor doordrongen in de werking van de organisatie. Een
analyse van de mogelijke politieke ontwikkelingen kan dan ook een grote meerwaarde bieden
bij de bepaling van het beleid.
6.1.
Overzicht kansen en bedreigingen
Kansen:
EA6-K1 Vlaamse beleidsprioriteiten
EA6-K2 samenwerkingsverbanden
EA6-K3 PPS
EA6-K4 BBC
EA6-K5 aanspraak op subsidieprogramma's
EA6-K6 Vlaams aandachtpunt: religieuze gebouwen
EA6-K7 uitbreiding bevoegdheid grondgebonden zaken op provinciaal niveau
Bedreigingen:
EA6-B1 beperkte financiële middelen
EA6-B2 steeds meer regelgeving
EA6-B3 Vlaamse middelen minder voor plattelandsgemeenten
EA6-B4 hervorming bevoegdheden cultuur en welzijn
6.2.
Omschrijving kansen
1. Vlaamse beleidsprioriteiten
 Vlaamse beleidsprioriteiten nav het planlastendecreet.
2. Samenwerkingsverbanden
 Samenwerking op lokaal niveau (OCMW, gemeente, politie, etc.), met lokale
partners (VDAB, verenigingen, sociale huisvestingsmaatschappij, etc.),
interlokaal niveau en hogere overheden (provincie, Vlaams, Federaal, etc.).
3. PPS

Publiek-private samenwerking.

BBC als nieuwe impuls.
4. BBC
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
52
5. Aanspraak op subsidieprogramma's
 Damme maakt aanspraak op financiële middelen uit het Vlaamse
plattelandsfonds en Europese subsidieprogramma's.
6. Vlaams aandachtpunt: religieuze gebouwen
 Gebruik religieuze gebouwen: Vlaams aandachtspunt.
7. Uitbreiding bevoegdheid grondgebonden zaken op provinciaal niveau
 Het provinciale niveau krijgt meer bevoegdheid op gebied van grondgebonden
zaken.
6.3.
Omschrijving bedreigingen
1. Beperkte financiële middelen
 De komende jaren staan de beperkte financiële middelen centraal. Er is een
druk op de overheidsfinanciën in het algemeen.
2. Steeds meer regelgeving
 Nieuwe wetgevingen vragen de nodige inspanningen van de organisatie: vaak
wordt het complexer en wordt er een grotere specialiteit gevraagd.
3. Vlaamse middelen minder voor plattelandsgemeenten
 De Vlaamse middelen komen meer terecht bij de centrumsteden dan bij de
plattelandsgemeenten.
4. Hervorming bevoegdheden cultuur en welzijn
 Het provinciale niveau verliest zijn bevoegdheden op gebied van cultuur en
welzijn. De provinciale steun wordt echter niet vervangen door Vlaamse
steun.
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
53
3.1.4. SWOT
Sterktes
Strategie
Zwaktes
Structuur
Systemen
IA1-S1 omgevingsanalyse
IA2-S1 nieuwe en moderne infrastructuur
IA3-S1 procedures en processen op eigen
initiatief van de diensten
Strategie
IA1-Z1 gebrek aan organisatiebrede
doelstellingen + geen afstemming tussen de
diensten
Structuur
IA1-S2 rapporteringssystemen
Systemen
IA2-S2 initiatieven om verkokering tegen te
gaan
IA1-Z2 organisatiebrede beleids- en
beheersrapporten
IA3-Z2 processen zijn niet meegeëvolueerd
IA2-Z2 interne focus van diensten/verkokering met de organisatie
IA1-S3 relatie administratie-politiek
IA2-S3 communicatiestructuren
IA1-Z3 operationele en financiële koppeling
IA2-Z3 achtergrondduiding van
collegebeslissingen
IA3-Z3 processen faciliteren de samenwerking
niet
IA1-S4 participatie
IA2-S4 goede communicatie tussen bepaalde
diensten
IA1-Z4 relatie administratie-politiek
IA2-Z4 ondersteunende diensten voorzien niet
de nodige ondersteuning: dubbelwerk
IA3-Z4 weinig ondersteunende IT pakketten
IA2-Z5 oplossen technische mankementen en
beschadigingen gebouwen en infrastructuur
IA3-Z5 geen IT-coordinatie en beleid
IA2-Z1 verouderde infrastructuur + onderhoud
infrastructuur
IA3-Z1 ICS
IA2-Z6 geen uniformiteit van communicatie in
de diensten
IA2-Z7 intranet
Sleutelvaardigheden
Staf
Stijl
Sleutelvaardigheden
Staf
Stijl
IA6-S1 toegankelijkheid leidinggevenden
IA4-Z1 kennisconcentratie omtrent
overheidsopdrachten
IA5-Z1 professionalisering van de
personeelsadministratie
IA6-Z1 evenwicht kwaliteit en dienstverlening
IA4-S1 sterk vrijetijdsaanbod
IA5-S1 vormingsmogelijkheden
IA4-S2 milieubewustzijn
IA5-S2 functionerings- en evaluatiegesprekken
IA5-Z2 geen personeelsmanagement
IA6-Z2 gespannen sfeer in AC
IA5-S3 teamgevoel
IA5-Z3 gebrek aan vormings- en
ontwikkelingstrajecten
IA6-Z3 operationele invulling van
leidinggevenden
IA5-S4 professionalisering
IA5-Z4 functionerings- en evaluatiegesprekken
zijn geen werkinstrument
IA5-Z5 medewerkers verlaten de organisatie
Significante waarden
Significante waarden
IA5-Z6 hogere werkdruk door dubbele functies
IA7-S1 klantvriendelijk
IA7-Z1 geen geformuleerde missie
IA5-Z7 geen retentiebeleid
IA7-S2 persoonlijk
IA5-Z8 teamgevoel
IA5-Z9 afwezigheid arbeidsreglement
IA5-Z10 weinig flexibiliteit in uurregeling
IA5-Z11 back-up
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
54
Kansen
Demografisch
Bedreigingen
Economisch
EA1-K1 veroudering van de bevolking
EA2-K1 lage urbanisatie
EA2-K2 aantal leefloners + aantal kinderen in
EA1-K2 groene druk daalt, maar is nog steeds kansarme gezinnen nemen toe, maar blijven
hoog
laag
EA2-K3 hoge activiteitsgraad, hoge
werkzaamheidsgraad en lage
EA1-K3 verscheidenheid deelgemeenten
werkloosheidsgraad
Sociaal-Cultureel
Demografisch
Economisch
Sociaal-Cultureel
EA3-K1 basisonderwijs
EA1-B1 lichte bevolkingsafname: stijging in
Moerkerke, Den Hoorn en Vivenkapelle
EA3-B1 leerlingenaantal en verspreiding
basisonderwijs
EA3-K2 toeristisch aanbod
EA1-B2 veroudering van de bevolking: sterke
interne vergrijzing
EA2-B1 inhaalbeweging gemiddeld inkomen
per inwoner, maar nog steeds laag
EA2-B2 aantal leefloners + aantal kinderen in
kansarme gezinnen nemen toe, maar blijven
laag
EA3-K3 historische stad + talrijke beschermde
monumenten
EA1-B3 aantal jongeren neemt af
EA1-B4 stijging aantal huishoudens +
toenemende individualisering (kleine
huishoudens)
EA3-B2 niet alle verenigingen bloeien
EA2-B3 hoge huurprijzen en leegstand
EA3-B3 verenigingsleven afhankelijk van
gemeentelijke infrastructuur
EA2-B4 tweede verblijven
EA3-B4 vrijetijdsaanbod vooral voor
verenigingen
EA2-K4 verkavelingen
EA3-K4 combinatie vrijetijdsvoorzieningen en
kinderopvang
EA2-K5 tweede verblijven
EA3-K5 hoog vrijetijdsaanbod
EA2-B5 openbaar vervoer
EA3-B5 bepaalde sociale groepen zijn moeilijk
bereikbaar
EA2-K6 lokaal bedrijventerrein
EA3-K6 uitgebreid en verspreid
verenigingsleven
EA2-B6 winkelaanbod
EA3-B6 bepaalde sporttakken hebben geen
georganiseerd aanbod
EA2-K7 landbouwverbreding
EA3-K7 toenemend belang recreatieve sporten
EA2-B7 bereikbaarheid
EA3-B7 nood aan nieuwe impulsen voor
toerismebeleid
EA3-K8 gedifferentieerd prijsbeleid sport en
cultuur
EA3-B8 museumbeleid
EA3-K9 activiteiten gezonde levensstijl
EA3-B9 verbroedering
EA3-K10 evenementencel
EA3-B10 restauratie van monumenten
Technologisch
Ecologisch
Politiek
Technologisch
Ecologisch
Politiek
EA4-K1 digitalisering
EA5-K1 uitgestrekte, landelijke gemeente
EA6-K1 Vlaamse beleidsprioriteiten
EA4-B1 snelle informatiespreiding
EA5-B1 stijging restafval per inwoner
EA6-B1 beperkte financiële middelen
EA4-K2 sociale media
EA5-K2 natuurreservaten en kanalenlandschap EA6-K2 samenwerkingsverbanden
EA4-B2 digitale kloof
EA5-B2 zuiveringsgraad: afvalwater
EA6-B2 steeds meer regelgeving
EA4-K3 snelle informatiespreiding
EA5-K3 maatschappelijke trend
duurzaamheid: mobiliteit, ondernemen
EA6-K3 PPS
EA5-B3 hoog aantal personenwagens
EA6-B3 Vlaamse middelen minder voor
plattelandsgemeenten
EA6-K4 BBC
EA5-B4 afvaltoerisme
EA6-B4 hervorming bevoegdheden cultuur en
welzijn
EA5-K5 recreatief fietsverkeer
EA6-K5 aanspraak op subsidieprogramma's
EA5-B5 riolering
EA5-K6 kwaliteit (o.a. energiezuinigheid)
woningen
EA6-K6 Vlaams aandachtpunt: religieuze
gebouwen
EA5-B6 landelijk wegennet
EA5-K7 gemeentelijke energiebesparende
maatregelen
EA6-K7 uitbreiding bevoegdheid
grondgebonden zaken op provinciaal niveau
EA5-B7 energiezuinigheid woningen
EA4-K4 vlottere communicatiedoorstroming en
participatie
EA5-K4 landelijk wegennet
EA5-K8 gemeentelijk groenareaal
EA5-B8 verspreide bebouwing
EA5-B9 zwaar verkeer door centrum van de
kern Damme
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
55
a.
Beleidsthema’s
Zoals hierboven vermeld heeft de werkgroep BBC onder begeleiding van BDO Public Sector
enkele voorstellen van beleidsthema’s geformuleerd. Het college van burgemeester en
schepenen heeft deze voorstellen als vertrekbasis genomen en uiteindelijk vier
beleidsthema’s geformuleerd. Het eerste thema is gericht op de interne werking en de andere
drie zijn eerder externe beleidsthema’s. Deze vier thema’s worden hieronder opgelijst met
daaronder enkele concrete punten die het thema verder inhoud geven.
THEMA 1:
De Stad wil de efficiëntie en effectiviteit van haar interne werking verbeteren om, zo
mogelijk samen met het OCMW, een goede en toegankelijke dienstverlening voor de
inwoners te garanderen en het patrimonium te valoriseren. Hiervoor wil de Stad haar
interne werking verder professionaliseren door uitbouw van het interne controlesysteem
(processen en taakomschrijving), HRM beleid, IT –management en strategisch management
(duidelijkheid en draagvlak missie en visie, doelstellingen, rol van het MAT,
communicatie, PDCA-cyclus).
 Processen en afspraken in kaart brengen en optimaliseren, opstellen van
draaiboeken (documenteren van processen), goed communiceren en naleven
van de processen en procedures.
 Communicatie: samenwerking tussen diensten, maken van duidelijke
afspraken en verwachtingen, openheid.
 Digitalisering van de werking: ICT-infrastructuur, ondersteunende ICTpakketten, en aandacht voor vorming hierbij.
 HRM: aantrekken gespecialiseerde medewerkers, onthaalbeleid,
aanwezigheidsbeleid, vorming, verbeteren teamgevoel en sfeer.
 Ontwikkelen van een huisstijl.
THEMA 2:
De Stad wil verder werken aan haar uitstraling als een toeristische, landelijke en groene
stad gericht op kwaliteitsvolle zachte recreatie.
 De open ruimte, het (kanalen)landschap, de natuurwaarden, het erfgoed…
koesteren en het recreatieve aspect daarrond invullen.
 Opwaardering centrum Damme: verzorgd (historisch) patrimonium,
herbestemming site OCMW, …
 Landbouw, landbouwverbreding ondersteunen.
 Profilering als historische stad, uitdragen van het imago.
 Damme via gerichte acties meer op de toeristische kaart zetten.
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
56
THEMA 3:
De Stad wil zich in de toekomst verder inzetten voor het creëren van een leefbaar en
duurzaam Damme. Dit zal ze nastreven op vlak van mobiliteit, wonen, bedrijvigheid,
inrichten van het openbaar domein, onderwijs, afstemming gezin – arbeid, gezondheid,
etc. Daarbij zal de stad ook haar inwoners betrekken en stimuleren, en zelf een
voorbeeldfunctie opnemen.
 Algemene netheid: zwerfvuil, onkruid bestrijden.
 Opstellen en uitvoeren van een mobiliteitsplan (maatregelen
verkeersveiligheid, verkeersleefbaarheid, bereikbaarheid, missing links
fietsroutes).
 Vervoersarmoede tegengaan.
 Divers en betaalbaar woonaanbod creëren, renovatie woning- en
gebouwenpatrimonium stimuleren (woonkwaliteit, energiezuinigheid).
 Kwalitatief onderwijsaanbod, aan de noden aangepaste
kinderopvang, gebundelde opvoedingsondersteuning.
 Bedrijvigheid: aanbod bedrijventerrein(en), goede doorverwijsfunctie
organiseren voor de (kandidaat)-ondernemer.
 ‘Dynamische’ lokale economie.
 Goede staat garanderen van het wegennet, herwaarderen voetpaden en
pleinen, onderhoud –renovatie – uitbreiding riolering of individuele
waterzuiveringsinstallaties
 Fysieke en geestelijke gezondheid door preventie (gezonde levensstijl,
beweging, vermijden schadelijke stoffen en verontreinigingen, beperken
hinder).
 Werken aan een open blik op de wereld en solidariteit tonen
(verbroederingen, ontwikkelingssamenwerking).
THEMA 4:
Stad Damme wil voor al haar inwoners een eigentijds, creatief en integraal
vrijetijdsaanbod voorzien en houdt daarbij rekening met de verschillende doelgroepen.
 Organiseren en/of ondersteunen van een gecoördineerd aanbod aan vormende
of ontspannende vrijetijdsactiviteiten met als doel nieuwe en/of blijvende
deelname te stimuleren (inclusief extra aandacht voor kansengroepen).
 Een kwalitatief vormingsaanbod.
 Ontsluiting van het onroerend erfgoed.
 Laagdrempelige en eenduidige ondersteuning van verenigingsleven
(infrastructureel, logistiek, financieel, promotioneel en informatief).
 Cultuur, sport en (buiten)speelmogelijkheden in openbare ruimte:
laagdrempelig aanbod, participatie verhogen.
 Onderhoud en optimalisatie bestaande vrijetijdsvoorzieningen op basis van
gebruik- en comfortwensen van verenigingsleven en individuele gebruikers.
 Gemeentelijke of regionale samenwerking opzetten of versterken in de
vrijetijdssectoren (jeugd, sport, bib, cultuur en toerisme) en mogelijks
andere sectoren of partners betrekken (onderwijs, kinderopvang, welzijn,
ruimtelijke ordening, politie,…).
 Verder ontwikkelen van een vrijwilligersbeleid en werking.
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
57
3.2.
Participatie
Het BBC besluit vraagt actieve betrokkenheid en de mogelijkheid tot inspraak bij de
beleidsvoorbereiding, de uitwerking en de evaluatie van de dienstverlening. Stad Damme
heeft op volgende momenten volgende adviesraden geconsulteerd.
Adviesraad
Beheersorgaan van de Cultuurfabriek en de
Stedelijke Openbare Bibliotheek
Tijdstip
4 december 2013
Stedelijke sportraad
10 december 2013
Stedelijke Seniorenraad
10 december 2013
Stedelijke Culturele Raad en deelraad
cultureel erfgoed
18 december 2013
Stedelijke Jeugdraad
20 december 2013
Stedelijke Milieuraad
23 december 2013
Als bijlage vindt u de adviezen van de raden.
De sportraad vroeg twee acties onder nummer 17.2.2. te vervroegen tot 2014.
Voor wat betreft de gevraagde vernieuwing van deuren gebouw SVV wordt ingegaan op de
vraag. De timing voor het vervangen banken kleedkamers gebouw SVV wordt behouden in
2015 gezien het extra jaar overbrugbaar is met de bestaande banken.
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
58
3.3.
Financiële risico’s
Dit onderdeel is een overzicht van de belangrijkste financiële risico’s die het bestuur loopt en
hoe het bestuur denkt deze al dan niet onder controle te krijgen. Hierin zitten niet de
klassieke financiële risico’s die we beheren vanuit het interne controlesysteem.
Huidige planperiode
- Brandweerkosten: Financieel meerjarenplan is gebaseerd op ramingen. Het definitieve
bedrag is nog niet gekend.
- Eventueel wegvallen van subsidies in de loop 2014-2019 door crisismaatregelen.
- Onverwachte overheidsmaatregelen met financiële impact voor de gemeenten.
- Onverwachte dringende kosten aan gemeentelijke uitrusting (gebouwen, voertuigen, …).
- Onverwachte dringende kosten aan het openbaar domein ingevolge calamiteiten
(bijvoorbeeld overstroming)
- Evolutie van de rentevoeten. De rentevoeten staan momenteel zeer laag, vraag is of dit
blijft (stijgende rentevoeten hebben impact op de schuld).
- Evolutie van de energieprijzen. De energieprijzen zijn volatiel en deels afhankelijk van
onvoorspelbare factoren (stijgende energieprijzen hebben directe impact op kosten gebruik
gebouwen en vervoersmiddelen).
- Evolutie van de vastgoedprijzen. Deskundigen verschillen in mening over de vraag of het
vastgoed momenteel overgewaardeerd is. Een correctie is niet uit te sluiten (impact op
verkoopcijfers verkoop gemeentelijk patrimonium en patrimonium OCMW).
- Evolutie van de aanbestedingsprijzen. De aanbestedingsprijzen hangen af van
grondstofprijzen, van de loonevolutie, en worden bepaald door het aanbod van werk op de
markt (schaarste of overvloed aan aanbestedingen)
- Eindafrekeningen van lopende projecten van de stad en van het OCMW.
- Evolutie van de belastingontvangsten (evolutie gezinsinkomen heeft impact op opbrengst
personenbelasting, evolutie bouwactiviteit heeft impact op opbrengst onroerende
voorheffing).
Weliswaar dient opgemerkt dat deze factoren naast een risico ook een kans op meevallers in
zich dragen.
Wat betreft de evolutie van de belastingopbrengsten is het vermeldenswaard dat maatregelen
zoals heffing op leegstand en tweede verblijven en heffing op onbebouwde percelen
bijdragen tot een positieve evolutie van de belastingopbrengsten. Dit ofwel door de opbrengst
van de heffingen zelf ofwel door het ontradingseffect (meer bewoners, meer bouwen).
Volgende planperiode
Geen reservefondsen meer.
Geen of weinig gemeentelijke vastgoed te verkopen.
De kostenstijgingen bij het OCMW kunnen niet meer deels opgevangen worden met
exploitatie-overschotten uit het verleden.
Evolutie personeelskosten ingevolge aantrekken hoger geschoold personeel.
Met het oog op de toekomst is het best zo weinig mogelijk te lenen tot en met 2019.
Immers de afbetaling van een lening die de stad tegen het einde van de planperiode aangaat,
zou immers grotendeels plaats vinden in de planperiode 2020 -2025 (en nog later).
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
59
3.4.
Overzicht van beleidsdoelstellingen
Hierna vindt u een overzicht van alle beleidsdoelstellingen namelijk:


De prioritaire beleidsdoelstellingen: hierbij verwijzen we naar de strategische nota
(puntje 1.2.)
De niet- prioritaire beleidsdoelstellingen in het overige beleid
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
60
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
61
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
62
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
63
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
64
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
65
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
66
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
67
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
68
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
69
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
70
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
71
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
72
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
73
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
74
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
75
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
76
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
77
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
78
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
79
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
80
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
81
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
82
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
83
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
84
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
85
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
86
Toelichting:
Een aantal acties met financiële consequenties zijn in reserve geplaatst. Dit betekent dat ze
voorlopig op 0 euro zijn geplaatst. Hoewel de ambitie om deze acties te realiseren aanwezig
is, zal het van de financiële evolutie in de toekomst afhangen of daadwerkelijk tot realisatie
zal kunnen worden overgegaan. Dit zal blijken bij toekomstige herzieningen van het
meerjarenplan.
De uitgaven voor restauratiewerken aan beschermde monumenten zijn gespreid over het jaar
2019 en de volgende planperiode. Voor de uitvoering van deze restauraties is de toekenning
van een Vlaamse restauratiepremie onontbeerlijk. Wanneer in de loop van de planperiode een
bepaalde restauratiepremie wordt toegekend is het de bedoeling om dit project bij een
herziening van het meerjarenplan eerder te plannen dan 2019.
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
87
3.5.
Interne organisatie
3.5.1. Organogram
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
88
3.5.2. Interne controle
Stad Damme wil werken aan het interne controlesysteem en heeft daarom een actieplan met
volgende acties geformuleerd:
-
Uittekenen van de sleutelprocessen(procedure beheer inkomende en uitgaande
communicatie, procedure bewaren, archiveren en veilig omgaan met informatie).
Optimaliseren van de sleutelprocessen.
In kaart brengen van interne risico’s.
Inventarisatie contracten.
Opstellen deontologische code.
Integreren van de deontologische code in de dagdagelijkse praktijk.
Opstellen van een arbeidsreglement.
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
89
3.5.3. Overzicht personeelsbestand (schema TM1)
3.5.4. Overzicht budgethouders
Het college van burgemeester en schepenen is enige budgethouder.
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
90
3.5.5. Toewijzing beleidsvelden aan beleidsdomeinen
Binnen





het gemeentebestuur Damme werden volgende beleidsdomeinen gedefinieerd:
Algemene financiering;
Algemeen bestuur
Grondgebiedszaken
Wonen en werken
Ontspanning
Volgende beleidsvelden werden aan de beleidsdomeinen toegewezen:
Algemene Financiering
0010 Algemene overdrachten tussen de verschillende bestuurlijke niveaus
0020 Fiscale aangelegenheden
0030 Financiële aangelegenheden
0040 Transacties in verband met de openbare schuld
0050 Patrimonium zonder maatschappelijk doel
0090 Overige algemene financiering
Algemeen bestuur
0100 Politieke organen
0110 Secretariaat
0111 Fiscale en financiële diensten
0112 Personeelsdienst en vorming
0119 Overige algemene diensten
0160 Hulp aan het buitenland
0190 Overige algemeen bestuur
Grondgebiedszaken
0200 Wegen
0210 Openbaar vervoer
0220 Parkeren
0300 Ophalen en verwerken van huishoudelijk afval
0310 Beheer van regen- en afvalwater
0329 Overige vermindering van milieuverontreiniging
0400 Politiediensten
0410 Brandweer
0440 Overige hulpdiensten
0470 Dierenbescherming
0530 Land-, tuin- en bosbouw
0630 Watervoorziening
0640 Elektriciteitsvoorziening
0650 Gasvoorziening
0660 Communicatievoorzieningen
0670 Straatverlichting
0680 Groene ruimte
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
91
0984 Ontsmetting en openbare reiniging
0990 Begraafplaatsen
0992 Lijkbezorging
Wonen en werken
0130 Administratieve dienstverlening
0500 Handel en middenstand
0600 Ruimtelijke planning
0610 Gebiedsontwikkeling
0629 Overig woonbeleid
0800 Gewoon basisonderwijs
0870 Ochtend en avondtoezicht
0871 Middagtoezicht
0872 Terbeschikkingstelling gemeentelijke infrastructuur
0874 Leerlingenvervoer
0900 Sociale bijstand
0909 Overige verrichtingen inzake sociaal beleid
0949 Overige gezinshulp
0985 Gezondheidspromotie en ziektepreventie
Ontspanning
0520 Toerisme – Onthaal en promotie
0521 Toerisme - Sectorondersteuning
0522 Toerisme - Inrastructuur
0529 Overige activiteiten inzake toerisme
0700 Musea
0703 Openbare bibliotheken
0704 Letterkunde, gespecialiseerde bibliotheken
0705 Gemeenschapscentrum
0709 Overige culturele instellingen
0710 Feesten en plechtigheden
0711 Openluchtrecreatie
0712 Festivals
0720 Monumentenzorg
0721 Archeologie
0740 Sport
0750 Jeugd
0790 Erediensten
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
92
3.6.
Overzicht het overzicht van de entiteiten die opgenomen zijn onder de financiële
vaste activa
Hierna volgen de details van de financiële vaste activa:
Deelnemingen in overheidsondernemingen
Naam
Imewo A1e
Imewo Ee
Imewo Fe
Imewo A1g
Imewo Eg
Imewo E"g
Imewo Fg
Finiwo F1
Finiwo-F2
Finiwo-F3
Finiwo-F5
Finiwo F7
I.M.W.V.-aandelen B
I.M.W.V.-aandelen A
Interbad
I.V.B.O.
TMVW - T-aandelen
TMVW - Tk-aandelen
TMVW - Z-aandelen
TMVW - F1-aandelen
TMVW - Uitgiftepremie Z-aandelen
WVI
Aantal
Waarde
Betaald
Te storten
48.125
857.748,96
857.748,96
6.136
190.157,98
190.157,98
13.750
633.682,93
633.682,93
21.416
388.918,16
388.918,16
2.731
101.189,14
101.189,14
454
27.917,07
27.917,07
6.119
376.670,88
376.670,88
1.944
24.300,00
8.100,00 16.200,00
8
198,32
49,58
148,74
5.907
146.434,53
146.434,53
281
55.857,18
55.857,18
3.445
153.371,40
38.342,85 115.028,55
20.641
587.030,04
587.030,04
45.423
471.472,57
471.472,57
1.097
27.193,92
27.193,92
11.038
274.016,89
274.016,89
5
12.400,00
3.100,00
9.300,00
57
28.500,00
28.500,00
3 2.587.500,00 2.587.500,00
5
200,00
50,00
150,00
781.922,00
781.922,00
5.255
109.454,50
109.454,50
7.836.136,47 7.695.309,18 140.827,29
Deelnemingen in privé-ondernemingen
Naam
De Lijn
Eigen Huis
Interbrugse
Stad Damme
Aantal
92
120
120
Waarde
2.280,62
750,00
1.500,00
4.530,62
Betaald
Te storten
2.280,62
750,00
386,84
1.113,16
3.417,46
1.113,16
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
93
3.7.
Fiscaliteit
3.7.1. Aanslagvoet per jaar van de aanvullende belasting op personenbelasting en van
de opcentiemen op de onroerende voorheffing
Aanvullende gemeentebelasting op de
natuurlijke personen.
Opcentiemen op de onroerende
voorheffing.
2014
2015
2016
2017
2018
2019
8%
8%
8%
8%
8%
8%
1800
1800
1800
1800
1800
1800
3.7.2. Verwijzing naar de plaats van de publicatie van de belastingsreglementen
Website gemeentebestuur Damme : www.Damme.be
Rubriek: Financiële Zaken - Belastingen
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
94
3.7.3. Overzicht van de belastingen waarvan de aanslagvoet wijzigt gedurende de
periode 2014-2019
Belasting op het plaatsen van terrassen, tafels en stoelen
Het tarief voor de drank- en eetgelegenheden gelegen in de kern van Damme wordt
opgetrokken van 10 euro naar 12 euro per vierkante meter.
Dit wordt van toepassing vanaf 1 januari 2014
Belasting op de leegstand van gebouwen en woningen
Tot en met 31 december 2013 bedroeg de belasting:
1° 990 € voor een leegstaand gebouw
2° voor een leegstaande woning:
a) 900 € voor een eengezinswoning;
b) 75 € voor een kamer of studentenkamer in de zin van artikel 2 van het
decreet van 4 februari 1997 houdende de kwaliteits- en veiligheidsnormen
voor kamers en studentenkamers;
c) 300 € voor elke andere woning dan deze, vermeld onder a) en b)
Deze bedragen waren gekoppeld aan de evolutie van de ABEX-index en stemden
overeen met de index van december 2009. Ze werden jaarlijks aangepast aan het
ABEX-indexcijfer van de maand december die aan de aanpassing voorafging
Met ingang van 1 januari 2014 wordt opnieuw een jaarlijkse belasting geheven op
woningen en gebouwen die gedurende minstens 12 opeenvolgende maanden zijn
opgenomen in het gemeentelijk leegstandsregister. In tegenstelling tot het vroegere
belastingsreglement verhoogt de belasting progressief met de duur van de leegstand.
De belasting bedraagt:
- 1 200 euro voor een leegstaand gebouw, een leegstaande woning en voor elke
andere woongelegenheid voor het eerste jaar van de heffing.
- 1 800 euro voor een leegstaand gebouw, een leegstaande woning en voor elke
andere woongelegenheid voor het tweede jaar van de heffing.
- 2 400 euro voor een leegstaand gebouw, een leegstaande woning en voor elke
andere woongelegenheid voor het derde jaar van de heffing.
- maximum 3 000 euro voor de vierde en volgende heffingen.
Belasting op de afgifte van een internationaal rijbewijs
Deze nieuwe belasting wordt van toepassing vanaf 1 februari 2014.
Het tarief voor de afgifte van een internationaal rijbewijs bedraagt 5 euro.
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
95
Activeringsheffing op onbebouwde kavels en onbebouwde percelen
Er is rekening gehouden met een jaarlijkse ontvangst van 30.000 euro per jaar vanaf
2015 ingevolge invoering activeringsheffing op
- onbebouwde kavels in goedgekeurde verkavelingen
- onbebouwde percelen die vroeger in een verkaveling lagen maar waar aan de
verkaveling verzaakt is.
Daarbij is rekening gehouden met een heffing die het dubbele bedraagt van het
decretaal verplichte minimum. Dit betekent na verdubbeling:
1° indien de activeringsheffing wordt vastgesteld op een bedrag per strekkende meter
lengte van de bouwgrond of kavel palende aan de openbare weg, bedraagt de
heffing 25 euro per strekkende meter;
2° indien de activeringsheffing wordt vastgesteld op een bedrag per vierkante meter
oppervlakte van de bouwgrond of kavel, bedraagt de heffing 0,50 euro per
vierkante meter;
In elk geval geldt een minimale aanslag van 250 euro per kavel
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
96
3.7.4. Overzicht van de geraamde jaarlijkse opbrengst van elke door het bestuur
geheven belastingsoort
Belasting op het ambtshalve opruimen van sluikstorten door of in opdracht van de
gemeente:
Van 2014 tot en met 2019: jaarlijkse opbrengst van 250,00 euro
Belasting inzake de vergunningen uitgereikt voor diensten voor het verhuren van
voertuigen met bestuurder en exploitatie van taxidiensten:
Van 2014 tot en met 2019: jaarlijkse opbrengst van 13 250,00 euro
Belasting op de uithangborden, reclameborden, verlichte uithangborden en
lichtreclames, uithangborden en reclames door lichtprojectie:
Van 2014 tot en met 2019: jaarlijkse opbrengst van 23 000,00 euro
Belasting op het exploiteren van terreinen bestemd voor openlucht recreatieve
verblijven:
Van 2014 tot en met 2019: jaarlijkse opbrengst van 2 000,00 euro
Belasting op de standplaatsen op de openbare markt in Damme:
Van 2014 tot en met 2019: jaarlijkse opbrengst van 2 500,00 euro
Belasting op het plaatsen van terrassen, tafels en stoelen:
Van 2014 tot en met 2019: jaarlijkse opbrengst van 6 000,00 euro
Belasting op bouwen, verbouwen en schutsels:
Van 2014 tot en met 2019: jaarlijkse opbrengst van 500,00 euro
Belasting op de tweede verblijven:
Van 2014 tot en met 2019: jaarlijkse opbrengst van 160 000,00 euro
Belasting op de leegstand van gebouwen en woningen:
2014: 40 000,00 euro
2015: 45 000,00 euro
2016: 50 000,00 euro
2017: 55 000,00 euro
2018: 60 000,00 euro
2019: 60 000,00 euro
Algemene gemeentebelasting
2014: 427 000,00 euro
2015: 429 000,00 euro
2016: 431 000,00 euro
2017: 433 000,00 euro
2018: 435 000,00 euro
2019: 437 000,00 euro
Activeringsheffing op onbebouwde kavels en onbebouwde percelen
Van 2015 tot en met 2019: jaarlijkse opbrengst van 30 000,00 euro
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
97
3.8.
Financiële schulden (schema TM2)
De financiële schulden in het schema TM2 geven een overzicht van alle financiële schulden
ten laste van het bestuur en ten laste van derde.
De evolutie geeft een zicht op:
 Nieuwe leningen
 Vervroegde aflossingen
 Periodieke aflossingen en intresten (periodieke leningslasten).
Stad Damme
Strategische meerjarenplanning 2014-2019
98