Hogeschool Rotterdam webversie_Ewoud Sanders

Slimmer zoeken
op internet
Alleen voor
INTERN gebruik bij
Hogeschool Rotterdam
Publicatie elders niet
toegestaan
Een praktische gids voor wie optimaal gebruik wil
maken van internet
Ewoud Sanders
Door slimmer te zoeken op internet win je tijd, kun je beter bepalen wie
er stuurt (jij of de zoekmachine) en krijg je relevantere resultaten.
Essentiële hulpmiddelen zijn: sneltoetsen, zoekfilters, alerts en zogenoemde zoekcommando’s of zoekoperatoren. In kort bestek behandelt
dit gidsje de theorie en de praktijk. Vooral van zoeken met Google, want
die zoekmachine wordt verreweg het meest gebruikt.
Fragment uit de inleiding:
30 procent van de internetgebruikers denkt dat het bovenste resultaat
het beste is. 62 procent kijkt niet verder dan de eerste 10 hits, en slechts
1 op de 10 gebruikers komt ooit verder dan de derde resultatenpagina.
In dit gidsje staat hoe je zo kunt zoeken dat je minder resultaten krijgt,
terwijl je veel zekerder weet dat de bovenste resultaten écht zijn wat je
zoekt.
Van dit gidsje zijn reeds 125.000 exemplaren verkocht. Dit is de vijftiende,
herziene editie. Over eerdere edities:
‘ In een adem uitgelezen. Zeer handig boekje om je zoekresultaten op
internet te vergroten, te filteren, te versnellen. Echt een aanrader voor
wie graag bronnen op internet raadpleegt.’
Blog Leeslog
‘ Mooi initiatief en echt een aanvulling, dit gidsje. Goed uitgewerkte casestudies ook.’
Reactie op www.informatieprofessional.nl
‘ Een praktisch gidsje voor het slim doorzoeken van digitale bronnen.’
Website Erasmus Universiteit Rotterdam
Over de auteur: Ewoud Sanders is historicus en journalist. Hij heeft wekelijks
een taalrubriek in NRC Handelsblad en heeft diverse taalboeken op zijn naam
staan. Hij geeft ook workshops en masterclasses over slimmer zoeken op
internet.
Slimmer zoeken op internet
Een praktische gids voor wie optimaal gebruik wil maken van
internet
Ewoud Sanders
Rotterdam 2014
Inhoud
Voorwoord ̈ 5
1
Waarom en hoe slimmer zoeken? ̈ 7
• Tijdwinst
• Kiezen wie er stuurt
• Minder resultaten, maar relevanter
• Sneltoetsen, zoekfilters, alerts en zoekoperatoren
2
Het vrije en het diepe internet ̈ 9
• Het vrije of zichtbare internet
• Het diepe of onzichtbare internet
• Besloten netwerken
3
De beste zoektermen en systematisch zoeken ̈ 11
• Een simpele of complexe zoekvraag
• Behapbare deelvragen
• Relevante zoektermen bedenken
• Buitenlandse zoektermen vinden
• Terminologie en vakjargon vinden
• Je zoekopdracht uitbreiden of aanscherpen
• Sneeuwbalmethode
4
Informatie toetsen op betrouwbaarheid ̈ 13
• Het uiterlijk van de site
• Van wie is een site of databank?
• Wordt hij bijgehouden?
• Door wie?
• Gegevens controleren
5
6
Slimmer zoeken met sneltoetsen ̈ 15
• Zelf sneltoetsen definiëren
7
Automatisch voor je laten zoeken ̈ 22
• Google Alerts
• Meldingen bij Google Scholar
• RSS Feeds
8
Google gerichter doorzoeken met zoekcommando’s ̈ 24
• Tekens die je aan een zoekopdracht kunt toevoegen
• Woorden die je aan een zoekopdracht kunt toevoegen
• Zoekcommando’s combineren
Zoekresultaten verfijnen door filters ̈ 17
• Filteren via Google geavanceerd zoeken
• Google’s Zoekhulpmiddelen
• Filteren bij Google Books en Google Scholar
9
Zoeken naar en in databanken ̈ 30
• Een databank zoeken
• Een databank doorzoeken
• Woorden die je aan een zoekopdracht kunt toevoegen
• Tekens die je aan een zoekopdracht kunt toevoegen
• Wildcards of jokertekens
10
11
12
In drie minuten een eigen zoekmachine maken ̈ 33
13
Twaalf korte zoektips ̈ 39
• Een zoekmachine kiezen
• Google in het Engels of Nederlands?
• Gepersonaliseerde zoekresultaten uitschakelen
• Anoniem zoeken
• Contactgegevens zoeken
• Een deskundige zoeken
• Je eigen zoekgeschiedenis doorzoeken
• Zoeken naar afbeeldingen
• Zoeken via afbeeldingen
• Een video zoeken
• Zoeken naar een taaladvies
• Een statistiek zoeken
14
Slimmer documenteren ̈ 45
Gebruikmaken van de url ̈ 35
Mobiel zoeken ̈ 37
• Gesproken zoekopdrachten
• Zoeken door een foto te nemen
• Vinden zonder te zoeken
Bijlagen
1. Twee voorbeelden van slim zoeken op internet ̈ 50
2. Twee voorbeelden slim zoeken in databanken ̈ 55
3. Enkele zoekcommando’s voor Bing ̈ 62
4. Tot slot: onnodig tikwerk voorkomen ̈ 63
Zoekcommando’s voor Google, Google Scholar en Bing ̈ 64
Enkele handige sneltoetsen en toetscombinaties ̈ 65
Enkele algemene zoekcommando’s voor databanken en Twiiter ̈ 66
What’s happening?
Het is niet zo dat je pas goed op internet zoekt als je alle
trucs uit dit gidsje gebruikt.
Soms vind je met een eenvoudige zoekopdracht precies wat
je nodig hebt. Maar als je minutenlang aan het zoeken bent
en het schiet maar niet op, probeer dan eens een paar
slimme zoektechnieken.
Je hebt ze echt zo onder de knie.
#slimmerzoeken
4
Voorwoord
Beste student van Hogeschool Rotterdam,
Met de tips en uitleg in dit boekje leer je slimmer en sneller zoeken naar online informatie, zowel via zoekmachines op internet als in de databanken die hogeschool
Rotterdam beschikbaar stelt.
Hogeschool Rotterdam is een kennisinstelling waar onderwijs en praktijkonderzoek
met elkaar verweven zijn. Betrouwbare, relevante en actuele informatie vormt hiervoor de basis.
Het vinden van informatie voor opdrachten tijdens je studie, kan soms lastig en tijdrovend zijn. Een zoekopdracht in Google levert al snel tienduizenden hits op. Dit handige boekje, dat ook digitaal beschikbaar is op het interne netwerk van Hogeschool
Rotterdam, laat aan de hand van praktische voorbeelden zien hoe je snel relevante
informatie kunt vinden, zowel op internet als in databanken.
Heb je meer hulp nodig tijdens het zoekproces? Kom dan naar de balie van de mediatheek waar we je snel van een goed advies voorzien. Iedere opleiding heeft een
mediathecaris met kennis van het vakgebied. Wie dat voor jouw opleiding is, kun je
vinden op de mediatheekpagina van HINT.
De mediathecarissen hebben meegewerkt aan dit boekje en staan met praktische
tips voor je klaar. Ze bieden onder meer instructies en workshops aan en een keuzevak over het verzamelen, selecteren, beoordelen en verwerken van informatie.
We horen graag van je wat je van dit boekje vindt. Stuur ons een reactie via Twitter
@HRmediatheek of via Facebook: Hogeschool Rotterdam mediatheken.
Veel succes met je onderzoek!
College van Bestuur
M.J.G. (Ron) Bormans
J.G. (Jan) Roelof
5
6
1
Waarom en hoe slimmer zoeken?
Waarom zou je slimmer willen leren zoeken op internet? Hier drie redenen.
1
Tijdwinst
Volgens een rapport van de Universiteit Twente uit 2012, getiteld Ctrl Alt
Delete, verspillen we gemiddeld 5,3 procent van onze werktijd op internet,
een strop van maar liefst ruim 10 miljard euro. Door slimmer te zoeken, win
je tijd.
2
Kiezen wie er stuurt
De resultaten van zoekmachines als Google zijn gepersonaliseerd: voor jou
op maat gemaakt. Zoek maar eens op fiets. Al na het eerste resultaat (fiets.nl)
staan sites van fietshandelaars bij jou in de buurt (en dit gaat niet over de
advertenties, die zijn ook vaak gepersonaliseerd).
Je krijgt lokale resultaten omdat Google ziet vanaf welke locatie een zoekopdracht wordt verstuurd. Dat is ook het geval als je niet bij Google bent ingelogd.
Als je daar toestemming voor hebt gegeven, houdt Google ook rekening met
je zoekgeschiedenis. De zoekmachine legt dan heel gedetailleerd vast wat je
op internet doet.
Bovendien zoekt Google ongevraagd naar de meervoudsvorm van een zoekterm (fietsen), naar synoniemen (rijwielen, bikes), samenstellingen (OV-fiets,
fietsmerken) en soms ook naar spellingsvarianten.
Dit kan allemaal heel nuttig zijn, maar het is ook heel sturend. Door slimmer
te zoeken kun je per zoekopdracht kiezen: jij of de zoekmachine aan het stuur.
3
Minder resultaten, maar relevanter
30 procent van de internetgebruikers denkt dat het bovenste resultaat het
beste is. 62 procent kijkt niet verder dan de eerste 10 hits, en slechts 1 op de
10 gebruikers komt ooit verder dan de derde resultatenpagina.
In dit gidsje staat hoe je zo kunt zoeken dat je minder resultaten krijgt, terwijl
je veel zekerder weet dat de bovenste resultaten écht zijn wat je zoekt.
Hoe slimmer zoeken?
1
Door toetscombinaties of sneltoetsen te gebruiken
Zie je niet meteen waar je zoekterm op een website staat? Met de toetscombinatie ctrl + f (bij Apple: cmd + f) open je een venster in de browser, meestal
rechtsboven. Tik hier nogmaals het gezochte woord en het wordt gemarkeerd.
Bovendien zie je meteen hoe vaak de zoekterm op een site voorkomt. Of bijvoorbeeld in een rapport of artikel.
Zo zijn er meer toetscombinaties of zogenoemde sneltoetsen die het zoeken
(en het werken met een laptop of pc) makkelijker maken. De belangrijkste
staan op de afscheurbare voorflap van dit gidsje.
7
2
Door zoekfilters te gebruiken
Ons probleem is allang niet meer dat we te weinig informatie vinden, maar
te veel. Om die reden zijn goede zoekmachines en databanken voorzien van
zoekfilters of zoekformulieren: hulpmiddelen om de resultaten te verfijnen.
3
Door meldingen of alerts te gebruiken
Bij allerlei websites en databanken is het mogelijk om alerts of meldingen in
te stellen. Je krijgt dan automatisch bericht (meestal een mailtje) als er bijvoorbeeld een publicatie is toegevoegd over een onderwerp dat je volgt.
4
Door zoekcommando’s te gebruiken
Zoekcommando’s of zoekoperatoren zijn woorden of tekens die je aan een
zoekopdracht toevoegt. Je geeft er bijvoorbeeld mee aan dat je een bepaald
bestandstype zoekt (een pdf of Excelbestand) of dat je één bepaalde website
wilt doorzoeken. In dit gidsje staat hoe de belangrijkste zoekcommando’s bij
Google en in databanken werken.
Opbouw
Er bestaan heel veel zoekmachines, maar Google wordt veruit het meest gebruikt:
in Nederland door 93 procent van de internetgebruikers. Daarom gaat dit gidsje vrijwel uitsluitend over slimmer zoeken met Google. Wel worden er een paar andere
zoekmachines genoemd.
Hoe zoekoperatoren werken, wordt uitgelegd in twee beknopte hoofdstukken: een
over het vrije internet en een over databanken. Dat levert, in alle eerlijkheid, niet de
spannendste leesstof op. Om te laten zien hoe efficiënt slimmer zoeken kan zijn,
besluit dit gidsje met enkele voorbeelden van zoektochten op internet.
Voor wie twijfelt of haast heeft: bekijk eerst een of meer van die voorbeelden. En
voor wie nog meer haast heeft en liever meteen zelf wil experimenteren: gebruik de
afscheurbare voor- en achterflap.
Slimmer zoeken op internet is makkelijk te leren. Als je ermee aan de slag gaat, zie
je binnen een paar seconden wat het resultaat is. Binnen een paar uur heb je het
volledig onder de knie. Daarna kun je er nog héél lang plezier van hebben.
8
2
Het vrije en het diepe internet
Hoewel de geschiedenis van internet teruggaat tot 1974, is het wereldwijde netwerk
van computers pas in 1993 opengesteld voor particulieren en bedrijven. Pizza Hut
bedacht in 1994 als een van de eerste bedrijven een commerciële toepassing (namelijk online pizza’s bestellen).
De eerste zoekmachine, Lycos, werd in 1994 gelanceerd. Deze zoekmachine doorzocht toen een kleine 1,5 miljoen webpagina’s. Volgens worldwidewebsize.com doorzoekt Google nu – eind 2014 – ruim 15 miljard webpagina’s. Alleen de index van Google
is al ruim 100 miljoen gigabyte groot.
Verschillende lagen
Internet kent verschillende lagen. Over het algemeen maakt men onderscheid tussen
het vrije internet en het diepe internet.
1
Het vrije of zichtbare internet
Internetgebruikers zoeken niet rechtstreeks op internet, maar in de index
van zoekmachines als Google, Bing of Yahoo! (het uitroepteken hoort bij de
naam). Die zoekmachines hebben niet precies dezelfde websites geïndexeerd.
Volgens sommige schattingen is er slechts twintig procent overlap. Ze hebben
ook niet het complete internet ontsloten; Google zegt bijvoorbeeld nu zo’n
40 procent van internet te hebben geïndexeerd.
2
Het diepe of onzichtbare internet
Het diepe internet bestaat voornamelijk uit databanken met een eigen zoekvenster. Om iets in zo’n databank – bijvoorbeeld een telefoonboek – te vinden,
moet je eerst iets in het zoekvenster tikken. Meestal vindt een internetzoekmachine wel de beginpagina van zo’n databank, de voordeur, maar niet de
inhoud. Dat is zeker niet het geval bij commerciële databanken.
De inhoud van databanken kan ontzettend groot zijn. Volgens sommige bronnen is het ‘onzichtbare’ web nog groter dan het zichtbare.
Besloten netwerken
Net als veel andere instellingen beschikt Hogeschool Rotterdam over een besloten
computernetwerk / Intranet (HINT genaamd). Nadat je als student op HINT bent
ingelogd, kun je allerlei databanken doorzoeken die belangrijk zijn voor je studie. Dit
kan ook vanuit huis. De databanken van Hogeschool Rotterdam zijn toegankelijk via
mediatheek.hr.nl. Kies vervolgens voor Online bronnen en Databanken.
9
Via de mediatheken van Hogeschool Rotterdam heb je toegang tot databanken met
verschillende soorten informatie: wetenschappelijke literatuur, artikelen uit kranten
en tijdschriften, wet- en regelgeving, bedrijfs-, branche- en marktgerichte informatie,
beeldmateriaal, feitelijke informatie enzovoorts. Om je een indruk te geven, geven
we hier enkele voorbeelden:
• Company Info bevat bedrijfsinformatie van alle Nederlandse organisaties en buitenlandse bedrijven met een Nederlandse vestiging.
• Ebsco Host biedt toegang tot databanken voor heel veel wetenschappelijke
onderzoeksgebieden.
• JSTOR (Journal Storage) is een digitaal archief van fulltext tijdschriften uit
diverse wetenschappelijke disciplines.
• Legal Intelligence biedt geavanceerde zoekdiensten voor advocaten, bedrijfsjuristen, fiscalisten en accountants.
• ScienceDirect is een databank van Elsevier met artikelen en samenvattingen uit
meer dan 2000 wetenschappelijke tijdschriften. De databank is vooral gericht op
wetenschap, techniek en zorg.
Direct naar de databanken: bit.ly/onlinebronnen
10
3
De beste zoektermen en systematisch
zoeken
Wat de beste zoektermen zijn, hangt af van je vraag. Zoek je de openingstijden van
de Mediamarkt in Rotterdam, dan is [ openingstijden mediamarkt rotterdam ] een
effectieve zoekopdracht. Wil je weten hoe iCloud werkt, dan is [ hoe werkt icloud ]
een prima zoekopdracht.
[ Voorbeelden van zoekopdrachten ] staan in dit boekje tussen spaties en vierkante
haken. Die hoef je bij de eigenlijke zoekopdracht niet te gebruiken. Ze geven slechts
het begin en eind van een zoekopdracht aan.
Zoeken naar een enkel feit kan makkelijk zijn, hoewel dat lang niet altijd zo is. Hoe
dan ook wordt het moeilijker als je een complexe vraag hebt. Dat vergt een systematische aanpak. Hier enkele vuistregels.
1
Splits een ingewikkelde hoofdvraag op in behapbare deelvragen. Voorbeeld: van welke therapieën tegen faalangst is aangetoond dat ze effectief
zijn? Deelvragen zouden kunnen zijn: Wat is faalangst? Welke therapieën
tegen faalangst zijn er? Welke criteria bepalen de effectiviteit van therapieën
tegen faalangst?
2
3
Bedenk aan de hand van je deelvragen relevante zoektermen.
In dit geval zou je kunnen beginnen met: [ faalangst ]. Of [ "wat is faalangst" ].
4
Houd daarbij rekening met de taal: zoek je alleen Nederlandse bronnen of
ook buitenlandse? Stel, je zoekt naar literatuur over faalangst. Maar wat is
faalangst in het Engels? Een manier om dit snel te achterhalen: via Google
met de zoekopdracht [ translate faalangst ]. Of anders via Google Translate
(translate.google.nl). Antwoord: performance anxiety en fear of failure. Een
andere manier: zoek faalangst in de Nederlandse versie van Wikipedia en klik
vervolgens linksonder, onder de optie ‘In andere talen’, op Engels. Overigens:
als je bent ingelogd op het netwerk van Hogeschool Rotterdam, kun je diverse
woordenboeken van uitgeverij Van Dale online raadplegen.
Achterhaal welke terminologie / welk vakjargon er gangbaar is over je
onderwerp.
• Is die terminologie eenduidig of worden er verschillende synoniemen
gebruikt? Een goede bron voor synoniemen of verwante begrippen is
thesaurus.com.
• Zoek in de gevonden documenten naar vaktermen waarmee je je zoekopdracht kunt uitbreiden of aanscherpen.
• Bij de samenvatting van een wetenschappelijk artikel staan altijd enkele
trefwoorden. Die kunnen nuttig zijn voor nader onderzoek.
• Bedenk hoe iets in een document zou kunnen staan, in welke bewoording
of formulering. Zoek daar vervolgens op.
Na een zoekopdracht geeft Google, onder de resultatenlijst, voorbeelden van
verwante zoekopdrachten. Ook daar kun je iets aan hebben:
11
5
Als je bij een zoekvraag meerdere zoektermen gebruikt, zet ze dan in een
logische volgorde, want de woordvolgorde heeft invloed op de zoekresultaten. Logisch is bijvoorbeeld: de belangrijkste zoekterm eerst. Bij de zoekopdracht [ aanpak schoolverzuim ] laat Google aanpak zwaarder wegen. Logisch
is ook: zoals wij schrijven of praten. Zoek je iets over de Amerikaanse verkiezingen, dan is [ amerikaanse verkiezingen ] een betere zoekopdracht dan
[ verkiezingen amerikaanse ]. Ook de toevoeging van ‘kleine woorden’ als de
of een kan verschil uitmaken. Zo geeft [ de koning ] andere resultaten dan
[ een koning ].
6
Bedenk van tevoren welke bronnen het meest relevant zouden kunnen zijn:
artikelen, boeken, rapporten? Kun je het best op het vrije internet beginnen
of bij een bepaalde databank? Om je hierbij op weg te helpen, heeft Hogeschool Rotterdam alvast een aantal relevante databanken en andere bronnen
verzameld bij ‘Mediatheekinfo per opleiding’ op HINT.
Sneeuwbalmethode
Een beproefde zoektechniek, tot slot, is de zogenoemde sneeuwbalmethode. Hierbij
neem je een belangrijk boek of een veelgeciteerd artikel als startpunt. Kies bij voorkeur een recente publicatie. In de noten en literatuurlijst worden eerdere publicaties
genoemd over hetzelfde onderwerp. Ook daarin worden weer publicaties genoemd.
Als je die allemaal nazoekt (waarbij je dus teruggaat in de tijd) wordt je sneeuwbal
snel groter. Dit werkt natuurlijk het best als al die publicaties ook online beschikbaar
zijn.
Let bij het doornemen van de noten en literatuurlijsten op of bepaalde auteursnamen
steeds terugkeren. Dat zijn vaak de echte deskundigen. Soms zijn hun publicaties te
vinden op hun persoonlijke websites.
Algemene tips
Google negeert hoofdletters in zoekopdrachten. De zoekopdracht [ tweede kamer ]
geeft dus dezelfde resultaten als [ Tweede Kamer ].
Google negeert speciale tekens in zoekopdrachten, maar niet allemaal. Zo
negeert Google tekens als ¶, £, €, ©, ®, ÷, §, %, (), ?, !. Maar je kunt wel via Google
zoeken op $ (het dollarteken) en op # (hashtag). Gebruik $ voor het zoeken naar
prijzen [ $300..$500 laptop ] en # voor het zoeken naar tweets (met een hashtag
worden kernwoorden in een tweet gemarkeerd).
12
4
Informatie toetsen op betrouwbaarheid
Google bepaalt de volgorde van de zoekresultaten op basis van 200 factoren. Welke
dat precies zijn, is een zorgvuldig bewaard geheim, maar aan de zoekresultaten kun
je veel aflezen. Zo komt een website hoger in de resultatenlijst als de zoekterm in de
url (het webadres) voorkomt. Van groot belang is ook of er op internet vaak naar
een site wordt verwezen (gelinkt) – dat vergroot immers de kans dat de site relevant
is. Daarnaast krijgen gepersonaliseerde zoekresultaten steeds meer gewicht.
Op internet is onvoorstelbaar veel te vinden, ook heel veel onzin. Hoe stel je vast of
een website / bron betrouwbaar is? In de Toolbox Informatievaardigheid op HINT
kun je hierover veel informatie vinden (zie: bit.ly/tbinfova).
Hier enkele algemene vuistregels:
1
Kijk of het uiterlijk van de site aansluit bij de informatie die je zoekt
Een rommelige site, slecht doorzoekbaar en met veel tikfouten, bevat die per
definitie onbruikbare informatie? Dat ligt aan je onderzoek. Als je bijvoorbeeld
onderzoek doet naar uitingen van extremisme of verontwaardigde burgers,
dan heb je hoogstwaarschijnlijk precies gevonden wat je zocht. Maar als je op
zoek bent naar objectieve, feitelijke informatie, dan kun je schreeuwende koppen, veel uitroeptekens!!!, wild gebRUIK van hOOfDLETteRs, veel tikvouten
en slechte doorzoekbaarheid zien als een duidelijk signaal: onbetrouwbare
site, door naar de volgende.
Ook sites die er gelikt uitzien kunnen overigens gekleurde informatie bevatten. Ze hebben bijvoorbeeld tot doel de publieke opinie te beïnvloeden of
bepaalde producten te verkopen. Zie hierover punt 4.
2
Kijk van wie de site of databank is
Is de site of databank van een professionele instelling, dan is de informatie
bijna altijd betrouwbaar. Dit geldt voor de website en databanken van Hogeschool Rotterdam, maar bijvoorbeeld ook voor sites van universiteiten, overheidsinstellingen, musea, archieven en bibliotheken. Naar dergelijke sites
wordt elders op internet vaak verwezen. De mediatheek van Hogeschool Rotterdam houdt betrouwbare websites bij in Delicious (zie: bit.ly/hr-delicious).
3
Kijk of de site of databank wordt bijgehouden
Dat zie je meestal heel snel aan de laatste berichten of postings. Als ergens
staat: deze site is voor het laatst bijgewerkt in 2001, dan kun je beter op zoek
gaan naar een andere bron.
4
Onderzoek zo nodig door wie de site of databank wordt bijgehouden
Wikipedia wordt doorlopend aangevuld en bijgewerkt, maar zoals bekend kan
iedereen iets aan deze online-encyclopedie toevoegen, zelfs anoniem. Daardoor kan de informatie onbetrouwbaar zijn. Meestal wordt onzin snel uit Wikipedia verwijderd en worden fouten uiteindelijk gecorrigeerd, maar je moet
hier wel op bedacht zijn.
Als je twijfelt over de betrouwbaarheid van een website of databank, kijk dan
wie hem bijhoudt. Als het goed is vind je informatie hierover op de site zelf,
13
bijvoorbeeld onder de kop ‘over deze site’. Als nergens iets te vinden is over
de organisatie, redactie of webbeheerder, dan klopt er iets niet.
Wijst alle informatie op een nieuwssite in één bepaalde politieke richting?
Dan heeft de site waarschijnlijk tot doel de publieke opinie te beïnvloeden.
Meestal is snel na te gaan hoe het zit: eenvoudigweg door elders op internet
te kijken wat er over zo’n site bekend is. Hetzelfde geldt natuurlijk voor een
databank of blogger.
5
Controleer je gegevens in drie of meer bronnen
Wordt een citaat correct aangehaald, is de bron juist weergegeven? Kloppen
de jaartallen en cijfers? Baseer je niet op één, maar waar mogelijk op drie of
meer bronnen. Als dezelfde feiten opduiken in bronnen die je betrouwbaar
acht, dan kloppen ze meestal, maar wees beducht voor bronnen die elkaar
klakkeloos overschrijven. Kortom: check de feiten.
Achtergrondinformatie over een website
Van wie een website is en wie hem bijhoudt, staat vaak op de site zelf. Maar
wat als dat niet het geval is?
Ga dan naar een organisatie die de domeinnamen beheert. Voor Nederland
is dat de Stichting Internet Domeinregistratie Nederland (sidn.nl). Tik de
domeinnaam in het zoekvak ‘check mijn .nl’, klik op OK, vink de akkoordverklaring aan, klik nogmaals op OK en je krijgt een formulier te zien met allerlei
achtergrondinformatie: waar de site is geregistreerd, wie de administratieve
en technische contactpersonen zijn (met mailadressen erbij), het zogenoemde IP-adres, sinds wanneer de site bestaat, enzovoorts. Geregeld staan
er ook telefoonnummers bij. Voor domeinnamen wereldwijd kun je onder
meer terecht bij centralops.net/co.
14
5
Slimmer zoeken met sneltoetsen
De computermuis is in 1963-1964 ontwikkeld door de Amerikaanse elektrotechnicus
Douglas Engelbart (1925-2013). De eerste was van hout en zo groot als een halve
baksteen.
De eerste computermuis. Officiële naam in
het patent: de ‘X-Y
Position Indicator for
a Display System’.
Wie veel met een muis werkt, loopt het risico een muisarm te krijgen. Dat voorkom
je door met toetscombinaties of sneltoetsen te werken. Bovendien kun je op die
manier over het algemeen veel sneller werken. Hier enkele tips.
1
In vrijwel alle softwarehandleidingen staan lijsten met sneltoetsen. Ze zijn
ook makkelijk te vinden op internet. Zoek bijvoorbeeld naar [ sneltoetsen
windows ] of [ sneltoetsen apple ]. In het Engels heten ze [ keyboard shortcuts ]. Veel informatie is te vinden op sneltoetsen.com. Op de afscheurbare
voorflap van dit gidsje staan de belangrijkste sneltoetsen.
2
In veel tools kun je zelf sneltoetsen definiëren. Meestal gaat dat zo: ga op
het icoontje / de snelkoppeling van het programma staan en kies voor ‘Eigenschappen’. Als er op het tabblad ‘Snelkoppeling’ in het vakje ‘Sneltoets’ nog
geen toetscombinatie staat, kun je die
zelf maken (verzin een toetscombinatie en klik op ‘Toepassen’).
Op de Mac: ga naar ‘Systeemvoorkeuren’ en klik op ‘Toetsenbord’.
Klik op ‘Toetscombinaties’ en klik vervolgens op de knop met het plusteken
(+).
15
3
Klein handigheidje bij de browser Google Chrome: met de toetscombinatie
Ctrl + e vervang je de url door een vraagteken.
Bij Apple doe je dat met: Cmd + Alt + f. Hiermee voorkom je dat je de url – het
webadres – moet weghalen voordat je er een zoekopdracht tikt. Want dat is
wat steeds meer mensen doen: zij tikken hun zoekterm(en) niet in deze zoekregel
maar rechtstreeks hier:
Dus: in het adres waar de url (het webadres) staat. Dat is een goed idee, want
hiermee vind je over het algemeen zeer relevante bronnen. Wanneer je in de
browser Firefox in het url-vak klikt, wordt de hele inhoud geselecteerd en kun
je de zoekopdracht over de oude tekst heen tikken.
4
16
In de inleiding kwam Ctrl + f al ter sprake, de moeder van alle sneltoetsen.
Daarmee kun je op een website of in een document zoeken. Voor wie denkt
‘dat weet iedereen toch wel’: uit onderzoek van Google uit 2010 bleek dat 90
procent van de Amerikanen deze toetscombinatie niet kent. Onder docenten
op middelbare scholen was dit 50 procent. Mocht je deze toetscombinatie
niet kennen: meteen gaan gebruiken, want hiermee voorkom je een hoop
onnodig gespeur. Voor Apple-gebruikers is het Cmd + f.
6
Zoekresultaten verfijnen met filters
Vrijwel alle websites en databanken beschikken over filters. Hun functie: zoekresultaten verfijnen. Ook de zoekmachine Google beschikt over dergelijke filters. Je kunt
ze op verschillende manieren bereiken.
1
Filteren bij Google via het formulier Geavanceerd zoeken
Zoek [ google geavanceerd zoeken ] of ga naar google.nl/advanced_search
en je komt terecht bij een formulier waarvan het bovenste gedeelte er zo uitziet:
En de onderkant zo:
17
Zoals al uit de veldnamen blijkt, kun je via dit formulier onder meer zoeken
op taal, land, een bepaalde periode, een bepaald bestandstype, enzovoorts.
Bovendien kun je via dit formulier gemakkelijk zogenoemde ‘expliciete resultaten’ of ‘inhoud voor volwassenen’ (lees: sekssites) wegfilteren. Daarnaast
kun je onder meer zoeken op afbeeldingen die je vrij mag gebruiken.
2
Zoekresultaten verfijnen via Google’s Zoekhulpmiddelen
Nádat Google een zoekopdracht heeft uitgevoerd, verschijnt boven het eerste
resultaat een balk waarmee je de zoekresultaten kunt verfijnen. Die balk ziet
er momenteel zo uit:
De meeste mensen hebben wel eens geklikt op Afbeeldingen of Maps, maar
slechts weinigen maken gebruik van de mogelijkheden die onder de knop
Zoekhulpmiddelen zitten verstopt. Toch zijn die zeker de moeite waard. Hier
enkele filtermogelijkheden:
Helemaal rechts is nu ‘Haarlem’ ingevuld omdat de auteur van dit gidsje daar
woont – een voorbeeld van een (ongevraagd) gepersonaliseerd zoekfilter. Je
kunt ook een andere locatie opgeven:
Interessant is de mogelijkheid om te filteren op het tijdstip waarop informatie
op internet is geplaatst. Dat doe je via de filtermogelijkheden onder het kopje
‘Elke periode’. Je kunt hier kiezen tussen een vastgestelde en een aangepaste
periode.
18
De functie ‘Aangepaste periode’ kan bijvoorbeeld interessant zijn als je zoekt
naar informatie uit een specifieke periode. Voorbeelden: alles over Osama
Bin Laden in de maand voor 9/11; alles over Pim Fortuyn in de week voordat
hij werd vermoord; alles over een bepaalde persoon voordat hij of zij in
opspraak raakte.
3
Filteren bij Google Books en Google Scholar
Veel mensen zoeken alleen via de algemene zoekmachine van Google, maar
daarmee missen ze grotendeels de inhoud van twee andere megaprojecten
van deze zoekgigant, namelijk Google Books en Google Scholar.
De ambitie van Google Books (books.google.com): zo’n beetje alle boeken
ter wereld digitaal ontsluiten, te beginnen met de boeken die rechtenvrij zijn.
In 2007 ging Google een samenwerking aan met de Universiteitsbibliotheek
Gent (300.000 boeken tot 1870). In 2010 met de Koninklijke Bibliotheek in
Den Haag (160.000 boeken van 1700 tot 1870).
Er is veel kritiek mogelijk op Google Books, maar het is een collectie die je
niet mag missen. Er zijn nu ruim 20 miljoen boeken gedigitaliseerd, het worden er zo’n 130 miljoen. De helft is Engelstalig, de rest in 400 andere talen.
Je kunt de boeken op twee manieren doorzoeken: standaard en geavanceerd
(met allerlei filtermogelijkheden, zie: books.google.com/advanced_book_
search):
Wetenschappelijke publicaties zoeken: Google Scholar
Als je op zoek bent naar wetenschappelijke publicaties is Google Scholar
(scholar.google.nl) een goed startpunt. Maar bedenk wel dat Google Scholar
minder actuele bronnen bevat en tot veel minder bronnen toegang geeft dan
sommige databanken. Via Google Scholar kom je (met de zogenoemde linkresolver) in veel gevallen uit bij het volledige document. Bij thuisgebruik moet
je wel een instelling in Google Scholar veranderen. Ga naar ‘Instellingen voor
Google Scholar’. Voeg in de rubriek ‘Bibliotheeklinks’ de optie ‘Hogeschool
Rotterdam Mediatheek’ toe en vink dit aan:
19
Klik in Google Scholar op de pijl rechts in de zoekbalk voor de filtermogelijkheden:
20
Je kunt o.a. kiezen of je fulltext wilt zoeken of alleen in de titels van artikelen.
De meeste filters kun je ook rechtstreeks in de ‘gewone’ zoekregel opgeven.
Daarvoor moet je gebruikmaken van zogenoemde zoekoperatoren of zoekcommando’s. Voor Google Scholar zijn dit:
" " (dubbele aanhalingstekens)
OR
- (minteken)
allesintitel:
allintitle:
auteur:
auteurs:
author:
authors:
filetype:
4
= zoek precies dit
= vind dit OF dat trefwoord
= sluit dit uit
= vind de zoekterm(en) in de titel
= vind de zoekterm(en) in de titel
= zoek de publicatie van (1 naam)
= zoek de publicatie van (meerdere
namen)
= zoek de publicatie van (1 naam)
= zoek de publicatie van (meerdere
namen)
= zoek een bepaald bestandstype
Filteren bij websites
Vrijwel alle grote websites bieden mogelijkheden aan om zoekresultaten te
filteren. Soms kun je vooraf bepaalde selectiecriteria opgeven, soms kun je
na de eerste zoekactie de zoekresultaten verfijnen. Bij rijksoverheid.nl bijvoorbeeld, de belangrijkste website van de Nederlandse overheid, kun je na
een eerste zoekactie kiezen tussen filters als: Thema, Periode, Ministerie en
Soort informatie. Wie lang zoekt naar informatie op zo’n site, doet er over
het algemeen goed aan van deze filtermogelijkheden gebruik te maken.
21
7
Automatisch voor je laten zoeken
Het is natuurlijk onbegonnen werk om de hele tijd op internet te kijken of er nieuwe
informatie te vinden is over een onderwerp dat je bezighoudt. Handiger is het als je
daarover automatisch bericht krijgt.
Veel mensen zijn om deze reden geabonneerd op digitale nieuwsbrieven. Ook veel
apps voorzien in die behoefte. Er is bijvoorbeeld een juridische app die meldt als
een nieuwe wet in werking is getreden.
Maar zowel bij nieuwsbrieven als bij apps ben je afhankelijk van wat derden je aanleveren. Gelukkig kun je ook persoonlijke alerts of meldingen instellen. Veel commerciële databanken hebben zo’n functie, maar het kan ook bij Google en sites met
veel nieuws. Hier enkele mogelijkheden.
1
Google Alerts (google.nl/alerts)
Bij Google Alerts vul je eerst een zoekopdracht in. Daarna geef je aan welke
bronnen Google moet doorzoeken: alles of bijvoorbeeld alleen blogs of
nieuwssites. Vervolgens kies je hoe vaak je een melding per mail toegestuurd
wilt krijgen: één keer per dag of één keer per week. Ook kun je aangeven of
je alleen ‘de beste resultaten’ of ‘alle resultaten’ wilt.
Bij je zoekopdracht kun je zogenoemde zoekoperatoren gebruiken, dus bijvoorbeeld: [ "mijn naam" ] (een zoekopdracht tussen dubbele aanhalingstekens) of [ schoolverzuim filetype:pdf ] (zoeken naar bepaald bestandstype).
Je kunt maximaal 1000 alerts instellen.
2
Meldingen bij Google Scholar
Onder de filters die verschijnen nadat je iets bij Google Scholar hebt gezocht,
staat de mogelijkheid ‘Melding maken’. Vervolgens kun je onder meer opgeven of je maximaal 10 of maximaal 20 resultaten wilt ontvangen en aan welke
criteria ze moeten voldoen. Zo kun je instellen dat je alleen berichten wilt
ontvangen als de zoekterm in de titel van een artikel voorkomt. Dat doe je
door [ allintitle: ] voor je zoekopdracht te zetten. Ook kun je instellen dat je
een melding krijgt als een van je eigen publicaties wordt geciteerd. Zie hiervoor de knop ‘Mijn citaties’.
22
3
RSS Feeds
Bij websites met veel nieuws kun je meestal opgeven dat je via een zogenoemde RSS-feed op de hoogte wilt blijven. RSS staat voor Really Simple
Syndication (‘eenvoudige gelijktijdige publicatie’). Eerst moet je een zogenoemde RSS-reader installeren, een gratis programma waarmee je de ‘feeds’
kunt lezen. Die reader geeft je een seintje wanneer er een nieuwe feed is.
Hoe vaak je een seintje krijgt, kun je meestal zelf instellen.
Op sommige websites kun je heel gedetailleerd opgeven over welke onderwerpen je feeds wilt ontvangen. Dat geldt onder meer voor rechtspraak.nl.
Daar kun je bijvoorbeeld aangeven dat je alleen maar een feed wilt ontvangen
als er een nieuwe uitspraak van de Hoge Raad wordt gepubliceerd op het
gebied van civiel recht. Zie verder: uitspraken.rechtspraak.nl/#rssinformatie
De beste RSS-apps zijn momenteel: Flipboard, Feedly en (alleen voor
Android) Play Kiosk.
23
8
Google gerichter doorzoeken met
zoekcommando’s
Zoekcommando’s of zoekoperatoren zijn woorden en tekens die je aan een zoekopdracht kunt toevoegen, gewoon in de zoekregel bij Google. Het kunnen zeer
krachtige hulpmiddelen zijn.
Toch is het niet zo dat je pas écht slim op internet zoekt als je een zoekcommando
gebruikt. Het ligt er maar net aan waar je naar op zoek bent.
Als je merkt dat je eerste zoekopdrachten veel te veel resultaten opleveren – je dreigt
door de bomen het bos niet meer te zien – dan kunnen zoekcommando’s je snel helpen om betere zoekresultaten te krijgen.
Met zoekcommando’s stuur je een zoekmachine heel direct aan. Het gaat om een
beperkte, maar precieze zoektaal. De zoekopdracht [ rutte filetype:.pdf ] werkt bijvoorbeeld niet (nul hits); met [ rutte filetype:pdf ] krijg je ruim 80.000 hits. Het verschil zit in die ene punt.
Net als op de voorgaande pagina’s staan [ voorbeelden van zoekopdrachten ] tussen
vierkante haken en spaties. Die hoef je bij de eigenlijke zoekopdracht niet te gebruiken. Ze geven slechts het begin en eind van een zoekopdracht aan.
Hieronder staat eerst de hoofdfunctie van een zoekcommando, gevolgd door toepassingen, voorbeelden en waar nodig een toelichting.
Waarschuwing: de informatie hieronder is soms tamelijk gedetailleerd. Laat je daar
niet door afschrikken. Die toelichtingen zijn opgenomen omdat je met zoekcommando’s soms veel meer kunt dan je op het eerste gezicht zou denken.
Achterin dit gidsje zijn nog enkele praktijkvoorbeelden opgenomen van zoeken met
zoekcommando’s. Die laten zien hoe efficiënt ze kunnen zijn. Je kunt ze natuurlijk
ook meteen zelf gaan uitproberen.
Tekens die je aan een zoekopdracht kunt toevoegen
- (minteken) = sluit dit uit
Met het minteken kun je resultaten uitsluiten, bijvoorbeeld:
• woorden
Zoekvoorbeeld: [ metro -dagblad ]
Resultaat: veel informatie over de metro, maar niet over het dagblad dat zo heet.
• namen
Zoekvoorbeeld: [ rutte -mark ]
Resultaat: berichten over onder meer Arno Rutte, A.C.L. Rutte en Jan van Rutte.
• websites
Zoekvoorbeeld: [ slavernij -site:wikipedia.org ]
Resultaat: veel informatie over slavernij, maar niet uit Wikipedia.
24
Toelichting: voor - komt wel een spatie, erna niet. Die spatie is belangrijk, want daarmee onderscheid je het minteken van het koppelteken of afbreekstreepje. Vergelijk
de zoekopdrachten [ jan-van-gent ] en [ jan-van -gent ]. Met de eerste zoekopdracht
vind je jan-van-gent (een bepaalde vogel). Met de tweede zoekopdracht (met een
spatie voor -gent) vind je allerlei mensen die Jan van… heten, maar niet Jan van
Gent.
" " (dubbele aanhalingstekens) = zoek precies dit
Als je bij Google een zoekterm tussen dubbele aanhalingstekens zet, krijg je exact
terug wat je zocht. Tussen de zoekresultaten staan dus:
• geen synoniemen
Zoekvoorbeeld: [ "suicide" ]
Resultaat: Google zoekt niet ongevraagd naar zelfmoord.
• geen spellingscorrecties, meervoudsvormen, samenstellingen of afleidingen
Zoekvoorbeeld: [ "fiets" ]
Resultaat: Google zoekt niet ongevraagd naar fietsen (meervoud), OV-fiets (een
samenstelling) enzovoorts.
Bovendien krijg je geen lokale (dus geen gepersonaliseerde) zoekresultaten.
Vergelijk [ fiets ] met [ "fiets" ].
Met de eerste zoekopdracht krijg je allerlei lokale resultaten (fietshandelaren bij jou
in de buurt), met de tweede zoekopdracht zijn de zoekresultaten heel anders: Wikipedia, nieuws over fietsen, afbeeldingen, enzovoorts.
Toelichting: je kunt één of meerdere zoektermen tussen dubbele aanhalingstekens
zetten. Zoeken met dubbele aanhalingstekens kan erg functioneel zijn, maar bedenk
of het echt nodig is, want je kunt er ook dingen door mislopen. Zoek [ "Alexander
Bell" ] en je mist bijvoorbeeld Alexander G. Bell, terwijl dit dezelfde Amerikaanse uitvinder is.
Let op: dit werkt alleen met dubbele aanhalingstekens, niet met enkele.
.. (twee puntjes) = van..tot
Hiermee vind je van..tot-waarden. Dit kan handig zijn als je bijvoorbeeld zoekt naar:
• jaartallen
Zoekvoorbeeld: [ overstroming 1950..1960 ]
Resultaat: veel informatie over de watersnoodramp van 1953.
• prijzen
Zoekvoorbeeld: [ fiets 100..150 ]
Resultaat: relatief goedkope fietsen.
25
• publicaties uit een bepaalde periode
Zoekvoorbeeld: [ rapport werkloosheid 2010..2014 ]
Resultaat: onder meer rapporten over werkloosheid die verschenen zijn tussen
2010 en 2014.
• cijfers uit een bepaalde periode
Zoekvoorbeeld: [ stijging werkloosheid 2005..2014 ]
Resultaat: cijfers over de stijging van de werkloosheid tussen 2005 en 2014.
Toelichting: geen spaties voor of na de puntjes.
* (asterisk of sterretje) = vul de leegte in
Met een sterretje vervang je bij Google (meestal) 1 woord. Dit zoekcommando kan
handig als je bijvoorbeeld zoekt naar:
• e-mailadressen
Zoekvoorbeeld: [ *@pvda.nl ]
Resultaat: voldoende e-mailadressen van PvdA-politici om te zien hoe die e-mailadressen landelijk zijn gestructureerd.
• de correcte vorm van een spreekwoord of citaat
Zoekvoorbeeld: [ in nederland gebeurt alles * jaar later ]
Resultaat: 50 en vijftig jaar.
• normen en waarden
Zoekvoorbeeld: [ jaloezie is * ]
Resultaten o.a.: een ziekte, onzekerheid, de dictator in het rijk van de liefde.
• in welke landen een bedrijf een bepaalde site heeft
Zoekvoorbeeld: [ site:ing.* ]
Resultaten o.a.: ing.be, ing.us, ing.bank.ru, enzovoorts.
• de naam achter een initiaal
Zoekvoorbeeld: [ jasper * oudwoude ]
Resultaat: zowel Jasper S. als Jasper met volledige achternaam.
Toelichting: in de meeste databanken kun je binnen een woord een willekeurig aantal
tekens vervangen door een sterretje. Of je kunt er een woord mee aanvul*. Bij Google
is dat niet het geval. Daar vervang je met een * één heel woord, niet een woorddeel.
Je kunt ook meerdere sterretjes gebruiken. Met twee sterretjes vervang je bij Google
(meestal) twee woorden, met *** meestal drie woorden, en zo verder. Als je twee of
meer sterretjes direct na elkaar gebruikt, hoeven er geen spaties tussen de sterretjes
te staan. Voorbeeld van zoekopdracht met meerdere sterretjes: [ "een dag niet * is
een dag niet *" ]. Of: [ slaat als ** op ** ].
26
Woorden die je aan een zoekopdracht kunt toevoegen
AROUND(n) = in de nabijheid van
Met AROUND (dit zoekcommando moet met hoofdletters en tussen twee woorden
staan) voer je een zogenoemde proximity search uit. Je geeft aan hoeveel woorden
je zoektermen maximaal van elkaar af mogen staan. Dit zoekcommando kan handig
als je bijvoorbeeld zoekt naar:
• personen in elkaars nabijheid
Zoekvoorbeeld: [ moszkowicz AROUND(7) holleeder ]
• een persoon in de nabijheid van een onderwerp
Zoekvoorbeeld: [ wilders AROUND(7) haatzaaien ]
• onderwerpen in elkaars nabijheid
Zoekvoorbeeld: [ cao AROUND(7) regelgeving ]
Resultaten, bij alle drie: koppen van nieuwspagina’s waarbij de zoektermen maximaal
zeven woorden van elkaar verwijderd zijn. In plaats van (7) zou je ook (14) als uitgangspunt kunnen nemen, want de gemiddelde Nederlandse zin telt 14 woorden.
filetype: = zoek dit bestandsformaat
Samen met site: behoort filetype: tot de belangrijkste zoekcommando’s. Veel informatie wordt in een bepaald bestandsformaat op internet gezet. Je kunt naar zo’n
bestandsformaat zoeken met behulp van het zoekcommando filetype:. Dit zoekcommando kan essentieel zijn als je bijvoorbeeld zoekt naar:
• rapporten, jaarverslagen en officiële of wetenschappelijke publicaties
Zoekvoorbeeld: [ begroting SZW 2014 filetype:pdf ]
Bovenste resultaat: de begroting zelf. Als je zoekt zonder filetype:pdf, krijg je
eerst allerlei nieuwsberichten over de begroting van het ministerie van Sociale
Zaken te zien. Pdf is een geliefd formaat voor officiële publicaties omdat het
lastig is er iets in te wijzigen.
• notulen of vergaderstukken
Zoekvoorbeeld: [ notulen 2014 filetype:doc ] of [ notulen 2014 filetype:docx ]
Resultaat: duizenden notulen van verenigingen bijvoorbeeld.
• berekeningen, begrotingen, ledenadministraties, cijfermateriaal
Zoekvoorbeeld: [ begroting 2014 filetype:xls ] of [ begroting 2014 filetype:xlsx ]
Resultaat: honderden begrotingen in Excel-bestanden.
• PowerPointpresentaties van deskundigen
Zoekvoorbeeld: [ waterbeheer filetype:ppt ] of [ waterbeheer filetype:pptx ]
Resultaat: presentaties van deskundigen over waterbeheer, vaak met contactgegevens erbij.
27
Toelichting: je kunt op allerlei bestandsformaten zoeken. Zie voor een overzicht
file-extensions.org.
Let op: geen spatie na de dubbele punt, en haal de punt voor het bestandsformaat
weg. Dus niet filetype:.pdf (werkt niet), maar filetype:pdf.
Het maakt niet uit of je filetype: voor of na je zoekterm(en) zet.
OR = zoek dit OF dat
Dit zoekcommando kan handig zijn als je bijvoorbeeld zoekt:
• op bepaalde sites
Zoekvoorbeeld: [ troonrede site:nrc.nl OR site:volkskrant.nl ]
Resultaat: berichten over de troonrede van de websites van de Volkskrant en de
NRC.
• naar verwante begrippen
Zoekvoorbeeld: [ studiefinanciering OR stufi ]
• naar spellingvarianten
Zoekvoorbeeld: [ huygens OR huijgens ]
• op diverse varianten van namen
Zoekvoorbeeld: [ sjostakovitsj OR shostakovich OR chostakovitch ]
Toelichting: OR moet met hoofdletters en tussen de zoektermen staan. Dat kunnen
er twee of meer zijn. In plaats van OR kun je ook | gebruiken (het staande streepje).
Dit is het teken boven of naast de Enter-toets.
related: = zoek thematisch verwante websites
Dit zoekcommando kan handig zijn om nieuwe bronnen te ontdekken.
Zoekvoorbeeld: [ related:nl.wikipedia.org ]
Resultaat: websites als encyclopedie.nl en vandale.nl. Sites dus met het karakter van
een naslagwerk.
Toelichting. Een andere mogelijkheid om verwante sites te vinden: klik bij een zoekresultaat in Google op het groene, omlaag wijzende driehoekje naast de url. Er valt
dan een venster open waarin drie woorden kunnen staan: ‘In cache’, ‘Delen’ en / of
‘Vergelijkbaar’. Klik op Vergelijkbaar en Google toont inhoudelijk verwante websites.
site: = beperk de zoekopdracht tot deze website of dit domein
Samen met filetype: behoort site: tot de belangrijkste zoekcommando’s. Dit zoekcommando kan handig zijn als je:
• sites uit een bepaald land wilt doorzoeken
Zoekvoorbeeld: [ slavernij site:be ]
28
Resultaat: veel informatie over het Belgische slavernijverleden. Je kunt natuurlijk
ook zoeken op site:nl, site:de (Duitsland), site:fr (Frankrijk), enzovoorts. Er bestaan
honderden van dergelijke topleveldomeinen, zoals ze officieel heten. Voor een
overzicht, zie de ‘Lijst van topleveldomeinen op het internet’ in Wikipedia.
• een bepaalde website wilt doorzoeken
Zoekvoorbeeld: [ inburgeringstoets site:rijksoverheid.nl ]
Resultaat: veel relevante informatie over de inburgeringstoets op de website rijksoverheid.nl, een site die slecht te doorzoeken is. Zoals hierboven al is aangegeven,
kun je ook een paar specifieke sites tegelijk doorzoeken. Voorbeeld: [ troonrede
site:nrc.nl OR site:volkskrant.nl OR site:telegraaf.nl ].
• specifieke informatie zoekt binnen een site
Zoekvoorbeeld: [ kamervragen salmonella site:rijksoverheid.nl ]
Rijksoverheid.nl heeft allerlei filtermogelijkheden: beleidsnota’s, Kamerstukken,
enzovoorts. Maar je kunt er niet op Kamervragen zoeken. Op deze manier kan
dat wel.
• zoekt naar informatie van educatieve instellingen
Zoekvoorbeeld: [ rembrandt site:edu ]
Resultaat: veel informatie over Rembrandt van onder meer Amerikaanse universiteiten en musea.
Als je alleen informatie van musea wilt, zoek [ rembrandt site:museum ].
Toelichting: geen spatie na de dubbele punt. Heel vaak vind je meer informatie als
je een website niet rechtstreeks (via het eigen zoekvenster) maar via Google doorzoekt. Probeer eens NSB rechtstreeks bij historici.nl (2 hits) en via Google [ nsb
site:historici.nl ] (momenteel ruim 6000 hits). Dit is eerder regel dan uitzondering.
Het maakt niet uit of je site: voor of na je zoekterm(en) zet.
Voor meer informatie over zoekoperatoren, van Google zelf, zie: bit.ly/slim-google2
Zoekcommando’s combineren
Soms is het voldoende om slechts één zoekcommando te gebruiken, maar vaker zul
je er een paar combineren. Als je bijvoorbeeld op zoek bent naar een rapport over
coffeeshops in Nederland, dan zou dit een goede zoekopdracht zijn:
[ coffeeshops 2010..2014 site:rijksoverheid.nl filetype:pdf ].
Hiermee combineer je drie zoekcommando’s:
• je zoekt publicaties uit een bepaalde periode, namelijk: tussen 2010 en 2014
• je zoekt ze op een bepaalde website, namelijk: rijksoverheid.nl
• je zoekt naar een bepaald bestandsformaat dat veel wordt gebruikt voor rapporten, namelijk: pdf
Resultaat: 98 hits, de meeste zeer relevant.
29
9
Zoeken naar en in databanken
Hier drie trucs om snel een databank te vinden.
1
Combineer de woorden databank of database met het onderwerp dat je
zoekt
Zoek je een databank over kinderboeken? Zoek, bijvoorbeeld via Google,
[ databank kinderboeken ]. Bovenste resultaat, een verwijzing naar het Centraal Bestand Kinderboeken, de belangrijkste Nederlandstalige databank op
dit terrein.
Zoek je buitenlandse databases over internationaal recht? Zoek [ databases
international law ]. Een van de eerste resultaten: een ‘Guide to Foreign and
International Legal Databases’ van de New York University School of Law.
Andere mogelijkheid: combineer vind of find met het onderwerp dat je
zoekt. Met [ vind advocaat ] kom je bijvoorbeeld meteen terecht bij een databank getiteld ‘vind uw advocaat’ van advocatenorde.nl.
2
Maak gebruik van bestaande overzichtslijsten
Veel universiteiten, hogescholen en mediatheken houden thematische lijsten
bij van relevante websites. Je vindt ze bijvoorbeeld zo: [ universiteit juridische
databanken ]. Of [ hogeschool databanken toegepaste psychologie ]. Je komt
direct bij enkele relevante lijsten uit.
Via de website van Hogeschool Rotterdam mediatheek heb je toegang tot
uiteenlopende databanken. Die zijn toegankelijk via mediatheek.hr.nl. Kies
vervolgens voor Online bronnen en Databanken voor een overzicht.
3
Laat Google zoeken naar een verwante databank
Zoek [ telefoongids ] en je krijgt als eerste resultaat detelefoongids.nl. Maar
zijn er nog andere goede telefoongidsen of verwante databanken? Met de
zoek-opdracht [ related:detelefoongids.nl ] vind je er een heleboel.
Een andere mogelijkheid om verwante sites te vinden: klik bij een zoekresultaat op het groene, omlaag wijzende driehoekje naast de url. Er valt dan een
venster open waarin drie woorden kunnen staan: ‘In cache’, ‘Delen’ en / of
‘Vergelijkbaar’. Klik op Vergelijkbaar en Google toont inhoudelijk verwante
websites.
Een databank doorzoeken
Wat is de beste manier om een databank te doorzoeken? Hier drie vuistregels.
1
30
Goede databanken hebben geavanceerde zoekmogelijkheden, maak daar
gebruik van
Hoe meer er in een databank staat, hoe groter de kans dat je er verdwaalt.
Tenzij je goed gebruik maakt van de geavanceerde zoek- en sorteermogelijkheden. Hoewel de verschillen tussen databanken groot zijn, kun je er vaak:
• een ‘zoekformulier’ gebruiken
• zoeken in samenvattingen (subject, abstract, inhoudsindicatie)
• zoekcommando’s of zoekoperatoren gebruiken
• resultaten sorteren (bijvoorbeeld op relevantie of jaar)
• resultaten filteren (meestal om het aantal zoekresultaten te verkleinen)
2
Als niet duidelijk is hoe die geavanceerde zoekmogelijkheden werken, lees
de handleiding
Bij een goede databank staat die handleiding op de site, bijvoorbeeld in de
help-functie. Ook op internet is een handleiding makkelijk te vinden, bijvoorbeeld met de zoekopdracht [ handleiding ] of [ manual ] gevolgd door de
naam van de databank. Als je liever een instructievideo bekijkt, zoek dan
[ video ] of [ tutorial ] gevolgd door de naam van de databank. Tutorial betekent ‘handleiding’. Instructievideo’s vind je ook op de Mediaserver van de
Hogeschool Rotterdam: mediaserver.hro.nl. Kom je er niet uit: vraag uitleg
aan de medewerkers van de mediatheek.
3
Geloof niet alles wat er in de handleiding staat en probeer dingen uit
Handleidingen bij databanken zijn niet altijd even duidelijk of volledig. Zo verzwijgen ze geregeld dat je er met jokertekens of zoekoperatoren kunt zoeken
(zie hieronder). Soms doen ze dat met opzet: ze willen voorkomen dat veel
mensen tegelijk gaan zoeken op een manier die veel van de servers vraagt.
Als zoeken met jokertekens of zoekoperatoren nuttig lijkt, probeer het dan
gewoon. Uit de zoekresultaten kun je makkelijk afleiden of ze wel of niet werken.
Soms kan het zelfs beter zijn om een databank niet rechtstreeks te doorzoeken, via de eigen zoekregel, maar via Google of een andere zoekmachine. Dit
geldt niet voor commerciële databanken, want die laten hun content niet
door zoekmachines indexeren.
Zoekcommando’s in databanken
Helaas gebruiken niet alle databanken dezelfde zoekcommando’s of zoekoperatoren,
maar de onderstaande komen veel voor en kunnen erg nuttig zijn.
Woorden die je aan een zoekopdracht kunt toevoegen
AND = dit moet ook in het zoekresultaat voorkomen
Voorbeeld zoekopdracht: [ rood AND blauw ]. In de zoekresultaten komen beide kleuren voor. In plaats van AND kun je in Nederlandstalige databanken vaak EN gebruiken.
Beide moeten met hoofdletters. Bij uitzondering moet je + (het plusteken) gebruiken
in plaats van AND of EN. Dat zet je dan direct voor je +zoekterm.
OR = zoek dit OF dat
Voorbeeld: [ zelfmoord OR sucide ]. In de zoekresultaten kan het ene OF het andere
woord voorkomen. In plaats van OR kun je in sommige Nederlandstalige databanken
OF gebruiken. Beide moeten met hoofdletters.
31
NEAR = in de nabijheid van
Voorbeeld: [ faalangst NEAR therapie ]. In de zoekresultaten moeten faalangst en
therapie in elkaars nabijheid voorkomen. Hun volgorde ligt niet vast. Als je woorden
in elkaars nabijheid moet zoeken met de zoekoperator ADJ (van adjacent, ‘aangrenzend’) ligt hun volgorde wel vast. In plaats van NEAR gebruiken sommige databanken
N/ gevolgd door een getal waarmee je de woordafstand opgeeft, N/3 bijvoorbeeld.
Weer andere databanken gebruiken hiervoor W/3.
NOT = sluit dit uit
Voorbeeld: [ zwart NOT wit ]. In het zoekresultaat komt zwart wel voor, wit niet. In
plaats van NOT kun je in sommige Nederlandstalige databanken NIET gebruiken.
Beide moeten met hoofdletters.
Tekens die je aan een zoekopdracht kunt toevoegen
? (vraagteken) = vervang één willekeurig teken
Voorbeeld: [ ele?tronica ]. Hiermee vind je zowel electronica als elektronica.
* (sterretje, asterisk) = vervang een willekeurig aantal tekens
Voorbeeld: [ kus* ]. Hiermee zou je een hele reeks woorden kunnen vinden: kust,
kusje, kushand, kussengevecht, enzovoorts.
" " (dubbele aanhalingstekens) = zoek precies dit
Voorbeeld: [ "hoe maak je een pdf" ]. Resultaat: alleen teksten waarin dit precies zo
staat (meestal met het antwoord erbij).
Wildcards of jokertekens
Het * en het ? worden in deze context wildcards of jokertekens genoemd. Let op:
• In de meeste databanken kun je een vraagteken of sterretje na de eerste of
tweede letter van een woord of naam zetten. Met de zoekopdracht [ k?s ] vind
je dan zowel kus als kas.
• Bij uitzondering kun je in een databank een vraagteken of sterretje aan het
begin van een woord zetten.
• Meestal kun je vraagtekens en sterretjes combineren. Met de zoekopdracht
[ kn?ck* ] zou je bijvoorbeeld knäckebröd, knickerbocker, knockdown en knockout kunnen vinden.
• Let op: in een databank werkt het sterretje dus anders dan op het vrije internet. Immers, als je met Google zoekt, vervang je met een sterretje een heel woord,
in een databank een woorddeel.
32
10 In drie minuten een eigen zoekmachine
maken
Veel mensen werken een vaste lijst websites af als ze ergens naar op zoek zijn. Als
dat – al dan niet commerciële – databanken zijn waarvan de inhoud niet door zoekmachines is gendexeerd, dan is dat een wijze strategie. Maar als de inhoud wel door
zoekmachines is gendexeerd, dan is het handiger om zo’n vaste set websites met
één zoekopdracht te doorzoeken.
Of een website of databank door een zoekmachine is gendexeerd, is meestal makkelijk na te gaan. Zoek er eerst iets rechtstreeks, en vervolgens via Google, gebruikmakend van het site-commando. Dus [ zoekterm site:naamwebsite.nl ]. Als je via
Google hetzelfde of meer vindt, dan is de website gendexeerd.
Vervolgens kun je snel een eigen zoekmachine maken om voortaan met één zoekopdracht een bepaalde selectie websites te doorzoeken. Voor de goede orde: dit kan
alleen als je bij Google bent ingelogd, bijvoorbeeld via Gmail. In dit geval is dat
logisch: je maakt immers een persoonlijke – een aan jouw persoon, bedrijf of instelling
verbonden – zoekmachine.
In een paar stappen is het gepiept.
1
Zet de url’s van de websites die je voortaan in één keer wilt doorzoeken,
bij elkaar.
In dit voorbeeld zijn dat drie juridische websites, namelijk:
• http://www.rechtspraak.nl/
• http://jure.nl/
• http://www.raadvanstate.nl/
2
Tik achter iedere url een asterisk (*). Dus:
• http://www.rechtspraak.nl/*
• http://jure.nl/*
• http://www.raadvanstate.nl/*
Met dat sterretje geef je aan dat niet alleen de beginpagina van een website
– de homepage – moet worden doorzocht, maar ook alle achterliggende pagina’s.
3
Ga nu naar google.nl/cse. Of zoek naar Google aangepast zoeken, dan wel
naar Google Custom Search.
33
Klik hier op Nieuwe zoekmachine en plak de geselecteerde webadressen in
het venster ‘Sites om te doorzoeken’ – één webadres per venster, dus zo:
4
Je hoeft nu nog maar twee dingen te doen: kies voor de taal van je zoekmachine (Nederlands of Engels bijvoorbeeld) en geef je zoekmachine een naam,
in dit voorbeeld: Mijn juridische zoekmachine.
Klik nu op maken, kies daarna voor Openbare URL en je hebt een zoekmachine gemaakt die voortaan in één keer de drie geselecteerde websites doorzoekt.
Je kunt de link van de zoekmachine bijvoorbeeld opslaan bij je favorieten, al
dan niet in een mapje Eigen zoekmachines.
Ga terug naar Google aangepast zoeken als je een op maat gemaakte zoekmachine wilt aanpassen. Je kunt makkelijk websites toevoegen of verwijderen of meer geavanceerde zoekmogelijkheden toevoegen.
Overigens kun je ook bij op maat gemaakte zoekmachines zoeken met zogenoemde zoekoperatoren.
Probeer bijvoorbeeld [ "flexibilisering bv-recht" filetype:pdf ].
34
11 Gebruikmaken van de url
Op 15 september 2011 bracht Bram Talman, een jonge Nederlandse journalist, de
Nederlandse overheid in grote verlegenheid door de miljoenennota voor 2012 van
internet te plukken, vijf dagen voordat die in de Tweede Kamer zou worden gepresenteerd. De miljoenennota was kort ervoor op internet gezet, bij wijze van test. Talman had hem zo gevonden, hij hoefde in de url (het webadres) alleen maar het jaartal
2011 te veranderen in 2012.
Zoeken door iets in de url te veranderen kan heel effectief zijn. Hier drie voorbeelden.
1
Snel door jaargangen van tijdschriften navigeren
Vaak kost het bij digitale tijdschriften relatief veel tijd om van de ene naar de
andere jaargang te gaan. Dat geldt bijvoorbeeld voor alle tijdschriften en
andere reeksen bij de Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren
(dbnl.org). De DBNL is de belangrijkste website voor Nederlandstalige literatuur, taal en cultuurgeschiedenis van de Middeleeuwen tot nu.
De DBNL heeft onder meer het invloedrijke tijdschrift De Gids gedigitaliseerd.
Als je de webadressen van de jaargangen 2000 en 2001 onder elkaar zet, zie
je meteen hoe de url is opgebouwd, in dit geval van de inhoudsopgave:
dbnl.org/tekst/_gid001200001_01/index.php = inhoudsopgave 2000
dbnl.org/tekst/_gid001200101_01/index.php = inhoudsopgave 2001
Als je nu snel de inhoudsopgave van 1999 zou willen zien, hoef je in de url
dus alleen het jaartal – hierboven vet gemaakt – aan te passen. Op die manier
kun je helemaal terugbladeren tot 1837, want toen verscheen de eerste jaargang van De Gids.
2
Via de url naar het goede kamerstuk navigeren
Kamerstukken zijn opgebouwd uit verschillende dossiers. Ieder dossier – bijvoorbeeld alle stukken over een bepaald wetsvoorstel – is voorzien van een
Kamerstuknummer: een nummer van vijf cijfers, soms gevolgd door Romeinse
cijfers en letters. Kamerstukken worden (onder meer) gepubliceerd op de
website officielebekendmakingen.nl, maar dat is een lastige site om te doorzoeken. Je kunt er ook niet makkelijk navigeren tussen de verschillende dossiers. Dat kan wel als je iets wijzigt in de url.
De verschillende dossiers van de ‘Wet vereenvoudiging en flexibilisering bvrecht’ zijn bij officielebekendmakingen.nl te vinden onder de volgende url’s:
zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-31058-B.html
zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-31058-C.html
zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-31058-D.html
zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-31058-E.html
zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-31058-F.html
35
Door een letter in de url te veranderen, kun je snel naar het goede stuk gaan
of er snel tussen schakelen.
Alle kamerstukken bij officielebekendmakingen.nl beginnen met kst-. De zoekopdracht [ kst-31058 ] levert veel andere relevante resultaten op.
Als je een kamerstuknummer niet kent, vind je het bijvoorbeeld zo: [ "flexibilisering bv-recht" kamerstuk ].
3
Via de url de taal van een tekst wijzigen
Stel, je vindt op de website van de Europese Unie, een hopeloze website om
te doorzoeken, een tekst over ‘Data protection in the electronic communications sector’. Het gaat hier om een belangrijke richtlijn over onder meer spam
en cookies op internet. Hier de url’s van de Engelse, Franse, Duitse en Nederlandse versie van deze richtlijn:
europa.eu/legislation_summaries/information_society/legislative_framework/l24120_en.htm
europa.eu/legislation_summaries/information_society/legislative_framework/l24120_fr.htm
europa.eu/legislation_summaries/information_society/legislative_framework/l24120_de.htm
europa.eu/legislation_summaries/information_society/legislative_framework/l24120_nl.htm
Kortom: door de letters aan het eind van de url te wijzigen, kun je de taal snel
aanpassen.
36
12 Mobiel zoeken
Smartphones zijn volwaardige minicomputers geworden, waar je bijna net zoveel
mee kunt als met een laptop of pc. Dat geldt ook voor tablets. Daarom worden er
steeds minder laptops en desktopcomputers verkocht. Gevolg: bedrijven als Google,
Bing en Yahoo! zetten steeds zwaarder in op mobiel zoeken. Hier enkele toepassingen.
1
Gesproken zoekopdrachten
In de openbare ruimte maken nog niet veel mensen gebruik van spraakgestuurd zoeken – staat vreemd, vaak veel omgevingsgeluid – maar dat neemt
niet weg dat deze toepassing steeds beter werkt. Of je nu Android of iOS
hebt, je kunt allerlei tools en apps sprekend aansturen.
In de voorgaande bladzijden is onder meer uiteengezet dat je op internet
naar bepaalde bestandstypen kunt zoeken, en waarom dat zin heeft. Bij
gesproken zoekopdrachten werkt dat ook. Probeer bijvoorbeeld, in Chrome:
Of:
Bovenste resultaat na de eerste zoekopdracht: de complete Miljoenennota,
want die staat in pdf-formaat op internet. Als je ‘pdf’ er niet bij had gezet,
had je eerst allerlei nieuwsberichten over de Miljoenennota gevonden.
Bovenste resultaten na de tweede zoekopdracht: allerlei PowerPointpresentaties over jeugdwerkeloosheid (met veel recent cijfermateriaal).
Probeer ook eens [ translate faalangst ]. En [ films haarlem ] (of een andere
plaats natuurlijk).
2
Zoeken door een foto te nemen
Open de app Google Goggles (in Android of iOS) en neem een foto, bijvoorbeeld van een boekomslag, dvd, cd of een bekend monument, logo of schilderij. Goggles (Engels voor ‘stofbril’) scant de foto en geeft je, als het beeld
voorkomt in de database van Google, meer informatie.
Je kunt Goggles ook gebruiken om teksten te vertalen. Neem een foto van
een tekst in een vreemde taal en kies voor ‘vertalen’. Goggles kan momenteel
teksten ‘lezen’ in het Engels, Frans, Italiaans, Duits, Spaans, Portugees, Russisch en Turks. De vertalingen naar het Nederlands zijn niet foutloos, maar
de kwaliteit stijgt.
37
Nog twee andere functies van Goggles: vind productinformatie door een
streepjes- of QR-code te fotograferen. En voeg een contact toe door een foto
te nemen van een visitekaartje.
3
38
Vinden zonder te zoeken
Steeds meer apps bieden sterk gepersonaliseerde zoekresultaten aan. Ze
doen dat bijvoorbeeld op basis van een profiel dat je hebt ingevuld. Of op
basis van je zoekgeschiedenis in combinatie met je zogenoemde ‘geolocatie’.
Je loopt in een winkelstraat en krijgt van je smartphone een seintje dat een
winkel even verderop een aanbieding heeft voor de koptelefoon waar je
onlangs naar zocht.
Niet jij zoekt op dat moment, je wordt gevonden – als het goed is omdat je
daar toestemming voor hebt gegeven.
Niet iedereen zal hier trek in hebben, maar het kan, bijvoorbeeld met Google
Now (‘De juiste informatie op het juiste moment’). Enkele functies: de lokale
weeromstandigheden, de verkeerssituaties op je vaste routes, bezienswaardigheden in de buurt, nieuws over je favoriete onderwerpen, enzovoorts.
Google Now kan zelfs een zogenoemd activiteitenoverzicht bijhouden: hoeveel kilometer je in een maand hebt gelopen of gefietst. Met je smartphone
op zak.
13 Twaalf korte zoektips
1
Een zoekmachine kiezen
Wees erop bedacht dat aan het zoekscherm van een browser (Internet Explorer, Chrome, Firefox, Safari, enzovoorts) standaard een zoekmachine is gekoppeld. Dat kun je veranderen. Meestal kun je kiezen uit Bing, Yahoo! of Google.
Weet dat Yahoo! (het uitroepteken hoort bij de naam) Bing als zoekmachine
gebruikt; alleen de presentatie en de omliggende informatie (afbeeldingen,
video’s, filtermogelijkheden) is bij Yahoo! anders.
Dit gidsje gaat vrijwel uitsluitend over slimmer zoeken met Google, omdat
die zoekmachine het meest wordt gebruikt.
2
Google in het Engels of Nederlands?
De meeste Nederlanders zoeken met google.nl, maar je kunt ook de oorspronkelijke Amerikaanse versie van Google gebruiken (google.com). Het
duurt soms lang voordat nieuwe toepassingen ook op de niet-Amerikaanse
versies van Google komen en soms komen ze daar nooit terecht. Om bij te
houden wat Google verandert, kun je bijvoorbeeld het Google productblog
(googleproducts-nl.blogspot.com) volgen.
3
Gepersonaliseerde zoekresultaten uitschakelen
Gepersonaliseerde zoekresultaten kunnen heel handig zijn. Als je daar toestemming voor hebt gegeven, houdt Google nauwkeurig bij wat je op internet
doet: welke filmpjes je hebt geliket bij YouTube, hoeveel contactpersonen je
hebt in Gmail, welke websites je hebt bezocht, welke zoektermen je hebt
gebruikt, enzovoorts. Google leert je daardoor steeds beter kennen, en past
de zoekresultaten daarop aan.
Als je wilt weten wat Google allemaal van jou vastlegt, ga dan naar Google
Dashboard. Hier kun je ook de privacy-instellingen veranderen.
Als je geen gepersonaliseerde zoekresultaten wilt, kun je dat op verschillende
manieren (tijdelijk) uitschakelen. De makkelijkste manier: zet een zoekopdracht tussen dubbele aanhalingstekens. Kijk bijvoorbeeld naar verschillen
tussen de zoekopdrachten [ fiets ] en [ "fiets" ]. Na de eerste zoekopdracht
verschijnen er allerlei lokale (en dus gepersonaliseerde) zoekresultaten; na
de tweede zoekopdracht niet. De verschillen zijn zeer groot.
Twee andere manieren:
• klik na een zoekopdracht bij Google op Zoekhulpmiddelen en kies daarna
onder Alle resultaten voor de optie Woord voor woord (in het Engels heet
deze knop ‘verbatim’).
39
• klik na een zoekopdracht bij Google op de optie Privéresultaten verbergen:
Dit laatste werkt echter minder goed.
Als je wilt weten hoe je gepersonaliseerde zoekresultaten permanent uitschakelt, zoek dan [ personalisatie op basis van zoekgeschiedenis uitschakelen ].
4
Anoniem zoeken
Bij Internet Explorer heet het InPrivate-navigatie, bij Safari Privémodus, bij
Google Chrome incognitomodus en bij Firefox Privénavigatiemodus. Bij de
laatste twee verschijnt een icoontje in beeld: respectievelijk een spion met
zonnebril en een masker. Bij Chrome kun je deze zoekmodus onder meer openen met de toetscombinatie Ctrl+Shift+N.
Bezochte sites komen in deze modus niet in je zoekgeschiedenis te staan en
nieuwe cookies worden automatisch verwijderd als je de browser sluit. Je
laat dus geen sporen (of cookies) achter op je eigen pc, tablet of laptop. De
anonimiteit is echter relatief, want de sites die je hebt bezocht, kunnen dat
wel hebben vastgelegd. Ook in deze zoekmodus krijg je geen gepersonaliseerde zoekresultaten. Een goede zogenoemde meta-zoekmachine om anoniem mee te zoeken is ixquick.nl, naar eigen zeggen ‘’s werelds meest privacy-vriendelijke zoekmachine’.
5
Contactgegevens zoeken
Er zijn allerlei manieren om contactgegevens van iemand te vinden, bijvoorbeeld via Facebook, Google+, LinkedIn of andere sociale media. Op sites van
bedrijven en instellingen staan meestal ook contactgegevens, maar soms
moet je er flink naar zoeken. Met name telefoonnummers zijn vaak lastig te
vinden. Dat is opzet – veel bedrijven willen liever gemaild dan gebeld worden.
Hoe vind je snel een telefoonnummer van een bedrijf waarvan je weet dat
het in Rotterdam is gevestigd? Voor Hogeschool Rotterdam bijvoorbeeld met
deze zoekopdracht: [ hogeschool rotterdam 010 ]. Kortom: door de naam van
een bedrijf of instelling te combineren met het netnummer (de eerste cijfers
van een telefoonnummer).
Als je niet weet waar een bedrijf of instelling is gevestigd, kun je het bijvoorbeeld zo proberen: [ achmea contact telefoon ].
Op een vergelijkbare manier kun je vaak makkelijk e-mailadressen achterhalen. De domeinnaam van de Universiteit van Amsterdam is uva.nl. Dikke
kans dat de e-mailadressen van UVA-docenten eindigen op @uva.nl. Om te
40
zien of dit klopt zoek je [ @uva.nl ]. Hierdoor wordt je vermoeden bevestigd.
Zoek je nu het correcte mailadres van een docent die Berends heet, dan zoek
je [ berends *@uva.nl ].
6
Een deskundige zoeken
Allerlei professionals en vakmensen zijn via de sociale media te vinden, maar
als je op zoek bent naar een (Nederlandse) academische deskundige op een
bepaald gebied, dan vind je die vaak snel door bij je zoekopdracht [ repository ] of [ knaw ] te zetten. KNAW staat voor Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen; repository is een Engels woord voor ‘schatkamer,
bewaarplaats, opslagplaats’.
Veel universiteiten en wetenschappelijke instellingen zijn de publicaties van
hun medewerkers met terugwerkende kracht op internet aan het zetten. Ook
de KNAW heeft zo’n repository.
Zoek je iemand die serieus onderzoek heeft gedaan naar bijvoorbeeld Zwarte
Piet, de omstreden knecht van Sinterklaas, zoek dan [ "zwarte piet" repository ] of [ "zwarte piet" knaw ]. In beide gevallen kom je uit bij wetenschappelijke publicaties van J.I.A. Helsloot. Zoek vervolgens [ "J.I.A. Helsloot" ] en
je vindt o.a. zijn publicatielijst, zijn e-mailadres en het telefoonnummer van
het instituut waar hij werkt (het Meertens Instituut).
Nog een paar mogelijkheden om deskundigen te vinden: via Google Scholar,
de HBO-kennisbank, via de site van een beroepsvereniging en via Narcis
(narcis.nl). In Narcis, een database van de KNAW, staan de gegevens van bijna
50.000 wetenschappers, met hun expertise.
7
Je eigen zoekgeschiedenis doorzoeken
Je had iets interessants gevonden op internet, maar halverwege werd je afgeleid of had je geen tijd meer. Je hebt de link of pagina niet opgeslagen en je
weet niet meer met welke zoekopdracht je er was gekomen. Hoe vind je de
pagina dan snel terug?
Als je een Google-account hebt, is dít vaak de snelste manier: doorzoek je
eigen zoekgeschiedenis via google.com/history. Je zoekgeschiedenis wordt
van minuut tot minuut geregistreerd en is centraal doorzoekbaar.
Je kunt bij Google History ook aangeven hoe gedetailleerd Google je zoekgeschiedenis mag opslaan.
41
8
Zoeken naar afbeeldingen
Op internet staan miljarden foto’s en dit aantal groeit razendsnel. Zo worden
er op Flickr, een bekende fotowebsite van Yahoo!, dagelijks ruim een miljoen
foto’s geüpload en op Twitter zijn dat er maar liefst vijf miljoen per dag. Er
bestaan allerlei specialistische fotodatabanken, maar je vindt al heel veel
door bij Bing, Google of Yahoo! te zoeken via het tabblad ‘Afbeeldingen’ of
‘Images’.
Let daarbij op de filtermogelijkheden. Zoek bijvoorbeeld in Google op [ telefoon ] en klik op ‘Zoekhulpmiddelen’. Je kunt vervolgens filteren op onder
meer: periode, formaat, type en kleur. Door bij kleur op zwart of grijs te klikken, krijg je allerlei ouderwetse telefoontoestellen te zien.
Bing en Yahoo! hebben vergelijkbare filtermogelijkheden, Flickr heeft er nog
meer (zie flickr.com/search/advanced).
Filters voor afbeeldingen bij Bing en Yahoo!
Interessante truc bij Google Afbeeldingen: zoek bijvoorbeeld op [ failed tattoo ], open de eerste afbeelding en kies vervolgens via de rechtermuistoets
de optie ‘Afbeeldings-URL kopiëren’. Klik daarna op het cameraatje in de
rechterhoek van de zoekbalk:
42
Daarmee open je een venster waarin je de ‘Afbeeldings-URL’ kunt plakken.
Klik daarna op zoeken. Je ziet vervolgens waar de foto nog meer is gebruikt
(vaak met extra achtergrondinformatie), plus andere voorbeelden van mislukte tatoeages.
Een goede zoekmachine voor afbeeldingen op Twitter is Twicsy (‘The Twitter
Pics Engine’, twicsy.com). Je kunt hier o.a. zien welke foto’s het laatste uur of
etmaal het vaakst zijn bekeken.
Met de zoekopdracht [ beeldbank ] vind je talloze interessante Nederlandse
fotodatabanken.
Twee interessante Nederlandse collecties die je niet mag missen:
• de fotocollectie van het Nationaal Archief (bit.ly/foto-NA)
• de beeldbank bij geheugenvannederland.nl
Enkele grote internationale collecties:
• Wikimedia Commons (commons.wikimedia.org), ruim 20 miljoen vrij bruikbare mediabestanden, waaronder foto’s en afbeeldingen. Lang niet alle
afbeeldingen op internet zijn rechtenvrij en dus vrij te gebruiken, maar
deze wel.
• Getty Images (gettyimages.nl), ruim 80 miljoen foto’s.
• Picsearch (picsearch.com), een Zweedse zoekmachine waarmee je maar
liefst 3 miljard afbeeldingen kunt doorzoeken.
Voor meer informatie, zie bit.ly/fotozoeken.
9
Zoeken via afbeeldingen
Stel je zoekt een goede, technische bron over ondergrondse opslag van CO2.
Over dat onderwerp is heel veel geschreven. De zoekopdracht [ ondergrondse
opslag co2 ] op internet levert dan ook erg veel hits op. Door bij Google op
het tabblad Afbeeldingen te klikken, krijg je afbeeldingen te zien van o.a.
demonstranten, van rokende fabrieken en van politici die kennelijk iets over
de ondergrondse opslag van CO2 hebben gezegd. Maar tussen die afbeeldingen zie je ook in één oogopslag technische tekeningen staan. Schema’s van
hoe de ondergrondse opslag van CO2 in z’n werk gaat, tabellen en statistieken,
enzovoorts. Vrijwel alle afbeeldingen staan bij teksten die je te zien krijgt als
je op de afbeelding klikt. De kans is groot dat zo’n serieuze technische illustratie bij een gedegen technische tekst staat.
43
10
Een video zoeken
Het bekendste videoplatform is natuurlijk YouTube. Per minuut komt daar
ruim 100 uur video bij. Als je vooral bent genteresseerd in educatieve video’s,
kijk dan bij YouTube Edu (youtube.com/education) of bij iTunes U
(apple.com/nl/education/itunes-u). Beide bevatten veel gratis videolectures
van met name Amerikaanse universiteiten. Ook Vimeo, een kleiner videoplatform, beschikt over een interessante afdeling ‘Education & Do it Yourself’
(vimeo.com/categories/education).
De grote zoekmachines hebben een aparte afdeling om naar video’s te zoeken: Google Video (google.nl/video), Bing Video (bing.nl/video) en Yahoo!
Screen (screen.yahoo.com). Alle drie hebben ze uitgebreide filtermogelijkheden: op duur, periode, beeldkwaliteit, ondertiteling, bronnen (nieuwszenders
bijvoorbeeld), enzovoorts.
Voor meer informatie, zie: bit.ly/video-zoeken
11
Zoeken naar een taaladvies
Twijfel je bij het schrijven weleens of iets correct Nederlands is? Of je hen of
hun moet gebruiken, tenminste of ten minste, ten alle tijden of te allen tijde?
Zoek dan naar beide vormen. Dus bijvoorbeeld: [ hun hen ]. Negen van de
tien keer kom je uit bij de website van het Genootschap Onze Taal. Die site
bevat honderden taaladviezen, beknopt en helder geformuleerd. Onze Taal
heeft ook een gratis app met taaladviezen (voor Android en iOS).
12
Een statistiek zoeken
StatLine is de naam van de openbare, via internet toegankelijke databank
van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Deze databank bevat alle
openbare cijfers die het CBS produceert. Er staan ruim duizend tabellen in
over Nederland, met miljarden cijfers. Met StatLine kun je ook zelf tabellen
samenstellen. Je kunt StatLine rechtstreeks doorzoeken of via Google [ zoekterm(en) site:statline.cbs.nl ]. Bij de databank staan verschillende demofilmpjes. StatLine-app is ook beschikbaar als app (voor iOS).
Veel Europese statistieken zijn te vinden bij Eurostat (ec.europa.eu/eurostat).
Ook bij StatLine kun je geavanceerd zoeken.
44
14 Slimmer documenteren
Stel, je hebt door slim te zoeken op internet veel nuttige digitale bronnen gevonden.
Artikelen, boeken en rapporten bijvoorbeeld. Hoe kun je die vervolgens het best
bewaren? Die vraag is vooral van belang als het om relatief veel informatie gaat,
informatie die je graag geavanceerd wilt kunnen doorzoeken.
Als je ervoor kiest om documenten op je eigen pc of laptop op te slaan, dan is het
volgende handig:
• geef de documenten een duidelijke naam
• berg ze op in helder gestructureerde mappen
• voorzie de documenten zo nodig van aantekeningen
• indexeer ze, zodat je er slim doorheen kunt zoeken
Duidelijke naam
Als je documenten van internet haalt, hebben ze vaak een naam waar je niet veel
aan kunt aflezen. Bijvoorbeeld: mak_004gedo01_01-x. Dit gaat om een boek van
Geert Mak getiteld Gedoemd tot kwetsbaarheid uit 2005, gedownload van de Digitale
Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren (DBNL). Als je dit boek onder de oorspronkelijke naam opslaat, weet je misschien nog heel even om welke titel het gaat, maar
zoiets vergeet je snel. Daarom is het nuttig om de naam van het document zo aan
te passen dat je ook later nog in één oogopslag ziet om welke titel het gaat. Zo bijvoorbeeld, met de bron er meteen bij:
2005_Mak, Geert_Gedoemd tot kwetsbaarheid (dbnl)
Heldere mappenstructuur
Hoe meer materiaal je op je eigen pc of laptop verzamelt, hoe handiger het is om
daar een heldere mappenstructuur voor te bedenken. Een thematische indeling is
praktisch, met daarbinnen bijvoorbeeld per jaar een map: OPLEIDING / 2014 / 2015
enzovoorts. Klikkend van map naar map zul je de meeste documenten redelijk snel
kunnen terugvinden. Nog handiger wordt zo’n mappenstructuur als je de inhoud
ervan vervolgens indexeert, waarover zo meer.
Eigen aantekeningen, passages highlighten
Veel mensen gaan als volgt te werk bij digitaal onderzoek. Van internet plukken ze
allerlei bronnen. Die zetten ze op hun pc of laptop. Ze lezen de bronnen, al dan niet
na ze geprint te hebben, of ze zoeken erdoorheen met ctrl of cmd + f (een toetscombinatie bij respectievelijk Windows en Apple). Al lezend maken ze aantekeningen.
Als ze gaan schrijven, ordenen ze hun aantekeningen, gaan terug naar de bron, zoeken de betreffende passage, kijken of ze die nog steeds van belang vinden, enzovoorts.
45
Dit kan praktischer, want je kunt ook aantekeningen aan een pdf toevoegen of passages highlighten. Dat kan bijvoorbeeld met Adobe Reader, een gratis pdf-reader.
Voor wie met een iPad werkt: iAnnotate is wat dit betreft een zeer praktische app.
Het is verstandig om je aantekeningen een redelijk vaste vorm te geven. Dat is zeker
het geval als je die aantekeningen met meerdere mensen maakt, bijvoorbeeld met
een werkgroep.
Aan het eind van de rit is het niet nodig om pdf voor pdf te openen om je notities
terug te lezen. In plaats daarvan zet je alle documenten bij elkaar in een map, die je
vervolgens indexeert. Dat wil zeggen dat je een tool (een speciaal indexeringsprogramma) de opdracht geeft om alle woorden, inclusief je eigen notities, in een
lijst te zetten die je vervolgens centraal kunt doorzoeken. Als je dus bij twintig alinea’s
in tien boeken of artikelen hebt toegevoegd ‘bruikbaar bij hoofdstuk 7’ of ‘mijnaantekening:’, krijg je, als je hier op zoekt, al die plaatsen meteen te zien, netjes onder
elkaar. In feite heb je, zoals dat in het jargon heet, metadata aan een bron toegevoegd.
Voordelen van zelf indexeren
Een indexeringstool kan alle woorden en namen in alle bestanden op je pc of laptop
in een lijst zetten. Dat geldt voor al je e-mails (als je dat wil), voor je Worddocumenten, al je pdf’s, enzovoorts. De meeste indexeringstools kunnen tientallen bestandsformaten lezen.
Je hebt gratis indexeringstools, zoals Copernic Desktop Search, en betaalde software.
Goede en betaalbare indexeringstools – met gratis testversies – zijn onder andere:
dt-Search, Copernic Desktop Search Professional, X1 en (voor Mac-gebruikers) Foxtrot
en Devonthink.
Met zo’n tool kun je je bronnen nóg geavanceerder doorzoeken dan op internet
mogelijk is. Zo kun je bijvoorbeeld zogenoemde wildcards (? en *) plaatsen aan het
begin van een of meer woorden – wat niet kan op internet. Met een ? vervang je één
teken, met een * een willekeurig aantal tekens.
Ook kun je zoekresultaten beter sorteren, zeker als je de documenten met duidelijke
namen in een heldere mappenstructuur hebt geplaatst.
• Als je de naam van documenten bent begonnen met een datum of jaartal, kun je
ze op twee manieren sorteren: chronologisch (van oud naar jong) of omgekeerd
chronologisch (van jong naar oud). Overigens, als je een documentnaam begint
met een datum, doe het dan zo: jaar-maand-dag. Als je ze vervolgens sorteert,
komen ze in de goede volgorde te staan.
46
Zo lukt dat niet:
17-05-2012_Docnaam
22-03-2012_Docnaam
Zo ook niet:
17 mei 2012_Docnaam
22 maart 2012_Docnaam
Maar zo wel:
2012-03-22_Docnaam
2012-05-17_Docnaam
• Indexeringssoftware laat altijd zien wáár, in welke map of submap, iets is gevonden. Je kunt de zoekresultaten op die mapnaam sorteren. Als je thematische
mappen hebt aangemaakt, kun je de resultaten dus heel makkelijk thematisch
sorteren.
• Je kunt ook sorteren op relevantie, want indexeringssoftware geeft aan in welke
documenten het gezochte woord of de gezochte naam het vaakst voorkomt. Je
sorteert dan op het aantal hits: de meeste hits eerst.
• Bijkomend voordeel van deze manier van documenteren: het maakt je heel flexibel. Op internet is het bijvoorbeeld een gedoe om even snel de Miljoenennota’s
van de laatste twintig jaar te doorzoeken. Dergelijke openbare bronnen zet je in
tien minuten op je eigen pc. Vervolgens kun je ze heel snel indexeren. In het geval
van de Miljoenennota’s: 1,5 miljoen woorden in krap 30 seconden. Daarna kun je
ze geavanceerd doorzoeken.
Vraag: hoe vaak wordt de Navo tussen 1991 en 2012 genoemd in de Miljoenennota?
Antwoord:
En wel in deze miljoennota’s / aantal hits
Je krijgt meteen de context te zien:
47
Webcrawlers
Met de meeste indexeringstools kun je niet alleen de inhoud van je eigen pc of laptop
indexeren, maar ook hele websites. De meeste commerciële indexeringstools zijn
namelijk voorzien van een zogenoemde (web)crawler of (web)spider. Dit zijn robots
die websites indexeren: zij zetten alle woorden die op een site voorkomen in een
lijst. Daarin zoek je als gebruiker.
Nadat een website door een webcrawler is geïndexeerd, kun je er geavanceerder in
zoeken dan op internet mogelijk is. Vaak zet de webcrawler een kopie van de webpagina’s op je harde schijf. Dit kan handig zijn bij sites die geregeld dingen verwijderen (bijvoorbeeld uit politieke overwegingen). Je kunt zo’n kopie heel snel maken en
veel ruimte nemen ze niet in.
Waarom zelf data opslaan?
Waarom zou informatie die je op internet hebt gevonden zelf opslaan? Je kunt die
informatie daar toch altijd terugvinden?
Als je het niet opslaat, vertrouw je erop dat je straks – over een week, maand, maanden? – nog ongeveer weet waar je wat hebt gelezen en hoe je het document hebt
gevonden. Als je een document goed opbergt (bij voorkeur in een thematische map)
hoef je niet te vertrouwen op je geheugen, maar kom je het vanzelf tegen als je die
map opent.
Nog belangrijker: lang niet alles wat op internet staat, blijft daar ook staan. Na een
recente uitspraak van het Europese hof van justitie kan Google worden gedwongen
om bepaalde zoekresultaten voor Europese gebruikers onvindbaar te maken. Bovendien: sites worden opgedoekt of vernieuwd, waarbij er vaak informatie verdwijnt.
Als je moet kunnen verantwoorden hoe je aan je informatie bent gekomen, is het
van belang om te noteren waar en wanneer je een en ander hebt gevonden: op
welke websites, op welke dag.
Herhaalbaar en dus controleerbaar
In sommige bètawetenschappen is het heel gewoon om de data waarop de conclusies
van een onderzoek zijn gebaseerd openbaar te maken. Op die manier kan iedereen
het onderzoek herhalen en de conclusies bevestigen of aanvechten.
In de meeste alfa- en gammawetenschappen begint het openbaar maken van datasets nog maar net op gang te komen. Gebrek aan controlemogelijkheden kan tot
fraude leiden. De afgelopen jaren zijn er een paar opzienbarende fraudezaken aan
het licht gekomen. Daardoor wordt de roep steeds luider om in de alfa- en gammawetenschappen data openbaar / beter controleerbaar te maken.
Het zelf aanleggen van een digitale bronnencollectie kan daarbij een grote rol spelen.
Net als het administreren van zoekopdrachten (waar en wanneer is een en ander
gevonden).
Want op basis van dergelijke gegevens kun je zeggen: mijn conclusies zijn gebaseerd
op deze bronnenverzameling. Wie ze wil controleren of wie mijn onderzoek wil overdoen, kan z’n gang gaan.
48
Wanneer en hoe naar bronnen verwijzen?
Wanneer moet je in een artikel, werkstuk of verslag verwijzen naar de literatuur die
je hebt gebruikt?
• als je citeert, dus tekst van een ander letterlijk overneemt. ‘Nederland is te veelzijdig om in één cliché te vatten’ (Prinses Máxima op 24 september 2007 bij de
presentatie van het rapport Identificatie met Nederland van de Wetenschappelijke
Raad voor het Regeringsbeleid.)
• als je parafraseert, dus tekst van ander weergeeft in je eigen woorden (Wat de
auteur beweert, komt hierop neer:…)
• als je een bepaalde theorie / een bepaald argument wil benadrukken. Het is
dus beter om microkredieten aan vrouwen te geven (Muhammad Yunus, 2006).
De volledige bron vermelden in je literatuurlijst.
• als je tabellen, statistieken, diagrammen, foto’s of andere illustraties overneemt
• als je verwacht dat je lezer je bronnen zal willen naslaan – uit interesse, dan
wel om je beweringen te kunnen controleren.
Het eindproduct is niet volledig zonder bronvermelding, want hiermee wordt duidelijk
welke bronnen je hebt gebruikt, of je die bronnen correct hebt verwerkt, of je gevarieerde bronnen hebt gebruikt en of je de belangrijkste bronnen hebt gevonden.
Referentieprogramma’s
Tot slot: hoe vermeld je geraadpleegde bronnen in je verslag of scriptie? Hogeschool
Rotterdam beschikt over een licentie voor het referentieprogramma EndNote. Iedere
student of medewerker van de hogeschool kan hiervan gebruik maken. Voor thuisgebruik kan op Surfspot een studentenversie van EndNote worden aangeschaft. Je
kunt ook gebruikmaken van EndNote Web of van gratis tools als Zotero of Mendeley.
De belangrijkste functies van een referentieprogramma zijn:
• Een persoonlijke digitale bibliotheek voor studie en (afstudeer-)onderzoek:
opslaan en beheren van literatuurverwijzingen met of zonder de volledige tekst.
Deze bibliotheek kan rechtstreeks worden gevuld vanuit de databanken of vanuit
Google Scholar.
• Eenvoudig en snel (APA-conform) verwijzen naar informatiebronnen in je verslag
of scriptie.
• Eenvoudig en snel een APA-conforme literatuurlijst invoegen in je verslag of
scriptie.
• Samenwerken in projectgroepen (door middel van het delen van literatuurlijsten).
Wil je meer weten over een referentieprogramma als EndNote? Neem dan contact
op met de mediathecaris voor jouw opleiding (zie HINT) of ga naar de informatiebalie
van de mediatheek.
49
Bijlage 1
Twee voorbeelden van slimmer zoeken op
internet
Hieronder volgen twee voorbeelden van zoektochten naar informatie op internet.
Het zijn slechts voorbeelden. Iemand die technische informatie zoekt over windmolens zal wellicht zijn of haar schouders ophalen bij een voorbeeld over de grondlegster van een oefentherapie. In de praktijk kunnen de zoektrucs voor beide onderwerpen echter gelijk zijn.
Wie onderstaande casestudies herhaalt, kan overigens afwijkende uitkomsten krijgen. Oorzaak: internet is voortdurend in beweging.
Voorbeeld 1
Wie was Cesar, naamgever van de oefentherapie? En wat waren haar
ideeën?
Een logische eerste stap is kijken in Wikipedia. Weliswaar is dit een encyclopedie die
door iedereen kan worden aangevuld en bewerkt, maar er staat ongelooflijk veel in
en dus kan dit naslagwerk een goed startpunt zijn. In Wikipedia blijken een heleboel
Cesars te staan:
Maar die zijn niet relevant. De zoekterm cesartherapie levert ook niets op.
50
Als we vervolgens cesartherapie zoeken bij Google, blijkt cesartherapie toch in Wikipedia te staan:
Namelijk op deze manier:
We lezen hier dat de cesartherapie is vernoemd naar Maria Dorothea Cesar-Pollak,
maar als we op haar naam klikken, komen we niet veel verder, want:
We weten nu wel dat Maria Dorothea Cesar-Pollak in Amersfoort werkzaam was in
de jaren twintig. Maar wat is er nog meer over haar bekend? Je zou nu kunnen zoeken naar [ "Maria Dorothea Cesar-Pollak" ], maar dan mis je pagina’s waar zij wordt
vermeld als M.D. Cesar-Pollak. Dat voorkom je met bijvoorbeeld deze zoekopdracht:
"Cesar-Pollak" therapie Amersfoort
Dat levert 81 zoekresultaten op. Daarin staat onder meer dat zij in 1894 werd geboren
en in 1975 overleed. Niet alle bronnen zien er echter even overtuigend uit. Het gaat
meestal om pagina’s van cesartherapeuten, verspreid over Nederland. De meeste
teksten lijken sterk op elkaar, een aanwijzing dat er veel is geknipt en geplakt.
Dit is een manier om te controleren of het geboorte- en sterfjaar klopt:
"Cesar-Pollak" "1890..1978"
51
Je geeft Google hiermee opdracht te zoeken naar iemand met de naam Cesar-Pollak;
bij die naam kunnen jaartallen voorkomen tussen 1890 en 1978. Dit levert 20 bronnen
op, waarin het geboorte- en sterfjaar herhaaldelijk worden bevestigd: 1894-1975.
De volgende zoekopdracht zou kunnen zijn:
"Cesar-Pollak" "1894-1975"
Er zijn nu nog maar acht bronnen over, met als eerste een pdf van vijf pagina’s met
als titel ‘Positionering van oefentherapie Cesar’. Deze bron ziet er heel degelijk uit,
met veel literatuurverwijzingen. Er is echter een probleem: het gaat om het eerste
hoofdstuk uit een boek, maar niet duidelijk is uit welk boek precies. Gelukkig is daar
snel achter te komen. De url van de bron luidt:
boomlemma.nl/system/uploads/16332/original/Oefentherapie_H1.pdf.pdf?1289174807
Boom Lemma (boomlemma.nl) blijkt een uitgeverij met een site die er heel betrouwbaar uitziet: actueel, professioneel vormgegeven, met een colofon en contactgegevens. Kennelijk hebben ze een hoofdstuk uit een boek op internet gezet. Om te achterhalen om welk boek het precies gaat, hoef je alleen een paar zoektermen te
combineren uit je eerdere zoekresultaten. Deze bijvoorbeeld:
boomlemma oefentherapie cesar
Je eerste hit is nu het boek Oefentherapie Cesar, een therapie in beweging van Chhetri Ober uit 2008. Op de site van Boom Lemma begint de samenvatting als volgt: ‘In
dit boek worden de gedachten van de oprichtster van oefentherapie Cesar, Marie
Cesar, geanalyseerd aan de hand van wetenschappelijke literatuur.’
Nu je weet dat Maria Dorothea Cesar-Pollak ook bekendstond als Marie Cesar kun je
nog op die naam googelen:
"Marie Cesar" "1894-1975"
Dit leidt je rechtstreeks naar diverse websites waar van alles over Cesar en haar
oefentherapie te vinden is, o.a. naar vvocm.nl, de website van de ‘Vereniging van
Oefentherapeuten Cesar en Mensendieck’ en naar cesar-therapie.nl. Voor de zekerheid zou je nog deze zoekopdracht kunnen uitvoeren:
related:cesar-therapie.nl
Hiermee geef je Google opdracht te zoeken naar websites die verwant zijn aan cesartherapie.nl. Dit levert nog een paar nieuwe bronnen op, maar de beste had je al
gevonden.
52
Voorbeeld 2
Zoek hedendaagse varianten van de uitdrukking dat slaat als een
tang op een varken. Wat is de beste aanpak?
Eerste voor de hand liggende zoekactie:
"slaat als een tang op een varken"
Dit levert meteen twee hits op over de herkomst van de uitdrukking, met als belangrijkste het spreekwoordenboek van F.A. Stoett, verschenen tussen 1923 en 1925.
Stoett geeft informatie over de herkomst van de uitdrukking en allerlei interessante
historische varianten, maar je was op zoek naar moderne varianten. Die vind je door
gebruik te maken van het sterretje (*) en minteken (-).
Je zoekt dat slaat als een tang op een varken, maar dan zonder tang en varken. In
computertaal:
"slaat als een * op een *" -tang -varken
Vertaald in gewoon Nederlands: ik zoek een bepaalde groep woorden (daarom heb
ik ze tussen dubbele aanhalingstekens gezet), in die groep laat ik twee woorden
open (twee sterretjes), maar ik geef wel aan door welke woorden die sterretjes niet
mogen worden vervangen (door er een minteken voor te zetten). Je krijgt meteen
allerlei varianten te zien, waaronder:
• slaat als een drol op een slagroomtaart
• slaat als een knots op een kangoeroe
• slaat als een slok op een borrel
Op basis van deze resultaten kun je verder gaan schrappen:
"slaat als een * op een *" -tang -varken -drol -slagroomtaart -knots
-kangoeroe -slok -borrel
Er volgt nu van alles: slaat als een knul op een drumstel; slaat als een schuiftrompet
op een houtvlot; slaat als een hamer op een banaan, enzovoorts.
53
Ook die varianten kun je, met behulp van het minteken, wegfilteren. Gevolg: je resultatenlijst wordt steeds korter, terwijl je nieuwe varianten blijft vinden. Uiteindelijk
krijg je een heel lange zoekopdracht, die tientallen woorden mag bevatten.
Wat je nu overigens niet vindt, is: slaat als ’n drol op ’n slagroomtaart. Immers, je
zocht op [ "slaat als een * op een *" ]. Maar zou je dat zelf zo schrijven, in zo’n informele uitdrukking? Als uitgangspunt had je dus beter deze zoekopdracht kunnen
gebruiken:
"slaat als ** op **" -tang -varken
Hoe vaak en waar?
Je hebt nu wel vastgesteld dat er tientallen varianten bestaan van de uitdrukking
dat slaat als een tang op een varken, maar waren dat eenmalige bedenkels of komen
ze vaker voor?
Dat onderzoek je door gericht naar die ene variant te zoeken, bijvoorbeeld zo:
"slaat als * drol op * slagroomtaart"
Als je wilt vaststellen of een bepaalde variant wordt gebruikt in Nederland en / of
België, voeg je aan je zoekopdracht simpelweg het site-commando met een landcode
toe. Dus:
site:nl "slaat als * drol op * slagroomtaart"
en
site:be "slaat als * drol op * slagroomtaart"
54
Bijlage 2
Twee voorbeelden van slim zoeken in
databanken
Voorbeeld 1
Zoek boeken en artikelen over een psychische aandoening die
bekendstaat als dissociatieve stoornis
Een dissociatieve stoornis is een psychische aandoening waardoor gedachten, emoties, waarnemingen en herinneringen buiten het bewustzijn worden geplaatst. Drugs,
drank, extreme angst of stress kunnen een tijdelijke dissociatieve stoornis oproepen.
Je kunt je dan niet meer herinneren wat je hebt gedaan.
Voor literatuur over dit onderwerp zou je kunnen gaan zoeken in een speciale databank met psychologische literatuur. Maar in dit voorbeeld zoeken we in PiCarta, een
databank die toegankelijk is via de Koninklijke Bibliotheek (KB). Voor € 15 per jaar
kun je lid worden van de KB, wat je toegang verschaft tot honderden betaalde databanken. In PiCarta kun je opzoeken welke boeken en tijdschriften ruim 400 Nederlandse bibliotheken in hun bezit hebben.
In PiCarta kun je op twee manieren zoeken: via één zoekregel of via een formulier
met diverse zoekregels (‘geavanceerd zoeken’). Er is een help-knop en een link getiteld ‘hulp bij het zoeken’. Als je geen zin hebt om de handleiding van PiCarta te
lezen, vind je op internet met de zoekopdracht [ tutorial picarta ] of [ video picarta ]
diverse instructiefilmpjes.
In dit geval zoeken we via het zoekformulier of de zoekfilter.
55
Zoals je ziet, kun je bij ‘materiaalselectie’ bronnen selecteren. We zijn op zoek naar
boeken en artikelen, dus daarmee vervallen diverse andere bronnen.
Zoeken via een formulier is een kwestie van mogelijkheden uitproberen. Als je bijvoorbeeld in het veld ‘titelwoorden’ (het veld onder ‘auteur’) dissociatieve stoornis
invult, krijg je 8 hits.
Daar zitten relevante publicaties tussen, maar is het wel handig om alleen naar titelwoorden te zoeken? En zou er in plaats van stoornis ook stoornissen kunnen staan?
Daar kom je achter door ‘titelwoorden’ in het zoekformulier te veranderen in ‘alle
woorden’. En door achter stoornis een * te tikken (dat sterretje vervangt een willekeurig aantal tekens). Je zoekopdracht ziet er nu zo uit:
Je vindt nu 72 boeken en artikelen, van 1988 tot 2014. Omdat die oude publicaties
achterhaald kunnen zijn, zou je in het formulier nog kunnen opgeven dat je alleen
publicaties zoekt uit de jaren 2000-2014. Je houdt nu 25 titels van boeken en artikelen over.
56
Toen je in ‘titelwoorden’ op dissociatieve stoornis zocht, vond je alleen Nederlandstalige publicaties. Door naar ‘alle woorden’ te zoeken, vind je ook Engelstalige
publicaties waarbij ‘dissociatieve stoornis’ of ‘dissociatieve stoornissen’ voorkomt
in de beschrijving.
Bij diverse publicaties, waaronder een standaardwerk over dit onderwerp, staan
korte samenvattingen. Als je wilt weten waar, in welke bibliotheek, een boek aanwezig
is, klik op je het tabblad ‘NCC bezit’. NCC staat voor Nederlandse Centrale Catalogus.
Als je de gevonden titels wilt exporteren, klik je, onder de titellijst, op ‘download’.
Je kunt de titels nu onder meer naar jezelf mailen.
Bekijk, tot slot, zeker de hints die PiCarta in de linkerkolom aanbiedt.
Via de ‘systematische codes’ kom je bijvoorbeeld diverse andere relevante publicaties
op het spoor.
Voor de goede orde: in PiCarta staan vrijwel alleen titels. De eigenlijke publicaties
(fulltext) moet je elders halen. Maar als je eenmaal de juiste titels hebt, is dat vaak
een fluitje van een cent.
57
Voorbeeld 2
Zoek juridische uitspraken in verband met een dissociatieve
stoornis
Dissociatieve stoornissen hebben, zeker als ze voortkomen uit het gebruik van drank
of drugs, geregeld geleid tot crimineel of onwettig gedrag. Welke juridische uitspraken zijn daarover gedaan?
Er bestaan diverse grote juridische databanken, Opmaat.nl of Kluwer Navigator bijvoorbeeld. Dat zijn commerciële databanken, die hun content niet door zoekmachines laten indexeren. In dit voorbeeld gebruiken we rechtspraak.nl, een bekende
juridische databank waarvan de content wel door zoekmachines wordt gendexeerd.
Dat laatste biedt soms interessante extra zoekmogelijkheden.
Bij rechtspraak.nl kun je de uitspraken geavanceerd doorzoeken via dit formulier
(uitspraken.rechtspraak.nl):
De zoekterm dissociatieve levert 227 resultaten op.
58
De zoekresultaten zijn standaard gesorteerd op relevantie, maar je kunt ze ook sorteren op datum (van uitspraak of publicatie). Bovendien kun je ze verfijnen, via de
filtermogelijkheden in de linkerbalk.
De uitspraken zijn voorzien van een zogenoemde inhoudsindicatie, maar je kunt niet
snel zien in welke context de zoekterm dissociatieve voorkomt. Daarvoor moet je
eerst een uitspraak openen. Vervolgens leidt deze knop je naar de zoekterm in een
uitspraak:
Andere mogelijkheid: tik de zoekterm (dissociatieve) nogmaals in het zoekvenster
dat je opent met de toetscombinatie ctrl + f (bij Apple cmd + f). Voordeel: een getal
geeft aan hoe vaak de zoekterm in een uitspraak voorkomt.
Alle uitspraken openen en bekijken kost echter veel tijd. Dat kan sneller. Aangezien
de inhoud van rechtspraak.nl door Google is gendexeerd, kun je deze databank ook
via Google doorzoeken, namelijk zo:
dissociatieve site:rechtspraak.nl
Bij alle uitspraken krijg je nu wel te zien in welke context dissociatieve voorkomt. Het
trefwoord is bovendien vet gemaakt.
59
Je kunt meer woorden rond dissociatieve vet maken, mocht je dat prettig vinden.
Dat doe je met deze zoekopdracht, die er een beetje vreemd uitziet:
“***** dissociatieve *****” site:rechtspraak.nl
Je combineert hiermee drie zoekoperatoren:
• Door "dissociatieve" tussen dubbele aanhalingstekens te zetten zoek je alleen
naar dat specifieke woord, waardoor je woorden als dissociatie of dissociatief uitsluit.
• Door site: te gebruiken, geef je aan dat je op een specifieke website zoekt, in dit
geval: rechtspraak.nl. Je kunt ook een specifieke afdeling van een website doorzoeken, bijvoorbeeld alleen de uitspraken [ site:uitspraken.rechtspraak.nl ].
• Binnen een databank vervang je met een sterretje dat aan een woord vastzit een
willekeurig aantal tekens. Bij Google vervang je met een sterretje een willekeurig
woord. Met die sterretjes zeg je dus: geef mij dissociatieve omringd door tien
woorden, vijf ervoor en vijf erna (je kunt nog meer sterretjes gebruiken).
Dit is het resultaat:
60
Meer resultaten?
Nota bene: door het site-commando te gebruiken vind je vaak meer resultaten. Vergelijk:
en:
Kortom: als je [ belediging politieagent ] rechtstreeks in de uitspraken van de Raad
van State zoekt, krijg je nul resultaten. Zoek hetzelfde via Google en je krijgt (momenteel) negen resultaten.
Reden voor dit opmerkelijke verschil: Google heeft de website van de hoogste
bestuursrechter van Nederland simpelweg beter gendexeerd.
61
Bijlage 3
Enkele zoekcommando’s voor Bing
feed: = zoek een webfeed
Voorbeeld zoekopdracht:
feed:vechtsport
Hiermee zoek je naar een zogenoemde RSS- of Atom-feed. Feeds houden je automatisch op de hoogte van nieuwe content op websites.
imagesize: = zoek een afbeelding met een bepaald formaat
Voorbeeld:
dog imagesize:large
Bing onderscheidt drie formaten / beeldkwaliteiten: small (zowel in breedte als
hoogte kleiner dan 200 pixels), medium (in breedte en hoogte tussen de 200 en
500 pixels) en large (in breedte en hoogte groter dan 500 pixels).
IP: = zoek websites die door het opgegeven IP-adres worden gehost
Voorbeeld:
IP:193.110.235.145
Resultaat: diverse websites van SBS6. IP moet met hoofdletters. Wat het IP-adres
van een domeinnaam is, kun je onder meer achterhalen via en.utrace.de.
near: = in de nabijheid van
Voorbeeld:
appel near:10 boom
Resultaat: zinnen waar appel maximaal tien woorden van boom staat.
Voor meer informatie, van Bing zelf, zie: bit.ly/slim-bing
Voor een samenvatting van de belangrijkste zoekcommando’s, zie de afscheurbare
achterflap van dit gidsje.
62
Bijlage 4
Tot slot: onnodig tikwerk voorkomen
Soms lukt het niet om iets te knippen en te plakken van internet, hoe graag je dat
ook zou willen. Je kunt wel een screenshot maken en dit bijvoorbeeld in Word plakken, maar daarmee heb je nog geen bewerkbare tekst.
De oplossing heet ocr: optische tekenherkenning. Met ocr kun je tekst op een afbeelding – een foto, scan of screenshot – omzetten in bewerkbare tekst. Een ocr-tool tikt
de tekst razendsnel voor je uit. Als de afbeelding helder is, gaat dit vrijwel foutloos.
De beste ocr-tools worden gemaakt door Abbyy. Er zijn verschillende versies:
• de app Textgrabber (iOS en Android)
• Abbyy Screenshot Reader
• Abbyy Finereader
De meeste mensen zullen genoeg hebben aan Abbyy Screenshot Reader. Kort gezegd
werkt deze tool als volgt: je zet een kader om de tekst op internet die je niet kunt
knippen of plakken. Vervolgens geef je Abbyy de opdracht de tekst uit te tikken. Je
hebt nu dus wel een bewerkbare tekst: niet alleen screenshots.
Abbyy kan ook tabellen overzetten naar Microsoft Excel. Ook dat is binnen een paar
seconden gepiept.
Finereader – de duurdere ocr-tool van Abbyy – kan onder meer grote pdf’s voor je
uittikken: een rapport van 200 bladzijden wordt zo in krap 4 minuten omgezet in
bewerkbare tekst.
Meer informatie: abbyy.com/products
Aanschaffen: zie www.surfspot.nl
63
Zoekcommando’s voor Google
Tekens die je aan een zoekopdracht in Google kunt toevoegen
(minteken) = sluit dit uit
""
(dubbele aanhalingstekens) = zoek precies dit
..
(twee puntjes) = van..tot
*
(asterisk of sterretje) = vul de leegte in
Woorden die je aan een zoekopdracht in Google kunt toevoegen
AROUND(n) = in de nabijheid van; bij n een cijfer invullen
filetype:
= zoek dit bestandsformaat
doc = MS Word (veel gebruikt voor notulen en dergelijke)
docx = idem
pdf = Portable Document Format
ppt of pptx = PowerPoint (veel gebruikt voor presentaties)
xls of xlsx = Excel (veel gebruikt voor berekeningen e.d.)
info:
= geef extra informatie over de opgegeven webpagina
link:
= geef webpagina’s die verwijzen naar de opgegeven url
OR
= zoek dit OF dat
related:
= zoek thematisch verwante websites
site:
= beperk de zoekopdracht tot deze website of dit domein
Meer informatie: bit.ly/slim-google en ewoudsanders.nl/zoeken.html
Enkele zoekcommando’s voor Google Scholar
""
OR
allesintitel:
allintitle:
auteur:
auteurs:
author:
authors:
filetype:
(dubbele aanhalingstekens) = zoek precies dit
= vind dit OF dat trefwoord
(minteken) = sluit dit uit
= vind de zoekterm(en) in de titel
= vind de zoekterm(en) in de titel
= zoek de publicatie van (1 naam)
= zoek de publicatie van (meerdere namen)
= zoek de publicatie van (1 naam)
= zoek de publicatie van (meerdere namen)
= zoek een bepaald bestandstype (bijv. pdf, html)
Enkele zoekcommando’s voor Bing
feed:
imagesize:
IP:
near:
= zoek een webfeed
= zoek een afbeelding met een bepaald formaat
= zoek websites die door het opgegeven IP-adres worden gehost
= in de nabijheid van. Voorbeeld: [ appel near:10 boom ]
Meer informatie: bit.ly/slim-bing en bit.ly/slim-bing2
Voor geavanceerd zoeken met Yahoo: bit.ly/slim-yahoo2
Bron: Ewoud Sanders, Slimmer zoeken op internet (2014)
64
Enkele handige sneltoetsen en toetscombinaties
Windows
Alt + Tab
Windows + D
Ctrl + F
Windows + L
Alt + F4
Mac OS X
Cmd + Tab
Shift + Cmd + D
Cmd + F
Cmd + Shift + Q
Cmd + Q
= schakel tussen programma’s
= toon het bureaublad
= open zoekvenster
= meld je af (‘lock’)
= sluit het programma
In Word, Outlook etc.
Windows
Ctrl + A
Ctrl + C
Ctrl + X
Ctrl + V
Ctrl + Shift + V
Ctrl + Z
Ctrl + ǟ
Ctrl + Ǟ
Ctrl + Ȇ
Ctrl + ȇ
Home
End
Ctrl + Home
Ctrl + End
Mac OS X
Cmd + A
Cmd + C
Cmd + X
Cmd + V
(plakken speciaal)
Cmd + Z
Alt + ǟ
Alt + Ǟ
Cmd + Ȇ
Cmd + ȇ
Cmd + ǟ
Cmd + Ǟ
Cmd + Ȇ
=
=
Cmd + ȇ
Ctrl + S
Cmd + S
= selecteer alles
= kopiëren
= knippen
= plakken
= plakken zonder opmaak
= ongedaan maken
= één woord naar links
= één woord naar rechts
= één alinea naar boven
= één alinea naar beneden
= ga naar het begin van een regel
= ga naar het eind van een regel
= naar het begin van een document
= naar het eind van een document
= save
Voor meer toetscombinaties, zie: sneltoetsen.com
Google Chrome
Windows
Ctrl + N
Ctrl + Shift + N
Ctrl + T
Alt + F4
Ctrl + Shift + T
Ctrl + W
Ctrl + PageUp
Ctrl + PageDown
Ctrl + F
F5
Ctrl + L
Ctrl + E
Mac OS X
Cmd + N
Cmd + Shift + N
Cmd + T
Cmd + W
Cmd + Shift + T
Cmd + W
Cmd + Alt + Ǟ
Cmd + Alt + ǟ
Cmd + F
Cmd + R
Cmd + L
Cmd + Alt + F
= open nieuw venster
= nieuw venster in incognitomodus
= open nieuw tabblad
= sluit huidige venster
= open laatst gesloten tabblad opnieuw
= sluit huidig tabblad of pop-upvenster
= ga naar volgende tabblad
= ga naar vorige tabblad
= open zoekbalk
= huidige pagina opnieuw laden
= selecteer het webadres
= zet een vraagteken (?) in de adresbalk
Voor een volledig overzicht van toetscombinaties in Chrome voor Windows, zie: bit.ly/slim-chrome
Voor een volledig overzicht van toetscombinaties in Chrome voor Mac OS X, zie: bit.ly/slim-mac2
Bron: Ewoud Sanders, Slimmer zoeken op internet (2014)
65
Enkele algemene zoekcommando’s voor databanken
Woorden die je aan een zoekopdracht in een databank kunt toevoegen
AND / EN = dit moet ook in het zoekresultaat voorkomen
OR / OF
= zoek dit OF dat
NEAR
= in de nabijheid van (een ander woord)
NOT / NIET = sluit dit uit
Tekens die je aan een zoekopdracht in een databank kunt toevoegen
?
= vervang één willekeurig teken
*
(asterisk of sterretje) = vervang een willekeurig aantal tekens
""
(dubbele aanhalingstekens) = zoek precies dit
Enkele zoekcommando’s voor Twitter
Zoekmachine: twitter.com/#!/search-home
Tekens die je aan een zoekopdracht in Twitter kunt toevoegen
""
(dubbele aanhalingstekens) = precies zo moet het er staan
(minteken) = sluit dit uit
#
(hekje of hashtag) = kernwoord(en) in een tweet
@
= voor iemands gebruikersnaam. Voorbeeld: [ @ewoudsanders ]
?
= om een vraag of vragen te vinden
:)
= positief. Voorbeeld: [ "amos lee" :) ]
:(
= negatief. Voorbeeld: [ "justin bieber" :( ]
Woorden die je aan een zoekopdracht in Twitter kunt toevoegen
from:
= afzender. Voorbeeld: [ from:wimdebie ]
to:
= ontvanger. Voorbeeld: [ to:wimdebie ]
near:
= in de nabijheid van (een locatie). Voorbeeld [ near:Amsterdam ]
within:
= binnen een bepaalde afstand (van een locatie). Te gebruiken in combinatie
met [ near: ]. Voorbeeld: [ near:amsterdam within:15km ]. Dus: verzonden binnen
een straal van 15 km rond Amsterdam.
lang:
= taal (language). [ lang:nl ] = Nederlands; [ lang:en ] = Engels etc.
In plaats van met deze zoekcommando’s kun je ook zoeken via een formulier, zie bit.ly/slimtwitter2. Je kunt ook tweets zoeken via Tweetdeck (als app of desktoptoepassing) of via
Google (bit.ly/twitter-via-google). Zoek afbeeldingen op Twitter via Twicsy (‘The Twitter Pics
Engine’) twicsy.com
Bron: Ewoud Sanders, Slimmer zoeken op internet (2014)
66
Colofon
Tekst: Ewoud Sanders
Vormgeving: Tra[design], Nenke van Wermeskerken
Vijftiende herziene editie
De eerste editie van dit boekje verscheen in september 2011 onder de titel Eerste
Hulp Bij e-Onderzoek. Slimmer zoeken, slimmer documenteren. Sindsdien zijn er
veertien edities verspreid onder ruim 125.000 studenten en docenten aan universiteiten en hogescholen. Plus zo’n 3000 exemplaren onder journalisten en juristen.
Deze gids maakt deel uit van een particulier project om slimmer zoeken op internet
breder bekend te maken. Achterliggende gedachte: hoe meer mensen makkelijk
betrouwbare informatie kunnen vinden, hoe beter, want kennis bevordert vooruitgang. In december 2011 ontving de auteur van Google VS een donatie van 15.000
dollar voor dit project, gevolgd door donaties van o.a. de Koninklijke Bibliotheek,
Google Benelux, NRC Handelsblad, Ziggo en Zestor (het arbeidsmarkt- en opleidingsfonds hbo).
Met dank aan de informatiespecialisten van de mediatheken van Hogeschool Rotterdam.
Voor meer informatie, zie: ewoudsanders.nl/zoeken.html
Aanvullingen en correcties zijn welkom (via ewoudsanders.nl).
© Ewoud Sanders, 2014
67