Slimmer zoeken op internet Alleen voor INTERN gebruik bij Hogeschool Rotterdam Publicatie elders niet toegestaan Een praktische gids voor wie optimaal gebruik wil maken van internet Ewoud Sanders Door slimmer te zoeken op internet win je tijd, kun je beter bepalen wie er stuurt (jij of de zoekmachine) en krijg je relevantere resultaten. Essentiële hulpmiddelen zijn: sneltoetsen, zoekfilters, alerts en zogenoemde zoekcommando’s of zoekoperatoren. In kort bestek behandelt dit gidsje de theorie en de praktijk. Vooral van zoeken met Google, want die zoekmachine wordt verreweg het meest gebruikt. Fragment uit de inleiding: 30 procent van de internetgebruikers denkt dat het bovenste resultaat het beste is. 62 procent kijkt niet verder dan de eerste 10 hits, en slechts 1 op de 10 gebruikers komt ooit verder dan de derde resultatenpagina. In dit gidsje staat hoe je zo kunt zoeken dat je minder resultaten krijgt, terwijl je veel zekerder weet dat de bovenste resultaten écht zijn wat je zoekt. Van dit gidsje zijn reeds 125.000 exemplaren verkocht. Dit is de vijftiende, herziene editie. Over eerdere edities: ‘ In een adem uitgelezen. Zeer handig boekje om je zoekresultaten op internet te vergroten, te filteren, te versnellen. Echt een aanrader voor wie graag bronnen op internet raadpleegt.’ Blog Leeslog ‘ Mooi initiatief en echt een aanvulling, dit gidsje. Goed uitgewerkte casestudies ook.’ Reactie op www.informatieprofessional.nl ‘ Een praktisch gidsje voor het slim doorzoeken van digitale bronnen.’ Website Erasmus Universiteit Rotterdam Over de auteur: Ewoud Sanders is historicus en journalist. Hij heeft wekelijks een taalrubriek in NRC Handelsblad en heeft diverse taalboeken op zijn naam staan. Hij geeft ook workshops en masterclasses over slimmer zoeken op internet. Slimmer zoeken op internet Een praktische gids voor wie optimaal gebruik wil maken van internet Ewoud Sanders Rotterdam 2014 Inhoud Voorwoord ̈ 5 1 Waarom en hoe slimmer zoeken? ̈ 7 • Tijdwinst • Kiezen wie er stuurt • Minder resultaten, maar relevanter • Sneltoetsen, zoekfilters, alerts en zoekoperatoren 2 Het vrije en het diepe internet ̈ 9 • Het vrije of zichtbare internet • Het diepe of onzichtbare internet • Besloten netwerken 3 De beste zoektermen en systematisch zoeken ̈ 11 • Een simpele of complexe zoekvraag • Behapbare deelvragen • Relevante zoektermen bedenken • Buitenlandse zoektermen vinden • Terminologie en vakjargon vinden • Je zoekopdracht uitbreiden of aanscherpen • Sneeuwbalmethode 4 Informatie toetsen op betrouwbaarheid ̈ 13 • Het uiterlijk van de site • Van wie is een site of databank? • Wordt hij bijgehouden? • Door wie? • Gegevens controleren 5 6 Slimmer zoeken met sneltoetsen ̈ 15 • Zelf sneltoetsen definiëren 7 Automatisch voor je laten zoeken ̈ 22 • Google Alerts • Meldingen bij Google Scholar • RSS Feeds 8 Google gerichter doorzoeken met zoekcommando’s ̈ 24 • Tekens die je aan een zoekopdracht kunt toevoegen • Woorden die je aan een zoekopdracht kunt toevoegen • Zoekcommando’s combineren Zoekresultaten verfijnen door filters ̈ 17 • Filteren via Google geavanceerd zoeken • Google’s Zoekhulpmiddelen • Filteren bij Google Books en Google Scholar 9 Zoeken naar en in databanken ̈ 30 • Een databank zoeken • Een databank doorzoeken • Woorden die je aan een zoekopdracht kunt toevoegen • Tekens die je aan een zoekopdracht kunt toevoegen • Wildcards of jokertekens 10 11 12 In drie minuten een eigen zoekmachine maken ̈ 33 13 Twaalf korte zoektips ̈ 39 • Een zoekmachine kiezen • Google in het Engels of Nederlands? • Gepersonaliseerde zoekresultaten uitschakelen • Anoniem zoeken • Contactgegevens zoeken • Een deskundige zoeken • Je eigen zoekgeschiedenis doorzoeken • Zoeken naar afbeeldingen • Zoeken via afbeeldingen • Een video zoeken • Zoeken naar een taaladvies • Een statistiek zoeken 14 Slimmer documenteren ̈ 45 Gebruikmaken van de url ̈ 35 Mobiel zoeken ̈ 37 • Gesproken zoekopdrachten • Zoeken door een foto te nemen • Vinden zonder te zoeken Bijlagen 1. Twee voorbeelden van slim zoeken op internet ̈ 50 2. Twee voorbeelden slim zoeken in databanken ̈ 55 3. Enkele zoekcommando’s voor Bing ̈ 62 4. Tot slot: onnodig tikwerk voorkomen ̈ 63 Zoekcommando’s voor Google, Google Scholar en Bing ̈ 64 Enkele handige sneltoetsen en toetscombinaties ̈ 65 Enkele algemene zoekcommando’s voor databanken en Twiiter ̈ 66 What’s happening? Het is niet zo dat je pas goed op internet zoekt als je alle trucs uit dit gidsje gebruikt. Soms vind je met een eenvoudige zoekopdracht precies wat je nodig hebt. Maar als je minutenlang aan het zoeken bent en het schiet maar niet op, probeer dan eens een paar slimme zoektechnieken. Je hebt ze echt zo onder de knie. #slimmerzoeken 4 Voorwoord Beste student van Hogeschool Rotterdam, Met de tips en uitleg in dit boekje leer je slimmer en sneller zoeken naar online informatie, zowel via zoekmachines op internet als in de databanken die hogeschool Rotterdam beschikbaar stelt. Hogeschool Rotterdam is een kennisinstelling waar onderwijs en praktijkonderzoek met elkaar verweven zijn. Betrouwbare, relevante en actuele informatie vormt hiervoor de basis. Het vinden van informatie voor opdrachten tijdens je studie, kan soms lastig en tijdrovend zijn. Een zoekopdracht in Google levert al snel tienduizenden hits op. Dit handige boekje, dat ook digitaal beschikbaar is op het interne netwerk van Hogeschool Rotterdam, laat aan de hand van praktische voorbeelden zien hoe je snel relevante informatie kunt vinden, zowel op internet als in databanken. Heb je meer hulp nodig tijdens het zoekproces? Kom dan naar de balie van de mediatheek waar we je snel van een goed advies voorzien. Iedere opleiding heeft een mediathecaris met kennis van het vakgebied. Wie dat voor jouw opleiding is, kun je vinden op de mediatheekpagina van HINT. De mediathecarissen hebben meegewerkt aan dit boekje en staan met praktische tips voor je klaar. Ze bieden onder meer instructies en workshops aan en een keuzevak over het verzamelen, selecteren, beoordelen en verwerken van informatie. We horen graag van je wat je van dit boekje vindt. Stuur ons een reactie via Twitter @HRmediatheek of via Facebook: Hogeschool Rotterdam mediatheken. Veel succes met je onderzoek! College van Bestuur M.J.G. (Ron) Bormans J.G. (Jan) Roelof 5 6 1 Waarom en hoe slimmer zoeken? Waarom zou je slimmer willen leren zoeken op internet? Hier drie redenen. 1 Tijdwinst Volgens een rapport van de Universiteit Twente uit 2012, getiteld Ctrl Alt Delete, verspillen we gemiddeld 5,3 procent van onze werktijd op internet, een strop van maar liefst ruim 10 miljard euro. Door slimmer te zoeken, win je tijd. 2 Kiezen wie er stuurt De resultaten van zoekmachines als Google zijn gepersonaliseerd: voor jou op maat gemaakt. Zoek maar eens op fiets. Al na het eerste resultaat (fiets.nl) staan sites van fietshandelaars bij jou in de buurt (en dit gaat niet over de advertenties, die zijn ook vaak gepersonaliseerd). Je krijgt lokale resultaten omdat Google ziet vanaf welke locatie een zoekopdracht wordt verstuurd. Dat is ook het geval als je niet bij Google bent ingelogd. Als je daar toestemming voor hebt gegeven, houdt Google ook rekening met je zoekgeschiedenis. De zoekmachine legt dan heel gedetailleerd vast wat je op internet doet. Bovendien zoekt Google ongevraagd naar de meervoudsvorm van een zoekterm (fietsen), naar synoniemen (rijwielen, bikes), samenstellingen (OV-fiets, fietsmerken) en soms ook naar spellingsvarianten. Dit kan allemaal heel nuttig zijn, maar het is ook heel sturend. Door slimmer te zoeken kun je per zoekopdracht kiezen: jij of de zoekmachine aan het stuur. 3 Minder resultaten, maar relevanter 30 procent van de internetgebruikers denkt dat het bovenste resultaat het beste is. 62 procent kijkt niet verder dan de eerste 10 hits, en slechts 1 op de 10 gebruikers komt ooit verder dan de derde resultatenpagina. In dit gidsje staat hoe je zo kunt zoeken dat je minder resultaten krijgt, terwijl je veel zekerder weet dat de bovenste resultaten écht zijn wat je zoekt. Hoe slimmer zoeken? 1 Door toetscombinaties of sneltoetsen te gebruiken Zie je niet meteen waar je zoekterm op een website staat? Met de toetscombinatie ctrl + f (bij Apple: cmd + f) open je een venster in de browser, meestal rechtsboven. Tik hier nogmaals het gezochte woord en het wordt gemarkeerd. Bovendien zie je meteen hoe vaak de zoekterm op een site voorkomt. Of bijvoorbeeld in een rapport of artikel. Zo zijn er meer toetscombinaties of zogenoemde sneltoetsen die het zoeken (en het werken met een laptop of pc) makkelijker maken. De belangrijkste staan op de afscheurbare voorflap van dit gidsje. 7 2 Door zoekfilters te gebruiken Ons probleem is allang niet meer dat we te weinig informatie vinden, maar te veel. Om die reden zijn goede zoekmachines en databanken voorzien van zoekfilters of zoekformulieren: hulpmiddelen om de resultaten te verfijnen. 3 Door meldingen of alerts te gebruiken Bij allerlei websites en databanken is het mogelijk om alerts of meldingen in te stellen. Je krijgt dan automatisch bericht (meestal een mailtje) als er bijvoorbeeld een publicatie is toegevoegd over een onderwerp dat je volgt. 4 Door zoekcommando’s te gebruiken Zoekcommando’s of zoekoperatoren zijn woorden of tekens die je aan een zoekopdracht toevoegt. Je geeft er bijvoorbeeld mee aan dat je een bepaald bestandstype zoekt (een pdf of Excelbestand) of dat je één bepaalde website wilt doorzoeken. In dit gidsje staat hoe de belangrijkste zoekcommando’s bij Google en in databanken werken. Opbouw Er bestaan heel veel zoekmachines, maar Google wordt veruit het meest gebruikt: in Nederland door 93 procent van de internetgebruikers. Daarom gaat dit gidsje vrijwel uitsluitend over slimmer zoeken met Google. Wel worden er een paar andere zoekmachines genoemd. Hoe zoekoperatoren werken, wordt uitgelegd in twee beknopte hoofdstukken: een over het vrije internet en een over databanken. Dat levert, in alle eerlijkheid, niet de spannendste leesstof op. Om te laten zien hoe efficiënt slimmer zoeken kan zijn, besluit dit gidsje met enkele voorbeelden van zoektochten op internet. Voor wie twijfelt of haast heeft: bekijk eerst een of meer van die voorbeelden. En voor wie nog meer haast heeft en liever meteen zelf wil experimenteren: gebruik de afscheurbare voor- en achterflap. Slimmer zoeken op internet is makkelijk te leren. Als je ermee aan de slag gaat, zie je binnen een paar seconden wat het resultaat is. Binnen een paar uur heb je het volledig onder de knie. Daarna kun je er nog héél lang plezier van hebben. 8 2 Het vrije en het diepe internet Hoewel de geschiedenis van internet teruggaat tot 1974, is het wereldwijde netwerk van computers pas in 1993 opengesteld voor particulieren en bedrijven. Pizza Hut bedacht in 1994 als een van de eerste bedrijven een commerciële toepassing (namelijk online pizza’s bestellen). De eerste zoekmachine, Lycos, werd in 1994 gelanceerd. Deze zoekmachine doorzocht toen een kleine 1,5 miljoen webpagina’s. Volgens worldwidewebsize.com doorzoekt Google nu – eind 2014 – ruim 15 miljard webpagina’s. Alleen de index van Google is al ruim 100 miljoen gigabyte groot. Verschillende lagen Internet kent verschillende lagen. Over het algemeen maakt men onderscheid tussen het vrije internet en het diepe internet. 1 Het vrije of zichtbare internet Internetgebruikers zoeken niet rechtstreeks op internet, maar in de index van zoekmachines als Google, Bing of Yahoo! (het uitroepteken hoort bij de naam). Die zoekmachines hebben niet precies dezelfde websites geïndexeerd. Volgens sommige schattingen is er slechts twintig procent overlap. Ze hebben ook niet het complete internet ontsloten; Google zegt bijvoorbeeld nu zo’n 40 procent van internet te hebben geïndexeerd. 2 Het diepe of onzichtbare internet Het diepe internet bestaat voornamelijk uit databanken met een eigen zoekvenster. Om iets in zo’n databank – bijvoorbeeld een telefoonboek – te vinden, moet je eerst iets in het zoekvenster tikken. Meestal vindt een internetzoekmachine wel de beginpagina van zo’n databank, de voordeur, maar niet de inhoud. Dat is zeker niet het geval bij commerciële databanken. De inhoud van databanken kan ontzettend groot zijn. Volgens sommige bronnen is het ‘onzichtbare’ web nog groter dan het zichtbare. Besloten netwerken Net als veel andere instellingen beschikt Hogeschool Rotterdam over een besloten computernetwerk / Intranet (HINT genaamd). Nadat je als student op HINT bent ingelogd, kun je allerlei databanken doorzoeken die belangrijk zijn voor je studie. Dit kan ook vanuit huis. De databanken van Hogeschool Rotterdam zijn toegankelijk via mediatheek.hr.nl. Kies vervolgens voor Online bronnen en Databanken. 9 Via de mediatheken van Hogeschool Rotterdam heb je toegang tot databanken met verschillende soorten informatie: wetenschappelijke literatuur, artikelen uit kranten en tijdschriften, wet- en regelgeving, bedrijfs-, branche- en marktgerichte informatie, beeldmateriaal, feitelijke informatie enzovoorts. Om je een indruk te geven, geven we hier enkele voorbeelden: • Company Info bevat bedrijfsinformatie van alle Nederlandse organisaties en buitenlandse bedrijven met een Nederlandse vestiging. • Ebsco Host biedt toegang tot databanken voor heel veel wetenschappelijke onderzoeksgebieden. • JSTOR (Journal Storage) is een digitaal archief van fulltext tijdschriften uit diverse wetenschappelijke disciplines. • Legal Intelligence biedt geavanceerde zoekdiensten voor advocaten, bedrijfsjuristen, fiscalisten en accountants. • ScienceDirect is een databank van Elsevier met artikelen en samenvattingen uit meer dan 2000 wetenschappelijke tijdschriften. De databank is vooral gericht op wetenschap, techniek en zorg. Direct naar de databanken: bit.ly/onlinebronnen 10 3 De beste zoektermen en systematisch zoeken Wat de beste zoektermen zijn, hangt af van je vraag. Zoek je de openingstijden van de Mediamarkt in Rotterdam, dan is [ openingstijden mediamarkt rotterdam ] een effectieve zoekopdracht. Wil je weten hoe iCloud werkt, dan is [ hoe werkt icloud ] een prima zoekopdracht. [ Voorbeelden van zoekopdrachten ] staan in dit boekje tussen spaties en vierkante haken. Die hoef je bij de eigenlijke zoekopdracht niet te gebruiken. Ze geven slechts het begin en eind van een zoekopdracht aan. Zoeken naar een enkel feit kan makkelijk zijn, hoewel dat lang niet altijd zo is. Hoe dan ook wordt het moeilijker als je een complexe vraag hebt. Dat vergt een systematische aanpak. Hier enkele vuistregels. 1 Splits een ingewikkelde hoofdvraag op in behapbare deelvragen. Voorbeeld: van welke therapieën tegen faalangst is aangetoond dat ze effectief zijn? Deelvragen zouden kunnen zijn: Wat is faalangst? Welke therapieën tegen faalangst zijn er? Welke criteria bepalen de effectiviteit van therapieën tegen faalangst? 2 3 Bedenk aan de hand van je deelvragen relevante zoektermen. In dit geval zou je kunnen beginnen met: [ faalangst ]. Of [ "wat is faalangst" ]. 4 Houd daarbij rekening met de taal: zoek je alleen Nederlandse bronnen of ook buitenlandse? Stel, je zoekt naar literatuur over faalangst. Maar wat is faalangst in het Engels? Een manier om dit snel te achterhalen: via Google met de zoekopdracht [ translate faalangst ]. Of anders via Google Translate (translate.google.nl). Antwoord: performance anxiety en fear of failure. Een andere manier: zoek faalangst in de Nederlandse versie van Wikipedia en klik vervolgens linksonder, onder de optie ‘In andere talen’, op Engels. Overigens: als je bent ingelogd op het netwerk van Hogeschool Rotterdam, kun je diverse woordenboeken van uitgeverij Van Dale online raadplegen. Achterhaal welke terminologie / welk vakjargon er gangbaar is over je onderwerp. • Is die terminologie eenduidig of worden er verschillende synoniemen gebruikt? Een goede bron voor synoniemen of verwante begrippen is thesaurus.com. • Zoek in de gevonden documenten naar vaktermen waarmee je je zoekopdracht kunt uitbreiden of aanscherpen. • Bij de samenvatting van een wetenschappelijk artikel staan altijd enkele trefwoorden. Die kunnen nuttig zijn voor nader onderzoek. • Bedenk hoe iets in een document zou kunnen staan, in welke bewoording of formulering. Zoek daar vervolgens op. Na een zoekopdracht geeft Google, onder de resultatenlijst, voorbeelden van verwante zoekopdrachten. Ook daar kun je iets aan hebben: 11 5 Als je bij een zoekvraag meerdere zoektermen gebruikt, zet ze dan in een logische volgorde, want de woordvolgorde heeft invloed op de zoekresultaten. Logisch is bijvoorbeeld: de belangrijkste zoekterm eerst. Bij de zoekopdracht [ aanpak schoolverzuim ] laat Google aanpak zwaarder wegen. Logisch is ook: zoals wij schrijven of praten. Zoek je iets over de Amerikaanse verkiezingen, dan is [ amerikaanse verkiezingen ] een betere zoekopdracht dan [ verkiezingen amerikaanse ]. Ook de toevoeging van ‘kleine woorden’ als de of een kan verschil uitmaken. Zo geeft [ de koning ] andere resultaten dan [ een koning ]. 6 Bedenk van tevoren welke bronnen het meest relevant zouden kunnen zijn: artikelen, boeken, rapporten? Kun je het best op het vrije internet beginnen of bij een bepaalde databank? Om je hierbij op weg te helpen, heeft Hogeschool Rotterdam alvast een aantal relevante databanken en andere bronnen verzameld bij ‘Mediatheekinfo per opleiding’ op HINT. Sneeuwbalmethode Een beproefde zoektechniek, tot slot, is de zogenoemde sneeuwbalmethode. Hierbij neem je een belangrijk boek of een veelgeciteerd artikel als startpunt. Kies bij voorkeur een recente publicatie. In de noten en literatuurlijst worden eerdere publicaties genoemd over hetzelfde onderwerp. Ook daarin worden weer publicaties genoemd. Als je die allemaal nazoekt (waarbij je dus teruggaat in de tijd) wordt je sneeuwbal snel groter. Dit werkt natuurlijk het best als al die publicaties ook online beschikbaar zijn. Let bij het doornemen van de noten en literatuurlijsten op of bepaalde auteursnamen steeds terugkeren. Dat zijn vaak de echte deskundigen. Soms zijn hun publicaties te vinden op hun persoonlijke websites. Algemene tips Google negeert hoofdletters in zoekopdrachten. De zoekopdracht [ tweede kamer ] geeft dus dezelfde resultaten als [ Tweede Kamer ]. Google negeert speciale tekens in zoekopdrachten, maar niet allemaal. Zo negeert Google tekens als ¶, £, €, ©, ®, ÷, §, %, (), ?, !. Maar je kunt wel via Google zoeken op $ (het dollarteken) en op # (hashtag). Gebruik $ voor het zoeken naar prijzen [ $300..$500 laptop ] en # voor het zoeken naar tweets (met een hashtag worden kernwoorden in een tweet gemarkeerd). 12 4 Informatie toetsen op betrouwbaarheid Google bepaalt de volgorde van de zoekresultaten op basis van 200 factoren. Welke dat precies zijn, is een zorgvuldig bewaard geheim, maar aan de zoekresultaten kun je veel aflezen. Zo komt een website hoger in de resultatenlijst als de zoekterm in de url (het webadres) voorkomt. Van groot belang is ook of er op internet vaak naar een site wordt verwezen (gelinkt) – dat vergroot immers de kans dat de site relevant is. Daarnaast krijgen gepersonaliseerde zoekresultaten steeds meer gewicht. Op internet is onvoorstelbaar veel te vinden, ook heel veel onzin. Hoe stel je vast of een website / bron betrouwbaar is? In de Toolbox Informatievaardigheid op HINT kun je hierover veel informatie vinden (zie: bit.ly/tbinfova). Hier enkele algemene vuistregels: 1 Kijk of het uiterlijk van de site aansluit bij de informatie die je zoekt Een rommelige site, slecht doorzoekbaar en met veel tikfouten, bevat die per definitie onbruikbare informatie? Dat ligt aan je onderzoek. Als je bijvoorbeeld onderzoek doet naar uitingen van extremisme of verontwaardigde burgers, dan heb je hoogstwaarschijnlijk precies gevonden wat je zocht. Maar als je op zoek bent naar objectieve, feitelijke informatie, dan kun je schreeuwende koppen, veel uitroeptekens!!!, wild gebRUIK van hOOfDLETteRs, veel tikvouten en slechte doorzoekbaarheid zien als een duidelijk signaal: onbetrouwbare site, door naar de volgende. Ook sites die er gelikt uitzien kunnen overigens gekleurde informatie bevatten. Ze hebben bijvoorbeeld tot doel de publieke opinie te beïnvloeden of bepaalde producten te verkopen. Zie hierover punt 4. 2 Kijk van wie de site of databank is Is de site of databank van een professionele instelling, dan is de informatie bijna altijd betrouwbaar. Dit geldt voor de website en databanken van Hogeschool Rotterdam, maar bijvoorbeeld ook voor sites van universiteiten, overheidsinstellingen, musea, archieven en bibliotheken. Naar dergelijke sites wordt elders op internet vaak verwezen. De mediatheek van Hogeschool Rotterdam houdt betrouwbare websites bij in Delicious (zie: bit.ly/hr-delicious). 3 Kijk of de site of databank wordt bijgehouden Dat zie je meestal heel snel aan de laatste berichten of postings. Als ergens staat: deze site is voor het laatst bijgewerkt in 2001, dan kun je beter op zoek gaan naar een andere bron. 4 Onderzoek zo nodig door wie de site of databank wordt bijgehouden Wikipedia wordt doorlopend aangevuld en bijgewerkt, maar zoals bekend kan iedereen iets aan deze online-encyclopedie toevoegen, zelfs anoniem. Daardoor kan de informatie onbetrouwbaar zijn. Meestal wordt onzin snel uit Wikipedia verwijderd en worden fouten uiteindelijk gecorrigeerd, maar je moet hier wel op bedacht zijn. Als je twijfelt over de betrouwbaarheid van een website of databank, kijk dan wie hem bijhoudt. Als het goed is vind je informatie hierover op de site zelf, 13 bijvoorbeeld onder de kop ‘over deze site’. Als nergens iets te vinden is over de organisatie, redactie of webbeheerder, dan klopt er iets niet. Wijst alle informatie op een nieuwssite in één bepaalde politieke richting? Dan heeft de site waarschijnlijk tot doel de publieke opinie te beïnvloeden. Meestal is snel na te gaan hoe het zit: eenvoudigweg door elders op internet te kijken wat er over zo’n site bekend is. Hetzelfde geldt natuurlijk voor een databank of blogger. 5 Controleer je gegevens in drie of meer bronnen Wordt een citaat correct aangehaald, is de bron juist weergegeven? Kloppen de jaartallen en cijfers? Baseer je niet op één, maar waar mogelijk op drie of meer bronnen. Als dezelfde feiten opduiken in bronnen die je betrouwbaar acht, dan kloppen ze meestal, maar wees beducht voor bronnen die elkaar klakkeloos overschrijven. Kortom: check de feiten. Achtergrondinformatie over een website Van wie een website is en wie hem bijhoudt, staat vaak op de site zelf. Maar wat als dat niet het geval is? Ga dan naar een organisatie die de domeinnamen beheert. Voor Nederland is dat de Stichting Internet Domeinregistratie Nederland (sidn.nl). Tik de domeinnaam in het zoekvak ‘check mijn .nl’, klik op OK, vink de akkoordverklaring aan, klik nogmaals op OK en je krijgt een formulier te zien met allerlei achtergrondinformatie: waar de site is geregistreerd, wie de administratieve en technische contactpersonen zijn (met mailadressen erbij), het zogenoemde IP-adres, sinds wanneer de site bestaat, enzovoorts. Geregeld staan er ook telefoonnummers bij. Voor domeinnamen wereldwijd kun je onder meer terecht bij centralops.net/co. 14 5 Slimmer zoeken met sneltoetsen De computermuis is in 1963-1964 ontwikkeld door de Amerikaanse elektrotechnicus Douglas Engelbart (1925-2013). De eerste was van hout en zo groot als een halve baksteen. De eerste computermuis. Officiële naam in het patent: de ‘X-Y Position Indicator for a Display System’. Wie veel met een muis werkt, loopt het risico een muisarm te krijgen. Dat voorkom je door met toetscombinaties of sneltoetsen te werken. Bovendien kun je op die manier over het algemeen veel sneller werken. Hier enkele tips. 1 In vrijwel alle softwarehandleidingen staan lijsten met sneltoetsen. Ze zijn ook makkelijk te vinden op internet. Zoek bijvoorbeeld naar [ sneltoetsen windows ] of [ sneltoetsen apple ]. In het Engels heten ze [ keyboard shortcuts ]. Veel informatie is te vinden op sneltoetsen.com. Op de afscheurbare voorflap van dit gidsje staan de belangrijkste sneltoetsen. 2 In veel tools kun je zelf sneltoetsen definiëren. Meestal gaat dat zo: ga op het icoontje / de snelkoppeling van het programma staan en kies voor ‘Eigenschappen’. Als er op het tabblad ‘Snelkoppeling’ in het vakje ‘Sneltoets’ nog geen toetscombinatie staat, kun je die zelf maken (verzin een toetscombinatie en klik op ‘Toepassen’). Op de Mac: ga naar ‘Systeemvoorkeuren’ en klik op ‘Toetsenbord’. Klik op ‘Toetscombinaties’ en klik vervolgens op de knop met het plusteken (+). 15 3 Klein handigheidje bij de browser Google Chrome: met de toetscombinatie Ctrl + e vervang je de url door een vraagteken. Bij Apple doe je dat met: Cmd + Alt + f. Hiermee voorkom je dat je de url – het webadres – moet weghalen voordat je er een zoekopdracht tikt. Want dat is wat steeds meer mensen doen: zij tikken hun zoekterm(en) niet in deze zoekregel maar rechtstreeks hier: Dus: in het adres waar de url (het webadres) staat. Dat is een goed idee, want hiermee vind je over het algemeen zeer relevante bronnen. Wanneer je in de browser Firefox in het url-vak klikt, wordt de hele inhoud geselecteerd en kun je de zoekopdracht over de oude tekst heen tikken. 4 16 In de inleiding kwam Ctrl + f al ter sprake, de moeder van alle sneltoetsen. Daarmee kun je op een website of in een document zoeken. Voor wie denkt ‘dat weet iedereen toch wel’: uit onderzoek van Google uit 2010 bleek dat 90 procent van de Amerikanen deze toetscombinatie niet kent. Onder docenten op middelbare scholen was dit 50 procent. Mocht je deze toetscombinatie niet kennen: meteen gaan gebruiken, want hiermee voorkom je een hoop onnodig gespeur. Voor Apple-gebruikers is het Cmd + f. 6 Zoekresultaten verfijnen met filters Vrijwel alle websites en databanken beschikken over filters. Hun functie: zoekresultaten verfijnen. Ook de zoekmachine Google beschikt over dergelijke filters. Je kunt ze op verschillende manieren bereiken. 1 Filteren bij Google via het formulier Geavanceerd zoeken Zoek [ google geavanceerd zoeken ] of ga naar google.nl/advanced_search en je komt terecht bij een formulier waarvan het bovenste gedeelte er zo uitziet: En de onderkant zo: 17 Zoals al uit de veldnamen blijkt, kun je via dit formulier onder meer zoeken op taal, land, een bepaalde periode, een bepaald bestandstype, enzovoorts. Bovendien kun je via dit formulier gemakkelijk zogenoemde ‘expliciete resultaten’ of ‘inhoud voor volwassenen’ (lees: sekssites) wegfilteren. Daarnaast kun je onder meer zoeken op afbeeldingen die je vrij mag gebruiken. 2 Zoekresultaten verfijnen via Google’s Zoekhulpmiddelen Nádat Google een zoekopdracht heeft uitgevoerd, verschijnt boven het eerste resultaat een balk waarmee je de zoekresultaten kunt verfijnen. Die balk ziet er momenteel zo uit: De meeste mensen hebben wel eens geklikt op Afbeeldingen of Maps, maar slechts weinigen maken gebruik van de mogelijkheden die onder de knop Zoekhulpmiddelen zitten verstopt. Toch zijn die zeker de moeite waard. Hier enkele filtermogelijkheden: Helemaal rechts is nu ‘Haarlem’ ingevuld omdat de auteur van dit gidsje daar woont – een voorbeeld van een (ongevraagd) gepersonaliseerd zoekfilter. Je kunt ook een andere locatie opgeven: Interessant is de mogelijkheid om te filteren op het tijdstip waarop informatie op internet is geplaatst. Dat doe je via de filtermogelijkheden onder het kopje ‘Elke periode’. Je kunt hier kiezen tussen een vastgestelde en een aangepaste periode. 18 De functie ‘Aangepaste periode’ kan bijvoorbeeld interessant zijn als je zoekt naar informatie uit een specifieke periode. Voorbeelden: alles over Osama Bin Laden in de maand voor 9/11; alles over Pim Fortuyn in de week voordat hij werd vermoord; alles over een bepaalde persoon voordat hij of zij in opspraak raakte. 3 Filteren bij Google Books en Google Scholar Veel mensen zoeken alleen via de algemene zoekmachine van Google, maar daarmee missen ze grotendeels de inhoud van twee andere megaprojecten van deze zoekgigant, namelijk Google Books en Google Scholar. De ambitie van Google Books (books.google.com): zo’n beetje alle boeken ter wereld digitaal ontsluiten, te beginnen met de boeken die rechtenvrij zijn. In 2007 ging Google een samenwerking aan met de Universiteitsbibliotheek Gent (300.000 boeken tot 1870). In 2010 met de Koninklijke Bibliotheek in Den Haag (160.000 boeken van 1700 tot 1870). Er is veel kritiek mogelijk op Google Books, maar het is een collectie die je niet mag missen. Er zijn nu ruim 20 miljoen boeken gedigitaliseerd, het worden er zo’n 130 miljoen. De helft is Engelstalig, de rest in 400 andere talen. Je kunt de boeken op twee manieren doorzoeken: standaard en geavanceerd (met allerlei filtermogelijkheden, zie: books.google.com/advanced_book_ search): Wetenschappelijke publicaties zoeken: Google Scholar Als je op zoek bent naar wetenschappelijke publicaties is Google Scholar (scholar.google.nl) een goed startpunt. Maar bedenk wel dat Google Scholar minder actuele bronnen bevat en tot veel minder bronnen toegang geeft dan sommige databanken. Via Google Scholar kom je (met de zogenoemde linkresolver) in veel gevallen uit bij het volledige document. Bij thuisgebruik moet je wel een instelling in Google Scholar veranderen. Ga naar ‘Instellingen voor Google Scholar’. Voeg in de rubriek ‘Bibliotheeklinks’ de optie ‘Hogeschool Rotterdam Mediatheek’ toe en vink dit aan: 19 Klik in Google Scholar op de pijl rechts in de zoekbalk voor de filtermogelijkheden: 20 Je kunt o.a. kiezen of je fulltext wilt zoeken of alleen in de titels van artikelen. De meeste filters kun je ook rechtstreeks in de ‘gewone’ zoekregel opgeven. Daarvoor moet je gebruikmaken van zogenoemde zoekoperatoren of zoekcommando’s. Voor Google Scholar zijn dit: " " (dubbele aanhalingstekens) OR - (minteken) allesintitel: allintitle: auteur: auteurs: author: authors: filetype: 4 = zoek precies dit = vind dit OF dat trefwoord = sluit dit uit = vind de zoekterm(en) in de titel = vind de zoekterm(en) in de titel = zoek de publicatie van (1 naam) = zoek de publicatie van (meerdere namen) = zoek de publicatie van (1 naam) = zoek de publicatie van (meerdere namen) = zoek een bepaald bestandstype Filteren bij websites Vrijwel alle grote websites bieden mogelijkheden aan om zoekresultaten te filteren. Soms kun je vooraf bepaalde selectiecriteria opgeven, soms kun je na de eerste zoekactie de zoekresultaten verfijnen. Bij rijksoverheid.nl bijvoorbeeld, de belangrijkste website van de Nederlandse overheid, kun je na een eerste zoekactie kiezen tussen filters als: Thema, Periode, Ministerie en Soort informatie. Wie lang zoekt naar informatie op zo’n site, doet er over het algemeen goed aan van deze filtermogelijkheden gebruik te maken. 21 7 Automatisch voor je laten zoeken Het is natuurlijk onbegonnen werk om de hele tijd op internet te kijken of er nieuwe informatie te vinden is over een onderwerp dat je bezighoudt. Handiger is het als je daarover automatisch bericht krijgt. Veel mensen zijn om deze reden geabonneerd op digitale nieuwsbrieven. Ook veel apps voorzien in die behoefte. Er is bijvoorbeeld een juridische app die meldt als een nieuwe wet in werking is getreden. Maar zowel bij nieuwsbrieven als bij apps ben je afhankelijk van wat derden je aanleveren. Gelukkig kun je ook persoonlijke alerts of meldingen instellen. Veel commerciële databanken hebben zo’n functie, maar het kan ook bij Google en sites met veel nieuws. Hier enkele mogelijkheden. 1 Google Alerts (google.nl/alerts) Bij Google Alerts vul je eerst een zoekopdracht in. Daarna geef je aan welke bronnen Google moet doorzoeken: alles of bijvoorbeeld alleen blogs of nieuwssites. Vervolgens kies je hoe vaak je een melding per mail toegestuurd wilt krijgen: één keer per dag of één keer per week. Ook kun je aangeven of je alleen ‘de beste resultaten’ of ‘alle resultaten’ wilt. Bij je zoekopdracht kun je zogenoemde zoekoperatoren gebruiken, dus bijvoorbeeld: [ "mijn naam" ] (een zoekopdracht tussen dubbele aanhalingstekens) of [ schoolverzuim filetype:pdf ] (zoeken naar bepaald bestandstype). Je kunt maximaal 1000 alerts instellen. 2 Meldingen bij Google Scholar Onder de filters die verschijnen nadat je iets bij Google Scholar hebt gezocht, staat de mogelijkheid ‘Melding maken’. Vervolgens kun je onder meer opgeven of je maximaal 10 of maximaal 20 resultaten wilt ontvangen en aan welke criteria ze moeten voldoen. Zo kun je instellen dat je alleen berichten wilt ontvangen als de zoekterm in de titel van een artikel voorkomt. Dat doe je door [ allintitle: ] voor je zoekopdracht te zetten. Ook kun je instellen dat je een melding krijgt als een van je eigen publicaties wordt geciteerd. Zie hiervoor de knop ‘Mijn citaties’. 22 3 RSS Feeds Bij websites met veel nieuws kun je meestal opgeven dat je via een zogenoemde RSS-feed op de hoogte wilt blijven. RSS staat voor Really Simple Syndication (‘eenvoudige gelijktijdige publicatie’). Eerst moet je een zogenoemde RSS-reader installeren, een gratis programma waarmee je de ‘feeds’ kunt lezen. Die reader geeft je een seintje wanneer er een nieuwe feed is. Hoe vaak je een seintje krijgt, kun je meestal zelf instellen. Op sommige websites kun je heel gedetailleerd opgeven over welke onderwerpen je feeds wilt ontvangen. Dat geldt onder meer voor rechtspraak.nl. Daar kun je bijvoorbeeld aangeven dat je alleen maar een feed wilt ontvangen als er een nieuwe uitspraak van de Hoge Raad wordt gepubliceerd op het gebied van civiel recht. Zie verder: uitspraken.rechtspraak.nl/#rssinformatie De beste RSS-apps zijn momenteel: Flipboard, Feedly en (alleen voor Android) Play Kiosk. 23 8 Google gerichter doorzoeken met zoekcommando’s Zoekcommando’s of zoekoperatoren zijn woorden en tekens die je aan een zoekopdracht kunt toevoegen, gewoon in de zoekregel bij Google. Het kunnen zeer krachtige hulpmiddelen zijn. Toch is het niet zo dat je pas écht slim op internet zoekt als je een zoekcommando gebruikt. Het ligt er maar net aan waar je naar op zoek bent. Als je merkt dat je eerste zoekopdrachten veel te veel resultaten opleveren – je dreigt door de bomen het bos niet meer te zien – dan kunnen zoekcommando’s je snel helpen om betere zoekresultaten te krijgen. Met zoekcommando’s stuur je een zoekmachine heel direct aan. Het gaat om een beperkte, maar precieze zoektaal. De zoekopdracht [ rutte filetype:.pdf ] werkt bijvoorbeeld niet (nul hits); met [ rutte filetype:pdf ] krijg je ruim 80.000 hits. Het verschil zit in die ene punt. Net als op de voorgaande pagina’s staan [ voorbeelden van zoekopdrachten ] tussen vierkante haken en spaties. Die hoef je bij de eigenlijke zoekopdracht niet te gebruiken. Ze geven slechts het begin en eind van een zoekopdracht aan. Hieronder staat eerst de hoofdfunctie van een zoekcommando, gevolgd door toepassingen, voorbeelden en waar nodig een toelichting. Waarschuwing: de informatie hieronder is soms tamelijk gedetailleerd. Laat je daar niet door afschrikken. Die toelichtingen zijn opgenomen omdat je met zoekcommando’s soms veel meer kunt dan je op het eerste gezicht zou denken. Achterin dit gidsje zijn nog enkele praktijkvoorbeelden opgenomen van zoeken met zoekcommando’s. Die laten zien hoe efficiënt ze kunnen zijn. Je kunt ze natuurlijk ook meteen zelf gaan uitproberen. Tekens die je aan een zoekopdracht kunt toevoegen - (minteken) = sluit dit uit Met het minteken kun je resultaten uitsluiten, bijvoorbeeld: • woorden Zoekvoorbeeld: [ metro -dagblad ] Resultaat: veel informatie over de metro, maar niet over het dagblad dat zo heet. • namen Zoekvoorbeeld: [ rutte -mark ] Resultaat: berichten over onder meer Arno Rutte, A.C.L. Rutte en Jan van Rutte. • websites Zoekvoorbeeld: [ slavernij -site:wikipedia.org ] Resultaat: veel informatie over slavernij, maar niet uit Wikipedia. 24 Toelichting: voor - komt wel een spatie, erna niet. Die spatie is belangrijk, want daarmee onderscheid je het minteken van het koppelteken of afbreekstreepje. Vergelijk de zoekopdrachten [ jan-van-gent ] en [ jan-van -gent ]. Met de eerste zoekopdracht vind je jan-van-gent (een bepaalde vogel). Met de tweede zoekopdracht (met een spatie voor -gent) vind je allerlei mensen die Jan van… heten, maar niet Jan van Gent. " " (dubbele aanhalingstekens) = zoek precies dit Als je bij Google een zoekterm tussen dubbele aanhalingstekens zet, krijg je exact terug wat je zocht. Tussen de zoekresultaten staan dus: • geen synoniemen Zoekvoorbeeld: [ "suicide" ] Resultaat: Google zoekt niet ongevraagd naar zelfmoord. • geen spellingscorrecties, meervoudsvormen, samenstellingen of afleidingen Zoekvoorbeeld: [ "fiets" ] Resultaat: Google zoekt niet ongevraagd naar fietsen (meervoud), OV-fiets (een samenstelling) enzovoorts. Bovendien krijg je geen lokale (dus geen gepersonaliseerde) zoekresultaten. Vergelijk [ fiets ] met [ "fiets" ]. Met de eerste zoekopdracht krijg je allerlei lokale resultaten (fietshandelaren bij jou in de buurt), met de tweede zoekopdracht zijn de zoekresultaten heel anders: Wikipedia, nieuws over fietsen, afbeeldingen, enzovoorts. Toelichting: je kunt één of meerdere zoektermen tussen dubbele aanhalingstekens zetten. Zoeken met dubbele aanhalingstekens kan erg functioneel zijn, maar bedenk of het echt nodig is, want je kunt er ook dingen door mislopen. Zoek [ "Alexander Bell" ] en je mist bijvoorbeeld Alexander G. Bell, terwijl dit dezelfde Amerikaanse uitvinder is. Let op: dit werkt alleen met dubbele aanhalingstekens, niet met enkele. .. (twee puntjes) = van..tot Hiermee vind je van..tot-waarden. Dit kan handig zijn als je bijvoorbeeld zoekt naar: • jaartallen Zoekvoorbeeld: [ overstroming 1950..1960 ] Resultaat: veel informatie over de watersnoodramp van 1953. • prijzen Zoekvoorbeeld: [ fiets 100..150 ] Resultaat: relatief goedkope fietsen. 25 • publicaties uit een bepaalde periode Zoekvoorbeeld: [ rapport werkloosheid 2010..2014 ] Resultaat: onder meer rapporten over werkloosheid die verschenen zijn tussen 2010 en 2014. • cijfers uit een bepaalde periode Zoekvoorbeeld: [ stijging werkloosheid 2005..2014 ] Resultaat: cijfers over de stijging van de werkloosheid tussen 2005 en 2014. Toelichting: geen spaties voor of na de puntjes. * (asterisk of sterretje) = vul de leegte in Met een sterretje vervang je bij Google (meestal) 1 woord. Dit zoekcommando kan handig als je bijvoorbeeld zoekt naar: • e-mailadressen Zoekvoorbeeld: [ *@pvda.nl ] Resultaat: voldoende e-mailadressen van PvdA-politici om te zien hoe die e-mailadressen landelijk zijn gestructureerd. • de correcte vorm van een spreekwoord of citaat Zoekvoorbeeld: [ in nederland gebeurt alles * jaar later ] Resultaat: 50 en vijftig jaar. • normen en waarden Zoekvoorbeeld: [ jaloezie is * ] Resultaten o.a.: een ziekte, onzekerheid, de dictator in het rijk van de liefde. • in welke landen een bedrijf een bepaalde site heeft Zoekvoorbeeld: [ site:ing.* ] Resultaten o.a.: ing.be, ing.us, ing.bank.ru, enzovoorts. • de naam achter een initiaal Zoekvoorbeeld: [ jasper * oudwoude ] Resultaat: zowel Jasper S. als Jasper met volledige achternaam. Toelichting: in de meeste databanken kun je binnen een woord een willekeurig aantal tekens vervangen door een sterretje. Of je kunt er een woord mee aanvul*. Bij Google is dat niet het geval. Daar vervang je met een * één heel woord, niet een woorddeel. Je kunt ook meerdere sterretjes gebruiken. Met twee sterretjes vervang je bij Google (meestal) twee woorden, met *** meestal drie woorden, en zo verder. Als je twee of meer sterretjes direct na elkaar gebruikt, hoeven er geen spaties tussen de sterretjes te staan. Voorbeeld van zoekopdracht met meerdere sterretjes: [ "een dag niet * is een dag niet *" ]. Of: [ slaat als ** op ** ]. 26 Woorden die je aan een zoekopdracht kunt toevoegen AROUND(n) = in de nabijheid van Met AROUND (dit zoekcommando moet met hoofdletters en tussen twee woorden staan) voer je een zogenoemde proximity search uit. Je geeft aan hoeveel woorden je zoektermen maximaal van elkaar af mogen staan. Dit zoekcommando kan handig als je bijvoorbeeld zoekt naar: • personen in elkaars nabijheid Zoekvoorbeeld: [ moszkowicz AROUND(7) holleeder ] • een persoon in de nabijheid van een onderwerp Zoekvoorbeeld: [ wilders AROUND(7) haatzaaien ] • onderwerpen in elkaars nabijheid Zoekvoorbeeld: [ cao AROUND(7) regelgeving ] Resultaten, bij alle drie: koppen van nieuwspagina’s waarbij de zoektermen maximaal zeven woorden van elkaar verwijderd zijn. In plaats van (7) zou je ook (14) als uitgangspunt kunnen nemen, want de gemiddelde Nederlandse zin telt 14 woorden. filetype: = zoek dit bestandsformaat Samen met site: behoort filetype: tot de belangrijkste zoekcommando’s. Veel informatie wordt in een bepaald bestandsformaat op internet gezet. Je kunt naar zo’n bestandsformaat zoeken met behulp van het zoekcommando filetype:. Dit zoekcommando kan essentieel zijn als je bijvoorbeeld zoekt naar: • rapporten, jaarverslagen en officiële of wetenschappelijke publicaties Zoekvoorbeeld: [ begroting SZW 2014 filetype:pdf ] Bovenste resultaat: de begroting zelf. Als je zoekt zonder filetype:pdf, krijg je eerst allerlei nieuwsberichten over de begroting van het ministerie van Sociale Zaken te zien. Pdf is een geliefd formaat voor officiële publicaties omdat het lastig is er iets in te wijzigen. • notulen of vergaderstukken Zoekvoorbeeld: [ notulen 2014 filetype:doc ] of [ notulen 2014 filetype:docx ] Resultaat: duizenden notulen van verenigingen bijvoorbeeld. • berekeningen, begrotingen, ledenadministraties, cijfermateriaal Zoekvoorbeeld: [ begroting 2014 filetype:xls ] of [ begroting 2014 filetype:xlsx ] Resultaat: honderden begrotingen in Excel-bestanden. • PowerPointpresentaties van deskundigen Zoekvoorbeeld: [ waterbeheer filetype:ppt ] of [ waterbeheer filetype:pptx ] Resultaat: presentaties van deskundigen over waterbeheer, vaak met contactgegevens erbij. 27 Toelichting: je kunt op allerlei bestandsformaten zoeken. Zie voor een overzicht file-extensions.org. Let op: geen spatie na de dubbele punt, en haal de punt voor het bestandsformaat weg. Dus niet filetype:.pdf (werkt niet), maar filetype:pdf. Het maakt niet uit of je filetype: voor of na je zoekterm(en) zet. OR = zoek dit OF dat Dit zoekcommando kan handig zijn als je bijvoorbeeld zoekt: • op bepaalde sites Zoekvoorbeeld: [ troonrede site:nrc.nl OR site:volkskrant.nl ] Resultaat: berichten over de troonrede van de websites van de Volkskrant en de NRC. • naar verwante begrippen Zoekvoorbeeld: [ studiefinanciering OR stufi ] • naar spellingvarianten Zoekvoorbeeld: [ huygens OR huijgens ] • op diverse varianten van namen Zoekvoorbeeld: [ sjostakovitsj OR shostakovich OR chostakovitch ] Toelichting: OR moet met hoofdletters en tussen de zoektermen staan. Dat kunnen er twee of meer zijn. In plaats van OR kun je ook | gebruiken (het staande streepje). Dit is het teken boven of naast de Enter-toets. related: = zoek thematisch verwante websites Dit zoekcommando kan handig zijn om nieuwe bronnen te ontdekken. Zoekvoorbeeld: [ related:nl.wikipedia.org ] Resultaat: websites als encyclopedie.nl en vandale.nl. Sites dus met het karakter van een naslagwerk. Toelichting. Een andere mogelijkheid om verwante sites te vinden: klik bij een zoekresultaat in Google op het groene, omlaag wijzende driehoekje naast de url. Er valt dan een venster open waarin drie woorden kunnen staan: ‘In cache’, ‘Delen’ en / of ‘Vergelijkbaar’. Klik op Vergelijkbaar en Google toont inhoudelijk verwante websites. site: = beperk de zoekopdracht tot deze website of dit domein Samen met filetype: behoort site: tot de belangrijkste zoekcommando’s. Dit zoekcommando kan handig zijn als je: • sites uit een bepaald land wilt doorzoeken Zoekvoorbeeld: [ slavernij site:be ] 28 Resultaat: veel informatie over het Belgische slavernijverleden. Je kunt natuurlijk ook zoeken op site:nl, site:de (Duitsland), site:fr (Frankrijk), enzovoorts. Er bestaan honderden van dergelijke topleveldomeinen, zoals ze officieel heten. Voor een overzicht, zie de ‘Lijst van topleveldomeinen op het internet’ in Wikipedia. • een bepaalde website wilt doorzoeken Zoekvoorbeeld: [ inburgeringstoets site:rijksoverheid.nl ] Resultaat: veel relevante informatie over de inburgeringstoets op de website rijksoverheid.nl, een site die slecht te doorzoeken is. Zoals hierboven al is aangegeven, kun je ook een paar specifieke sites tegelijk doorzoeken. Voorbeeld: [ troonrede site:nrc.nl OR site:volkskrant.nl OR site:telegraaf.nl ]. • specifieke informatie zoekt binnen een site Zoekvoorbeeld: [ kamervragen salmonella site:rijksoverheid.nl ] Rijksoverheid.nl heeft allerlei filtermogelijkheden: beleidsnota’s, Kamerstukken, enzovoorts. Maar je kunt er niet op Kamervragen zoeken. Op deze manier kan dat wel. • zoekt naar informatie van educatieve instellingen Zoekvoorbeeld: [ rembrandt site:edu ] Resultaat: veel informatie over Rembrandt van onder meer Amerikaanse universiteiten en musea. Als je alleen informatie van musea wilt, zoek [ rembrandt site:museum ]. Toelichting: geen spatie na de dubbele punt. Heel vaak vind je meer informatie als je een website niet rechtstreeks (via het eigen zoekvenster) maar via Google doorzoekt. Probeer eens NSB rechtstreeks bij historici.nl (2 hits) en via Google [ nsb site:historici.nl ] (momenteel ruim 6000 hits). Dit is eerder regel dan uitzondering. Het maakt niet uit of je site: voor of na je zoekterm(en) zet. Voor meer informatie over zoekoperatoren, van Google zelf, zie: bit.ly/slim-google2 Zoekcommando’s combineren Soms is het voldoende om slechts één zoekcommando te gebruiken, maar vaker zul je er een paar combineren. Als je bijvoorbeeld op zoek bent naar een rapport over coffeeshops in Nederland, dan zou dit een goede zoekopdracht zijn: [ coffeeshops 2010..2014 site:rijksoverheid.nl filetype:pdf ]. Hiermee combineer je drie zoekcommando’s: • je zoekt publicaties uit een bepaalde periode, namelijk: tussen 2010 en 2014 • je zoekt ze op een bepaalde website, namelijk: rijksoverheid.nl • je zoekt naar een bepaald bestandsformaat dat veel wordt gebruikt voor rapporten, namelijk: pdf Resultaat: 98 hits, de meeste zeer relevant. 29 9 Zoeken naar en in databanken Hier drie trucs om snel een databank te vinden. 1 Combineer de woorden databank of database met het onderwerp dat je zoekt Zoek je een databank over kinderboeken? Zoek, bijvoorbeeld via Google, [ databank kinderboeken ]. Bovenste resultaat, een verwijzing naar het Centraal Bestand Kinderboeken, de belangrijkste Nederlandstalige databank op dit terrein. Zoek je buitenlandse databases over internationaal recht? Zoek [ databases international law ]. Een van de eerste resultaten: een ‘Guide to Foreign and International Legal Databases’ van de New York University School of Law. Andere mogelijkheid: combineer vind of find met het onderwerp dat je zoekt. Met [ vind advocaat ] kom je bijvoorbeeld meteen terecht bij een databank getiteld ‘vind uw advocaat’ van advocatenorde.nl. 2 Maak gebruik van bestaande overzichtslijsten Veel universiteiten, hogescholen en mediatheken houden thematische lijsten bij van relevante websites. Je vindt ze bijvoorbeeld zo: [ universiteit juridische databanken ]. Of [ hogeschool databanken toegepaste psychologie ]. Je komt direct bij enkele relevante lijsten uit. Via de website van Hogeschool Rotterdam mediatheek heb je toegang tot uiteenlopende databanken. Die zijn toegankelijk via mediatheek.hr.nl. Kies vervolgens voor Online bronnen en Databanken voor een overzicht. 3 Laat Google zoeken naar een verwante databank Zoek [ telefoongids ] en je krijgt als eerste resultaat detelefoongids.nl. Maar zijn er nog andere goede telefoongidsen of verwante databanken? Met de zoek-opdracht [ related:detelefoongids.nl ] vind je er een heleboel. Een andere mogelijkheid om verwante sites te vinden: klik bij een zoekresultaat op het groene, omlaag wijzende driehoekje naast de url. Er valt dan een venster open waarin drie woorden kunnen staan: ‘In cache’, ‘Delen’ en / of ‘Vergelijkbaar’. Klik op Vergelijkbaar en Google toont inhoudelijk verwante websites. Een databank doorzoeken Wat is de beste manier om een databank te doorzoeken? Hier drie vuistregels. 1 30 Goede databanken hebben geavanceerde zoekmogelijkheden, maak daar gebruik van Hoe meer er in een databank staat, hoe groter de kans dat je er verdwaalt. Tenzij je goed gebruik maakt van de geavanceerde zoek- en sorteermogelijkheden. Hoewel de verschillen tussen databanken groot zijn, kun je er vaak: • een ‘zoekformulier’ gebruiken • zoeken in samenvattingen (subject, abstract, inhoudsindicatie) • zoekcommando’s of zoekoperatoren gebruiken • resultaten sorteren (bijvoorbeeld op relevantie of jaar) • resultaten filteren (meestal om het aantal zoekresultaten te verkleinen) 2 Als niet duidelijk is hoe die geavanceerde zoekmogelijkheden werken, lees de handleiding Bij een goede databank staat die handleiding op de site, bijvoorbeeld in de help-functie. Ook op internet is een handleiding makkelijk te vinden, bijvoorbeeld met de zoekopdracht [ handleiding ] of [ manual ] gevolgd door de naam van de databank. Als je liever een instructievideo bekijkt, zoek dan [ video ] of [ tutorial ] gevolgd door de naam van de databank. Tutorial betekent ‘handleiding’. Instructievideo’s vind je ook op de Mediaserver van de Hogeschool Rotterdam: mediaserver.hro.nl. Kom je er niet uit: vraag uitleg aan de medewerkers van de mediatheek. 3 Geloof niet alles wat er in de handleiding staat en probeer dingen uit Handleidingen bij databanken zijn niet altijd even duidelijk of volledig. Zo verzwijgen ze geregeld dat je er met jokertekens of zoekoperatoren kunt zoeken (zie hieronder). Soms doen ze dat met opzet: ze willen voorkomen dat veel mensen tegelijk gaan zoeken op een manier die veel van de servers vraagt. Als zoeken met jokertekens of zoekoperatoren nuttig lijkt, probeer het dan gewoon. Uit de zoekresultaten kun je makkelijk afleiden of ze wel of niet werken. Soms kan het zelfs beter zijn om een databank niet rechtstreeks te doorzoeken, via de eigen zoekregel, maar via Google of een andere zoekmachine. Dit geldt niet voor commerciële databanken, want die laten hun content niet door zoekmachines indexeren. Zoekcommando’s in databanken Helaas gebruiken niet alle databanken dezelfde zoekcommando’s of zoekoperatoren, maar de onderstaande komen veel voor en kunnen erg nuttig zijn. Woorden die je aan een zoekopdracht kunt toevoegen AND = dit moet ook in het zoekresultaat voorkomen Voorbeeld zoekopdracht: [ rood AND blauw ]. In de zoekresultaten komen beide kleuren voor. In plaats van AND kun je in Nederlandstalige databanken vaak EN gebruiken. Beide moeten met hoofdletters. Bij uitzondering moet je + (het plusteken) gebruiken in plaats van AND of EN. Dat zet je dan direct voor je +zoekterm. OR = zoek dit OF dat Voorbeeld: [ zelfmoord OR sucide ]. In de zoekresultaten kan het ene OF het andere woord voorkomen. In plaats van OR kun je in sommige Nederlandstalige databanken OF gebruiken. Beide moeten met hoofdletters. 31 NEAR = in de nabijheid van Voorbeeld: [ faalangst NEAR therapie ]. In de zoekresultaten moeten faalangst en therapie in elkaars nabijheid voorkomen. Hun volgorde ligt niet vast. Als je woorden in elkaars nabijheid moet zoeken met de zoekoperator ADJ (van adjacent, ‘aangrenzend’) ligt hun volgorde wel vast. In plaats van NEAR gebruiken sommige databanken N/ gevolgd door een getal waarmee je de woordafstand opgeeft, N/3 bijvoorbeeld. Weer andere databanken gebruiken hiervoor W/3. NOT = sluit dit uit Voorbeeld: [ zwart NOT wit ]. In het zoekresultaat komt zwart wel voor, wit niet. In plaats van NOT kun je in sommige Nederlandstalige databanken NIET gebruiken. Beide moeten met hoofdletters. Tekens die je aan een zoekopdracht kunt toevoegen ? (vraagteken) = vervang één willekeurig teken Voorbeeld: [ ele?tronica ]. Hiermee vind je zowel electronica als elektronica. * (sterretje, asterisk) = vervang een willekeurig aantal tekens Voorbeeld: [ kus* ]. Hiermee zou je een hele reeks woorden kunnen vinden: kust, kusje, kushand, kussengevecht, enzovoorts. " " (dubbele aanhalingstekens) = zoek precies dit Voorbeeld: [ "hoe maak je een pdf" ]. Resultaat: alleen teksten waarin dit precies zo staat (meestal met het antwoord erbij). Wildcards of jokertekens Het * en het ? worden in deze context wildcards of jokertekens genoemd. Let op: • In de meeste databanken kun je een vraagteken of sterretje na de eerste of tweede letter van een woord of naam zetten. Met de zoekopdracht [ k?s ] vind je dan zowel kus als kas. • Bij uitzondering kun je in een databank een vraagteken of sterretje aan het begin van een woord zetten. • Meestal kun je vraagtekens en sterretjes combineren. Met de zoekopdracht [ kn?ck* ] zou je bijvoorbeeld knäckebröd, knickerbocker, knockdown en knockout kunnen vinden. • Let op: in een databank werkt het sterretje dus anders dan op het vrije internet. Immers, als je met Google zoekt, vervang je met een sterretje een heel woord, in een databank een woorddeel. 32 10 In drie minuten een eigen zoekmachine maken Veel mensen werken een vaste lijst websites af als ze ergens naar op zoek zijn. Als dat – al dan niet commerciële – databanken zijn waarvan de inhoud niet door zoekmachines is gendexeerd, dan is dat een wijze strategie. Maar als de inhoud wel door zoekmachines is gendexeerd, dan is het handiger om zo’n vaste set websites met één zoekopdracht te doorzoeken. Of een website of databank door een zoekmachine is gendexeerd, is meestal makkelijk na te gaan. Zoek er eerst iets rechtstreeks, en vervolgens via Google, gebruikmakend van het site-commando. Dus [ zoekterm site:naamwebsite.nl ]. Als je via Google hetzelfde of meer vindt, dan is de website gendexeerd. Vervolgens kun je snel een eigen zoekmachine maken om voortaan met één zoekopdracht een bepaalde selectie websites te doorzoeken. Voor de goede orde: dit kan alleen als je bij Google bent ingelogd, bijvoorbeeld via Gmail. In dit geval is dat logisch: je maakt immers een persoonlijke – een aan jouw persoon, bedrijf of instelling verbonden – zoekmachine. In een paar stappen is het gepiept. 1 Zet de url’s van de websites die je voortaan in één keer wilt doorzoeken, bij elkaar. In dit voorbeeld zijn dat drie juridische websites, namelijk: • http://www.rechtspraak.nl/ • http://jure.nl/ • http://www.raadvanstate.nl/ 2 Tik achter iedere url een asterisk (*). Dus: • http://www.rechtspraak.nl/* • http://jure.nl/* • http://www.raadvanstate.nl/* Met dat sterretje geef je aan dat niet alleen de beginpagina van een website – de homepage – moet worden doorzocht, maar ook alle achterliggende pagina’s. 3 Ga nu naar google.nl/cse. Of zoek naar Google aangepast zoeken, dan wel naar Google Custom Search. 33 Klik hier op Nieuwe zoekmachine en plak de geselecteerde webadressen in het venster ‘Sites om te doorzoeken’ – één webadres per venster, dus zo: 4 Je hoeft nu nog maar twee dingen te doen: kies voor de taal van je zoekmachine (Nederlands of Engels bijvoorbeeld) en geef je zoekmachine een naam, in dit voorbeeld: Mijn juridische zoekmachine. Klik nu op maken, kies daarna voor Openbare URL en je hebt een zoekmachine gemaakt die voortaan in één keer de drie geselecteerde websites doorzoekt. Je kunt de link van de zoekmachine bijvoorbeeld opslaan bij je favorieten, al dan niet in een mapje Eigen zoekmachines. Ga terug naar Google aangepast zoeken als je een op maat gemaakte zoekmachine wilt aanpassen. Je kunt makkelijk websites toevoegen of verwijderen of meer geavanceerde zoekmogelijkheden toevoegen. Overigens kun je ook bij op maat gemaakte zoekmachines zoeken met zogenoemde zoekoperatoren. Probeer bijvoorbeeld [ "flexibilisering bv-recht" filetype:pdf ]. 34 11 Gebruikmaken van de url Op 15 september 2011 bracht Bram Talman, een jonge Nederlandse journalist, de Nederlandse overheid in grote verlegenheid door de miljoenennota voor 2012 van internet te plukken, vijf dagen voordat die in de Tweede Kamer zou worden gepresenteerd. De miljoenennota was kort ervoor op internet gezet, bij wijze van test. Talman had hem zo gevonden, hij hoefde in de url (het webadres) alleen maar het jaartal 2011 te veranderen in 2012. Zoeken door iets in de url te veranderen kan heel effectief zijn. Hier drie voorbeelden. 1 Snel door jaargangen van tijdschriften navigeren Vaak kost het bij digitale tijdschriften relatief veel tijd om van de ene naar de andere jaargang te gaan. Dat geldt bijvoorbeeld voor alle tijdschriften en andere reeksen bij de Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren (dbnl.org). De DBNL is de belangrijkste website voor Nederlandstalige literatuur, taal en cultuurgeschiedenis van de Middeleeuwen tot nu. De DBNL heeft onder meer het invloedrijke tijdschrift De Gids gedigitaliseerd. Als je de webadressen van de jaargangen 2000 en 2001 onder elkaar zet, zie je meteen hoe de url is opgebouwd, in dit geval van de inhoudsopgave: dbnl.org/tekst/_gid001200001_01/index.php = inhoudsopgave 2000 dbnl.org/tekst/_gid001200101_01/index.php = inhoudsopgave 2001 Als je nu snel de inhoudsopgave van 1999 zou willen zien, hoef je in de url dus alleen het jaartal – hierboven vet gemaakt – aan te passen. Op die manier kun je helemaal terugbladeren tot 1837, want toen verscheen de eerste jaargang van De Gids. 2 Via de url naar het goede kamerstuk navigeren Kamerstukken zijn opgebouwd uit verschillende dossiers. Ieder dossier – bijvoorbeeld alle stukken over een bepaald wetsvoorstel – is voorzien van een Kamerstuknummer: een nummer van vijf cijfers, soms gevolgd door Romeinse cijfers en letters. Kamerstukken worden (onder meer) gepubliceerd op de website officielebekendmakingen.nl, maar dat is een lastige site om te doorzoeken. Je kunt er ook niet makkelijk navigeren tussen de verschillende dossiers. Dat kan wel als je iets wijzigt in de url. De verschillende dossiers van de ‘Wet vereenvoudiging en flexibilisering bvrecht’ zijn bij officielebekendmakingen.nl te vinden onder de volgende url’s: zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-31058-B.html zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-31058-C.html zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-31058-D.html zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-31058-E.html zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-31058-F.html 35 Door een letter in de url te veranderen, kun je snel naar het goede stuk gaan of er snel tussen schakelen. Alle kamerstukken bij officielebekendmakingen.nl beginnen met kst-. De zoekopdracht [ kst-31058 ] levert veel andere relevante resultaten op. Als je een kamerstuknummer niet kent, vind je het bijvoorbeeld zo: [ "flexibilisering bv-recht" kamerstuk ]. 3 Via de url de taal van een tekst wijzigen Stel, je vindt op de website van de Europese Unie, een hopeloze website om te doorzoeken, een tekst over ‘Data protection in the electronic communications sector’. Het gaat hier om een belangrijke richtlijn over onder meer spam en cookies op internet. Hier de url’s van de Engelse, Franse, Duitse en Nederlandse versie van deze richtlijn: europa.eu/legislation_summaries/information_society/legislative_framework/l24120_en.htm europa.eu/legislation_summaries/information_society/legislative_framework/l24120_fr.htm europa.eu/legislation_summaries/information_society/legislative_framework/l24120_de.htm europa.eu/legislation_summaries/information_society/legislative_framework/l24120_nl.htm Kortom: door de letters aan het eind van de url te wijzigen, kun je de taal snel aanpassen. 36 12 Mobiel zoeken Smartphones zijn volwaardige minicomputers geworden, waar je bijna net zoveel mee kunt als met een laptop of pc. Dat geldt ook voor tablets. Daarom worden er steeds minder laptops en desktopcomputers verkocht. Gevolg: bedrijven als Google, Bing en Yahoo! zetten steeds zwaarder in op mobiel zoeken. Hier enkele toepassingen. 1 Gesproken zoekopdrachten In de openbare ruimte maken nog niet veel mensen gebruik van spraakgestuurd zoeken – staat vreemd, vaak veel omgevingsgeluid – maar dat neemt niet weg dat deze toepassing steeds beter werkt. Of je nu Android of iOS hebt, je kunt allerlei tools en apps sprekend aansturen. In de voorgaande bladzijden is onder meer uiteengezet dat je op internet naar bepaalde bestandstypen kunt zoeken, en waarom dat zin heeft. Bij gesproken zoekopdrachten werkt dat ook. Probeer bijvoorbeeld, in Chrome: Of: Bovenste resultaat na de eerste zoekopdracht: de complete Miljoenennota, want die staat in pdf-formaat op internet. Als je ‘pdf’ er niet bij had gezet, had je eerst allerlei nieuwsberichten over de Miljoenennota gevonden. Bovenste resultaten na de tweede zoekopdracht: allerlei PowerPointpresentaties over jeugdwerkeloosheid (met veel recent cijfermateriaal). Probeer ook eens [ translate faalangst ]. En [ films haarlem ] (of een andere plaats natuurlijk). 2 Zoeken door een foto te nemen Open de app Google Goggles (in Android of iOS) en neem een foto, bijvoorbeeld van een boekomslag, dvd, cd of een bekend monument, logo of schilderij. Goggles (Engels voor ‘stofbril’) scant de foto en geeft je, als het beeld voorkomt in de database van Google, meer informatie. Je kunt Goggles ook gebruiken om teksten te vertalen. Neem een foto van een tekst in een vreemde taal en kies voor ‘vertalen’. Goggles kan momenteel teksten ‘lezen’ in het Engels, Frans, Italiaans, Duits, Spaans, Portugees, Russisch en Turks. De vertalingen naar het Nederlands zijn niet foutloos, maar de kwaliteit stijgt. 37 Nog twee andere functies van Goggles: vind productinformatie door een streepjes- of QR-code te fotograferen. En voeg een contact toe door een foto te nemen van een visitekaartje. 3 38 Vinden zonder te zoeken Steeds meer apps bieden sterk gepersonaliseerde zoekresultaten aan. Ze doen dat bijvoorbeeld op basis van een profiel dat je hebt ingevuld. Of op basis van je zoekgeschiedenis in combinatie met je zogenoemde ‘geolocatie’. Je loopt in een winkelstraat en krijgt van je smartphone een seintje dat een winkel even verderop een aanbieding heeft voor de koptelefoon waar je onlangs naar zocht. Niet jij zoekt op dat moment, je wordt gevonden – als het goed is omdat je daar toestemming voor hebt gegeven. Niet iedereen zal hier trek in hebben, maar het kan, bijvoorbeeld met Google Now (‘De juiste informatie op het juiste moment’). Enkele functies: de lokale weeromstandigheden, de verkeerssituaties op je vaste routes, bezienswaardigheden in de buurt, nieuws over je favoriete onderwerpen, enzovoorts. Google Now kan zelfs een zogenoemd activiteitenoverzicht bijhouden: hoeveel kilometer je in een maand hebt gelopen of gefietst. Met je smartphone op zak. 13 Twaalf korte zoektips 1 Een zoekmachine kiezen Wees erop bedacht dat aan het zoekscherm van een browser (Internet Explorer, Chrome, Firefox, Safari, enzovoorts) standaard een zoekmachine is gekoppeld. Dat kun je veranderen. Meestal kun je kiezen uit Bing, Yahoo! of Google. Weet dat Yahoo! (het uitroepteken hoort bij de naam) Bing als zoekmachine gebruikt; alleen de presentatie en de omliggende informatie (afbeeldingen, video’s, filtermogelijkheden) is bij Yahoo! anders. Dit gidsje gaat vrijwel uitsluitend over slimmer zoeken met Google, omdat die zoekmachine het meest wordt gebruikt. 2 Google in het Engels of Nederlands? De meeste Nederlanders zoeken met google.nl, maar je kunt ook de oorspronkelijke Amerikaanse versie van Google gebruiken (google.com). Het duurt soms lang voordat nieuwe toepassingen ook op de niet-Amerikaanse versies van Google komen en soms komen ze daar nooit terecht. Om bij te houden wat Google verandert, kun je bijvoorbeeld het Google productblog (googleproducts-nl.blogspot.com) volgen. 3 Gepersonaliseerde zoekresultaten uitschakelen Gepersonaliseerde zoekresultaten kunnen heel handig zijn. Als je daar toestemming voor hebt gegeven, houdt Google nauwkeurig bij wat je op internet doet: welke filmpjes je hebt geliket bij YouTube, hoeveel contactpersonen je hebt in Gmail, welke websites je hebt bezocht, welke zoektermen je hebt gebruikt, enzovoorts. Google leert je daardoor steeds beter kennen, en past de zoekresultaten daarop aan. Als je wilt weten wat Google allemaal van jou vastlegt, ga dan naar Google Dashboard. Hier kun je ook de privacy-instellingen veranderen. Als je geen gepersonaliseerde zoekresultaten wilt, kun je dat op verschillende manieren (tijdelijk) uitschakelen. De makkelijkste manier: zet een zoekopdracht tussen dubbele aanhalingstekens. Kijk bijvoorbeeld naar verschillen tussen de zoekopdrachten [ fiets ] en [ "fiets" ]. Na de eerste zoekopdracht verschijnen er allerlei lokale (en dus gepersonaliseerde) zoekresultaten; na de tweede zoekopdracht niet. De verschillen zijn zeer groot. Twee andere manieren: • klik na een zoekopdracht bij Google op Zoekhulpmiddelen en kies daarna onder Alle resultaten voor de optie Woord voor woord (in het Engels heet deze knop ‘verbatim’). 39 • klik na een zoekopdracht bij Google op de optie Privéresultaten verbergen: Dit laatste werkt echter minder goed. Als je wilt weten hoe je gepersonaliseerde zoekresultaten permanent uitschakelt, zoek dan [ personalisatie op basis van zoekgeschiedenis uitschakelen ]. 4 Anoniem zoeken Bij Internet Explorer heet het InPrivate-navigatie, bij Safari Privémodus, bij Google Chrome incognitomodus en bij Firefox Privénavigatiemodus. Bij de laatste twee verschijnt een icoontje in beeld: respectievelijk een spion met zonnebril en een masker. Bij Chrome kun je deze zoekmodus onder meer openen met de toetscombinatie Ctrl+Shift+N. Bezochte sites komen in deze modus niet in je zoekgeschiedenis te staan en nieuwe cookies worden automatisch verwijderd als je de browser sluit. Je laat dus geen sporen (of cookies) achter op je eigen pc, tablet of laptop. De anonimiteit is echter relatief, want de sites die je hebt bezocht, kunnen dat wel hebben vastgelegd. Ook in deze zoekmodus krijg je geen gepersonaliseerde zoekresultaten. Een goede zogenoemde meta-zoekmachine om anoniem mee te zoeken is ixquick.nl, naar eigen zeggen ‘’s werelds meest privacy-vriendelijke zoekmachine’. 5 Contactgegevens zoeken Er zijn allerlei manieren om contactgegevens van iemand te vinden, bijvoorbeeld via Facebook, Google+, LinkedIn of andere sociale media. Op sites van bedrijven en instellingen staan meestal ook contactgegevens, maar soms moet je er flink naar zoeken. Met name telefoonnummers zijn vaak lastig te vinden. Dat is opzet – veel bedrijven willen liever gemaild dan gebeld worden. Hoe vind je snel een telefoonnummer van een bedrijf waarvan je weet dat het in Rotterdam is gevestigd? Voor Hogeschool Rotterdam bijvoorbeeld met deze zoekopdracht: [ hogeschool rotterdam 010 ]. Kortom: door de naam van een bedrijf of instelling te combineren met het netnummer (de eerste cijfers van een telefoonnummer). Als je niet weet waar een bedrijf of instelling is gevestigd, kun je het bijvoorbeeld zo proberen: [ achmea contact telefoon ]. Op een vergelijkbare manier kun je vaak makkelijk e-mailadressen achterhalen. De domeinnaam van de Universiteit van Amsterdam is uva.nl. Dikke kans dat de e-mailadressen van UVA-docenten eindigen op @uva.nl. Om te 40 zien of dit klopt zoek je [ @uva.nl ]. Hierdoor wordt je vermoeden bevestigd. Zoek je nu het correcte mailadres van een docent die Berends heet, dan zoek je [ berends *@uva.nl ]. 6 Een deskundige zoeken Allerlei professionals en vakmensen zijn via de sociale media te vinden, maar als je op zoek bent naar een (Nederlandse) academische deskundige op een bepaald gebied, dan vind je die vaak snel door bij je zoekopdracht [ repository ] of [ knaw ] te zetten. KNAW staat voor Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen; repository is een Engels woord voor ‘schatkamer, bewaarplaats, opslagplaats’. Veel universiteiten en wetenschappelijke instellingen zijn de publicaties van hun medewerkers met terugwerkende kracht op internet aan het zetten. Ook de KNAW heeft zo’n repository. Zoek je iemand die serieus onderzoek heeft gedaan naar bijvoorbeeld Zwarte Piet, de omstreden knecht van Sinterklaas, zoek dan [ "zwarte piet" repository ] of [ "zwarte piet" knaw ]. In beide gevallen kom je uit bij wetenschappelijke publicaties van J.I.A. Helsloot. Zoek vervolgens [ "J.I.A. Helsloot" ] en je vindt o.a. zijn publicatielijst, zijn e-mailadres en het telefoonnummer van het instituut waar hij werkt (het Meertens Instituut). Nog een paar mogelijkheden om deskundigen te vinden: via Google Scholar, de HBO-kennisbank, via de site van een beroepsvereniging en via Narcis (narcis.nl). In Narcis, een database van de KNAW, staan de gegevens van bijna 50.000 wetenschappers, met hun expertise. 7 Je eigen zoekgeschiedenis doorzoeken Je had iets interessants gevonden op internet, maar halverwege werd je afgeleid of had je geen tijd meer. Je hebt de link of pagina niet opgeslagen en je weet niet meer met welke zoekopdracht je er was gekomen. Hoe vind je de pagina dan snel terug? Als je een Google-account hebt, is dít vaak de snelste manier: doorzoek je eigen zoekgeschiedenis via google.com/history. Je zoekgeschiedenis wordt van minuut tot minuut geregistreerd en is centraal doorzoekbaar. Je kunt bij Google History ook aangeven hoe gedetailleerd Google je zoekgeschiedenis mag opslaan. 41 8 Zoeken naar afbeeldingen Op internet staan miljarden foto’s en dit aantal groeit razendsnel. Zo worden er op Flickr, een bekende fotowebsite van Yahoo!, dagelijks ruim een miljoen foto’s geüpload en op Twitter zijn dat er maar liefst vijf miljoen per dag. Er bestaan allerlei specialistische fotodatabanken, maar je vindt al heel veel door bij Bing, Google of Yahoo! te zoeken via het tabblad ‘Afbeeldingen’ of ‘Images’. Let daarbij op de filtermogelijkheden. Zoek bijvoorbeeld in Google op [ telefoon ] en klik op ‘Zoekhulpmiddelen’. Je kunt vervolgens filteren op onder meer: periode, formaat, type en kleur. Door bij kleur op zwart of grijs te klikken, krijg je allerlei ouderwetse telefoontoestellen te zien. Bing en Yahoo! hebben vergelijkbare filtermogelijkheden, Flickr heeft er nog meer (zie flickr.com/search/advanced). Filters voor afbeeldingen bij Bing en Yahoo! Interessante truc bij Google Afbeeldingen: zoek bijvoorbeeld op [ failed tattoo ], open de eerste afbeelding en kies vervolgens via de rechtermuistoets de optie ‘Afbeeldings-URL kopiëren’. Klik daarna op het cameraatje in de rechterhoek van de zoekbalk: 42 Daarmee open je een venster waarin je de ‘Afbeeldings-URL’ kunt plakken. Klik daarna op zoeken. Je ziet vervolgens waar de foto nog meer is gebruikt (vaak met extra achtergrondinformatie), plus andere voorbeelden van mislukte tatoeages. Een goede zoekmachine voor afbeeldingen op Twitter is Twicsy (‘The Twitter Pics Engine’, twicsy.com). Je kunt hier o.a. zien welke foto’s het laatste uur of etmaal het vaakst zijn bekeken. Met de zoekopdracht [ beeldbank ] vind je talloze interessante Nederlandse fotodatabanken. Twee interessante Nederlandse collecties die je niet mag missen: • de fotocollectie van het Nationaal Archief (bit.ly/foto-NA) • de beeldbank bij geheugenvannederland.nl Enkele grote internationale collecties: • Wikimedia Commons (commons.wikimedia.org), ruim 20 miljoen vrij bruikbare mediabestanden, waaronder foto’s en afbeeldingen. Lang niet alle afbeeldingen op internet zijn rechtenvrij en dus vrij te gebruiken, maar deze wel. • Getty Images (gettyimages.nl), ruim 80 miljoen foto’s. • Picsearch (picsearch.com), een Zweedse zoekmachine waarmee je maar liefst 3 miljard afbeeldingen kunt doorzoeken. Voor meer informatie, zie bit.ly/fotozoeken. 9 Zoeken via afbeeldingen Stel je zoekt een goede, technische bron over ondergrondse opslag van CO2. Over dat onderwerp is heel veel geschreven. De zoekopdracht [ ondergrondse opslag co2 ] op internet levert dan ook erg veel hits op. Door bij Google op het tabblad Afbeeldingen te klikken, krijg je afbeeldingen te zien van o.a. demonstranten, van rokende fabrieken en van politici die kennelijk iets over de ondergrondse opslag van CO2 hebben gezegd. Maar tussen die afbeeldingen zie je ook in één oogopslag technische tekeningen staan. Schema’s van hoe de ondergrondse opslag van CO2 in z’n werk gaat, tabellen en statistieken, enzovoorts. Vrijwel alle afbeeldingen staan bij teksten die je te zien krijgt als je op de afbeelding klikt. De kans is groot dat zo’n serieuze technische illustratie bij een gedegen technische tekst staat. 43 10 Een video zoeken Het bekendste videoplatform is natuurlijk YouTube. Per minuut komt daar ruim 100 uur video bij. Als je vooral bent genteresseerd in educatieve video’s, kijk dan bij YouTube Edu (youtube.com/education) of bij iTunes U (apple.com/nl/education/itunes-u). Beide bevatten veel gratis videolectures van met name Amerikaanse universiteiten. Ook Vimeo, een kleiner videoplatform, beschikt over een interessante afdeling ‘Education & Do it Yourself’ (vimeo.com/categories/education). De grote zoekmachines hebben een aparte afdeling om naar video’s te zoeken: Google Video (google.nl/video), Bing Video (bing.nl/video) en Yahoo! Screen (screen.yahoo.com). Alle drie hebben ze uitgebreide filtermogelijkheden: op duur, periode, beeldkwaliteit, ondertiteling, bronnen (nieuwszenders bijvoorbeeld), enzovoorts. Voor meer informatie, zie: bit.ly/video-zoeken 11 Zoeken naar een taaladvies Twijfel je bij het schrijven weleens of iets correct Nederlands is? Of je hen of hun moet gebruiken, tenminste of ten minste, ten alle tijden of te allen tijde? Zoek dan naar beide vormen. Dus bijvoorbeeld: [ hun hen ]. Negen van de tien keer kom je uit bij de website van het Genootschap Onze Taal. Die site bevat honderden taaladviezen, beknopt en helder geformuleerd. Onze Taal heeft ook een gratis app met taaladviezen (voor Android en iOS). 12 Een statistiek zoeken StatLine is de naam van de openbare, via internet toegankelijke databank van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Deze databank bevat alle openbare cijfers die het CBS produceert. Er staan ruim duizend tabellen in over Nederland, met miljarden cijfers. Met StatLine kun je ook zelf tabellen samenstellen. Je kunt StatLine rechtstreeks doorzoeken of via Google [ zoekterm(en) site:statline.cbs.nl ]. Bij de databank staan verschillende demofilmpjes. StatLine-app is ook beschikbaar als app (voor iOS). Veel Europese statistieken zijn te vinden bij Eurostat (ec.europa.eu/eurostat). Ook bij StatLine kun je geavanceerd zoeken. 44 14 Slimmer documenteren Stel, je hebt door slim te zoeken op internet veel nuttige digitale bronnen gevonden. Artikelen, boeken en rapporten bijvoorbeeld. Hoe kun je die vervolgens het best bewaren? Die vraag is vooral van belang als het om relatief veel informatie gaat, informatie die je graag geavanceerd wilt kunnen doorzoeken. Als je ervoor kiest om documenten op je eigen pc of laptop op te slaan, dan is het volgende handig: • geef de documenten een duidelijke naam • berg ze op in helder gestructureerde mappen • voorzie de documenten zo nodig van aantekeningen • indexeer ze, zodat je er slim doorheen kunt zoeken Duidelijke naam Als je documenten van internet haalt, hebben ze vaak een naam waar je niet veel aan kunt aflezen. Bijvoorbeeld: mak_004gedo01_01-x. Dit gaat om een boek van Geert Mak getiteld Gedoemd tot kwetsbaarheid uit 2005, gedownload van de Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren (DBNL). Als je dit boek onder de oorspronkelijke naam opslaat, weet je misschien nog heel even om welke titel het gaat, maar zoiets vergeet je snel. Daarom is het nuttig om de naam van het document zo aan te passen dat je ook later nog in één oogopslag ziet om welke titel het gaat. Zo bijvoorbeeld, met de bron er meteen bij: 2005_Mak, Geert_Gedoemd tot kwetsbaarheid (dbnl) Heldere mappenstructuur Hoe meer materiaal je op je eigen pc of laptop verzamelt, hoe handiger het is om daar een heldere mappenstructuur voor te bedenken. Een thematische indeling is praktisch, met daarbinnen bijvoorbeeld per jaar een map: OPLEIDING / 2014 / 2015 enzovoorts. Klikkend van map naar map zul je de meeste documenten redelijk snel kunnen terugvinden. Nog handiger wordt zo’n mappenstructuur als je de inhoud ervan vervolgens indexeert, waarover zo meer. Eigen aantekeningen, passages highlighten Veel mensen gaan als volgt te werk bij digitaal onderzoek. Van internet plukken ze allerlei bronnen. Die zetten ze op hun pc of laptop. Ze lezen de bronnen, al dan niet na ze geprint te hebben, of ze zoeken erdoorheen met ctrl of cmd + f (een toetscombinatie bij respectievelijk Windows en Apple). Al lezend maken ze aantekeningen. Als ze gaan schrijven, ordenen ze hun aantekeningen, gaan terug naar de bron, zoeken de betreffende passage, kijken of ze die nog steeds van belang vinden, enzovoorts. 45 Dit kan praktischer, want je kunt ook aantekeningen aan een pdf toevoegen of passages highlighten. Dat kan bijvoorbeeld met Adobe Reader, een gratis pdf-reader. Voor wie met een iPad werkt: iAnnotate is wat dit betreft een zeer praktische app. Het is verstandig om je aantekeningen een redelijk vaste vorm te geven. Dat is zeker het geval als je die aantekeningen met meerdere mensen maakt, bijvoorbeeld met een werkgroep. Aan het eind van de rit is het niet nodig om pdf voor pdf te openen om je notities terug te lezen. In plaats daarvan zet je alle documenten bij elkaar in een map, die je vervolgens indexeert. Dat wil zeggen dat je een tool (een speciaal indexeringsprogramma) de opdracht geeft om alle woorden, inclusief je eigen notities, in een lijst te zetten die je vervolgens centraal kunt doorzoeken. Als je dus bij twintig alinea’s in tien boeken of artikelen hebt toegevoegd ‘bruikbaar bij hoofdstuk 7’ of ‘mijnaantekening:’, krijg je, als je hier op zoekt, al die plaatsen meteen te zien, netjes onder elkaar. In feite heb je, zoals dat in het jargon heet, metadata aan een bron toegevoegd. Voordelen van zelf indexeren Een indexeringstool kan alle woorden en namen in alle bestanden op je pc of laptop in een lijst zetten. Dat geldt voor al je e-mails (als je dat wil), voor je Worddocumenten, al je pdf’s, enzovoorts. De meeste indexeringstools kunnen tientallen bestandsformaten lezen. Je hebt gratis indexeringstools, zoals Copernic Desktop Search, en betaalde software. Goede en betaalbare indexeringstools – met gratis testversies – zijn onder andere: dt-Search, Copernic Desktop Search Professional, X1 en (voor Mac-gebruikers) Foxtrot en Devonthink. Met zo’n tool kun je je bronnen nóg geavanceerder doorzoeken dan op internet mogelijk is. Zo kun je bijvoorbeeld zogenoemde wildcards (? en *) plaatsen aan het begin van een of meer woorden – wat niet kan op internet. Met een ? vervang je één teken, met een * een willekeurig aantal tekens. Ook kun je zoekresultaten beter sorteren, zeker als je de documenten met duidelijke namen in een heldere mappenstructuur hebt geplaatst. • Als je de naam van documenten bent begonnen met een datum of jaartal, kun je ze op twee manieren sorteren: chronologisch (van oud naar jong) of omgekeerd chronologisch (van jong naar oud). Overigens, als je een documentnaam begint met een datum, doe het dan zo: jaar-maand-dag. Als je ze vervolgens sorteert, komen ze in de goede volgorde te staan. 46 Zo lukt dat niet: 17-05-2012_Docnaam 22-03-2012_Docnaam Zo ook niet: 17 mei 2012_Docnaam 22 maart 2012_Docnaam Maar zo wel: 2012-03-22_Docnaam 2012-05-17_Docnaam • Indexeringssoftware laat altijd zien wáár, in welke map of submap, iets is gevonden. Je kunt de zoekresultaten op die mapnaam sorteren. Als je thematische mappen hebt aangemaakt, kun je de resultaten dus heel makkelijk thematisch sorteren. • Je kunt ook sorteren op relevantie, want indexeringssoftware geeft aan in welke documenten het gezochte woord of de gezochte naam het vaakst voorkomt. Je sorteert dan op het aantal hits: de meeste hits eerst. • Bijkomend voordeel van deze manier van documenteren: het maakt je heel flexibel. Op internet is het bijvoorbeeld een gedoe om even snel de Miljoenennota’s van de laatste twintig jaar te doorzoeken. Dergelijke openbare bronnen zet je in tien minuten op je eigen pc. Vervolgens kun je ze heel snel indexeren. In het geval van de Miljoenennota’s: 1,5 miljoen woorden in krap 30 seconden. Daarna kun je ze geavanceerd doorzoeken. Vraag: hoe vaak wordt de Navo tussen 1991 en 2012 genoemd in de Miljoenennota? Antwoord: En wel in deze miljoennota’s / aantal hits Je krijgt meteen de context te zien: 47 Webcrawlers Met de meeste indexeringstools kun je niet alleen de inhoud van je eigen pc of laptop indexeren, maar ook hele websites. De meeste commerciële indexeringstools zijn namelijk voorzien van een zogenoemde (web)crawler of (web)spider. Dit zijn robots die websites indexeren: zij zetten alle woorden die op een site voorkomen in een lijst. Daarin zoek je als gebruiker. Nadat een website door een webcrawler is geïndexeerd, kun je er geavanceerder in zoeken dan op internet mogelijk is. Vaak zet de webcrawler een kopie van de webpagina’s op je harde schijf. Dit kan handig zijn bij sites die geregeld dingen verwijderen (bijvoorbeeld uit politieke overwegingen). Je kunt zo’n kopie heel snel maken en veel ruimte nemen ze niet in. Waarom zelf data opslaan? Waarom zou informatie die je op internet hebt gevonden zelf opslaan? Je kunt die informatie daar toch altijd terugvinden? Als je het niet opslaat, vertrouw je erop dat je straks – over een week, maand, maanden? – nog ongeveer weet waar je wat hebt gelezen en hoe je het document hebt gevonden. Als je een document goed opbergt (bij voorkeur in een thematische map) hoef je niet te vertrouwen op je geheugen, maar kom je het vanzelf tegen als je die map opent. Nog belangrijker: lang niet alles wat op internet staat, blijft daar ook staan. Na een recente uitspraak van het Europese hof van justitie kan Google worden gedwongen om bepaalde zoekresultaten voor Europese gebruikers onvindbaar te maken. Bovendien: sites worden opgedoekt of vernieuwd, waarbij er vaak informatie verdwijnt. Als je moet kunnen verantwoorden hoe je aan je informatie bent gekomen, is het van belang om te noteren waar en wanneer je een en ander hebt gevonden: op welke websites, op welke dag. Herhaalbaar en dus controleerbaar In sommige bètawetenschappen is het heel gewoon om de data waarop de conclusies van een onderzoek zijn gebaseerd openbaar te maken. Op die manier kan iedereen het onderzoek herhalen en de conclusies bevestigen of aanvechten. In de meeste alfa- en gammawetenschappen begint het openbaar maken van datasets nog maar net op gang te komen. Gebrek aan controlemogelijkheden kan tot fraude leiden. De afgelopen jaren zijn er een paar opzienbarende fraudezaken aan het licht gekomen. Daardoor wordt de roep steeds luider om in de alfa- en gammawetenschappen data openbaar / beter controleerbaar te maken. Het zelf aanleggen van een digitale bronnencollectie kan daarbij een grote rol spelen. Net als het administreren van zoekopdrachten (waar en wanneer is een en ander gevonden). Want op basis van dergelijke gegevens kun je zeggen: mijn conclusies zijn gebaseerd op deze bronnenverzameling. Wie ze wil controleren of wie mijn onderzoek wil overdoen, kan z’n gang gaan. 48 Wanneer en hoe naar bronnen verwijzen? Wanneer moet je in een artikel, werkstuk of verslag verwijzen naar de literatuur die je hebt gebruikt? • als je citeert, dus tekst van een ander letterlijk overneemt. ‘Nederland is te veelzijdig om in één cliché te vatten’ (Prinses Máxima op 24 september 2007 bij de presentatie van het rapport Identificatie met Nederland van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid.) • als je parafraseert, dus tekst van ander weergeeft in je eigen woorden (Wat de auteur beweert, komt hierop neer:…) • als je een bepaalde theorie / een bepaald argument wil benadrukken. Het is dus beter om microkredieten aan vrouwen te geven (Muhammad Yunus, 2006). De volledige bron vermelden in je literatuurlijst. • als je tabellen, statistieken, diagrammen, foto’s of andere illustraties overneemt • als je verwacht dat je lezer je bronnen zal willen naslaan – uit interesse, dan wel om je beweringen te kunnen controleren. Het eindproduct is niet volledig zonder bronvermelding, want hiermee wordt duidelijk welke bronnen je hebt gebruikt, of je die bronnen correct hebt verwerkt, of je gevarieerde bronnen hebt gebruikt en of je de belangrijkste bronnen hebt gevonden. Referentieprogramma’s Tot slot: hoe vermeld je geraadpleegde bronnen in je verslag of scriptie? Hogeschool Rotterdam beschikt over een licentie voor het referentieprogramma EndNote. Iedere student of medewerker van de hogeschool kan hiervan gebruik maken. Voor thuisgebruik kan op Surfspot een studentenversie van EndNote worden aangeschaft. Je kunt ook gebruikmaken van EndNote Web of van gratis tools als Zotero of Mendeley. De belangrijkste functies van een referentieprogramma zijn: • Een persoonlijke digitale bibliotheek voor studie en (afstudeer-)onderzoek: opslaan en beheren van literatuurverwijzingen met of zonder de volledige tekst. Deze bibliotheek kan rechtstreeks worden gevuld vanuit de databanken of vanuit Google Scholar. • Eenvoudig en snel (APA-conform) verwijzen naar informatiebronnen in je verslag of scriptie. • Eenvoudig en snel een APA-conforme literatuurlijst invoegen in je verslag of scriptie. • Samenwerken in projectgroepen (door middel van het delen van literatuurlijsten). Wil je meer weten over een referentieprogramma als EndNote? Neem dan contact op met de mediathecaris voor jouw opleiding (zie HINT) of ga naar de informatiebalie van de mediatheek. 49 Bijlage 1 Twee voorbeelden van slimmer zoeken op internet Hieronder volgen twee voorbeelden van zoektochten naar informatie op internet. Het zijn slechts voorbeelden. Iemand die technische informatie zoekt over windmolens zal wellicht zijn of haar schouders ophalen bij een voorbeeld over de grondlegster van een oefentherapie. In de praktijk kunnen de zoektrucs voor beide onderwerpen echter gelijk zijn. Wie onderstaande casestudies herhaalt, kan overigens afwijkende uitkomsten krijgen. Oorzaak: internet is voortdurend in beweging. Voorbeeld 1 Wie was Cesar, naamgever van de oefentherapie? En wat waren haar ideeën? Een logische eerste stap is kijken in Wikipedia. Weliswaar is dit een encyclopedie die door iedereen kan worden aangevuld en bewerkt, maar er staat ongelooflijk veel in en dus kan dit naslagwerk een goed startpunt zijn. In Wikipedia blijken een heleboel Cesars te staan: Maar die zijn niet relevant. De zoekterm cesartherapie levert ook niets op. 50 Als we vervolgens cesartherapie zoeken bij Google, blijkt cesartherapie toch in Wikipedia te staan: Namelijk op deze manier: We lezen hier dat de cesartherapie is vernoemd naar Maria Dorothea Cesar-Pollak, maar als we op haar naam klikken, komen we niet veel verder, want: We weten nu wel dat Maria Dorothea Cesar-Pollak in Amersfoort werkzaam was in de jaren twintig. Maar wat is er nog meer over haar bekend? Je zou nu kunnen zoeken naar [ "Maria Dorothea Cesar-Pollak" ], maar dan mis je pagina’s waar zij wordt vermeld als M.D. Cesar-Pollak. Dat voorkom je met bijvoorbeeld deze zoekopdracht: "Cesar-Pollak" therapie Amersfoort Dat levert 81 zoekresultaten op. Daarin staat onder meer dat zij in 1894 werd geboren en in 1975 overleed. Niet alle bronnen zien er echter even overtuigend uit. Het gaat meestal om pagina’s van cesartherapeuten, verspreid over Nederland. De meeste teksten lijken sterk op elkaar, een aanwijzing dat er veel is geknipt en geplakt. Dit is een manier om te controleren of het geboorte- en sterfjaar klopt: "Cesar-Pollak" "1890..1978" 51 Je geeft Google hiermee opdracht te zoeken naar iemand met de naam Cesar-Pollak; bij die naam kunnen jaartallen voorkomen tussen 1890 en 1978. Dit levert 20 bronnen op, waarin het geboorte- en sterfjaar herhaaldelijk worden bevestigd: 1894-1975. De volgende zoekopdracht zou kunnen zijn: "Cesar-Pollak" "1894-1975" Er zijn nu nog maar acht bronnen over, met als eerste een pdf van vijf pagina’s met als titel ‘Positionering van oefentherapie Cesar’. Deze bron ziet er heel degelijk uit, met veel literatuurverwijzingen. Er is echter een probleem: het gaat om het eerste hoofdstuk uit een boek, maar niet duidelijk is uit welk boek precies. Gelukkig is daar snel achter te komen. De url van de bron luidt: boomlemma.nl/system/uploads/16332/original/Oefentherapie_H1.pdf.pdf?1289174807 Boom Lemma (boomlemma.nl) blijkt een uitgeverij met een site die er heel betrouwbaar uitziet: actueel, professioneel vormgegeven, met een colofon en contactgegevens. Kennelijk hebben ze een hoofdstuk uit een boek op internet gezet. Om te achterhalen om welk boek het precies gaat, hoef je alleen een paar zoektermen te combineren uit je eerdere zoekresultaten. Deze bijvoorbeeld: boomlemma oefentherapie cesar Je eerste hit is nu het boek Oefentherapie Cesar, een therapie in beweging van Chhetri Ober uit 2008. Op de site van Boom Lemma begint de samenvatting als volgt: ‘In dit boek worden de gedachten van de oprichtster van oefentherapie Cesar, Marie Cesar, geanalyseerd aan de hand van wetenschappelijke literatuur.’ Nu je weet dat Maria Dorothea Cesar-Pollak ook bekendstond als Marie Cesar kun je nog op die naam googelen: "Marie Cesar" "1894-1975" Dit leidt je rechtstreeks naar diverse websites waar van alles over Cesar en haar oefentherapie te vinden is, o.a. naar vvocm.nl, de website van de ‘Vereniging van Oefentherapeuten Cesar en Mensendieck’ en naar cesar-therapie.nl. Voor de zekerheid zou je nog deze zoekopdracht kunnen uitvoeren: related:cesar-therapie.nl Hiermee geef je Google opdracht te zoeken naar websites die verwant zijn aan cesartherapie.nl. Dit levert nog een paar nieuwe bronnen op, maar de beste had je al gevonden. 52 Voorbeeld 2 Zoek hedendaagse varianten van de uitdrukking dat slaat als een tang op een varken. Wat is de beste aanpak? Eerste voor de hand liggende zoekactie: "slaat als een tang op een varken" Dit levert meteen twee hits op over de herkomst van de uitdrukking, met als belangrijkste het spreekwoordenboek van F.A. Stoett, verschenen tussen 1923 en 1925. Stoett geeft informatie over de herkomst van de uitdrukking en allerlei interessante historische varianten, maar je was op zoek naar moderne varianten. Die vind je door gebruik te maken van het sterretje (*) en minteken (-). Je zoekt dat slaat als een tang op een varken, maar dan zonder tang en varken. In computertaal: "slaat als een * op een *" -tang -varken Vertaald in gewoon Nederlands: ik zoek een bepaalde groep woorden (daarom heb ik ze tussen dubbele aanhalingstekens gezet), in die groep laat ik twee woorden open (twee sterretjes), maar ik geef wel aan door welke woorden die sterretjes niet mogen worden vervangen (door er een minteken voor te zetten). Je krijgt meteen allerlei varianten te zien, waaronder: • slaat als een drol op een slagroomtaart • slaat als een knots op een kangoeroe • slaat als een slok op een borrel Op basis van deze resultaten kun je verder gaan schrappen: "slaat als een * op een *" -tang -varken -drol -slagroomtaart -knots -kangoeroe -slok -borrel Er volgt nu van alles: slaat als een knul op een drumstel; slaat als een schuiftrompet op een houtvlot; slaat als een hamer op een banaan, enzovoorts. 53 Ook die varianten kun je, met behulp van het minteken, wegfilteren. Gevolg: je resultatenlijst wordt steeds korter, terwijl je nieuwe varianten blijft vinden. Uiteindelijk krijg je een heel lange zoekopdracht, die tientallen woorden mag bevatten. Wat je nu overigens niet vindt, is: slaat als ’n drol op ’n slagroomtaart. Immers, je zocht op [ "slaat als een * op een *" ]. Maar zou je dat zelf zo schrijven, in zo’n informele uitdrukking? Als uitgangspunt had je dus beter deze zoekopdracht kunnen gebruiken: "slaat als ** op **" -tang -varken Hoe vaak en waar? Je hebt nu wel vastgesteld dat er tientallen varianten bestaan van de uitdrukking dat slaat als een tang op een varken, maar waren dat eenmalige bedenkels of komen ze vaker voor? Dat onderzoek je door gericht naar die ene variant te zoeken, bijvoorbeeld zo: "slaat als * drol op * slagroomtaart" Als je wilt vaststellen of een bepaalde variant wordt gebruikt in Nederland en / of België, voeg je aan je zoekopdracht simpelweg het site-commando met een landcode toe. Dus: site:nl "slaat als * drol op * slagroomtaart" en site:be "slaat als * drol op * slagroomtaart" 54 Bijlage 2 Twee voorbeelden van slim zoeken in databanken Voorbeeld 1 Zoek boeken en artikelen over een psychische aandoening die bekendstaat als dissociatieve stoornis Een dissociatieve stoornis is een psychische aandoening waardoor gedachten, emoties, waarnemingen en herinneringen buiten het bewustzijn worden geplaatst. Drugs, drank, extreme angst of stress kunnen een tijdelijke dissociatieve stoornis oproepen. Je kunt je dan niet meer herinneren wat je hebt gedaan. Voor literatuur over dit onderwerp zou je kunnen gaan zoeken in een speciale databank met psychologische literatuur. Maar in dit voorbeeld zoeken we in PiCarta, een databank die toegankelijk is via de Koninklijke Bibliotheek (KB). Voor € 15 per jaar kun je lid worden van de KB, wat je toegang verschaft tot honderden betaalde databanken. In PiCarta kun je opzoeken welke boeken en tijdschriften ruim 400 Nederlandse bibliotheken in hun bezit hebben. In PiCarta kun je op twee manieren zoeken: via één zoekregel of via een formulier met diverse zoekregels (‘geavanceerd zoeken’). Er is een help-knop en een link getiteld ‘hulp bij het zoeken’. Als je geen zin hebt om de handleiding van PiCarta te lezen, vind je op internet met de zoekopdracht [ tutorial picarta ] of [ video picarta ] diverse instructiefilmpjes. In dit geval zoeken we via het zoekformulier of de zoekfilter. 55 Zoals je ziet, kun je bij ‘materiaalselectie’ bronnen selecteren. We zijn op zoek naar boeken en artikelen, dus daarmee vervallen diverse andere bronnen. Zoeken via een formulier is een kwestie van mogelijkheden uitproberen. Als je bijvoorbeeld in het veld ‘titelwoorden’ (het veld onder ‘auteur’) dissociatieve stoornis invult, krijg je 8 hits. Daar zitten relevante publicaties tussen, maar is het wel handig om alleen naar titelwoorden te zoeken? En zou er in plaats van stoornis ook stoornissen kunnen staan? Daar kom je achter door ‘titelwoorden’ in het zoekformulier te veranderen in ‘alle woorden’. En door achter stoornis een * te tikken (dat sterretje vervangt een willekeurig aantal tekens). Je zoekopdracht ziet er nu zo uit: Je vindt nu 72 boeken en artikelen, van 1988 tot 2014. Omdat die oude publicaties achterhaald kunnen zijn, zou je in het formulier nog kunnen opgeven dat je alleen publicaties zoekt uit de jaren 2000-2014. Je houdt nu 25 titels van boeken en artikelen over. 56 Toen je in ‘titelwoorden’ op dissociatieve stoornis zocht, vond je alleen Nederlandstalige publicaties. Door naar ‘alle woorden’ te zoeken, vind je ook Engelstalige publicaties waarbij ‘dissociatieve stoornis’ of ‘dissociatieve stoornissen’ voorkomt in de beschrijving. Bij diverse publicaties, waaronder een standaardwerk over dit onderwerp, staan korte samenvattingen. Als je wilt weten waar, in welke bibliotheek, een boek aanwezig is, klik op je het tabblad ‘NCC bezit’. NCC staat voor Nederlandse Centrale Catalogus. Als je de gevonden titels wilt exporteren, klik je, onder de titellijst, op ‘download’. Je kunt de titels nu onder meer naar jezelf mailen. Bekijk, tot slot, zeker de hints die PiCarta in de linkerkolom aanbiedt. Via de ‘systematische codes’ kom je bijvoorbeeld diverse andere relevante publicaties op het spoor. Voor de goede orde: in PiCarta staan vrijwel alleen titels. De eigenlijke publicaties (fulltext) moet je elders halen. Maar als je eenmaal de juiste titels hebt, is dat vaak een fluitje van een cent. 57 Voorbeeld 2 Zoek juridische uitspraken in verband met een dissociatieve stoornis Dissociatieve stoornissen hebben, zeker als ze voortkomen uit het gebruik van drank of drugs, geregeld geleid tot crimineel of onwettig gedrag. Welke juridische uitspraken zijn daarover gedaan? Er bestaan diverse grote juridische databanken, Opmaat.nl of Kluwer Navigator bijvoorbeeld. Dat zijn commerciële databanken, die hun content niet door zoekmachines laten indexeren. In dit voorbeeld gebruiken we rechtspraak.nl, een bekende juridische databank waarvan de content wel door zoekmachines wordt gendexeerd. Dat laatste biedt soms interessante extra zoekmogelijkheden. Bij rechtspraak.nl kun je de uitspraken geavanceerd doorzoeken via dit formulier (uitspraken.rechtspraak.nl): De zoekterm dissociatieve levert 227 resultaten op. 58 De zoekresultaten zijn standaard gesorteerd op relevantie, maar je kunt ze ook sorteren op datum (van uitspraak of publicatie). Bovendien kun je ze verfijnen, via de filtermogelijkheden in de linkerbalk. De uitspraken zijn voorzien van een zogenoemde inhoudsindicatie, maar je kunt niet snel zien in welke context de zoekterm dissociatieve voorkomt. Daarvoor moet je eerst een uitspraak openen. Vervolgens leidt deze knop je naar de zoekterm in een uitspraak: Andere mogelijkheid: tik de zoekterm (dissociatieve) nogmaals in het zoekvenster dat je opent met de toetscombinatie ctrl + f (bij Apple cmd + f). Voordeel: een getal geeft aan hoe vaak de zoekterm in een uitspraak voorkomt. Alle uitspraken openen en bekijken kost echter veel tijd. Dat kan sneller. Aangezien de inhoud van rechtspraak.nl door Google is gendexeerd, kun je deze databank ook via Google doorzoeken, namelijk zo: dissociatieve site:rechtspraak.nl Bij alle uitspraken krijg je nu wel te zien in welke context dissociatieve voorkomt. Het trefwoord is bovendien vet gemaakt. 59 Je kunt meer woorden rond dissociatieve vet maken, mocht je dat prettig vinden. Dat doe je met deze zoekopdracht, die er een beetje vreemd uitziet: “***** dissociatieve *****” site:rechtspraak.nl Je combineert hiermee drie zoekoperatoren: • Door "dissociatieve" tussen dubbele aanhalingstekens te zetten zoek je alleen naar dat specifieke woord, waardoor je woorden als dissociatie of dissociatief uitsluit. • Door site: te gebruiken, geef je aan dat je op een specifieke website zoekt, in dit geval: rechtspraak.nl. Je kunt ook een specifieke afdeling van een website doorzoeken, bijvoorbeeld alleen de uitspraken [ site:uitspraken.rechtspraak.nl ]. • Binnen een databank vervang je met een sterretje dat aan een woord vastzit een willekeurig aantal tekens. Bij Google vervang je met een sterretje een willekeurig woord. Met die sterretjes zeg je dus: geef mij dissociatieve omringd door tien woorden, vijf ervoor en vijf erna (je kunt nog meer sterretjes gebruiken). Dit is het resultaat: 60 Meer resultaten? Nota bene: door het site-commando te gebruiken vind je vaak meer resultaten. Vergelijk: en: Kortom: als je [ belediging politieagent ] rechtstreeks in de uitspraken van de Raad van State zoekt, krijg je nul resultaten. Zoek hetzelfde via Google en je krijgt (momenteel) negen resultaten. Reden voor dit opmerkelijke verschil: Google heeft de website van de hoogste bestuursrechter van Nederland simpelweg beter gendexeerd. 61 Bijlage 3 Enkele zoekcommando’s voor Bing feed: = zoek een webfeed Voorbeeld zoekopdracht: feed:vechtsport Hiermee zoek je naar een zogenoemde RSS- of Atom-feed. Feeds houden je automatisch op de hoogte van nieuwe content op websites. imagesize: = zoek een afbeelding met een bepaald formaat Voorbeeld: dog imagesize:large Bing onderscheidt drie formaten / beeldkwaliteiten: small (zowel in breedte als hoogte kleiner dan 200 pixels), medium (in breedte en hoogte tussen de 200 en 500 pixels) en large (in breedte en hoogte groter dan 500 pixels). IP: = zoek websites die door het opgegeven IP-adres worden gehost Voorbeeld: IP:193.110.235.145 Resultaat: diverse websites van SBS6. IP moet met hoofdletters. Wat het IP-adres van een domeinnaam is, kun je onder meer achterhalen via en.utrace.de. near: = in de nabijheid van Voorbeeld: appel near:10 boom Resultaat: zinnen waar appel maximaal tien woorden van boom staat. Voor meer informatie, van Bing zelf, zie: bit.ly/slim-bing Voor een samenvatting van de belangrijkste zoekcommando’s, zie de afscheurbare achterflap van dit gidsje. 62 Bijlage 4 Tot slot: onnodig tikwerk voorkomen Soms lukt het niet om iets te knippen en te plakken van internet, hoe graag je dat ook zou willen. Je kunt wel een screenshot maken en dit bijvoorbeeld in Word plakken, maar daarmee heb je nog geen bewerkbare tekst. De oplossing heet ocr: optische tekenherkenning. Met ocr kun je tekst op een afbeelding – een foto, scan of screenshot – omzetten in bewerkbare tekst. Een ocr-tool tikt de tekst razendsnel voor je uit. Als de afbeelding helder is, gaat dit vrijwel foutloos. De beste ocr-tools worden gemaakt door Abbyy. Er zijn verschillende versies: • de app Textgrabber (iOS en Android) • Abbyy Screenshot Reader • Abbyy Finereader De meeste mensen zullen genoeg hebben aan Abbyy Screenshot Reader. Kort gezegd werkt deze tool als volgt: je zet een kader om de tekst op internet die je niet kunt knippen of plakken. Vervolgens geef je Abbyy de opdracht de tekst uit te tikken. Je hebt nu dus wel een bewerkbare tekst: niet alleen screenshots. Abbyy kan ook tabellen overzetten naar Microsoft Excel. Ook dat is binnen een paar seconden gepiept. Finereader – de duurdere ocr-tool van Abbyy – kan onder meer grote pdf’s voor je uittikken: een rapport van 200 bladzijden wordt zo in krap 4 minuten omgezet in bewerkbare tekst. Meer informatie: abbyy.com/products Aanschaffen: zie www.surfspot.nl 63 Zoekcommando’s voor Google Tekens die je aan een zoekopdracht in Google kunt toevoegen (minteken) = sluit dit uit "" (dubbele aanhalingstekens) = zoek precies dit .. (twee puntjes) = van..tot * (asterisk of sterretje) = vul de leegte in Woorden die je aan een zoekopdracht in Google kunt toevoegen AROUND(n) = in de nabijheid van; bij n een cijfer invullen filetype: = zoek dit bestandsformaat doc = MS Word (veel gebruikt voor notulen en dergelijke) docx = idem pdf = Portable Document Format ppt of pptx = PowerPoint (veel gebruikt voor presentaties) xls of xlsx = Excel (veel gebruikt voor berekeningen e.d.) info: = geef extra informatie over de opgegeven webpagina link: = geef webpagina’s die verwijzen naar de opgegeven url OR = zoek dit OF dat related: = zoek thematisch verwante websites site: = beperk de zoekopdracht tot deze website of dit domein Meer informatie: bit.ly/slim-google en ewoudsanders.nl/zoeken.html Enkele zoekcommando’s voor Google Scholar "" OR allesintitel: allintitle: auteur: auteurs: author: authors: filetype: (dubbele aanhalingstekens) = zoek precies dit = vind dit OF dat trefwoord (minteken) = sluit dit uit = vind de zoekterm(en) in de titel = vind de zoekterm(en) in de titel = zoek de publicatie van (1 naam) = zoek de publicatie van (meerdere namen) = zoek de publicatie van (1 naam) = zoek de publicatie van (meerdere namen) = zoek een bepaald bestandstype (bijv. pdf, html) Enkele zoekcommando’s voor Bing feed: imagesize: IP: near: = zoek een webfeed = zoek een afbeelding met een bepaald formaat = zoek websites die door het opgegeven IP-adres worden gehost = in de nabijheid van. Voorbeeld: [ appel near:10 boom ] Meer informatie: bit.ly/slim-bing en bit.ly/slim-bing2 Voor geavanceerd zoeken met Yahoo: bit.ly/slim-yahoo2 Bron: Ewoud Sanders, Slimmer zoeken op internet (2014) 64 Enkele handige sneltoetsen en toetscombinaties Windows Alt + Tab Windows + D Ctrl + F Windows + L Alt + F4 Mac OS X Cmd + Tab Shift + Cmd + D Cmd + F Cmd + Shift + Q Cmd + Q = schakel tussen programma’s = toon het bureaublad = open zoekvenster = meld je af (‘lock’) = sluit het programma In Word, Outlook etc. Windows Ctrl + A Ctrl + C Ctrl + X Ctrl + V Ctrl + Shift + V Ctrl + Z Ctrl + ǟ Ctrl + Ǟ Ctrl + Ȇ Ctrl + ȇ Home End Ctrl + Home Ctrl + End Mac OS X Cmd + A Cmd + C Cmd + X Cmd + V (plakken speciaal) Cmd + Z Alt + ǟ Alt + Ǟ Cmd + Ȇ Cmd + ȇ Cmd + ǟ Cmd + Ǟ Cmd + Ȇ = = Cmd + ȇ Ctrl + S Cmd + S = selecteer alles = kopiëren = knippen = plakken = plakken zonder opmaak = ongedaan maken = één woord naar links = één woord naar rechts = één alinea naar boven = één alinea naar beneden = ga naar het begin van een regel = ga naar het eind van een regel = naar het begin van een document = naar het eind van een document = save Voor meer toetscombinaties, zie: sneltoetsen.com Google Chrome Windows Ctrl + N Ctrl + Shift + N Ctrl + T Alt + F4 Ctrl + Shift + T Ctrl + W Ctrl + PageUp Ctrl + PageDown Ctrl + F F5 Ctrl + L Ctrl + E Mac OS X Cmd + N Cmd + Shift + N Cmd + T Cmd + W Cmd + Shift + T Cmd + W Cmd + Alt + Ǟ Cmd + Alt + ǟ Cmd + F Cmd + R Cmd + L Cmd + Alt + F = open nieuw venster = nieuw venster in incognitomodus = open nieuw tabblad = sluit huidige venster = open laatst gesloten tabblad opnieuw = sluit huidig tabblad of pop-upvenster = ga naar volgende tabblad = ga naar vorige tabblad = open zoekbalk = huidige pagina opnieuw laden = selecteer het webadres = zet een vraagteken (?) in de adresbalk Voor een volledig overzicht van toetscombinaties in Chrome voor Windows, zie: bit.ly/slim-chrome Voor een volledig overzicht van toetscombinaties in Chrome voor Mac OS X, zie: bit.ly/slim-mac2 Bron: Ewoud Sanders, Slimmer zoeken op internet (2014) 65 Enkele algemene zoekcommando’s voor databanken Woorden die je aan een zoekopdracht in een databank kunt toevoegen AND / EN = dit moet ook in het zoekresultaat voorkomen OR / OF = zoek dit OF dat NEAR = in de nabijheid van (een ander woord) NOT / NIET = sluit dit uit Tekens die je aan een zoekopdracht in een databank kunt toevoegen ? = vervang één willekeurig teken * (asterisk of sterretje) = vervang een willekeurig aantal tekens "" (dubbele aanhalingstekens) = zoek precies dit Enkele zoekcommando’s voor Twitter Zoekmachine: twitter.com/#!/search-home Tekens die je aan een zoekopdracht in Twitter kunt toevoegen "" (dubbele aanhalingstekens) = precies zo moet het er staan (minteken) = sluit dit uit # (hekje of hashtag) = kernwoord(en) in een tweet @ = voor iemands gebruikersnaam. Voorbeeld: [ @ewoudsanders ] ? = om een vraag of vragen te vinden :) = positief. Voorbeeld: [ "amos lee" :) ] :( = negatief. Voorbeeld: [ "justin bieber" :( ] Woorden die je aan een zoekopdracht in Twitter kunt toevoegen from: = afzender. Voorbeeld: [ from:wimdebie ] to: = ontvanger. Voorbeeld: [ to:wimdebie ] near: = in de nabijheid van (een locatie). Voorbeeld [ near:Amsterdam ] within: = binnen een bepaalde afstand (van een locatie). Te gebruiken in combinatie met [ near: ]. Voorbeeld: [ near:amsterdam within:15km ]. Dus: verzonden binnen een straal van 15 km rond Amsterdam. lang: = taal (language). [ lang:nl ] = Nederlands; [ lang:en ] = Engels etc. In plaats van met deze zoekcommando’s kun je ook zoeken via een formulier, zie bit.ly/slimtwitter2. Je kunt ook tweets zoeken via Tweetdeck (als app of desktoptoepassing) of via Google (bit.ly/twitter-via-google). Zoek afbeeldingen op Twitter via Twicsy (‘The Twitter Pics Engine’) twicsy.com Bron: Ewoud Sanders, Slimmer zoeken op internet (2014) 66 Colofon Tekst: Ewoud Sanders Vormgeving: Tra[design], Nenke van Wermeskerken Vijftiende herziene editie De eerste editie van dit boekje verscheen in september 2011 onder de titel Eerste Hulp Bij e-Onderzoek. Slimmer zoeken, slimmer documenteren. Sindsdien zijn er veertien edities verspreid onder ruim 125.000 studenten en docenten aan universiteiten en hogescholen. Plus zo’n 3000 exemplaren onder journalisten en juristen. Deze gids maakt deel uit van een particulier project om slimmer zoeken op internet breder bekend te maken. Achterliggende gedachte: hoe meer mensen makkelijk betrouwbare informatie kunnen vinden, hoe beter, want kennis bevordert vooruitgang. In december 2011 ontving de auteur van Google VS een donatie van 15.000 dollar voor dit project, gevolgd door donaties van o.a. de Koninklijke Bibliotheek, Google Benelux, NRC Handelsblad, Ziggo en Zestor (het arbeidsmarkt- en opleidingsfonds hbo). Met dank aan de informatiespecialisten van de mediatheken van Hogeschool Rotterdam. Voor meer informatie, zie: ewoudsanders.nl/zoeken.html Aanvullingen en correcties zijn welkom (via ewoudsanders.nl). © Ewoud Sanders, 2014 67
© Copyright 2024 ExpyDoc