Lees het artikel van 1-10-2014 in Trouw

4
WOENSDAG 1 OKTOBER 2014
vandaag
#"%$!
Kinderopvang
Nieuw in de jeugdzorg:
opname van hele gezinnen
Uithuisplaatsing
Je kunt hulpverleners op een gezin
afsturen, maar het gezin ook naar
hulpverleners brengen. Horizon
Jeugdzorg en Onderwijs experimenteert met een nieuwe vorm
van behandelen: de gezinsopname.
Die geldt als laatste strohalm als
Bureau Jeugdzorg naar de rechter
dreigt te stappen om de kinderen
uit huis te plaatsen.
De gezinnen verhuizen voor
maximaal drie maanden van de
Randstad naar het Gelderse Harreveld, waar ze superintensief worden begeleid. “Ze kunnen hier aan
zichzelf werken en laten zien dat
ze het als ouders wel zelf kunnen”,
zegt bestuursvoorzitter Hans du
Prie van Horizon.
De behandeling van drie maanden kost voor een gezin met twee
kinderen 23.500 euro. Horizon zet
dat graag af tegen de kosten voor
een ‘gewone’ jeugdzorginstelling
(zo’n 15.000 euro per kind voor
drie maanden), of van de gesloten
jeugdzorg (ruim 28.000 euro).
“Het idee van de gezinsopname
ontstond twee jaar geleden toen
een twaalfjarig jongetje steeds wegliep uit een instelling om naar zijn
moeder te gaan. Zo kwam zijn behandeling nooit echt op gang. De
oplossing was om de moeder en
haar zoon samen ergens te plaatsen. En samen te behandelen.
Want dat joch had gedragsproblemen, maar de moeder een opvoedprobleem”, aldus Du Prie.
De afgelopen twee jaar zijn 24 gezinnen opgevangen. In twee gevallen had die opvang niet het gewenste resultaat en kon uithuisplaatsing van de kinderen niet worden
voorkomen. Door die resultaten en
de grote belangstelling besloot Horizon het aantal opvangplekken deze zomer uit te breiden. Nu worden
er negen gezinnen tegelijk behandeld. Na de intensieve periode in
een appartement in Harreveld, organiseert Horizon ook de nazorg,
voor als het gezin weer thuis is.
De gezinsopname is een van de
vernieuwingen waarmee Horizon
hoopt de grote veranderingen in de
jeugdzorg te overleven. Per 1 januari draagt het Rijk de verantwoordelijkheid ervan over aan gemeenten. Veel betrokkenen maken
zich daar grote zorgen over. Du
Prie is de huilverhalen zat: “Dit is
ook een gouden kans de negatieve
neveneffecten van de verzorgingsstaat aan te pakken.” (TROUW)
DE VERDIEPING 4
Nooit meer klagen over jeugdzorg
School in Roermond schrapt
alle vakken en lessen
In Amsterdam ging vorige maand de eerste peuterschool open, een kinderdagverblijf en een voorschool onder één dak.
Middelbaar onderwijs
Alle vakken zijn geschrapt en les
krijgen leerlingen er ook niet. Toch
garandeert de Roermondse middelbare school Agora leerlingen een diploma, dat minimaal op het niveau
ligt van hun schooladvies aan het
eind van de basisschool.
De school won met haar plan al
een onderwijsinnovatieprijs, de
vraag is echter of de onderwijsinspectie er net zo van gecharmeerd
is. “De inspectie wil zekerheden en
controle, maar wij bouwen een
brug terwijl we er overheen lopen”,
zegt adjunct-directeur Sjef Drummen.
Dit schooljaar is een groep van 34
leerlingen gestart in de ‘Agoragroep’. Zij werken thematisch aan
projecten en worden begeleid door
leraren, die fungeren als ‘coach’.
Drummen en zijn team zoeken
met het onderwijsconcept de randen van wet- en regelgeving op.
Want Agora kent geen klassen, leerlingen kunnen er niet blijven zitten
en ze halen ook geen cijfers. Dat
soort gegevens kan de school dus
ook niet leveren aan de inspectie
die onder meer naar zulke parameters kijkt om een oordeel te vellen over de kwaliteit van een
school.
Drummen: “De onderwijsinspecadvertentie
tie bewaakt het systeem, maar
daarin staat de leerling niet
centraal. Wij gooien het systeem
overboord ten behoeve van de leerling.”
Hoe de school zich dan wel gaan
verantwoorden, daarover moeten
ze nog afspraken maken. “Wij willen graag verantwoording afleggen,
maar de vraag is wat goed onderwijs is en hoe je dat meet”, zegt Jan
Fasen van Stichting Onderwijs Midden-Limburg, waar Agora deel van
uitmaakt. Inspecteurs zijn binnenkort uitgenodigd op school. “We
zullen wel gaan botsen met de inspectie”, denkt Drummen.
“Wij doen geen gekke dingen”,
benadrukt Jan Fasen. “We baseren
ons op wetenschappelijke inzichten en worden bijgestaan door onderwijskundigen van de Open Universiteit.”
De onderwijsinspectie laat weten
dat het de ontwikkelingen bij Agora ‘met belangstelling’ volgt. “Waar
het om gaat, is dat scholen kunnen
aantonen dat ze zaken als de kwaliteitszorg, onderwijstijd, curriculum enzovoort aanbieden en bewaken.” (TROUW)
DE VERDIEPING 8
Laboratorium voor het onderwijs
Kindcentrum: gelijke
kansen voor peuters
Rijk schrikt terug voor kosten van opvang voor ‘arme’ kinderen
Laura van Baars
REDACTIE ONDERWIJS & OPVOEDING
Bevoorrechte peuters spelen op de
crèche, kansarme peuters leren op
de voorschool. Stel je het scherp,
dan ziet de peuteropvang in Nederland er zo uit. Werkende ouders betalen veel geld voor de kinderopvang, en krijgen daarvan een gedeelte vergoed door het Rijk. Ouders zonder werk of alleenstaande
ouders met een klein inkomen
gaan naar de peuterspeelzaal die
vrijwel helemaal betaald wordt
door de gemeente. Kinderen met
een taalachterstand krijgen daar bovendien nog extra taalles, zodat ze
straks makkelijker kunnen meekomen op de basisschool.
Is deze sociale scheiding nog van
deze tijd? Gemeenten, de basisscholen en kinderopvangorganisaties
vinden van niet. Zij lobbyen voor
een nieuw type peuteropvang bij
minister Asscher van sociale zaken,
die vandaag over de kinderopvang
debatteert met de Tweede Kamer.
De Vereniging van Nederlandse Gemeenten stelt voor om iedere peuter twee dagdelen per week ontwikkelrechten te geven, grotendeels
door het Rijk betaald. Achterstands-
leerlingen krijgen er twee extra
dagdelen voorschool bij.
De ontwikkelrechten zijn een ‘eerste stap’ in een groter plan voor de
hervorming van de peuteropvang.
Uiteindelijk willen de gemeenten
en de basisscholen kinderen van 2
tot 12 jaar onderbrengen in integrale kindcentra (ikc). Zo’n centrum
omvat een peuteropvang, een basisschool en een naschoolse opvang.
Het centrum deelt een bestuur, een
pedagogische visie en een gebouw.
De ikc’s die al functioneren, lopen
nog tegen veel beperkingen aan.
Door allerlei regels is het bijvoorbeeld niet mogelijk om onderwijzers te laten meewerken op de crèche of naschoolse opvang, kinderleidsters mogen niet werken in de
school. Het zal nog wel even duren
voordat de regels zijn aangepast.
Peuters zijn hot in onderwijsland.
Het taboe om kleine kinderen naar
de opvang sturen, lijkt te tanen.
“Een ontideologisering”, noemt het
Kinderopvangfonds de trend dat
moeders niet meer steeds bij hun
baby of peuter zijn. Bovendien
wordt de lobby voor peuteronderwijs ondersteund door gezaghebbend wetenschappelijk onderzoek.
Professor Jamer Heckman van de
universiteit van Chicago won een
Nobelprijs voor zijn studie naar het
gunstige effect van een voorschool
voor peuters. Deze kinderen verdienen later meer, leven gezonder en
hebben vaker een baan. Elke euro
die een overheid investeert in de
voorschool, betaalt zich in achtvoud terug. Kortom, we zouden onze peuters tekort doen als we ze onvoldoende zouden bijbrengen.
Voorstanders willen het onderscheid tussen crèche en peuterspeelzaal volledig opheffen, omdat
het de segregatie tussen kinderen
van werkende en niet-werkende ouders opheft. Bovendien zouden kinderen met een achterstand veel
baat hebben bij omgang met kinderen uit andere sociale milieus. Hoe
eerder de integratie plaatsvindt,
hoe beter die lukt.
Het kabinet heeft er wel oren
naar, maar wil niet opgezadeld worden met de kosten voor de opvang
van kinderen van werkloze of alleenstaande ouders. Het alternatief
van het kabinet is dat de gemeenten betere peuterspeelzalen gaan
inrichten met meer leidsters, beter
toezicht en ruimere speelplaatsen.
Dan lijken crèches en peuterspeelzalen meer op elkaar. Maar dan
moeten de gemeenten ook de portemonnee weer trekken.
4
deVerdieping
WOENSDAG 1 OKTOBER 2014
#"%$!
Over de veranderingen in de jeugdzorg bestaan
veel zorgen. Bij Horizon Jeugd en Onderwijs
kijken ze liever naar de kansen.
TEKST
Rob Pietersen
Nooit meer
klagen over
jeugdzorg
ans du Prie heeft genoeg van
die huilverhalen over jeugdzorg. Per 1 januari draagt
het Rijk de organisatie van
de jeugdzorg over aan de gemeenten, maar wat de bestuursvoorzitter van Horizon Jeugdzorg en Onderwijs betreft hebben er
genoeg alarmbellen gerinkeld, zijn er genoeg
noodklokken geluid en zorgen uitgesproken:
“Dit is ook een gouden kans de negatieve neveneffecten van de verzorgingsstaat aan te pakken.”
Patsboem. Dat is Du Prie. Met de deur in huis.
“We zijn in dit land heel veel eigen verantwoordelijkheid bij derden gaan leggen. Ouders
laten de opvoeding van hun kinderen graag
over aan school, de sportvereniging of de wijkagent. Als het misloopt, kruipen ze zonder enige schroom in de slachtofferrol, of ze melden
zich bij Hart van Nederland. Dat moet eens afgelopen zijn. Wat is hun eigen rol? Zij zijn de
sleutel. Ze willen hun kind toch niet zover laten afglijden? We moeten als jeugdzorg stoppen met het pamperen van die ouders en ze stimuleren weer de regisseur van hun eigen bestaan, hun eigen gezin, te worden.”
H
Bij Horizon sorteren ze al twee jaar voor op de
grote wijziging in het jeugdstelsel in 2015, zegt
Du Prie. Ze zijn meteen in overleg gegaan met
de nieuwe ‘bazen’: de gemeenten. Wat zijn de
wensen van de wethouders? Hoe kunnen we
de gemeenten, de samenleving bedienen?
Heel direct doet Horizon dat sinds kort met
het aanbieden van ‘weekeindarrangementen’
voor jongens uit de Randstad die woonwijken
op stelten zetten. “In plaats van dat ze een winkelcentrum naar de filistijnen helpen, gaan wij
die probleemjongens dan een paar weekeinden
lichamelijk en geestelijk prikkelen.”
Dat gebeurt op de locatie van Horizon in Harreveld, in de Achterhoek. “We gaan daar, even
in die andere omgeving, met onze expertise
met ze aan de slag. Wat wil hij nou eigenlijk de
rest van zijn leven? Rondhangen in het winkelcentrum en regelmatig de politie zien voorrijden? Dan hoor je toch meestal dat ze andere
dromen hebben. En heel vaak zijn die gewoon
huisje-boompje-beestje.”
De wethouder haalt opgelucht adem, de wijk
is letterlijk van die jongens verlost, de jongeren
zijn van de straat. “We hebben op deze manier
nu al zo’n twintig jongeren hier een zetje in de
goede richting gegeven”, aldus Du Prie.
Remy (45)
Matthias (14)
Marcello (12)
Poes Molly en hond Bas.
Woonachtig in Voorburg
Sinds eind juli in Harreveld
Remy met haar zoons Marcello (groene pet) en Matthias bij hun woning in Harreveld. FOTO’S HERMAN ENGBERS
Remy: “We wonen op de vijfde etage. Zonder
lift. Ik heb een driedubbele nekhernia en Parkinson, ga fysiek achteruit en zat steeds meer
achter de geraniums. De jongens deden daarom de boodschappen. Dat was reden voor Bureau Jeugdzorg de jongens in juni met spoed
uit huis te plaatsen. Ze werden opgehaald van
school en naar een instelling in Oostvoorne
gebracht.
De jongens zijn al eens eerder uit huis geplaatst en zaten toen een tijdje in een pleeggezin. Ze hadden het daar fijn, maar die periode heeft toch littekens achtergelaten. Daar
zijn ze de afgelopen vierenhalf jaar nooit
mee geholpen. We hebben zestien voogden
in zes jaar gehad, maar dat wat er echt moest
gebeuren, is steeds over het hoofd gezien.
De jongens zijn, na alles wat ze hebben meegemaakt, licht ontvlambaar. Ze scholden, vlogen elkaar in de haren, gingen alle grenzen
over. Ik was mijn moedergevoel kwijt, de verhoudingen thuis waren verstoord. Natuurlijk
hebben die gezinsvoogden me eerder ook
verteld dat er huisregels waren en dat ik die
moest handhaven. Consequent. Maar dat gebeurt vaak zo negatief. Dan krijg je het gevoel dat je er echt niets van kunt. En dat bevestigt dan pijn uit mijn verleden, de tijd met
mijn ex, mijn lage eigendunk, het herinnert
aan mijn tijd in een Blijf van mijn Lijf-huis.
Hier in Harreveld is de balans weer terug, net
als het moedergevoel. Ik ben in zeven weken
tijd zoveel sterker geworden. En de jongens
groeien en bloeien, ze hebben die regels zo
hard nodig. We worden hier met zijn drietjes
begeleid, maar de jongens krijgen ook individuele hulp. En ze gaan hier naar school:
Matthias gaat naar de eerste van het gymnasium in Groenlo, Marcello zit hier in het dorp
op de basisschool.
Op 20 oktober horen we of de jongens bij mij
mogen blijven of hun uithuisplaatsing wordt
verlengd. Deze gezinsopname was voor mij
dé mogelijkheid weer bij de jongens te wonen. Een herkansing, een examen van drie
maanden. Ja, zo voelt het.”
#"%$!
deVerdieping
WOENSDAG 1 OKTOBER 2014
Het nieuwe stelsel moet goedkoper, gemeenten hopen te bezuinigen door meer in te zetten
op preventie. “Maar ook het verblijf in instellingen kan beter, het moet en kan korter”, zegt
Du Prie. “Er werken bij Horizon geen TiTaTovenaars. Maar dit is wel een goede tijd voor een
omslag in denken. Wij waren altijd helemaal
gefocust op de zorg voor het kind in ons behandelcentrum. Maar wat als hij thuiskomt? Hebben hij en zijn ouders genoeg bagage, kan hij
zich thuis weer handhaven, weer naar school
of aan het werk? Of staat er meteen weer politie voor de deur?”
Die terugkeer in de maatschappij willen we
veel beter begeleiden, zegt Du Prie. Daar heeft
Horizon nu ook een soort maatjesproject voor,
de vrijwilliger die coacht heet: de sidekick.
“Dat zijn mooie mensen die goed zijn terechtgekomen, maar wel met een krasje op hun ziel.
Die ook wel wat hebben meegemaakt en zo’n
jongere dus goed begrijpen en kunnen helpen.
Het is de bedoeling dat ze die jongeren in de
instelling leren kennen en ze dan later, terug
in de Randstad, van een afstandje blijven begeleiden.”
De oude werkwijze was volgens Du Prie te
zeer gericht op de gedragsproblemen van de
jongeren. Te weinig op de opvoedproblemen
van de ouders en de thuissituatie. Als een jongere na behandeling weer naar huis kon, deden zich vaak dezelfde botsingen weer voor.
“De afstand tussen de Randstad en Harreveld
is 150 kilometer. Maar het moet dichterbij voelen. Die band tussen jongere en stad, tussen
jongere en gezin, moet na zo’n thuisplaatsing,
ondanks die afstand, hecht blijven.”
In de ergste gevallen, de hoogste nood, is het
goed zo’n heel gezin te behandelen, bedachten
ze bij Horizon. Na twee jaar kleinschalig experimenteren en pionieren staat het concept van
de gezinsopname als een huis, vinden ze. De
gezinsopname past bij de tijdsgeest: gezinsgericht, kort, intensief, goedkoper. Een prima alternatief voor uithuisplaatsing van één of meer
kinderen, die veel voeten in aarde heeft, pijn,
verdriet, woede, trauma’s en rechtszaken veroorzaakt.
Horizon kan sinds de uitbreiding van het experiment nu negen gezinnen tegelijk opvangen. Die multiprobleemgezinnen (verslaving,
gezondheid, psychische problemen, huiselijk
geweld, schuldhulp, vechtscheidingen) verhuizen voor maximaal drie maanden van de Randstad naar het Gelderse Harreveld, waar ze su-
perintensief worden begeleid. “Door hard te
werken kunnen ze hier voorkomen dat de kinderen uit huis worden geplaatst. Ze kunnen de
Raad voor de Kinderbescherming laten zien dat
ze het als ouders wel zelf kunnen”, zegt Du
Prie.
Ouders die voor de gezinsbehandeling in Harreveld kiezen, geven zichzelf als opvoeders het
cijfer 4. In hun tijdelijke verblijf in de Achterhoek proberen ze daar een 6 van te maken. “De
‘Ouders die voor de
gezinsbehandeling
kiezen, geven zichzelf
als opvoeders een 4.
Daar proberen ze hier
een 6 van te maken.’
5
opvoeder wordt gezien als de dikke, stevige eikenboom die alle stormen kan doorstaan en
recht overeind blijft. Ze komen hier binnen als
dun twijgje. Het eerste wat we hier doen is ze
twee weken lang, soms zes uur per dag observeren. Kijken hoe ze communiceren, analyseren hoe ze op elkaar reageren. En daarna gaan
we aan de slag om oude patronen te doorbreken en te vervangen door nieuwe”, vertelt Anja
Winter, teammanager jeugdzorg van Horizon
op de locatie in Harreveld.
Maar het begint met stoppen met zeuren,
zegt Du Prie. “Uit onmacht klagen ze over gezinsvoogden die van alles verkeerd hebben gedaan. Vaak hebben hebben ze al veel verschillende therapieën en begeleiders over de vloer
gehad. En er deugde er niet één”, aldus Du Prie.
“Soms zijn ze helemaal murw gepamperd.
Klaar! Hoe zit het met hun eigen rol? Wij bieden ze een laatste mogelijkheid de kinderen
bij zich te houden. Niet door ze op de vingers
te kijken, te bekritiseren en op elke slak zout
te leggen. Maar door ze positief te coachen. En
als het lukt, dan wacht er een prachtige beloning. Namelijk dat ze kunnen gaan genieten
van hun kinderen. Dan hebben ze de regie terug en voelen ze zich weer vader en moeder.”
Moeder Margret (50)
‘Leenvader’ Kees (51)
Tom (13)
Nick (13)
Woonachtig in Katwijk
Sinds eind juli in Harreveld
Margret, Tom, Kees en Nick: ‘We zijn weer een team’.
Margret: “We hebben al jaren allerlei opvoedondersteuners over de vloer gehad, cursussen
gedaan. Tips genoeg. Het ging vaak twee dagen goed, maar op dag 3 begon ik al weer te
schipperen met bedtijden, of andere huisregels. Ik heb zelf een rotjeugd gehad, ik wilde
graag een lieve moeder zijn.
Ik moet eerlijk toegeven, terugkijkend: anderhalf jaar geleden ben ik echt gestopt met
opvoeden. Ik had zelf vijf keer per week heftige therapie, ik was heel erg met mezelf bezig.
Ik had geen gewoon geen energie ze achter
de kont aan te zitten, ze luisterden niet meer.
Ze waren agressief naar elkaar, maar ook
naar Kees. Naar hem luisterden ze al helemaal niet. Hoe de hiërarchie was? Kees was
de voetveeg, zij zijn de prinsjes. En ik probeer iedereen te vriend te houden. Maar dat
lukte steeds minder.
In april was de situatie onhoudbaar en is Tom
uit huis geplaatst. Hij kwam bij een gezin-opmaat, een pleeggezin voor drie maanden.
Daar ging het meteen hartstikke goed. Zijn
rare gedrag: het is puur een schreeuw om orde en regelmaat. Toen hij in juli thuiskwam,
waren we binnen twee weken terug bij ‘af’.
En voor Nick kregen we bezoek van de wijkagent. Die waarschuwde: verkeerde, blowende vriendjes. Ik was ten einde raad. Ik was
echt bang dat ze allebei uit huis zouden worden geplaatst. En dan niet tijdelijk.
Deze plek in Harreveld kwam als geroepen.
Onze coach Pim was hier de eerste weken
vier, vijf, soms zes uur per dag, maar dat
wordt nu wat afgebouwd. Kees en ik hebben
geleerd weer een team zijn, ons niet uit elkaar laten spelen. De jongens krijgen hier
agressie-regulatie-trainingen, met z’n viertjes
hebben we PMT, psychomotorische therapie.”
Kees: “Afgelopen weekeinde waren we naar
Katwijk. Ik heb thuis zitten genieten. Van
mijn gezin. Van haar. Het ging zó goed. Ik
voel dat bij mij langzaam die stressmodus
verdwijnt. Dat was de angst iets over hun gedrag te zeggen, voor de lawine die ik dan over
me heen gestort kreeg.”