Naar buiten allemaal! Het kan vriezen en het kan dooien Natuuronderwijs in koudere jaargetijden Het regent, sneeuwt of stormt… dus ga je naar buiten! Tips en handvatten om in je beredeneerd aanbod aan kleuters gebruik te maken van het winterse weer. We praten in de ochtendkring over het weer, zoals we dat elke dag doen. Het is de kleuters opgevallen dat het buiten helemaal wit is. Sommige kinderen zijn er van overtuigd dat het sneeuw is, anderen weten te vertellen dat het alleen gevroren heeft. ‘Dat heeft dezelfde kleur maar het is anders. Je kunt er geen sneeuwpop mee maken’, zegt een van hen. Zover we kunnen kijken ligt er een witte, bevroren waas over de wereld. De kleuters zijn benieuwd wat het is, al dat wit. Hoe zou het aanvoelen? Wat gebeurt ermee als je het op je hand legt? Als je echt ervaring met deze verschijnselen op wilt doen, dan moet je naar buiten. En dat is precies wat we doen! Henrike van den Hurck is Specialist Jonge Kind en werkt als onderbouwcoördinator en groepsleerkracht op OBS Koolhoven in Tilburg. Ze deelt haar ideeën en blogt over de avonturen van haar kleutergroep op www.kleuterklasse.nl Ontdekkingstocht Natuuronderwijs in de lente en de zomer, dat ligt voor de hand. We zoeken naar insecten, planten zaadjes of bekijken de bloemen. Het liefst ‘met zonder jas’. Maar in de koudere, natte maanden wordt het meeste natuuronderwijs binnen gegeven, vanuit het klaslokaal. Toch is er buiten zoveel te zien en te beleven, als je maar weet waar je moet zoeken. In ons geval gaan we de in de omgeving van de school op onderzoek uit. Een kerstboom voor kabouters 18 HJK december 2014 De ontdekkingstocht kan al beginnen bij de kapstok. Alle kinderen hebben handschoenen, sjaals en dikke winterjassen bij zich, maar weten ze eigenlijk wel waarvoor dat is? Terwijl we ons warm aankleden voor onze tocht bespreken we het nut van winterkleding en komen op deze manier met een heleboel (nieuwe) woorden in aanraking: handschoen, want, sjaal en oorwarmers, om er een paar te noemen. Kabouterbos Eenmaal buiten zijn de kleuters verrukt over de ijskristallen die op de struiken en het gras te vinden zijn. Senn vindt een stuk van een plant en houdt dit trots omhoog. ‘Het lijkt wel een kerstboom voor kabouters!’, roept hij verrast. Een groepje meisjes bekijkt het onkruid naast de weg. ‘Dat is net een bos waar het gesneeuwd heeft. Maar dan is het bos heel klein’, constateren ze. Senn wordt er met zijn kabouterkerstboom bijgehaald. Met wat takjes maken ze een bankje en zetten de kerstboom er naast. ‘Zo. Dan heeft de kabouter het ook gezellig.’ Intussen zien de kinderen dat ik vol aandacht naar een boom naast de weg sta te kijken. Al gauw drommen de kinderen om me heen. ‘Wat zie jij, juf?’ Ik vertel dat de kabouter vast heel blij is met zijn kleine bos, omdat ik het zelf ook fijn vind om bomen in de buurt te hebben. Zonder dat ik verder vragen De kleuters zijn verrukt over de ijskristallen op de struiken en het gras Tijdens de ontdekkingstocht verwonderen de kinderen zich over van alles • Foto’s Henrike van den Hurck Handschoenen, sjaals, dikke winterjassen en papaplu’s: goed voorbereid naar buiten stel komen de kleuters met hun kennis over bomen op de proppen en er ontstaan als vanzelf korte polylogen (gesprekjes in een kleine groep met of zonder leerkracht (SLO, 2006)). ‘De bomen zorgen ervoor dat wij kunnen ademen’, weet een van de jongere kleuters. Een ander heeft een appelboom in de tuin en zegt: ‘Maar die groeit geen appels nu in de winter. Nu slaapt de boom en de blaadjes zijn er af. Dat komt door de herfst.’ Door die mooie winterboom worden er heel wat gespreksvaardigheden geoefend. We bekijken de boom, voelen aan de schors en benoemen de onderdelen die we kennen. Maud raapt een blad van de grond en ontdekt dat het ijslaagje verdwijnt als ze het tussen haar vinders houdt. ‘Het blad smelt!’, roept ze verwonderd. ‘Nee, kijk maar, het blad is nog heel. Alleen dat witte is eraf’, deelt een ander haar mee. Zo ontstaat een gesprek over (be)vriezen en (ont)dooien en werken we meteen aan één van de kerndoelen Natuur en Techniek: ervaring opdoen met veranderingen in het dagelijkse weer: wind, regen, zon, wolken, hagel, mist, sneeuw, temperatuur (SLO, TULE, 2006). We bekijken wat er gebeurt als we onze vingers op bladeren met rijp drukken en hoe het ijs smelt als we er tegenaan blazen. Tijdens dat blazen verbazen de kleuters zich over het rookwolkje dat uit hun mond komt en ik leg uit dat het hun adem is die bevriest. Twee oudere kinderen zuigen daarop hun longen vol lucht, om te kijken of het andersom ook zo werkt. ‘Ik ga mijn longen laten bevriezen!’ Maar dat lukt gelukkig niet. Terwijl de zon op deze winterochtend steeds hoger klimt (‘De aarde draait rond, juf, daarom lijkt het of de zon hoger gaat’, aldus oudste kleuter Daan) wandelen we met rode wangen en glanzende ogen weer terug naar school. Hoera, het regent! Een paar dagen later is er slecht weer voorspeld. Vandaag verwachten we regen. Regen, regen en nog meer regen. De kinderen zijn gefascineerd door al dat water. Vooral de kortstondige plensbuien zijn favoriet, want hoe meer herrie het maakt, hoe indrukwekkender het is. Dankzij de bekende weerman Piet Paulusma was ik aan het begin van de week al op de hoogte van het naderende waterballet. Daarom heb ik alle ouders gevraagd om deze week paraplu’s en regenpakken in een plastic tas mee naar school te geven, zodat we het begrip ‘regen’ eens onder de loep kunnen nemen. Er is massaal gehoor gegeven aan deze oproep en de kleuters verschijnen dan ook met tassen vol regenkleding. Voordat we naar buiten gaan bespreken we wat we zouden kunnen gaan onderzoeken. Deze voorbespreking geeft de activiteit meer richting en dat is prettig voor de kinderen die extra ondersteuning nodig hebben bij dit soort situaties. Sommige kleuters willen zien hoe diep de plassen >> HJK december 2014 19 Terwijl de zon steeds hoger klimt wandelen de kleuters met rode wangen terug naar school De regenlaarzen van de kleuters staan standaard op school bij de kapstok zijn en of hun regenlaarzen wel waterdicht zijn. Anderen zoeken het meer in de richting van drijven en zinken, zij gaan buiten op zoek naar materialen die in de plassen kunnen drijven. In de grote kring komt ook het verschil tussen regenkleding en gewone kleding naar voren. ‘Een regenpak is een beetje plastic. Dan blijf je droog.’ Na tien minuten stoeien met poncho’s, regenlaarzen, paraplu’s en regenbroeken is het tijd om naar buiten te gaan, de regen in! Waterfeest Het duurt niet lang of alle kinderen gaan los op de regenplassen. Ze spatten het water zo hoog mogelijk op en doen wedstrijdje wie het hardst in de plas kan springen. Een kind dat in de klas nog niet veel aansluiting heeft plenst met grote stappen heen en weer door de grootste plas die hij kan vinden. Hij komt een gelijkgestemde kleuter tegen en samen, hand in hand, gaan ze de plas te lijf. Ze moeten heel hard lachen als ik zelf, gewapend met mijn regenlaarzen, door het water kom stampen. Want wie kan tegenwoordig als volwassene nog zeggen dat hij in de plassen gespeeld heeft? Juist. Deze kans laat ik niet aan me voorbij gaan. Ergens anders zit een groepje zeer geconcentreerd onder hun paraplu’s bij het water. Ze meten de diepte van het water, dansen met hun wijsvingers over het wateroppervlak en laten hun handen erdoor glijden. ‘Toen de zon scheen mochten we in Woordenschatlijst (be)vriezen (ont)dooien sneeuw smelten warm/koud regen(bui) stortregen winterkleding regenkleding regenjas regenlaarzen 20 paraplu poncho handschoen want sjaal ijs boom blad(eren) ademen herfst winter HJK december 2014 zon temperatuur plas stampen handdoek druppel vol/leeg pinda noot zaden vogel Vogelvoerkoekjes zonder frituurvet met pindakaas ons badpak met water spelen’, herinnert een van hen zich, ‘en nu is het heel koud en het regent, maar nu kan dat ook. Het is een waterfeest!’ Vol en leeg Wie nat wil worden laat dat heerlijk gebeuren (want er ligt een stapel handdoeken in de gang bij de deur), wie liever droog blijft wandelt rond onder een paraplu. Alle kinderen zijn enorm betrokken bij hun activiteit, of dat nu het springen in de plas, het vangen van druppels op hun tong of het bekijken van de regensporen op het raam is. Wanneer het spel ten einde loopt haal ik een stapel plastic bekers tevoorschijn en deel ze uit. Binnen een minuut zitten vrijwel alle kleuters om een plas en wordt het water in de bekers geschept. In het begin krijgt geen enkel kind de beker helemaal vol, want zodra ze hem plat leggen om het water erin te laten lopen, stroomt het er net zo hard weer uit, totdat een van hen op het idee komt om samen te werken met een klasgenoot. De een schept het water uit de plas en giet het in de beker van de ander. Ze laten dit trucje zien aan de rest en de ene na de andere beker raakt vol water, terwijl we de tegenstellingen vol/leeg en nat/droog spelenderwijs oefenen. Buiten dat doen de kinderen zo ook waardevolle ervaringen op met het meten van inhoud, want een van de rekendoelen die in het aanbod van deze periode zit is ‘verkenning van het begrip inhoud als “hoeveel past er in” via afpassen, meten, overgieten en vullen van flessen, pakken met bekertjes water’ (SLO, 2006). Regenmuziek en vogelkoekjes In de dagen erna gaat het leerproces verder. We behandelen het verdampen van water door een schaaltje water op de vensterbank te zetten en dagelijks te meten of de hoeveelheid verminderd is. Op deze activiteit gaan we buiten verder door met krijt de plassen om te trekken en een paar keer per dag te gaan bekijken hoeveel het water al weggezakt is. We bespreken waar het water is gebleven en hoe het komt dat de grond nooit helemaal vol raakt. Ik laat in de klas een filmpje zien waarop een groep vocalisten het geluid van een stortbui imiteert (zoek op YouTube ‘Choir that sounds like a thunderstorm’ en laat je verbazen). In het filmpje gaat de bui van af en toe een kleine druppel naar dikkere, zware druppels. Dan volgen er een paar flinke regenvlagen, het waait hard en er klinkt zelfs een klap onweer! De kinderen zijn er eindeloos door gefascineerd: ‘Mogen wij dat ook doen?’ En zo ontstaat onze eigen regenmuziek. We bedenken regengeluiden en noteren de verschillende fasen van de regen. Ik word tot dirigent gepromoveerd en het stuk wordt keer op keer gespeeld. Zo pikken we ook nog twee domeinen van muziek mee: muziek maken en muziek noteren! Tijdens de speelwerkles wordt de watertafel gevuld en ik leg er een strandlaken onder zodat de waterschade in de klas beperkt blijft. Ik knip gaten voor armen en hoofd in een vuilniszak en zo hebben we een ‘watertafelregenponcho’ waar geen druppel doorheen komt. De kinderen spelen ‘regentje’ en hebben de grootste lol. Als de temperatuur ver onder het nulpunt daalt laten we buiten bakjes water bevriezen en onderzoeken wat voor effect het strooien van zout op het ijs heeft (want de kleuters hebben de strooiwagens zien rijden). Bij het plaatselijke natuurmuseum lenen we een aantal opgezette dieren en we leren over hun levenswijze in de winter. We maken vogelvoerkoekjes zónder frituurvet maar met pindakaas (die we ook zelf gemaakt hebben zodat er geen zout in zit) en hangen ze op voor de vogels. Kijk voor het recept in het kader op deze pagina. Bij het maken van dat vogelvoer wordt gemeten en gewogen. We leren nieuwe woorden, werken samen en schrijven het recept op. Zo vloeien natuuronderwijs en andere vakgebieden in elkaar over. Allemaal naar buiten! Tegenwoordig staan de regenlaarzen van mijn kleuters, en die van mezelf, standaard op school bij de kapstok. Veel ouders hebben een paar laarzen over waar hun eigen kind is uitgegroeid en ze stellen deze graag beschikbaar voor wie ze kan gebruiken. We kunnen de modder en de regenplassen in wanneer we willen (en dat willen we vaak)! Af en toe, als de weerman flinke regenval voorspelt, brengen we allemaal onze paraplu weer mee. Soms waait er eentje stuk, maar die wordt vakkundig gerepareerd door de kleuters van de reparatiewerkplaats. Vooral de dames vinden dat prachtig om te doen en laten vol trots een herstelde paraplu aan de groep zien. Op sommige dagen huilt de wind rondom de school. Dan nemen we een rol containerzakken mee en proberen we de wind in een zak te vangen. We vouwen bootjes en zien hoe de wind ze door de plassen blaast. Natuuronderwijs in de koudere maanden. Het vergt niet eens zoveel voorbereiding, alleen een beetje extra fantasie. De natuur geeft ongelooflijk veel kansen tot het verrijken van het beredeneerd aanbod, waarmee je ook nog eens aan een heleboel tussendoelen werkt. Daarbij kun je gemakkelijk Recept vogelvoerkoekjes Dit heb je nodig voor ongeveer zes bollen: •Een pakje gelatine (6 blaadjes) •Een kopje koud water •Een kopje warm water •Een kop bloem of meel •Vier koppen vogelzaad •Vormpjes of (zoals ik deed) een muffinvorm •Eetstokje of satéprikker •Mengkom •Lepel of spatel •Touw 1. Laat de gelatine een paar minuten weken in het koude water. Knijp de gelatine goed uit. 2. Los de gelatine op in het hete water en giet het daarna in de mengkom. 3. Meng er het vogelzaad doorheen, zodat de zaden vochtig worden. 4. Roer er de bloem doorheen. Je mengsel is nu klaar. Ik gebruik altijd wat ik toevallig in de buurt heb, dus in plaats van gewone vormpjes pak ik een muffinvorm waarmee ik de vetbollen maak. Druk het flink aan, eventueel met een mok. Prik met een satéprikker of eetstokje een gat in de vetbollen, zodat je er later een touwtje doorheen kunt halen. Laat het nu ongeveer anderhalf uur in de vorm drogen. Haal de bollen (nou ja, schijven eigenlijk) uit de vorm, prik indien nodig de gaten nog een keer door en laat alles op een vel papier helemaal drogen. Als je ze in de klas maakt zijn ze de volgende dag droog genoeg. Belangrijk: laat het niet in de vorm zitten als je een muffinvorm of plastic bekertjes gebruikt! Het vocht moet eruit kunnen verdampen, anders ontstaat er schimmel. Touw erdoor en klaar! Niks geen gedoe en viezigheid met frituurvet meer. De kinderen kunnen met alle stappen zelf meehelpen en... de vogels zijn er gek op! Bron: www.kleuterklasse.nl tegemoet komen aan de onderwijsbehoeften van de kinderen in je groep, omdat er (letterlijk!) zoveel paden zijn die bewandeld kunnen worden. Er is voor elk kind wat te halen, of hij nu talig is ingesteld, meer van rekenen houdt of alles weet over dieren. We koken, maken muziek, doen onderzoek, spelen, voeren gesprekken, allemaal in en om de natuur. Dus trek je jas aan en kom mee! Want als je er oog voor hebt, zijn de rijkste leeromgevingen… buiten! Literatuur • SLO. (2006). TULE. Beschikbaar via tule.slo.nl/ OrientatieOpJezelfEnWereld/F-KDOrientatieJezelfEnWereld • SLO. (2006). TULE. BEschikbaar via tule.slo.nl/Nederlands/F-L02 • SLO. (2006). TULE. Beschikbaar via tule.slo.nl/RekenenWiskunde/F-L33 HJK december 2014 21 Onafhankelijk vakblad voor ontwikkeling, opvoeding en onderwijs aan jonge kinderen Wil je meer lezen? Neem dan nú een proefabonnement! KLIK HIER Vakblad voo r en onderw ontwikkeling, opvoed ijs aan jon ge kinder ing en special Integ Kind raal Centru m Vakblad voor ontwikkeling, opvoeding en onderwijs aan jonge kinderen oeding keling, opv voor ontwik jonge kinderen Vakblad ijs aan en onderw Elke HJK staat boordevol artikelen over scholing, ontwikkeling en opvoeding van jonge kinderen. Van objectieve en goed onderbouwde achtergrondartikelen tot vaste rubrieken met boekrecensies en praktische lestips. IKC: dat do en we samen ! Hoe start je een IKC? Hoe betre ouders da k je arbij? Wat hun praatjes je vertellen Stress signaleren bij autism e Natuurrijk buiten spelen ele reel Intercultu seksu g! met kinderen werken opvoedin Tijd voor r je een Zo monito esstart Nr. 8 - Jaarg goede le ang 41 – ap oriek l van mot De ro ling twikke bij taalon HJK14_0123 www.hjk-o ril 2014 nline.nl _TDS_nr8.ind d 1 Nr. 10 - Jaargang 41 – juni 2014 13-03-14 www.hjk-online.nl 15-05-14 12:23 HJK14_00265_TDS_nr10.indd 1 14 – mei 20 argang 41 Nr. 9 - Ja line.nl on www.hjk- 11:23 Werk je in het onderwijs of de kinderopvang met kinderen van 3 tot 8 jaar? Ontvang HJK geheel vrijblijvend en inclusief toegang tot het digitale archief, drie maanden lang voor slechts € 13,50! Zo blijf jij als professional helemaal op de hoogte! 10-04-14 14:21 .indd 1 4_TDS_nr9 HJK14_020 Meer weten? Ga naar www.hjk-online.nl of bel 088-2265242
© Copyright 2024 ExpyDoc