Agenda van de sessie Jeugdzorg voorafgaand aan de regioraad van 9 december 2014 Aanvang Zaal Voorzitter Secretaris DB : : : : : 18:30 uur Koffiekamer Raad (1101) dhr. J. Dings mw. C. Pollmann mw. S. Kukenheim 1. 18.30 uur Opening en mededelingen Aan het begin van de vergadering zal gevraagd worden welke onderwerpen van de agenda u uitgebreider wilt bespreken. 2. Zo nodig tijd voor inbreng toehoorders 3. - Behandeling ingekomen stukken n.v.t. Beantwoording schriftelijke vragen n.v.t. 4. Verslag regioraadsessie Jeugdzorg van 21 oktober 2014 (regioraad, agendapunt 3 Toezeggingen: Op verzoek van de heer Mbarki is correspondentie inzake Inspectieonderzoek bij Spirit nagezonden. Het onderwerp ‘zorgcontinuïteit’ komt terug bij agendapunt 6. Het verslag van een bijeenkomst voor bestuurders over strategische communicatie bij calamiteiten in de jeugdhulp is bij deze agenda meegezonden, (zie agendapunt 7) 5. Agendapunt Regioraad: Herziene Begroting 2014 en herziene begroting 2015 (regioraad, agendapunt 11) Toelichting: 3e Herziene begroting 2014 Deze wijzigingen betreffen het verwerken van een aantal nieuwe bedragen die de SRA ontvangt en een aantal technische wijzigingen. Van het Rijk is de langverwachte bijdrage van € 475.000 in projectkosten Generiek Gezinsgericht Werken (GGW) van Bureau Jeugdzorg (JBRA) ontvangen. In de begroting was conservatief uitgegaan van een bijdrage van € 475.000. Daarnaast ontvangt SRA een bijdrage van de gemeente Amsterdam in Eigen kracht Conferenties (EKC) 2014. De gemeente Amsterdam draagt in 2014 € 279.972 bij voor Eigenkracht Conferenties via JBRA. De technische wijzigingen zijn het verwerken van de Overheidsbijdrage voor Arbeidskosten (OVA) en Incidentele Loonontwikkeling (ILO) 2014. Hiermee 1 wordt de OVA aangepast aan de CAO-ontwikkeling, indexering kosten pleegzorg en incidentele loonontwikkeling. Niet het gehele bedrag dat van het Rijk wordt ontvangen hoeft te worden uitgekeerd aan de instellingen. Het restant ad € 689.417 wordt toegevoegd aan het Stuurbudget. Ook technisch is de aanpassing van de beschikking van 14 augustus 2014 wat betreft de justitieaantallen. De bijdragen aan JBRA, de William Schrikker Groep en het Joods Maatschappelijk Werk worden naar beneden bijgesteld. Dit is het gevolg van de ramingsystematiek waarin de begrote aantallen justitiële cliënten 2014 gebaseerd zijn op aantallen 2012 en de maximale reële groei. In de loop van het jaar wordt de Doeluitkering Jeugdzorg bijgesteld op grond van feitelijke aantallen 2013. Omdat de verantwoordelijkheid van de SRA voor de jeugdzorg eindigt, kunnen gereserveerde bedragen op balans- en stelposten vrijvallen. Deze vrijval bedraagt € 2.165.197. Dit bedrag is hoog, mede omdat de SRA terughoudend heeft begroot in haar laatste jaar. Bij aanvang van dat jaar was immers nog niet bekend dat er een Transitieautoriteit zou komen met een budget van € 200 mln. De vrijval wordt toegevoegd aan het stuurbudget 2014 en daarmee is de post Stuurbudget toereikend voor de recente toekenningen aan gemeenten (zorgkosten buitenregionaal in 2015) en Altra (compensatie eerder gemaakte reorganisatiekosten). (zie agendapunt 6). 1e herziene begroting 2015 De eerste begroting 2015 betreft een post van € 200.000 voor afwikkeling Doeluitkering jeugdzorg. De geschatte ambtelijke inspanning valt hoger uit en daarom wordt deze begroting met € 75.000 opgehoogd. De volgende agendapunten zijn ter bespreking 6. Transitie, Zorgcontinuïteit en inzet stuurbudget De portefeuillehouder jeugdzorg heeft bij de eerste besluiten over de inzet van het stuurbudget Jeugdzorg 2014 aangegeven een deel beschikbaar te willen houden voor het geval de inkoop van jeugdzorg door gemeenten de huidige subsidierelaties voor grote problemen zou plaatsen. Nu de inkoopcontracten van regiogemeenten met jeugdzorginstellingen zijn getekend, is aan partijen gevraagd aan te geven hoe deze afspraken zich verhouden tot de landelijk geldende afspraak dat jeugdzorginstellingen minimaal 80% van het budget 2012 verminderd met 4% bezuiniging zouden behouden. Uit de reacties blijkt dat alle instellingen minimaal een omzet van 80% verminderd met 4% bezuiniging van het budget 2012 halen met de volgende aantekening: - Spirit geeft aan dat nog niet alle afspraken over inkoop Ambulant Specialistisch bij alle gemeenten rond zijn, maar niettemin verwacht Spirit boven 80% uit te komen. Ten aanzien van Spirit is er geen aanleiding voor aanvullende actie. Spirit heeft al eerder dit jaar extra financiering ontvangen om de afbouw en ombouw Verblijf te kunnen realiseren. - Het Joods Maatschappelijk Werk geeft aan nog geen afspraken gemaakt te hebben en dus geen toezegging voor het budget dat in 2012 € 180.000 bedroeg. Wel geeft JMW aan met de relevante gemeenten, Amstelveen en Amsterdam, in gesprek te zijn. - Altra heeft in 2012 een belangrijke budgetdaling - als gevolg van het decentraliseren van het ambulant opdrachtgeverschap - geheel op eigen kracht verwerkt met een modernisering van het aanbod en terugdringen 2 overhead. De inkoop van gemeenten komt weliswaar uit boven het afgesproken minimum van budget 2012 verminderd met 4%, maar stelt Altra toch voor aanzienlijke problemen. De gesprekken tussen het Joods Maatschappelijk Werk en de gemeenten Amsterdam en Amstelveen spitsen zich tot op de wijze waarop JMW haar activiteit rond schoolmaatschappelijk werk en begeleide kamerbewoning kan voortzetten. Over de stand van zaken van deze onderhandelingen wordt u ter vergadering geïnformeerd. De portefeuillehouder jeugdzorg komt op grond van alle haar beschikbare informatie tot een positief oordeel over de wijze waarop gemeenten in de aanloop naar 2015 vorm hebben gegeven aan de afspraken uit de Regionale Transitie Arrangementen. Continuïteit van zorg en infrastructuur zijn hiermee geborgd. Daarmee is een fundament gelegd waarop gemeenten de noodzakelijke transformatie vorm kunnen gaan geven. Toekenningen uit het stuurbudget Altra heeft in 2013 een verlies geleden van € 639.000 en ten laste gebracht van de egalisatiereserve. In 2014 verwacht Altra een verlies van ruim € 800.000. Dat heeft te maken met een voorziening die Altra in 2013 heeft ingesteld in verband met Transitiekosten en die nu te laag blijkt te zijn. In vergelijkbare omstandigheden heeft het DB aan Spirit en JBRA bijdragen verleend. In alle gevallen ging het om kosten die zijn gemaakt om de organisatie transitieproof te maken. Spirit heeft de afgelopen jaren € 3,6 mln ontvangen onder de titel ondersteuning ombouw Verblijfzorg. De omzet van Altra is globaal de helft van Spirit, zodat een bijdrage van € 1,5 ook in verhouding reëel is. Daarnaast is in het overleg met de Transitieautoriteit aangegeven dat een bijdrage vanuit de Stadsregio van belang is voor de beoordeling van een aanvraag van Altra bij VWS bij het landelijke fonds transitiekosten. Gezien deze omstandigheden heeft het DB besloten om Altra een bijdrage van € 1,5 mln toe te kennen. Overige toekenningen uit het restant stuurbudget. Altra en Spirit zijn gevraagd een extra bijdrage te leveren om huidige wachtlijsten ambulante jeugdzorg weg te werken zonder dat dit tot extra lasten voor gemeenten leidt op grond van zorgcontinuïteit. MOC ’t Kabouterhuis heeft middelen gevraagd voor aanvullend onderzoek ten behoeve van de zorg voor het Jonge Kind. Aan JBRA is toestemming gegeven om beschikbaar budget voor het AMK in te zetten voor evaluatie en borging van de registratie van adviesvragen. Na toekenning van deze bedragen is er nog een restant Doeluitkering Jeugdzorg van € 1.030.365. Staatssecretaris van Rijn heeft in zijn brief d.d. 19 september 2014, waarin hij in gaat op de brief van waarnemend portefeuillehouder jeugdzorg Bijl eerder dit jaar, aangegeven dat de reserves op de Doeluitkering Jeugdzorg door de Stadsregio Amsterdam voor 100% kunnen worden aangewend voor frictiekosten. Ambtelijk team stelt voor zodra bekend is om welk bedrag het gaat, in overleg te treden met VWS over de vraag op welke wijze dat het beste kan gebeuren. Hierbij kan gedacht worden aan het teruggeven aan VWS om te betrekken bij de aanvragen die instellingen via de Transitieautoriteit Jeugd bij VWS hebben gedaan. 3 7. Stand van zaken Transitie Jeugdzorg i. Calamiteitendraaiboek (bijlage) ii. Evaluatie gezamenlijke inkoop (nazending) iii. Verrekeningsmodel (nazending) iv. Regionale samenwerking (nazending) Toelichting bij ii, iii en iv volgt in een nazending, waarin de uitkomsten van bespreking in het portefeuilehoudersoverleg op 26 november a.s. worden meegenomen. Ad 1 Calamiteitendraaiboek Op 11 september was er een bijeenkomst voor de portefeuillehouders met als thema “strategische communicatie in de jeugdzorg”. Ter kennisneming is het verslag van deze middag bijgevoegd. Daar werd bekendgemaakt dat Amsterdam voornemens was een calamiteitenprotocol jeugd te stellen, om als gemeente adequaat te kunnen handelen bij calamiteiten, die zich ook in het nieuwe stelsel zullen blijven voordoen. Aan Amsterdam werd gevraagd dit ook op te stellen t.b.v. de andere gemeenten. Dit protocol is de afgelopen weken opgesteld door een werkgroep met mensen van verschillende gemeentes, OOV en de Stadsregio. Het protocol is nu uitgewerkt voor Amsterdam –omdat de context daar het meest complex is- en met kleine aanpassingen kan elke gemeente het hanteren en in het college laten vaststellen. Het calamiteitenprotocol is opgesteld om er voor te zorgen dat een calamiteit binnen een gemeente zo goed mogelijk wordt afgehandeld. Dat betekent: snel de juiste informatie hebben, evenals een strakke leiding en coördinatie en de juiste stappen zetten. En uiteraard de juiste aandacht voor slachtoffers, familie en eventuele nabestaanden. Daarnaast de wethouder(s), burgemeester en gemeenteraad op de geëigende momenten informeren of activeren en uiteraard een adequate communicatie en evaluatie. Een calamiteit is in het protocol gedefinieerd als een situatie die aan de Inspectie Jeugdzorg moet worden gemeld door de instellingen, lokale teams en Veilig Thuis. We hanteren de definitie die de Inspectie gebruikt. Het betreft met name overlijdensgevallen of seksueel misbruik waarbij een jeugdige als slachtoffer of dader betrokken is, en waarbij zorg bij een of meerdere instellingen door de gemeenten is ingekocht of waarvoor de gemeente meer direct verantwoordelijk is (lokale teams, Veilig Thuis). Kern van dit protocol is een draaiboek met toelichting. Verder zijn rollen en verantwoordelijkheden en definities beschreven en is een communicatiehandleiding opgenomen. Gemeenten hebben het protocol ontvangen en kunnen dit benutten bij het opstellen van een gemeentelijk protocol. Voor uw informatie treft u het Amsterdamse draaiboek als bijlage aan. Ad ii, iii en iv Informatie bij deze punten wordt als een nazending verstuurd na het Portefeuillehoudersoverleg op 26 november. 4 8. Terugblik 1 december, conferentie Lessons Learned en van Rijk naar Wijk Op 1 december organiseerde de portefeuillehouder jeugdzorg een terugblik op het opdrachtgeverschap Jeugdzorg van de SRA en de regiogemeenten keken vooruit op hun nieuwe rol als opdrachtgever. Voor uw informatie treft u hierbij de hyperlink naar drie publicaties waarin de highlights van het ‘dossier stadsregionale Jeugdzorg’ is beschreven. Klik hier: http://www.stadsregioamsterdam.nl/beleidsterreinen/jeugdzorg-0/2014/ 9. Rondvraag 19.45 uur Sluiting t.k. - Verslag bijeenkomst “strategische communicatie in de jeugdzorg” d.d. 11 september - Calamiteitenprotocol 5
© Copyright 2024 ExpyDoc