Herstel Stresscrack Warmtetransportleiding Diemen

Herstel Stresscrack Warmtetransportleiding Ø1100
Diemen
Verkorte versie, zonder bijlagen
Figuur 1; locatieschets Stresscrack Diemen
Revisiestatus: Definitief
Datum:
3 februari 2014
Auteur:
Dennis Hoornsman
A. Hak West B.V.
1
Voorwoord
Tijdens werkzaamheden aan een warmtetransportleiding in de regio Diemen is de buitenmantel
en isolatie van de retourleiding zwaar beschadigd geraakt. Voor een goed functioneren diende de
leiding snel en vakkundig gerepareerd te worden. Hiervoor heeft opdrachtgever Nuon gevraagd
aan A. Hak West B.V. deze taak op zich te nemen.
In dit rapport wordt de aanpak van de reparatie beschreven onder begeleiding van onder meer
foto’s en tekeningen. Als eerste wordt de situatie geschetst omtrent de leiding ter beeldvorming
van de situatie. Hierna wordt het plan van aanpak beschreven en verder uitgewerkt in een aantal
hoofdstukken. Het rapport wordt afgesloten met de laatste werkzaamheden, namelijk het
uitvoeren van diverse testen.
Voor het schrijven van dit rapport hebben diverse personen een belangrijke bijdrage geleverd.
In het bijzonder waren dit Jasper de Wit en Jan Kuik van Nuon en Luis Veloso en John Gelauf van
A. Hak West B.V. Veel van de benodigde informatie is door hun aangeleverd.
2
Inhoudsopgave
Voorwoord .......................................................................................................................................... 2
Samenvatting ...................................................................................................................................... 4
1.
Inleiding ....................................................................................................................................... 5
2.
Situatieschets .............................................................................................................................. 6
2.1.
Het leidingtracé ................................................................................................................... 6
2.2.
De transportleiding ............................................................................................................. 6
3.
Plan van aanpak .......................................................................................................................... 7
4.
Isolatie controleren op vochtigheid ............................................................................................ 8
5.
Verwijderen beschadigde deel leiding ...................................................................................... 10
6.
Opbouwen nieuwe materiaal.................................................................................................... 11
6.1.
Centerpieces plaatsen ....................................................................................................... 11
6.2.
Lekdetectie aanbrengen.................................................................................................... 11
6.3.
Voorbereiding opbouwen bandmoffen ............................................................................ 11
6.4.
Opbouwen bandmoffen .................................................................................................... 13
7.
Leiding afwerken met GVK ........................................................................................................ 14
8.
Opbouwen meet-T Retourleiding ............................................................................................. 15
9.
Opbouwen meet-T Aanvoerleiding ........................................................................................... 16
10.
Leidingsleuf aanvullen ........................................................................................................... 17
11.
Afronding werkzaamheden ................................................................................................... 18
12.
Nulmeting lekdetectie ........................................................................................................... 19
3
Samenvatting
Tijdens werkzaamheden aan de lekdetectie van een warmtetransportleiding (retourleiding)
DN900/HDPE1100 bij Diemen is een stresscrack ontstaan. Deze stresscrack is ontstaan toen,
tijdens het verwijderen van een kabelaansluiting, met een hamer getikt is op de HDPEbuitenmantel van de buis. Deze mantel bleek onder zodanige spanning te staan dat er een scheur
in de leiding is opgetreden van ongeveer 6 meter lengte. Voor het herstel van de leiding en het
plaatsen van de geplande meet-T’s op de retour- en aanvoerleiding is A. Hak West B.V. gevraagd
deze werkzaamheden uit te voeren in opdracht van Nuon.
De leiding is in 1995 gelegd in een veenachtig gebied en is opgebouwd uit een stalen mediumbuis
Ø914.4 met daaromheen PUR-isolatie en als buitenmantel HDPE Ø1120x16mm. De schade aan de
buitenmantel leidde ertoe dat het isolatiemateriaal ook kwetsbaar werd voor onder andere
vochtintrede. Om te controleren of de isolatie voorbij de scheur in de leiding beschadigd is als
gevolg van vocht is er een controle verricht kort na het einde van de scheur. Hiervoor is de
buitenmantel en het isolatiemateriaal verwijderd. De buitenmantel is voor aanvang van het
verwijderen voorverwarmd en voorzien van spanbanden als tegenspanning om nieuwe scheuren
te voorkomen. Verder is het isolatiemateriaal beoordeeld, dit bleek geen beschadiging opgelopen
te hebben. Hierop zijn de eerder verbroken lekdetectiedraden weer verbonden en is de
buitenmantel herstelt door de montage van een bandmof om de leiding. Door het inbrengen van
(vloeibaar) PUR in de bandmof is ook de isolatiewaarde ter plaatse van de bandmof hersteld.
Voor het herstel van de scheur zijn de buitenmantel en isolatie over de gehele lengte van de
scheur verwijderd. Na het schoonmaken van de mediumbuis zijn er 5 centerpieces geplaatst op de
leiding en zijn de lekdetectiedraden in afstandhouders op de leiding en door de centerpieces
aangebracht.
Hierna is onder meer de meet-T gelast op de mediumvoerende leiding.
Na het plaatsen van de centerpieces zijn bandmoffen geplaatst waarin vervolgens de isolatie is
gespoten. Deze is vervolgens gaan uitharden voor een goede isolatiewaarde. Er zijn vervolgens
diverse proeven uitgevoerd zoals trekproeven, druktesten en de lassen zijn beoordeeld om de
kwaliteit te borgen. Als extra zekerheid is de leiding, door het bedrijf Rombouts, over de gehele
lengte van de reparatie versterkt door het toepassen van glasvezelversterkte kunststof.
Nadat de schade herstelt is zijn de meet-T’s zoals gepland geplaatst op de retourleiding en daarna
op de aanvoerleiding van het warmtenet. Hiervoor is op de buitenmantel een PE-buis gemonteerd
zodat tussen de eerder genoemde stalen buis en de PE-buis de lekdetectiedraden naar boven
gevoerd kunnen worden, om uiteindelijk uit te komen in de door derden te plaatsen kasten.
De werkzaamheden zijn afgerond met het herstellen van het sleufprofiel tot aan de bovenkant
van de leidingen en het testen van de lekdetectiedraden.
4
1. Inleiding
Tussen
de
Noord-Hollandse
plaatsen
Amstelveen
en
Diemen
liggen
twee
warmtetransportleidingen DN900/HDPE1100. Op deze warmtetransportleidingen bevinden zich
lekdetectie- meetpunten. Aan de hand van deze meetpunten kan gecontroleerd worden of de
isolatie van de leiding niet vochtig wordt als gevolg van lekkage aan de HDPE-buitenmantel of
stalen mediumbuis.
De lekdetectie- meetpunten bestonden origineel uit coaxkabels maar de wens verrees om deze
kabels te vervangen door vaste meetleidingen. Dit is door de opdrachtgever NUON, onderdeel van
Vattenfall, uitbesteed aan een geselecteerde aannemer. Tijdens het verwijderen van een
coaxkabel op de retourleiding is met een hamer op de HDPE-buitenmantel getikt. Deze actie heeft
geleid tot een plotselinge stresscrack in de buitenmantel over een lengte van ongeveer 6 meter
met op sommige plaatsen een breedte van 50 millimeter. Door het plaatsen van zaagsneden is
verdere inscheuring voorkomen.
Door de scheur in de buitenmantel van de leiding zijn het isolatiemateriaal en de stalen
mediumbuis niet langer beschermd tegen vocht. Dit zal er toe leiden dat de isolatiewaarde van de
isolatie afneemt en dat er water en zuurstof bij de stalen mediumbuis kan komen. In combinatie
met de hoge temperaturen kan dit leiden tot een versneld corrosieproces in de mediumbuis.
Voor het herstel van de stresscrack en het plaatsen van twee meet-T’s op de aanvoer- en
retourleiding heeft Nuon een beroep gedaan op A. Hak West B.V. te Purmerend, hierna te
noemen A. Hak. Vanuit het steunpunt te Almere is een projectteam samengesteld om de
herstelwerkzaamheden uit te voeren.
In deze rapportage worden de werkzaamheden uitgevoerd door het projectteam stapsgewijs
beschreven als naslagwerk voor de reparatiewerkzaamheden.
5
2. Situatieschets
2.1. Het leidingtracé
De transportleidingen, ter hoogte van de stresscrack, zijn in 1995 aangelegd door aannemer
Visser& Smit Hanab. De stresscrack reparatie is gemaakt op de retourleiding, op het deel ten
westen van het lekdetectiemeetpunt, dit is richting WOS Gaasperplas. Op dit deel hebben de
kabeluitvoeren van het lekdetectiemeetpunt vastgezeten.
In het veenachtige gebied is een leidingtracé aangebracht dat is opgebouwd conform doorsnede
A-A zoals hiernaast weergegeven. De onderkant van het tracé is afgedekt met een zanddichtdoek
waarop Flugsand is gestort tot de bovenkant van de leiding. Daarop is een zogenaamde Tensarmat geplaatst waarna er een laag
normaal zand is aangebracht. Het
tracé is afgewerkt met uitgekomen
grond tot maaiveldhoogte. De
leidingen liggen minimaal 1 meter
onder het maaiveld.
Het leidingtracé doorkruist diverse
sloten,
deze
sloten
zijn
doorbroken en voorzien van
duikers om de waterhuishouding
op orde te houden.
2.2. De transportleiding
De leidingen zijn van het fabricaat ABB/ Logstor, geleverd in 1995 en opgebouwd uit:
1. Stalen mediumbuis Ø914.4x10 mm
Staalkwaliteit: ST.52.4
Norm: DIN 1628
2. Isolatie Polyurethaan foam, met daarin opgenomen lekdetectiedraden
3. Buitenmantel van HDPE Ø1120x16mm
De buitenmantel beschermd onder andere het isolatiemateriaal en mediumleiding voor
ongewenste invloeden zoals vocht.
6
3. Plan van aanpak
In overeenstemming tussen het projectteam van Nuon, het projectteam van A. Hak en de
leverancier Logstor is een actieplan opgesteld overeenkomstig met het door Nuon uitgewerkte
Scenario B: definitief herstel, zonder vervanging van de mediumbuis en de buis volledig aanpellen
tot 6mtr rondnaad. Deze oplossing is circa 6 jaar eerder toegepast bij een reparatie aan dezelfde
leiding en voldoet nog steeds aan de eisen.
Naast de gecertificeerde medewerkers van A. Hak is via Logstor Denemarken een technisch
medewerker met de juiste kwalificaties ingeschakeld. Deze medewerker is gedurende het hele
project op de locatie aanwezig geweest om te assisteren bij de reparatie.
Stapsgewijs is, in de periode van 29 oktober 2013 tot en met 17 december 2013, de uitvoering als
volgt:
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
Isolatie controleren op vochtigheid;
Beschadigde buitenmantel en isolatie verwijderen;
Opbouwen leidingwerk met centerpieces en bandmoffen;
Bandmoffen en centerpieces afwerken met GVK;
Opbouwen meet-T retourleiding;
Opbouwen meet-T aanvoerleiding;
Leidingtracé aanvullen met zand tot bovenkant leiding;
Opleveren met een lekdetectie 0-meting.
In de volgende hoofdstukken worden deze stappen verder uitgewerkt.
Om de leiding te beschermen zijn enkele aanvullende maatregelen getroffen zoals het plaatsen
van diverse big-bags gevuld met zand. Dit is gedaan omdat de temperatuur van het mediumwater
van de aanvoerleiding verhoogt zou worden en omdat de leiding over meer dan 15 meter lengte
uitgegraven was. Hierdoor was er een grotere kans op een zogenaamde uitbraak door de
afwezigheid van het gronddek. Door de big-bags kon de leiding vastgelegd worden en de kans op
een uitbraak uitgesloten worden.
Andere maatregelen waren het plaatsen van een tent tegen de weersomstandigheden en het
gebruik van een rijplatenbaan. De laatste twee maatregelen worden later in dit document verder
uitgewerkt.
7
4. Isolatie controleren op vochtigheid
Op aangeven van opdrachtgever Nuon is besloten om op de leiding, na de scheur te controleren in
hoeverre het isolatiemateriaal nat geworden is als gevolg van de scheur in het PE-leidingwerk. De
gescheurde leiding heeft in een weekend onder water gestaan, omdat de bemalingspompen
waren uitgevallen. Hierdoor was er angst voor
een “verzopen leiding”.
Er is ca. 45 cm van de bestaande PE-mantel van
de leiding afgepeld en vervolgens het
isolatiemateriaal beoordeeld. Om het PEmateriaal te kunnen doorzagen is het van te
voren met gasbranders- verwarmd (zie foto) tot
handwarmte (ca. 22 graden Celsius) en zijn
spanbanden geplaatst als tegenspanning.
Hierdoor is voorkomen dat er nieuwe
scheurvorming kon ontstaan. Vervolgens is er door middel van een conische boor een gat in de
mantel geboord waarna met decoupeerzagen tegelijkertijd linksom en rechtsom de zaagsnede
gemaakt is.
De beoordeling van het isolatiemateriaal was een hold point waarin Nuon en A. Hak beoordeeld
hebben of er vochtschade opgetreden is in het isolatiemateriaal. Het isolatiemateriaal bleek nog
droog te zijn op de plaats van de controle. Na de controle is het isolatiemateriaal verwijderd tot
op de mediumbuis zodat het vrijgemaakte stuk leiding opnieuw bekleed kon worden met
centerpieces en bandmoffen.
Na de goedkeuring zijn de lekdetectiedraden herstelt en doorverbonden met de bestaande
detectiedraden. Vervolgens zijn er twee bandmof-delen geplaatst, één bandmof ¾ rond en één
bandmof ¼ rond wat samen een volledige isolatieverbinding van Ø1100 oplevert. Dit is uitgevoerd
conform de richtlijnen van Logstor te vinden op https://www.logstor.com/EN/District-Heatingand-Cooling/Documentation, document “5.2 Installing
straight joints”.
De bandmoffen zijn na het plaatsen gelast met de
bandmoftrailer van A. Hak, type Logstor Weldmaster 2.0,
en uitgevoerd met de beschikbare PDA’s waarop de
lasprogramma’s staan. De Weldmaster kan beide ronden langsnaden tegelijkertijd lassen. Hierdoor is de
bandmof in één keer gelast. Na het lassen zijn de
vulgaten gebruikt om een luchtdichtheidtest uit te
voeren op minimaal 0,2 bar druk en zijn de naden van de
bandmof met sop gecontroleerd op luchtbellen.
8
Uit de luchtdichtheidtest en lasgrafieken bleken de verbindingen goed te zijn waarna het 2compontentenisolatiepakket aan de zijkant van de leiding ingespoten is. Hiervoor zijn twee extra
vulgaten geboord in de zijkant van de mof, dit ter voorkoming van een eventueel te snelle reactie
van het PUR-schuim als dit valt op de warme buis. Met vulgaten in de zijkant van de mof valt het
PUR-schuim onderin de mof en niet op de warme buis. Door het toepassen van de Logstor
BandJoint 1100 Standaard zijn er 3 pakketten (totaal 14,5 liter) Foampack 13 gebruikt. Na het
inspuiten van de isolatiepakketten zijn er ontluchtingsdoppen geplaatst. De ontluchtingsdoppen
zijn na opschuimen van het PUR door middel van lasdoppen definitief en waterdicht afgewerkt.
Figuur 2; Bandmof, de pijlen geven de monsternamepunten aan voor de trekproeven.
Op de geplaatste bandmof zijn twee pluggen geboord voor een trekproef. Deze trekproeven
geven aan of de verbinding tussen de bestaande leiding en nieuwe mof voldoet aan de gestelde
eisen. De minimale eis is een treksterkte van >14N/mm2 de resultaten voor bandmof 0 zijn
23,92N/mm2 en 25,35N/mm2. Daarmee voldoet de verbinding wat vertrouwen gaf voor de
volgende te plaatsen bandmoffen. De trekproeven zijn als onpartijdige partij uitgevoerd door het
bedrijf Rombouts kunststoftechniek B.V.
9
5. Verwijderen beschadigde deel leiding
Na de controle van het isolatiemateriaal is de HDPE-mantelbuis en het isolatiemateriaal op de
plaats van de scheur volledig verwijderd over een lengte van 7 meter. Tijdens het verwijderen van
het isolatiemateriaal is vastgesteld dat het grootste deel van de isolatie losgekomen was van de
stalen mediumbuis. Een reparatie van alleen de buitenmantel zou dan ook onvoldoende herstel
opgeleverd hebben.
Over een lengte van steeds 1 meter zijn in de leiding gecontroleerd zaagsneden gemaakt door
eerst de buitenmantel te verwarmen, spanbanden te plaatsen, conische gaten boren en
vervolgens twee kanten tegelijk op te zagen zoals in het vorige hoofdstuk uitgebreid omschreven
is. Vervolgens is over de lengte van 1 meter de HDPE- buitenmantel verwijderd en vervolgens het
PUR- isolatiemateriaal ook verwijderd. De restanten van het isolatiemateriaal op de stalen
mediumbuis is met een roterende staalborstel verwijderd waardoor een ‘schone’ buis ontstond,
zie de onderstaande foto. Het verwijderde isolatiemateriaal is gescheiden en volledig afgevoerd
naar een afvalverwerker.
10
6. Opbouwen nieuwe materiaal
6.1. Centerpieces plaatsen
Voor het opbouwen van de leiding zijn allereerst centerpieces geplaatst. De centerpieces zijn
opgebouwd uit een buitenmantel van HDPE en isolatieschuim van dezelfde kwaliteit als de
bestaande leiding. Er zijn 3 centerpieces geplaatst met een lengte van 70 cm en 2 centerpieces
van 35 cm met tussenruimten van 65 centimeter.
Een standaard door Logstor geleverde centerpiece is een gesloten isolatiesectie die over een
stalen buis geschoven kan worden, in dit geval is de mediumbuis niet verbroken waardoor er voor
het plaatsen van de centerpieces zaagsneden, in de centerpieces, gemaakt zijn. Hierdoor konden
de centerpieces over de mediumbuis geplaatst worden. De HDPE-buitenmantel van de
centerpieces zijn vervolgens bewerkt zodat er een V-snede ontstond voor het veterlassen.
Hiervoor zijn er aan het begin en eind van de V-snede polyfusie- doppen geplaatst om de
centerpiece op zijn plaats te houden tijdens het lassen. De zijden van de V-snede zijn weer aan
elkaar gehecht door een veterlas te maken met PEdraad 4mm en een hetelucht- föhn. De naad is
vervolgens opgevuld met extrusielassen.
6.2. Lekdetectie aanbrengen
Om de lekdetectiedraden te monteren zijn eerst op de
mediumleiding afstandhouders geplaatst waaraan de
draden gemonteerd kunnen worden. In de leiding
bevinden zich vier lekdetectiedraden gepositioneerd
(waarvan 2 werkend) boven in de leiding tussen 12.00
uur en 2.00 uur gezien vanaf de lengterichting van de
leiding. Op deze posities zijn ook gaten gemaakt door
de centerpieces zodat de draden daar doorheen
gehaald konden worden. Nadat de nieuwe draden
getrokken waren zijn deze doorverbonden op het
bestaande netwerk door gebruik te maken van de door
Logstor voorgeschreven connectortang en door het
daarna solderen van de draden. De gaten in de
centerpieces zijn vervolgens afgedicht met purschuim.
6.3. Voorbereiding opbouwen bandmoffen
Nadat de lekdetectie aangebracht is, is gestart met het opbouwen van de bandmoffen die de
verbinding verzorgen tussen de gemonteerde centerpieces. Voordat de eerste bandmof geplaatst
werd is een tent van 10x4 meter geplaatst over de sleuf zodat de weeromstandigheden geen
invloed konden hebben op het werk. Tevens is er nog een onverwachte werkplekinspectie
uitgevoerd door de opzichter van Nuon. Deze onverwachte inspectie leverde een zeer positief
resultaat op van het cijfer 9. Als advies werd er aangegeven dat als men tussen de leidingen staat,
het moeilijk is, snel uit de sleuf te komen. Een ladder tussen de leidingen zou uitkomst kunnen
11
bieden, naast de twee ladders die al in de sleuf aanwezig waren. Dit advies is opgevolgd om de
veiligheid te borgen.
Voordat de laatste mof gemonteerd is, is op deze plaats een stalen pijp gelast voor het plaatsen
van de meet-T voor de lekdetectie. Deze stalen pijp is met 4 hechtlassen op een metalen plaat
gelast waarna de plaat op de mediumbuis gelast is. De constructie is zodanig gemaakt dat als er
onverhoopt iets gebeurd met de meet-T dat de stalen pijp afbreekt van de metalen plaat en de
plaat op de mediumbuis blijft zitten. Hierdoor zal de stalen mediumbuis in tact blijven. Op
onderstaande tekening is aangegeven hoe de volledige meet-T geplaatst zal worden. Pijl 3 wijst
naar de stalen pijp, onderaan deze pijp is te zien dat er een verdikking, de metalen plaat, op de
mediumbuis geplaatst is. De metalen plaat is door middel van TIG- lassen op de mediumbuis
gemonteerd om inkarteling te voorkomen. Aan Lloyd’s Register Nederland B.V. is gemeld dat er
op de mediumbuis gelast zou worden, maar zij gaven aan dat er geen verder onderzoek benodigd
was als een TIG-lasser de laswerkzaamheden zou verrichten. Conform deze afspraak is verder
gegaan met de werkzaamheden aan de leiding. De gehele meet-T opbouw is volgens Nuon
Warmte standaard.
12
6.4. Opbouwen bandmoffen
Voor het herstel van de bandmoffen zijn Logstor BandJoint 1100 XL met een breedte van 85
centimeter toegepast. Voordat de bandmoffen geplaatst zijn, zijn de oppervlakten van de
centerpieces waar de bandmoffen aan gelast worden opgeruwd en ontvet met ethanol, voor een
goede verbinding. Vervolgens zijn de bandmoffen geplaatst en aan elkaar gelast met twee sets
laskabels zodat de volledige mof in één lasacties gereed was. Op de vijfde mof bleek de
lasprocedure niet goed verlopen te zijn. Tijdens de visuele controle bleken de vulgaten niet gevuld
te zijn. Als reactie hierop is er een nieuwe lasprocedure opgestart waarna de las wel goed was.
Na het lassen zijn alle bandmoffen getest op luchtdichtheid onder een druk van minimaal 0,2 bar
en gecontroleerd op luchtbellen aan de overlapping van de moffen. Bij deze tests is een opzichter
van de opdrachtgever Nuon
aanwezig
geweest
en
akkoord gegaan met het
resultaat van de druktesten.
Dit was dan ook een holdpoint. Op alle bandmoffen is
dit ook aangegeven.
Tevens zijn er pluggentests
van de bandmofverbindingen
uitgevoerd. Uit de tests is
gebleken dat alle verbindingen voldoen aan de
geldende eisen.
De bandmoffen zijn na de tests geschuimd met per bandmof 3,5 pakken (17 liter) Foampack 13,
op een al warme leiding. De pakketen zijn samengevoegd, vervolgens geschud en in de
bandmoffen gespoten. Hierna zijn de ontluchtingsdoppen geplaatst konden worden zodat de PUR
goed kan opschuimen. Nadat de PUR volledig is opgeschuimd, zijn de ontluchtingsdoppen
verwijderd en vervangen voor lasdoppen voor een definitieve waterdichte afdichting.
Op de plaats van de meet-T is bandmof 6 geplaatst en ten opzichte van de andere bandmoffen is
in deze bandmof een HDPE-buis (plug) geplaatst waardoor de lekdetectiedraden uit de leiding
gevoerd konden worden.
13
7. Leiding afwerken met GVK
Na het isoleren van de leiding is er op de plaats van de reparatie een versterking geplaatst door
middel van glasvezelversterkte kunststof, kortweg GVK. Over de volledige lengte van de reparatie
is deze kunststof geplaatst, conform interne montagevoorschriften van Rombouts
kunststoftechniek B.V. en hieronder globaal beschreven:
Voorbereiding:
1. Aanmaken van de hars met versneller en verharder;
Uitvoering
2. Aanbrengen hars ten behoeve van de hechting;
3. Aanbrengen 1 laag glasmat met overlap van ½ breedte van de rol;
4. Aanbrengen hars, uitsmeren en lucht uitrollen;
5. Aanbrengen 1 laag glasmat met overlap van ½ breedte van de rol;
6. Aanbrengen hars, uitsmeren en lucht uitrollen;
7. Herhalen tot gewenste dikte;
8. Aanbrengen glasvlies ten behoeve van strak aantrekken ten aanzien van eventuele lucht;
9. Aanbrengen gelcoat/ topcaot, uitsmeren en uitrollen (geen lucht in coating);
Na afloop
10. Opruimen van de werklocatie.
Door de versterking zijn de centerpieces en bandmoffen die geplaatst zijn minder kwetsbaar voor
ongewenste invloeden van buitenaf. Op onderstaande foto is links te zien hoe de versterking er
uit ziet. Helemaal rechts is nog een brandmof te zien zonder GVK.
14
8. Opbouwen meet-T Retourleiding
De lekdetectiedraden zitten in de isolatie tussen de stalen mediumbuis en de HDPE-buitenmantel.
Om de draden naar een bovengrondse kast te brengen is er een aftakking (Logstor BX3-mof)
gemaakt op de HDPE-buis. Centraal in deze aftakking zit een metalen buis die vanaf de
mediumbuis naar boven gaat. Tussen de metalen buis en de HDPE-buis kunnen de
lekdetectiedraden gemonteerd worden. Voor een goede isolatiewaarde van de buis is de
tussenruimte opgevuld met PUR-isolatie.
Voor het maken van de aftakking is een HDPE-buis Ø160 mm gemonteerd die ongeveer 30 cm
boven de leiding uitsteekt. Hier kunnen de lekdetectiedraden uit de transportleiding verbonden
worden met de draden naar de kast toe boven het maaiveld. In totaal zijn er 8 draden
gemonteerd, waarvan 4 draden voor de controle van de leiding richting de Diemencentrale en 4
draden voor de controle richting WOS Gaasperplas.
Het afmonteren en aanbrengen van een kast voor de meet-T, boven het maaiveld, is verzorgd
door derden.
15
9. Opbouwen meet-T Aanvoerleiding
Het opbouwen van de meet-T op de aanvoerleiding is uitgevoerd volgens de standaard methode.
Om de meet-T te plaatsen op de leiding zelf zijn eerst enkele luiken uit de HDPE-buitenmantel
gezaagd. Om te voorkomen dat er schade aan de leiding
optreed, als gevolg van spanningen in de leiding, is deze
voorverwarmd tot ongeveer 25 graden. Hiervoor is met
een conische boor een gat gemaakt in de mantel.
Vervolgens zijn met een decoupeerzaag de luiken
gemaakt. De luiken bevinden zich op de plaats waar de
opgaande buis voor de draden gemonteerd wordt en op
de plaatsen waar de oude meetpunten zaten. Op de
plaatsen van de oude meetpunten zijn de
lekdetectiedraden opgezocht om door te verbinden naar
de nieuwe meet-T. Na het doorverbinden zijn deze
luiken gedicht door nieuwe PE-zadelstukken in de luiken
te plaatsen en vervolgens te veterlassen en af te werken
met extruderlassen. Daaroverheen zijn verstevigingsplaten van PE gelast op dezelfde wijze als bij
de luiken gedaan is. Uiteindelijk is dit afgewerkt met glasvezelversterkte kunststof.
De nieuwe meet-T plaatsen is gedaan door op de plaats van de verwijderde luik ook het
isolatiemateriaal te verwijderen tot op de mediumbuis. Op deze buis is net als bij de retourleiding
een plaat gelast met daarop een stalen buis van DN80. Opnieuw met de bedoeling dat als de
meet-T geraakt wordt de stalen buis afbreekt van de metalen plaat en de mediumbuis
onbeschadigd blijft. Op de HDPE-mantelbuis is een zadelstuk HDPE-buis Ø160 om de stalen buis
gemonteerd waardoor tussen de stalen
buis
en
de
HDPE-buis
de
lekdetectiedraden
omhoog
gevoerd
konden worden. De overige ruimte is
afgedicht met PUR-isolatie voor een
goede isolatie en afdichting van het
leidingwerk.
Het afmonteren en aanbrengen van een
kast voor de meet-T, boven het maaiveld,
is uitgevoerd door derden.
Figuur 3; Het eindresultaat
16
10.
Leidingsleuf aanvullen
Conform opdracht heeft A. Hak na het uitvoeren van de reparatie aan de retourleiding en het
plaatsen van de 2 meet-T’s de leidingsleuf aangevuld tot aan de bovenkant van de leiding. De
onderkant van de sleuf is afgedekt met geodoek waarna tot aan de bovenkant van de leidingen
Flugsand gestort is. Dit is gedaan conform het sleufprofiel zoals te zien is op de tekening op pagina
6.
Derden hebben de sleuf verder voorzien van een Tensar mat en opgevuld met normaal zand en
uitkomende grond.
17
11.
Afronding werkzaamheden
Om de afronding van de werkzaamheden te bespoedigen zijn er langere werkdagen gemaakt en is
er in de weekenden doorgewerkt. Voornaamste reden voor deze keuze was het gebruik van een,
door Tennet, gelegde rijplatenbaan. Deze rijplatenbaan zou verwijderd gaan worden waardoor de
toegang tot de werklocatie zou verdwijnen. Het overnemen van de rijplatenbaan zou een zeer
hoge kostenpost opleveren.
Door de inzet zijn de werkzaamheden
een week eerder dan gepland afgerond
en konden derden de laatste
werkzaamheden aan de meet-T’s, het
plaatsen van de kasten en aanvullen
van de sleuf, tijdig uitvoeren. Het
eindresultaat van de werkzaamheden
is te zien op de foto.
Na
het
afronden
van
de
werkzaamheden heeft A. Hak het werk
overgedragen aan Nuon.
18
12.
Nulmeting lekdetectie
Voor en na het opbouwen van de meet-T’s op de leidingen zijn de lekdetectiedraden getest. Bij
beide metingen zijn de volgende waarden gemeten:
Draadnummer 7
Draadnummer 8
Draadnummer 9
Draadnummer 10
aanvoer:
retour:
aanvoer:
retour:
aanvoer:
retour:
aanvoer:
retour:
0,01 MΩ*
0,01 MΩ*
430 MΩ
0,01 MΩ*
>1000 MΩ
>1000 MΩ
>1000 MΩ
>1000 MΩ
De aangesloten lekdetectie draden zijn volgens Nuon richtlijn door middel van 2 metingen
opgeleverd: een weerstandmeting en een pulsreflectiemeting. De pulsreflectiemetingen vertonen
geen noemenswaardige afwijkingen. De met *-teken aangemerkte weerstandmetingen zijn onder
de norm van minimaal 20 MΩ. Echter door het aansluiten van de nieuwe draden van de reparatie
op de draden van de bestaande leiding, valt dit buiten de invloed van de herstelwerkzaamheden.
19