Zomercolumn Ecmyk

Vakantieverlangen
Vakantie, daar kun je zo enorm maar verlangen. Even helemaal weg van thuis, van de sleur en
verplichtingen en zelfs van de dingen die leuk zijn. Minimaal een week doen waar je zin in hebt op de
plek waar je zin in hebt. Kom op, we gaan!
Het was mijn wens om weer eens naar de Bergen te gaan. De keuze voor het westen van Oostenrijk
was snel gemaakte. Er zijn echte bergen en het is, pauzes niet meegerekend, maar 8 uur rijden.
Helemaal niet gek ver weg, alleen erg jammer dat Duitsland er tussen zit, met de betonnen wegen,
ranzige parkeerplaatsen en Duitsers met idioot rijgedrag.
Aangekomen op de plaats van bestemming brabbel ik in gebrekkig Duits dat we geboekt hebben.
“Wir haben reserviert.” Ik herinner me ter plekke mijn mondeling examen Duits. In een kleine
spreekkamer van het schoolgebouw, waarvan ik nog steeds niet weet of het een benauwd hok was
of dat de spanning me de zuurstof ontnam.
In elke vakantie in het buitenland is er wel een grapjas die je eerst flink laat hakkelen en nadenken,
voordat hij antwoord geeft in het Nederlands. Zo lachwekkend. Niet dus! Maar goed, voor deze
vakantie hebben we het weer gehad, want de jongen achter de receptie, die haalde het grapje met
ons uit.
Het eerste dat je zou moeten doen, is het controleren van de inventaris. Wie doet dat ook werkelijk?
Met een duffe kop van de toch best lange reis, ook al was het zo dichtbij, het aantal vorken tellen en
de glazen controleren. Beter van wel natuurlijk, maar ik denk er altijd pas aan als ik iets niet kan
vinden. Zo zou er volgens de inventarisatielijst een broodplank moeten zijn. Tenzij ze de houten vloer
van het balkon bedoelen, kan ik helaas nergens een snijplank vinden. Maar op dag vier hoef ik dat
vast niet meer als vermist op te geven.
Ons eerste uitje ging naar de Interspar. We hebben er een klein uur over gedaan om alle paden te
bewandelen. Wat een walhalla is zo’n supermarkt! Zoveel lekkere dingen, in vele maten en variaties.
Veel meer dan zelfs de AH XL in de schappen kan proppen. Te veel keuze, dat is het enige nadeel van
een vreetwinkel met een enorm oppervlakte aan verkoopruimte.
Na deze wandeling, die ons toch wat vlak was, hadden we genoeg gebouwen gezien voor de rest van
de week. Hoog tijd voor een dosis natuur. In de dagen die volgende waren we in de bergen te vinden;
wandelen, geocaches zoeken, foto’s maken. Genieten van al het moois om ons heen.
Een Alpenweide in bloei, vol in de zonneschijn gelegen, begraast door prachtige koeien. Zodra er een
koe een paar stappen zet is het Alpengevoel compleet. De koeienbel schalmt over de weide. Echte
Milka-koeien, vast en zeker. Daar hoeven ze niet lila voor te kleuren, alleen maar goed vette melk te
geven na een heerlijk rondje grazen in de bergen.“Al het goeie, komt van Milka-koeien.”
“Grüβ Gott.” Groet een voorbijganger ons, terwijl we de berg oplopen. We verwonderen ons over
deze gewoonte. Ik stel het me dan ook letterlijk voor; “Groet God”. Ik had eigenlijk ander plannen. Ik
wil die berg op, daar wat eten en drinken en daarna mijn knieën tarten op onze weg naar beneden.
Hem gedag gaan zeggen, daarvoor vind ik het echt nog wat te vroeg. Maar als ze ons op de weg
richting het dal ook zo begroeten, dan ben ik het spoor pas echt bijster.
’s Avonds mag ik mijn kookkunsten laten zien op een inductiekookplaat. Het ding heeft negen
standen en om water te warmen zet ik het op stand 9. Zodra het kookt gaat de pasta er in, maar ik
weet niet wat ik moet doen om overkoken te voorkomen. Bij stand 6 gaat het nog veel te hard en
zelfs bij stand 2 kookt het over. Maar op stand 1 stonden de pastaschelpjes als snel ik een warm bad
te drijven in plaats van te genieten van hun welverdiende bubbelbad. Ik snap het niet. Doe mij het
gasfornuis van thuis maar.
Weet je wat we thuis ook hebben? Een bank die lekker zit! Vakantieparken willen graag voorkomen
dat je blijft, denk ik.
Oostenrijk is een prachtig land. Ik houd van de bergen. De ruige kale toppen, hier en daar nog wat
sneeuw, en de groene hellingen eronder. De onverwachte beekjes en watervallen op je route. De
vogels, reeën, Alpenmarmotten en vlinders. Ik geniet van alle natuur om me heen.
Ineens dringt het tot me door dat ik nog nergens lege sigarettenpakjes, Redbull blikjes, petflesjes,
platgelopen kauwgom, MacDonalds doosjes of ijsstokjes heb gezien. Zelfs hondendrollen zijn hier
schaars. Alleen maar nette mensen in Oostenrijk.
Ze zijn hier zuinig op wat ze hebben, dat is duidelijk. Want ook al heeft het land de strengste
milieuregels van Europa, de natuur is te uitgestrekt om mensen te controleren en beboeten. Het
betreft hier echt wel een stukje discipline en motivatie en het zal mij dan ook niets verbazen dat de
poep die er ligt van hondjes is met Nederlandse baasjes.
Ik heb hier geen prikstok nodig en geniet daarom nog meer van de natuur.
Ons verlangen naar vakantie is ingewilligd. We zijn er even helemaal tussenuit. Geen werk, geen
andere verplichtingen, geen telefoon en mail. Samen zijn. Alleen met elkaar.
Uiteindelijk gaan we beseffen wat we thuis allemaal hebben. En dat dat toch zo gek nog niet is. We
beginnen onze poesjes te missen en de dagelijkse gewoonten met alle gemakken waarin we zijn
voorzien. Vakantie is fijn, thuiskomen nog veel fijner. Kom, we gaan!